Film / Films

Zee van epiek

recensie: Noah

Het verhaal van Noach is het verhaal van hoe God de mensheid strafte door de aarde onder water te zetten. In deze gigantische filmversie wordt meer aandacht geschonken aan Noach als een man met een zware taak en een moeilijke keuze. Deze nadruk is in elk shot merkbaar, maar wat meer ruimte voor kleinere momentjes had het geheel goed gedaan.

Regisseur Darren Aronofsky (Black Swan; Requiem for a Dream) vertelt het Bijbelverhaal uit Genesis dat hem al van kinds af aan heeft gefascineerd. Noach (Russell Crowe (Gladiator)) wordt in een droom aangesproken door God (in de film steevast ‘de Schepper’ genoemd) in cryptische beelden en belevenissen. Omdat de mens zich tegen de hemelen en de schepping heeft gekeerd moet de aarde gezuiverd worden door een grote overstroming. Aan Noach de taak om de onschuldigen (de dieren) te redden en daarnaast te verzekeren dat de mensheid hierna niet nogmaals zo in de fout gaat.

Episch en overepisch

~

Noah doet recht aan de epische proporties van het verhaal en blaast deze zelfs nog een beetje op. Met name visueel weet Aronofsky de macht van de Schepper in beeld te brengen zonder aan te voelen als religieuze propaganda. Beelden van plots uit de grond opdoemende bossen, groepen mensen die aan het einde der tijden tot wildemannen vervallen,  het scheppingsverhaal, de grote overstroming of natuurlijk de grote massa’s dieren (twee van elke soort) zien er piekfijn uit en brengen effectief de grootsheid aan die het verhaal ambieert. Dit alles wordt begeleid door prachtige muziek die de beelden versterkt. Het zijn deze groots opgezette scènes waarin de film uitblinkt.

Echter, waar Noah in de grote scènes episch is, daar is het in de kleinere en emotionele momenten overepisch. De film behandelt vrijwel alle gebeurtenissen alsof het van groot belang is voor de wereld, zelfs als dat simpelweg niet het geval is. Dit is het meest merkbaar door de overserieuze (maar voor de grotere scènes toch erg effectieve) speelstijl van vrijwel de gehele cast, met Crowe voorop. Wanneer Noach moet kiezen tussen het welzijn van zijn familie en zijn opdracht van de Schepper helpt deze speelstijl om het gewicht van dit dilemma over te brengen, maar als diezelfde stijl wordt gehanteerd wanneer Noach een gesprek heeft over theedrinken of het verzamelen van hout is het minder passend. Als het wordt gehanteerd wanneer Noach rouwt om de dood van mensen of liefde voor zijn gezin uit werkt het zelfs averechts. Een iets meer ingetogen aanpak zou welkom zijn geweest om naast de omvang ook de emotionele inhoud van het personage uit de verf te laten komen. De enige die hier beter in slaagt is Anthony Hopkins (The Silence of the Lambs) als Noachs grootvader Methuselah. Hopkins weet een beetje lichte humor in zijn spel te brengen naast de gravitas waar het verhaal rijk aan is.

Visuele elementen

~

Naast alle epischheid weet Aronofsky nog een aantal nieuwe elementen te introduceren om het verhaal op zijn eigen manier te vertellen. De besten hiervan zijn de machtig mooie time lapses, waarin bijvoorbeeld de verandering van de loop van een rivier of de evolutie van organismen in een surreële fotoreeks wordt neergezet, en de minimalistische vertellingen van andere bijbelverhalen (zoals Adam en Eva, of Kaïn en Abel), vrijwel compleet in zwarte schaduwen weergegeven. Ook interessant zijn de engelen – lelijke wezens van steen en gedroogde modder – die bij de eerste aanblik vreemd aanvoelen, maar zodra zij wat meer aandacht krijgen al snel passend overkomen.

De rest van de cast, met onder ander Emma Watson (Harry Potter-reeks), Jennifer Connelly (Requiem for a Dream) en Ray Winstone (The Departed) als de uiterst standaard, door- en doorslechte koning doen het verder uitstekend, al zijn hun personages wat onevenwichtig over de film verdeeld. Van Noachs drie zonen krijgt bijvoorbeeld één een compleet subplot toebedeeld terwijl de jongste van geluk mag spreken als hij überhaupt in beeld komt. Een beetje terughoudendheid en evenwicht zijn de ontbrekende elementen in een film die verder zijn doel met verve bereikt.

