Adele says Hello
Muziek / Album

Waarschijnlijk tijdloos

recensie: Adele - 25
Adele says Hello

Er zijn van die releases waar heel veel mensen reikhalzend naar uitkijken. Dat zijn dan niet alleen fans maar ook mensen die professioneel met muziek bezig zijn. Zo’n album is Adele’s 25.

Het derde album van Adele heeft voor het eerst niet haar leeftijd van het afgelopen jaar als titel. Verwarrend voor de fans en eigenlijk ook niet nodig. Waarschijnlijk is het album al eerder klaar geweest maar heeft ze de release ervan vanwege haar zwangerschap uitgesteld. Dat we inmiddels een paar jaar verder zijn doet blijkbaar niet ter zake.

Een elftal dat aanvoert

Adele had geen betere opener voor haar album kunnen kiezen dan het werkelijk magistrale ‘Hello’. Na één keer horen zit dit liedje voor de rest van de dag tussen je oren. Het is pakkend en groots tegelijk en laat de luisteraars niet onbewogen: net een week na het uitkomen van het nummer rouleren er op Facebook al talloze covers. De releasedatum in de stemweek van NPO TOP2000 gaat er waarschijnlijk bovendien voor zorgen dat het nummer hoge ogen gaat gooien in deze traditionele lijst met vooral tijdloze muziek. ‘Hello’ is voorlopige het enige nummer dan Adele via Spotify met de wereld deelt van dit nieuwe album.

De andere tien liedjes van de in de EU verkrijgbare cd-versie mogen er ook wezen. In Japan is het album verschenen met nog drie extra tracks die nog nooit op een Europese release hebben gestaan. De echte fans moeten dus wat dieper in de buidel tasten om deze bijzondere versie te pakken te krijgen. Gelukkig wist 8WEEKLY de hand te leggen op de volledige worp aan nieuw materiaal zodat we ons oordeel kunnen geven over het album met veertien liedjes. Waarom iedereen buiten Japan die drie liedjes moet missen is een raadsel waarvan alleen de platenmaatschappij het antwoord weet. Gelukkig is het eerste elftal al van uitstekende kwaliteit.

De songs

Na het overdonderende ‘Hello’ gaat het album verder met een nummer dat misschien te springerig is voor Adele. ‘Send My Love (To Your New Lover)’ had ook door bijvoorbeeld Miley Cyrus gezongen kunnen worden. Het is niet slecht en Adele komt ermee weg omdat het nu eenmaal Adele is, maar het is toch niet helemaal wat we van haar verwachten. ‘When We Were Young’ daarentegen, is een uit duizenden herkenbaar Adele-nummer met niet alleen prachtige uithalen naar boven in de toonladders maar ook een glansrol voorde diepte in haar stem.

‘Million Years Ago’ is zo mooi en emotioneel dat het je naar de volume knop doet grijpen om de stereo net een tandje harder te zetten. De meningen over ‘All I Ask’ dat Adele samen met Bruno Mars schreef, lopen nogal uiteen. De één vind dat liedje haar niet waardig, terwijl de ander, en daar sluiten wij ons graag bij aan, het juist helemaal te gek vindt. Het is een prachtige ballad die als album afsluiter niet had misstaan, onder andere door regels als “this is my last night with you..”.

Staan er dan helemaal geen missers op het album? Jawel, ‘River Lea’ is bijvoorbeeld een niemendalletje dat wat al te makkelijk wegluistert en geen indruk achterlaat. En dat terwijl het daarop volgende ‘Love In The Dark’ meteen alles weer goed maakt: er klinkt zelfs een echo in door van het prachtige ‘Rolling In The Deep’ van Adele’s tweede plaat.

Dan toch even aandacht voor wat men in Japan wel te horen krijgt op 25 dat en wij hier voorlopig niet. Het eerste extra liedje ‘Can’t Let Go’ is een fraaie ballad die we toch liever niet zouden willen missen nu we hem eenmaal gehoord hebben. Op ‘Lay Me Down’ horen we Adele onder begeleiding van mooi pianowerk heerlijke, soms snerende, zanglijntjes zingen en het is zonde dat dit nummer op de Europese release afwezig blijft. ‘Why Do You Love Me’ begint met een wat kleurloze, licht aanzwellende melodie en ontpopt zich tot een lichtzinnig meezingdeuntje dat dan weer niet essentieel is voor 25.

Al met al heeft Adele met 25 waarschijnlijk wederom een tijdloos album gemaakt. Het is in ieder geval een goed teken dat het album ook na vele luisterbeurten niet gaat vervelen en de single ‘Hello’ nu al klinkt als de herkenningsmelodie van de laatste maanden van 2015. Nog even en we krijgen hem niet meer uit ons hoofd. Topprestatie van deze inmiddels zeventwintigjarige dame. Laten we hopen dat nog veel van dit soort fraaie muziek mogen horen van deze bijzondere zangeres.

 

Zonder titel, 1984 - Keith Haring
Kunst / Expo binnenland

Dood maar nog springlevend

recensie: Keith Haring - The Political Line
Zonder titel, 1984 - Keith Haring

De eerste buitenlandse tentoonstelling van Keith Haring vond in 1982 plaats in Rotterdam. Nu, 25 jaar na zijn dood aan de gevolgen van aids, is de Amerikaanse kunstenaar weer terug. De Kunsthal in Rotterdam presenteert een prachtige overzichtstentoonstelling van zijn werk. Dit keer staan niet de lieve vriendelijke babyfiguurtjes, de hartjes en de blaffende hondjes centraal, maar een andere kant van zijn werk: die van verzet.

