Tag Archief van: geschiedenis

Film / Films

Visueel geweldig, maar te onpersoonlijk

recensie: Napoleon (2023) - Ridley Scott

De langverwachte Napoleon van regisseur Ridley Scott toont ons de turbulente opkomst en ondergang van de beroemde Franse keizer Napoleon Bonaparte, gespeeld door Oscar-winnaar Joaquin Phoenix. De film is visueel groots en meeslepend, maar hij blijft onpersoonlijk.

We zien Napoleon voor het eerst wanneer de strijdbare Marie Antoinette naar de guillotine wordt geleid. Hij maakt gebruik van de roerige tijd na de Franse Revolutie om zijn entree te maken en zichzelf te positioneren als briljant militair en politiek strateeg. Dat lukt en vele veldslagen volgen. Zo meedogenloos als Napoleon in de oorlog is, zo kwetsbaar is hij in zijn relatie met Joséphine (gespeeld door Vanessa Kirby). Waar hij op het slagveld uitgroeit tot een legende, wordt zijn privéleven bepaald door zijn obsessie voor zijn geliefde.

Dualiteit van Napoleon

2023 CTMG Inc, All Rights Reserved, All images are property of Sony Pictures Entertainment Inc

Ridley Scott heeft getracht beide kanten van Napoleon in beeld te brengen: zijn genialiteit als militair strateeg en zijn obsessieve liefde voor Joséphine. Tot op zekere hoogte is hij daarin geslaagd, mede doordat Joaquin Phoenix de rol van Napoleon fantastisch vertolkt. Phoenix zet een Napoleon neer die meedogenloos is op het slagveld en waar je soms ook hartelijk om kan lachen. Als kijker mis je een psychologische kijk in het karakter van deze beroemde Franse keizer: wat drijft deze man, waarom maakt hij de keuzes die hij maakt en waarom is zijn liefde voor Joséphine zo obsessief? Deze vragen worden niet beantwoord.

Vanessa Kirby, bekend van The Crown, speelt de rol van Joséphine met verve, maar ook bij haar blijf je gissen naar motieven en kom je niet veel dieper dan de bovenste laag. Alleen als Napoleon en Joséphine de scheidingspapieren tekenen, vooral omdat Joséphine niet in staat blijkt om kinderen te krijgen, wordt de film heel even ontroerend en krijgt de kijker toch een kijkje in hun innerlijke leven.

Geweldige spektakelscenes

Ridley Scott is een genie in het organiseren en in beeld brengen van grootse massascenes. Daarvoor gebruikt hij echte figuranten en laat de aantallen niet digitaal vermeerderen. Dat hij dit ‘analoog’ aanpakt is terug te zien in de beelden. Je ziet echte mensen die elkaar bevechten. De veldslagen zijn een genot voor het oog, met name die in Austerlitz, maar ook de laatste veldslag in Waterloo is schitterend in beeld gebracht.

2023 CTMG Inc, All Rights Reserved, All images are property of Sony Pictures Entertainment Inc

Visueel is Napoleon geweldig. Als geen ander kan Ridley Scott grote historische taferelen in beeld brengen. Maar bij een film die ruim 2,5 uur duurt heb je meer nodig. Scott probeert té veel te vertellen in té weinig tijd en daardoor is het een ietwat saaie opsomming van wapenfeiten en leer je Napoleon nergens echt kennen, waardoor je als kijker op afstand blijft. Door zo’n feitenrelaas duurt de film te lang en gaat hij vervelen.

Volgens veel critici vertoont de regie van Scott een grote zwakte: terwijl zijn films visueel zeer indrukwekkend zijn, lukt het hem vaak niet om solide personages te ontwikkelen. Deze kritiek geldt ook zeker voor Napoleon. Wat mist is diepgang, dat kan door prachtige beelden en een (te) lang, gedetailleerd verhaal gewoon niet worden goedgemaakt.

Film / Films

Visueel geweldig, maar te onpersoonlijk

recensie: Napoleon (2023) - Ridley Scott

De langverwachte Napoleon van regisseur Ridley Scott toont ons de turbulente opkomst en ondergang van de beroemde Franse keizer Napoleon Bonaparte, gespeeld door Oscar-winnaar Joaquin Phoenix. De film is visueel groots en meeslepend, maar hij blijft onpersoonlijk.

We zien Napoleon voor het eerst wanneer de strijdbare Marie Antoinette naar de guillotine wordt geleid. Hij maakt gebruik van de roerige tijd na de Franse Revolutie om zijn entree te maken en zichzelf te positioneren als briljant militair en politiek strateeg. Dat lukt en vele veldslagen volgen. Zo meedogenloos als Napoleon in de oorlog is, zo kwetsbaar is hij in zijn relatie met Joséphine (gespeeld door Vanessa Kirby). Waar hij op het slagveld uitgroeit tot een legende, wordt zijn privéleven bepaald door zijn obsessie voor zijn geliefde.

Dualiteit van Napoleon

2023 CTMG Inc, All Rights Reserved, All images are property of Sony Pictures Entertainment Inc

Ridley Scott heeft getracht beide kanten van Napoleon in beeld te brengen: zijn genialiteit als militair strateeg en zijn obsessieve liefde voor Joséphine. Tot op zekere hoogte is hij daarin geslaagd, mede doordat Joaquin Phoenix de rol van Napoleon fantastisch vertolkt. Phoenix zet een Napoleon neer die meedogenloos is op het slagveld en waar je soms ook hartelijk om kan lachen. Als kijker mis je een psychologische kijk in het karakter van deze beroemde Franse keizer: wat drijft deze man, waarom maakt hij de keuzes die hij maakt en waarom is zijn liefde voor Joséphine zo obsessief? Deze vragen worden niet beantwoord.

Vanessa Kirby, bekend van The Crown, speelt de rol van Joséphine met verve, maar ook bij haar blijf je gissen naar motieven en kom je niet veel dieper dan de bovenste laag. Alleen als Napoleon en Joséphine de scheidingspapieren tekenen, vooral omdat Joséphine niet in staat blijkt om kinderen te krijgen, wordt de film heel even ontroerend en krijgt de kijker toch een kijkje in hun innerlijke leven.

