Boeken / Fictie

Niet alleen leuk voor schrijvers

recensie: Sieger Sloot - Stand-in

Schrijvers die romans schrijven over schrijvers die romans schrijven. Je zou het als een gebrek aan inspiratie kunnen beschouwen. Of als een vorm van misplaatste arrogantie. Het gevaar is immers aanwezig dat alleen vakbroeders het boek zullen waarderen. Des te opmerkelijker is het dat juist een debutant zijn eersteling aan de literaire wereld wijdt.

Het ‘genre’ levert nogal eens semi-autobiografische werkjes op die buitenbeentjes vormen in het verdere oeuvre van de schrijver. Er zijn uitzonderingen. De wereld volgens Garp betekende John Irvings grote doorbraak, Misery is één van Stephen Kings betere thrillers en zo zijn er nog wel meer geslaagde romans waarin een auteur de hoofdrol speelt. Op het eerste gezicht lijkt Stand-in echter weer zo’n vervelend ‘ons-kent-ons-prulletje’. Maar schijn bedriegt.

Via een studie Nederlands, de toneelschool in Amsterdam en optredens op de podia – o.a. in de toneelversie van Brokeback Mountain – zet de in Rotterdam geboren Sieger Sloot (1977) nu zijn eerste schreden op het literaire pad. Sloots carrière valt echter in het niet bij die van Andreas Mahlknecht, de hoofdpersoon uit zijn onlangs verschenen debuutroman.

Van verguisd tot beroemd

Eerst probeert Andreas op straat in Frankfurt achtereenvolgens badlakens, Chinese kleding en rode rozen aan de man te brengen. Elk avontuur is tot mislukken gedoemd. De ene keer wordt hij bedreigd door concurrerende Algerijnse badlakenverkopers en de andere keer maken ongewassen Pakistaanse rozenverkopers hem het leven zuur. Steeds opnieuw vervult hij elke nieuwe taak en iedere nieuwe gebeurtenis met een verbazingwekkende vanzelfsprekendheid. Als iemand hem ongevraagd tot compagnon bestempelt, denkt Andreas slechts: “Andere mensen hadden een curriculum vitae nodig. Ik had genoeg aan mijn uitstraling.” Daarmee is de kous voor hem af.

Na enige omzwervingen komt Andreas in dienst als butler bij de graaf en gravin Von Strobel. Maar ook deze dienstbetrekking beleeft een abrupt einde. Daarna belandt hij op zolder bij twee nogal onsympathieke zusters. Vervolgens loopt hij een literair agent tegen het lijf die hem als stand-in inzet voor schrijvers. Tijdens literaire evenementen vervangt Andreas tal van auteurs. Hij doet signeersessies, neemt eerste exemplaren in ontvangst, woont prijsuitreikingen bij en geeft lezingen. De Duitse pers is finaal van slag, maar langzamerhand groeit de hoofdpersoon uit tot een beroemdheid. Dat leidt tot onvoorziene gevolgen die de stand-in ervan overtuigen zijn autobiografie te gaan schrijven.

Absurdistisch

Aan belevenissen geen gebrek in dit flitsend geschreven debuut. Het tempo waarin Sloot de ene na de andere gebeurtenis voorbij laat komen doet de lezer naar adem snakken. De uitgeverij plaatst het onder het kopje ‘literaire slapstick’ en dat is een passende betiteling. Een duidelijk plot heeft Stand-in niet. Het is eerder een serie dwaze voorvallen met een nogal passief hoofdpersonage dat zich er willoos door laat meeslepen. Juist in dat absurdisme schuilt Sloots kracht als auteur.

Vooral in de eerste helft en het einde van de roman komen de nodige kleurrijke personages voorbij. Zo is er Andreas’ oma die tot de heilige Franciscus bidt voor een miskraam. De twee zusters bij wie Andreas een tijdje intrekt, zijn ware monsters die hun kostganger als slaafje behandelen. En de graaf en gravin Von Strobel hebben een op zijn zachtst gezegd opmerkelijke relatie waarin continu met pantoffels wordt gegooid. Het is smullen geblazen met de talrijke idiote personages die welhaast dickensiaans aandoen.

Trukendoos

Toch blijkt schrijven over de literaire wereld op den duur een valkuil. Andreas’ belevenissen als stand-in zijn absoluut amusant, maar Sloots trukendoos blijkt te beperkt als zijn hoofdpersonage zich langere tijd op één bezigheid focust. Juist de razendsnelle wendingen geven Stand-in de nodige vaart en na een tijdje wordt het allemaal wel erg veel van hetzelfde, hoe geslaagd Sloot ook de spot drijft met het wereldje. Bovendien is het jammer dat de schrijvers, uitgevers en agenten minder goed uit de verf komen dan de eerder genoemde lieden. Het zullen dan ook vooral schrijvers zijn die deze passages écht kunnen waarderen.

Op zijn website zegt Sieger Sloot: “De acteur en schrijver in mij vechten voor hun leven, maar de strijd is vooralsnog onbeslist.” Of zijn trukendoos groot genoeg is om een interessant en divers oeuvre op te bouwen valt nog te bezien. Maar Stand-in is zonder meer een veelbelovend debuut en doet uitkijken naar meer.

Muziek / Album

Flashback naar een nu bekende periode

recensie: Metric - Old World Underground, Where Are You Now?

