Boeken / Non-fictie

Orde in de chaos

recensie: De ontdekking van het dierenrijk - David Bainbridge

Wetenschapper aan de universiteit van Cambridge David Bainbridge legt in De ontdekking van het dierenrijk een belangrijk menselijk verlangen bloot: de wens om de werkelijkheid te vatten en te ‘classificeren’.

Kijk naar de geschiedenis van de mensheid en zie: sinds er mensen zijn, pogen zij om de chaotische werkelijkheid overzichtelijk en beheersbaar te maken. Sinds de mens bestaat, heeft hij de werkelijkheid altijd gedeeld met andere dieren. Het was dus van belang deze te kennen en herkennen (welke is giftig/agressief/eetbaar). Daartoe zijn mensen al sinds lange tijd aan het tekenen geslagen. Op de oudste rots- en grottekeningen zijn… ja hoor.. dieren afgebeeld! Zeehonden (Spanje) een wrattenzwijn (Zuid-Sulawesi) bizons, herten, neushoorns, paarden en stieren (Lascaux).

Orde

Lang voordat Darwin het levenslicht zag, gingen geleerden er al vanuit dat achter de variatie aan diersoorten een zekere orde schuilging. Deze orde werd vastgelegd in afbeeldingen. Die staan centraal in dit boek. In De ontdekking van het dierenrijk wordt aan de hand van de afbeeldingen van onze voorouders de geschiedenis van het classificeren geschetst. Een van de bronnen daartoe is de joods-christelijke traditie, want in de bijbel lezen we dat Adam alle dieren een naam mocht geven. Een andere bron zijn de oude Grieken. Aristoteles onderzocht de dieren op Lesbos, beschreef wat hij zag en keek naar mogelijke verwantschappen met andere dieren. Daarbij zag hij het dierenrijk als een hiërarchische verdeling: de mens staat bovenaan, ver boven het dier, en streeft naar goddelijke perfectie.

Bainbridge schrijft bondig en enthousiast. Bovendien is het boek bijzonder leerzaam. Ooit weleens gehoord van bestiaria? Dat zijn middeleeuwse tekeningen over (fabel)dieren vol symboliek, vaak bedoeld om mensen dichter tot God te brengen. In het Aberdeen Bestiarium is te zien hoe Adam de dieren een naam mag geven in het Genesisverhaal.

Aberdeen Bestiarium, anoniem, ca. 1200

 

Evolutie

In de loop van de 18e eeuw kwam de mens, o.a. door ontdekkingsreizen, tot de conclusie dat er nog veel meer diersoorten waren dan gedacht. Al deze nieuw ontdekte diersoorten werden gepoogd aan de bestaande classificatie toe te voegen. Aan het begin van de 19e eeuw (1820) werd zelfs al gediscussieerd over de leeftijd van de aarde en….. evolutie. Bainbridge laat zien dat evolutie veel ouder is dan mensen vaak denken. Oude Griekse filosofen hadden zich al wel eens afgevraagd of dieren misschien uit niet-levende materie waren voortgekomen. Ook vroeg-islamitische denkers hebben het gehad over de ‘strijd om te overleven’, die grotendeels overeenkomt met de theorie van natuurlijke selectie.

Belangrijke gebeurtenissen in de geschiedenis van de classificatie: John Ray die het concept ‘soort’ bedenkt, toegepast op planten- en dierenrijk. De Zweedse bioloog Petri Artedi die in zijn beroemde Systema Naturae alle levende dingen onderbrengt in een classificatiesysteem. Dan graaf de Buffon, die als eerste de geschiedenis van de aarde indeelde in prehistorische tijdperken. Hij dacht al in de 18e eeuw dat de aarde misschien wel 70.000 jaar oud was. En dat in een tijd dat het christendom hoogtij vierde.

De ontdekking van het dierenrijk is een mooie uitgave, met dikke bladzijden en ontzettend veel afbeeldingen. Eigenlijk is het vooral een prentenboek met hier en daar korte uitleg erbij. De afbeeldingen zijn kleurrijk en fantasievol, tot we bij de huidige tijd komen. Vandaag de dag gebruiken we computers, cijfers en grafieken om het dierenrijk te classificeren (al zijn die soms ook bijzonder kleurrijk). Neem bijvoorbeeld de Interactive Tree of Life van het Europese laboratorium voor moleculaire biologie.

Bainbridge heeft met De ontdekking van het dierenrijk een mooi boek geschreven voor iedereen die geïnteresseerd is in onze biologische geschiedenis, maar ook voor mensen die benieuwd zijn naar het artistieke deel van die geschiedenis.

 

Titelafbeelding: Jacob van Maerlant – Der Naturen Bloeme – Serra (zaagvis) – ca. 1350