Redactielid Wouter de Vries, student Nederlands aan de Rijksuniversiteit Groningen: “Toen ik een jaar in Antwerpen studeerde, vatte ik het idee op om iets eigens, iets van mezelf op te zetten. Het zou leuk zijn dat er, als ik weg was, iets opgericht zou zijn wat er toe dóet.” Een literair tijdschrift dus. Via de studievereniging van Germanistiek leerde Wouter Ewald Peters kennen, die ook plannen had voor het oprichten van een tijdschrift. Een brainstormavond met Thijs Vannimwegen, ook student in Groningen, leverde een concreet plan en een subsidieaanvraag op en een rondgang langs de Antwerpse studentenkringen voegde Matthias Debruyn, Sofie van Dyck en Geert van der Hallen aan de redactie toe. Met de toekenning van de subsidie kon de redactie écht aan de slag gaan.
Grote ambities
~
En de redactie heeft grote ambities.
Met Andere Zinnen wil een internationaal literair forum voor Nederlandstalige jongeren in Europa zijn. “De gevestigde tijdschriften richten zich veel te veel op oudere schrijvers én lezers. Dat is volgens mij een probleem,” aldus Wouter de Vries. Bovendien is er in Vlaanderen überhaupt geen literair tijdschrift dat min of meer op jongeren gericht is, waar in Nederland nog
Pa§ionate en
Krakatau bestaan.
Met Andere Zinnen zal geen debuterend schrijver weigeren, zolang hij of zij maar tussen de 17 en 26 jaar is.
Maar de grootste troef van de redactie is de internationale oriëntatie van het tijdschrift. Uit praktisch oogpunt is het internationale aspect voorlopig beperkt tot Nederland en Vlaanderen, maar ook dat is boeiend. “Nederlanders en Vlamingen denken in dezelfde taal,” zegt De Vries, “en het is interessant om de literaire uitingen van beide gebieden bij elkaar te brengen om zo een wederzijdse beïnvloeding te bevorderen.” In de Vlaamse krant De Standaard woedt al enige tijd de discussie over of de Nederlandse en de Vlaamse literatuur één zijn of niet. Met Andere Zinnen mengt zich weliswaar niet expliciet in dit debat, maar neemt met haar uitgangspunt wel een standpunt in.
Met Andere Zinnen wil het niveau van de kleine, particuliere initiatieven ontstijgen en uitgroeien tot een internationaal tijdschrift waar rekening mee gehouden moet worden. Wouter de Vries zou graag zien dat het zich associeert met instanties als Doe maar, Dicht maar en de Kunstbende. Na deelname zou publicatie een volgende stap zijn.
Verworpen dogma’s?
Omdat Met Andere Zinnen zich breed richt op jongeren presenteert het zich als tijdschrift “zonder dogma’s”, het wil de hokjesgeest van de gezapige gevestigde literaire orde open breken. Dat was ook het uitgangspunt bij het uitschrijven van een literaire wedstrijd, de eerste activiteit van de redactie. 260 inzenders tussen de 17 en 26 jaar stuurden hun creaties naar de redactie die zich samen met een professionele jury beraamde over de prijzen. Opvallend genoeg bestond de jury, niet met opzet, volledig uit dichters, namelijk Peter Holvoet-Hansen, Geert Buelens, Serge van Duijnhoven, Bart FM Droog en Annelieke van Mens. Bij de inzendingen verhielden poëzie en proza zich als 3 staat tot 2. Wouter de Vries: “Het gros van de inzendingen bestond uit therapeutisch schrijven en dat was niet publicabel. Toch waren redactie en jury verrast door de hoge kwaliteit van de poëzie.” Bij de prijsuitreiking kwam dit tot uiting in de toekenning van 2 prijzen voor proza en 3 voor poëzie.
~
Op 18 februari vond de prijsuitreiking plaats, in de vorm van een literaire avond in Berchem, Antwerpen. Afgewisseld door nummers van de Antwerpse band Syndon en soms enigszins gestoord door een afgaand autoalarm droegen winnaars en juryleden voor uit eigen werk. Maar voor een tijdschrift zonder dogma’s waren avond en voorgedragen teksten behoorlijk traditioneel. Nooit sprong iemand uit de band, het publiek werd slechts dronken in een gedicht. Alleen de winnares proza, de Nederlandse Nicole Teunissen, week met haar stuk in vorm en spanningsopbouw in positieve zin af van de rest. Bovendien bracht zij als enige op de avond proza. Wouter de Vries beaamt dat de inzendingen allemaal het midden hielden tussen traditionele vormen en nieuwe experimenten. De nieuwe generatie dichters lijkt dus gematigd te zijn, of moet misschien gewoon nog groeien.
Grotere ambities?
