Muziek / Album

De oude tovenaar doet het weer

recensie: Tom Waits - Real Gone

De verwachtingen waren torenhoog gespannen. Na het absolute meesterwerk Mule Variations uit 1999 en de twee projectalbums Blood Money en Alice (2002) ligt de nieuwe Tom Waits in de winkel. Real Gone is de naam. De man die de inspiratie voor de eerste helft van zijn creatieve leven uit de whiskyfles haalde, heeft sinds elf albums een andere muze: vrouw Kathleen Brennan die alle nummers op Real Gone medeschreef en -componeerde. Maar verwacht geen Paul McCartney-achtige softe gezinspop. Waits lijkt steeds verder door te slaan naar minder ritme, minder structuur en meer georganiseerde chaos. Waar het familieleven al niet goed voor is.

~

Aanzetten hiertoe waren al duidelijke te horen op Mule Variations maar zijn op deze plaat veel verder doorgevoerd. Waits heeft eens gezegd dat slechte muziek goed kan klinken als het van ver door je keukenraam naar binnen waait. Dan blijft de essentie over en daar is waar het om gaat. Dat is zo ongeveer wat Waits’ onderneming lijkt te zijn. Dat wil zeggen; in plaats van door een keukenraam laat Waits zijn muziek veeleer zich een weg banen door een paar lagen modder en drek om dan aan de oppervlakte te komen. Regelmatig heb ik mijn speakers gecontroleerd of ze niet ontploft waren.

Familieman

Waits is op twee manieren een familieman. Nu geheelonthouder en toegewijd echtgenoot en vader heeft hij zo ongeveer zijn voltallige kroost de kans gegeven om hun talenten te ontplooien op Real Gone. Naast vrouw Kathleen mag zoon Casey Waits mag zich uitleven op de draaitafels. Verder krijgen offspring Sullivan en Kellesimone credits in de production crew. Als vader heb je toch verantwoordelijkheden, zal Waits wel gedacht hebben. Interessanter is dat Waits op een heel ander terrein een familieman is: hij is vader van een hele school aan muzikanten die schatplichtig zijn aan de goeroe. Om er een paar te noemen: Sparklehorse, PJ Harvey, Thelonious Monster en Mark Lanegan hebben òf gewerkt met Waits òf zijn door hem verklaard beïnvloed. Ook hier in de lage landen waart de geest van Waits door bij artiesten als André Manuel, De Kift en Stuurbaard Bakkebaard. Zeg over zo een icoon uit de muziekgeschiedenis maar eens iets lelijks.

What’s he building in there

Gelukkig hoeft dat ook niet. Waits is niet iemand die zichzelf herhaalt en dat vermijdt hij dan ook op Real Gone. Hij zet de ‘aardse’ tendens van Mule Variations verder door; minder gemakkelijk in het gehoor liggende liedjes. Geen enkele piano, maar meer elementaire blues geënt op de dadaïstische klanken van Captain Beefheart, gecombineerd met modderige ritmes. Waits heeft zijn badkamer omgebouwd tot een stem-opnameruimte (“what’s he building in there?” zal de familie wel gedacht hebben) waar hij met een viersporenrecorder een belangrijk deel van het album voorzag van een ritmesectie door te human beatboxen. In een afgedankt schoolgebouwtje heeft hij de plaat verder opgenomen met medewerking van onder andere beroepsfreak Les Claypool (Primus) en Brain (ex-Guns ’n Roses).

Meer draaibeurten

Het levert een in eerste instantie “zware” plaat op die een paar luisterbeurten nodig heeft ter gewenning. Wanneer we voor het eerst door Real Gone skippen is het een beetje beangstigend. Geen mooie liedjes. Geen identificatie. Alleen maar gekte en “herrie”. Maar we hebben hier niet met de eerste de beste gek te maken – er moèt toch meer achter zitten? De opener Top of the Hill zet de toon meteen: human beatboxing, Waits’ vervormde stem en waanzinnige gitaargepriegel. Hoist That Rag is een bombastisch nummer met een potten-en-pannenpercussie zoals we dat van de oude tovenaar gewend zijn. Maar wat een modderdicht geluid komt er uit de boxen. Dan komt er het eerste “melodieuze”, tien minuten durende nummer Sins of the Father, wat eigenlijk alleen maar melodieus klinkt in de context van de eerste twee nummers. Real Gone kent een vergelijkbare ervaring als Beefhearts Trout Mask Replica – alleen door de hele plaat uit te zitten, raken de zintuigen gewend aan het geluid en horen we de schoonheid van de nummers.

Karikaturen

Ook tekstueel is Waits weer goed op dreef. Ongeëvenaard bezweert hij “Don’t go into the barn, yea”. De dood is een belangrijk thema: in het beklemmende en raadselachtige How’s It Gonna End over een afscheidsbrief, een dode, een zoektocht en Waits wil hetzelfde weten als ieder ander: “And I want to know / the same thing / Everyone wants to now / how it’s going to end.” Het nummer eindigt met “As the credits start to roll” en niet toevallig zou het nummer zo op een filmsoundtrack kunnen staan. De teksten blijven raadselachtig en open voor interpretatie zoals op het ‘oudere’ Waitsnummer Circus waarop hij op samenzweerderige toon – een beetje als wijlen William Burroughs, die niet toevallig met Waits samenwerkte op The Black Rider – verhaalt over karikaturen als Horse Face Ethel, Yodeling Elaine en Funeral Wells. Als klapstuk worden we in het laatste nummer Day After Tomorrow – een universeel oorlogslied – ook nog ontroerd met een verassende rechttoe-rechtaan voordracht over een soldaat ergens ver weg die een brief naar huis schrijft, begeleid door een Leonard Cohen-achtig gitaarloopje: “I am not fighting for justice / I am not fighting for freedom / I am fighting for my life / and another day in the world here”.