Geweldige spektakelscenes

Ridley Scott is een genie in het organiseren en in beeld brengen van grootse massascenes. Daarvoor gebruikt hij echte figuranten en laat de aantallen niet digitaal vermeerderen. Dat hij dit ‘analoog’ aanpakt is terug te zien in de beelden. Je ziet echte mensen die elkaar bevechten. De veldslagen zijn een genot voor het oog, met name die in Austerlitz, maar ook de laatste veldslag in Waterloo is schitterend in beeld gebracht.

2023 CTMG Inc, All Rights Reserved, All images are property of Sony Pictures Entertainment Inc

Visueel is Napoleon geweldig. Als geen ander kan Ridley Scott grote historische taferelen in beeld brengen. Maar bij een film die ruim 2,5 uur duurt heb je meer nodig. Scott probeert té veel te vertellen in té weinig tijd en daardoor is het een ietwat saaie opsomming van wapenfeiten en leer je Napoleon nergens echt kennen, waardoor je als kijker op afstand blijft. Door zo’n feitenrelaas duurt de film te lang en gaat hij vervelen.

Volgens veel critici vertoont de regie van Scott een grote zwakte: terwijl zijn films visueel zeer indrukwekkend zijn, lukt het hem vaak niet om solide personages te ontwikkelen. Deze kritiek geldt ook zeker voor Napoleon. Wat mist is diepgang, dat kan door prachtige beelden en een (te) lang, gedetailleerd verhaal gewoon niet worden goedgemaakt.

Film / Films

Belangrijke geschiedenis eindelijk verteld

recensie: Killers of the Flower Moon

Martin Scorsese is terug op het grote scherm, met wellicht de meest opzichtige en wrede maffiabende die hij tot nu toe heeft gepresenteerd. De film vertelt een waargebeurd verhaal over liefde en hebzucht, dat de hoofdpersonen waarschijnlijk graag in de doofpot hadden gestopt

Wanneer de Osage, een stam Native Americans, in Oklahoma op olie stuiten, balen de Amerikaanse bezetters dat ze de rechten van het land bij de originele bewoners hebben gelaten. Onder leiding van William ‘King’ Hale (Robert De Niro) besluiten de Amerikanen om vrienden te worden met de Osage, hen van financieel advies te dienen en huwelijken te sluiten. Hun einddoel is de olierechten over te nemen wanneer de Osage komen te overlijden.

Net teruggekeerd van het front van de Eerste Wereldoorlog, moet de niet zo snuggere Ernest Burkhart (Leonardo DiCaprio) re-integreren in het gebied waar zijn oom King steeds meer touwtjes in handen krijgt. King geeft Ernest de taak om het hart te veroveren van Molly (Lily Gladstone), een Osage vrouw. Bij de eerste versierpoging van Ernest laat Molly al blijken dat ze weet dat hij uit is op haar geld, maar toch begint er een onwaarschijnlijke liefde te bloeien.

Grootsheid alom

De film, gebaseerd op het gelijknamige boek, bestaat grotendeels uit dialogen. Het scheelt dat Scorsese een van de meest gerenommeerde regisseurs is en daardoor over een onuitputtelijke bron van acteertalenten kan beschikken. Frequente medewerkers De Niro en DiCaprio dragen deze film door een groot bereik te tonen in hun rollen. King benadert de Osage met erg veel liefde, iets waarin hij bijna zelf lijkt te geloven, maar kan ook flink intimiderend en meedogenloos uit de hoek te komen. Ernest, zoals zijn naam al doet vermoeden, draagt zijn hart op de tong. Meermaals benoemt hij zijn liefde voor vrouwen, geld en gokken. Op momenten wanneer hij moet kiezen tussen zijn familie en Molly (en daarmee de veiligheid van een heel volk), weet DiCaprio ijzersterk de machteloosheid die deze zware keuze met zich meebrengt te vertolken.

Gladstone zal voor velen het meest verassende element van deze film zijn. Een groot deel van het verhaal rust op haar schouders, wat een uitdaging is wanneer zelfs de minder grote rollen vervuld worden door sterke acteurs als Jesse Plemons, Brendan Fraser en John Lithgow. Gladstone zet Molly neer als een charmante, warme vrouw in de eerste helft van de film. Wanneer Molly’s gezondheid verslechtert en haar familie een voor een om het leven wordt geholpen, laat ze een niet eerder vertoonde vechtlust en gedrevenheid zien.

Een lange zit

Martin Scorsese vraagt veel van de kijkers met deze drie en een half uur durende film, die vooral bestaat uit emotionele interacties van zijn cast. Het geweld waar Scorsese bekend om staat, komt in Killers of the Flower Moon in kleine uitspattingen. Deze schaarste maakt de momenten meer memorabel, maar het gebrek aan actie kan het een uitdaging maken om de concentratie vol te houden. Waar – de iets kortere – Oppenheimer (Christopher Nolan, 2023) de kijker de hele tijd op het puntje van de stoel houdt met de epische muziek door Ludwig Göransson, omarmt de kalme soundtrack van Robbie Robertson de rust.

De film is zeker niet saai. Ondanks de zware materie wordt er gebruik gemaakt van humor om de kijker bij het verhaal te houden. Ernest schiet uit zijn slof op een manier die alleen DiCaprio kan spelen, Kings coureursbril verveeld geen moment en Frasers intonatie in de rechtszaal is hilarisch. De FBI kan alleen maar lachen over hoe absurd de hele geschiedenis is voordat ze er een eind aan maken. Hoewel het tijdens de film dubbel voelt om te lachen om de gebeurtenissen, sluit Scorsese het verhaal op bijna magische wijze af door de kijker persoonlijk met de neus op de verschrikkelijke feiten te drukken. Hij weet zichzelf op 80-jarige leeftijd wederom als auteur te bewijzen. Killers of the Flower Moon is te zien in de bioscoop en zal daarna op Apple TV + verschijnen.

Kunst / Expo binnenland

Omzien in schaamte

recensie: Roofkunst - Mauritshuis Den Haag

Er is al een tijdje veel te doen over roofkunst. Schatten die in het verleden zonder blikken of blozen werden ingepikt, worden nu vaak met uitvoerige excuses teruggegeven aan de rechtmatige eigenaars. Het Mauritshuis maakt deze historische realiteit virtueel toegankelijk.

‘Geschiedenis wordt geschreven door de overwinnaars’, schreef George Orwell op 4 februari 1944 in The Tribune. In zijn tijd overwon gelukkig de goede, humane kant. Maar de overwinnaars zijn ook maar al te vaak schurken geweest, veroveraars, moordenaars, verkrachters, plunderaars. Geschiedenis is vaak geschreven door de rovers, daar kun je niet omheen, zeker niet in musea.