Het eerste nummer van Met Andere Zinnen is volledig gevuld met het beste uit de inzendingen voor de wedstrijd, maar hoe zal het er in de toekomst uitzien? “Je kunt niet gaan zitten wachten tot mensen iets insturen. De redactie zal het tijdschrift dus actief onder de aandacht brengen bij universiteiten en kranten,” zegt De Vries. Ook de winnaars van de wedstrijd worden “warm” gehouden. “Het zal nog wel hard werken worden om de volgende nummers vol te krijgen.” Maar als het eenmaal loopt, wil de redactie ook meer aandacht gaan schenken aan beeldende kunsten zoals fotografie en tekeningen, zodat er meer spanning ontstaat. Daarnaast zullen er ook meer literaire avonden georganiseerd worden in Nederland en Vlaanderen. Op de website zullen stukken uit het tijdschrift gepubliceerd worden, maar het is niet de bedoeling dat de papieren versie hieraan ondergeschikt wordt.
Wouter de Vries zou ook graag een toename van het aantal geëngageerde schrijvers zien. Het viel hem tegen hoe veel inzendingen van de wedstrijd zich voornamelijk bezighielden met persoonlijk leed, waarbij liefdesverdriet het favoriete thema was. “Ik zou graag een taak zien voor de literatuur,” is Wouter de Vries’ mening. “Voor mij is duidelijk dat we in een andere wereld leven, dat we opnieuw onze plaats moeten bepalen en dat niets vanzelfsprekend is. Dat zou ik graag in de literatuur gereflecteerd zien.” Dat zijn wel grote ideeën voor een tijdschrift dat een neutraal podium wil bieden, zonder dogma’s en zonder poëtica.
Met Andere Zinnen, internationaal literair forum voor nederlandstalige jongeren
zie voor meer informatie de website van Met Andere Zinnen
Deense succesformule
De Deense Susanne Bier regisseert al weer een jaar of vijftien familiekomedies, maar heeft pas sinds Den eneste ene (The One And Only) een rotsvaste internationale reputatie opgebouwd. Met haar laatste film, het indringende Dogma-project Elsker dig for evigt (Open Hearts), sloeg ze een meer dramatische weg in, die ze in Brothers blijft aanhouden.
~
Het gezin van legermajoor Michael (Ulrich Thomsen uit Festen) en zijn vrouw (Connie Nielsen in haar eerste Deenstalige rol) vormt een harmonieus geheel, maar wanneer Michael voor dood gehouden wordt tijdens een VN-missie in Afghanistan, neemt het verhaal een wending met dramatische gevolgen. Michaels jongere broer (Nikolaj Lie Kaas uit Open Hearts) is inmiddels ten tonele verschenen, en wanneer Michael uiteindelijk terugkeert, is niets meer zoals het was.
(Geen) Dogma
~
Onderhuids
Voor Bier en scenarioschrijver Jensen draait het om de morele implicaties en de onmogelijke spanningen tussen Michaels gezin en de andere familieleden. Ze kruipen onder de huid van hun personages, maar vellen geen oordeel en nemen geen moreel standpunt in. De verwikkeling in Brothers is bijna een tragedie in opzet, maar uiteindelijk een meer realistisch verhaal zonder gemakkelijke oplossingen en zonder catharsis of ontknoping. Dit maakt van de film een drama dat zware thema’s aansnijdt, maar daar niet diep op ingaat en zodoende geen expliciete boodschap uitdraagt. Daarom geeft Brothers weinig stof tot nadenken, maar wel twee uur lang indringend en solide drama.
Brothers (Brødre)
Regie: Susanne BierJaar: 2024
Misschien ook iets voor u
Muzikaal terug van weggeweest
Een aantal jaren geleden toerde een droevige Beck nog in zijn eentje met een akoestische gitaar om zijn nek de wereld rond. Beck was namelijk niet te troosten toen Winona Ryder en hij uit elkaar gingen. Trage, melancholieke en desolate songs met hier en daar een door Nigel Godrich vervaardigde en opbeurend strijkersarrangementje was het wat Beck te vertellen had. Nu is er Guero. En met vrouw en kind aan zijn zijde, heeft Beck de weg naar de studio teruggevonden. De ‘king of hip’ kan eindelijk weer lachen en dansen en heeft daarbij zijn oude kleren weer aangetrokken.