Al kort na zijn aankomst in New York in 1978 begonnen de graffiti die Haring overal op straat en in de ondergrondse zag hem te fascineren. In datzelfde jaar begon hij met zijn marker zelf graffiti te maken op straat: voornamelijk tags van kruipende baby’s en blaffende hondjes.
Harings sociaal-politieke verzet uitte zich echter al vroeg in zijn werk. Met de tekeningen die hij ondergronds maakte verzette hij zich tegen het rechtse beleid van Reagan, de toenmalige president van de VS. Gedurende de periode 1980 en 1985 maakte hij tussen de vijf- en tienduizend subway drawings.

Verzet

Zonder titel, 1982 - Keith Haring

Zonder titel, vinylverf op vinyltarp, 365,7 x 375,9 cm, 1982
© Keith Haring Foundation
Salama bint Hamdan Al Nahyan Foundation, Abu Dhabi

Bij de demonstratie tegen kernwapens in Central Park in 1982 deelde Haring twintigduizend gratis posters uit om de demonstratie te ondersteunen. Op de onderste helft van de poster is het begin van een oorlog te zien, uitgebeeld door twee figuren met grote stokken die op elkaar toelopen. De bovenste helft toont de allesvernietigende ontploffing van de kernbom. Op een van zijn eerste schilderijen op zeildoek uit 1982 schilderde Haring het silhouet van een staande man met een groot gat in zijn buik. Dat gat doet dienst als een hoepel waar honden doorheen springen. Hij verwees hiermee naar het schietincident waarbij John Lennon werd doodgeschoten.

Haring schaamde zich voor de geschiedenis van uitbuiting, onderdrukking, armoede en slavernij van zijn blanke voorvaderen. Hij zei dat hij niet zo was als zij. In 1985 verwerkte hij de moord op de zwarte graffitikunstenaar Michael Stewart door de spoorwegpolitie in het werk USA for Africa. Op het enorme doek wordt een zwarte man gewurgd door blanke handen. Zijn voet wordt verpletterd door een enorme blanke voet. Rechtsboven is de aarde opengebarsten, en een enorme vloed van bloed stroomt eruit, waarin mensen van allerlei culturen lijken te verdrinken. Gedurende de tocht door de zalen duiken steeds weer dit soort indrukwekkende werken op, waarin Haring zijn verzet tegen het apartheidssysteem in Zuid-Afrika laat zien.

Strijd tegen aids

Zonder titel (metrotekening), 1983 - Keith Haring

Zonder titel (Metrotekening), krijt op papier, 220 x 114 cm, 1983 © Keith Haring Foundation

Zijn Penis Drawings waren protesten tegen het establishment en de kapitalistische consumentenmaatschappij, en tegen de preutse ideeën over seksualiteit. Dat laatste is achteraf gezien een vrij ironisch gegeven, omdat Haring zelf in 1988 seropositief bleek te zijn. De strijd tegen aids werd nadien voor hem een persoonlijk en artistiek doel, wat duidelijk in de tentoonstelling wordt uitgedragen. Voor zijn dood richtte hij The Keith Haring Foundation op om zijn steun aan kansarme kinderen en aids-gerelateerde organisaties voort te zetten.

De tentoonstelling in de Kunsthal is ruim opgezet en toont Haring’s werken in al hun diversiteit, variërend van klein tot enorm groot. Van de 120 getoonde werken zijn er maar weinig die een titel hebben. Soms is het werk schokkend, maar zeker in deze tijd nog actueel. Voor de kinderen die de tentoonstelling bezoeken is een ‘Kijk & Doe- tocht’ georganiseerd. Ouders hebben dan wel het een en ander uit te leggen. Bovendien is er een Pop Shop ingericht met allerlei gadgets en is er prachtige Nederlandse catalogus verkrijgbaar. Deze tentoonstelling bewijst dat het werk van Haring na al die jaren nog niets aan kracht heeft ingeboet.

Boeken / Non-fictie

Is J.M. Coetzee een autobiografisch schrijver?

recensie: David Attwell - Het universum van J.M. Coetzee. Oog in oog met de tijd

In the Heart of the Country, Life and Times of Michael K, Disgrace. We kennen de romans van J.M. Coetzee, maar weten weinig van hun auteur. Zelf zegt hij nooit iets over zijn werk, academici hebben talloze interpretaties paraat. In Het universum van J.M. Coetzee ontsluiert David Attwell de raadsels.

John Maxwell – beter bekend als J.M. – Coetzee (1940) is één van de meest becommentarieerde hedendaagse auteurs. Aan de lopende band verschijnen er artikelen en academische studies over het werk van deze naar Australië geëmigreerde Zuid-Afrikaan. Twee keer won hij de Booker Prize (in 1983 voor Life and Times of Michael K en in 1999 voor Disgrace) en in 2003 ontving hij de Nobelprijs voor de Literatuur. Het is dan ook niet meer dan vanzelfsprekend te noemen, zou je zeggen, dat er een enorme interesse in Coetzee’s leven bestaat.

Lange tijd heeft Coetzee die biografische boot afgehouden. Ja, hij publiceerde een drietal zéér autobiografische romans. Maar tot 2012, toen J.C. Kannemeyer zijn biografie van de schrijver publiceerde, was onduidelijk hoeveel in die boeken autobiografie was, en hoeveel fictie. Nu is er Het universum van J.M. Coetzee, waarvoor David Attwell Coetzee’s archieven in Texas heeft bezocht, om vervolgens op indrukwekkende manier de lijnen tussen het leven en werk van de auteur te tekenen.

Attwells ontdekkingen

In dit boek beschrijft Attwell hoe Coetzee zich telkens ‘oog in oog met de tijd’ plaatst, waarmee hij bedoelt dat Coetzee ‘fictie tussen zichzelf en de geschiedenis, tussen zichzelf en zijn sterfelijkheid, plaatst.’ In zekere zin, zegt hij, is het Coetzee te doen om het uitwissen van zichzelf als auteur van zijn teksten. Maar voor wie goed zoekt, blijven er sporen van het persoonlijke. Elke roman wordt zo een ingewikkelde gefictionaliseerde autobiografie: ze zijn duidelijk fictie, maar aan elk ligt een persoonlijke gebeurtenis of gedachte ten grondslag.

