Tag Archief van: film

Film / Films

Prachtig verbeeld surrealisme open voor eigen interpretatie

recensie: Mr. K - Tallulah H. Schwab
Mr. K in hotel© Filmdepot

Een rondreizende illusionist treedt op in zalen voor een ongeïnteresseerd publiek en heeft het gevoel dat zijn leven nergens heen gaat. Als hij een kamer boekt voor de nacht in een afgelegen hotel denkt hij dat het slechts een plek is om te overnachten, maar dat loopt anders.

Titelfiguur Mr. K (Crispin Glover) staat de volgende ochtend op en wil vertrekken, maar de uitgang lijkt verdwenen. K ontmoet tijdens zijn zoektocht een reeks excentrieke personages die allemaal geaccepteerd lijken te hebben dat ze in het hotel opgesloten zitten. Hij komt terecht in de keuken waar hij een baan krijgt en vindt er vluchtig iets van vriendschap en acceptatie. Maar als hij achter de schokkende waarheid komt, iedereen waarschuwt en een plan wil maken om samen te ontsnappen, keren de bewoners zich tegen hem.

Kafkaëske taferelen

Dat de K van Mr. K een verwijzing is naar Franz Kafka is duidelijk. Voor Mr. K is het startpunt van een kafkaëske nachtmerrie wanneer hij de uitgang van het hotel maar niet kan vinden. In de keuken vergeet hij even dat hij naar de uitgang op zoek was, maar hij kan het ongemakkelijke gevoel dat hij heeft niet onderdrukken: er is iets mis. Waarom barsten de waterleidingen? Wat is die rare aderachtige structuur achter het behang? Waarom kan niemand weg uit het gebouw? De vragen leiden tot een schokkende conclusie. Mr K ontpopt zich tot een leider en probeert voor iedereen een uitweg te vinden, maar voornamelijk voor zichzelf.

Mr. K met zussen

foto: Kris de Witte, Lemming Film a Private View

Bont gezelschap van verschillende nationaliteiten

Mr. K ontmoet de Engelse maar francofiele zussen Ruth (Fionnula Flanagan) en Sara (Dearbhla Molloy), die hem oprecht willen helpen, maar dan het liefst met koffie en een koekje. De chef in de keuken (Noorse Bjørn Sundquist) blijkt geobsedeerd door eieren en denkt dat Mr. K een groot talent is. Zijn dochter Melinda (Esmee van Kampen uit Nederland) heeft wel of niet een oogje op hem. Ook wordt hij snel de kamer uitgewerkt als de flamboyante Gaga (de Zwitsers-Hongaarse Sunnyi Melles) in bad gaat.

Mr. K ontwikkelt zich van een onwillige – door zichzelf uitgeroepen – ‘niemand’ tot een hardwerkend ‘iemand’ in het gebrekkige kapitalistische systeem van de keuken. Om zich vervolgens even tot revolutionair te ontpoppen, en uiteindelijk toch weer als egocentrisch personage te eindigen. Is dit personage een held of een lafaard? Vertegenwoordigt hij iets? Is het allemaal gewoon chaos? Tallulah Schwab laat het aan de kijker om dit te interpreteren.

Surrealisme op magische manier verbeeldt

Er is iets aan de hand met het hotel: er kan van alles gebeuren en dat heeft de Noors-Nederlandse regisseur Tallulah H. Schwab op interessante wijze ingevuld. Er klinkt ook steeds gebonk en dat komt niet door het fanfarekorps dat op ongewenste momenten uit luikjes in de gangen verschijnt en je achtervolgt voor een polonaise. Met alle mysterieuze gangen en kamers is het hotel prachtig verbeeld: een feest voor het oog. Maar ondanks de mooie plaatjes blijft het verhaal te open voor interpretatie. In zo’n mate dat het zich opstapelt en de beleving in de weg zit. Het einde is eigenlijk te veel van het goede en dit is jammer.

Het is hoe dan ook een film die je aan het denken zet, die vraagtekens oproept en die je zintuigen prikkelt. Hij blijft je bij en zal onderwerp van gesprekken zijn. Wie ben jij: een Mr. K die niet kan doen of alles goed en wel is en daarop reageert, of een van de bewoners die al het angstige buitensluit en dingen niet wil veranderen?