Canada ligt niet zo ver weg, althans het ligt dichterbij dan dat het vroeger in de beleving van de Nederlander lag. En als er op het gebied van muziek iets gebeurt in Montreal of Toronto, dan krijgen wij het hier meestal wel meteen mee. Elke kwinkslag van een Godspeed-lid of een andere grootheid uit Canada, staat meestal breed uitgemeten in de popjournaals. Toch is Metric er niet in geslaagd het Europese vasteland te halen, terwijl de band in het thuisland en bij hun buren vele volle zalen trekt. Hun wapenfeit uit 2003, Old World Underground, Where Are You Now?, bereikte onlangs Nederland. Gelukkig is het nog niet te laat.

~

Metric is de band rondom zangeres Emily Haines, een dame die je zou kunnen kennen van een andere Canadese topper, Broken Social Scene. Toch bestond Metric al ietsje eerder. Maar door gedoe met de platenmaatschappij werd het nagenoeg onmogelijk voor het drietal om verder te komen dan de grenzen van het continent. Maar nu, enkele jaren na dato, verschijnt hun debuut-cd dan toch op het vasteland van Europa. Het Duitse label Unter Schafen mag hiervoor als verantwoordelijke worden aangewezen.

Poppy jasje

Old World Underground, Where Are You Now? opent en vervolgt met een hele reeks van popnummers waar zangeres Haines doet denken aan de dames van Veruca Salt, aan Karen O van Yeah Yeah Yeahs of aan Kazu van Blonde Redhead. Ook de indierockende gitaren lijken zo nu en dan op die van datzelfde Blonde Redhead, bijvoorbeeld in IOU of Hustle Rose, maar dan in een poppier jasje. Bij dit laatste nummer schiet dat pop-achtige behoorlijk door in het melodieuze van een groep als Bauer, of in iets hips en moderns als The Long Blondes, zoals bij Succexy of Dead Disco.

Waas weggetrokken

De sound van Metric is een soort muzikale flashback naar een tijd waarin we nog niet zo goed wisten wat het Canadese Stars deed, hoe Broken Social Scene eigenlijk klonk of wat Feist precies was. Het voorliggende album dateert immers van 2003. Maar nu Old World Underground, Where Are You Now? er is en de waas boven Canada sinds enkele jaren is opgetrokken, weten we wat er allemaal speelt. Hele goeie bandjes, namelijk. Het is de broeiplaats van een hele reeks interessante en inventieve pop. Iets waarin Metric heel goed past. Pardon, waar Metric dus al jaren goed tussen zat.

Film / Films

Terug naar de radio

recensie: A Prairie Home Companion

.

Met radioflarden uit een zendmast introduceert Altman een andere tijdsperiode. In film noir stijl en met koele jazz op de achtergrond komt Kevin Kline als de private-eye Guy Noir relaxed aangewandeld. In maatpak met een sigaret losjes in de mondhoek is hij de verteller en bewaker van het theater waar de camera naar toe glijdt. De laatste live radiouitzending in zijn theater is een afscheid, want het radiovariété is ingehaald door de tijd en een projectontwikkelaar (Tommy Lee Jones) van modernere snit heeft de boel opgekocht. Nog eenmaal is de zaal gevuld met trouwe gasten, artiesten en een femme fatale.

Amusement

~

De live radio op het podium wordt door Altman tot hoogstaand amusement verheven; weliswaar met een grote glimlach, want alle merendeels oldies but goldies die ten gehore worden gebracht zijn cynisch, humoristisch en/of licht pornografisch van karakter. De cast van de show mag dan ouder zijn, het is nog lang geen oudelullenkoek. Al improviserend en zingend prijzen ze plaatselijke lekkernijen, loodgieters en andere middenstanders aan in gezongen jingles. Presentator Garrison Keillor, die eigenlijk zichzelf speelt, is degene vol whoopy-ti-ya-yo’s die de aankondigingen doet en op zijn gympen de artiesten aan elkaar praat.

Nostalgisch beeld

Snoezepoezen Yolanda en Rhonda (Meryl Streep en Lily Tomlin) bespelen als de twee overgebleven zusters van het Johnson kwartet de sentimentele snaar. De immer nog flirtende en snel oververhitte Yolanda wordt in haar kielzog vergezeld door haar morbide dichtende dochter Lola, die zich constant ergert aan mams. Zangers Dusty en Lefty (Woody Harrelson en John C. Reilly) zijn rechtstreeks van het paard gestapt en vooral bedreven in het schunnige. Het geheel roept een nostalgisch beeld op van het ‘rurale’ Amerika van de jaren vijftig. De show echoot door achter de coulissen, onder het podium en in de kleedkamers van de artiesten. Garisson Keillor, een humorist en radioman met dertig jaar ervaring in de radio bizz met een soortgelijke show, werkte mee aan het script en speelt de presentator. Hij laat op joviale wijze zijn vakmanschap zien, ook als de zaken in het honderd lopen. Altman observeert aandachtig, terwijl de camera rustig voortbeweegt en de klok doortikt.

Nauwelijks een plot

~


De regisseur weet achter het podium een sfeer van constante chaos te scheppen: de karakters lijken ogenschijnlijk nauwelijks verband te houden, het constante geklets en gekibbel staan haaks op de perfecte timing van de show die op het podium wordt opgevoerd.


A Prairie Home Companion
is niet Altmans beste film, maar hij is zeker vol vakmanschap gemaakt. Altmans roots en smaak zijn er duidelijk aan af te zien. Het roept herinneringen op aan eerdere werken als Nashville en het door deze recensent geliefde McCabe and Mrs Miller. Maar A Prairie Home Companion is minder dramatisch. Er is nauwelijks een plot, hooguit een dramatische gebeurtenis en veel actie en reactie tussen de acteurs, door Altman visueel aaneen gesmeed. De nonchalance in het acteerwerk en de overlappende dialogen, naar sommigen zeggen uitgevonden door Altman, zijn in het totale mozaïek van de film te herkennen. Altmans menselijkheid, nostalgie en humor zijn volop aanwezig in dit laatste publieke testament. De gezamenlijk gezongen gospel In the Sweet By and By reikt dan ook verder dan het hiernamaals.