De expositie Roofkunst in het Mauritshuis is bescheiden van omvang, maar de tien verhalen die er verteld worden, belichten veel facetten van dit actuele thema. Van De trofee die Napoleon meenam uit Berlijn tot De echo’s van een Britse ‘strafexpeditie’ in Benin. Van De overblijfselen van nazimisdaden tot De toekomst van het kanon van Kandy, in Ceylon buitgemaakt door Nederlandse VOC-troepen. De verhalen geven je samen een caleidoscopisch beeld van West-Europese roofzucht en de huidige dialoog over eigendomsrechten. De tentoonstelling is georganiseerd in samenwerking met drie Berlijnse musea en de Stiftung Humboldt Forum im Berliner Schloss.

Beleving met behulp van VR

VR (in headset) – Quadriga op de Brandenburger Tor, beeld Jongsma + O’Neill

Alle verhalen zijn opgebouwd rond gestolen kunstvoorwerpen. Het meest tot de verbeelding spreken de drie waarbij je een VR-bril krijgt opgezet en zelf in een historisch decor wordt opgenomen. Daar sta je opeens, bovenop de Brandenburger Tor. Links naast je de fameuze koperen strijdwagen, onder je het plein waar de Franse cavalerie zich verzamelt achter de bekende generaal met zijn tweekantige steek en witte paard. Zo mooi dat je bijna vergeet wat het heikele onderwerp van deze tentoonstelling ook alweer is. Het verhaal draait om het paardenvierspan dat in 1806 door de Fransen als trofee wordt meegenomen. Het beeld keert overigens in 1814 weer terug naar Berlijn.

Of neem het laatste VR-verhaal. In een klein tempelcomplex op Bali beleef je de gevolgen van een Nederlandse ‘expeditie’ die daar in 1849 wordt ondernomen. Op de grond voor je een paar roerloze lichamen van Balinezen; verderop het geluid en geflits van geweervuur; vanuit het niets opeens een vlucht opgeschrokken vleermuizen … En tenslotte de stilte. De kris van een plaatselijke strijder belandt via een verzamelaar in een Duits museum.

Het is duidelijk dat VR ongekende mogelijkheden biedt, ook voor geschiedenisfans. De expositie in het Mauritshuis speelt hier kundig op in. Dankzij de video-installaties en digitale technieken van kunstenaarsduo Jongsma + O’Neill sta je letterlijk oog in oog met het verleden. Dat is wel een wow-ervaring.

Betrokkenheid van het museum

Het Mauritshuis is op verschillende manieren zelf betrokken bij het onderwerp roofkunst. Een paar van de getoonde voorwerpen zijn of waren eigen bezit en maken deel uit van het grote verhaal. Daarnaast is de geschiedenis van het museum nauw verweven met onderwerpen als slavernij en kolonialisme, zo valt te lezen. De bouwer van het oorspronkelijke Mauritshuis – dat in 1704 vrijwel geheel door brand werd verwoest – was Johan Maurits van Nassau-Siegen, gouverneur van de kolonie Nederlands-Brazilië in de jaren 1636-1644. Niet alleen handelde hij persoonlijk in tot slaaf gemaakten, maar bovendien nam hij bij zijn terugkeer talloze kunstvoorwerpen mee naar Den Haag.

In de collectie van het huidige museum bevinden zich ook veel stukken die geroofd zijn geweest door Franse revolutionairen of nazi’s. Een zelfportret van Rembrandt, door Hitler opgeborgen in een Oostenrijkse zoutmijn en bedoeld voor het megalomane Führermuseum dat hij ooit wilde realiseren, kon gelukkig na de oorlog worden teruggegeven aan de familie Rathenau. In 1947 verkochten zij het aan het Mauritshuis, waar het nu een prominent (VR-)onderdeel van de expositie is.

De gedachtevorming over roofkunst is zeker nog niet helemaal uitgekristalliseerd, er zijn vaak nog complexe vragen te beantwoorden. Wie zijn precies de rechtmatige eigenaars of hun erfgenamen? Zijn die nog wel te traceren? Moet alle geroofde kunst worden teruggevraagd en teruggegeven? Of zijn er soms ook redenen om dat niet te doen? Het Mauritshuis pikt die vragen op en mengt zich met een kleine, maar vaak verrassende tentoonstelling in de discussie.

 

Het Mauritshuis organiseert op 16 en 17 november een internationaal symposium over roofkunst. Tijdens dit symposium staan de drie periodes die behandeld worden in de tentoonstelling centraal: koloniale roofkunst, napoleontische roofkunst en naziroofkunst.

Film / Films

Het beklimmen van sociale ladders in achttiende-eeuws Frankrijk

recensie: Jeanne du Barry - Maïwenn
Filmstill Jeanne du BarryFilmdepot

Geboren uit een buitenechtelijke affaire zal Jeanne Bécu (later Madame du Barry) uitgroeien tot de maîtresse-en-titre (de officiële maîtresse) van koning Lodewijk XV. Haar verhaal blijft een bron van inspiratie voor kunstenaars. Zo ook voor de Franse actrice en filmmaker Maïwenn. Haar nieuwe film Jeanne du Barry opende het 76ste Filmfestival van Cannes met een staande ovatie van zeven minuten.

Maïwenn zelf speelt Jeanne. Hierdoor speelt ze niet alleen de mooiste vrouw aan het hof van de Franse koning Lodewijk XV, maar is ze tevens de regisseur, schrijver en producent van de film. Ze wordt bijgestaan door Johnny Depp, wiens rol als Lodewijk XV zijn eerste volledige Franse rol is. Dat Depp Frans spreekt, zou niet moeten verbazen. Hij is immers jarenlang getrouwd geweest met de Franse zangeres en model Vanessa Paradis.

Open deuren en gesloten rollen

Het is opvallend dat het karakter van Lodewijk XV nagenoeg onuitgewerkt blijft, ondanks het inkijkje in zijn luxe leven dat de film biedt. Depp heeft nauwelijks tekst en krijgt niet de kans zijn karakter uit te diepen. Zo wordt hij in de film omschreven als een man die zijn lust voor het leven hervindt via Jeanne, maar dit komt niet lekker uit de verf. Voor het publiek blijft de koning even mysterieus als hij destijds voor zijn volk was.