 

Vanaf donderdag 16 januari in de bioscoop

Film / Films

Prachtig verbeeld surrealisme open voor eigen interpretatie

recensie: Mr. K - Tallulah H. Schwab
Mr. K in hotel© Filmdepot

Een rondreizende illusionist treedt op in zalen voor een ongeïnteresseerd publiek en heeft het gevoel dat zijn leven nergens heen gaat. Als hij een kamer boekt voor de nacht in een afgelegen hotel denkt hij dat het slechts een plek is om te overnachten, maar dat loopt anders.

Titelfiguur Mr. K (Crispin Glover) staat de volgende ochtend op en wil vertrekken, maar de uitgang lijkt verdwenen. K ontmoet tijdens zijn zoektocht een reeks excentrieke personages die allemaal geaccepteerd lijken te hebben dat ze in het hotel opgesloten zitten. Hij komt terecht in de keuken waar hij een baan krijgt en vindt er vluchtig iets van vriendschap en acceptatie. Maar als hij achter de schokkende waarheid komt, iedereen waarschuwt en een plan wil maken om samen te ontsnappen, keren de bewoners zich tegen hem.

Kafkaëske taferelen

Dat de K van Mr. K een verwijzing is naar Franz Kafka is duidelijk. Voor Mr. K is het startpunt van een kafkaëske nachtmerrie wanneer hij de uitgang van het hotel maar niet kan vinden. In de keuken vergeet hij even dat hij naar de uitgang op zoek was, maar hij kan het ongemakkelijke gevoel dat hij heeft niet onderdrukken: er is iets mis. Waarom barsten de waterleidingen? Wat is die rare aderachtige structuur achter het behang? Waarom kan niemand weg uit het gebouw? De vragen leiden tot een schokkende conclusie. Mr K ontpopt zich tot een leider en probeert voor iedereen een uitweg te vinden, maar voornamelijk voor zichzelf.

Mr. K met zussen

foto: Kris de Witte, Lemming Film a Private View

Bont gezelschap van verschillende nationaliteiten

Mr. K ontmoet de Engelse maar francofiele zussen Ruth (Fionnula Flanagan) en Sara (Dearbhla Molloy), die hem oprecht willen helpen, maar dan het liefst met koffie en een koekje. De chef in de keuken (Noorse Bjørn Sundquist) blijkt geobsedeerd door eieren en denkt dat Mr. K een groot talent is. Zijn dochter Melinda (Esmee van Kampen uit Nederland) heeft wel of niet een oogje op hem. Ook wordt hij snel de kamer uitgewerkt als de flamboyante Gaga (de Zwitsers-Hongaarse Sunnyi Melles) in bad gaat.

Mr. K ontwikkelt zich van een onwillige – door zichzelf uitgeroepen – ‘niemand’ tot een hardwerkend ‘iemand’ in het gebrekkige kapitalistische systeem van de keuken. Om zich vervolgens even tot revolutionair te ontpoppen, en uiteindelijk toch weer als egocentrisch personage te eindigen. Is dit personage een held of een lafaard? Vertegenwoordigt hij iets? Is het allemaal gewoon chaos? Tallulah Schwab laat het aan de kijker om dit te interpreteren.

Surrealisme op magische manier verbeeldt

Er is iets aan de hand met het hotel: er kan van alles gebeuren en dat heeft de Noors-Nederlandse regisseur Tallulah H. Schwab op interessante wijze ingevuld. Er klinkt ook steeds gebonk en dat komt niet door het fanfarekorps dat op ongewenste momenten uit luikjes in de gangen verschijnt en je achtervolgt voor een polonaise. Met alle mysterieuze gangen en kamers is het hotel prachtig verbeeld: een feest voor het oog. Maar ondanks de mooie plaatjes blijft het verhaal te open voor interpretatie. In zo’n mate dat het zich opstapelt en de beleving in de weg zit. Het einde is eigenlijk te veel van het goede en dit is jammer.

Het is hoe dan ook een film die je aan het denken zet, die vraagtekens oproept en die je zintuigen prikkelt. Hij blijft je bij en zal onderwerp van gesprekken zijn. Wie ben jij: een Mr. K die niet kan doen of alles goed en wel is en daarop reageert, of een van de bewoners die al het angstige buitensluit en dingen niet wil veranderen?