Muziek / Album

Het beest mag los

recensie: The Afghan Wings - Do To the Beast

26 jaar na hun debuut verschijnt het achtste album van The Afghan Whigs. De band die begin jaren 90 opviel door een soul-achtige grunge-variant. Ook op Do To the Beast zoeken Greg Dulli en consorten die kant van de muziek op.

Do To the Beast zoeken Greg Dulli en consorten die kant van de muziek op.

Om The Afghan Wigs onder de noemer ‘grunge’ te plaatsen, doet ze eigenlijk te kort. Ze zijn in hetzelfde tijdvak als Nirvana, Pearl Jam, Soundgarden, en Screaming Trees opgericht, maar hebben muzikaal een andere keuze gemaakt. Het is dan wel een gitaar-georiënteerde band, maar vooral melodisch en in de zang van Dulli zijn verschillen te herkennen met de bands waarmee ze vaak in één adem genoemd worden.

Gentleman-rock


Do To the Beast sluit naadloos aan op de voorgaande albums van de band. Dulli’s uitstapjes naar The Twilight Singers en The Gutter Twins zijn wat dat betreft zonder consequenties gebleven voor The Afghan Wigs. Niet dat die bands nu een heel ander genre aanboorden, maar toch. Op Do To the Beast speelt Afghan Wigs alsof ze nog nooit iets anders hebben gedaan.

De nummers kennen een mooie opbouw en zijn netjes in elkaar gezet. Door het samenspel van de muziek en de stem van Dulli is het onmiskenbaar dat het hier gaat om de band die ook Gentlemen uitbracht in 1993. Dat betekent overigens niet dat de band niet gegroeid zou zijn of gedateerd zou klinken. Het levert een specifiek geluid op, dat wellicht niet voor iedereen is weggelegd.

Het beest in de mens


Doordat de liedjes een trage opbouw hebben en vaak ook lange intro’s, zitten er geen nummers tussen die je bij de keel grijpen. Maar The Afghan Whigs is ook geen band die het daarvan moet hebben. In plaats daarvan nemen ze je mee naar de donkere kant van de mens, naar de zelfkant. In lijn met de soul en blues die duidelijk hoorbaar is in de muziek, zingt Dulli over verloren liefdes, wraakgevoelens, pijn, en ander verdriet.

Voor liefhebbers van The Afghan Whigs is er niets aan te merken op Do To the Beast. Wie ze nog niet kent heeft hiermee een goede instap in hun oeuvre. Met Do To the Beast heeft de band een album afgeleverd dat zowel muzikaal als tekstueel een geheel vormt. Het probeert de luisteraar te verleiden, mee de duisternis in. Wie van schaduwen en misère houdt, doet er zeker goed aan Do To the Beast eens te beluisteren.

Muziek / Album

Onvermoeibaar

recensie: Motorpsycho - Behind the Sun

.

Na vijftien albums (en talloze ep’s en live-platen) in 25 jaar is de Noorse rockband Motorpsycho nog steeds in staat om boeiende en originele nummers te leveren. Het inmiddels vijfde album met de fenomenale drummer Kenneth Kapstad gaat verder waar de vorige stopte.

Opener ‘Cloudwalker’ stemt gunstig. De voor Motorpsycho typerende pompende riffs worden in goede banen geleid door het polyritmische vernuft van drummer Kapstad. Net als op voorganger Still Life With Eggplant levert ook op Behind the Sun gitarist Reine Fiske, van het onnavolgbare Dungen, een significante bijdrage. Fiske’s gitaar geeft het trio een extra boost en zijn inbreng vult het trio uit Trondheim prima aan. Op het kalme tweede nummer ‘Ghost’  hanteert Fiske tevens de mellotron – het elektronische instrument met het wapperende synth-geluid, gepopulariseerd door onder andere King Crimson en The Moody Blues. De zwevende sound van de mellotron geeft het nummer absoluut sfeer mee, maar een hekel punt in ‘Ghost’ is de zang; een beetje sufjes en ongeïnspireerd. Nu is de zang nooit écht de kracht geweest van Motorpsycho, alhoewel er op elk album wel fraaie vocale harmonieën zijn te vinden.