Ontroering

Dit alles maakt dat Real Gone na enige scepsis fier overeind blijft staan. Waits refereert naar zijn eigen oeuvre zonder er klakkeloos uit te putten. Hij blijft zichzelf vernieuwen, maar blijft daarbij onmiskenbaar zichzelf.

Muziek / Achtergrond
special:

Sparta in de oase van de Melkweg

Donderdag 7 oktober gaf Sparta zijn enige Nederlandse concert in de Melkweg. Jammer dat er niet meer optredens gepland stonden, want Nederland heeft een goed oor voor de emocore zoals Sparta die maakt. Dat is zeker te merken aan de hoeveelheid zielsverwante bandjes die er door het hele land rondlopen. De verzorging van een geschikt voorprogramma was dan ook een fluitje van een cent: Oil vervulde deze rol zeer prima. Qua sound dezelfde gevoelige snaar raken bij het publiek zoals Sparta dat doet, maar wat betreft niveau veilig onder het hoofdprogramma zitten. Sparta zelf deed het als hoofdact ook heel prima en gaf de fans precies dat waarvoor ze gekomen waren: een gepassioneerde en dramatische (over-)dosis aan emotionele indierock. 8WEEKLY was erbij en sprak met Sparta-gitarist Paul Hinojos over politiek bewustzijn en dat alomtegenwoordige zwaantje…

~

De meest treffende omschrijving van hun muziek is eenvoudig: Sparta lijkt op At the Drive-In. De formule is simpel: scheid in At the Drive-In Jim Ward (zang), Paul Hinojos en Tony Haijar (Drums) van Cedric Bixler en Omar Rodriguez. Voeg aan de eerste drie namen nog Matt Miller (Bas) toe en voila, daar is Sparta! Waar Bixler en Rodriguez de wat experimentelere kant uit zijn gezwaaid met The Mars Volta, is Sparta aan de emotionele kant van de rock blijven zitten. Het klinkt allemaal net iets minder krachtig dan At the Drive-In, maar gelukkig heeft de indrukwekkende moederband genoeg krediet bij haar fans opgebouwd om met Sparta te blijven boeien, ook al is het verre van fris en verrassend.

Bijzondere rock

~

Als het aan de fans ligt, kan Sparta’s muziek echter niet zo makkelijk omschreven worden. “Sparta maakt, tsja… bijzondere rock,” volgens een bezoeker. De Melkweg heeft minder moeite met het vinden van een geschikt hokje: “Een soort emosound die af en toe helemaal uitwaaiert richting Coldplay en Radiohead,” meldt de flyer. Geen van beiden hebben het bij het rechte eind. De rock van Sparta is echt niet zo bijzonder, maar juist heel herkenbaar: de duidelijke jaren ’90-invloeden voelen heel vertrouwd aan. Ook is het nogal gemakkelijk om meteen Coldplay en Radiohead erbij te sleuren om ‘emo’ te beschrijven, ongeacht hoe het werkelijk klinkt. Geen van beide genoemde bands komt ook maar in de buurt van het geluid van Sparta.

De zwaan

Tijdens het optreden zal het nieuwste album Porcelain worden gepresenteerd aan het Nederlandse publiek. Als we op 8WEEKLY even terugbladeren naar afgelopen september, lezen we in de albumrecensie dat dit album niet de overtuigingskracht heeft zoals het debuut van de heren, Wiretap Scars. Maar hoe zit dat bij het optreden? Gezien het grote aantal mensen dat er op af is gekomen (de grote zaal was goed gevuld), waar ze allemaal vandaan kwamen (Maastricht, Sneek en zelfs Antwerpen) en hoe vroeg ze al voor de deur stonden (de eersten twee uur voor aanvang), zou je zeggen van wel. Aan goede fans dus geen gebrek. Stoere meisjes en jongens met mooie, zachte trekken hier bij Sparta. Sommigen dragen T-shirts met een zwaan er op, dezelfde zwaan die op de hoes van Porcelain te zien is. En die op de site alomtegenwoordig is, opgeleukt met witte veertjes en ijstinten. Vanwaar deze zwaan-thematiek? Hinojos: “Wel, onze zanger Jim hoorde eens een mooi sprookje over een koning die een rode zwaan als geschenk aan een andere koning gaf. Toen heeft hij een bevriende kunstenaar benaderd om het hoesontwerp te maken. Het verhaal over de koningen heeft verder niets te maken met de muziek. Wel de symboliek die zowel van de zwaan uit gaat, als van de titel van het album, porselein. Het drukt zowel kwetsbaarheid als schoonheid en duurzaamheid uit. Je kunt het zien als een symbool van de dualiteit en de vele facetten van onze muziek.”

