Muziek / Album

Het ontwijken van de val

recensie: Moonface - Julia With Blue Jeans On

Met Julia With Blue Jeans On laat Spencer Krug voor de zoveelste keer zien dat kwantiteit en kwaliteit prima samen kunnen gaan.

In de laatste tien jaar verschenen er zo’n vijftien albums van de verschillende bands waar de Canadees Spencer Krug frontman was. Frog Eyes, Fifths Of Seven en Swan Lake zijn enkele van die formaties, maar de grootste bekendheid verwierf Krug met de albums van Sunset Rubdown en Wolf Parade. De verschillende projecten onderscheidden zich van elkaar door hun bezetting en niet zozeer door de muziek. Van rechttoe rechtaan indierock tot ingewikkelde, bombastische composities, Krug ziet ieder album als een nieuwe uitdaging. Zijn herkenbare stemgeluid is de rode draad in zijn muziek.

Minimalistische aanpak
Eerdergenoemde bands zijn al enkele jaren niet meer actief, dus moest Krug op een andere manier zijn honger stillen naar het schrijven van liedjes. Moonface werd zijn eerste soloproject waarmee hij een EP en twee albums uitbracht. Organ Music Not Vibraphone Like I’d Hoped uit 2011 hypnotiseerde door de invloeden uit de elektronische muziek van de jaren tachtig, op With Siinai: Heartbreaking Bravery, een samenwerking met het Finse Siinai uit 2012, was duistere indierock te horen. Met Julia With Blue Jeans On slaat Krug wederom een compleet andere weg in.

Het is zonder twijfel het kaalste album van de Canadees tot nu toe. Krug vond het tijd om opnieuw kennis te maken met de piano, het eerste instrument dat hij leerde bespelen. Het resultaat zijn tien liedjes waarop enkel de piano en zijn stem te horen zijn. Niet alleen op muzikaal vlak heeft Krug voor een minimalistische aanpak gekozen, ook de songteksten  – speels en sprookjesachtig, boordevol verwijzingen naar de bijbel, kunst en historische feiten –  zijn ontdaan van alle poespas.

Bewonderenswaardig
Door deze omslag is Julia With Blue Jeans On een van de meest persoonlijke albums van Krug. Onomwonden contrasteert hij zijn liefde voor ene Julia met zijn eigen tekortkomingen en onzekerheden. Zo zingt hij op het ruim acht minuten durende ‘Dreamy Summer’: ‘There’s no reason I should feel like dying / but you’re the reason I’m here and alive / either way’. Het nummer is een van de beste van het album, maar ook ‘Everyone Is Noah, Everyone Is The Ark, ‘Your Chariot Awaits’ en het titelnummer zijn pareltjes waarbij treurnis en verliefdheid hoogtij vieren. Dergelijke thema’s, in combinatie met melancholische pianomuziek, worden snel pathetisch en ongeloofwaardig, maar Krug weet een perfecte balans te vinden tussen de positieve en negatieve emoties, zodat hij deze val weet te ontwijken.

Het is bewonderenswaardig dat Krug zich iedere keer weer weet te vernieuwen, zonder dat de experimenteerdrift zijn verhaal in de weg staat. Het is dan ook niet gek dat hij tot de beste singer-songwriters van het moment gerekend wordt. Met Julia With Blue Jeans On bevestigt hij nog maar eens dat hij deze titel waard is.  

Film / Films

Vechten tegen de bierkaai

recensie: The World's End

Edgar Wright, Simon Pegg en Nick Frost ronden hun apocalyptische trilogie af in stijl, met een invasie van buitenaardse robots tijdens een kroegentocht.

Vier jeugdvrienden worden opgetrommeld door hun oude maatje Gary (Simon Pegg), ooit de aanvoerder van wat de laatste jaren elders is getypeerd als een ‘wolf pack’. Het komt allemaal op hetzelfde neer: oudere mannen die te veel zuipen en dat eigenlijk niet moeten doen. Ook in The World’s End worden ‘de vijf musketiers’ aangevoerd door een onverantwoordelijk persoon met humor die alles bij elkaar liegt om zijn vrienden over te halen tot verscheidene stommiteiten.