Spons
Gelukkig weet de band zich te hervinden in het ruige ‘On a Plate’; loodzware riffs en veel distortion met een knipoog naar de proto-metal van Blue Cheer. Het instrumentale ‘Kvæstor’ is een waar genot, openend met een spervuur van drumroffels en dubbele bass-drumpartijen. Dit bekoorlijk stukje instrumentale jazzrock doet vermoeden dat er tijdens het componeren flink naar The Mahavishnu Orchestra (en dan met name Birds of Fire) is geluisterd. Als een auditieve spons absorbeert Motorpsycho invloeden uit alle hoeken van het muzikale universum, maar een voorliefde voor de jaren zeventig is nooit ver weg.

Motorpsycho wil wel eens refereren naar hun eigen discografie. Het twaalf minuten durende ‘Hell, Part 4-6: Traitor/The Tapestry/Swiss Cheese Mountain’ is een voortzetting van ‘Hell, Part 1-3’ op Still Life With Eggplant. Het begint spookachtig en omineus (een verdienste van wederom de mellotron), kabbelt vervolgens rustig voort om te culmineren in een moddervette riff. Een ‘zwaar’ hoogtepunt; episch, repeterend en heavy as hell.

Knallende afsluiter
Het poppy ”Entropy’ is optimistischer van aard (al doet de titel anders vermoeden) en lijkt terug te keren naar albums als Timothy’s Monster of Phanerothyme. In de laatste twee nummers belanden we weer in vertrouwd, onstuimig vaarwater. Vooral de afsluiter ‘Hell, Part 7: Victim of Rock’ gaat flink tekeer met de niet aflatende jazzy percussie en dissonante gitaren. Dit infernale nummer lijkt soms bijna uit de bocht te vliegen, maar blijft de volledige tijdspanne ferm overeind. Een tikje over-the-top misschien, maar daar zijn ze nooit vies van geweest. Zolang Motorpsycho excellereert in monsterlijke riffs en uitgesponnen klanktapijten mogen ze nog tientallen albums maken. Hun veelzijdigheid, productiviteit en onbetwistbare live-reputatie blijven verbazen en dwingen respect af.

Live in Nederland:
26 mei Patronaat, Haarlem
27 mei Doornroosje, Nijmegen 

Muziek / Album

Doorbrekend talent

recensie: Tommy Ebben - Tommy Ebben

Het derde album van Tommy Ebben draagt simpelweg zijn naam. Overtuigender kan Ebben niet de aandacht vragen voor zijn nieuwste werkstuk. Dat Ebben dat niet voor niets doet, blijkt snel na intensieve beluistering.

Ebben is gezegend met een stem die de rockmuziek goed past. Het klinkt als een cliché dat de stem een randje heeft, gecombineerd met een tikje heesheid. Zijn stem doet nog het meeste denken aan Passenger. Ebben tapt echter volledig uit een rock- en zelfs af en toe een power rock-vaatje. Met een setting van gitaren, opzwepende drums, synthesizers en natuurlijk fijn gitaarwerk legt Ebben een stevige bedding voor zijn composities.

Het grote geluid
Het album opent met ‘Golden’, dat met zijn heerlijke drive direct de toon zet voor de rest Het gitaarwerk op ‘Battle of the Bismarck Sea’ is helder en doortastend. Soms wint de muziek als de tekst het laat afweten, zoals in ‘Red Curled Curtain’, dat door de muziek omhoog gehouden wordt als Ebben eenvoudigweg de tekst aanvult met nietszeggende zang. Het maakt er de compositie gek genoeg toch niet minder om. ‘I Wish I Was a Carpenter’ is een bijzonder rustpuntje. Het heeft wel een rustig tempo, maar is niet echt een ballad in de bekendste vorm. Wel een indringend nummer dat je onderhuids doet vibreren.

‘Keep a Light On’ is zowaar een echte single-kandidaat omdat dit nummer lekker in het gehoor ligt en een stampende melodie heeft. Echt iets voor een festivaltent! ‘September Skies’ vertegenwoordigt het grote geluid van Tommy Ebben door met strijkers, blazers en een rockband te schitteren.

Serieus talent
Het album wordt fluweelzacht afgesloten met een akoestisch nummer. Daarmee gaat Tommy Ebben niet als een nachtkaars uit, maar het bewijst juist dat de liedjes van Ebben zich ook  lenen voor een akoestische benadering. Het talent om fijne composities te schrijven, gecombineerd met uitvoeringen die vele kanten laten zien van de artiest die bovendien nog gezegend is met een stem die je raakt, is een fijne belofte voor de toekomst van deze man die misschien wel op doorbreken staat.