Politiek bewustzijn

~

Sfeervolle, gefacetteerde muziek maken is niet het enige doel van Sparta. Ook zijn ze bezig hun Amerikaanse publiek een politiek bewustzijn bij te brengen, zodat zij hen kunnen bewegen zich te laten registreren om te kunnen stemmen bij de verkiezingen in november. Tijdens de shows in Texas is een actie gaande: als de bezoeker kan aangeven dat hij zich heeft laten registreren om te stemmen, ontvangt hij een gesigneerde Sparta-poster en maakt kans op een meet & greet met de band. Hinojos: “Ook tijdens de shows willen we dat bewustzijn oproepen bij de jeugd. In de praatjes tussen de nummers door benadrukken we hoe belangrijk het is om je in te schrijven en te stemmen. Weet je, tijdens de tour door andere delen van de wereld let ik er altijd op hoe buitenlanders tegen ons Amerikanen aankijken. Soms heb ik wel eens het gevoel dat mensen mij afkeuren omdat ik uit Amerika kom. Maar de meeste Amerikanen die ik ken keuren het regime van Bush net zo hard af als ik. Een oorlog beginnen in een ander land, dat is gewoon crimineel!”
En de teksten, zit daar ook een politieke boodschap in? Hinojos: “Nee, die gaan voornamelijk over persoonlijke dingen die belangrijk voor ons zijn, zoals hoe het is om op te groeien in El Paso, vlakbij de controversiële grens tussen Mexico en Texas.” Zouden de heren het gevoel hebben zich te moeten verdedigen tegen hun afkomst uit Dubya county, hetzelfde district van de dubieuze president? We zullen het niet weten, want het is inmiddels tijd geworden voor het podium.

Oil

De sfeer in de zaal is ontspannen en harmonieus. Langzaamaan ziet het publiek dat niet de DJ, maar een band op het podium de muziek aan het spelen is. Een reus van een voorman van het Rotterdamse Oil gooit zijn ziel en zaligheid over het publiek uit met een lichtelijk arrogante air van vanzelfsprekendheid. Veel gitaren bij Oil: ze bieden het publiek een ondoordringbaar gitaarmassief, dat op zichzelf een beetje saai klinkt, ware het niet dat het geheel opgehangen is aan het stralende middelpunt van de band: de drummer. Die klinkt strak en de nummers gaan naadloos in elkaar over, waardoor het publiek nauwelijks de kans krijgt zijn waardering te laten blijken.

Oase

Spartatijd. Ze lijken indrukwekkender te klinken dan op het album. Dat zou kunnen komen door echo’s op de gitaar en de zang, wat het geheel allemaal wat driedimensionaler maakt. Het lijkt alsof schreeuwen voor zanger Jim de meest natuurlijke vorm van zingen is: zijn gezicht vertrekt geen enkele spier en meer dan de helft van elk liedje wordt op deze manier ingezongen. Dat gaat op den duur een beetje onoprecht overkomen. Er zijn weinig rustpunten om al de emoties even te laten bezinken. Maar het publiek blijft enthousiast wegzwijmelen bij de gitaarlandschappen, soms zo wollig dat ze om je heen zitten als een grote trui. Dit is ware postpuberale romantiek! Paul trekt zich niks aan van zijn zere rug, eerder vandaag opgelopen bij de verhuizing van een vriend. Hij is de grootste uitslover vanavond.

Een stukje entertainment voor de band zelf kwam nog uit het publiek: dankzij een positief denkende stage-diver en een bescheiden pit bij de laatste twee nummers had de band zelf een heerlijke avond, hier in de Amsterdamse Melkweg. Jim Ward put zich uit in bewonderende complimentjes voor zijn publiek: “Alles is geweldig en iedereen danst en oh, wat fijn is het hier! Een ware oase in het midden van de Europese woestijn.” Tsja, dat is nu Nederlands publiek.

Theater / Voorstelling

Wonderlijke les in levenskunst

recensie: Mondo Leone II (Leon Giesen)

Wat maakt het leven de moeite waard? Eten, drinken, seks en humor misschien? Helden? De hemel? Mondo Leone II is een wonderlijke les in levenskunst. In anderhalf uur tijd word je ontroerd, verbaasd, aan het lachen gemaakt en aan het denken gezet. De maker van de voorstelling, Leon Giesen, is muzikant – hij was bassist van Toontje Lager- en veelbekroond filmmaker. In deze bijzondere productie laat hij zijn twee talenten samen spelen.

~

“Soms word ik er duizelig van,” bekent een gedreven Italiaanse kok nadat hij voor Giesens camera een familierecept heeft verklapt. “Als ik denk aan alles wat je kan maken van al die verschillende ingrediënten. Maar als ik samen met mijn moeder, van wie ik leerde koken, in de keuken bezig was, leek het eigenlijk allemaal heel gewoon.” Hoewel de thema’s van de serie korte films waaruit de voorstelling bestaat veelal groots en veelomvattend zijn – leven, dood, en geboorte bijvoorbeeld – zijn de getoonde onderwerpen bedrieglijk eenvoudig. Stenen in het zand, een straatartieste, een eitje pellen, leren duiken, en het maken van ravioli. Maar Giesen is een vaardig en heel poëtisch filmer. Stenen in het zand laten zich lezen als boodschappen van liefde in de woestijn. De in zichzelf gekeerde straatartieste straalt van sensualiteit. Het pellen van een eitje kan een gedenkwaardige gebeurtenis worden. Het jongetje dat leert duiken toont je alle menselijke worstelingen en twijfels, en herinneringen blijken goud waard. Mochten er toch grootse en wereldse zaken de revue passeren, de lancering van de Voyager bijvoorbeeld, dan krijgen ook deze een onverwachte draai. Want wat zullen de eventuele aliens nou eens aan gaan vangen met het geluid van een menselijke kus dat aan boord werd meegestuurd de ruimte in?

Persoonlijk

Dat de maker bij dit alles op het podium zijn eigen muziek zit te spelen – lekkere basloopjes! – zingt, en vertelt terwijl je kijkt, maakt het beleven van de voorstelling tot een heel persoonlijke aangelegenheid. Wat overigens een van de redenen voor Giesen was om het theater in te gaan. Hij geniet zichtbaar van het contact met het publiek, iets wat hij, naar eigen zeggen, bij de vertoning van zijn documentaires op televisie (o.a. door de VPRO en de NPS) en in bioscoopzalen altijd heeft gemist. De muziek en de beelden smelten moeiteloos samen, en de overige muzikanten die aan deze voorstelling meewerken, waaronder een weergaloze Mathilde Santing en de bassectie van het Radio Philharmonisch Orkest, zijn, hoewel enkel op het scherm, toch door de intense manier waarop ze ten tonele worden gevoerd, ‘larger than life’ aanwezig.