 

Vanaf donderdag 16 januari in de bioscoop

Film / Films

Pijn verspreid over generaties

recensie: A Real Pain - Jesse Eisenberg
Twee mannen© The Walt Disney Company,

Voor veel acteurs die lange tijd voor de camera staan lijkt de regisseursstoel vroeg of laat onvermijdelijk; zo ook voor Jesse Eisenberg, onder andere bekend als Mark Zuckerberg in The Social Network. Na een wisselvallig ontvangen regiedebuut probeert hij het opnieuw met A Real Pain – een succes.

Het is een ongebruikelijk decor voor een komedie: twee neven reizen met een groep door Polen en bezoeken voormalige concentratiekampen om, ter ere van hun overleden oma, hun familiegeschiedenis te ontdekken. Beiden zijn Joods, maar hun persoonlijkheden verschillen als dag en nacht; Jesse Eisenberg speelt de introverte, neurotische neef David die leeft van structuur en controle, terwijl Kieran Culkin de show steelt als zijn tegenpool Benji: een chaotische, impulsieve orkaan die elke confrontatie moeiteloos aangaat.

Net als in zijn eerdere regiewerk voor het theater, richt Eisenberg zich vooral op de personages en minder op het plot. David worstelt met een dwang- (OCD) en een angststoornis, terwijl Benji duidelijk kampt met onbehandelde mentale problemen die hij hardnekkig ontkent. Deze persoonlijke worstelingen worden in de film tegenover een veel groter, collectief trauma geplaatst: de verschrikkingen van de vernietigingskampen in Polen tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Authentieke personages

Vanaf het eerste moment weet Culkins personage Benji je te irriteren, te intrigeren en zelfs te vermoeien, en precies dáár ligt de kracht van zijn rol. Zijn personage is extravagant en openhartig, maar tegelijkertijd vals, egoïstisch en soms ronduit onuitstaanbaar. Het is een gedurfde keuze om een onsympathiek karakter te gebruiken in een film die zo sterk leunt op de dynamiek tussen de personages. Eisenberg is zich hier echter volledig van bewust en neemt de tijd om dit ongemak te verkennen, waarbij hij zowel de grenzen van het personage als het geduld van de kijker opzoekt. Voor wie bereid is dit ongemak te doorstaan, biedt de film echter een beloning: Culkins personage toont barsten in zijn façade, waardoor langzaamaan een kwetsbare kern zichtbaar wordt. Dit werpt niet alleen nieuw licht op zijn karakter, maar ook op hoe zijn gedrag de groepsdynamiek verstoort én vormgeeft.

Indrukwekkend is de toon van de film: Eisenberg balanceert constant tussen warm, gruwelijk, grappig en ellendig. Het zijn de stille momenten waarin de chemie tussen Culkin en Eisenberg het sterkst voelbaar is en de momenten waarop Culkins personage Benji – ondanks zijn tekortkomingen – weet te verbinden. Dit wordt bijvoorbeeld duidelijk tijdens een scéne op het dak van een hotel waar ze samen terugblikken op hun jeugd en hun relatie; een chaoot en een neuroot, beiden met hun eigen kracht en kwetsbaarheid. De karakters zijn niet zwart-wit, zoals vaak het geval is in vergelijkbare films. Er is echte nuance in de personages, wat de grootste kracht is van A Real Pain.

Messcherp

De kern van de film is de pijn verspreid over generaties: de pijn van hun oma tijdens de tweede wereldoorlog, in perspectief gezet met de pijn van nu. Hoe de film de zwaarte van dit onderlinge lijden in beeld brengt is bewonderenswaardig: respectvol, maar ook met een zachte toon, waardoor het niet alleen voelbaar maar verrassend herkenbaar wordt voor verschillende generaties met elk hun eigen vorm van pijn.

Met A Real Pain bewijst Jesse Eisenberg dat hij groeit in zijn rol als regisseur. De film slaagt erin om iets bijzonders te vangen: een messcherpe tragikomedie die zowel weet te raken als aan het lachen te maken. De chemie tussen Eisenberg en Culkin, het zorgvuldig uitgewerkte scenario en de respectvolle omgang met het historische thema maken van deze tragikomedie een bijzonder werk.