Muziek / Album

Milder maar nog steeds overdonderend

recensie: Aereogramme - My Heart Has a Wish That You Would Not Go

Aereogramme, de band die monsterriffs en geluidsexperimenten zo succesvol met breekbare melancholie wist te combineren, neemt op zijn derde volwaardige album wat gas terug. Met uitmuntend resultaat.

Het Schotse viertal heeft de beukriffs en de overstuurde gitaren op hun nieuwste plaat bijna volledig achter zich gelaten. Ook de schreeuwzang waar je op Sleep and Release uit 2003 nog flarden van tegenkwam, is verdwenen. Weg zijn ook de kille samples en computerbeats; steeds vaker ligt een pianomelodie of akoestisch gitaargetokkel aan de basis van een song. Dissonante elektrische gitaren hebben plaatsgemaakt voor barokke vioolsolo’s en mineurarpeggio’s. Toetsen spelen een belangrijkere rol, naast sprankelende strijkersarrangementen en falset-achtergrondzang. De titel van het album liegt er niet om: My Heart Has a Wish That You Would Not Go. Aereogramme brengt nu zelfs ongegeneerd sentimentele liefdesliedjes.

Dynamiek

Zanger Craig B komt met zijn ijle stemgeluid nu ook meer op de voorgrond. Een erg bijzondere zanger is hij niet, maar zijn voordracht is ondanks de soms sentimentele teksten zo oprecht, dat dit nergens stoort. De mildere aanpak heeft niet geleid tot minder dynamiek. Integendeel: omdat de songstructuren nu geraffineerder en meer uitgesproken zijn, is de muziek van de Schotten nóg krachtiger geworden. En daarom misschien zelfs nog meer overdonderend. Of het nu de combinatie van meppende drums en ingetogen pianospel is of een onheilspellende riff, dit album is boven alles meeslepend.

Mantra

~

Al die orkestrale opsmuk impliceert een rijke sound, maar vreemd genoeg klinkt het album vrij sober. Dat is geen probleem want nu wordt duidelijker hoe goed alle elementen uitgewerkt zijn. De tien nummers bieden genoeg variatie qua instrumentarium en structuur. De kracht van Aereogramme heeft altijd in de onorthodoxe songstructuren gelegen, en op My Heart Has a Wish That You Would Not Go is dit niet anders. Wanneer de band een mantra van een refrein maakt, zoals in A Life Worth Living, is de muziek groots. Op de meer ingetogen momenten is het geluid door de speelse textuur echter net zo avontuurlijk. De muziek van Aereogramme is transparanter geworden, maar heeft nog steeds iets ongrijpbaars. Bij ieder nummer is het geheel veel groter dan de som der delen, en hoe dat precies tot stand komt blijft, zoals bij alle goede muziek, een raadsel. Het enige minpuntje is het schijnbaar ondoordachte slot: het album houdt abrupt op, in het midden van de ballad You’re Always Welcome. Een kleine kanttekening bij een verder schitterend album.

Aereogramme toert in februari door België en Nederland:

14-02 Brussel, VK
15-02 Den Bosch, W2
16-02 Groningen, Vera
17-02 Haarlem, Patronaat

Film / Achtergrond
special: Recente Roemeense cinema in het Filmmuseum

Revolutie zonder helden

Wel eens een Roemeense film gezien? Nee mensen, Dracula telt niet. De kans is klein, want Roemenië staat niet bekend als filmland. De laatste tijd staan Roemeense films echter in het middelpunt van de belangstelling, maar tot Nederland was dit nog niet echt doorgedrongen. Hier kwam pas recent verandering in met een apart programma op het Filmfestival Rotterdam, in februari gevolgd door het Filmmuseum in Amsterdam, beide vol recente korte en lange films van jonge regisseurs. Bovendien worden twee van deze films regulier uitgebracht: The Way I Spent the End of the World en 12:08 East of Bucharest. 8WEEKLY zag de films en sprak de regisseurs.

In de communistische tijd waren er weinig interessante Roemeense films, maar ook in de jaren na de revolutie van 1989 stelde het nog niet veel voor. Pas de laatste paar jaar is er een kentering zichtbaar, dankzij een groeiend aantal jonge regisseurs die bijzondere films maken. Ze winnen er veel internationale prijzen mee, tot in Cannes aan toe. Is het toeval dat Roemenië dit jaar tot de Europese Unie is toegetreden?

The Way I Spent the End of the World
Scène uit The Way I Spent the End of the World

De revolutie van ’89, toen dictator Nicolae Ceausescu ten val werd gebracht en samen met zijn vrouw Elena werd geëxecuteerd, is het centrale thema van de twee Roemeense films die deze maand in roulatie komen. Niet door Ceausescu in zijn laatste dagen te portretteren, zoals Adolf Hitler in Der Untergang, en ook niet door enkele demonstranten in Boekarest of Timisoara op de voet te volgen, zoals de Noord-Ieren in Bloody Sunday, maar door zich te concentreren op enkele gewone mensen in dorpjes en stadjes waar eigenlijk maar weinig gebeurde.