Het gevolg is dat het moeilijk wordt om de liefde tussen de twee te begrijpen. Daar komt ook nog bij dat er tussen Maïwenn en Depp weinig chemie is. Het gevoel van romantiek is dus ver te zoeken. Dit bemoeilijkt het hebben van empathie voor de personages, waardoor het einde van de film niet de emotionele impact heeft die het had kunnen hebben.

Poging tot herinterpretatie van verwerpelijke geschiedenis

Maïwenn had al jaren het idee het verhaal van haar idool Du Barry naar het grote doek te vertalen. Het is duidelijk dat ze dit karakter probeert weg te zetten als vrijgevochten vrouw die voor zichzelf kan denken. Haar Jeanne is pienter maar tevens een rebel die door haar rebelse gedrag keer op keer wordt verstoten. Haar vrijgevochten karakter maakt haar uiterst modern, maar hoezeer Maïwenn ook probeert de rol van Jeanne te herinterpreteren, uiteindelijk was en bleef de historische Jeanne Bécu een prostituee die enkel in een voor sommigen nog altijd verwerpelijk beroep en enkel met behulp van mannen die sociale ladder kon beklimmen.

Daar komt dan ook een tweede historisch aspect bij dat tegenwoordig erg gevoelig ligt: Jeanne kreeg van Lodewijk XV een zwart jongetje cadeau, Zamor, dat zij tot page maakte. In de film worden een aantal opmerkingen gemaakt ten voordele van Zamor en rassengelijkheid. Zo staat Du Barry erop dat het hele hof de jongen bij zijn voornaam noemt en tolereert ze geen racistische of denigrerende opmerkingen. Het is echter onduidelijk of de historische Du Barry ook daadwerkelijk zo goedgezind was naar Zamor. De jongen liet haar namelijk tijdens de Franse Revolutie arresteren en executeren. De film neigt naar het projecteren van hedendaagse normen en waarden op een moeilijk en ongemakkelijk punt in de geschiedenis.

Zonneschijn in Versailles

De film is daarentegen wel een parel voor het oog, met name door de prachtige kostuums en het fantastische paleis van Versailles als decor. Ook het camerawerk is uitstekend: in de openingssequentie van de film wordt de kijker al direct verwend met mooie shots van het Franse landschap en later door prachtige shots van de tuinen van Versailles. De montage van de beelden trekt de film op een aangenaam ritme voort, terwijl ze tegelijkertijd de kijker de ruimte geeft om de exuberantie op het doek in zich op te nemen. Deze balans tussen rust en tempo maakt dat de film erg aangenaam is om naar te kijken.

De echte chemie in de film zit ongetwijfeld tussen Jeanne en La Borde (Benjamin Lavernhe), de bediende van de koning. Zij ontwikkelen gedurende het verhaal een oprechte vriendschap, waarbij de warmte van het doek afspat. Ook de drie dochters van de koning, die worden weggezet als venijnige stiefzussen uit een sprookje, brengen een zekere humor in het soms wat voorspelbare en statische verhaal.

Dit maakt dat de film nooit suf aanvoelt en ook de volledige twee uur kan boeien. Slaagt de film minder in het overbrengen van liefde, fungeert ze altijd nog als een boeiende geschiedenisles over een interessant historisch figuur.

Kunst / Expo binnenland

Liefde voor wetenschap

recensie: Heropening van het Universiteitsmuseum Utrecht (UMU)

Na een periode van grondig verbouwen, restaureren en testen viert het Universiteitsmuseum Utrecht (UMU) deze week haar lang verwachte heropening. Het museumgebouw is vergroot en nog beter ingericht om inspirerende verhalen te kunnen vertellen over de wetenschap. Het resultaat: een ‘museum voor nieuwsgierige mensen’ dat families met jonge kinderen en scholen graag ziet komen. Deze academische speeltuin is echter ook interessant voor andere museumbezoekers.

Wegens succes verbouwd

Het UMU onderging de afgelopen drie jaar een flinke verbouwing omdat het oorspronkelijke gebouw te klein werd voor het groeiend aantal bezoekers. Er kwamen een grotere entreehal met museumwinkel en vijf nieuwe tentoonstellingszalen die werden ingericht met collecties die nu nog completer zijn. Videoschermen met verhalen van hoogleraren, interactieve proeven en grote, kleurrijke speelkussens sporen bezoekers van alle leeftijden aan om zelf met onderzoek aan de slag te gaan. Zo kun je een hart-long machine in elkaar zetten, het gedrag van apen en mensen bestuderen en experimenteren met de stromen bezoekers in de altijd drukke Domstad.

Het verhaal van de wetenschap

Beroemde Utrechtse wetenschappers van vroeger en nu leverden een bijdrage aan de collectie die meer dan 200.000 objecten omvat. De alfawetenschappen zijn helaas wat minder present dan de bèta- en gammastudies. Voor de waardevolle Atlas maior van Blaeu en het wereldberoemde Utrechts Psalter moet je nog altijd de verderop in de stad gelegen Universiteitsbibliotheek bezoeken. Het universiteitsmuseum wil bezoekers vooral laten zien hoe je wetenschap bedrijft en doet dat gelukkig heel divers aan de hand van onder andere natuurwetenschappelijke instrumenten, naturalia, waxmodellen, testen met zintuigen en bodemproeven.

Academisch erfgoed

Een van de topstukken is de microscoop van Antoni van Leeuwenhoek, pionier van de microbiologie. De zelfgemaakte lens waarmee tijdgenoot Christiaan Huygens in 1655 de maan van Saturnus ontdekte, krijgt eveneens een eigen vitrine. In de rand van de lens een mooi citaat van Ovidius: ‘Admovere oculis distantia sidera nostris’ (‘Ze brachten de verre sterren naar onze ogen’). De liefde voor de wetenschap is voelbaar in het Bleulandkabinet van Jan Bleuland. Van 1780 tot 1838 verzamelde deze professor in de geneeskunde anatomische preparaten van mens en dier, een rijke bron van informatie in die tijd en nog altijd is zijn kabinet een plek voor verwondering. Naast tekeningen en reproducties zie je ook skeletten en opgezette dieren. Leuk is het draakje gemaakt van stekelrog, een van de fantasiedieren die door zeelieden werden verkocht.