~
Opnieuw een palet van stijlen
Dat het geluid van Guero lijkt op die van Odelay heeft deels te maken met het feit dat Beck Mike Simpson en John King, ofwel zijn maatjes van de Dust Brothers, er opnieuw heeft bijgehaald. Deze waren destijds ook verantwoordelijk voor het grote scala aan stijlen op de succesplaat Odelay. Zij begeleidden toen Beck van zijn bekende bottleneckcountry, via de groovende funk, langs de hiphop, de draaitafelkunst en het sample-geknutsel. Ook Guero bevat met Emergency Exit Becks karakteristieke country interpretatie en de bonustrack Send a Message to Her had zo tussen nummers als Novacane en Hotwax kunnen staan. Missing gaat een albumpje verder, want dit nummer klinkt qua ritme behoorlijk als de uitschieter van Mutations: Tropicalia.
Het Peppers-effect
Wat Beck ook doet, hij blijft cool. Toch hebben de nummers op Guero de neiging om iets te lang door te gaan. Daardoor verliezen de nummers zo nu en dan aan kracht. De single E-pro had zonder al te veel moeite een minuut korter gekund. Maar Beck zal zichzelf niet zijn om het zogeheten Red Hot Chili Peppers-effect te vermijden en zal met behulp van de interessante twists, samples en melodielijntjes het dodende effect van ‘maximaal-twee-luisterbeurten-bestendig’ uit de buurt houden. Laat de bleekscheet uit Los Angeles maar schuiven en laat hem daarbij doen waar hij het beste in is. Guero dekt namelijk heel goed de lading.
Beck
Album: GueroMisschien ook iets voor u
Geen applaus voor Van der Kwast
.
In deze roman maken we kennis met Ben Zoref. Ben is de zoon van een Poolse moeder en een Nederlandse vader. En Ben is stinkend rijk. Hij woont in een kasteel, heeft 23 auto’s, een beeldschone vrouw, een tuinman, een binnenhuisarchitect en een schoonmaker. Ben heeft eigenlijk alles, maar toch mist hij iets. Hij is niet compleet. In het verleden heeft zich iets voorgedaan waardoor Ben kapot is, geestelijk geamputeerd.
Toneel
Om aan te geven dat Bens leven een groot tragikomisch toneelstuk is, is het boek overeenkomstig vormgegeven. De hoofdstukken hebben namen, die als acte-aanduiding in een toneelstuk niet zouden misstaan. De paragrafen zijn gescheiden door hét symbool van de tragikomedie: een huilend en een lachend masker. Het huilen en lachen komt ook volop terug in het verhaal over Ben, en dan is het lachen voor de lezer en het huilen vooral voor de personages uit het boek . De personages hebben over het algemeen niet zo heel veel plezier in het leven. De ouders van Ben zijn na een prachtige romantische start nu al jaren een hopeloos kibbelend paar, de bedienden staan bol van de angsten en Ben zelf is een lege huls. Iemand die zijn rol in het leven uitstekend speelt, maar daar zelf geen voldoening uit haalt.
Surrogaat
Bens huwelijk is op het eerste gezicht een sprookje. Zijn vrouw is beeldschoon en houdt zielsveel van hem. Ze hebben een geweldig huis en nog betere seks. Maar het is voor Ben alleen maar een act. Een rol die hij moet vervullen, maar die hem verder niets doet. Die hem koud laat en hooguit steeds doet denken aan zijn verlies. Niets kan zijn liefde meer aanwakkeren. Niets kan hem datgene wat was en had kunnen zijn doen vergeten. Hoewel de jonge, sprankelende Egje met haar engelachtige dochter Yelena dicht in de buurt komt. Maar hoe dichtbij laat Ben nog iemand komen bij zijn stukgeslagen hart?
Yusef
Soms zijn dingen mooier als er mensen klappen is duidelijk geen boek van Yusef el Halal, hoewel deze wel nog even als personage in het boek wordt opgevoerd. Waar Yusef vanaf het begin de lachers op zijn hand heeft, gaat Van der Kwast voor het sentiment. Helaas ligt de tragiek hem iets minder dan de vrolijke noot. Pas als Bens jeugd verder uitgewerkt wordt en de reis met zijn toenmalig vrienden ten tonele gevoerd wordt, komt de humor in zijn volle omvang terug. En dan wordt het ook meteen weer leuker om te lezen.
Vaart
Voordat de vaart in het verhaal komt door de toegevoegde humor wordt je wel duidelijk gemaakt dat Ben niet lekker in zijn vel zit, maar waarom dat zo is blijft een raadsel. En eigenlijk interesseert het je als lezer ook niet zo heel erg veel. Ben wordt zo plat en zo eendimensionaal neergezet dat je geen moment met hem gaat meeleven. Oké, hij heeft blijkbaar iets ergs meegemaakt. So what! Get over it! Dat je dan toch nog wil weten waarom hij zo is komt meer voort uit de natuurlijke nieuwsgierigheid van de lezer, dan uit de door de schrijver opgewekte verwachtingen. Eerlijkheid gebiedt me wel te zeggen dat het wel indruk maakt wanneer het dan eindelijk duidelijk wordt wat de oorzaak is van Bens gedrag.