Ebben doet regelmatig een goede poging om een liedje te schrijven dat zich in je hoofd nestelt als een gevoelige hit. Of een van de liedjes van dit album dat gaat lukken zal de tijd leren. Met zijn benoeming tot 3FM Serious Talent kan hij in ieder geval rekenen op toenemende airplay van zijn liedjes. Laten we hopen dat het talent dat deze sympathieke zanger uitstraalt de extra aandacht weet om te zetten in meer bekendheid. Het is hem gegund.

Live in Nederland:
8 mei, luxor live Arnhem
9 mei, Asteriks, Leeuwarden
11 mei, Paradiso, Amsterdam

Boeken / Fictie

Hé Eva, klei erover?

recensie: Mathijs Meinema - Liefde en ander onbehoorlijk gedrag

Mathijs Meinema is jong en de kleurrijke boekcover suggereert dat hij eigenlijk nog jonger is. Zijn schrijfkunst sluit daarop aan. Herkenbare situaties worden op een rake manier neergezet. Want liefde is inderdaad ook samen de ober uitlachen.

Liefde en ander onbehoorlijk gedrag is een verzameling aan blogposts. De korte verhaaltjes in Meinema’s tweede boek schetsen beelden uit het liefdesleven van student Thijs. De bundel is geen roman, maar de stukjes volgen elkaar wel in chronologische volgorde op. Thijs wordt verliefd, begint eerst geen relatie en dan toch wel, de relatie wankelt, het gaat uit, hij heeft liefdesverdriet, zweert de liefde af en uiteindelijk staat hij dan toch maar weer op. En tussendoor eet hij tosti’s, op elk tijdstip van dag en nacht. Duidelijk geen schokkende nieuwe thema’s. Maar dat hoeft ook niet, want elke stap in het proces weet Meinema namelijk te voorzien van formuleringen en metaforen die wel nieuw en verfrissend zijn.

Iphone

s en oma

s

Studentikoze settings en woordgebruik worden afgewisseld met raad van oma, weliswaar in de snackbar, en rake metaforen. Zo is er een ‘ze pakt haar telefoon, slide to unlock en holy fock, zoenende achtergrond-alert’. Elke 22-jarige, zoals Thijs, weet wat dit betekent. Als de achtergrond van je Iphone een selfie is waarop je je geliefde zoent, is het aan. Maar er is ook: ‘Zand is zo slap. Uit zand trekt je het zo weer omhoog. Klei is al beter. Hé, Eva, klei erover?’ Als het gaat om een gebroken hart, is zand toch inderdaad niet afdoende? Klei erover en aanstampen, jongen.

‘In de praktijk blijkt dat dat rustig aan doen vooral voor Eva geldt. Ik ben juist alleen maar onrustig’, aldus Thijs in de fase waarin het nog niet echt aan is tussen hem en Eva. Het lichtje van zijn telefoon knippert wel of niet en dat is wat zijn dag domineert. Herkenning alom: ‘rustig aan’ doen twee mensen eigenlijk nooit samen. Maar aan gaat het toch, en dan heeft hij het plotseling over Eva’s ogen die ‘speciaal voor de gelegenheid een nieuw likje verf hadden gekregen’. Meer heb je niet nodig om te weten hoe laat het is (half drie ’s nachts). Na een periode van ‘dit is het’, begint de relatie echter toch te wankelen. Juist deze pijnlijke momenten weet Meinema raak weer te geven:

Het lijkt op ijs, dit. Dat er maar een klein scheurtje zichtbaar is, maar intussen breekt de plek waar ik sta misschien wel recht door mijn benen door open, omdat er nog andere scheurtjes waren, die ik niet had gezien.

Van grijs terug naar kleuren in high definition

Thijs krijgt gelijk. ‘Wist je dat de grijstinten weer terugkomen nadat je de wereld in kleur hebt gezien?’, vraagt Thijs de lezer nadat de relatie stuk is gegaan. Ja, dat wisten we wel, maar door die vraag aan ons te stellen, zijn we ons er opeens ook ontzettend van bewust. Is de kaft daarom zo kleurrijk? Hoe dan ook, een aantal tosti’s later is er weer een feestje en een meisje dat Thijs nog nooit eerder heeft gezien. ‘Testbeeld en dan ineens bám, high definition.’ En zo is het maar net. Dus misschien is de vraag wel: wist je dat de kleuren weer terugkomen nadat je de wereld in grijstinten hebt gezien?

Theater / Voorstelling

Vrouwelijke Hamlet is cerebraal, volwassen en zelfbewust

recensie: Toneelgroep Amsterdam - Hamlet vs Hamlet

.