Kroniek

The Way I Spent the End of the World gaat over een meisje van 17, Eva, dat zich in 1989 tegen de autoriteiten keert, terwijl het gewone leven zijn gang gaat. Regisseur Catalin Mitulescu, die zelf 17 was in ’89, ziet het als een kroniek van het laatste jaar van het leven onder Ceausescu. “Het is zoals ik het zelf destijds voelde, als het einde van mijn kindertijd, van mijn puberteit, het einde van mijn wereld.” Mitulescu woonde in een vergelijkbare dorpse buitenwijk van Boekarest als in de film. Hij probeert in zijn film een melange van herinneringen te verwerken, zoals zijn grootste inspiratiebron Fellini eerder deed in Amarcord met het Rimini van zijn jeugd in de nazi-tijd.

De motieven voor Eva om in opstand te komen zijn niet eenduidig. Ze heeft immers ook gewoon een moeilijke leeftijd, zoals de 25-jarige hoofdrolspeelster Dorotheea Petre uitlegt. Ze schopt tegen haar ouders en heeft geen zin in school. Dat laatste is niet zo vreemd, als je ziet wat het onderwijs in het communistische tijdperk inhield: militair aandoende appèls en het eindeloos zingen van het volkslied en andere nationalistische liedjes. Nooit wordt helemaal duidelijk waarom de meeste leerlingen en leraren hier níet tegen protesteren: uit angst, omdat ze het systeem goedkeuren, of simpelweg omdat ze niet beter weten, omdat ze het wel goed vinden zo?

Een tweede reden voor Eva’s verzet is een simpele verliefdheid. Als de jongen van wie ze houdt, de zoon van een gezagsgetrouwe politieman, niet loyaal is aan de halsstarrig over een incident zwijgende Eva, zoekt ze haar heil bij haar nieuwe buurjongen. Het is een publiek geheim dat deze zich met zijn vader tegen het regime keert. Samen met hem beraamt ze plannen om zwemmend over de ijskoude Donau naar het vrijere Joegoslavië te vluchten, maar eigenlijk wil ze haar familie en haar stad helemaal (nog) niet verlaten. Als de revolutie eindelijk uitbreekt, zien ze het op televisie, waarna de hele wijk uitzinnig van vreugde de straat op gaat.

Reconstructie

12:08 East of Bucharest
Scène uit 12:08 East of Bucharest

Ja, pas ná de vlucht van de Ceausescu’s de straat op gaan en feest vieren. Dat gebeurde ook in het stadje dat centraal staat in 12:08 East of Bucharest van debutant Corneliu Poromboiu. Althans, volgens een reconstructie die zestien jaar later tijdens een live talkshow op een lokaal tv-station wordt gemaakt, met als centrale vraag: gebeurde de revolutie op die 22ste december ook bij ons, of niet? De film is gebaseerd op een daadwerkelijke talkshow die Poromboiu enkele jaren eerder zag in zijn geboorteplaats. Een geschiedenisleraar vertelt hoe hij met drie collega’s heldhaftig tegen het regime protesteerde op het centrale stadsplein en daarbij vocht tegen de Securitate, de gevreesde geheime dienst. Pas toen het nieuws van Ceausescu’s vlucht bekend werd, om 12:08 uur precies, stroomde het plein vol met de rest van de stad, die daarvóór laf thuis tv zat te kijken. Al snel blijkt echter geen enkele getuige die zich telefonisch meldt zich het heroïsche viertal te kunnen herinneren, eerder het tegendeel, en moet de presentator de conclusie trekken dat óók de leraar en zijn kornuiten slechts helden op sokken waren. Poromboiu: “Het is een film over persoonlijke geschiedenissen, en hoe mensen die veranderen om zichzelf te rechtvaardigen.”

Dit gegeven lijkt op het eerste gezicht misschien wat saai voor een speelfilm, maar het wordt met veel humor gebracht. In de eerste, nog wat trage, helft worden de personages geïntroduceerd: de presentator annex eigenaar van het amateuristische tv-station en de enige twee mensen die hij na een wanhopige zoektocht naar gasten weet te strikken: de alcoholistische leraar en een oudere man. Vervolgens verschijnen de drie in het meest armetierige studiootje dat je je voor kunt stellen. Op de achtergrond een foto van het plein waar het in ’89 allemaal gebeurde. De camera wordt bediend door een jongeman die door Dogma-films geïnspireerd lijkt te zijn; een statief vindt hij maar ouderwets. De presentator blijkt een opgeblazen kikker die geheel onnodig Plato’s grot erbij sleept, de leraar wil het liefst onder de desk verdwijnen als hij door bellers van leugens wordt beticht, en de oude man kijkt verbaasd om zich heen, onderwijl bootjes van papier vouwend. Lang leve de talkshow zonder redactionele voorgesprekken, daar gebeurt tenminste nog wat! Het geheel lijkt een fantastisch staaltje improvisatiewerk, maar blijkt woord voor woord te zijn geschreven en gerepeteerd. De opnames voor de 35 minuten talkshow duurden 6 dagen. “Alles was precies uitgedacht, de film mocht beslist niet inzakken en ook niet uit de bocht vliegen,” aldus Poromboiu.

Zwarte humor

De algehele sfeer van de film is er een van hilariteit. Een ware zwarte komedie, die je niet snel vergeet. Volgens Poromboiu en Mitulescu is deze zwarte, soms ietwat absurde, humor typisch Roemeens en staan zij in een lange traditie. Ook The Way I Spent the End of the World is hier en daar erg grappig, met als hoogtepunt een kerende bus (ja, u leest het goed: komisch hoogtepunt is een kerende bus), maar is vooral een mooie coming of age-film. Het tempo ligt laag, de gebeurtenissen rijgen zich langzaam aaneen en de sfeer staat voorop. Naast Eva en haar respectievelijke vriendjes staat haar 10-jarige broertje centraal, dat in zijn fantasieën Ceausescu zelf de genadeklap toebrengt. Hun vader is alleen binnenshuis opstandig: hij transformeert de gevreesde dictator in een komisch typetje. Maar ze houden zich ook met andere dingen bezig, met feesten, met school, met de liefde. De revolutie vindt op de achtergrond plaats, zoals ook de oude man in 12:08 East of Bucharest zich de bewuste dag vooral herinnert, omdat hij toen ruzie had met zijn vrouw.