Tweeledig
Het debuut van Ernest van der Kwast als zichzelf laat me achter met een tweeledig gevoel. Aan de ene kant is daar het ongeïnspireerde begin van het verhaal: een begin dat tweederde van het boek in beslag neemt en dat slechts zelden een andere emotie in me los maakte dan verveling. Aan de andere kant is daar de humor en tragiek van het laatste deel van het verhaal dat voorzien is van de benodigde lach en een traan. Het vormt een eind dat door zijn tragiek en wanhoop veel goed maakt, en dat doet hopen op een beter begin de volgende keer.
Prijs: 14,90
Bladzijden: 208
ISBN: 90 388 4025 X
Misschien ook iets voor u
Jongeren schrijven met andere zinnen
/ 0 Reactiesdoor: Minte Kamphuis0 Sterren.
Redactielid Wouter de Vries, student Nederlands aan de Rijksuniversiteit Groningen: “Toen ik een jaar in Antwerpen studeerde, vatte ik het idee op om iets eigens, iets van mezelf op te zetten. Het zou leuk zijn dat er, als ik weg was, iets opgericht zou zijn wat er toe dóet.” Een literair tijdschrift dus. Via de studievereniging van Germanistiek leerde Wouter Ewald Peters kennen, die ook plannen had voor het oprichten van een tijdschrift. Een brainstormavond met Thijs Vannimwegen, ook student in Groningen, leverde een concreet plan en een subsidieaanvraag op en een rondgang langs de Antwerpse studentenkringen voegde Matthias Debruyn, Sofie van Dyck en Geert van der Hallen aan de redactie toe. Met de toekenning van de subsidie kon de redactie écht aan de slag gaan.
Grote ambities
~
Maar de grootste troef van de redactie is de internationale oriëntatie van het tijdschrift. Uit praktisch oogpunt is het internationale aspect voorlopig beperkt tot Nederland en Vlaanderen, maar ook dat is boeiend. “Nederlanders en Vlamingen denken in dezelfde taal,” zegt De Vries, “en het is interessant om de literaire uitingen van beide gebieden bij elkaar te brengen om zo een wederzijdse beïnvloeding te bevorderen.” In de Vlaamse krant De Standaard woedt al enige tijd de discussie over of de Nederlandse en de Vlaamse literatuur één zijn of niet. Met Andere Zinnen mengt zich weliswaar niet expliciet in dit debat, maar neemt met haar uitgangspunt wel een standpunt in.
Met Andere Zinnen wil het niveau van de kleine, particuliere initiatieven ontstijgen en uitgroeien tot een internationaal tijdschrift waar rekening mee gehouden moet worden. Wouter de Vries zou graag zien dat het zich associeert met instanties als Doe maar, Dicht maar en de Kunstbende. Na deelname zou publicatie een volgende stap zijn.
Verworpen dogma’s?
Omdat Met Andere Zinnen zich breed richt op jongeren presenteert het zich als tijdschrift “zonder dogma’s”, het wil de hokjesgeest van de gezapige gevestigde literaire orde open breken. Dat was ook het uitgangspunt bij het uitschrijven van een literaire wedstrijd, de eerste activiteit van de redactie. 260 inzenders tussen de 17 en 26 jaar stuurden hun creaties naar de redactie die zich samen met een professionele jury beraamde over de prijzen. Opvallend genoeg bestond de jury, niet met opzet, volledig uit dichters, namelijk Peter Holvoet-Hansen, Geert Buelens, Serge van Duijnhoven, Bart FM Droog en Annelieke van Mens. Bij de inzendingen verhielden poëzie en proza zich als 3 staat tot 2. Wouter de Vries: “Het gros van de inzendingen bestond uit therapeutisch schrijven en dat was niet publicabel. Toch waren redactie en jury verrast door de hoge kwaliteit van de poëzie.” Bij de prijsuitreiking kwam dit tot uiting in de toekenning van 2 prijzen voor proza en 3 voor poëzie.
~
Grotere ambities?
Het eerste nummer van Met Andere Zinnen is volledig gevuld met het beste uit de inzendingen voor de wedstrijd, maar hoe zal het er in de toekomst uitzien? “Je kunt niet gaan zitten wachten tot mensen iets insturen. De redactie zal het tijdschrift dus actief onder de aandacht brengen bij universiteiten en kranten,” zegt De Vries. Ook de winnaars van de wedstrijd worden “warm” gehouden. “Het zal nog wel hard werken worden om de volgende nummers vol te krijgen.” Maar als het eenmaal loopt, wil de redactie ook meer aandacht gaan schenken aan beeldende kunsten zoals fotografie en tekeningen, zodat er meer spanning ontstaat. Daarnaast zullen er ook meer literaire avonden georganiseerd worden in Nederland en Vlaanderen. Op de website zullen stukken uit het tijdschrift gepubliceerd worden, maar het is niet de bedoeling dat de papieren versie hieraan ondergeschikt wordt.