Nuchter zijn is saai

~

Terwijl Andy (Nick Frost), Steven (Paddy Considine), Peter (Eddie Marsan) en Oliver (Martin Freeman) de afgelopen twintig jaar volwassen zijn geworden, banen hebben en soms zelfs een vrouw en kinderen, is Gary blijven hangen in het verleden, bang om zijn wilde haren kwijt te raken. Een van de redenen hoe Gary dit leven volhoudt, is excessief drankgebruik. Nuchter zijn is immers saai. Gary wil nog eenmaal de gouden jaren herleven waarin werd gepoogd ‘The Golden Mile‘ van Newton Haven af te leggen, een tocht langs twaalf kroegen met als eindbestemming The World’s End.

Goed georganiseerde kroegentochten (en met twaalf kroegen is daar wel sprake van) beginnen als een leuk initiatief en eindigen als een ware uitputtingsslag. Wanneer er naast een gevecht tegen het bier ook een gevecht tegen robots aan de gang is, wordt het er niet gemakkelijker op. Tot overmaat van ramp is Gary vastberaden ‘The Golden Mile‘ dit jaar wél tot een goed einde te brengen, ondanks de aanwezigheid van buitenaardse blauwbloedige creaturen.

Meer van hetzelfde

~

The World’s End is het slotstuk in de onofficiële Three Flavours Cornetto Trilogy van Wright en Pegg, waarvan Hot Fuzz en Shaun of the Dead de voorgaande delen zijn. In elke film wordt een ijsje gegeten met smaken die de film symboliseren, zoals groen pepermuntijs in deze film (aliens) en aardbeismaak in Shaun of the Dead (zombies).

De films worden niet alleen verbonden door ijsjes. De cast is grotendeels hetzelfde met vaste rollen voor Nick Frost en Simon Pegg, naast andere routiniers als Bill Nighy en Martin Freeman. De thematiek komt grotendeels overeen, met een herkenbare opbouw waarin de hoofdrolspelers pas na enige tijd doorkrijgen dat de wereld vergaat, en tot slot is de typische Britse humor van schrijvers Wright en Pegg het sausje waarmee het geheel wordt overgoten.

Verrassend in The World’s End zijn de sterk uitgewerkte vechtscènes die er soepel uitzien en met name Nick Frost tot een actieheld transformeren. Hij slaat de vele robots kort en klein en lijkt ontketend wanneer er drank in het spel is. De choreografie van de actiescènes is bij vlagen zelfs indrukwekkend te noemen, iets dat toch bijzonder is voor een Britse komedie. Voor de rest is The World’s End meer van hetzelfde, hetgeen liefhebbers van Hot Fuzz en Shaun of the Dead als muziek in de oren zal klinken. 

Film / Films

Van Hitler naar Diana

recensie: Diana

Regisseur Oliver Hirschbiegel verfilmt na Der Untergang wederom de laatste levensfase van een beroemdheid. Een groter verschil dan tussen Adolf Hitler en Diana Spencer is haast niet denkbaar, maar helaas geldt dat ook voor de resulterende films Der Untergang en Diana.

Hirschbiegel gaf Hitler naast zijn furieuze tirades ook wat sporen van menselijkheid. Hitler werd niet alleen geportretteerd als monster, maar ook als mens met persoonlijke problemen. In Diana doet Hirschbiegel hetzelfde door Princess Diana niet alleen te portretteren als erbarmelijke ambassadrice voor een betere wereld, maar ook als onzekere vrouw. Net als in Hudson on Hyde Park, waarin de lusteloze affaires van Franklin Delano Roosevelt werden verfilmd, focust Hirschbiegel zich op Diana’s turbulente liefdesleven. Daardoor wordt het leven van Lady Di gereduceerd tot een melodramatisch liefdesepos waarin ze in hartchirurg Hasnat Khan (Naveem Andrews) de liefde van haar leven vindt, een liefde die nooit kan opbloeien door paparazzi en persoonlijke perikelen.