Meer ontspannen

The Death of Mr. Lazarescu
Scène uit The Death of Mr. Lazarescu

In The Way… overheerst uiteindelijk de hoop. Volgens Mitulescu zien veel Roemenen nog steeds om in wrok, terwijl hij juist meer ontspannen naar het verleden wil kijken: “We hebben het communisme achter ons gelaten, maar als we blijven strijden, zullen de communisten toch nog winnen.” Ook in 12:08 wordt met mededogen en veel humor gekeken naar het onvermogen van mensen om in het reine te komen met hun verleden. Daarentegen heeft de quasi-documentaire The Death of Mr. Lazarescu van Cristi Puiu een heel wat pessimistischer toon. Deze 2½ uur durende festivalfavoriet en veelvuldig prijswinnaar uit 2005 is helaas nooit apart uitgebracht in Nederland, maar is wel een week lang in het Filmmuseum te zien.

Meneer Lazarescu is een oude, alcoholistische man die het alarmnummer belt als hij zich beroerd voelt. Hij wordt opgehaald met een VW-busje dat voor ambulance moet doorgaan. Dan begint een wanhopige tocht langs verschillende ziekenhuizen in Boekarest, die allemaal overvol zijn vanwege een ernstig busongeluk diezelfde avond. Nu kun je dat nog zien als overmacht, maar de situatie wordt al snel schrijnender, als niemand de dronken man serieus wil nemen. De bezorgde ambulanceverpleegkundige wordt door artsen afgebekt, omdat zij, eh… slechts ambulanceverpleegkundige is. Eén dokter weigert te opereren zonder toestemming van de patiënt – dat zijn de regels – hoewel deze inmiddels ijlt dat het een lieve lust is. De arme man overleeft het niet. Dat ik hier het slot verraad is niet erg (die zit al in de titel verborgen), want het gaat om de realistisch en tergend langzaam in beeld gebrachte reis, om de ontstellende bureaucratie, de onuitwisbare hiërarchie.

Filmmuseum

Deze drie bijzondere films zijn reden genoeg voor het Filmmuseum om van 5 t/m 28 februari extra aandacht te besteden aan de recente Roemeense cinema. Zo is van Cristi Puiu tevens de misdaadfilm Stuff and Dough uit 2001 te zien, is Dorotheea Petre (die in het programma Un certain regard in Cannes de prijs voor beste actrice won) ook te bewonderen in Ryna (Ruxandra Zenide, 2005) en komt de revolutie mede aan bod in The Paper Will Be Blue (Radu Muntean, 2005). Oost-Europese-cinema-deskundige Rik Vermeulen licht op 11 februari zes korte films toe, onder meer van Mitulescu en Poromboiu, Op 9 en 11 februari ten slotte worden vier korte films van Cristian Nemescu vertoond, die vorig jaar op 27-jarige leeftijd verongelukte.

Catalin Mitulescu: “Als je onze films ziet, begrijp je ons beter, wat er met ons gebeurd is, waarom we zijn zoals we zijn.”

Het programma ‘Recente Roemeense cinema’ wordt van 5 t/m 28 februari gehouden in het Filmmuseum in Amsterdam.

The Way I Spent the End of the World (Cum mi-am petrecut sfarsitul lumii, 2006) van Catalin Mitulescu draait daarnaast vanaf 8 februari in diverse filmhuizen; 12:08 East of Bucharest (A fost sau n-a fost?, 2006) van Corneliu Porumboiu gaat vanaf 22 februari in roulatie.

The Death of Mr. Lazarescu (Moartea domnului Lazarescu, 2005) van Cristi Puiu is alleen van 15 t/m 21 februari in het Filmmuseum te zien, maar is ook als import-dvd verkrijgbaar.

Muziek / Album

Ingetogen luisterplaat

recensie: Glen Hansard & Markéta Irglová - The Swell Season

De namen Glen Hansard en Markéta Irglová zullen bij de meeste mensen geen belletjes laten rinkelen. Dit terwijl Hansard toch een redelijke staat van dienst heeft. Hij is de frontman van de Ierse band The Frames, die in 2006 hun zesde studioalbum The Cost uitbrachten. Verder speelde hij ook nog een rol in de film The Commitments (1991) naar het boek van Roddy Doyle en meer recent in Once (2006). De cdThe Swell Season is vorig jaar al in Ierland en Amerika uitgekomen, dit jaar is ook ons land aan de beurt. Voor Hansard is dit de eerste solorelease buiten The Frames om.

~

Markéta Irglová is een relatieve nieuwkomer. Ze is een klassiek geschoolde pianiste en zangeres uit Tsjechië. Hansard en Irglová spelen al vier jaar informeel samen. Op een gegeven moment toerden ze door Tsjechië en na een show werden ze benaderd door de Tsjechische filmmaker Jan Hrebejk, met de vraag of ze twee nummers wilden bijdragen aan zijn komende film Beauty in Trouble. Hier voelden ze wel voor en ze boekten vier dagen in een studio in Praag. Vier dagen bleek alleen te veel tijd voor maar twee nummers en je voelt het al aan komen: van het een kwam het ander en het gevolg is The Swell Season, een tien nummers tellend akoestisch album. De titel van het album komt van een gelijknamig boek van de Tsjechische schrijver Josef Skvorecky, waar Hansard een groot fan van is.