Dat die persoonlijke gebeurtenis in de loop van de soms wel meer dan tien versies die Coetzee van een roman schrijft naar de achtergrond verdwijnt, valt te begrijpen. In Het universum van J.M. Coetzee traceert Attwell de ontstaansgeschiedenis van vooral de oudere romans – ongeveer tot en met Disgrace. Van deze werken zijn geschreven manuscripten in de Texaanse archieven beschikbaar; van de latere werken veel geprinte Word-documenten, die veel minder verleden verraden. Voor elk boek zoekt Attwell naar de doorbraak, het moment waarop de roman de vorm krijgt zoals de buitenwereld die kent.

Het blijkt dat Coetzee tijdens het schrijven vaak radicaal van opzet en insteek veranderd. Zo laat Attwell zien dat het lange tijd de bedoeling was dat David Lurie aan het einde van Disgrace zelfmoord zou plegen. Pas laat in het schrijfproces werd dit gesublimeerd naar de dood van een hond, waarmee de roman-in-wording dichter bij het werk zoals wij die kennen komt. Attwell licht deze en tal van andere elementen uit Coetzee’s verhalen uit. Soms hebben die ontdekkingen het karakter van een interessant weetje, zoals Lurie en de hond, maar soms zijn ze urgenter, belangrijker voor de interpretatie van een roman. Over een bepaalde ingewikkelde passage in Life and Times of Michael K schrijft Attwell: ‘Verwijzingen naar de Khamieskroonse moordenaar hebben de critici beziggehouden, maar hij is vooral aanwezig als een overblijfsel van de oorspronkelijke opzet van de roman.’

Diepe inzichten

Interpretatie naar aanleiding van de auteursbiografie, zoals David Attwell die in bovenstaand citaat beoefent, is niet helemaal bon-ton binnen academische kringen, maar tijdens het lezen van Het universum van J.M. Coetzee wuif je dat bezwaar gemakkelijk weg. Want voor een schrijver met de statuur van Coetzee is dit een noodzakelijk boek, voor zowel academici als geïnteresseerde andere lezers. Attwells graafwerk biedt diepe inzichten in en originele interpretaties van het werk van J.M. Coetzee, van wiens roman zovelen houden.

Theater / Reportage
special: Het Nationale Toneel - Halfweg

Theatertalent experimenteert met het groteske

Het Nationale Toneel nodigt voor de serie Halfweg regelmatig studenten van theateropleidingen uit om hun werk te presenteren aan een ‘echt’ publiek. Voor een schijntje kunnen bezoekers kennismaken met de nieuwe makers en ze na afloop van de voorstellingen ongegeneerd vragen stellen.

Dit seizoen heeft het Nationale Toneel voor het eerst niet alleen studenten van de Amsterdamse Hogeschool voor de kunsten uitgenodigd, maar ook studenten van de Toneelacademie Maastricht en de Arnhemse ArtEZ hogeschool voor de kunsten. Hun voorstellingen zullen te zien zijn op respectievelijk 28 januari a.s. en op 17 mei a.s. Het is leuk dat het Nationale Toneel zijn grenzen verlegt en ook de theateropleidingen van buiten de Randstad naar hartje Den Haag haalt. Bovendien is het voor het NT zelf ook voordelig om de banden aan te halen met de makers van de toekomst; verschillende van deze studenten gaan stages volgen bij het NT of spelen later mee in voorstellingen van het NT.

Tijdens de eerste Halfweg-avond van dit seizoen is het podium voor tweede-, derde- en vierdejaars performers en regisseurs van de Toneelacademie Maastricht. Zij presenteren twee stukken, Poolside en Preface, die ondanks dat ze afzonderlijk van elkaar tot stand zijn gekomen, opvallend genoeg toch overeenkomsten vertonen in de vorm. Er is namelijk door zowel regiestudent Loek de Bakker als het duo van regiestudenten Gilles Groot en Nora Ramakers gekozen voor de uitvergroting. Beide stukken vermijden het realisme en gaan op zoek naar het absurde.

Absurd, absurder, absurdst

Poolside (2012) van Marcel Osterop is al erg absurdistisch en abstract. Het volgt een aantal westerse badgasten in een tropisch oord die zich geconfronteerd zien met de niet-westerse omgeving en armoede. Het backpackersmeisje is door de barre omstandigheden van de lokale bevolking gedesillusioneerd geraakt. De oudere hogere stand doet z’n best om te blijven luieren en consumeren, maar wordt hierin gestoord doordat een van de gasten een inheemse danseres meeneemt.

Loek de Bakker koos voor het extra aanzetten van de al karikaturale personages en dit wordt uitstekend opgepakt door alle acteurs. De gekke manieren van praten, de rare tics,  de vreemde lichaamstaal en bizarre gezichtsuitdrukkingen zorgen vooral voor veel hilariteit. Een bezoeker merkt op dat het misschien allemaal wat too much is, al die uitvergroting. Of dit nu komt door de regiekeuzes of door de tekst van Osterop, blijft echter onduidelijk. Als vormexperiment is Poolside in ieder geval interessant en knap uitgevoerd.

Gedachten aan een parallelle wereld

Preface is een concept van de studenten zelf. Het verhaal is klein: een jong stel gaat zo gasten ontvangen voor een feestje, maar de jongeman ziet het allemaal niet meer zitten. Zowel het feest als zijn vriendin is hij zat. Zij doet haar best om hem op te vrolijken en ze probeert in zijn belangstelling te komen door verleidingspogingen.