Geen aantrekkingskracht

~

Diana stal de harten van menig wereldburger met haar ontwapenende lach en mededogen, haar tomeloze inzet voor een betere wereld en persoonlijke campagnes tegen onrecht. In de film is weinig van de aantrekkingskracht van Diana terug te vinden. Naomi Watts doet haar best, krijgt dezelfde coupe aangemeten als de prinses en heeft haar maniertjes bestudeerd, maar het zwakke script, het gebrek aan chemie met Naveem Andrews en de afwezigheid van sleutelfiguren in Diana’s leven beletten Watts om The Queen of Hearts een persoonlijk tintje mee te geven. Prince Charles, Harry, William en Queen Elizabeth zijn bijvoorbeeld nergens te bekennen.

Naast de afwezigheid van sleutelfiguren kent Diana een ander manco: een overvloed aan staatsbezoeken en mediaoptredens. Der Untergang was zo beklemmend omdat alles zich in een bunker afspeelde. De kijker zit dicht op de huid van de dictator en ervaart zijn waanzin en uiteindelijk machteloosheid. Diana gaat echter van hot naar her, van Pakistan tot New York, en dat leidt enorm af van de persoonlijke misère. Al deze scènes mogen dan feitelijk juist zijn, ze voegen niets toe en geven de film een fragmentarisch karakter.

Miljoenenjacht
Diana volgt grotendeels de onmogelijke relatie tussen Hasnat en Diana, die voornamelijk niet slaagt omdat Hasnat de media-aandacht niet aan kan en zijn familie hem geen toestemming geeft met een gescheiden vrouw te trouwen. Maar dan wordt vrij abrupt de relatie verbroken. De Princess of Wales ruilt de liefde van haar leven in voor Dodi Fayed (Cas Anvar), die uit het niets komt aanvaren op een miljoenenjacht. Niemand die tijdens het kijken van de film verwacht dat Dodi Fayed zal ontbreken, maar opeens is hij er gewoon. Voor de tweede maal vormt zich een statisch geheel waarbij chemie tussen Watts en haar tegenspeler ontbreekt.

De bijzondere vrouw Diana had wellicht een heel ordinair, onsuccesvol liefdesleven. Eentje waarvan iedereen weet hoe het grofweg is gelopen, dankzij alle paparazzi. Hirschbiegel is genoodzaakt zich aan de feiten te houden, maar het lijkt alsof de regisseur het liefst Hasnat Khan met Diana in Parijs had willen hebben om ze samen tragisch te laten sterven op Shakespeareaanse wijze. De laatste momenten doormakend in angst en oprechte liefde, stervend in elkaars armen na een wilde achtervolging door paparazzi. De realiteit dicteerde echter anders en vereiste Dodi die geforceerd ten tonele verschijnt, de laatste twintig minuten van de film vullend met rijkdom en leegte. Een anticlimax in een toch al niet erg enerverende film.

Boeken / Fictie

De puzzelstukjes passen niet, en doen alsof heeft geen zin

recensie: Annette Pas - 's Nachts doe ik alsof

Annette Pas heeft haar roman ‘s Nachts doe ik alsof voorzien van elementen uit de bestsellerlijsten. De SM uit Vijftig tinten grijs, een heksachtig Stieg Larsson vrouwtje, wat waanzin uit Isabelle en een vrachtlading verwijzingen naar de crisis. Helaas voor Pas schaadt deze overdaad.

Tegensprekende protagonist gaat tegenstaan
Liesbeth is een weinig sympathieke hoofdpersoon en verteller, ze is egoïstisch en zeurderig. Haar doel is trouwen met Paulus, niet omdat ze van hem houdt, maar omdat ze wil trouwen. Het eerste probleem dat ze met de hulp van oud-vriendin en ‘heksje’ Philomena probeert op te lossen – er volgen er nog een paar – is dat ze geen orgasme krijgt tijdens de seks met Paulus. Met Philomena lukt dit direct. Liesbeth vertelt vervolgens keer op keer hoe weinig haar seksleven met SM-liefhebber Paulus haar bekoort, hoezeer chocolade-ijs dat wel doet en hoeveel beter – nee toch slechter, nee, toch beter – ze zich voelt dan Philomena. Minachting en bewondering vechten om de overhand. Innerlijke tegenstrijd, zo zal Pas gedacht hebben, maken een personage interessant. Echter, Liesbeth spreekt zichzelf zo vaak en weinig subtiel tegen dat het irritant wordt.