De tover terug de wereld in

“Mijn eigen speeldoos,” zegt Giesen desgevraagd over deze schijnbaar eenvoudige, maar geraffineerde aaneenschakeling van ontroering, verwondering, kippenvel en humor. “Ik doe het doosje open en ik hoop dat er wat tover terug de wereld in zal gaan.” Mondo Leone I, de voorganger van de huidige voorstelling, werd bekroond met de Gouden Mus. In deel twee werkt de betovering nog steeds. Gewoon (weer) gaan kijken. En genieten.

Mondo Leone II is nog te zien tot en met 20 maart 2005. Mondo Leone I wordt op 9 april 2005 nog gespeeld.

Muziek / Album

Soulwax’ eerste magnum opus

recensie: Soulwax – Any Minute Now

Het zal niemand ontgaan zijn: Soulwax is terug. Any Minute Now is de opvolger van Much Against Everyone’s Advice, hun hitalbum uit 2000. Ruim vier jaar – dat lijkt een lange tijd. In de periode dat Soulwax stil stond bleef de spil – de broertjes Dewaele – wel actief met het aan elkaar plakken en mixen van plaatjes onder de naam 2 Many DJ’s en de Flying Dewaele Brothers. De ervaring die hiermee opgedaan is valt goed terug te horen op Any Minute Now, die het midden houdt tussen een rock- en een danceplaat.

~

Als we de berichten mogen geloven is de nieuwe schijf een zware dobber geweest voor de heren van Soulwax. De eerste nummers waren al vier jaar geleden geschreven maar het duurde en duurde maar tot er een geheel stond. Dat is terug te horen op Any Minute Now, een album dat fragmentarischer is dan haar voorgangers. Ondanks de variatie doet dat helemaal niks af aan de kwaliteit. Voeg daarbij dat de platenmaatschappij een rotsvast vertrouwen heeft in de band en een grote promotiecampagne heeft opgezet en het is duidelijk: “Soulwax is back allright!”

Electro

Het is vanaf het begin duidelijk dat Soulwax zichzelf niet de beperkingen van een rockband oplegt. De opener E-Talking is een groovy electronummer met bombastisch overstuurde gitaar. Dan volgt de eerste single en titelsong Any Minute Now, het meest “klassieke” Soulwaxnummer. Na de Soulwax-klassieker volgt Please Don’t Be Yourself, waarop geen gitaar te horen is. Het nummer heeft nagenoeg niets meer met rock te maken maar volgt in de voetsporen van het geluidsexperiment van een Aphex Twin, compleet met rare bliepjes en geluidseffecten. Verder zijn er bijna klassieke loungenummers te horen als het spannende NY Excuse, waar een vrouwenstem zingt “this is an excuse that we’re making / is it good enough for what you’re paying”, waaronder een Fatboy Slim-achtige opbouw zit compleet met climax. Toch zijn de gitaren zeker wel vertegenwoordigd op vertrouwdere nummers als KracK of Miserable Girl. Met de piano-ballad A Ballad to Forget wordt de link gelegd naar het pareltje When Logics Die van Much Against Everyone’s Advice.

Zonnige dagen

Ondanks dat Any Minute Now een zware bevalling zou zijn geweest, heeft het Soulwax geen windei opgeleverd. Juist de tensie tussen electro en rock maakt dat er een enorme voelbare spanning op de hele plaat hoorbaar is die de luistaar bij de kladden pakt. Doordat Soulwax hier de ervaring die ze in verschillende disciplines heeft tracht te combineren – en daarin slaagt – heeft het album veel van een Groot Werk in zich. Voeg daarbij dat ze al op een uitstekende live-reputatie kunnen bogen en je weet al wel zeker dat het zonnige dagen zijn voor de heren. Soulwax zal nog lang niet klaar zijn maar ze hebben met Any Minute Now hun eerste magnum opus neergezet.

Theater / Voorstelling

Wat hebben 112, een koe en Balkenende met elkaar gemeen?

recensie: Integere Types (Ruben en Nathan)

Tijdens het Crème de la crème Festival, een jaar geleden in Den Haag, viel ons het cabaretduo Ruben en Nathan al op. De twee wonnen in 2002 zowel de jury-, als de publieksprijs van Cameretten met hun programma Uitverbaasd. Sindsdien hebben ze de smaak te pakken. Nu staan ze op de bühne met hun eerste avondvullende programma Integere Types. De koe en de stier zijn weer van stal gehaald. Verder heeft dit duo veel leuke, vernieuwende en ook actuele acts aan hun repertoire toegevoegd.

~

Over de voorstelling Integere Types is goed nagedacht. Ruben en Nathan gaan op avontuur met hun klapstoeltjes – de rode draad – en daarom heen worden andere verhalen verteld die min of meer verbinding houden met genoemde onderwerpen. Zo komt alles steeds samen. Ruben en Nathan zetten ook sterke typetjes neer, zoals de verveelde telefonisten van de 112-alarmcentrale en premier Balkenende die wartaal uitslaat. Tussen de verhalen door wordt er gezongen: niet voor niets staat er een zwarte vleugel op het podium. Het liefdesduet tussen de koe en de stier, die ook in Uitverbaasd werd opgevoerd, blijft een van de hoogtepunten van de show.