De Blaschka’s

Een Blaschka hydroid poliep, foto Guido Mocafico

Heel bijzonder is de persoonlijke donatie van de Nederlandse professor dr. A.A.W. Hubrecht (1853 – 1915). Hij stond zijn lichaam af aan de wetenschap en zijn schedel is nu in het Bleulandkabinet opgenomen. Het toont prachtig aan hoe bevlogen wetenschappers soms kunnen zijn. Als hoogleraar zoölogie kreeg Hubrecht in 1882 van de universiteit de middelen om 86 glasmodellen te bestellen bij vader en zoon Leopold en Rudolf Blaschka. Hij wilde deze levensechte modellen van ongewervelde zeedieren, waaronder kwallen, zeeanemonen en slakken, inzetten als studieobject tijdens colleges en practica. Waarschijnlijk zijn ze vanwege hun kwetsbaarheid niet vaak gebruikt. De verzameling is uniek in Nederland en nu prachtig uitgelicht in het museum.

Reflectie

Ook de Oude Hortus met haar historische kassen kreeg een opknapbeurt en in het achttiende-eeuwse Zaadhuis is een nieuw museumcafé geopend. De ultieme plek om alle indrukken van je museumbezoek even op je in te laten werken. Je kunt in de tuinen vele plant- en boomsoorten ontdekken, zoals de 250 jaar oude Ginkgo Biloba boom, die je in het wild niet meer tegenkomt. Kijk bij het verlaten van het UMU nog even naar het kunstwerk met draaibare spiegels van Jonathan Straatman dat hoog in de hal hangt. Met deze installatie slaat het museum een brug tussen de wereld van de kunst en wetenschap. De Utrechtse kunstenaar biedt een moment van reflectie. Door te kijken naar jezelf, begrijp je jezelf beter. Net als dat wetenschap een manier is om de wereld te begrijpen.

Het UMU en de Oude Hortus zijn vanaf woensdag 6 september weer open voor publiek: https://umu.nl/

Boeken / Fictie

Het verleden houdt nooit op

recensie: Lessen - Ian McEwan

Roland Baines heeft een abonnement op het verleden. Zijn leven lang blijft hij dealen met de heftige kostschoolervaringen met pianolerares Miriam Cornell. De vraag hoe grote en kleine geschiedenissen doorwerken in ieders bestaan, en wat we daar nou eigenlijk van leren, hangt in het nieuwste boek van Ian McEwan als een felverlicht uithangbord aan de gevel. 

In het werk van de Engelse topauteur McEwan is de impact van historische gebeurtenissen op het persoonlijke leven van mensen een terugkerend thema. Ergens lijkt dit een open deur, ons leven wordt natuurlijk voor een belangrijk deel bepaald door de plaats en tijd waar onze wieg toevallig oppopt. Maar het is wel een essentieel gegeven. In Lessen dreunt de Tweede Wereldoorlog nog nadrukkelijk na in de levens van de oudere generatie, en voor jongeren zijn thema’s als de Koude Oorlog en (de val van) de Muur, Tsjernobyl, Brexit en de Covid-pandemie maar al te relevante zaken. 

McEwan geeft in Lessen een prachtig voorbeeld van deze impact. De 13-jarige Roland Baines neemt naar aanleiding van de Cubacrisis in 1962 een beslissing die verreikende consequenties zal hebben. Wat wil hij beslist niet hebben gemist voordat de nucleaire ‘verdamping’ toeslaat? 

Familie

McEwan schildert in zijn boek ook een aantal familiegeschiedenissen. Zo worden het verleden van de moeder van Alissa – Rolands eerste, Duitse, vrouw – en haar eigen antwoord daarop fraai uitgewerkt. Tussen dochter en moeder lijkt wel een ‘ijzeren gordijn’ van onbegrip te hangen. Gaandeweg realiseer je je weer terdege hoe verschillend de omstandigheden, belemmeringen en kansen van opeenvolgende twintigste-eeuwse generaties zijn geweest. Breken met het psychologische keurslijf van haar ouders wordt voor Alissa een regelrechte levensbehoefte. In Lessen beschrijft McEwan deze worsteling treffend, veel naoorlogse kinderen in West-Europa zullen zich hier moeiteloos in herkennen. Al gaan weinigen zo ver als deze dochter. 

Literatuur

Roland ontwikkelt zich stukje bij beetje ook tot een goede, autodidactische lezer die ons soms trakteert op beschouwingen over grote schrijvers. Zo staat hij bijvoorbeeld stil bij interessante liefdeservaringen van Flaubert en Dickens. Een oplettende lezer kan zich in Lessen vermaken met talloze boeiende verwijzingen naar de wereldliteratuur. De hoofdrol is wel weggelegd voor Nabokov, ook al wordt die schrijver alleen een paar keer terloops aangestipt. De vergelijking met diens monumentale roman Lolita (1955) is gewoon onontkoombaar.   

Gestolen jeugd

Waarmee we zijn aanbeland bij de belangrijkste geschiedenis van Lessen: het gefragmenteerde levensverhaal van hoofdpersoon Roland Baines. Net als Lolita valt Roland als jonge puber ten prooi aan een solipsistische volwassene, in zijn geval pianojuf Miriam Cornell. (Wie Lolita gelezen heeft, herinnert zich misschien nog dat daar ook een pianolerares in figureert!) Hoewel de overvloedige seks de jonge Roland ontzettend goed smaakt, en hij op latere leeftijd ook over zijn eigen ‘aandeel’ dubt, wordt al gauw duidelijk dat de affaire met een bezitterige en machtige volwassene hem zijn leven lang parten blijft spelen. McEwans beschrijving van de gevolgen van een gestolen jeugd maakt van Lessen zo (ook) een indringende follow-up van Lolita. Dat hij de affaire vanuit alle mogelijke gezichtshoeken bekijkt, overtuigt en pakt je als lezer vanaf het begin. 

Lessen

Cover en titel van de lijvige – en heerlijk geschreven – roman verwijzen op het eerste gezicht naar de pianolessen die zo’n belangrijke rol in Rolands jeugd en verdere leven spelen. Maar een boek dat doordrenkt is van de betekenis van geschiedenis bestrijkt natuurlijk een veel breder thema. Wat leren we nou echt allemaal van het verleden, van onze eigen geschiedenis en die van anderen? Aan het eind trekt Roland zijn persoonlijke conclusies. Lessen is een literair meesterwerk. 

