Tag Archief van: recensie

Theater / Voorstelling

Hoe eng is het eigenlijk om een voorstelling te maken?

recensie: De hondenpoepaanval – Wunderbaum/Theaterhaus Jena
Die Hundekot-AttackeJoachim Dette

Om een voorstelling te maken, heb je theatermakers nodig. En creativiteit. En een onderwerp. En heel veel doorzettingsvermogen en onderling vertrouwen. En publiciteit in de pers. Over het maakproces van een voorstelling gaat De hondenpoepaanval van Wunderbaum en Theaterhaus Jena. Een knappe, maffe, kritische voorstelling-in een-voorstelling-in-een-voorstelling.

Op 11 februari 2023 smeerde de gefrustreerde Duitse choreograaf Marco Goecke hondenpoep in het gezicht van een danscriticus die zijn voorstellingen voortdurend afbrandde. Het incident haalde de wereldpers. De aanval werd zowel schandalig als hilarisch gevonden, maar de frustratie van de choreograaf ook wel een beetje begrijpelijk: je gooit je ziel en zaligheid in de strijd om kunst te maken, maar een en dezelfde criticus maakt je keer op keer met de grond gelijk.

De zowel maatschappijkritische als geestige groepen Wunderbaum en Theaterhaus Jena gebruiken het hondenpoepincident om op een wonderlijke manier een vertelling neer te zetten over het maken van een voorstelling en alles wat daarbij komt kijken, van het eerste idee tot de uiteindelijke uitvoering.

Brieven

Op zes stoelen die maar een paar meter verwijderd staan van de eerste rij, nemen zes spelers plaats achter microfoons die hun stemgeluid versterken. Ze hebben allemaal een pak papier in de hand. Het zijn de uitgedraaide e-mails die vijf spelers en een gastdanseres elkaar hebben geschreven gedurende het maakproces van een voorstelling die het hondenpoepincident tot onderwerp heeft.

Elke schrijver leest zijn eigen brieven voor. De belangrijkste rode draad is de chronologie: de voorleessessie komt aanvankelijk over als een soort voorgelezen briefroman, waarvan de datum bepaalt wanneer een brief aan de beurt is. Maar regisseur Walter Bart laat de spelers niet alleen lezen. Ze acteren ook met hun gezicht, met hun handen. Ze reageren op elkaar, zijn boos, blij, verontwaardigd, geschokt, geïrriteerd.

Kwetsbaarheid

Op het eerste gehoor zijn het nogal koddige, triviale epistels. Maar wanneer je beter luistert, klinken alle twijfels en irritaties, maar ook de kracht en de creativiteit van de makers er doorheen. Ze gaan over de onzekerheid van theatermakers, hun kwetsbaarheid, over de neiging weg te lopen, niet te komen opdagen op repetities. Over het maakproces niet meer zien zitten, over het weigeren iets te doen, over het eisen iets te mogen doen.

Repetitieproces

Al is het incident met de choreograaf en de negatieve criticus het schijnbare onderwerp, in werkelijkheid gaat De hondenpoepaanval over een heel scala aan onderwerpen die tamelijk onvermijdelijk zijn tijdens het maak- en repetitieproces van een theatervoorstelling. Het smeden tot één geheel van alle losse spelers. Het elkaar leren vertrouwen en op elkaar leren bouwen. De onzekerheid over het eigen talent, ontstaan door wat de kranten schrijven. De onderlinge irritaties, de verliefdheden. Het lief doen tegen elkaar, maar achter elkaars rug negatief zijn. De angst voor slechte kritieken.

Terwijl aanvankelijk lijkt alsof ze stuk voor stuk gewoon hun mails voorlezen, krijgen de personages al snel een eigen karakter. Pina Bergemann lacht over alle onzekerheden heen. Nikita Buldyrski experimenteert onhandig met creativiteit. Henrike Commichau durft niet goed te zeggen wat ze echt vindt. Danseres Linde Decron is bloedserieus. Leon Pfannenmüller worstelt met trauma’s uit het verleden. Anna K. Seidel is een strak aangebonden maker die twijfelt aan haar motivatie om hier bij te zijn.

Droste-effect

Halverwege de voorstelling kantelt opeens de vertelling. Dat is een verrassing, die moeten we hier niet verklappen. En dan komt er nog een, en dan nog een, wat De hondenpoepaanval het Droste-effect geeft van een voorstelling-in-een-voorstelling-in-een-voorstelling. Grappig en origineel, maar ook volstrekt serieus. Zo laat deze zowel ironische als ernstige voorstelling zien wat theatermakers allemaal moeten overwinnen en doorstaan om uiteindelijk tot een product te komen.

De hondenpoepaanval wordt Duits gesproken, met Nederlandse boventiteling.

 

Concept: Wunderbaum
Choreografie: Edoardo Cino
Scenografie: Maarten van Otterdijk
Kostuum: Carolin Pflüger
Nederlandse vertaling: Andrea de Koning

Theater / Voorstelling

Hoe eng is het eigenlijk om een voorstelling te maken?

recensie: De hondenpoepaanval – Wunderbaum/Theaterhaus Jena
Die Hundekot-AttackeJoachim Dette

Om een voorstelling te maken, heb je theatermakers nodig. En creativiteit. En een onderwerp. En heel veel doorzettingsvermogen en onderling vertrouwen. En publiciteit in de pers. Over het maakproces van een voorstelling gaat De hondenpoepaanval van Wunderbaum en Theaterhaus Jena. Een knappe, maffe, kritische voorstelling-in een-voorstelling-in-een-voorstelling.

Op 11 februari 2023 smeerde de gefrustreerde Duitse choreograaf Marco Goecke hondenpoep in het gezicht van een danscriticus die zijn voorstellingen voortdurend afbrandde. Het incident haalde de wereldpers. De aanval werd zowel schandalig als hilarisch gevonden, maar de frustratie van de choreograaf ook wel een beetje begrijpelijk: je gooit je ziel en zaligheid in de strijd om kunst te maken, maar een en dezelfde criticus maakt je keer op keer met de grond gelijk.

De zowel maatschappijkritische als geestige groepen Wunderbaum en Theaterhaus Jena gebruiken het hondenpoepincident om op een wonderlijke manier een vertelling neer te zetten over het maken van een voorstelling en alles wat daarbij komt kijken, van het eerste idee tot de uiteindelijke uitvoering.

Brieven

Op zes stoelen die maar een paar meter verwijderd staan van de eerste rij, nemen zes spelers plaats achter microfoons die hun stemgeluid versterken. Ze hebben allemaal een pak papier in de hand. Het zijn de uitgedraaide e-mails die vijf spelers en een gastdanseres elkaar hebben geschreven gedurende het maakproces van een voorstelling die het hondenpoepincident tot onderwerp heeft.