Na in 1997 de koningsdrama’s van Shakespeare te hebben hertaald tot het veelgeroemde Ten oorlog, stort Lanoye zich nu op Hamlet. En terwijl je naar Hamlet vs Hamlet zit te kijken vraag je je af wat Shakespeare is en wat Lanoye, vloeien de twee mannen in elkaar over als de zijtakken van een rivier, bedrijven ze literair de liefde met een taal die zowel speels als obsceen, zowel poëtisch als realistisch is. Niks geen taboes en heilige huisjes, bij Shakespeare en Lanoye mag alles. Moet alles. Aan traditie hebben zij lak, want het is ze alleen om waarheid te doen. Het leven tonen zoals het leven is. O romantiek! O naïviteit! O meesterlijkheid!

Bewerking van Lanoye en Cassiers brengt Hamlet in majeur
In de klassieke interpretatie is Hamlet een depressieve twijfelaar, een jongeman die denkt maar niet doet, een psychiatrische patiënt die niet tot actie over kan gaan. Eigenlijk best een wonderlijke duiding als je kijkt naar wat er allemaal in het toneelstuk gebeurt. Hamlet vs Hamlet doorbreekt de traditie en slaat een hele andere toon aan: Hamlet is geen klagerig en zielig watje, maar een zelfbewuste jongeman die de wereld met kalme stem, humor en een licht afstandelijk glimlachje tegemoet treedt. En die krachtige jongeman wordt gespeeld door een jonge vrouw! Het is een briljante vondst. Abke Haring schittert en geeft Hamlet zijn viriliteit terug. Haar Hamlet is sterk èn kwetsbaar, intelligent èn gevoelig, humoristisch èn humaan. Haar Hamlet is een metroman. Denken en voelen is interessanter dan schreeuwen en doen.

Maximale psychologie in minimalistisch decor
In een designdecor met subtiele symbolische lading (een toneelvullende glazen vloer met daaronder de rottende restanten van het menselijk driftleven; van het plafond neerhangende horren en jaloezieën waarachter geheimen en gevoelens worden verborgen) voeren de personages hun fascinerende psychologische strijd. Als aan het eind de fysieke geweldsexplosie – een soort hedendaagse gezinsdrama – plaatsvindt,   wordt het stuk iets minder spannend. Wel heeft Lanoye voor de Shakespearekenner nog een verrassend slot in petto. Op volstrekt natuurlijke wijze zet hij deze toneelklassieker naar eigen hand. Shakespeare en Lanoye worden één in hun liefde voor toneel en literatuur.

Kunst / Achtergrond
special: Er was eens… De collectie nu

Het Van Abbemuseum als encyclopedie en speelparadijs

De collectie van een van de meest toonaangevende musea voor moderne en hedendaagse kunst in Nederland wordt op een zeer verfrissende wijze tentoongesteld. De kracht van de tentoonstelling Er was eens… De collectie nu schuilt hem in de manier waarop de toeschouwer wordt uitgedaagd het geheel te lezen, te interpreteren, aan te vullen en te herschrijven.

Kunst van 1900 – nu
Het Van Abbemuseum brengt meer dan 600 kunstwerken en archiefstukken over de periode 1900 – nu samen in één tentoonstelling. Het doel ervan is om de collectie op een geheel nieuwe manier te benaderen en nieuwe verhalen te vertellen. De werken worden  gepresenteerd aan de hand van de maatschappelijke en politieke context waarin ze gemaakt zijn. De tentoonstelling is, voor zover mogelijk, chronologisch opgebouwd.

Zaal met werken van de Cobra beweging (Foto: Peter Cox)

Zaal met werken van de Cobra beweging (Foto: Peter Cox)

Opbouw van de collectie
Het verhaal dat het Van Abbemuseum vertelt begint met een selectie kunstwerken uit de privéverzameling van de Eindhovense sigarenfabrikant Henri van Abbe (1880-1940). Deze werken, die in de kelder te zien zijn, vormde de grondslag voor het ontstaan van het museum in 1936. Op de begane grond worden werken getoond uit de periode 1909 – 1975. Er is werk te zien van o.a. Marc Chagall, Pablo Picasso, George Braque en Wassily Kandinsky. Werken van de Cobra beweging zijn volop aanwezig en het lichtgevende blauw van Yves Klein trekt iedere toeschouwer als een magneet naar zich toe.