Bescheiden hoogtepuntjes

The Swell Season is een prachtig ingetogen album. De band wordt naast Hansard en Irglová gevormd door Marja Tuhkanen uit Finland (viool) en Bertrand Galen uit Frankrijk (cello). De warme stem van Hansard draagt het album naar een ongekende hoogte en komt goed tot zijn recht in de akoestische setting. Het pianospel van Irglová is sterk, zeker in het instrumentale titelnummer. Een vergelijking met Damien Rice is snel gemaakt, zeker met de wetenschap dat Hansard en Irglová in het voorprogramma van Rice hebben opgetreden. Twee nummers van het album, Falling Slowly en When Your Mind’s Made Up, staan ook op The Cost, het vorig jaar uitgekomen album van The Frames. De versies op deze cd zijn echter meer ingetogen en bevallen uitstekend. Echte hoogtepunten kent het album niet, het is een samenhangend geheel.

Luisterplaat

~

Is er dan niks negatiefs te melden over The Swell Season? Toch wel. De akoestische bezetting van dit album is prachtig, maar halverwege de cd krijg ik heimwee naar The Frames. Het knappe van The Frames is dat hun cd’s een goede balans laten horen tussen ingetogen ballads en krachtige rock. The Swell Season is mooi, maar misschien iets té ‘mooi’. Een achtergrond-drumpartij in een aantal nummers was welkom geweest, een nummer als Leave vraagt daar zelfs om. Hier hadden ze beter moeten kijken naar soulmate Damien Rice. The Swell Season kan worden bestempeld als een echte luisterplaat en daar moet je maar net zin in hebben.

Theater / Voorstelling

Een wat saaie komedie over de dood

recensie: Vrede

‘Ik zou zo graag eens iets goeds over hem willen denken, iets aardigs, iets positiefs, maar, godverdomme, het gaat niet.’ Over de doden niets dan goed, luidt een bekend Nederlands spreekwoord, maar zus Vera (Monique Kuijpers) weet niets positiefs te bedenken over haar gestorven broer. Hysterisch verwijt ze hem dat ze altijd in zijn schaduw moest staan en dat, zelfs nu hij dood is, hij nog steeds altijd het middelpunt is.

De vraag die centraal staat in de voorstelling Vrede van het gezelschap Keesen&Co is hoe het leven nu verder moet als een broer, zwager of geliefde is gestorven. Rond het opgebaarde lichaam van de man in de woonkamer komen zijn naasten samen en ze maken ruzie. De twisten gaan over de plek die de nabestaanden zelf innamen in het leven van de overledene. Er worden traumatische herinneringen aan vroeger opgehaald. Niets gezamenlijk rouwen met respect in rust en vrede.

Spanning

~

Waar de zus vooral vindt dat ze veel tekort is gekomen in het leven door haar broer, is echtgenoot Broes (Reinout Bussemaker) vooral bezig de sfeer in het huis een beetje dragelijk te houden. Hij bemiddelt bij aanvaringen tussen de aanwezigen. Het is duidelijk dat vluchten in oppervlakkigheden (de woordjes ‘Och nou ja’ vallen veel) voor hem de voorkeur heeft. Voor de kersverse homoseksuele weduwenaar Awram (Wim Bouwens) was zijn vriend zijn alles. Ondanks het maanden durende ziektebed is zijn dood toch hard aangekomen.

De spanning in het huis is om te snijden omdat Awram, Vera en Broes elkaar nooit hebben gemogen en ook nooit zullen mogen. De situatie verergert als ook ex-geliefde Ster (Xander Straat) van de overledene op het toneel verschijnt. Het blijkt dat de twee mannen altijd contact met elkaar zijn blijven houden en dat weduwenaar hier geen weet van had. Dat steekt en oude littekens worden weer wonden.

Pop?

~


Het toneelbeeld wordt bepaald door de dode man op het podium. Is het een acteur of een pop? Dat is de vraag die tijdens de gehele voorstelling door het hoofd blijft spelen. Angstvallig wordt hij in de gaten gehouden om te kijken of hij op een ademhaling is te betrappen of een ader ergens klopt. Maar nee, niets. Pas na de voorstelling komt de man, in het tekstboekje toepasselijk de dode genoemd, tot leven. Het is dus wel een acteur.

Hiermee is meteen het meest intrigerende element van de voorstelling beschreven. Na een heftig begin van de voorstelling waarin de dood moet worden verwerkt en emoties nog rauw aan de oppervlakte liggen, zakt het tempo na ongeveer de helft van de voorstelling in. Door het voortdurend spuien van eigen leed en het steeds naar voren brengen van dezelfde voorspelbare gezichtspunten verliest het stuk spanning. Vrede verzandt in herhalingen, waar het beste maar snel een einde aan kan komen.

Lichtpuntjes

Een belangrijk element in het verhaal is de komst van de ex-geliefde, die zonder medeweten van iemand altijd via mail- en sms-contact is blijven houden met de overledene. Maar ook deze wending die voor vuurwerk had kunnen zorgen, weet het stuk geen vaart te geven. Zowel de weduwenaar als de ex-geliefde roepen bij elkaar geen sterke emoties op en het stuk kabbelt voort. De verwachting wordt niet waargemaakt.

Lichtpuntjes in het stuk zijn de acteurs Kuijpers en Bussemaker. Vera is het stereotype van hysterische en emotioneel geblokkeerde vrouw. Haar stemmingwisselingen en neurotische gebaartjes zorgen voor vaart in de statische voorstelling. Hoewel soms iets te sterk aangezet, zijn de hysterische aanvallen, afgewisseld met beledigd zwijgen, een genoegen om naar te kijken. Ook de sterk acterende Bussemaker imponeert. Hij weet zelfs zwijgend en zittend aan de zijlaan non-verbaal nog steeds sterk aanwezig te zijn.