Afwerking

Maar niet alles is even geweldig. Ruben en Nathan kunnen leuk vertellen, zijn goed op elkaar ingespeeld, hebben een geweldige fantasie en hun gezichtsuitdrukkingen zijn schattig. Maar een aantal grappen is niet altijd goed afgewerkt. De meeste verhalen missen een goede uitsmijter en dat is zonde. Daardoor worden de grappen snel vergeten, ondanks dat er wel regelmatig gelachen wordt in de zaal. Als dit cabaretduo wat meer aandacht zou schenken aan de finishing touch, dan loopt de show echt geolied.

Fantasie

Voor beginnende cabaretiers – dit is per slot van rekening hun ‘echte’ eerste avondvullende show zonder pauze – doen ze het absoluut niet slecht. Sterk punt is hun fantasie. Briljant om te horen wat ze uit hun duim zuigen. Je ziet ze zo zitten op hun klapstoeltjes, naast het bed van een puffende Maxima die elk moment kan bevallen. Ruben en Nathan weten dit soort fantasieën zo beeldend en leuk te vertellen, dat je helemaal in hun verhaal opgaat. Zolang ze dat volhouden, zit het wel snor met hun carrière als cabaretduo.

Boeken / Fictie

Revolutie als ondergang van de cultuur

recensie: Boris Pilnjak - Het naakte jaar

Sommige romans, zoals Finnegans Wake van James Joyce, zijn dermate obscuur dat ze feitelijk onleesbaar zijn. Wie in zo’n roman begint, staakt zijn lectuur doorgaans na de eerste paar pagina’s en smijt het boek ontgoocheld in een hoek. Het naakte jaar van Boris Pilnjak loopt gegarandeerd het gevaar in dit droeve lot te moeten delen.

Het naakte jaar is een hoogst eigenaardige roman vol curieuze experimenten met taal en stijl, wat het tot een vrij ontoegankelijk boek maakt. Toch zou het jammer zijn als Het naakte jaar ongelezen in een stoffige hoek belandt, aangezien het boek barst van de literaire creativiteit. Wie niet bang is zijn definitie van een roman tijdelijk op te schorten, kan toch veel plezier beleven aan dit speelse en vaak indringende boek.

Symfonie

In navolging van onder anderen Andrej Bely, richtte Pilnjak zich tegen een duidelijke narratieve structuur met een overkoepelend plot. In Het naakte jaar is er dan ook niet, zoals gebruikelijk, sprake van een specifieke rangschikking van de gebeurtenissen in een bepaalde lineaire en thematische orde, waarbinnen de personages, de ruimtebeschrijvingen en het tijdverloop tot een eenheid geweven worden. Het boek vormt daarentegen een symfonie van beelden, klanken, sfeertekeningen en situaties, met steeds terugkerende klanken en thema’s. Zoverre er in het boek al sprake is van bepaalde hoofdpersonen, zouden dit hoogstens het ‘naakte’ jaar 1919 – waarin alle gebeurtenissen zich afspelen – en de koopmansstad Ordynin kunnen zijn.

Romanvernieuwer

~

Pilnjak was een romanvernieuwer, met zijn wonderlijk proza-experimenten behoorde hij tot de belangrijkste Russische schrijvers van de jaren twintig. Toen hij echter in ongenade viel van de humorloze, communistische partijbonzen raakte hij al snel in de vergetelheid. Letterlijk en figuurlijk, aangezien hij in 1937 gearresteerd werd en sindsdien nooit weer is teruggezien. Een lot dat vele schrijvers met hem deelden. Het naakte jaar, in de kwieke vertaling van Arthur Langeveld, vormt een mooie aanleiding om in het Nederlands alsnog met Pilnjaks proza kennis te maken.

Meelopers

Na de oktoberrevolutie van 1917 veranderde het literaire landschap in Rusland drastisch. Een heel legertje schrijvers, waaronder Ilja Ehrenburg en Nobelprijswinnaar Ivan Boenin, vertrok halsoverkop naar het buitenland. De rest hield zich gedeisd en keek de kat uit de boom. Pilnjak behoorde tot de groep schrijvers die door Leon Trotski, in zijn invloedrijke boek Literatuur en revolutie uit 1924, ‘meelopers’ van de revolutie werden genoemd. Deze benaming hadden ze te danken aan het feit dat ze zich niet bij de bolsjewieken aansloten, maar zich er ook niet expliciet tegen verzetten.

De ‘meelopers’ waren volgens Trotski niet de ware schrijvers die de proletarische Revolutie nodig hadden, omdat het bij hen nooit duidelijk was hoe ver ze mee zouden lopen. De meelopers werden desondanks tijdelijk (tot het einde van de NEP-periode in 1928) stijlzwijgend getolereerd, omdat het de ware proletarische schrijvers nu eenmaal aan artistieke talenten ontbrak. Zodoende was er een tijdlang sprake van een relatieve literaire vrijheid, waarbij wel aangetekend moet worden dat de meest subversieve geluiden in de kiem gemoord werden door de censuur.

Voedselzoekers

Het zal niemand verbazen dat de oktoberrevolutie en de nasleep ervan het belangrijkste thema werd in de Russische literatuur van die tijd. Zo ook in Het naakte jaar, waarin de tijd vlak na de revolutie op indringende wijze wordt geschetst als een periode waarin het gistte en schuimde in Rusland. Een periode ook waarin een gepassioneerde burgeroorlog plaatsvond tussen de Witten, het vrijwilligersleger dat de revolutie bestreed (waar de meeste kopstukken uit de schrijverswereld zich achter schaarden), tegen de Roden, de bolsjewieken die de revolutie begonnen waren. Werkelijk fenomenaal is Pilnjaks portret van de voedselzoekers die zich in lange treinen opeen gestouwd hebben in de hoop op het platteland nog wat eetbaars te bemachtigen. ‘Al die mensen waren allang het onderscheid tussen nacht en dag, tussen vuil en schoon kwijtgeraakt, en ze hadden geleerd om zittend, staand, hangend te slapen.’