Het speelveld bestaat uit een grijze tegelvloer. De grauwe tinten komen terug in de kostumering. Opvallend is een tafeltje met een sinaasappelpers en een dozijn glazen sinaasappelsap; de dame perst verleidelijk de sinaasappels uit. Boven het speelveld hangt bovendien een scherm dat beelden uitzendt van de gebeurtenissen, maar dan in een parallel universum. Eerst lopen het stuk en de beelden synchroon, dan veranderen de situaties. Waar op de vloer de negatieve emoties de overhand krijgen, is de situatie op de video een stuk gerieflijker: het stel heeft aandacht voor elkaar en houdt een gezellig feest. De video is een mooie, originele vondst die het stuk tot een gedachtenexperiment maakt. Aan Gilles Groot wordt gevraagd of hij ook het scherm had toegevoegd aan de voorstelling als hij alleen had gewerkt. Hij antwoordt ontwapenend dat het hele stuk niet was ontstaan als hij alleen had gewerkt; het was juist de samenwerking die tot dit stuk heeft geleid. Het is mooi om zo duidelijk op de vloer te zien dat de kruisbestuiving van studenten van verschillende opleidingen tot nieuwe vondsten leidt.

Dit seizoen is er nog tweemaal Halfweg in het NT Gebouw: op 28 januari en 17 mei 2016.

Film / Films

De verlamde stuntman

recensie: En Equilibre

En Equilibre had zomaar een clichématige tranentrekker van jewelste kunnen zijn: Een verzekeringsagente met verborgen talenten valt voor een verlamde stuntman. Daar zou Hollywood wel raad mee weten.

Gelukkig komt het niet zo ver, want dit ontroerende Franse drama van Denis Dercourt (La tourneuse de pages) moet het juist hebben van het kleine gebaar. Geen aanzwellende violen en vollopende ogen, maar subtiel pianospel en onuitgesproken gevoelens.

Waargebeurd

En Equilibre is gebaseerd op het waargebeurde verhaal van Bernard Sachsé. Deze Franse stuntman raakte verlamd aan beide benen nadat hij tijdens filmopnames onder zijn paard bekneld raakte. Filmregisseur Denis Dercourt gebruikt dit gegeven als uitgangspunt voor zijn verhaal over twee verwante zielen die beiden tegen de stroom in zwemmen en hun passie uiteindelijk volgen.

De stuntman in kwestie heet Marc (Albert Dupontel). Hij maakt kennis met Florence (Cécile de France), een verzekeringsagente die belast is met het afhandelen van zijn claim. Aanvankelijk lijken de twee te botsen. De verzekeringsmaatschappij stuurt aan op een schikking voor een laag bedrag en zet Marc onder druk om het bod te accepteren. Wanneer hij zou weigeren staat hem een jarenlange en peperdure procedure te wachten.

Florence heeft tegelijkertijd het beste met Marc voor en probeert de zaak netjes af te handelen. Wanneer haar baas de onfortuinlijke stuntman afvalt, kiest ze definitief zijn kant. Ze speelt hem bewijsmateriaal in handen tegen de verzekeraar en helpt hem aan een advocaat.

Vreemd koppel

Marc en Florence lijken aanvankelijk een vreemd koppel: Hij is een ongeleid projectiel die woest zijn instincten volgt, zij een elegante dame in designerkleren met een keurige echtgenoot en dito gezin. Tegelijkertijd lijkt ze voor de rest van haar leven veroordeeld te zijn tot de sleur van het kantoorleven. Ooit zou ze immers concertpianiste worden, maar omdat ze te weinig vertrouwen had in haar eigen muzikale talenten, handelt ze nu verzekeringsclaims af.

Door het contact met Marc wordt haar interesse voor muziek weer aangewakkerd. Ook de seksuele spanning met de gewezen stuntman zorgt voor wat opwinding in haar verder zo ingeslapen bestaan. Even lijkt het of En Equilibre de kant van een romantisch overspeldrama opgaat – heel erg Frans –  maar uiteindelijk gaat de film hier niet over. Dercourt laat zijn hoofdpersonages hun talenten (her)ontdekken waarna ze hun passies volgen. Dat riekt naar Amerikaans moralisme, maar aan boodschappen doet deze filmregisseur gelukkig niet. Hij laat het zien en het publiek moet verder maar zien wat het er mee doet.

Dat En Equilibre zo goed werkt is mede te danken aan hoofdrolspelers Dupontel en De France en hun onderlinge chemie. Dupontel is volstrekt geloofwaardig als de verlamde stuntman. Gekluisterd aan zijn rolstoel is hij een soort gekooid dier. De stunts die we zien in de flashbacks deed hij zelf, nadat hij les had gehad van Sachsé. De France weet de mooie en schijnbaar onaantastbare verzekeringsagente een mooie dubbele laag te geven. Voor de film leerde ze in een half jaar piano spelen. Het pianoconcert van Liszt dat in de film steeds weer te horen is geeft En Equilibre een subtiele emotionele lading.

Film / Films

Duel in de diepte

recensie: Black Sea (DVD)

Oude tijden herleven met Black Sea, een onderzeebootthriller in de stijl van klassiekers als Das Boot, Crimson Tide en The Hunt for Red October.

Veel plotelementen voelen dan ook vertrouwd. Oplopende spanningen in een kleine ruimte? Check. Muiterij? Check. Lekkage? Check. Ontsnappen aan vijandelijke marineschepen? Check.

Toch is Black Sea net even anders. De Engelse film speelt zich niet af tijdens een oorlog, zelfs geen koude. Maar het plot is wel een direct gevolg van al die eerdere conflicten.

Nazischat

Het draait hier allemaal om Robinson (Jude Law in een opvallend volkse rol), een onderzeebootkapitein die door zijn bergingsfirma na jaren van trouwe dienst wordt gedumpt. Natuurlijk moet er brood op de plank komen en samen met een paar oude maten besluit Robinson achter een gezonken U-boot vol goud aan te gaan.

