Film / Films

Vooral mooie plaatjes in luchtige tragikomedie

recensie: Coup de chance - Woody Allen

In Woody Allens Coup de Chance krijgt ogenschijnlijk gelukkig getrouwde Fanny een verhouding met oud-klasgenoot Alain. Echtgenoot Jean krijgt lucht van de affaire en onderneemt actie, met ironisch einde incluis. Allen speelt in deze tragikomedie (zoals vaker in zijn films) met de vraag: geloof je in toeval of het lot? En zet daarmee een ietwat eenvoudige en onpersoonlijke Woody Allen-film neer.

In de vijftigste film van Woody Allen lijkt het jonge stel Fanny (Lou de Laâge) en de steenrijke Jean (Melvil Poupaud) nog even verliefd als in het begin van hun relatie. Ze hebben het duidelijk goed voor elkaar: ze wonen in een luxe appartement in Parijs, gaan in de weekenden naar hun fraaie buitenhuis op het platteland en eten foie gras in goede restaurants. Wanneer Fanny oud-klasgenoot Alain (Niels Schneider) op straat tegen het lijf loopt, slaat de vonk al snel over. Ze beginnen een affaire.

Woody Allen-film in een Frans jasje

Alle componenten voor een Woody Allen-film zijn voorhanden; ironie, relatieproblemen, ontrouw, jaloezie en moord. Ook is er zoals vaker een fascinatie te bespeuren voor de levens van de rijke elite. Toch voelt Coup de Chance met zijn volledig Franse cast net wat anders dan zijn klassiekers. Waar New York eerder vaak het decor vormt voor Allens films, zien we nu een dromerig en romantisch Parijs. Het merendeel van de scenes lijkt in de golden hour te zijn geschoten en de clichématige beelden van de Franse hoofdstad blijven komen. Ook sijpelt de volledig Franse productie door in het script. Zo blijft het veelgenoemde anglicisme ‘femme trophée’ (trophy wife), Jeans koosnaampje voor Fanny, niet onopgemerkt.

Toeval of lot

In meerdere films van Allen spelen toeval en ironie van het lot een grote rol. Langzaamaan transformeert hij het plot van romantische komedie naar misdaadthriller en laat ons peinzen over de levensvraag: zijn we onderworpen aan het toeval of aan het lot? Dit komt alleen al terug in de personages in Fanny’s leven. Alain ziet het leven als een kansspel en gelooft in de absolute onzekerheid van het toeval. Jean creëert naar eigen zeggen zijn eigen geluk. Ook als Jean achter de buitenechtelijke relatie van zijn pronkvrouw komt, neemt hij het heft in eigen handen en schakelt een privédetective in. Zoals gebruikelijk in Allens films ondersteunt de sferische jazzmuziek de ontwikkelingen in een verhaal met de nodige spot.

Vermakelijk op een ander niveau

Zoals gezegd speelt Allen vaker met het thema toeval versus lot – bijvoorbeeld ook in het veel betere Match Point (2005). Maar in Coup de Chance maakt de regisseur zich er wat gemakkelijk van af. Zo voelen plotontwikkeling, karakterontwikkeling en het verbeelden van de wrange willekeur van het leven een stuk minder uitgewerkt. Van een ander niveau dan we gewend zijn van Allen. Of dat ook door de Franse cast komt is niet duidelijk. Hoewel Coup de Chance een luchtige en vermakelijke film is, blijven vooral de mooie plaatjes hangen. En daar blijft het wel bij.