Wouter de Vries zou ook graag een toename van het aantal geëngageerde schrijvers zien. Het viel hem tegen hoe veel inzendingen van de wedstrijd zich voornamelijk bezighielden met persoonlijk leed, waarbij liefdesverdriet het favoriete thema was. “Ik zou graag een taak zien voor de literatuur,” is Wouter de Vries’ mening. “Voor mij is duidelijk dat we in een andere wereld leven, dat we opnieuw onze plaats moeten bepalen en dat niets vanzelfsprekend is. Dat zou ik graag in de literatuur gereflecteerd zien.” Dat zijn wel grote ideeën voor een tijdschrift dat een neutraal podium wil bieden, zonder dogma’s en zonder poëtica.
Met Andere Zinnen, internationaal literair forum voor nederlandstalige jongeren
zie voor meer informatie de website van Met Andere Zinnen
Misschien ook iets voor u
Leuk voor de leek
Total Film brengt met deze dubbele dvd een negental obscure Japanse films van elk een half uur uit, gebaseerd op griezelverhalen van verschillende schrijvers. Het resultaat van deze verzameling is een collectie weinig verheffende standaardwerkjes, maar hier en daar zit een redelijk verrassende film verstopt.
Een oplettende kijker ziet hier en daar de beeldschone meisjes uit Dark Water, Battle Royale en Kill Bill opduiken, maar over het algemeen zijn het nieuwkomers die voor en achter de camera staan. Vernieuwing of bovenmatig talent bieden ze in dit recente griezelproject echter niet. Liefhebbers van griezelsuccessen als Ju-on, The Eye en Ring weten het maar al te goed: Aziatische horrorfilms moeten het vaak hebben van een onheilspellende, onwerkelijke sfeer en suggestieve beelden. De sobere techniek van digitale video, waarmee de meeste films zijn opgenomen, maakt dit bijna onmogelijk: geen van de films in deze verzameling is dan ook echt griezelig.
Grotesk
De eerste film is een van de bloedeloze, clichématige spookverhalen die op de dvd’s voorkomen, en stemt weinig hoopvol. Hoewel enkele een typisch subtiele tragedie als basis hebben, zijn de meeste nauwelijks geslaagd. De afleveringen die wel een plot hebben zijn daarentegen het sterktst: De laatste dag als tiener, een cynisch verhaal over een doodspact van twee geliefden, en Impulsief moorden, een spannend en al even zwartgallig drama over een inbreker en zijn slachtoffer. Het groteske gegeven van Regeneratie, een verhaal over een meisje dat beweert dat haar lichaamsdelen aangroeien als ze geamputeerd worden, is zo sterk dat vorm noch plot er afbreuk aan doen.
Diversiteit
Gewelddadige ontvoering, een overdreven en banale komedie, valt tussen het serieuzere werk uit de toon, maar is wel een teken van de diversiteit van deze bloemlezing. De welkome afwisselingen tussen de traditionele spookverhalen maken van deze eerste reeks Japanse horrorfilms een redelijk bevredigend geheel, maar voor de verstokte horrorfanaat die zit te wachten op bloed of huivering is de set niet geschikt.
Japanese Horror Anthology vol. 1
Jaar: 2024Distributeur: Total Film
Misschien ook iets voor u
IJzersterk vanuit de garage van Sly Stone
.
~
Spanning
De plaat klinkt gepolijster dan diens voorganger, maar wie denkt aan easy listening heeft het fout. VV klinkt, vergeleken met de vorige plaat, nog meer als een kruising tussen Patti Smith en PJ Harvey. Daarbij zijn het de minimale muzikale middelen die The Kills gebruiken wat de band uiterst interessant maakt. De drumcomputer en de gruizige en de grommend rockende gitaar werken verslavend. De overtuigende stem van Mosshart heeft daarop een fijne stuwende werking. De eerste tonen van het titelnummer No Wow klinken spannend en veelbelovend, maar de kracht ligt erin dat de rest van de plaat die lijn van spanning weet vast te houden. Dit komt mede door een krachtige en aansprekende riff die steevast aanwezig is in de nummers.