Vrede heeft als ondertitel ‘een komedie over rouwverwerking’. Het is dan toch jammer dat het nergens grappig wil worden.

De voorstelling speelt nog tot 18 februari 2007. Klik hier voor de speellijst.

Film / Films

Voorspelbaar, maar hartverwarmend

recensie: Miss Potter

Wie kent haar niet; de maakster van schattige verhaaltjes en tekeningen zoals Peter Rabbit en Jemima Puddle Duck. De illustraties van Beatrix Potter sieren al bijna 100 jaar posters, serviesgoed, boeken en beddengoed. En nu is er dan Beatrix Potter, de film. Oftewel: Miss Potter is in de bioscoop gearriveerd.

Beatrix Potter is de dochter van een rijke familie en heeft maar twee passies: schilderen en verhalen vertellen. Wanneer zij met haar tekeningen en verhalen naar twee sceptische uitgeverbroers stapt geven deze haar ‘konijnenboekje’ aan hun jongste broertje Norman onder het mom ‘verpest hij het dan maakt het niet uit’. Haar werk blijkt echter een groot succes te zijn. Al snel gaan haar verhalen als warme broodjes over de toonbank. Maar dit is natuurlijk niet gepast voor een dame van goede afkomst. Haar moeder is dan ook faliekant tegen haar praktijken en zou haar liever gehuwd zien met een heer van stand. Het wordt dan ook nog erger, wanneer Norman Beatrix ten huwelijk vraagt en zij hiermee instemt.

Feelgood-ingrediënten

~

Dat Miss Potter bedoeld is als een kerstfilm, is goed te merken. Het mierzoete verhaal is in de sneeuwrijke kerstsetting merkbaar gemikt op toegankelijk familiesentiment. Het feministische toontje ligt er duimendik bovenop en de boodschap is dan ook duidelijk: een vrouw is niet van een man afhankelijk om te slagen in het leven. Beatrix weet steeds meer haar eigen boontjes te doppen en haar beste vriendin, Norman’s zus Millie, is volstrekt tegen het huwelijk. Ondanks deze ‘onafhankelijkheid’ wordt wel nog even tussen neus en lippen door gezegd dat je de liefde van een man toch wel echt nodig hebt. Het verhaal heeft weinig om het lijf maar weet wel met een luchtige toon te vermaken. De film wordt geïntroduceerd als ‘het levensverhaal van Beatrix Potter’, maar is slechts een fragment uit haar lange en ongetwijfeld interessante bestaan. Centraal staat haar liefdesgeschiedenis met Norman Warne en het drama dat daarop volgt. Met grappige karikaturale personages is een poging gedaan om een balans te vinden tussen drama en komedie, wat voor het gemiddelde publiek goed zal werken. Feelgood-ingrediënten van de onderste plank dus.

Papieren vrienden

~

Enigszins voorspelbaar, maar lief en fantasievol gemaakt. Dat somt het beste op wat Miss Potter te bieden heeft. Voor diepgaande doorsneden van de Victoriaanse maatschappij en de rol die vrouwen hierin spelen hoef je deze film niet te bezoeken. Het vrijgevochten karakter van Beatrix Potter en Millie Warne wordt slechts oppervlakkig belicht en staat vooral in dienst van de humoristische zijde van het verhaal. Hoewel bekend is dat Potter een voor haar tijd onafhankelijke en vrijgevochten vrouw was, is de film niet altijd even geloofwaardig. Aan de worsteling die zij schijnbaar moet voeren met haar ouders wordt in sneltreintempo voorbijgegaan, en de bezwaren van de maatschappij lijken al helemaal overgeslagen. Wat er overblijft is een kortstondige liefdesgeschiedenis en een klein inzicht in het leven van de vrouw die vooral troost vond in het creëren van haar eigen vrienden op papier.

Film / Films

Een visueel verrukkelijk en ontroerend sprookje

recensie: Blind

.

~

Regisseuse Tamar van den Dop lijkt de overtuiging van Nietzsche te delen dat kunst de hoogste expressievorm van menselijke emoties is. De kracht van verbeelding en de emoties die verhalen bij ons oproepen zijn thema’s die zij naar het doek wil vertalen. In deze film staat het verhaal De Sneeuwkoningin van Andersen centraal, waarin een jongen een sneeuwvlok in zijn oog krijgt en alleen nog het lelijke kan zien. Dit verhaal komt zowel in de thematiek als in de setting terug. Blind speelt zich af in een sneeuwrijk, desolaat landschap omstreeks 1900 en straalt vooral de kilheid en eenzaamheid van de personages uit. Ruben zit vast in de donkere wereld van zijn blindheid en Marie in het lelijke omhulsel dat zij niet van zich af kan schudden.

Zintuiglijk genot

~

Van den Dop weet op een leuke manier te spelen met cinematografische tegenstellingen. Hoewel Marie van buiten lelijk en kleurloos is, is ze in de fantasiebeelden die ontstaan uit Ruben’s andere zintuigen een wonderschone, kleurrijke vrouw. Wanneer we Marie in de sneeuwlandschappen zien staan, gaat ze bijna op de in achtergrond. Waar de fysieke wereld om Ruben heen grauw en kil is, zijn de beelden in zijn fantasie kleurrijk en levendig. Ook wanneer Ruben zijn zicht weer terug heeft kijken we door zijn ogen naar de vage schimmen en lichtvlekken om hem heen. Het bekijken van Blind wordt zo tot een waar zintuiglijk genot, waarmee ook de thematiek bijzonder goed ondersteund wordt. Die thematiek is overigens niet bijster origineel. Of het nou ‘liefde maakt blind’ is of ‘schoonheid zit van binnen’, de clichématigheid spettert er vanaf.