Elke schrijver leest zijn eigen brieven voor. De belangrijkste rode draad is de chronologie: de voorleessessie komt aanvankelijk over als een soort voorgelezen briefroman, waarvan de datum bepaalt wanneer een brief aan de beurt is. Maar regisseur Walter Bart laat de spelers niet alleen lezen. Ze acteren ook met hun gezicht, met hun handen. Ze reageren op elkaar, zijn boos, blij, verontwaardigd, geschokt, geïrriteerd.

Kwetsbaarheid

Op het eerste gehoor zijn het nogal koddige, triviale epistels. Maar wanneer je beter luistert, klinken alle twijfels en irritaties, maar ook de kracht en de creativiteit van de makers er doorheen. Ze gaan over de onzekerheid van theatermakers, hun kwetsbaarheid, over de neiging weg te lopen, niet te komen opdagen op repetities. Over het maakproces niet meer zien zitten, over het weigeren iets te doen, over het eisen iets te mogen doen.

Repetitieproces

Al is het incident met de choreograaf en de negatieve criticus het schijnbare onderwerp, in werkelijkheid gaat De hondenpoepaanval over een heel scala aan onderwerpen die tamelijk onvermijdelijk zijn tijdens het maak- en repetitieproces van een theatervoorstelling. Het smeden tot één geheel van alle losse spelers. Het elkaar leren vertrouwen en op elkaar leren bouwen. De onzekerheid over het eigen talent, ontstaan door wat de kranten schrijven. De onderlinge irritaties, de verliefdheden. Het lief doen tegen elkaar, maar achter elkaars rug negatief zijn. De angst voor slechte kritieken.

Terwijl aanvankelijk lijkt alsof ze stuk voor stuk gewoon hun mails voorlezen, krijgen de personages al snel een eigen karakter. Pina Bergemann lacht over alle onzekerheden heen. Nikita Buldyrski experimenteert onhandig met creativiteit. Henrike Commichau durft niet goed te zeggen wat ze echt vindt. Danseres Linde Decron is bloedserieus. Leon Pfannenmüller worstelt met trauma’s uit het verleden. Anna K. Seidel is een strak aangebonden maker die twijfelt aan haar motivatie om hier bij te zijn.

Droste-effect

Halverwege de voorstelling kantelt opeens de vertelling. Dat is een verrassing, die moeten we hier niet verklappen. En dan komt er nog een, en dan nog een, wat De hondenpoepaanval het Droste-effect geeft van een voorstelling-in-een-voorstelling-in-een-voorstelling. Grappig en origineel, maar ook volstrekt serieus. Zo laat deze zowel ironische als ernstige voorstelling zien wat theatermakers allemaal moeten overwinnen en doorstaan om uiteindelijk tot een product te komen.

De hondenpoepaanval wordt Duits gesproken, met Nederlandse boventiteling.

 

Concept: Wunderbaum
Choreografie: Edoardo Cino
Scenografie: Maarten van Otterdijk
Kostuum: Carolin Pflüger
Nederlandse vertaling: Andrea de Koning

Theater / Voorstelling

Aanklacht tegen de oorlog vanuit vrouwelijk perspectief

recensie: Klytaimnestra – Stan/Olympique Dramatique & Toneelhuis
2Q5A6733Herman Sorgeloos

Wij (het publiek) gaan nu naar háár kant van het verhaal luisteren, zegt koningin Klytaimnestra. Misschien dat we dan haar bloedige wraak op haar man Agamemnon begrijpen. Want oorlog: dat is een verhaal over mannenmoed, bloedvergieten, moorden en verkrachten.

Tijd voor de versie van alle vrouwen die daarbij onder de voet worden gelopen, in een ingewikkelde vertelling rond de Trojaanse oorlog, gebracht door een collectief van STAN, Olympique Dramatique & Toneelhuis.

Klytaimnestra wacht op de terugkeer van haar man Agamemnon. Hij won de oorlog tegen de Trojanen, ten koste van de ondergang van Troje. Klytaimnestra (Maria Skoula) is niet zomaar kwaad: ze is wanhopig, wraakzuchtig, de blik vol ijzige haat. Agamemnon zal ervan lusten, als hij terugkomt. Want om deze oorlog succesvol te kunnen voeren, moest hij vóór vertrek hun dochter Iphigenia offeren, vermoorden dus, om de godin Artemis gunstig te stemmen.

Moord op Iphigenia

Zonder basiskennis over de Trojaanse oorlog is deze vertelling niet te volgen, dus eerst maar even een mini samenvatting. Aanleiding voor die oorlog is de ontvoering van de schone Helena. Zij is de vrouw van Menelaos, de koning van Sparta. De Trojaanse prins Paris heeft Helena ontvoerd naar Troje. Dat kan Menelaos natuurlijk niet over zijn kant laten gaan. Hij roept de hulp in van zijn broer Agamemnon, koning van Mycene, om samen ten strijde te trekken tegen Troje. Maar omdat het oneindig windstil blijft, kunnen de Griekse schepen niet naar Troje varen.

Agamemnon belooft daarop aan Artemis, godin van de jacht, zijn dochter Iphigenia te offeren, als Artemis het zal laten waaien. Zijn vrouw Klytaimnestra is niet in de deal gekend, is totaal kapot door de dood van haar dochter en zweert wraak. Wanneer Agamemnon na tien jaar oorlog als overwinnaar terugkeert, is het eindelijk Klytaimnestra’s tijd.

We kennen het verhaal vooral dankzij Aischylos’ trilogie Oresteia (457 voor Christus). Deze Klytaimnestra is een bewerking van het eerste deel ervan. En de koningin laat nu eens de vrouwelijke kant zien van de verschrikking die oorlog heet.

Grieks strand

Scenograaf Thomas Walgrave maakt van het verder lege podium in een kaal toneelhuis een soort arena met in het middel een cirkel van zand. Het is het strand vanaf waar de schepen uitzeilen, maar het is ook de Griekse aarde. Vanaf die plek spreekt Klytaimnestra aan het begin van de voorstelling haar publiek toe.

Zij wil het andere verhaal vertellen. Dat van de vrouwen. Die zomaar hun dochter geofferd zien om een oorlog te kunnen beginnen. Wier man tien jaar wegblijft, om terug te komen met een buitgemaakte minnares in hun kielzog. Die man zou de held zijn?! Welnee, hij is een klootzak. De vrouwen zijn het slachtoffer. En de koningin zal gerechtigheid halen.

Schimmenrijk

Wat volgt is een tamelijk onevenwichtige voorstelling, waarin acteurs beurtelings Grieks, Engels en Belgisch-Nederlands spreken, voorzien van Nederlandse boventiteling. De teksten zijn een mengelmoes van de Griekse teksten van Aischylos, de Engelse vertaling door Ted Hughes (1999) en de Nederlandse Bloedbad-vertaling van Gustav Ernst (2004).

De voorstelling begint in schemerduister van het schimmenrijk, het hiernamaals, met alleen licht hoog in de toneeltoren. Iphiginea – die gedurende de hele voorstelling op het podium aanwezig blijft – dans, rent, vecht. Zij verzorgt ook het enige licht: draagbare lampjes, die ze voortdurend verplaatst. Dan kondigt de heraut de terugkeer van Agamemnon aan.