De Duitse onderzeeër ligt ergens in een door de Russen en Georgiërs betwist gebied in de Zwarte Zee. Samen met zijn kompanen besluit Robinson een aftandse Sovjetonderzeeër te kopen en stiekem achter de nazischat aan te gaan.

Ogenschijnlijk een eenvoudig klusje, maar de Brits-Russische bemanning vertrouwt elkaar voor geen cent. Zeker niet wanneer Robinson de afspraak maakt om de buit eerlijk onder de manschappen te verdelen. Die komen zelf al snel tot de conclusie dat hoe minder deelnemers er zijn hoe meer ze krijgen. Niet echt een fijn uitgangspunt voor samenwerking.

Afstreeplijstje

En dus leggen al snel de eerste bemanningsleden het loodje. De afgedankte marine-onderzeeër zorgt voor het ene technische mankement na het andere. Na de haperende motor, ontploffing en brandjes volgt uiteraard nog het dreigende zuurstoftekort.

Heel origineel is Black Sea dan ook niet. Regisseur Kevin Macdonald volgt keurig het bovengenoemde afstreeplijstje van de onderzeebootfilm. Maar dat geeft deze thriller ook weer iets vermakelijks. De benauwde sfeer in de kleine ruimte is goed getroffen en Law is aardig op dreef als de charismatische onderzeebootkapitein. Geen hoogvlieger deze thriller, maar wel een ambachtelijk gemaakt duel in de diepte.

Alabama Shakes in Tilburg
Muziek / Concert

Door niets en niemand tegen laten houden

recensie: Power house Alabama Shakes live in 013
Alabama Shakes in Tilburg

Een nogal ingetogen publiek komt 16 november samen in de grote zaal van 013 in Tilburg voor wat een zeer expressief optreden zou moeten worden. Het publiek lijkt wat aangeslagen en angstig voor nieuwe aanslagen, wat ook de artiesten merken. Een uitverkocht concert met een dubbel randje.

Voor Michael Kiwanuka en de Alabama Shakes staat een bomvolle zaal te wachten. Zonder explosieven dan, want door extra veiligheidsmaatregelen zorgt de beveiliging ervoor dat iedereen gecontroleerd wordt en is de wachtrij voor de ingang bij 013 aanzienlijk langer dan normaal, en strekt zelfs tot in de parkeergarage. Eenmaal binnen zoekt iedereen een eigen plek op, waarbij de gesprekken over het afgelopen weekend de boventoon voeren.

Heerlijk relaxt

Hoewel de media speculeren dat de terreurdreigingen nog erg groot zijn, doet Michael Kiwanuka er alles aan om het publiek gerust te stellen. Hoewel we hem geen voorprogramma meer hoeven te noemen, onderkent hij zijn rol vanavond wel degelijk en neemt duidelijk een ondergeschikte positie aan. Hij speelt bescheiden met zijn band en ze staan tijdens de set dicht bij elkaar. De blues en de nieuwere, rauwere liedjes uit zijn repertoire mixen goed en worden lekker relaxt gebracht. Toch slaan de liedjes niet zo goed aan blijft er een aparte sfeer in de zaal hangen. Alleen met het bekende ‘Home Again’ lijkt het publiek even meer oog voor het podium te hebben dan voor elkaar.

Reïncarnatie van bekende zielen

Na de doorbraak in 2012 en een succesvolle editie van het SXSW-festival kon je eigenlijk niet meer om de Alabama Shakes heen. Nog steeds maakt de band een geweldige indruk vanaf de eerste paar noten, waaruit al gelijk blijkt dat de band de afgelopen tijd meer kleur heeft aan kunnen brengen aan het krachtige geluid wat ze al bezaten. De band is volwassener geworden en heeft meer geëxperimenteerd met klanken en genres van de jaren 60.

Brittany Howard en de Alabama ShakesHet optreden is afwisselend met Americana (‘Dunes’), Rock ‘n’ Roll (‘The Greatest’) en Soul (‘Future People’) waarin bekende stemmen zich gevestigd lijken te hebben. Een reïncarnatiemix van Janis Joplins rauwe vocals met valse lucht en het zielvolle, warme geluid van Otis Redding met een vleugje Bon Scott (AC/DC). Mocht je niet al onder de indruk zijn van de kwaliteiten van de band, dan zorgen Brittany’s stem en haar verschijning daar wel voor. Ze staat voor de band als een waar gebouw! Ze leidt de groep werkelijk fantastisch in haar nette, felle bloemetjesjurk, terwijl de rest in donkere kledij haar volgt.

Met een enorme passie brengt ze met de band een zeer dynamisch spel met geweldige, expressieve gezichtsuitdrukkingen. Het is een concert waar qua kwaliteit vrij weinig op aan te merken is. Muzikaal technisch is alles prima op orde, hoewel de duur van de set volgens sommigen toch wel wat langer had gekund; een uur en een kwartier inclusief encores is een beetje aan de korte kant.

Blijven volhouden en je niet laten tegenhouden

Toch lijkt er het grootste deel van de avond iets niet te kloppen. Tijdens het voorprogramma en het eerste half uur van het hoofdprogramma blijft het opvallend stil tijdens de liedjes en van opgaan in de zielvolle klanken is nauwelijks sprake. Het publiek lijkt nog door angst voor (nieuwe) aanslagen wat verstijfd te zijn. Brittany Howard merkt dat en moedigt het publiek na hun grootste hit ‘Hold On’ dan ook aan: “We gotta keep something beautiful alive, don’t we?”, waarmee ze verwijst naar de vrijheid waarvan de toeschouwers kunnen (of zelfs horen te) genieten tijdens concerten. Het publiek moet zich niet door de aanslagen laten beperken in zijn vrijheid. Dat doen de Alabama Shakes immers ook niet.