Theater / Voorstelling

Liefde, strijd en acceptatie

recensie: ADAK presenteert East Side Story: een theatrale en muzikale reis van het kamp naar een Molukse woonwijk
sfeerfoto ADAKADAK

East Side Story is een avondvullende theaterbelevenis op drie verschillende locaties. Van 31 mei tot en met 12 juni speelt deze theatrale en muzikale reis, die je meevoert langs voormalig kamp Schattenberg in Westerbork, naar de Molukse wijk in Bovensmilde. De hoofdrol is weggelegd voor acteur Roger Goudsmit. East Side Story is een avond vol muziek, dans en heerlijk eten en het sluitstuk van theaterdrieluik AAN DE ANDERE KANT (ADAK), waarin de Moluks-Nederlandse geschiedenis centraal staat.

Na de Tweede Wereldoorlog werd een grote groep Molukkers slachtoffer van een schimmenspel, uitgevoerd door de Nederlandse overheid in het toenmalig Nederlands-Indië. Dit leidde onder andere tot een grootscheepse verplaatsing van Molukkers naar Nederland, uitgevoerd onder erbarmelijke omstandigheden.

East Side Story gaat over liefde, strijd en acceptatie, over humor en tragiek, vanuit Moluks én Nederlands perspectief. Het is het verhaal van nu over mensen uit ‘de Oost’, maar ook een gelaagd verhaal over de tweede en derde generatie en de toekomst.

Locatie 1 ‘Schattenberg herbeleven’

opbouw 2 ADAK

Sfeerfoto opbouw © ADAK

Herinneringscentrum Kamp Westerbork is het beginpunt van de voorstelling. Na de oorlog werden daar ruim tweeduizend Molukkers gehuisvest. De naam veranderde in ‘Schattenberg’ en speciaal voor East Side Story wordt een deel van het kamp herbouwd. Bezoekers worden in kleine groepen door het kamp geleid en omringd door theatrale taferelen en scènes over het dagelijks leven in Schattenberg. Rondom het kunstwerk Het Nest van de Kaketoe komen de verhalen en herinneringen van oud-bewoners tot leven.

Locatie 2 ‘Een verhaal in De Molukse wijk’

Midden in de Molukse wijk in Bovensmilde speelt het slot van de voorstelling. De tribune kijkt uit op twee woningen, die het decor vormen van het verhaal van Molukse mensen die in een nieuwe wijk terechtkomen en een tussenweg moeten zien te vinden in het behouden van Molukse gewoontes en het integreren in de Nederlandse samenleving. Gezien vanuit het ’toen’ en vanuit het ‘nu’.

Locatie 3 Samen genieten van heerlijk eten en muziek vlakbij het Herinneringscentrum

Na de vertoning kunnen de bezoekers vlakbij het Herinneringscentrum in een gemoedelijke festivalsfeer genieten van heerlijke Molukse en Nederlandse gerechten. Uiteraard met muziek!

De logistiek

De gemeente Midden-Drenthe vormt het decor van East Side Story. Gezien het feit dat de bezoekers op maar liefst drie bijzondere plekken worden gebracht, zijn er speciale bussen die voor een rimpelloos vervoer zorgen.

Over AAN DE ANDERE KANT

AAN DE ANDERE KANT is een project van Stichting Gedeelde Verhalen. De stichting organiseert historische theaterproducties in het Noorden, met zo veel mogelijk participatie uit de omgeving. Het begon in 2018 met een reizende voorstelling getiteld Een tijdelijk verblijf. In 2019 volgde deel twee: een locatievoorstelling op voetbalvelden in Groningen en Drenthe onder de titel Buitenspel.

Meer informatie is te vinden op www.eastsidestory.nl

Boeken / Non-fictie

It takes two to tango

recensie: Israël aan de Tiber – Leonard Rutgers
1024px-Arch_of_Titus_MenorahWikimedia Commons

Leonard Rutgers, hoogleraar Antieke Cultuur aan de Universiteit Utrecht, begint zijn boek over joodse catacomben in Rome met de ontdekking ervan door Antonio Bosio (1602). Hij was, schrijft Rutgers, een kind van zijn tijd. ‘Net als iedereen.’ Ook Rutgers is dat in de accenten die hij legt. Fascinerend om te lezen.

1024px-Interno_con_particolare

© Wikimedia Commons

Bosio leefde in een tijd waarin de verhouding tussen joden en christenen op scherp stond, Rutgers leeft in een tijd van dialoog en aandacht voor integratie en identiteit. Hij stapt in de jaren tachtig van de vorige eeuw in, toen hij in Rome ging studeren.

De focus lag op de vraag ‘Hoe de joodse en vroegchristelijke catacomben van Rome zich tot elkaar verhielden’. Lang verhaal kort: de kunstzinnige elementen waren evenzeer met elkaar verweven als het dagelijks leven zelf, met als opvallende bezienswaardigheid de overal voorkomende menora, de zevenarmige kandelaar. Er was bijvoorbeeld een schilderstijl van fresco’s maken, de zogenaamde rood-groene lijnen, die zowel in joodse, heidense als vroegchristelijke catacomben werd toegepast.

Prachtige illustraties

In het boek zijn zeer veel prachtige voorbeelden (kleurenfoto’s) van dergelijke fresco’s opgenomen. Het gaat bijvoorbeeld om fresco’s in de Vigna Randanini-catacomben zonder joodse iconografie, maar volledig in de Romeinse stijl van die tijd en wellicht ook door Romeinse kunstenaars gemaakt. De conclusie die Rutgers trekt, is verrassend: ‘De joden in het oude Rome (…) wisten heel goed wat ze deden. Bij hen was er sprake van een hele ontspannen manier van omgaan met de grotere wereld waarin zij leefden. Juist omdat ze zeker waren van hun eigen joodse identiteit, konden zij de omringende niet-joodse wereld vol vertrouwen tegemoet treden.’

Dat vertrouwen is er niet altijd geweest, weten we al vanaf het begin van het boek. Ook verderop wordt er melding gemaakt van joodse slaven en krijgsgevangenen die in Rome terecht kwamen in de tijd van een generaal als Titus (66-73). De nadruk wordt in dit boek echter niet hier op gelegd, eerder op wat de catacomben ons aan rijkdommen overlieten. Overigens zouden hier en daar wat meer jaartallen of een tijdtafel de lezer behulpzaam kunnen zijn geweest, zoals er wel een Verklarende woordenlijst achterin is opgenomen alsmede een thematisch geordende, selecte bibliografie van begrijpelijkerwijs maar helaas alleen Engelstalige literatuur.