Te veel herhaling
Hopen dat je moeder doodgaat omwille van de erfenis, hoort niet. Dat weet Liesbeth ook wel. ‘Nee, zo mag je niet denken! Ik neem het terug. Ik neem het helemaal terug. Ik heb het nooit gedacht. Ik hou van mijn moeder.’ Vervolgens, slechts enkele bladzijden later, doet ze haar verloofde Paulus af als haar enige optie, omdat niemand anders haar zou willen. ‘Zo mag ik niet denken. Zo denk ik ook helemaal niet.’ Maar zo denkt ze dus wel, en zo schrijft Pas.

Zaken worden voortdurend herhaald. Philomena, zo weten we allang, is klein en slank. ‘Philomena is altijd al klein en slank geweest, al zie ik haar nu elke dag (…) nog magerder worden’, zo vertelt Liesbeth ons, om vervolgens een bladzijde later nog maar een keer te stellen: ‘Wie echter wel in sneltreinvaart afvalt, is Philomena.’ Zonder deze veelvoorkomende herhalingen zou de roman een stuk fijner weglezen en meer ruimte overblijven om stukken uit te werken die er nu juist te snel doorheen worden gejaagd. Het hele personage Dauwe, bijvoorbeeld, roept meer vraagtekens op dan hij beantwoordt.

Onsympathiek wordt ook ongeloofwaardig
Liesbeth blijkt niet te vertrouwen. Gedurende de eerste helft van het boek lijkt ze een redelijk normale vrouw, alhoewel haar verloofde van SM houdt en haar voormalig beste vriendin een beetje vreemd is. Als het boek in het laatste van drie delen belandt, blijkt Liesbeth opeens door te draaien en raken we het vertrouwen in haar kwijt. Deze omslag komt te laat in het boek, en de onbeantwoorde vragen die het oproept wekken weerzin. Pas weet dit, en probeert de lezer voor te zijn: ‘En toch klopt het niet. Niet echt. Er zijn te veel puzzelstukjes die niet in elkaar passen. Maar dat geeft niet.’ Het geeft wel.

Als Liesbeth achter Philomena’s familiegeschiedenis komt is dit geen bevredigende climax, maar een twist die uit de lucht komt vallen. De manier waarop Liesbeth haar terugvindt (deze prinses staat simpelweg in het telefoonboek), is nog ongeloofwaardiger dan Liesbeth’s hersenspinsels. De puzzelstukjes passen inderdaad niet. Tot overmaat van ramp komt Liesbeth ook nog eens met de dooddoener ‘Soms vraag ik me af of ik alles niet gedroomd heb’. Een te makkelijke verklaring, een te laffe conclusie. Dit boek laat Pas’ potentie zien, maar ze zal moeten leren schrappen. Minder herhaling en minder ideeën in één boek zouden een goed begin zijn. Om ‘de hemel in tienduizend stukjes’ te doen breken is meer, of eigenlijk minder, nodig dan dit.

Muziek / Concert

Gelikte show van formaat

recensie: Foals

Na sterke shows in kleinere zalen, een paar knallers van releases en de snelle uitverkoop van een grote zaal als Vredenburg, zijn de verwachtingen van het optreden van Foals hooggespannen. Dat de mannen de lat vanavond nog hoger leggen, had echter niemand verwacht.

Het is rap gegaan met de carrière van het Engelse vijftal. Hoewel ze met eerder werk (Antidotes in 2008 en Total Life Forever in 2010) in de schaduw bleven van de overheersende massamuziek, wordt het nieuwe Holy Fire razendsnel opgepikt. Het is niet voor niets dat Vredenburg deze avond bomvol is.

Zintuiglijke explosie

~

De topper der vuige uitschieters is voor het laatst bewaard. Gouwe ouwe ‘Two Steps, Twice’ is de finale uitbarsting van muzikaal geweld dat zich de gehele avond beetje bij beetje heeft opgehoopt. Philippakis springt met zijn gitaar het podium af en trakteert de hele zaal, inclusief de rijen zitplekken boven, op een persoonlijke show. Als een Mozes die de zee splitst, baant hij zich een weg terug naar het podium om het concert af te sluiten. Beter dan zo had de band het niet kunnen doen.