“I don’t wanna fight no more,” schreeuwt Brittany meerdere malen vol overgave in een poging het publiek op sleeptouw te nemen, en dat lukt haar. Wanneer de Alabama Shakes inzetten met het geweld in de opening van ‘Gimme All Your Love’ lijken alle eigen zorgen even vergeten en dendert de band de rest van de set onvermoeid en onverstoord door. De toeschouwers worden actiever en weten de Alabama Shakes uiteindelijk nog die waardering te laten blijken die ze verdienen, al heeft het publiek hier zich wel (te) lang van weerhouden. De Alabama Shakes valt niets te verwijten; zij hebben zich door niets en niemand laten tegenhouden.

Samson for President
Muziek / Interview
special: Samson for President
Samson for President

Een soul-belofte uit Zweden

Als er één mini-album indruk op mij gemaakt heeft dit jaar, maar niet de aandacht kreeg die het verdiende, dan is het wel Sisyphus van een bijzonder talent uit Zweden: Samson for President. Soul uit de Scandinavische landen krijgt bij ons niet bepaald de aandacht en het is ook niet de muziekstijl die we associëren met de ‘Nordics’.

Ergens in de eerste maanden van dit jaar bracht Samson for President een kort bezoek aan ons land en deed een paar ‘instore’ optredens. Zo ook bij mijn favoriete platenzaak, Sounds, in Tilburg. Helaas was ik die dag verhinderd, maar er werden wel een paar geluidsdragers achtergelaten, zodat ik alsnog kennismaakte met de muziek van Samson for President. Getroffen door de geweldige kwaliteit zocht ik contact met de platenmaatschappij c.q. vertegenwoordiger van deze artiest in Nederland. Hij bracht mij vervolgens in contact met de Zweed. Tijd voor een vraaggesprek over zijn muziek.

Een bijzondere naamInstrumentarium Samson for President

Waarom koos je “Samson for President” als artiestennaam? Wat is het verhaal dat daar achter schuil gaat?

“Well, at first it was Samson, but the first year we started putting posters up it was election year. So all the cultural posters where covered with political posters. In Stockholm the political posters have a first priority, so we came up with ”Samson For President”. But it didn’t work haha…”

De biografie die ik heb mogen lezen is erg kort. Vandaar dat ik misschien een paar voor de hand liggende vragen ga stellen. Ben je geboren en getogen in Zweden? Kun je wat vertellen over je achtergrond?

“I grew up in Stockholm, but my parents moved around quite a bit. We lived for two or three years in San Francisco, California. It was a great time. I love being in The States. My parents had plans for moving to Colombia too, since my mom is from Bogota. But they were cancelled and we moved back to Stockholm. I guess it’s been quite a multi-culti background where we listened to Mozart, Juan Luis Guerra, Chopin and Swedish folk music. But it’s always good to get a wide perspective on things when you grow up. You learn quickly that there’s not only one way of doing things.”

Wanneer besloot je om professioneel met muziek verder te gaan?

“It has always been my dream to do it professionally, but it was not until quite recently that I dared. The final blow was while studying at the University of Stockholm and it just felt like dying a little bit. No music. I remember sitting with some of my friends from school discussing some stuff and I asked them where they thought I should get work and they all looked up at me and stared right into my eyes. WORK?! What do you mean? You’re supposed to be on stage! And so I felt a great relief and decided to start making music for real.”

Soul uit Zweden

Ik luisterde veel naar lokale muziek om de muziekscene te ontdekken toen ik in Zweden was geweest, maar kwam nooit in aanraking met Zweedse soulmuziek. Is het geen bijzondere of verrassende keuze om juist soulmuziek te gaan maken als Zweed?

“Well, we have a bunch of new soul artists coming from Sweden. Most of us know each other, and we have been doing it for quite some time. The most well-known one today is Seinabo Sey, but there are many, many others. It’s sort of an underground movement that has been growing the last few years. But soul is just an old label. I spoke with a fellow musician about the genre before the Sisyphus album and she said: ”It’s 2014, every genre is blending. Do what the fuck you like!” Of course there are still afro roots in it, it dates back to blues and so on. But then again almost everything dates back to blues.”

Het lijkt erop dat je je eigen sound hebt gevonden op Sisyphus, of zie ik dat verkeerd?

“I believe we all change constantly. I also believe we have many different sides to our personality. Put those together with the fact that music changes constantly and one finds many reasons to why one’s music changes. Still, I agree with you: I feel as though I am closer to myself than ever before. I have found something, I’m not sure if “sound” is the right title to it, but I really feel as though I have found something! Let’s hope it keeps bringing in the good stuff.”

Invloeden en toekomst

Welke artiesten hebben je beïnvloed bij het maken van je debuutalbum?

“Many different artists. I have always loved John Legend’s first album and I listened very much to it during the making of ”Papas Old Piano”. But many things where influencing me at the time; not only music. Somehow my biggest inspirations right now are not linked to music, but to other things like modern art or the life story of some homeless guy I met on the bus.”

Is er een speciale reden waarom je de muziek uitbrengt op vinyl en niet op cd?

“I realized all my idols made their music on vinyl, and since the digitalization of music you can easily find it on the internet and stream it, so why not? Isn’t it cool to have your own vinyl?!”

Eigenlijk is Sisyphus geen volledig album maar een mini-album. Wanneer verwacht je een volledig album uit te brengen met je geweldige muziek?

“Next year you will see the first traces of something new. It’s coming for you.”

Ga je toeren als een singer-songwriter of met een band?

“I love having a band. I really do. They help me focus, they give me energy and they get me home when I’m drunk. So there’s only benefits. But singing solo brings an intensity to what you do, so I prefer to mix as often as I can.”

In een review heb ik gelezen dat je klinkt als Sam Cooke, die James Vincent McMorrow is tegengekomen. Wat vind je van de vergelijking met deze artiesten?

