Muziek / Album

Onvermoeibaar

recensie: Motorpsycho - Behind the Sun

.

Na vijftien albums (en talloze ep’s en live-platen) in 25 jaar is de Noorse rockband Motorpsycho nog steeds in staat om boeiende en originele nummers te leveren. Het inmiddels vijfde album met de fenomenale drummer Kenneth Kapstad gaat verder waar de vorige stopte.

Opener ‘Cloudwalker’ stemt gunstig. De voor Motorpsycho typerende pompende riffs worden in goede banen geleid door het polyritmische vernuft van drummer Kapstad. Net als op voorganger Still Life With Eggplant levert ook op Behind the Sun gitarist Reine Fiske, van het onnavolgbare Dungen, een significante bijdrage. Fiske’s gitaar geeft het trio een extra boost en zijn inbreng vult het trio uit Trondheim prima aan. Op het kalme tweede nummer ‘Ghost’  hanteert Fiske tevens de mellotron – het elektronische instrument met het wapperende synth-geluid, gepopulariseerd door onder andere King Crimson en The Moody Blues. De zwevende sound van de mellotron geeft het nummer absoluut sfeer mee, maar een hekel punt in ‘Ghost’ is de zang; een beetje sufjes en ongeïnspireerd. Nu is de zang nooit écht de kracht geweest van Motorpsycho, alhoewel er op elk album wel fraaie vocale harmonieën zijn te vinden.

Spons
Gelukkig weet de band zich te hervinden in het ruige ‘On a Plate’; loodzware riffs en veel distortion met een knipoog naar de proto-metal van Blue Cheer. Het instrumentale ‘Kvæstor’ is een waar genot, openend met een spervuur van drumroffels en dubbele bass-drumpartijen. Dit bekoorlijk stukje instrumentale jazzrock doet vermoeden dat er tijdens het componeren flink naar The Mahavishnu Orchestra (en dan met name Birds of Fire) is geluisterd. Als een auditieve spons absorbeert Motorpsycho invloeden uit alle hoeken van het muzikale universum, maar een voorliefde voor de jaren zeventig is nooit ver weg.

Motorpsycho wil wel eens refereren naar hun eigen discografie. Het twaalf minuten durende ‘Hell, Part 4-6: Traitor/The Tapestry/Swiss Cheese Mountain’ is een voortzetting van ‘Hell, Part 1-3’ op Still Life With Eggplant. Het begint spookachtig en omineus (een verdienste van wederom de mellotron), kabbelt vervolgens rustig voort om te culmineren in een moddervette riff. Een ‘zwaar’ hoogtepunt; episch, repeterend en heavy as hell.

Knallende afsluiter
Het poppy ”Entropy’ is optimistischer van aard (al doet de titel anders vermoeden) en lijkt terug te keren naar albums als Timothy’s Monster of Phanerothyme. In de laatste twee nummers belanden we weer in vertrouwd, onstuimig vaarwater. Vooral de afsluiter ‘Hell, Part 7: Victim of Rock’ gaat flink tekeer met de niet aflatende jazzy percussie en dissonante gitaren. Dit infernale nummer lijkt soms bijna uit de bocht te vliegen, maar blijft de volledige tijdspanne ferm overeind. Een tikje over-the-top misschien, maar daar zijn ze nooit vies van geweest. Zolang Motorpsycho excellereert in monsterlijke riffs en uitgesponnen klanktapijten mogen ze nog tientallen albums maken. Hun veelzijdigheid, productiviteit en onbetwistbare live-reputatie blijven verbazen en dwingen respect af.

Live in Nederland:
26 mei Patronaat, Haarlem
27 mei Doornroosje, Nijmegen