China-stad

Alhoewel Pilnjak niet zoveel op had met de bolsjewieken, stond hij wel positief tegenover de revolutie. Hij beschouwde de revolutie als de ondergang van de door hem gehate ‘westerse’ cultuur van Petersburg, ten gunste van de ‘oosterse’ volksaard van de Russische provincies. Deze in de Russische literatuur overbekende tegenstelling tussen Oost (Azië) en West (Europa) die al door vele schrijvers was uitgewerkt, vormt de belangrijkste thematiek van Het naakte jaar.

En dan kwam in die woestijn uit de binnenplaatsjes, uit de achterdeuren – die ander te voorschijn: China zonder bolhoed, het hemelse rijk, dat ergens in het oosten ligt achter de Grote Stenen Muur en naar de wereld kijkt met spleetogen die lijken op de knopen van Russische soldatenjassen. Dat is één China-stad.

China-stad, een wijk in Moskou die in principe niks met China te maken heeft, wordt door Pilnjak als symbool voor de Aziatische oorsprong van Rusland gebruikt. Volgens hem is Rusland door de revolutie naar deze oorsprong teruggekeerd en dat juicht hij van harte toe. Het zijn echter niet zozeer deze semi-filosofische ideeën, maar vooral de stilistische eigenaardigheden die Het naakte jaar de moeite waard maken.

Kunst / Expo binnenland

Glamoureuze wreedheid is tijdloos

recensie: De foto's van modefotograaf Guy Bourdin

Modefotografie mag uitdagen, erotisch zijn, gewelddadig zelfs, zolang het product maar wordt verkocht. De fotografie van Guy Bourdin mag dan aan een aantal van deze criteria voldoen, zijn werk is anders. Hoewel de meeste foto’s in de jaren zeventig en tachtig zijn gemaakt, heeft de tentoonstelling de schijn alsof je door de nieuwe Elle bladert, een enorme Elle dan. Maar met de foto’s van Bourdin is meer aan de hand.

Circa 1978

In plaats van de mode staat de voorstelling centraal op de foto’s. Het zijn korte verhalen zonder begin of einde. De foto’s hebben vaak iets gruwelijks, zoals die voor de schoenfabrikant, waarin uit het ene stopcontact een rode vloeistof stroomt, die niet alleen zo rood is als de schoen, maar ook de schijn van bloed heeft. Bourdin neemt ons mee in een wereld waarin lust vermengd is met glamour, schoonheid met dierlijkheid. Halfnaakte vrouwen eten rookworsten uit de zuurkool of staan in sensuele poses naast een strak vormgeven bank. Kleuren vormen een harmonie, maar de voorstelling vormt een tegenstelling met de eenheid die elementen op de achtergrond vormen.

Duistere kant

Charles Jourdan advertising Spring 1978

Wat de foto’s van Bourdin een vreemde bijsmaak geeft, zijn de verhalen die over hem de ronde doen. Hij was veeleisend tegenover zijn modellen, en bovendien waren de eisen nogal vreemd. Elle, het blad bij uitstek om over deze modefotograaf te berichten, vertelt het verhaal van het model dat op een glazen plaat in de felle zon moest liggen. Bourdin begon pas met fotograferen toen ze bijna flauw viel. Dus geen veeleisende Naomi Campbell voor deze fotograaf met duistere kant.

Bruinhouten hokje

Er zijn ook oudere foto’s te zien van Bourdin. Ze mogen blijkbaar niet te veel de aandacht afleiden van de andere werken, want ze zijn tentoongesteld in een kleine houten ruimte midden in de tentoonstellingsruimte van het Foam. Behalve enkele polaroids die Bourdin maakte, hangen er ook natuurfoto’s. Het zijn meestal kleine uitsneden, zoals de foto waarbij hij boomschors van erg dichtbij fotografeert. Die aandacht voor structuur van natuurlijke elementen is ook te zien in enkele modefoto’s, bijvoorbeeld wanneer hij een model in grote ingezoomde grassprieten fotografeert.

Zonder leven

French Vogue 1977

Bourdin probeert te spelen met foto’s, zoals bij de foto waarop een vrouw op straat loopt waar weer een foto van is genomen. Ook de foto vanachter een vissenkom en de verschillende afsnijdingen die Bourdin in zijn foto’s maakt zijn daar voorbeelden van. De beelden zijn strak gecomponeerd en vormgegeven zonder kleine details. Ze lijken verlaten, soms van menselijkheid, eerder nog van het leven. De polaroids die Bourdin maakte op plekken waar hij reportages had, zijn ook desolaat en eenzaam. Ze vormen een contrast met de uitbundige foto’s, maar lijken tegelijk ook op elkaar door de verlatenheid.

Tijdloos

Guy Bourdins foto’s zijn mooi. Ze zijn spannend door bepaalde afsnijdingen of een spel met foto’s in foto’s. In de jaren ’70 en ’80 waren dit vernieuwende modefoto’s waarop het te showen kledingstuk en een mooi plaatje van het model niet meer de enige doelen waren. Bourdin zal de modewereld wakker geschud hebben. Dat is anno 2004 minder het geval. Soortgelijke foto’s zijn te zien in bladen als Elle en Vogue, maar toch is er een verschil. Bourdin is niet scheutig met makkelijke erotiek of een overdaad aan figuren en afbeeldingen. Op Bourdins foto’s gaat het niet om de mode die nu in is of niet. Het zijn beelden met een esthetische kracht die niet uit de modellen voortkomt of uit de dure accessoires. Dat is wat de foto’s tijdloos maakt.