Brede context

Daar staat tegenover dat er veel context wordt gegeven met betrekking tot het joodse denken in het algemeen en dat in Rome in het bijzonder. Bijvoorbeeld over het geloof in al dan niet een leven na de dood, maar ook over iets heel anders als de methode van koolstofdatering waardoor de catacomben niet alleen ouder bleken te zijn dan gedacht, maar ook nog eens langer in gebruik waren, tot in de vijfde eeuw en mogelijk zelfs de vroege zesde eeuw na Christus aan toe.

Wat opvalt, is Rutgers’ enorme kennis van zaken. Niet alleen van archeologie en antieke oudheid, maar ook van het jodendom. Ook valt zijn voorzichtige, wetenschappelijk verantwoorde benadering te prijzen waarin hij zich verre houdt van gissingen en suggesties die mogelijkerwijs op de loer kunnen liggen.
Bovendien heeft Rutgers ook nog eens een fijne pen, zodat zijn boek voor elke geïnteresseerde lezer toegankelijk is. Of die nu is geïnteresseerd in archeologie, antieke oudheid, Rome en/of het jodendom.

Alleen moeten we nu niet denken, dat er voor het eerst over joodse catacomben is geschreven. Ja, wel zo uitvoerig en met veel uniek fotomateriaal als in dit boek, maar Sam Wagenaar deed het al beknopt in zijn boek De joden van Rome (1978). Het verschil is ook, dat Rutgers enerzijds afwijkt ‘van diens traditionele diasporatheorie (…) van een gemeenschap die in den vreemde haar dagen in maatschappelijk isolement en ellende doorbracht’ en anderzijds een nuancering aanbrengt in het beeld dat de vroege christenen alleen maar strijdlustig waren en tegen de joden gericht om hun gelijk te halen dat hun geloof het joodse zou hebben vervangen; er was wel degelijk sprake van acculturatie, waarbij beide groepen elementen van elkaar overnamen. Hoe actueel wil je het hebben!

Theater / Voorstelling

Het boeiende leven van een legendarische danser

recensie: Recensie: première Nureyev - Jan Kooijman
Jan Kooijman danst in NureyevAnnemieke van der Togt

Geboren in een rijdende trein, achterna gezeten door de KGB en uiteindelijk gevlucht van de beknellende Sovjet-Unie naar het vrije Frankrijk: het leven van danser Rudolf Nureyev (1938-1993) klinkt als een spannende roman. Niet gek dat hij onderwerp was van boeken, documentaires en een film. In Nureyev brengt Jan Kooijman de legendarische danser tot leven in het theater.

De meeste mensen zullen Jan Kooijman kennen als presentator van programma’s als So You Think You Can Dance, Dance Dance Dance en Hij, Zij, Hen. Als acteur verkreeg hij naamsbekendheid in GTST en verscheen hij in films als Verliefd op Ibiza en Hartenstraat. Voor zijn overstap naar televisie en film was hij jarenlang actief als danser bij het Scapino Ballet. In Nureyev gaat hij terug naar zijn roots als danser en keert hij terug in het theater in deze serieuze en complexe rol. Hierbij wordt hij vergezeld door de twee jonge dansers Kiran Gezels en Nehanda Péguillan.

Een bijzondere repetitie

In het stuk zien we Nureyev op 54-jarige leeftijd werken aan zijn zwanenzang: het choreograferen van een nieuwe versie van het ballet La Bayadère voor de Opéra in Parijs. Hij lijdt al enkele jaren aan AIDS en zijn gezondheid wordt steeds zwakker. Hij onderbreekt tijdens een woede-uitbarsting de repetitie en stuurt het gezelschap weg, alleen de hoofdrolspelers dienen te blijven. Hij vertelt over het beroemde ballet, over de verboden liefde tussen strijder Solor en tempeldanseres Nikiya. Hij sommeert de dansers om meer te voelen tijdens het dansen, in plaats van alles alleen perfect uit te voeren.

Jan Kooijman acteert in Nureyev

Een fascinerende levensgeschiedenis

Nureyev begint vervolgens snel te vertellen over zijn bijzondere leven. Van het moment dat hij verliefd werd op het ballet tijdens een bezoek aan een voorstelling van Song of the Cranes tot het intense verzet tegen zijn ziekte. Vanaf het begin van de voorstelling wordt verwezen naar het meest bepalende moment in zijn leven: zijn vlucht naar Frankrijk. Nureyev is in Parijs voor optredens met het Mariinsky Ballet en wordt continu gevolgd door de KGB. Hij moet terug naar de Sovjet-Unie, maar weigert. In een steriele witte ruimte neemt hij het besluit om asiel aan te vragen in Frankrijk, waarna een indrukwekkende balletcarrière in het Westen van start gaat bij onder andere The Royal Ballet. Hij dompelt zich al snel onder in een losbandig leven vol feesten, maar komt altijd terug bij zijn grote liefde, de Deense danser Erik Bruhn.

Knap uitgevoerde monoloog mist soms diepgang

Kooijman levert een zeer knappe prestatie door de 80 minuten durende monoloog foutloos voor te dragen. Hij laveert overtuigend tussen de gefrustreerde, zieke man en het jonge feestbeest. Zelfs dialogen weet hij in zijn eentje levendig te maken voor de toeschouwer. Kooijman heeft echter soms moeite om het opvliegende en narcistische karakter van Nureyev geloofwaardig neer te zetten. De tekst van Allard Blom is daarbij niet altijd even ondersteunend. De focus ligt vooral op een beschrijving van gebeurtenissen en feiten en minder op de emoties en de beleefwereld van Nureyev. Hierdoor heb je niet het gevoel dat je de danser écht leert kennen tijdens deze voorstelling.