Allan McCollum: Plaster Surrogates, 1989 (Foto: Peter Cox)

Allan McCollum: Plaster Surrogates, 1989 (Foto: Peter Cox)

Van het bruisende Modernisme op de begane grond, gaat de tentoonstelling verder op de eerste verdieping die gedomineerd wordt door punkers en feministen en waar schilderijen ingeruild zijn voor Performance Art. De werken op deze verdieping staan in het teken van tegenculturen uit de periode 1965 – 1985. Een groot deel is opgeslagen in het zogeheten Do It Yourself Archief.

Op de tweede verdieping worden werken tentoongesteld uit de periode 1980 – nu. Hoe gaan postmoderne kunstenaars zoals Juan Muñoz en Allan McCollum om met het gegeven dat werkelijk alles al gedaan is? En wat is überhaupt nog de functie van een schilderij?

Ook is er op deze verdieping aandacht voor de rol van globalisering, migratie en wordt duidelijk welke invloed de komst van internet heeft op onze huidige kunstwereld. Werken van o.a. Marlene Dumas, Rineke Dijkstra en Surasi Kusolwong spelen een prominente rol en komen in de hoge, lichte zalen op deze verdieping erg goed tot hun recht.

Surasi Kusolwong: Naked Machine, 2000-2011 (Foto: Peter Cox)

Surasi Kusolwong: Naked Machine, 2000-2011 (Foto: Peter Cox)

Helemaal in het bovenste topje van het museum zijn fragmenten van documentaires te zien, waarin verschillende kunstenaars hun kijk op de wereld van 1900 tot nu geven. Deze Blik op de wereld geeft uiteenlopende, verfrissende visies op verschillende ontwikkelingen uit de geschiedenis en is een mooie aanvulling op de collectie. Of je als bezoeker aan het einde van je museumbezoek de concentratie nog op kan brengen om ook hier je volledige aandacht aan te kunnen schenken is nog maar de vraag. Daar staat tegenover dat je na één bezoek aan deze collectie hoogstwaarschijnlijk nog lang niet bent uitgekeken en vast en zeker nog een keertje terugkomt.

Do It Yourself archief
Het grootste deel van de kunstcollectie op de eerste verdieping is samengebracht in een Do It Yourself archief. Allerlei tekeningen, prenten en posters uit de jaren 1965 – 1985 kunnen door de bezoekers zelf uit het depot gehaald worden. Heel secuur en met handschoenen aan mag alles van heel dichtbij bekeken worden. Een unieke ervaring. Wie het leuk vindt kan zelf een tijdelijke mini expositie inrichten met werken uit het archief. Ook zijn er zeer uiteenlopende objecten, kunstenaarsboeken, dia’s en videowerken te bekijken. Een ludieke manier om zoveel mogelijk werken uit de collectie zichtbaar te maken voor het publiek.

Het museum als speelparadijs
De collectie van het Van Abbemuseum bestaat uit zoveel werken, dat je soms als bezoeker even niet meer weet waar je kijken moet. Het kan een verademing zijn om je te laten rondleiden via de audiotour No Kiddin’. Via deze tour nemen kinderen van 5 tot 17 jaar je mee op reis door het museum. Vooral de kijk van de jongste gidsen kan voor veel bezoekers een echte openbaring zijn. De kinderen vertellen over diverse kunstwerken waarbij ze hun associatievermogen en fantasie volledig de vrije loop laten. Het resultaat? Een glimlach op ieders gezicht en de garantie dat je in de rest van het museum met totaal andere ogen rondkijkt. De opvoedende rol van het museum verdwijnt even naar de achtergrond terwijl de omgeving langzaam verandert in een waar speelparadijs.

Het museum als ruimteschip
Een geheel andere manier om de collectie te ervaren is door een koptelefoon op te zetten en te luisteren naar het werk van Ricky van Broekhoven. In This is not a space zijn verschillende geluidsgolven hoorbaar die een nieuwe dimensie geven aan de bestaande architectuur van het museum. De werken uit de collectie krijgen een geheel andere lading wanneer je door het museum wandelt met deze speciale koptelefoon op. Door de illusie van nieuwe ruimtes die door de audioscape worden opgewekt wordt het museum een totaal andere plek. Compleet verzonken in je eigen wereld vervolg je je weg door het museum, dat ineens verdacht veel weg heeft van een ruimteschip of een andere buitenaardse plek.