Boeken / Fictie

Mensen onder elkaar

recensie: De zoon uit Spanje

Aan de introductie hoef ik in dit geval weinig woorden vuil te maken. Iedereen kent Tessa de Loo wel. Als het dan niet van haar boeken is, dan is het wel van de verfilming van haar grootste succes: De tweeling. En diezelfde Tessa heeft nu een nieuw boek uit: De zoon uit Spanje.

Het nieuwe boek van Tessa de Loo verhaalt van Gerlof de Windt, die ernstig ziek is. Voor zijn laatste verjaardag willen zijn kinderen een onvergetelijk familiefeest organiseren. Een klein probleem is daarbij Bardo. Bardo is namelijk de flierefluiter van het gezin en jaren geleden door vader Gerlof de deur gewezen, waarna hij de weidse wereld ingetrokken is. Nadat de enige dochter van het gezin Bardo heeft opgetrommeld en iedereen dus aanwezig is op het grote verjaardagsfeest voor Gerlof, kan de pret beginnen. Helaas pakt het iets anders uit dan verwacht.

Standpunten

Elk hoofdstuk in het boek wordt vanuit het standpunt van een van de betrokken hoofdpersonen verteld. Zo wordt niet alleen de plot langzaam maar zeker duidelijk, maar vertellen de diverse betrokkenen steeds hoe zij tegen de gebeurtenissen aankijken. Hierdoor tekenen zich meteen heel duidelijk de verschillende karakters binnen het gezin af. Doordat je inzicht wordt verschaft in de gedachtewereld van de diverse personen, krijgen ze al snel vorm. Maar ook doordat zij zelf een beeld van de andere gezinsleden scheppen, worden deze nog eens scherper omlijnd. Zo staat de levensgenieter Bardo lijnrecht tegenover Edwin de zakelijke, en is de confrontatievermijdende Frank een tegenpool van de conflictenoplosser Hilde.

Aandacht

~

Niet alleen door het wisselen tussen de hoofdpersonen, maar vooral door de abrupte wisselingen in tijd en plaats, moet je voortdurend je aandacht erbij houden. Een moment van verslapping en je kunt twee, drie pagina’s terugbladeren om de draad weer op te pakken. De schrijfster geeft namelijk aan het begin van een hoofdstuk vaak niet duidelijk aan waar in tijd en plaats de daar geschetste situatie zich afspeelt. Soms begint een hoofdstuk op een tijdstip vlak voor de verjaardag, soms op een moment erna. En ook de plaats waar dat gebeurt is niet altijd meteen duidelijk. En als je dan denkt te weten hoe de vork in de steel zit, is de setting al weer veranderd. Zonder waarschuwing springt het verhaal dan, van de ene op de andere zin, naar een ander tijdstip. Meestal weer naar de verjaardagsdag.

Mensen

Zoals eigenlijk altijd bij Tessa de Loo gaat het in De zoon uit Spanje voornamelijk over de verhoudingen tussen mensen en de wijze waarop zij daar uiting aan geven. In haar nieuwste werk is de spanning in de familie De Windt haast tastbaar. De onderlinge fricties, verwachtingen en teleurstellingen vormen een mooi decor voor een intrigerend machtsspel in deze ontwrichte familie.

Verwachtingen

Zoals de personen in dit boek elk hun verwachtingen ten opzichte van elkaar hebben, zo hebben de meeste mensen hun verwachtingen ten opzichte van een nieuw boek van Tessa de Loo. Laat ik daarom voorop stellen dat De zoon uit Spanje geen nieuwe De tweeling is. Het ligt meer in het verlengde van haar eerdere De meisjes van de suikerwerkfabriek. Ook daar kregen we veelvuldig te maken met het kleine menselijke leed met voor diezelfde mensen grote gevolgen.
Dit boek zal het succes van De tweeling niet overtreffen. Daarvoor zijn de setting en de reikwijdte van het onderwerp niet groot genoeg. Maar op zichzelf staand is De zoon uit Spanje een prima psychologisch schouwspel. Een schouwspel dat het bekijken zeer zeker waard is.

Muziek / Concert

Nostalgisch Michigan

recensie:

Een mysterieuze jongen uit Engeland en een mysterieuze jongen uit de Verenigde Staten, Michigan om precies te zijn. Beiden op dezelfde avond te zien op het podium van Tivoli aan de Utrechtse Oude Gracht. Gravenhurst bracht eerder dit jaar de prachtige songwriterplaat Flashlight Seasons uit, een album waar een bijna buitenaardse spanning van uit ging. Nick Talbot, die alle liedjes schreef, denkt zelf dat dit vooral door zijn zachte stem komt. Hij heeft niet de vocale capaciteiten om echt te schreeuwen. Juist de combinatie van de sfeervolle, duistere muziek en die lichte stem roept de vervreemding op die Flashlight Seasons zo imponerend maakt.

~

Op het podium is Nick Talbot echter een stuk minder mysterieus. Alleen, dus zonder zijn driekoppige band, maakt hij wat grapjes en rommelt hij een beetje met de stemming van zijn gitaar. Zijn liedjes worden perfect gespeeld en mooi gezongen, maar halen zelden het niveau van Flashlight Seasons. Volgens mij ligt dat meer aan zijn houding dan aan de goede songs, door een niet zo passend gevoel voor humor gooit hij zijn eigen glazen een beetje in net als met een weinig boeiende cover van Thera… eh Hüsker Dü’s Diane. Een aan de ene kant heel mooi en aan de andere kant heel lelijk optreden. In november komt naar eigen zeggen de nieuwe plaat of EP van Gravenhurst uit. Toch weer iets om naar uit te kijken dacht ik zo.