Afstand tot personages

Lastig is dat het verhaal eigenlijk alleen wordt verteld, en bijna niet wordt gespeeld, niet wordt uitgebeeld. Daardoor wordt de voorstelling statisch, er ontstaat onvermijdelijk afstand tot de ellende van de personages. Wat mist, is bijvoorbeeld uitleg over wie-wie is: welk personage is aan het woord? Zo vertegenwoordigt een hele zwik acteurs Klytaimnestra, en is er een koorachtig gezelschap dat commentaren levert. Wanneer je het verhaal niet goed kent, wordt het zo echt lastig te volgen.
Regisseur Jolente De Keersmaeker mist zo de kans om haar insteek, de kant van de vrouwen, een duidelijke focus te geven, helderheid te verlenen.

Oogverblindend mooi

Niettemin zitten er in deze voorstelling een aantal memorabele, oogverblindend mooie, en zelfs geestige momenten. Zoals de opkomst van Agamemnon (Stijn Van Opstal) op een – Trojaans – houten paard waar overheen de Trojaanse zieneres Kassandra is gedrapeerd. Hoogtepunt van de voorstelling is Agamemnon die in een heuse badkuip na tien jaar eindelijk een bad neemt, waarbij symbolisch tien jaar stront en bloed van zijn lijf worden geweekt.

Stijn Van Opstal zet Agamemnon imposant, lomp en ijzingwekkend sterk neer. Hij verwoordt de mannelijke arrogantie, het totale gebrek aan mannelijke empathie met de vrouwen. Sara Haeck speelt met grote gebaren diverse vrouwenrollen met fraai cynisme, schimpend, snerend. Mooi is ook de tragische en wanhopige zieneres Kassandra van Gustavo Gláuber, die jammerend diens voorspellingen ziet uitkomen.

De acteurs zijn gehuld in alles van geïmproviseerde toga’s die bijeen worden gehouden door touwen en veiligheidsspelden tot sportbroekjes en trainingsjacks. De soundscape bestaat goeddeels uit muziek, van hardrock tot opera.

Aanklacht tegen oorlog voeren

Sinds het begin van de oorlogen in Oekraïne en Palestina is in de Nederlandse theaters hiermee minstens de derde voorstelling te zien op basis van de klassiek-Griekse teksten over de Trojaanse oorlog. Dood Paard bracht Women in Troy, as told by our mothers (2022), Toneelschuur Producties kwam met Huis van Troje. En nu dus deze Klytaimnestra. Drie aanklachten tegen oorlog voeren. Drie keer vanuit vrouwelijk perspectief. Oorlog voeren is duidelijk een mannendingetje.

 

Tekst: Aischylos, Ted Hughes, Gustav Ernst
Kostuums: Rachid Laachir
Scenografie en licht: Thomas Walgrave
Geluid: Jeroen Kenens

Kunst / Expo binnenland

Op zoek naar de religieuze ervaring in hedendaagse kunst

recensie: Een sprong in het onbekende - Z33, Huis voor Actuele Kunst, Design en Architectuur, Hasselt
Z33 Voorjaar 2024Selma Gurbuz

Door een ruimte met donkere wanden, een hoog plafond en spaarzame belichting galmt klassieke muziek. De ruimte is groots opgezet, maar doet toch intiem aan. Zou het hier om een kerk gaan?

Integendeel! Het betreft de tentoonstelling Een sprong in het onbekende in Z33, Huis voor Actuele Kunst, Design en Architectuur in het Vlaamse Hasselt. De Engelstalige naam van de tentoonstelling is Leaps of Faith, een uitdrukking die wijst op handelingen die niet vanuit ratio, maar vanuit gevoel worden verricht. Een sprong in een onbekende draait om de verhouding tussen het geloof en de kunst, die allebei een beroep doen op het onbevattelijke en bovenzintuiglijke. Curator Tim Roerig heeft de in 2020 geopende, door Francesca Torzo ontworpen ruimtes van Z33 gevuld met een veelzijdige reeks kunstwerken van diverse kunstenaars. Welke elementen van dit brede en complexe thema lichten deze kunstenaars uit?

De moderne processie

Z33 Voorjaar 2024

Installatiezicht van Een sprong in het onbekende in Z33, Hasselt. Paul Thek, L-Column, 1965-66. Collectie Museum Voorlinden, Wassenaar. Foto: Selma Gurbuz.

Een van de kunstenaars van wie er in Hasselt werk te zien is, is de Amerikaanse kunstenaar Paul Thek (1933-1988). Thek bezocht samen met zijn partner, fotograaf Peter Hujar (1934-1987), in de jaren 60 de catacomben van de Kapucijnen in Palermo. Het inspireerde Thek tot het maken van zijn serie Meat Pieces. In Hasselt is bijvoorbeeld zijn L-Column te zien: een L-vormige structuur van plexiglas en metaal, waarin een stuk vlees gevangen is, dat zo uit een lichaam gerukt lijkt. Het creëert een macaber, maar ook mooi effect. Een treffende foto van een lijk uit de Siciliaanse catacomben, gemaakt door Hujar, hangt in dezelfde ruimte en vormt hier een passende aanvulling.

Halverwege de tentoonstelling is een opname te zien van The Modern Procession, een performance opgevoerd door Francis Alÿs (1959) in New York in 2002. Voor The Modern Procession liet Alÿs replica’s van iconische kunstwerken uit de collectie van het Museum of Modern Art, zoals van Duchamp, Giacometti en Picasso, in een processie meevoeren van Manhattan naar Brooklyn. In de video is te zien hoe in de processie een fanfare speelt, rozenblaadjes worden rondgestrooid en vuurwerk afgaat. The Modern Procession roept zo veel vragen op omtrent de kunst als een vorm van wereldlijke heiligenverering.

De laatste zaal van de tentoonstelling combineert verschillende werken van de Zuid-Afrikaanse kunstenaar Igshaan Adams (1982). Zo is de vloer bedekt met kleurrijke, ietwat versleten linoleumvloeren uit een buitenwijk van Kaapstad. Dit werk, When Dust Settles, roept zowel een gevoel van thuiszijn als van strijd en vergankelijkheid op. Sterverligte paadjie huis toe bestaat uit twee wandkleden met een witte streep erdoorheen, die wijst op de olifantenpaadjes die de gesegregeerde buurten van Kaapstad met elkaar verbinden. Voor Adams, zelf een queer en religieus persoon van kleur, wijzen deze op de mogelijkheid om je eigen weg te banen en deze vrij te maken voor anderen.

Z33 Voorjaar 2024

Installatiezicht van Een sprong in het onbekende in Z33, Hasselt. Igshaan Adams, Sterverligte paadjie huis toe, 2023. Met dank aan de kunstenaar, Thomas Dane Gallery en blank projects. Foto: Selma Gurbuz.