Lovenswaardig
Zoals gezegd is het titelnummer meteen heftig, maar ook Love Is A Deserter hakt erin, net als Dead Road. De single The Good Ones kan zich wel eens hoog in de eindlijstjes van de kenners gaan nestelen, en ook At The Back Of The Shell heeft een enorme hitpotentie. Het rustige Rodeo Town haalt het tempo een beetje uit de plaat, maar is daarentegen wel een aangename afwisseling. Net als de momentopname Ticket Man, waarbij het geluid van VV en Hotel helemaal minimaal is en waarbij echt duidelijk wordt dat The Kills zelfs zonder de gitaar stevig overeind blijven. VV zingt: “This ain’t no wow,” maar wat heeft ze het mis. No Wow is verbazingwekkend goed en roept eigenlijk alleen maar loffelijke woorden op.
The Kills
Album: No WowMisschien ook iets voor u
Verzamelwoede met prijskaartje
/ 0 Reactiesdoor: Wytske Visser0 Sterren.
De privéverzameling en het museum kennen een gezamenlijke geschiedenis. Zo ontstond het Stedelijk Museum aan het eind van de negentiende eeuw vanuit verschillende particuliere verzamelingen en ook de naam van museum Boijmans van Beuningen verwijst naar de betrokkenheid van privécollecties. De afgelopen jaren zijn er in grote Europese musea verschillende tentoonstellingen van privéverzamelingen geweest. Zo stelde Charles Saatchi een groot deel van zijn collectie ten toon in Sensation, die behalve in Londen (1997) onder andere in Berlijn (1999) was te zien. Imagine You’re Standing Here In Front Of Me in het Boijmans van Beuningen, (2002/2003) was daarnaast geheel gewijd aan de collectie van Joop van Caldenborgh. Maar de expositie die misschien wel het verst in het geheugen ligt, is de Friedrich Christian Flick Collectie die nog tot 26 maart in Hamburger Bahnhof in Berlijn is te zien.
Museum versus privéverzamelaar
~
Een verzamelaar die in eerste instantie vooral voor zichzelf verzamelt, kent deze regels niet. Hij volgt zijn eigen idee over wat hij mooi of belangrijk genoeg vindt. Hoe hij zijn geld besteedt, hoeft hij immers alleen aan zichzelf te verantwoorden. Ook het museale streven naar een bepaalde hiërarchie in de collectie, is voor een verzamelaar niet per definitie van belang. Van Caldenborgh zegt hierover in een interview in de catalogus van de tentoonstelling dat hij geen volledigheid zoekt in zijn collectie, maar zich laat leiden door zijn eigen voorkeur en smaak.
Een ander belangrijk verschil tussen het museum en de privéverzamelaar schuilt in het aankoopbudget. Het kleine aankoopbudget dat een museum ter beschikking staat, geeft enkel ruimte voor de aanschaf van een beperkt aantal werken. Hierdoor beperkt men zich vaak noodgedwongen tot het topsegment.
Een museum kan daarnaast gezien worden als een laatste bewaarplaats, waardoor het zich geen ‘fouten’ of ‘miskleunen’ kan veroorloven. Dit betekent niet dat een museum geen vernieuwende kunst kan laten zien in tentoonstellingen, maar het eerder genoemde aankoopbudget biedt gewoon niet veel ruimte.
Neus
Opvallend is dat de verzamelaars die eerder werden genoemd, een neus lijken te hebben voor interessante kunst. Anders waren hun collecties niet in zulke grote tentoonstellingen te zien geweest. De Caldic-collectie bevat bijvoorbeeld veel kunstenaarsboeken en een grote collectie grafisch werk van Marcel Broodthaers, maar er bevinden zich ook jonge namen zoals Damian Hirst en Mona Hatoum in de collectie.
Vaak heeft de particuliere verzamelaar ook meer geld te besteden dan een museum, waardoor zijn keuze niet beperkt hoeft te blijven tot het topsegment.
~
De publieke ruimte
Opvallend aan de drie particuliere collecties is dat ze in een publieke ruimte zijn te zien. Saatchi zegt in een van zijn zeldzame interviews ook dat hij kunst koopt om deze te exposeren. Dit roept de vraag op wat Saatchi’s visie op goede kunst bijdraagt aan het debat over kunst.
Er wordt hem vaak verweten de kunstmarkt te bespelen en precies te kopen wat populair is. Komende uit de reclamewereld heeft hij zijn kunst altijd goed weten te promoten – denk aan de merknaam Young British Artists – waardoor de waarde van de werken in korte tijd sterk is gestegen. Het getuigt meer van inzicht in de markt dan kunsthistorisch inzicht. Verschillende critici zijn het erover eens dat de kunst van de Young British Artists eigenlijk helemaal niet zo vernieuwend is. Het zou eerder een ‘dunnetjes overdoen’ van de jaren zestig betreffen.