Binnen korte tijd heeft Foals zich een bijzonder strakke show aangemeten die de hoge verwachtingen van eerdere optredens overtreft: dit optreden was van ongekend formaat. 

Muziek / Album

Net als vroeger

recensie: Black Bottle Riot - Soul in Exile

Met Soul in Exile levert Black Bottle Riot een plaat af die klinkt als iets uit de jaren zeventig van de vorige eeuw. Dat het geïnspireerd is door de stevige hardrock uit die tijd moge duidelijk zijn, maar heel spannend is het allemaal niet.

Het viertal uit Nijmegen bracht in 2011 hun gelijknamige debuutalbum uit. Sindsdien hebben ze flink aan de weg getimmerd. Zo stonden ze al in het voorprogramma van Pearl Jam, The Black Keys en Ben Harper. Om het tweede album op te nemen, ging de band in conclaaf in Normandië. Nachtenlange jamsessies met veel flessen drank leverden uiteindelijk negen nummers op. Ze werden met zo min mogelijk overdubs ingespeeld, waardoor het album zowaar een live-gevoel opwekt. Het is goed te horen dat de band op elkaar ingespeeld is.

Flashback


Soul in Exile voelt als een flashback naar de hoogtijdagen van de bluesrock. Black Bottle Riot is naar eigen zeggen geïnspreerd door bands als Thin Lizzy, Lynyrd Skynyrd en The Allman Brothers Band, en dat is goed te horen. De opnames klinken niet kristalhelder, maar zijn juist een beetje groezelig, zoals te verwachten is wanneer er buizenversterkers worden gebruikt. Stilistisch gezien ligt dat echter volledig in lijn met de muziek die op het album te horen is.

Black Bottle Riot heeft geen wereldschokkend album afgeleverd. Er staan geen experimentele tracks op die de grenzen van een genre opzoeken, of streven naar vernieuwing in de stijl. De consistentie waarmee de band teruggrijpt op de muziek van zijn inspiratiebronnen is echter lovenswaardig te noemen. Geen enkel nummer laat een breuk in die stijl horen. Dat het af en toe wat gedateerd klinkt, is daarom niet zo erg. Black Bottle Riot weet precies waar ze mee bezig zijn, en dat is te horen.

Het podium lonkt

Soul in Exile is een energiek album dat niet snel gaat vervelen. Dat komt deels doordat het album vertrouwd klinkt. Ook de energie en het plezier die de nummers uitstralen, is een reden om het album nog een keer op te zetten. Het ontbreekt de band niet aan kunde en kwaliteit. De groovy riffs in een bluesschema, imposante gitaarsolo’s en drijvende drumpartijen klinken lekker.

Het nadeel van Soul in Exile is dat Black Bottle Riot zich zo strak binnen het genre beweegt. Hun inspiratiebronnen waren vernieuwend in hun tijd, maar Black Bottle Riot is dat niet. Desalniettemin levert Black Bottle Riot een goed album af dat de nieuwsgierigheid naar een optreden uitlokt. Het nostalgische geluid, opgewekt met vintage apparatuur, en de neiging het album zo live mogelijk in te spelen, wijzen erop dat de band live beter tot zijn recht zal komen.
 

Boeken / Non-fictie

Uit liefde voor kaarten

recensie: Simon Garfield (vert. Bert Meelker & Tracey Drost-Plegt) - Op de kaart

Van de eerste kaarten in de bibliotheek in Alexandrië tot Google maps: Simon Garfield navigeert in Op de kaart moeiteloos door de geschiedenis van de cartografie. Zijn enthousiasme over het onderwerp spat van het papier; Garfield is als een leraar die zelfs de meest verveelde leerling weer te boeien.