Jan Kooijman danst in Nureyev

Mooie combinatie van theater en dans

De voorstelling heeft voldoende vaart en blijft boeien. Wanneer de monoloog langdradig begint te worden, wordt dit afgewisseld door danssegmenten uitgevoerd door Gezels en Péguillan. De choreografie is in handen van Rinus Sprong, een oude bekende van Kooijman uit de tijd van So You Think You Can Dance. Een klassieke choreografie gaat naadloos over in een modernere dans wanneer Péguillan haar spitzen uittrekt. De dansers hebben tijdens de voorstelling geen tekst. Hierdoor fungeren zij als een blank canvas op wie verschillende personages worden geprojecteerd, zoals de dansers van La Bayadère, geliefde Erik Bruhn en vriendin en collega-danser Margot Fonteyn. Kooijman voegt zich sporadisch tussen de dansers, maar voert geen ingewikkelde choreografieën uit. Een goede keuze, aangezien het geloofwaardig ‘nadoen’ van een grootse danser als Rudolf Nureyev wel erg veel uitdaging met zich meebrengt.

Aanrader voor de liefhebber

Nureyev is zonder twijfel een zeer een originele en vernieuwende Nederlandse productie en is een aanrader voor liefhebbers van theater en dans. De monoloog legt veel nadruk op de feitelijke levensloop van de danser, waardoor het geheel soms wat oppervlakkig blijft. Desalniettemin blijft de voorstelling boeien door het vermengen van een monoloog met dansfragmenten. De toeschouwer wordt meegenomen door een indrukwekkende levensgeschiedenis van een van de beste dansers uit de 20ste eeuw én het mooie verhaal van het ballet La Bayadère.

Theater / Voorstelling

De ongemakkelijke waarheid die kolonialisme heet

recensie: Gelukzoekers op Sumatra – Korthals-Stuurman Theaterbureau
gelukzoekersopsumatra 3Annemieke van der Togt/Piek

Het podium staat vol rook. Komt door een bosbrand: het oeroude bos is platgebrand door de Nederlanders. Op deze plek moet een lucratieve rubberplantage komen. Deze opzettelijke bosbrand is het symbool voor het kwaad dat de kolonisator in Indonesië heeft aangericht aan het land, aan zijn inwoners. Korthals Stuurman Theaterbureau brengt daarover een fraaie voorstelling.

Het is een inktzwarte bladzijde in de geschiedenis van Nederland: de kolonisatie van – voormalig – Nederlands-Indië, en de manier waarop de bevolking onder de knoet werd gehouden. Het is geen nieuws dat de Nederlanders zich daar misdroegen; en de overheersers wisten best wat ze deden. Ze vonden alleen dat ze in hun recht stonden en dat de inwoners inferieure wezens waren, die ze mochten behandelen als slaafgemaakten.

Nu koloniaal verleden en slavernij eindelijk onderwerp van gesprek zijn, is een klimaat ontstaan waarin daaraan ook in het theater aandacht besteed wordt. Madelon Székely-Lulofs (1899-1958) schreef in de jaren 30 van de vorige eeuw romans over het leven van de kolonisatoren. Regisseur Olivier Diepenhorst gebruikt de teksten van Székely-Lulofs om er Gelukzoekers op Sumatra mee te maken, onder de vlag van Korthals Stuurman Theaterbureau.

Arrogante kolonisator

Planter Van Hemert (Stefan Rokebrand) staat symbool voor de arrogante kolonisator die met harde hand regeert over zowel zijn witte personeel als over zijn gekleurde slaafgemaakten. Vanuit Nederland wordt Frank (Willem Voogd) naar Van Hemert gestuurd om het aftappen van rubberbomen te inspecteren, begeleid door zijn echtgenote Marian (Yara Alink). Hoewel ze hun best doen op Sumatra te aarden, doet Frank zijn werk vooral in de hoop snel fortuin te maken, terwijl Marian zich zeven slagen in de rondte verveelt. Het belangrijkste vertier is ‘de club’, waarop wordt gezopen, gedanst en geflirt.

gelukzoekersopsumatra 4

© Annemieke van der Togt/Piek

Parallel aan het verhaal van de witte kolonisatoren loopt dat van de gekleurde inwoners. Terwijl het toch echt hún land is, worden ze vanaf Java verscheept naar Sumatra, waar ze onder het mom van een schijn-contract slavenarbeid verrichten, gedwongen door mishandelingen en martelingen. Het lukt Roeki (Joenoes Polnaija) niet om Karimah (Tara Hetharia) uit handen van de geile witte mannen te houden. Zelf raakt hij verslaafd aan gokken, waardoor hij zijn kansen om terug te kunnen naar Java verspeelt.

Schetsmatig

Regisseur Diepenhorst diept vooral de karakters uit van de gefrustreerde en verveelde Marian, de machteloos-kwade Karimah, en de even woedende als hulpeloze Roeki. Zij zetten grote emoties, vertwijfeling, frustratie neer. Huilend, schreeuwend, kronkelend. Van Hemert, zijn knechtje John (Rick van Werd) en Frank blijven oppervlakkig en schetsmatig. Daarbinnen is Rokebrand nog het sterkste: zijn plantagebaas is autoritair, eng en manipulatief, waarbij het in zijn voordeel werkt dat Rokebrand door zijn lengte vanzelfsprekend domineert.

Knap aan de regie is dat het verhaal van personages op de achtergrond zonder woorden doorloopt, terwijl zich op de voorgrond een gesproken scène afspeelt. Mooi aan het contrast tussen de Indische en de Nederlandse wereld is dat de Indische wordt begeleid door een zware, monotone soundscape, terwijl de Nederlandse een jazzy ondertoon heeft (muziek: Mark van Bruggen).

Verzuipen

Het decor (ontwerp: Lidwien van Kempen) van kale metaalkleurige palen symboliseert de rubberplantage. Slagen op een reusachtige houten ‘gong’ dienen om iedereen in het gareel te houden. Een groot houten raamwerk midden op de speelvloer verbeeldt alles van het slavenschip tot het plantershuis. Een grote ronde ton met water kan zowel worden gebruikt om slaafgemaakten half te verzuipen als ze niet doen zoals opgedragen, als om de handen van de daders in onschuld te wassen.

Dankzij een feeëriek licht, ballet-achtige soepel vallende kostuums en de lichtvoetige manier van spelen, komen bewegingstaal en fysieke communicatie over als dans. Vooral tegen het einde ziet het spel er bijna uit als een choreografie. Oogstrelend en tegelijk effectief. Gelukzoekers op Sumatra is zo een even esthetische als hardhandige manier om een ongemakkelijke waarheid over Nederland als kolonisator te vertellen.

 

Decor: Lidwien van Kempen
Kostuums: Nola van Timmeren
Licht: Yuri Schreuders
Muziek: Mark van Bruggen