Commotie
Ook de verzamelaar Flick schrijft in de catalogus bij de tentoonstelling, dat de collectie juist in het publieke domein te zien moet zijn. Nu is er met deze collectie iets aan de hand. Flick’s grootvader was namelijk een rijke bedrijfsmagnaat die samenwerkte met de nazi’s. Een groot deel van het familiekapitaal vindt daar zijn oorsprong. De Flick-collectie is dus voor een deel tot stand gekomen met ‘besmet geld’. Er was daardoor nogal wat commotie rond de opening. ‘De reden dat het museum toch de collectie toonde had vooral te maken met het belang van de verzamelde werken’, zo schreef de curator. Het is inderdaad een overweldigende collectie die werk bevat van moderne klassieken als Paul McCarthy, Luc Tuymans en Bruce Nauman.
Ethiek
~
Wat dat betreft is Saatchi ook een geval apart. Zijn reclamebureau werd groot door de campagne die de conservatieve partij van Thatcher aan de macht hielp, terwijl de kunst die hij koopt zich bezig houdt met de derde klasse en zich juist afzet tegen de elite.
Zo lang het maar om de kunst gaat
De relatie tussen de verzamelaar en museum lijkt nauw. Toch is er sprake van een bepaalde mate van onafhankelijkheid van beide zijden. Een museum flirt graag met een collectie, die soms werken bevat waar het museum alleen van kan dromen. De verzamelaar laat zich schijnbaar alles welgevallen, maar beseft tegelijkertijd dat het een mooie kans is op promotie met als gevolg waardevermeerdering van de collectie. De particulier verzamelaar en het museum kunnen bijna niet zonder elkaar en het Nederlandse kunstbeleid lijkt dit enkel maar aan te moedigen.
Het zou de regering minder geld kosten als er meer privé-initiatieven in de museale wereld zouden zijn. Het lijkt me namelijk geen optie om een particuliere visie met geld van overheid te ondersteunen. Natuurlijk geeft een museumdirecteur ook een bepaald gezicht aan een collectie, maar we gaan er vanuit dat hij kennis van zaken en een gedegen opleiding heeft, waardoor hij werken op de juiste waarde weet te schatten. Daar komt bij dat er om de zoveel jaar van directeur wordt gewisseld, waardoor accenten in de collectie kunnen verschuiven. Tenslotte staat een museumdirecteur natuurlijk altijd nog in dienst van de ‘gemeenschap’. Laat de flirt tussen verzamelaar en museum in de huidige vorm nog maar even bestaan. Interessante werken die anders in gesloten collecties zouden blijven, kunnen op deze manier toch worden getoond.
Misschien ook iets voor u
De wereld deed een oogje dicht
~
Paul Rusesabagina was in 1994 als manager werkzaam in hotel Des Milles Collines. Hij is een Hutu en getrouwd met een Tutsi vrouw. Hij hoorde van stamgenoten over de toenemende radicalisering van de Hutu-gemeenschap. Rusesabagina geloofde aanvankelijk niet dat er in Rwanda problemen zouden komen. Hij sloot zijn ogen en geloofde dat de aanwezigheid van de troepen van de Verenigde Naties problemen zouden voorkomen. Hij had een goede baan en wilde alleen maar vrede.
Steun
~
Kakkerlakken
‘We verspillen geen kogels aan kakkerlakken’, zegt een Hutu-strijder die meteen daarop een weerloze man doodknuppelt. Op het moment dat de genocide uitbrak, dacht Paul Rusesabagina, werknemer in het meest luxueuze hotel van de hoofdstad en een man van aanzien, op de eerste plaats aan het redden van zijn eigen Tutsi-vrouw en kinderen. Naarmate het hem duidelijk werd dat er geen internationale hulp te verwachten was, hielp hij meer en meer mensen. Terwijl de buitenlanders in allerijl werden geëvacueerd, bood Rusesabagina, met gevaar voor eigen leven, bescherming aan 1200 mensen in het hotel. In de honderd dagen dat de vluchtelingen in het hotel verbleven, werden meer dan 800.000 Tutsi’s en gematigde Hutu’s vermoord. “U denkt misschien dat we hen niet allemaal kunnen vermoorden?” zegt een Hutu-officier op een gegeven moment. “We zijn al halverwege.”
Oscars
De speelfilm vertelt het verhaal zoals het is gebeurd. De cast bestaat uit internationale sterren als Don Cheadle, Nick Nolte en Joaquin Phoenix, maar ook uit honderden overlevenden van de genocide. Zij hebben de moed gehad de gebeurtenissen als figurant na te spelen. Hotel Rwanda is op filmfestivals in de prijzen gevallen en heeft nominaties gehad voor drie Oscars, maar de beeldjes voor beste acteur (Don Cheadle), beste vrouwelijke bijrol (Sophie Okonedo) en voor beste oorspronkelijke scenario gingen naar andere films. Wat overblijft is Hotel Rwanda in de Nederlandse bioscopen. Een bezoek aan de film betekent kijken naar een brok genante wereldgeschiedenis, het lezen van een inktzwarte bladzijde. De troepen van Verenigde Naties waren aanwezig, keken toe en grepen niet in. “We are peacekeepers, not peacemakers,” was het zwakke excuus. Honderden, duizenden, tienduizenden, honderdduizenden doden later deed de wereld de ogen open. Te laat, veel te laat. Die les is nu in een prachtige en imponerende film te zien.