Uitzicht over een begijnhof

In deze laatste zaal biedt een groot raam uitzicht op een begijnhof, met een ruïne van de begijnhofkerk in het midden. Het is een toepasselijke conclusie voor een tentoonstelling over de verhouding tussen religie en hedendaagse kunst. Of de tentoonstelling inhoudelijk ook recht doet aan de breedte van dit thema, is maar de vraag: de gekozen werken verhouden zich overwegend tot het christendom, en bijvoorbeeld de verhouding tussen kunst en de islam blijft in Z33 grotendeels buiten beschouwing. Toch zullen de in Hasselt getoonde kunstwerken weinig bezoekers onberoerd laten. Ze komen goed tot hun recht in de ruimtes van het prachtige gebouw van Z33. Zo maakt Een sprong in het onbekende duidelijk dat in de hedendaagse kunst nog steeds iets religieus verscholen ligt.

Film / Serie

Een mysterie vol misleiding

recensie: Fool Me Once - Danny Brocklehurst
Fool Me OnceVishal Sharma/Netflix - © 2023 Netflix, Inc.

In de Netflix serie Fool Me Once ontdekt Maya dat haar overleden man Joe niet is wie hij leek te zijn. Maar al snel wordt duidelijk dat er nog veel meer aan de hand is. Hoever ga je om de waarheid te achterhalen? Wat doe je als je eigen herinneringen niet meer te vertrouwen zijn?

Een web van leugens en bedrog

Het verhaal begint bij Maya Stern (Michelle Keegan), een weduwe die rouwt om haar man, Joe Burkett (Richard Armitage). Zijn dood blijft als een schaduw over haar leven hangen. Er gebeurt namelijk iets geks: Maya ziet Joe, na zijn dood, op een beveiligingscamera verschijnen. Hij is springlevend. Verward en geschokt begint ze aan een zoektocht naar de waarheid.

Oude fotoalbums liggen verspreid op de vloer. Hun vergeelde pagina’s vol vergeten herinneringen. Maya bladert erdoorheen, haar vingers aarzelend over de verkreukelde foto’s. Elk beeld vertelt een verhaal, elk gezicht draagt een geheim. Ze zoekt naar aanwijzingen en verborgen waarheden die haar dichter bij de kern van het mysterie brengen. Wie heeft Joe vermoord? En waarom?

Terwijl Maya zich vastbijt in het mysterie, probeert ze ook de onopgeloste moord op haar zus Claire Walker (Natalie Anderson) te verwerken. De moord op Claire blijkt een sleutelrol te spelen in het web van leugens en bedrog waarin Maya verstrikt raakt.

Cinematografie

In de Engelse landschappen speelt de natuur een grote rol bij het creëren van de sfeer. Nevel, regen en mist omhullen de scènes. Hierdoor ontstaat een gevoel van mysterie en melancholie. De camera vangt de ruige schoonheid van het landschap, terwijl de ruiten beslagen zijn door zachte druppels regen. Dit geeft de serie een unieke visuele identiteit.

De toevoeging van flashbacks in de verhaallijn zorgt voor een diepere verkenning van de emoties van de personages. De verschuivingen tussen heden en verleden helpen de kijker om de innerlijke strijd van de personages beter te begrijpen.

De visuele stijl van de serie is belangrijk voor de verrassende wendingen en spannende momenten. Elke aflevering eindigt met een scène die de kijker achterlaat in volle verwachting van wat nog komen gaat.

Emoties komen tot leven

We zien het verhaal vanuit het perspectief van Maya. Veel shots versterken het gevoel van paranoia en onzekerheid dat Maya ervaart, waardoor de kijker steeds dieper wordt meegesleept in haar belevingswereld. Wat ook opvalt, is de subtiliteit waarmee de acteurs hun emoties tonen. Het zijn de kleine gebaren, de trilling in een stem en de blik in hun ogen die de diepte van hun personages onthullen.

Overvloed aan zijverhalen

Terwijl complexiteit vaak een teken is van een goed verhaal, is het soms te veel. De serie heeft veel lagen, waardoor het af en toe moeilijk is om alles te volgen. Aan het eind van de serie vraag je je als kijker een beetje af waarom de serie zich zoveel bezighield met problemen van bijpersonages.

Als kijker denk je in het begin het verhaal al te hebben ontrafeld, maar niets is minder waar. Elke aflevering eindigt met een cliffhanger die de kijker weer op het verkeerde been zet. Op een paar onaangeroerde verhaallijnen en onuitgewerkte personages na, is Fool Me Once een lekkere serie om te bingewatchen voor mensen die houden van spanning en mysterie.

Theater / Voorstelling

Edele eenvoud en stille grootsheid

recensie: NTR ZaterdagMatinee 27 april 2024
145_GOKErardPleyel_20Kaspar Jansen

In het NTR ZaterdagMatinee op 27 april jl. staat werk van twee operacomponisten centraal: de wereldpremière van Viaggio italiano (Italiaanse reis) van de Nederlandse componist Willem Jeths en de Petite messe solennelle van de Italiaan Giacchino Rossini. Zoek de verschillen én de overeenkomsten, oftewel: de gemene deler.

De titel van het programmaboekje geeft dat laatste al weg: Jeths, Italië, Rossini en de dood. De dood dus.
Willem Jeths (geb. 1959) is van 2014-2016 de eerste Componist des Vaderlands. Hij heeft onder meer drie opera’s op zijn naam staan. En hij heeft een tweede huis in Italië, het land waaraan hij zijn hart heeft verpand. Viaggio italiano is geschreven voor gemengd koor (het Groot Omroepkoor), hobo (Hans Wolters) en piano (Thomas Beijer). De première staat onder leiding van Benjamin Goodson, de chef-dirigent van het onvolprezen Groot Omroepkoor.

145_GOKErardPleyel_12

© Kaspar Jansen

Willem Jeths, Italië en de dood

De dood vormt de spil van deze en veel andere composities van Jeths, zoals bijvoorbeeld het indrukwekkende orkeststuk Flux/Reflux (Eb/Vloed) dat hij schrijft na het overlijden van zowel zijn moeder als een van zijn oud-compositiedocenten, Tristan Keuris.
De tekst van deze spil uit Viaggio italiano is Tibi soli (Jij alleen) en bestaat uit twee delen. Ten eerste een anonieme notitie van een reisgenoot van de Nederlandse patriciërszoon Willem Carel Dierkens die – zoals in de achttiende eeuw wel gebruikelijk is in de betere kringen – een Bildungsreise naar Italië maakt. En ten tweede de tekst op zijn grafsteen (1778).

Een andere tekst, van Joseph Addison, gaat bijvoorbeeld over de ‘meest nobele architectuur en beeldhouwwerken, zowel oud als modern’. Opvallend is dat de componist hier kiest voor een mooie periodebouw (evenwichtige muzikale zinnen van ongeveer dezelfde lengte) in de hobosoli, als is het een eerbetoon aan de Italiaanse architect Palladio, aan edele eenvoud en stille grootsheid.