Onervarenheid in de liefde

~

Toch is Blind een bijzondere film. De sfeer die gecreëerd wordt door de sneeuwrijke landschappen en de keuze voor een setting in het begin van de 20e eeuw doet vooral aan als een ouderwets sprookje. De acteurs bieden ons ingetogen en dramatisch spel en de film is daarom wel degelijk ontroerend. Halina Reijn weet als Marie goed te overtuigen in een voor haar rustige rol en nieuwkomer Joren Seldeslachts is een ware ontdekking. Zijn onervarenheid in de acteerwereld wordt prima vertaald naar de onervarenheid van zijn personage in de liefde en het leven in de ‘buitenwereld’. Hoewel de dialogen voor Hollandse begrippen soms onvermijdelijk stroef zijn, is de chemie tussen de twee goed voelbaar en zetten zij een geloofwaardige relatie neer. Blind is een visueel verrukkelijk en ontroerend sprookje.

Muziek / Album

Tussen hoop en verwachting

recensie: The Shins - Wincing the Night Away

Kan het eigenlijk wel? Na twee verrassend aangrijpende platen, een bescheiden hype en een pauze van drie jaar weer een overtuigend album uitbrengen? Met het klamme zweet in de handen beluisterde ik Wincing the Night Away, The Shins’ derde langspeler op Subpop. Angstig voor meer van hetzelfde, voor een herhalingsoefening. Al was deze kermis minder warm dan bij de voorgaande twee platen, gelukkig kwam ik na een flink aantal draaibeurten niet van een koude kermis thuis.

“The Shins”, verzucht ik, zittend achter mijn typemachine terwijl ik met mijn hoofd in mijn hand leun. Debuut Oh, Inverted World stal mijn hart, vooral door het liedje New Slang natuurlijk. Daarmee begon het denk ik voor iedereen die het van origine uit Portland, Oregon afkomstige viertal een warm hart toedraagt. Mooie teksten en de schoonheid van op het eerste gezicht verrassend eenvoudige songs. Maar toen, toen kwam Chutes too Narrow. En hoe. Ik bestempel deze plaat al sinds jaar en dag als een levensreddend album. De teksten, de drums, de gitaren, en oh, we are a brutal kind! Van problematische tijden tot een excessief grote afwas, deze plaat wist me overal doorheen te slepen.

~

Verwachtingen

Nu het nieuwe album. The Shins’ vorige albums slopen stiekem mijn hart in, tot ze erin vast zaten om nooit meer weg te gaan. Bij Wincing the Night Away is er een andere factor die me parten speelt: verwachtingen. Hoe kunnen zinnen als “You were so poorly cast as a malcontent” van Chutes too Narrow ooit nog opboksen tegen nieuwe liedjes?

Bij de eerste klanken van Wincing the Night Away moest ik al denken aan Oh, Inverted World. De meer ingetogen songs, de donkerdere kleur. Chutes too Narrow is een album waar toch aardig wat swingende en poppy nummers op staan, en Oh, Inverted World is een ingetogen gitaarplaat: Wincing the Night Away zit daar precies tussenin.

Duidelijkere lijn

Met hart en ziel hou ik van de teksten van James Mercer. Deze drijvende kracht achter the Shins gebruikt geen woord teveel en de manier waarop hij de woorden rond de melodielijnen laat draaien steekt altijd vernuftig in elkaar. Bij Wincing the Night Away, daarentegen, heb ik het idee dat Mercer de nadruk meer op een mooi afgeronde productie heeft willen leggen, en de zorg voor de tekst wat naar de achtergrond is verdrongen. Deze plaat heeft als een geheel gezien een veel duidelijkere lijn dan de voorgangers, de schoonheid van de nummers ligt meer in de verhouding tussen de instrumentale arrangementen en de zanglijnen dan in het spanningsveld tussen de melodie en de inhoud van de teksten.

~

Gelukkig maakt dat de liedjes er niet slechter op. Helaas wel minder bestand tegen het vaker beluisteren dan bijvoorbeeld Chutes too Narrow, waar een couplet na een tiental draaibeurten ineens als bom in kon slaan. Bij herhaald luisteren ontluikt de schoonheid wel, maar ditmaal meer door middel van een subtiel geplaatst viooltje (zoals in Red Rabbits) of een mooi koortje dat ineens opvalt (in Turn On Me).

Juweeltjes

Maar er staan zeker juweeltjes op Wincing the Night Away. Zoals Sleeping Lessons, een dromerig nummer waarin het venijn ineens toe slaat. En natuurlijk single en monumentale ballad Phantom Limb, die vanaf de eerste gitaaraanslag begint je hart te stelen. Ook de zang van Mercer komt nu zelfverzekerder over dan voorheen. Leek hij op Oh, Inverted World nog een filter over zijn stem heen te leggen en op Chutes too Narrow geen richting te kiezen in zijn stemgeluid, op Wincing klinkt hij helderder en vastberadener.

Al met al is de nieuwe van The Shins een overtuigende plaat met een zelfverzekerde feel. Een album waarop de kleinere liedjes qua kwaliteit gelijk zijn aan de meer bombastische (voor zover je van bombastische nummers spreken kunt), maar waarop ook minder liedjes met kop en schouders boven de andere uitsteken. “The Shins”, verzucht ik, “evengoed is het ze tóch weer gelukt.”