Hotel Rwanda
Regie: Terry GeorgeJaar: 2024
Misschien ook iets voor u
Een bijna compleet debacle
~
Rachel Keller (Watts) en haar zoontje Aidan zijn na de gruwelijke belevenissen uit deel ??n gevlucht naar een nietszeggend dorpje, waar ze in alle rust hopen verder te leven. Je kunt er vergif op innemen dat dit dus niet gebeurt. De enge Samara is terug, met een nieuwe missie: ze wil Aidans lichaam overnemen om zo zelf weer verder te kunnen leven. Aan Rachel om daar een stokje voor te steken. Ze moet zichzelf en vooral haar zoon redden.
Water
~
Video
Waar deel ??n nog een zeer mysterieuze toon had en een geweldig aanknopingspunt (een wel heel enge videofilm), het vervolg mist deze elementen. Het is al bekend wie Samara was, waardoor de film lang niet zo beklemmend meer is. Het meisje uit de televisie, de walgelijk verdraaide gezichten, ze zijn allemaal al eens langs geweest en zorgen niet meer voor naargeestige momenten. De video komt alleen in de proloog van de film voor, als (weer) twee tieners alleen in huis zijn. Daarmee opent de film overigens wel heel sterk.
Kudde herten
Het verhaal ‘eng meisje zoekt moeder’ is gewoon niet eng genoeg om een hele horrorfilm te dragen, al doet Naomi Watts nog zo haar best om angstig te kijken. Als dit niet het vervolg was geweest op het meesterlijke eerste deel, dan had deze film waarschijnlijk weinig bezoekers getrokken. Geen enkele keer trekt de film je naar het puntje van de bioscoopstoel toe en op een paar schrikmomenten na, is de film gewoon niet eng. Voeg daarbij een werkelijk belachelijke kudde herten en de foutste oneliner sinds tijden en het debacle lijkt compleet.
Pluspunten
Gelukkig zijn er ook nog wel wat pluspunten te vinden. De sfeer is hetzelfde gebleven, de muziek blijft goed. Er zit wat meer humor in de film en Samara blijft gewoon een naar loeder. En ook al is bekend dat ze door de televisie gaat kruipen, en dat die gezichten wel heel erg misvormd zijn, deze twee dingen blijven interessant. Zeker niet de moeite waard om in de bioscoop te kijken, maar absoluut leuk voor een filmavondje op de bank. Vergeet na afloop de televisie niet uit te zetten.
Ring 2
Regie: Hideo NakataJaar: 2024
Misschien ook iets voor u
Psychedelische rock met een dosis pop
.
~
Lost in Nowhere
Een groot deel van de nummers doet soms denken aan lange jams waarbij het klinkt alsof de heren muzikanten de wereld om hen heen vergeten en helemaal één worden met de muziek. In het nummer Nowhere Again zeggen ze het zelf ook: “We know we’re lost in nowhere now.” Vaak monden zulke goedbedoelde initiatieven uit in ondoorgrondelijke, niet-luisterbare draken van nummers maar het knappe aan Now Here is Nowhere is dat de nummers goed in het gehoor liggen. Ondanks de wat psychedelische inslag zijn de nummers goed te volgen en wekken ze je interesse op. Het blijven nummers met een poprandje, want naast Pink Floyd proef je hier en daar ook een vleugje Flaming Lips en New Order (ten tijde van Get Ready).
Niet sterk genoeg
Is er dan niets verkeerd aan deze debuut-cd? Jawel. Na een paar luisterbeurten worden de nummers wat saai. Muzikaal gezien weten de oorspronkelijke interesse en vervoering niet vast te houden en zo krijgt Now Here is Nowhere na verloop van tijd een net-niet sfeertje. De woorden ‘herhalende brij’ zijn te hard maar komen wel in de richting. De liedjes zijn net niet psychedelisch genoeg om je helemaal mee te voeren naar hogere sferen en net niet sterk genoeg om te blijven boeien. Het is absoluut geen slechte cd maar de woorden ‘de nieuwe Pink Floyd’ verdienden The Secret Machines niet. Hun live-shows schijnen echter wel erg goed te zijn, dus hou de concertagenda’s in de gaten.
The Secret Machines
Album: Now Here is NowhereMisschien ook iets voor u