Film / Films

Een chimpansee als metafoor maakt een geweldige film

recensie: Better Man (2024) - Michael Gracey

Een biografische film over zanger Robbie Williams, waarin hij gespeeld wordt door een chimpansee, omdat hij zichzelf ziet als een minderwaardig mens. Niet echt een aantrekkelijke aankondiging. Maar… ga naar deze film, want al ligt het er wat dik bovenop: het aapje vertedert en neemt je mee het verhaal in.

Dat er nu een film over het leven van Robbie Williams is, komt vooral doordat hij acteur Hugh Jackman en regisseur Michael Gracey heeft geholpen met de film The Greatest Showman (2017). Daar is de kiem geboren, door talloze lange gesprekken, die uiteindelijk hebben geleid tot Better Man.

Dierbare vriendschap

Tijdens de gesprekken die zowel Hugh Jackman als Michael Gracey met Robbie Williams voeren, ontstaan dierbare vriendschappen. De zanger vertelt de regisseur over zijn tumultueuze verleden, op zo’n wijze dat Gracey Robbie aanmoedigt om alle gesprekken op te laten nemen, zodat ‘hij er later naar kan luisteren als hij in het bejaardentehuis zit.’ Uiteindelijk is er dan een zogenaamde biopic gemaakt, die het leven van Williams laat zien van kind tot aan volwassenheid.

Waarom dan toch die aap?

Robbie Williams geeft in elk interview een andere verklaring. Hij heeft zich naar eigen zeggen altijd minder ontwikkeld gevoeld dan anderen (YouTube). Hij vond dat hij in de succesvolle boyband Take That een aap was die kunstjes moest vertonen (Variety). Ook vertelt Williams in de Graham Norton Show dat er, omdat er de laatste jaren zoveel biografische films zijn gemaakt – denk bijvoorbeeld aan Rocketman (2019) en Bohemian Rhapsody (2018) -, iets nodig was om deze eruit te laten springen. Hoe dan ook is het een briljante inval van regisseur Michael Gracey, want het zorgt voor de lijm die dit hele verhaal overeind houdt, interessant maakt én verbindt.

Niet alleen wordt er verwezen naar Williams als ‘performing monkey’, een aap op een stokje, geketend tijdens zijn Take That-periode. Een tweede aap komt tevoorschijn als zijn zelfhaat, zijn minderwaardigheidscomplex, de lelijke aap die hij in de spiegel ziet en die hem vanuit het publiek uitdaagt en uitlacht. En dan wordt er ook nog verwezen naar de ‘monkey on his shoulder’, het beest dat gevoed moet worden en waar veel (drugs)verslaafden last van hebben.

Eerlijkheid brengt de film tot leven

Hoewel Better Man qua inhoud wat oppervlakkig is – het leven van Williams wordt chronologisch doorlopen, je ziet meteen waar hij tegenaan loopt en wordt verder niet verrast – is de vormgeving heel mooi gedaan. Robbie Williams, zelf de voice-over in het verhaal, spaart zichzelf niet en maakt de dingen die hij doet niet mooier dan ze zijn. Die eerlijkheid werkt ontwapenend. Vooral in de relatie met Nicole Appleton laat hij geen spaan heel van zijn eigen gedrag.

Plus- en minpunten

Geen recensie zonder het optreden van Jonno Davies te loven. De acteur speelt en danst de rol fantastisch. Het moet voor hem raar zijn om zijn prestatie uiteindelijk als chimpansee op het witte doek te zien. Ook Alison Steadman, die oma Betty speelt, mag niet onbenoemd blijven. Mede door haar merk je na de eerste minuten niet meer dat je naar een aap zit te kijken.

De apotheose waarbij vader (gespeeld door Steve Pemberton) en zoon Williams gezamenlijk het beroemde lied van Frank Sinatra vertolken is wel héél zoetsappig. Het doet geen eer aan de rest van de film.

 

‘Better Man’ draait sinds 2 januari 2025 in de bioscopen.

Film / Films

Halina Reijn zet haar stempel op Hollywood

recensie: Babygirl - Halina Reijn
Babygirl omhelzing© A24

Dat de eerste voorpremières van Babygirl rond de feestdagen plaatsvonden was geen toeval. Met een in kerstsfeer gehuld New York als decor weet de film meteen te verleiden, hoewel dit misschien niet de nieuwe kerstklassieker is om met de familie op de bank te kijken. Babygirl is de heetste kerstfilm sinds Stanley Kubrick’s Eyes Wide Shut (1999).