Zoals Jeths in een ander deel een hommage aan Vivaldi brengt. Door middel van een citaat uit Vivaldi’s Gloria, een hobosolo namelijk die even doet denken aan Anachronie II van Louis Andriessen. Andriessen schrijft daarin een heel hoboconcertje in die typerende barokstijl. Daar houdt de vergelijking overigens op, want Jeths is geen modernist en de tinten van het stuk zijn teer, als van een Italiaanse fresco of een schilderij van Rafaël.

Een mooi voorbeeld is de prachtige echo die de althobo en piano spelen nadat het koor heeft gezongen over het ‘telkens weergezien in Prato’ (Toscane), waardoor het weerzien een diepere laag krijgt. Zo’n echo heeft de uitwerking van een sluier die even wordt opgelicht. Een sluier die de dood ook niet afschrikwekkend doet overkomen, maar eerder omfloerst, als een voile.

Een diepere laag wordt verder niet aangeboord in de tekst, samengesteld door Kees Vlaardingerbroek, voormalig artistiek leider van het Matinee. Dat is misschien toch wel een beetje jammer. Ook het programmaboekje heeft het alleen over de Grand Tour, de Italiëreis in de zin van ‘een kruising tussen kunstreis en vakantie’, terwijl het voor iemand als Goethe méér is: een existentiële ervaring of crisis waarin hij zichzelf opnieuw wil uitvinden; ‘Et arcadia ego’ (Heimwee naar verloren geluk) was immers zijn motto.

Giacchino Rossini, Italë en de dood

Hoe anders is het palet van de bekende Petite messe solennelle van Rossini. Hier bestaat het namelijk voornamelijk uit felle kleuren, waarop zuidelijk zonlicht valt. Dan valt een pianissimo (zacht) gezongen woord des te meer op, zoals ‘miserere nobis’ (ontferm U over ons): miserere wordt krachtig gezongen en ‘nobis’ opeens zacht. Hier zijn de twee vrouwelijke solisten aan het werk: Rosa Feola (sopraan) en Rachael Wilson (mezzosopraan), waarvan de laatstgenoemde in het Agnus Dei wat gemaniëreerd overkomt. Iets soortgelijks gebeurt in het Credo, wanneer ingetogen wordt gezongen over het lijden van Jezus onder Pontius Pilatus, gevolgd door een kooruitbarsting wanneer het aansluitend over de opstanding gaat.

Ook bijzonder fraai is – nu we het toch over kleuren hebben – de kleuring van de instrumenten in het naspel na het Credo. Opvallend genoeg wordt er gekozen voor twee historische piano’s, een van Erard (1863) en een van Pleyel (1874), die samen met een harmonium de begeleiding verzorgen. Respectievelijk bespeeld door Thomas Beijer, Nicolas van Poucke en Dirk Luijmes. Beijer krijgt het voor elkaar om de lange pianosolo na het Credo, voorafgaand aan het Sanctus, onder zijn handen te laten zingen. Een Sanctus waarin tenor Josh Lovell, die op dreef lijkt te moeten komen, grip op de zaak krijgt. Een trio Feola-Wilson-Lovell dat wordt aangevuld door de mooie stem van de bas Emanuele Cordaro.

Al met al een prachtige Matinee, zowel wat de programmering als de uitvoering van beide composities, de première van Jeths en de verre van ‘petite messe’ van Rossini betreft. De laatste in de serie GOK & Friends van dit seizoen. Volgend seizoen staan ons meer mooie Matinees te wachten!

 

Film / Films

Het sciencefictionhoogtepunt van het jaar

recensie: Dune: Part Two - Denis Villeneuve

De Dune-reeks van Frank Herbert is een van de klassiekers in het sciencefictiongenre. Er is lang beweerd dat deze boeken nooit op een goede manier vertaald zouden kunnen worden naar film. De Dune-film uit 1984 lijkt dit te bevestigen, ondanks de cultstatus die deze inmiddels heeft gekregen. Regisseur Denis Villeneuve liet in 2021 zien dat het verhaal over Paul Atreides wel degelijk te verfilmen is, en doet er dit jaar met Dune: Part Two nog een schepje bovenop.

Dune: Part Two gaat door met de reis van Paul Atreides op de vreemde zandplaneet genaamd Arrakis. De uitgebreide wereldbouw, politieke intriges en religieuze thema’s worden in dit deel nog dieper uitgewerkt. Daarmee teert de film duidelijk op de voorkennis van de kijker; het is immers een direct vervolg. Paul heeft zich aangesloten bij de Fremen en helpt hen de planeet te bevrijden van de Harkonnen. Tegelijkertijd wordt hij geplaagd door visioenen en profetieën over zijn rol in deze wereld. Het eerste boek in de boekenreeks, Dune, is met dit tweede deel volledig verfilmd. Nu is het nog wachten op de verfilming van het vervolg, Dune: Messiah, die de karakterboog en verhaallijn van Paul pas echt afmaakt.

Verdieping en expansie

Dat neemt niet weg dat Dune: Part Two een van de grootste en meest meeslepende sciencefictionfilms is van het afgelopen decennium, alsmede een van de beste sequels in tijden. Dune: Part Two borduurt op meesterlijke wijze voort op de prikkelende wereld die is neergezet in het vorige deel. Hierdoor is er veel ruimte voor verdieping en expansie. De mysterieuze vrouwenorde van de Bene Gesserit, de identiteitscrisis van Paul, de zandwormen, het volk van de Fremen, alles krijgt meer aandacht. Het is een vervolgdeel dat zich kan meten met iconische sequels als The Lord of the Rings: The Two Towers en Star Wars: The Empire Strikes Back.

Pure kwaliteit

Niet alleen qua inhoud is de film indrukwekkend, ook op technisch vlak weet de film het vorige deel te overtreffen. Cinematograaf Greig Fraser heeft uitzonderlijk hoge kwaliteit geleverd. Elk shot ziet kan ingelijst worden en laat elke scène groots en episch uit de verf komen. In principe zouden hier alle departementen van deze productie apart uitgelicht moeten worden, want alles sluit naadloos op elkaar aan. Het plot heeft een soepel vloeiend tempo, de actiescènes zijn vlot en minder houterig dan in het eerste deel, het geluid maakt dat de hele wereld heerlijk buitenaards aanvoelt, de kostuums zijn ongekend creatief, Austin Butler is perfect gecast als Feyd-Rautha, de lijst is eindeloos.

Te veel hooi op de vork?

Het enige waar wat onenigheid over kan bestaan, is over de verschillen met het boek. Niet iedereen zal het eens zijn over de keuzes die gemaakt zijn. Zo lijkt Paul in de boeken aanzienlijk meer tijd te spenderen met de Fremen, en ook zijn motivatie lijkt anders vormgegeven. Het is ook gezegd dat er te veel verhaal in een film van ‘slechts’ twee uur en drie kwartier is gepropt. Maar dit is eerder een kleine voetnoot dan een zwaarwegend kritiekpunt.