The One I Love

~

Nee, dan Sufjan Stevens, een vreemde jongen uit Detroit, die een soort van alternative country maakt. Het is bij Stevens een beetje moeilijk te bepalen wat fictie en werkelijkheid is. Zijn performance is gebaseerd op een jeugd in Michigan en alles wat daar bij komt kijken. Nog nooit heb ik iemand gehoord die zijn liedjes zo gedetailleerd toelicht. Hij neemt ons, aan de hand van een zelfgetekende plattegrond, mee naar zijn jeugd in de staat die hij lief heeft. Hij draagt The One I Love van R.E.M. aan haar op en zingt over de geschiedenis, de meren, de dorpen en de mensen. Over zijn oudere ex-vriendin Robin, zijn zus en over zijn macrobiotische hippie-ouders, die hem ’s nachts wel eens wakker maakten om hem te vertellen over de uitkomst van een discussie. Soms is het pure romantiek, dan weer (geveinsde) onhandigheid of ronduit stand-up comedy. Maar de liedjes zijn zo ontzettend mooi, dat het me niets kan schelen of die jongen ons nou ongegeneerd zit voor te liegen of dat zijn vader echt ooit de achtertuin in de fik heeft gezet tijdens een mislukte afvalverbranding.

In je eentje met je snaarinstrument een avond onvergetelijk maken is niet voor iedereen weggelegd. En wat betreft Michigan: Stevens woont inmiddels in New York en hij werkt aan een album over Illinois dat tweede in de reeks van alle staten moet worden. Worden er toch nog mooie, liefdevolle dingen gezegd over het land dat tegenwoordig zo genadeloos onder vuur ligt. Petje af.

Film / Films

Onwillekeurig zwijmelen

recensie: The Notebook

In The Notebook leest een oude man een zwaar dementerende vrouw voor uit een notitieboek, van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat. Hoewel de vrouw in eerste instantie nog nukkig is, luistert ze steeds geïnteresseerder naar zijn verhaal. “Ik vind het een mooi verhaal. Volgens mij heb ik het eerder gehoord,” verzucht ze rond het middaguur.

~

Dat gevoel dringt zich bij de kijker van The Notebook al veel eerder op. In flashbacks vertelt de film over de romance tussen de arme Noah (Ryan Gosling) en de rijke Allie (Rachel McAdams), vlak voor de Tweede Wereldoorlog. Door omstandigheden en dwarsliggende ouders lijkt hun verhouding uitzichtloos. Wie niet snapt waar dit alles heen gaat en wat de relatie is tussen het oude stel en het koppel uit de flashbacks, begrijpt weinig van romantiek. De plot is sinds Romeo en Julia al in alle mogelijke vormen opgedoken in romcoms en Bouquetreeksjes.

Ganzen

Alsof het verhaal zelf nog niet voorspelbaar genoeg is, brengt regisseur Nick Cassavetes (John Q, She’s So Lovely) nog een laagje filmische clichés aan. In de allereerste scène zelfs al: een zonsopgang, een eenzame roeier op een uitgestorven plas, opfladderende ganzen. En zo gaat het door met soft focus, pianomuziek en kaarsjes in een oud plantagehuis bij ‘de eerste keer’. Wie na tien minuten nog steeds in de zaal zit, kan achteraf niet zeggen dat hij verrast werd door het zoetheidsgehalte van de film.

Bij elke scène weet je: Oprah Winfrey-kijkers en liefhebsters van De Paardenfluisteraar zullen hiervan smullen. Hoewel ik mezelf niet tot die categorie vrouwen reken, heb ik me toch laten meeslepen door The Notebook. Zoals Allie schuchter toegeeft aan de toenaderingspogingen van Noah, móet je je wel gewonnen geven. Het acteerwerk van het duo is zo fris dat je zonder meer gelooft dat deze twee echt bij elkaar horen. Ze zijn perfect zonder echt irritant te worden. Wat kan zij hartveroverend lachen met die kuiltjes in haar wangen, wat is hij toch buitenaards charmant en wat kijken ze lief naar elkaar.

~

En als je eenmaal van deze twee gaat houden, ben je reddeloos verloren. Dan laat je je meevoeren in een wereld waarin de Tweede Wereldoorlog nog geen twee minuten duurt, rassenverschillen niet bestaan en overledenen een vervelende bijkomstigheid van het leven zijn. Een wereld waarin een man op een reuzenrad klimt om zijn grote liefde mee uit te vragen. Hoewel schrijver Nicholas Sparks (Message In A Bottle) op het einde een beetje doorschiet in de overwinnelijkheid van echte liefde, zullen echt romantische zielen dat door hun tranen heen amper opmerken.

Goedkope chocola

Het is natuurlijk ook niet voor niets dat Romeo en Julia in zoveel verschillende gedaantes blijven opduiken. Het is eenvoudigweg een goed verhaal: drama, passie en alles overwinnende liefde. In The Notebook zijn deze populaire elementen goed uitgewerkt en tegen een prachtig decor van het zuiden van Amerika gezet. Natuurlijk heb je het al eens gehoord, maar is dat erg? Eigenlijk is The Notebook voor vrouwen net als goedkope chocola. Het is geen culinair hoogtepunt, maar god wat kan het lekker zijn op het juiste moment.