Garfield probeert geenszins de complete geschiedenis van kaarten te vertellen. Daarvoor is in het nu al bijna 500 pagina’s-tellende boek simpelweg geen ruimte. De hoofdstukken zijn ingedeeld op chronologie van tijd behandelen elk een eigen onderwerp. Zo bespreekt hij specifieke kaarten met een bijzonder verhaal, moeilijk te inventariseren gebieden en andere aan kaarten gerelateerde uitgaven als atlassen en reisgidsen. Garfields benadering van kaarten is heel breed. Hij behandelt thema’s die buiten de officiële geschiedenis van de cartografie vallen, zoals computerspellen als Skyrim en Grand Theft Auto. Zulke spellen worden geroemd om hun zorgvuldig samengestelde werelden en nemen de speler mee op een ware ontdekkingstocht.

Copycats

Lange tijd vereiste het maken van kaarten niet enkel landmetingen maar ook de nodige portie fantasie. Vanzelfsprekend ontstonden er zo fouten en die konden vroeger erg hardnekkig zijn. Zo werd Californië op een Spaanse kaart in 1622 afgebeeld als een eiland. 200 jaar lang werd de fout klakkeloos overgenomen door andere kaartenmakers en Garfield maakt hier dan ook de terechte vergelijking met Wikipedia. Ook in de 21e eeuw komen dit soort fouten nog voor!

Dat oude kaarten onze kennis over de geschiedenis kunnen doen wankelen, bewijst de zogeheten Vinlandkaart. In 1957 duikt een handelaar de kaart op, om vervolgens tot een merkwaardige ontdekking te komen. Als de kaart echt is, dan bewijst deze dat de Noormannen eerder Noord-Amerika ontdekten dan Columbus. Decennialang hebben experts zich over het mysterie gebogen, claimend dat het een vervalsing is en dan weer dat het een authentieke kaart betreft.

Vrouwen kunnen wél kaartlezen

Onontkoombaar is natuurlijk ook een bijdrage aan de discussie over kaartlezen. De eeuwenoude claim dat mannen hier beter in zijn wordt eindelijk onderuitgehaald. Wat blijkt? De meeste kaarten zijn samengesteld op een manier die meer aanspreekt tot het ruimtelijk inzicht van mannen. Wanneer kaarten meer herkenningspunten bevatten, zoals kenmerkende gebouwen, kunnen vrouwen zich beter oriënteren.

Op de kaart is een luchtig boek dat zeker zal appelleren aan iedereen die niet alleen om de weg te vinden op een kaart kijkt. Garfield weet namelijk niet alleen het nut maar vooral ook de schoonheid van deze uitstervende soort te belichten. Want in een tijd van smartphones en gps-systemen worden papieren kaarten steeds meer een curiositeit. Het enige wat dan ook echt minder geslaagd is aan Op de kaart zijn de grijze, korrelige afbeeldingen. De uitgever had haar lezers echt het genot van mooie kleurenprenten moeten gunnen in een boek waar juist dat visuele aspect zo belangrijk is.

Muziek / Album

Sanne Hans verrast met uitgeklede liedjes

recensie: Miss Montreal - The Home Recordings

Een nieuw album van Miss Montreal staat altijd garant voor enkele nieuwe radiohits. Bij een album dat niet nieuw is, maar vol demo’s kan dat bijna niet. Sanne Hans bewijst echter niet voor niets The Home Recordings te hebben opgenomen, omdat dit een verrassend fijn tussendoortje blijkt.

Sinds het debuut van Miss Montreal halverwege 2009 verloopt de carrière van de band erg voorspoedig. Alle vaderlandse podia en festivals heeft de band wel zo’n beetje aangedaan en ook over hits valt niet te klagen. So…Anything else verscheen in 2010, I am Hunter in 2012 en een nieuw album zit er aan te komen.

Meer naar voren 
‘These are all demos! Half of them include no final lyrics’ zegt het boekje in de cd. Of dat nu ongedwongenheid aangeeft of de kunst van het singersongwriterschap; feit is dat tracks er niet zomaar op staan. Bijna alle nummers van I am Hunter, enkele van de twee cd’s hiervoor en een sporadisch nieuw liedje, dat is wat de luisteraar krijgt in zeventien muzikale momenten. In eerste instantie was de cd alleen te koop tijdens de theatertour ‘S..SS..SSS…Sanne’, die in het najaar van 2012 begon. De potentie werd blijkbaar zo hoog ingeschat dat de cd nu ook normaal in de winkels ligt.