Al met al is Dune: Part Two alles wat een vervolg moet zijn. Het is nu al een van de grootste films van het jaar en zal ongetwijfeld in deze top tien blijven staan. Met name sciencefictionliefhebbers kunnen deze film absoluut niet missen. En een film van dit kaliber dient gekeken te worden op het grootst mogelijke scherm. Uiteraard.

Film / Serie

Een wervelwind van leugens en verlangen

recensie: Tell Me Lies - Meaghan Oppenheimer
Tell me LiesJosh Stringer/ HULU - © 2022 Hulu

In de schaduw van een kleurrijke universiteitscampus ontvouwt zich een verhaal vol bedrog en verlangen. De serie Tell Me Lies trekt je mee in een beklemmende draaikolk van emoties. We zien de levens van Lucy Albright (Grace Van Patten) en Stephen DeMarco (Jackson White) verstrikt raken in een destructieve relatie.

Leugens en manipulatie bepalen het gedrag van twee jonge zielen die tot elkaar worden aangetrokken als motten tot een vlam. Achter hun charmante façades schuilen namelijk duistere geheimen. De serie heeft er wel een handje van om wat dingen te kopiëren van andere series. Gooi flashbacks, ‘toxic love’ en een tragische dood in een glas en je hebt een mooie cocktail van Pretty Little Liars en Riverdale. Lukt het Tell Me Lies om toch verfrissend te blijven?

Een giftige dans

Lucy, een nieuwe universiteitsstudente, ontmoet Stephen op een feestje. Haar nieuwe studievriendinnen waarschuwen haar voor hem, maar de aantrekkingskracht is onweerstaanbaar. Hun liefdesverhaal ontvouwt zich als een giftige dans, waarin leugens en verlangen met elkaar verstrengeld raken. De complexiteit van hun relatie wordt versterkt door geheimen en een tragische dood op de campus. De liefde die ze delen is als een vuur dat hen verteert, terwijl ze zich vastklampen aan de illusie van het ‘samen gelukkig zijn’.

De verborgen complexiteit van de personages

Stephen vertoont eigenschappen van narcisme en sociopathie. Hij ziet de medemens voornamelijk als middel om zijn eigen doelen te bereiken en toont geen berouw. Zijn manipulatieve intelligentie en charmante voorkomen zet hij in om anderen te beïnvloeden. Zo ook bij Lucy. Ondanks de manipulatieve trekjes van Stephen, is het moeilijk om medelijden te hebben met Lucy. Ze is egoïstisch en haar gedrag is soms zelfs vergelijkbaar met dat van Stephen. Lucy laat weinig empathie zien, maar handelt juist heel berekenend. Hierdoor is het moeilijk om met haar mee te leven. Als kijker voel je weerzin tegen de personages, wat betekent dat de acteurs hun werk goed doen.

De serie schuwt niet om de complexiteit van de menselijke psyche te verkennen. We maken namelijk ook kennis met Stephens alleenstaande moeder Norah (Katey Sagal). Norah blijkt te kampen met een zogeheten histrionische persoonlijkheidsstoornis. Ze moet en zal altijd in het middelpunt van de aandacht staan. Tijdens aflevering vijf, waarin je de interactie tussen Stephen en Norah ziet, wordt daarom al snel duidelijk waarom Stephen is zoals hij is. Sagal, bekend van shows als Married with Children en Sons of Anarchy, zet een indrukwekkende prestatie neer als Norah. En het feit dat ze in het echte leven de moeder is van White, die Stephen speelt, voegt een extra laag van betrokkenheid toe. Als kijker voel je de emotionele klik tussen hen. Alsof je door het scherm heen hun gedeelde geschiedenis kunt aanraken.

Montage en lichtspel in harmonie

De serie wordt verteld in twee parallelle tijdlijnen, waarbij de kijker zowel de passionele opwinding van de beginnende romance tussen Lucy en Stephen ziet, als de verwoestende gevolgen van hun destructieve relatie. De montage bepaalt het ritme en de flow van de afleveringen. Snelle cuts en naadloze overgangen dragen bij aan de dynamiek van het verhaal, waardoor de kijker wordt meegenomen in een meeslepende ervaring. Ook speelt de belichting een cruciale rol bij het creëren van de sfeer. Variërend van zacht, diffuus licht voor intieme momenten tot scherpere, contrastrijke belichting voor dramatische scènes, voegt het spel met licht en schaduw diepte toe aan de visuele ervaring.

Met een boeiende vertelstructuur die heen en weer beweegt tussen hun ontluikende romance en de verwoestende nasleep, biedt Tell Me Lies een fascinerende blik op de complexiteit van menselijke relaties. Toch zal je je als kijker niet aan de indruk kunnen onttrekken dat Tell Me Lies soms voelt als een aftreksel van series als Pretty Little Liars en Riverdale. Desondanks is het voor liefhebbers van mysterie en intriges nog steeds een plezierige serie om te bingewatchen.

Boeken / Non-fictie

Klimatologie voor hoogopgeleiden

recensie: Het Klimaatboek – Een initiatief van Greta Thunberg
Klimatologie voor hoogopgeleidenUnsplash

Hoe leg je in begrijpelijke taal aan een leek uit hoe de klimaatverandering ons allen raakt? Die missie lijkt onmogelijk. De Zweedse klimaatactivist Greta Thunberg doet een poging met Het Klimaatboek: een verzameling van wetenschappelijke teksten over de impact van klimaatverandering. Van verdwijnende oerwouden tot aan de kosten van ons eigen consumentisme: geen thema blijft onbenoemd. Er resteert alleen één kanttekening: het is lastig om zo’n groot wereldprobleem in alledaagse woorden uit te drukken.

Wie klimaat zegt, zegt Greta

Greta Thunberg weet al lang hoezeer de klimaatproblematiek haar wissel trekt op het leven van alledag. Ze maakt het tot haar persoonlijke levensdoel om de opwarming van de aarde terug te dringen en dat leidt ertoe dat ze regelmatig in de clinch ligt met de grote ‘boosdoeners’ van de fossiele industrie. In de documentaire I am Greta is te zien hoe de destijds vijftienjarige Zweedse tiener zichzelf op een zonnige dag in augustus 2008 neerplant voor het Zweedse parlement. Naar school gaan, doet ze niet meer. Eerst het klimaatprobleem aanpakken.