Kunst kijken op je kop
Voor wie het veel te druk heeft om de collectie te bezoeken, is ook een oplossing bedacht. Sla je yogales een keertje over en kijk kunst terwijl je op je kop staat. Met de doe-het-zelfrondleiding Punt.Point word je als bezoeker uitgedaagd om op allerlei plekken in het museum niet alledaagse posities aan te nemen. Ga eens languit voor een schilderij liggen of mediteer in lotushouding, zittend op het werk van Carl Andre. Dit is weer een compleet andere manier om de collectie te benaderen. Ontspanning en veel plezier gegarandeerd.

Voor ieder wat wils
Er was eens… De collectie
nu is een zeer uiteenlopende tentoonstelling waar oneindig veel verhalen worden verteld, die een ieder op zijn eigen manier, in zijn eigen tempo mag lezen, interpreteren en herschrijven. Of je nu veel van kunst weet, of helemaal niks, of je 84 bent of nog maar een peuter, in het Van Abbemuseum maakt het allemaal niks uit. Het museum is er in geslaagd hun omvangrijke collectie op een verrassende manier tentoon te stellen. Er wordt een schat aan informatie aangeboden maar je bepaalt zelf of je dat allemaal tot je wil nemen of dat je gewoon even helemaal weg wilt dromen.

Muziek / Achtergrond
special: Festival Hidden Treasures @ Roepaen Ottersum

Ontdekkingstocht

Voor de tweede maal organiseert Roepaen Podium het Hidden Treasures festival, als een zwerftocht door het oude klooster van Maria Roepaen in Ottersum. Muziek en kunst gaan hand in hand.

Odd Hugo in The Nightclub

Odd Hugo in The Nightclub

Een klooster met zijn vele gangen, kamertjes, kelders en zolders leent zich bij uitstek voor een soort speurtocht. Een ontdekkingstocht naar nieuwe aansprekende muziek en kunst, van beginnende of nog te ontdekken  kunstenaars. Kleine, vaak onversterkte, podia bieden een klein gehoor een inkijkje in de muziek van nieuwe artiesten. 8WEEKLY ging op deze muzikale zoektocht met een ruim tweehonderd man tellend publiek.

Moois ontdekken
Er zijn zeven acts en het programma biedt de mogelijkheid om vijf concerten mee te maken. De eerste schifting moeten de bezoekers al maken als ze de dag plannen, die begint om twee uur en rond half acht eindigt met het hoofdoptreden van Eefje de Visser in de kapel van Roepaen. Het uit Estland afkomstige Odd Hugo in The Nightclub is op ons lijstje de opening van de middag. In een twintig minuten durende set bewijzen deze mannen uit een fijn muzikaal hout gesneden te zijn. Met een debuutalbum onder de arm klinken ze direct als een heel volwassen band die door een groter publiek omarmd kan worden. De heren schitteren met fijne samenzang, zowel met een klassieke begeleiding van gitaar, bas en drum als na het toevoegen van twee blazers, wat het spectrum verder opent waarmee Odd Hugo liedjes schildert.

Faarjam

Faarjam

De in Farsi zingende Faarjam is bij onze volgende stop een prachtige ontdekking. De band speelt alle vijf de composities van hun EP Awar E Rang. Met een charismatische singer-songwriter, violiste, een bassist met ingehouden spel en een drummer die met fijne slag net dat ritme invult dat nodig is, is de band Faarjam een weldaad voor oog en oor. Iedere stoel in de kloosterkamer is gevuld en er wordt geluisterd met ingehouden adem. Het applaus bewijst dat de liedjes doel treffen, al zijn ze voor de meesten niet verstaanbaar.

Belofte voor de toekomst
Mikky Zomerdijk laat zich bijstaan door een gitarist en een zangeres. Ze zingt met overtuiging haar zelfgeschreven liedjes. Met een korte inleiding geeft ze uitleg over wat haar inspiratie heeft gegeven. De meeste liedjes zullen bij verdere invulling en uitwerking zelfs nog winnen aan zeggingskracht. Het talent van Zomerdijk is bewezen in ruim een halfuur durende set. Meneer van Dalen heeft in de persoon van Sophie Reekers een prima tekstschrijver die met haar Nederlandse liedjes een solide set aan Nederpop op de bühne brengt. Het klinkt doortimmerd en overtuigend en dat effect wordt versterkt door de mimiek van de zangeres.