Doordat de band normaliter zorgt voor muzikale invulling bij de nummers (gitaar, bas, toetsen en drums), valt de boodschap van de tekst soms weg. Omdat Hans vaak over (verloren) liefde zingt, komt dit juist meer naar voren wanneer zij dit –bijna – zonder muzikale begeleiding doet. En dat is precies de kracht van het album.

Schwung 

‘Here without you Miss Mont’ is ook te vinden op So…Anything else maar komt nu een stuk beter uit de verf. De rauwe stem van de Hardenbergse bij het refrein ‘And you know how I feel, and you know all my pain, but I stand here, still stand here without you’ zorgt voor veel meer effect dan wanneer dit zuiver en dubbelstemmig wordt gezongen met bandbegeleiding. Hetzelfde kan gezegd worden over ‘Wish I could’. Zang en gitaar, meer heeft het nummer niet nodig. Vooral het geneurie en het slaan op gitaar klinken fijn samen.

De songs worden afwisselend vertolkt met piano of gitaarbegeleiding. ‘Soundtrack’ heeft piano en de stem van Hans die dan weer omhoog, dan weer omlaag gaat, maar soms net wat kracht aan het eind van een zin mist. Met inmiddels vaste producer Nate Campany (Ilse de Lange, Backstreet Boys) ditmaal op toetsen, heeft ‘Come on Already’ een ingehouden begin. Wat meer schwung brengt de gitaar in het nummer die bij het refrein er bij komt. Bij het nieuwe ‘All of this DEF’ zijn het juist de aan elkaar geregen uithalen die het refrein vormgeven.

Warm gitaarspel
De kant die we niet veel horen van Hans als zij met band optreedt, is die van het intieme liedje. Haar hese stem, die soms tegen het overslaan aan lijkt te zitten, is bekend, maar ook ingehouden, als een soort Sara Bettens, laat de zangeres haar klasse horen. Opener ‘The Sun Goes’ is een heerlijk nummer om bij wakker te worden, ‘Sanne 1’ rust op warm gitaarspel en klinkt hierdoor wat voller en ‘Just for today’ start ingetogen maar bouwt mooi op naar intense uithalen.

Wanneer je een album opneemt met al eerder uitgebrachte liedjes en weinig nieuw materiaal, moeten nummers wel wezenlijk verschillen van de originelen en de nieuwe tracks de plaat kunnen dragen. Ondanks een paar mindere tracks als ‘Today’ en ‘Memo-1’ lukt dit. Door een andere kant van zichzelf te laten zien geeft Hans aan een veelzijdig artiest te zijn, die ook zonder band zeer zeker boeit.

Boeken / Fictie

Zuurtjes, chocolade, lollies en leugens

recensie: Victor Meijer - Snoepreis

Boris is met zijn moeder op de vlucht voor zijn vader, of voor de kinderbescherming, het hangt ervan af wat je wilt geloven. Alle volwassenen om hem heen vertellen een andere versie van het verleden, en terwijl Boris zich in Snoepreis volpropt met snoep, wordt hem van alles ingefluisterd.

Boris’ moeder heeft er geen enkele moeite mee Boris constant tussen haar en zijn vader in te zetten en te stoken. ‘Je hebt twee vaders, Boris. Een rioolrat is zuiverder op de graat dan die tweekoppige slang. Terwijl de een je aan het lachen maakt, liefdevol de stofjes van je trui plukt en je zomaar een kus op de wang geeft, giet de ander gif in je koffie.’ Gif in de vorm van exorbitante hoeveelheden suiker, misschien.

Snoep als vlucht, snoep als passie
Alle mannen in Snoepreis – opa, vader en Boris – eten zich letterlijk ziek aan grote hoeveelheden snoep. Ze liegen en stelen en worden kwaad op de vrouwen als ze het niet snel genoeg krijgen. Boris en zijn vader aten op de dagen dat ze met z’n tweeën waren snoep als avondeten. ‘Je moet niet alles geloven wat ze beweren. Snoepen is niet slecht’, houdt zijn vader Boris voor. Het snoep is soms een vlucht, vooral voor Boris, maar het is ook een passie.