“Well, Sam is my father and James my mother. They met at a bar in Sweden and had me in all discretion. So it’s no wonder we sound alike.
I’m a fan of James and his music, but I really love Sam Cooke and his music. I find it an honour to be compared with both of them, really.”

Zijn er plaatsen waar je graag zou willen optreden in de toekomst? Aan welke plaatsen in of buiten Nederland denk je in zo’n geval?

“For next year we are hoping to get on the road again and go through some places and festivals in The Netherlands and Germany. I’d love to do a US tour too and we have some people we are talking to in Australia, but one thing at a time. First I’m going to finish the stuff I’m working on right now.”

Opnieuw in Nederland

Door de vertegenwoordiger van Samson for President is de verwachting uitgesproken, dat dit talent begin 2016 opnieuw ons land aan zal doen voor een tournee. Hopelijk neemt hij dan zijn nieuwste, volledige album mee. Live schijnt hij een sensatie te zijn, die niet gemist mag worden zo hoor ik van liefhebbers die hem gezien hebben vertellen. Daar willen we dan ook graag kennis mee maken! Tot die tijd genieten we van zijn muziek, zoals we die op Sisyphus tot ons kunnen nemen.

 

 

Germaine Kruip
Kunst
special: Germaine Kruip in de Oude Kerk
Germaine Kruip

Een nachtbloeiende bloem

Bij de vernissage met werk van Germaine Kruip (geb. 1970) in de Amsterdamse Oude Kerk liepen sommige bezoekers de collegekamer in en meteen weer uit. Als ze naar boven hadden gekeken, hadden ze gezien waar het in deze tentoonstelling om draait: het onzichtbare zichtbaar maken.

Germaine KruipIn algemene zin ontwikkelde de Nederlandse kunstenares haar stijl nadat ze in 1999 de tweede prijs van de Prix de Rome won in de categorie Beeldende Kunst/Theater. Wat deze door de Stichting Oude Kerk geïnitieerde tentoonstelling betreft, lag het beginpunt in wezen bij een scenografie die ze ontwierp voor het Holland Festival 2014. Een derwisj danste toen, naar een scenografie van haar, vierkanten in plaats van de gebruikelijke cirkels. Deze opvoering wees vooruit naar tien spiegels, Kannadi from square to circle, die Kruip onlangs ontwierp. Ze zijn niet alleen cirkelvormig, als het Indiase symbool voor een hoger bewustzijn, maar in alle mogelijke geometrische vormen gemaakt en op hout aan de panelen van de Sebastiaanskapel bevestigd. Zo vormen ze een gesprek tussen het oosterse denken en een inmiddels protestantse kerk. Kruip gaat in haar werk puur uit van geometrische vormen, zoals je van een bewonderaar van Mondriaan en de conceptuele kunstenaar Ian Wilson kunt verwachten.

Column untitled

Vierkanten en cirkels vormen ook de basis van het meest in het oog springende kunstwerk op de expositie, dat in een rechte lijn vanaf de Sebastiaanskapel staat: een oorspronkelijk uit 2011 daterende, minimalistische zuil, die nu is uitgebouwd tot achttien meter hoogte, opgetrokken uit zeven maal zeven gestapelde ronde en vierkante blokjes van wit/grijs carrara-marmer. 750 kilo tussen een stellage op de zolder en de zerkenvloer. Het idee is ontleend aan een zuil in een tempel in Hampi (India). Zeven maal zeven roept associaties op aan een ritueel, en aan een gedicht van Ida Gerhardt, dat eindigt met: ‘Zeven maal, om met zijn tweeën te staan’. Lopend in licht en donker, dat je zowel profaan als religieus kunt duiden, en in de ruimte, zoals een nagenoeg leeg kerkinterieur van Saenredam, een andere schilder die Kruip bewondert.

A room, 24 hours

Licht en een cirkel vormen het wezen van een ouder, uit 2010 daterend ‘mentaal kinetisch werk’ zoals Kruip het tijdens de perspresentatie omschreef. Het valt te zien in de collegekamer en bestaat uit een gaslampvormige daglichtlamp die in één etmaal een cirkel draait. Mentaal wil dan zeggen: je ziet de lamp niet bewegen, maar je voelt wel aan dat dit gebeurt. En als je wegkijkt, en na een poosje weer kijkt, zie je ook dat het is gebeurd. Het licht schijnt in de kamer, en reflecteert door de ramen op straat. Dit doet denken aan de zeven draaiende spiegels die in hetzelfde jaar als het ontstaan van dit werk waren te zien in Museum De Paviljoens te Almere. Spiegels voor een raam, met een matzwarte en een reflecterende kant. Het werd licht en donker. Adembenemend mooi.

Germaine KruipOude Kerk unlimited

Licht en duisternis zijn naast geometrische vormen, ruimte en spiritualiteit kenmerkend voor het hele concept van de tentoonstelling, dat Kruip vat onder de titel Oude Kerk unlimited. Hierin is het licht teruggebracht tot een minimale intensiteit. Een kroonluchter is omhoog gehesen, kroonluchters in de zijkapellen zijn zelfs helemaal weggehaald, elektrische en andere verlichting is uitgezet, spaarzaam daglicht valt door de ramen naar binnen en wat strijklicht belicht Column untitled, zodat het bijna lijkt of deze uit zichzelf oplicht. De schaduwwerking doet denken aan die in het werk van Jan Schoonhoven, een derde door Germaine Kruip bewonderde Nederlandse kunstenaar.

The entrance

Het werk The entrance van componist Robert Ashley (1930-2014), dat ook onderdeel uitmaakt van de expositie, wordt vanuit het onhoorbare opgebouwd. Een dag voor de vernissage was het opgenomen. Die opname wordt vanaf de opening gebruikt. De contemplatieve compositie ontstaat door het verplaatsen van stapeltjes muntstukken op de toetsen van het orgel. Die stapeling verwijst naar Column untitled. Een best riskante onderneming, met het oog op vallende stapeltjes. Maar Germaine Kruip bracht het er, samen met Will Holder, goed en intens vanaf. Een mooie toevoeging aan het beeldend werk.