Wie over klimaatverandering spreekt, heeft het over Thunberg. De nu negentienjarige heeft al veel bereikt: ze tikte de VN-top op 23 september 2019 op zijn vingers tijdens een toespraak, ontmoette wereldleiders (en las hen dan meteen ook even de les over het niet nakomen van afspraken van voorgaande edities van de klimaattop) en hield op talloze plekken speeches die gebundeld zijn in Niemand is te klein om het verschil te maken (2019). In haar felle woorden is de emotie duidelijk hoorbaar: ‘Jullie hebben mij mijn dromen en mijn kindertijd ontnomen met jullie lege woorden. En dan ben ik nog een van de gelukkigen. Er zijn mensen die afzien en er zijn mensen die sterven. Hoe durven jullie?’  Iets waarmee het andere kamp, klimaatontkenners zoals Donald Trump, de draak steken op X (voorheen Twitter). In tijden van opwarming van de aarde laat dít Thunberg echter koud; ze heeft genoeg artillerie aan weerwoorden om zelfs de grootste wereldleiders het zwijgen op te leggen.

Taaie theorie

Het moge duidelijk zijn dat Thunberg voor de ene helft van de wereldbevolking een ware heldin is en voor de andere helft een ongewenste onruststoker. De vraag is of ze met dit nieuwe boek de laatstgenoemden kan overtuigen van haar ongelijk, namelijk dat klimaatverandering ten eerste een werkelijk bestaand probleem is en ten tweede, dat het een probleem is dat ons allemaal aangaat (wat ons ook belast met een taak om hier iets aan te gaan doen). De wetenschappers die Thunberg aan het woord laat, smijten echter met zoveel dure termen dat het pijnlijk duidelijk wordt dat dit boek een hoogopgeleid publiek dient. En laat dit nou net de mensen zijn die zich vaak al iets aantrekken van de klimaatverandering.

Klimaatdepressie gegarandeerd

Opmerkelijk is dat Thunberg zo bekend is geworden terwijl ze in principe haar kennis ‘leent’ van de echte klimatologen, waarvan slechts enkele namen een belletje doen rinkelen. Denk aan namen als die van Margaret Atwood, de schrijfster van o.a. The Handmaid’s Tale, die je in eerste instantie niet zou koppelen aan de klimaatverandering.

Thunberg is behept met een vlotte schrijfstijl, maar sommige bijdragen zijn werkelijk zo saai, dat de gedachte ‘Ach, dan sla ik dit gedeelte van de wereldellende maar even over’, op de loer ligt. Bovendien is het lastig om goede moed te houden; het boek voedt mensen die kampen met een klimaatdepressie. Keer op keer wordt er namelijk één ding keihard bevestigd: we zijn eigenlijk al behoorlijk f*cked. Voor mensen die na het lezen van Het Klimaatboek het huilen nader staat dan het lachen: pak vooral door met het boek Niet het einde van de wereld (2024) van Hannah Ritchie. Deze auteur gaat namelijk in op positieve trends: de verbetering van de ozonlaag, de afname van luchtverontreiniging in steden en de vermindering van de uitstoot van auto’s.

De materie van Het Klimaatboek is, kortom, nogal taai. Wie nog nooit gehoord heeft van het woord ‘emissie’ zal het allemaal snel boven de pet gaan. Echt beklijven doen de ingewikkelde berekeningen en grafische modellen niet. Wat wel werkt zijn de pakkende vergelijkingen. Neem bijvoorbeeld de verwachte zeespiegelstijging die wordt vergeleken met een gebouw van zo’n twintig verdiepingen. Dit is een voorstelling die telkens opnieuw voor je geestesoog verschijnt.

Genoeg ruimte voor gefilosofeer

Het zijn de intermezzo’s van Thunberg die nog nasuizen in je oren. Achttien stuks in totaal. Zoals ze ook doet in haar speeches, weet ze hier doel te treffen met haar woorden. Haar ethische vraagstukken maken duidelijk dat we hier te maken hebben met een realist die iedereen aan haar kant wil krijgen: ‘Berust onze samenleving al vanaf het begin – tienduizenden jaren voor de industriële revolutie – op een wankel fundament? Zijn we als soort te succesvol? Te superieur voor ons eigen bestwil? Of kunnen we veranderen? Kunnen we onze kennis, vaardigheden en technologie inzetten om een cultuuromslag teweeg te brengen en zo op tijd de ecologische en klimatologische ramp afwenden? Het is wel duidelijk dat we dat zouden kunnen. Maar of we dit ook zullen doen, is geheel aan ons’.

Voor iedereen die het lastig vindt om alle informatie op te slaan maar toch een poging wil doen om zijn of haar ecologische voetafdruk te laten slinken, staat er aan het einde van het boek gelukkig een lijstje met adviezen. Er wordt een beroep gedaan op ons individuele handelen, maar ook onze gezamenlijke belangen worden in kaart gebracht. De allerrijksten onder ons worden nog eens extra aangesproken: die hebben namelijk nog meer middelen die ze kunnen inzetten.

Hoe roept liefde jou op?

Het is de vraag hoeveel mensen het boek echt uit zullen lezen en daardoor zullen weten hoe alomvattend het klimaatprobleem nu daadwerkelijk is. Hoe dan ook, het is ook goed als de lezer maar een beetje van dit boek opsteekt en doordrongen raakt van de leuzen waar menig protestbord mee volgekalkt is tijdens klimaatmarsen. En om af te sluiten met een positieve noot: Robin Wall Kimmerer, hoogleraar milieubiologie aan de State University of New York en oprichter en directeur van het Center for Native Peoples and the Environment, hamert erop dat we onze relatie met de aarde herstellen en stelt de lezer de volgende vraag: ‘Hoe roept liefde jou op?’ Met andere woorden: ‘Waarvan hou je te veel om het te verliezen?’ Houd datgene in je achterhoofd en spring op de bres voor een leefbaar klimaat voor de volgende generaties.

Theater / Voorstelling

Oorlogen raken ons allemaal

recensie: Panic Room – Theater Utrecht
Panic Room_16x9 (fotograaf Benning&Gladkova)Benning&Gladkova

‘Het is mijn oorlog. Het is jouw oorlog. Het is onze oorlog.’ De vrouw in de indrukwekkende voorstelling Panic Room van Theater Utrecht bedoelt: oorlogen zijn nooit zomaar ver weg, of lang geleden en daarmee niet jouw probleem. Oorlogen raken ons allemaal, met al hun slachtoffers, vernietiging en ellende.

Benauwd. De man heeft het zo benauwd dat ademhalen moeilijk is. Hij hoest zich de longen uit het lijf. Krimpt in elkaar van de pijn. Jacob Derwig speelt in Panic Room de zieke – naamloze – man die te horen heeft gekregen dat hij zal doodgaan. Hij heeft zich teruggetrokken in zijn afgelegen huis met dichtgetimmerde ramen. Zijn enige gezelschap is een schaap in de voortuin. Maar voordat hij sterft, komt zijn (ex-)geliefde hem nog bezoeken.

Cynisch commentaar

De – naamloze – vrouw voorziet de manier waarop de man leeft van cynisch commentaar, terwijl hij zich naar zijn einde worstelt. Komt ze verhaal halen, na jaren van afwezigheid, en afscheid nemen van de stervende man? Is zij wel echt? Of bestaat ze vooral in zijn hoofd?