Zijn vader spreekt vol enthousiasme als een fijnproever over de smaken en effecten van lollies, zuurtjes en chocolade. Boris ontpopt zich ondertussen, snoep connaisseur die hij is, tot snoep-maker en uitvinder van een lollie genaamd Para Todos – voor iedereen. Die naam is geen toeval. Hij zou niets liever willen dan iedereen tevreden stellen, maar dit wordt hem niet gegund.

Boris is tien. Het taalgebruik in het boek is daardoor ogenschijnlijk simpel, maar schijn bedriegt, zoals zijn vader en moeder dat ook doen. Victor Meijer laat zijn verteller keer op keer beelden en metaforen gebruiken die de gemiddelde tienjarige niet snel gebruikt. ‘Achter mijn vader lagen voetsporen van water die hij met zijn schoenen een voor een weer zou opnemen als ik alles als een film had kunnen terugspoelen.’ Simpele woorden misschien, maar ze scheppen een uiterst doeltreffend beeld. Juist hierin ligt de kracht van de roman.

Zonder het altijd expliciet te zeggen, legt Meijer de scheve verhoudingen en problemen binnen het gezin bloot. Je blijft als lezer hopen dat iets of iemand opstaat en Boris redt. De hoop dat het beter wordt maakt dat je door blijft lezen, evenals de wens om te begrijpen waarom en hoe zijn ouders het zo ver hebben laten komen. Die wensen worden – deels –  vervuld, wat maakt dat het boek lekker weg blijft lezen.

Manische moeder
Waar eerst Boris herhaaldelijk dacht zijn vader te zien, is het na dik een jaar ‘vakantie’, oftewel vluchten, de beurt aan moeders. Halsoverkop wordt het stuur omgegooid om de man te zoeken, met Boris uiteraard op sleeptouw. ‘En ik begrijp niet waarom we mijn vader achternazitten. Waarom we in plaats daarvan niet met de auto plankgas naar El Puche terugrijden om onze spullen bij elkaar te pakken en weg te vluchten.’ Een valide punt, zijn vader was toch zeker een hijo de puta? Zijn moeder valt echter niet te begrijpen, want ze denkt niet helder na. Ze is manisch, of bipolair, en is dan weer zoet en dan weer zuur.

Het slachtoffer in het boek is niet Boris’ moeder, hoe hard ze dat ook roept, of haar hypochondere vader, maar Boris zelf. De hoeveelheden Phoskitos die hij wegwerkt maken niets goed, hij wordt erin geluisd waar hij bij staat. Er zijn liefdevolle momenten met zijn vader, moeder en grootouders, maar uiteindelijk staat hij er alleen voor, en wat het beste voor hem is wordt genegeerd. Boris heeft geen snoep nodig maar een stabiel, liefdevol huis om in thuis te komen. Of het met Boris nog goedkomt? Om zijn vader te quoten: ‘eerst zien, dan geloven’.

Muziek / Achtergrond
special: North Mississippi Allstars - World Boogie is Coming

North Mississippi Allstars – World Boogie is Coming

De zinderende sound van North Mississippi Allstars knalt als van de duivel bezeten en ruw uit de boxen.

Het zevende album van de North Mississippi Allstars zal veel stof doen opwaaien tijdens de uitvoering van live shows van de band. World Boogie is Coming biedt een dampende cocktail die het midden houdt tussen R.L. Burnside, Morphine, Muddy Waters, Hokie Joint en John Campbell. Niet te vergeten een vleugje wortels van The Neville Brothers met wat Indianen-chants in ‘My Babe’. De pompende basgeluiden, opgedreven door de rake drumslagen, geven het hele album lang een ‘op de hielen gezeten’-gevoel. De duivelse samenballing van het geluid, het ritme, de instrumenten en de zang laten weinig ruimte voor zonnestralen. North Mississippi Allstars gedijen vooral goed in het donker. De soms verscheurende mondharmonicageluiden zwepen de toch al niet rustige sound van de band heftig op.

Wie zich laat grijpen door de sound en composities van North Mississippi Allstars, is verloren en valt voor de haast duivelse klanken van dit zeventien nummers lange album.