A square, spoken

Dat geldt ook voor het feit dat de bezoeker tenslotte op afspraak een één-op-één wandeling kan maken met een acteur. Volgens een script van Kruip en in de vorm van een vierkant. Er worden teksten gelezen over ‘het vierkant’. De opzet van dit performatieve werk doet denken aan Kruips Point of view, een wandeling die in 1988 in Amsterdam door toevallige passanten en een acteur kon worden gemaakt in samenwerking met het toneelgezelschap De mug met de gouden tand, waar Kruip als art director en scenograaf voor werkte, één van de vele activiteiten die de kunstenares op haar naam mag schrijven. Daar is nu deze mooie tentoonstelling, een waar Gesamtkunstwerk bij gekomen. Een minpuntje vormen de grote kaarsen bij de ingang die de begeleidende tekst over de tentoonstelling verlichten. Die brengen de bezoeker in een sfeer die niet wordt doorgezet. Maar verder niets dan lof voor de tentoonstelling die zich ontvouwt naarmate de schemering invalt, als een bloem.

Ook nog te zien: Geometry of the scattering: scene I, II & III. Theatervoorstelling in Veem Huis voor Performance, Amsterdam (28 en 29 november 2015).

 

Boeken / Non-fictie

Wat de kerken van Jezus gemaakt hebben

recensie: Eugen Drewermann - Keerpunten

Het enige dat we kunnen aannemen is dat hij heeft bestaan. De geschiedschrijver Flavius Josephus vermeldt een zekere Jezus van Nazareth die door de Romeinen als opstandeling is terechtgesteld. De rest is – ja, wat eigenlijk? Fictie, filosofie, machtsuitoefening, zoeken naar een antwoord op existentiële vragen? Laten we het geloof noemen – nog steeds voor het grootste deel van de mensheid een levensbehoefte. De Duitse theoloog en psychotherapeut Eugen Drewermann doet met Keerpunten een flinke duit in de reeds welgevulde zak met bespiegelingen over het christendom.

Drewermanns uitgangspunt is het geestelijke geweld dat de volgelingen van Jezus vanaf de eerste eeuw van onze jaartelling over de hoofden van christelijke gelovigen hebben uitgestort. Zelf vroeg Jezus tijdens zijn proces nog aan Pilatus: wat is waarheid? Maar direct na zijn dood en beleden opstanding kwamen zelfbenoemde leiders en redacties bijeen om de verhalen die over hem in omloop waren om te smeden tot theologie. Tot machtstaal, in de visie van Drewermann. Zo ontstonden evangelies en nieuwe regels: dogma’s.

Is geloven hetzelfde als weten?

In plaats van al zijn preken, gelijkenissen en wonderbaarlijke genezingen te beschouwen als geloofstaal, mythologische boodschappen om het zoeken naar en geloven in God te faciliteren, ontstond een gesloten systeem. De fundamentele grondslagen van het jodendom werden aangevuld, herzien en omgesmeed tot fundamentalistische dogma’s. Drewermann laat zien hoe onmogelijk het is om met je verstand aan te nemen dat Jezus tegelijk mens en god is, dat God uit drie personen bestaat en dat de ene persoon (de vader ) de andere (de zoon) opoffert om de mensheid te redden. Hij beschrijft hoe onderdrukkend dit godsbeeld is en hoe de verwarde gelovige steeds angstiger wordt in een wereld die toch al vol gevaren en narigheid is.

Gekmakende dogma’s

Met de theorie van de psychoanalyse wil hij aantonen dat een juiste behandeling van de angstige en onderdrukte gelovigen mogelijk is. De onbewuste inhoud – een wraakzuchtige, almachtige en alles observerende vader – kan onschadelijk worden gemaakt en vervangen door een godsbeeld dat is gebaseerd op liefde en vertrouwen volgens de preken van Jezus en het leven dat hij heeft geleid. Het is treffend dat juist dit gedachtegoed is weggelaten uit de geloofsbelijdenissen die door theologen in de 3e en 4e eeuw werden opgesteld. Dat zijn ingewikkelde formuleringen over de maagdelijke geboorte en de kruisdood, verrijzenis en wederkomst aan het eind van de geschiedenis. In plaats van de wonderen van Jezus te zien als symbolische richtlijnen voor het innerlijk traject van de gelovige, als vruchtbare mythes en legendes, wordt men geacht alles letterlijk te nemen. Gekmakend.

Moeilijke kronkels

Wat voegt Drewermann toe aan de ontelbare boeken over de zoektocht naar het ware christendom? Zijn psychoanalytische benadering, waarin zowel Freud als Jung worden aangehaald, is sympathiek, maar desondanks een nieuw systeem. Zijn antiburgerlijke en antikerkelijke houding ontleent hij in belangrijke mate aan de Deense theoloog Kierkegaard. Belangrijk is Drewermanns nadruk op een genadige, vergevende god die moraal en ethiek op zijn kop zet in een allesomvattende liefde. Dit gaat terug op het geloof van de eerste christenen. Een vrij godsbeeld is onmisbaar in de bestrijding van fundamentalisme en extremisme bij alle godsdiensten.

Jammer dat de schrijfstijl van Eugen Drewermann bijna een karikatuur is van een moeilijke Duitse tekst. Lange, kronkelige zinnen met lange kronkelige bijzinnen op pagina’s zonder alinea’s of tussenkopjes. Het gaat maar door en werkt demotiverend. De vertalers moeten veel hebben doorstaan, maar zijn er niet in geslaagd een leesbaar boek af te leveren. Deze niet oninteressante geloofsbeschouwing is voorbehouden aan de absolute doorzetter.