Samen halen ze herinneringen op aan de eerste jaren van hun liefde. Tot aan het moment dat de vrouw besluit te gaan werken als oorlogsverslaggever. De man wil haar beletten weg te gaan. Wat volgt is een fysiek gevecht, een dans, een lichamelijke strijd. Gaat ze inderdaad weg, of blijft ze bij hem?

Oorlog en vrede

Panic Room is een voorstelling over leven en dood, over liefde en haat, over vreugde en verdriet. Maar vooral over oorlog, en over vrede. Door de tekst heen zijn juist kinderen het onvermijdelijke slachtoffer van oorlog.

Met dit stuk stellen schrijvers Esther Duysker en Floor Houwink ten Cate alle oorlogen aan de kaak. Ze hebben het niet over één oorlog in het bijzonder. Blauwhelmen (UN-soldaten) passeren de revue, en vrouwen met Arabische namen. Platgebombardeerde steden, lijken in de straten. De tekst is abstract, kaal, bijna zakelijk, maar ook nietsontziend. Bikkelhard en beeldend.

Fysieke strijd

De fenomenale Abke Haring als de vrouw staat voor de dood, in een zwart hemdje en zwarte broek; Jacob Derwig in wit voor het leven. Haring speelt de vrouw cynisch, liefdevol, idealistisch. Derwig zet zeer overtuigend de wanhoop, de verbittering en eenzaamheid van de zieke man neer. Maar hij symboliseert ook ‘de mens’, die blijft vechten tot het einde om in leven te blijven.

De een beschuldigt de ander van roekeloosheid, die ander de een van lafheid. Voor hun gesprekken hebben ze de beschikking over niet meer dan twee stoelen, dichtbij elkaar of juist ver uit elkaar. Regisseur Floor Houwink ten Cate laat haar acteurs hun conflicten ook uiten in fysieke gevechten, die het midden houden dus strijden en dansen. Houwink ten Cate put vooral Derwig lichamelijk uit: met hoesten, rennen, tillen.

Rook

De vormgeving (decorontwerp: Marloes en Wikke) is geraffineerd in zijn eenvoud en effectiviteit. Het decor is een grote, trapeziumvormige witte doos, waarbinnen beweegbare schermen en het licht vlakken openen of juist isoleren. Rook die in de ruimte wordt gebracht, verbeeldt het door oorlog platgeslagen land. Die rook wordt prachtig roze en paars aangelicht, wat een extra beklemmend effect heeft.

In de soundscape (Jimi Zoet en Sander van der Werff) staat het geluid van de uil symbool voor de nacht. De oorlog dreunt, heeft soms een kloppend hart. Het leven en de liefde krijgen warme muziek.

Niet vrijblijvend

Dit is geen vrijblijvende theatertekst. De vraag is: als het ergens oorlog is, ga je dan proberen te helpen, of blijf je in je vreedzame huis? En als je dan gaat, kun je dan wel helpen? Of kun je hooguit het verhaal van die oorlog vertellen, en moet je hoe dan ook machteloos toezien?

Dat onmogelijke dilemma ligt ten grondslag aan de indrukwekkende, ijzersterke, fysieke voorstelling Panic Room van Theater Utrecht. Een oogverblindend mooie aanklacht tegen oorlogvoeren. Actueler kan een theatervoorstelling niet zijn.

 

Tekst: Esther Duysker & Floor Houwink ten Cate
Tekstbijdrage: Abke Haring, Jacob Derwig & Casper Vandeputte
Regie: Floor Houwink ten Cate
Spel: Abke Haring & Jacob Derwig
Dramaturgie: Liet Lenshoek
Compositie: Jimi Zoet
Kostuumontwerp: Rebekka Wörmann
Decorontwerp: Marloes en Wikke
Lichtontwerp: Varja Klosse
Geluidsontwerp: Sander van der Werff
Lichttechnicus: Mart Hielema

Boeken / Non-fictie

Lachen om niet te huilen

recensie: Jelle Brandt Corstius - Spullen Brengen

Voor Jelle Brandt Corstius kon een publicatie over Oekraïne eigenlijk niet uitblijven. Hoewel de aanleiding een treurige is, weet de Rusland-duider des vaderlands in Spullen Brengen de roadtrip toch met de nodige humor te verslaan.

Brandt Corstius’ nieuwe tv-serie stond al even in de steigers; Generatie P, over jonge Russen die hun buik vol hebben van de machtswellustige Poetin. Door covid was de productie al twee jaar uitgesteld, maar met de inval van Rusland in Oekraïne begin 2022 ging er definitief een streep door de plannen. Ook onze Rusland-kenner had de inval niet voorzien: ‘Poetin is gek, maar ook weer niet zo gek om het grootste land van Europa, bewoond door 43 miljoen inwoners, proberen binnen te vallen.’ Helaas is de realiteit anders gebleken. Brandt Corstius voelt zich machteloos en gedesillusioneerd, zijn liefde voor Rusland is in één klap verdwenen.

Hulpkonvooi

De leegte die ontstaat door het wegvallen van Generatie P vult Brandt Corstius met het maken van podcasts over Oekraïne. Maar na een tijdje begint het te knagen dat hij enkel vanaf veilige afstand verslag doet. Veel overredingskracht heeft collega-schrijver Jaap Scholten dan ook niet nodig om Brandt Corstius te strikken voor zijn initiatief Protect Ukraine. Scholten rijdt sinds de uitbraak van de oorlog af en aan met auto’s, helmen en kogelvrije vesten. Brandt Corstius vergezelt hem op zo’n barre roadtrip en doet hiervan verslag in Spullen Brengen.

Ditmaal bestaat het team, naast Scholten en Brandt Corstius, uit een bont gezelschap: oude studievrienden van Scholten, Tommy Wieringa en een paar kennissen van hem, oud-correspondenten waarmee Corstius in Moskou heeft gezeten, de zoon van Scholten én twee hoogblonde vrienden van hem – die al snel tot ‘de drie jonge Ariërs’ worden gedoopt. Het plan is om in vier dagen met zeven auto’s naar Kiev te rijden, om vervolgens met de trein en het vliegtuig terug te keren.

Voorzichtig optimisme

Een deel van de auto’s sneuvelt al tijdens de rit of hangt aan elkaar met ijzerdraad. Ook de auto’s die het wél halen, houden het waarschijnlijk slechts enkele weken uit in het oorlogsgebied. Maar al is het een druppel op een gloeiende plaat, het is tenminste íets. Aan deze strohalm klampt Brandt Corstius zich vast.

Zijn reisverslag is hartverscheurend, maar er zijn ook lichtpuntjes. Het is alsof je naast Brandt Corstius in de auto zit, terwijl hij vertelt over de oorlogspropaganda van het Kremlin, zijn eerste reis naar Oekraïne en de Tweede Wereldoorlog. Hij voert je mee langs jagershutten en kastelen van graven, maar ook langs schuilkelders en geïmproviseerde oorlogsmusea. Brandt Corstius is dé gids voor deze plek en deze tijd.