Luka

Luka

De verrassing van de dag mag zeker op het conto van Luka worden geschreven. De band heeft net haar EP Chasing Seasons opgenomen die op uitkomen staat. De band speelt een aantal liedjes die een groot dynamisch bereik van heel zacht en ingetogen tot heftig luid laten horen. De spanningsboog wordt in ieder liedje op een perfecte manier opgeroepen. Het muzikale talent en het plezier spat werkelijk van het podium af. Met meerdere multi-instrumentalisten in de band en muzikanten die elk detail aanpakken en uitwerken is Luka een belofte voor de toekomst van de alternatieve muziek.

De afsluiter is voor Eefje de Visser op het podium van de kapel. Helaas weet De Visser geen geïnspireerd optreden ten gehore te brengen. In een korte set laat ze liedjes van haar beide albums horen met de nadruk op haar nieuwste Het is. Wat op papier een vlammend slot moest worden, laat de eer aan de jonge garde. Gelukkig overheerst de herinnering aan een geslaagd en gezellig druk festival. De verborgen schatten schitteren en zijn ontdekt!

Theater / Voorstelling

Geloofwaardige zoektocht

recensie: Moeremans & Sons - Kill your character

.

‘We willen alleen maar goed voor u zorgen.’ Daarmee ligt gelijk de kern van Kill your character bloot: wat wil theater met haar publiek en waarom acteren we eigenlijk?

Het stuk is de eindexamenvoorstelling van toneelacademiestudenten van ArteZ uit Arnhem; wel heel losjes gebaseerd op Luigi Pirandello’s meesterwerk Zes personages op zoek naar een acteur uit 1921. De voorstelling begint traag. Een dramaturge en technicus zijn de laatste voorbereidingen aan het treffen voor een toneelrepetitie, de acteurs en regisseuse druppelen één voor één binnen. Een vouwfiets, nat haar, doorlopen mascara, pedant roeren in een kopje thee: het laat vilein de eigenaardigheden van acteurs zien. De acteurs spreken zacht, haast onverstaanbaar. Twee vrouwen in het publiek vinden het lang duren. Hardop vragen ze zich af wanneer het nu echt gaat beginnen. Ze weten niet dat het al begonnen is, dat deze naturelle speelstijl een dreigende voorbode is voor wat straks gaat komen.

Geloofwaardig spel
We zien de repetitie van een toneelstuk. Een gezin, bestaande uit vader, moeder en twee dochters. De ene dochter heeft een kind verloren, de ander is autistisch. De acteurs doen hun best een sterk ingeleefd drama neer te zetten, maar onderbreken de repetitie als ze zelf twijfelen aan wat ze aan het maken zijn. Hoe kan een 25-jarige actrice nu geloofwaardig een vrouw van 40 spelen? Waarom zit een autistisch kind in een rolstoel? Daarop volgt een lange discussie tussen de acteurs hoe het dode kind te verbeelden. Alle theaterclichés komen voorbij, zonder dat de acteurs zichzelf daarbij sparen. Een prachtige en vooral geestige scène.

Wie is echt?
Echt spannend wordt het als de vier personages, die de acteurs net zelf hebben gecreëerd, op komen lopen. Vanaf dan lopen alle lijnen door elkaar. Wie is er nu acteur of personage? Kan het echte personage alstublieft opstaan? De personages vragen aan de acteurs waarom zij zo zijn gemaakt. Waarom zo karikaturaal? Waarom moeten zij lijden op het toneel? Schrap ons toch! De acteurs zoeken verward naar antwoorden. Aan de hand van de aloude theaterwetten zoeken ze naar rechtvaardiging. ‘We willen het publiek een spiegel voorhouden, dat het zich herkent. En ja, we willen gewoon een succesvolle voorstelling maken.’ Het is fantastisch acteerwerk van alle eindexamenstudenten dat we hier zien: gelaagd en vooral geloofwaardig.

Vraag of antwoord
Moeremans & Sons laat het publiek achter met veel vragen. Dit was toneel in al haar verschijningsvormen: een veelheid aan speelstijlen die ons continue in verwarring achterlaten. Is het nu schijn of werkelijkheid? In de schitterende eindmonoloog van de regisseuse schuilt misschien het antwoord op de vraag waarom we eigenlijk acteren: sommige dingen moet je gewoon voor waar aannemen. De twee vrouwen uit het publiek verlaten boos de zaal: ‘dit was geen toneel.’ Misschien waren zij wel het meest geshockeerd van iedereen en was dat stiekem toch de bedoeling van de makers.

Film / Films

Solide maar weinig verrassende misdaadthriller

recensie: The Keeper of Lost Causes

.