Nicole Kidman schittert als Romy, CEO van een invloedrijk techbedrijf, die op het eerste gezicht alles lijkt te hebben: een succesvolle carrière, een gelukkig gezin en een leven dat tot in de puntjes geregisseerd is, maar schijn bedriegt. Wanneer een losgeslagen hond door de straten op een man afstormt, ontmoet ze haar nieuwe stagiair Samuel (Harris Dickinson), die het dier met verrassende kalmte weet te bedwingen. ‘How did you do that?’ vraagt Romy, duidelijk onder de indruk. Samuel antwoordt met een ondeugende grijns: ‘I gave it a cookie. Why, do you want one?’. De toon is meteen gezet; babygirl Romy wordt meegezogen in de spiraal van haar eigen verlangens – aangewakkerd door Samuel – die haar confronteert met wat haar gezinsleven haar altijd heeft onthouden.

man met hond

© A24

Het beest

Babygirl sluit qua toon en thematiek nauwer aan bij Halina Reijns debuutfilm Instinct (2019) dan bij haar Gen-Z-slasher Bodies Bodies Bodies (2022). Net als in Instinct draait het hier om machtsverhoudingen. Waar de eerste de relatie tussen een psychiater en een gedetineerde onderzoekt, staat in Babygirl de dynamiek tussen een CEO en haar stagiair centraal. Alles draait om verlangen en ‘het beest’, vertelde Halina Reijn tijdens de persconferentie op het filmfestival in Venetië. Niet het temmen van het beest, maar juist het accepteren van je instinct en verlangens – vooral de duistere – is de boodschap. De spanning tussen Samuel en Romy is dan ook om te snijden: elke dialoog voelt vlijmscherp aan en de chemie tussen de twee acteurs is onmiskenbaar.

Reijn is zich bewust van de conventies van de erotische thriller, zoals ze zijn neergezet in klassiekers als Paul Verhoevens Basic Instinct (1992) en Adrian Lyne’s Fatal Attraction (1987). Maar waar deze films draaien om een femme fatale met duistere motieven die mannen om haar vinger windt, herschrijft Babygirl de spelregels; de machtsverhoudingen zijn duidelijk aanwezig, maar de film laat zien dat het toegeven aan verlangens niet altijd tot ondergang leidt, maar soms tot bevrijding. In films over affaires draait de spanning vaak om de eventuele onthulling, maar Reijn bewijst dat intrige en dramatische twists overbodig zijn. De spanning zit volledig in de machtsdynamiek, die bewust door de film langzaam wordt opgeschroefd. Babygirl weigert zich te laten leiden door plotconventies en vertrouwt volledig op de chemie tussen Nicole Kidman en Harris Dickinson om de aandacht vast te houden. Het is dan ook de vraag of de film net zo effectief zou zijn geweest zonder deze chemie, aangezien het script met vlagen een extra laag mist die het geheel naar een hoger niveau had getild.

Grenzeloos

De kracht van Halina Reijn is hoe ze het sensuele naar het scherm brengt. In Babygirl doet ze dit aan de hand van de prachtige beelden van cinematograaf Jasper Wolf gecombineerd met de mysterieuze maar originele soundtrack van Cristóbal Tapia de Veer. Het is heerlijk om te zien dat ondanks het Hollywood-budget en een grote ster als Nicole Kidman – waarvan gerust gezegd mag worden dat dit haar beste rol in jaren is – er risico’s worden genomen zonder enige behoefte om binnen de lijntjes te blijven kleuren. Van een rave waar de techno op de achtergrond dreunt en je het zweet bijna kunt ruiken, tot Romy die op haar knieën gaat voor Samuel in een motel. Halina Reijn gaat all-out in Babygirl. Ze blijft haar eigen koers varen en laat zich, ook in Hollywood, niet remmen in haar gedurfde keuzes die begonnen met Instinct.

Het eindresultaat is hypnotiserend. Halina Reijn toont een feilloos gevoel voor ritme en tempo, waardoor je 115 minuten lang ademloos blijft kijken. Ze zuigt je mee in een wereld die even betoverend als ongemakkelijk is en geeft je genoeg stof om over te denken lang na de film voorbij is. Wat in Instinct voorzichtig opgebouwd werd, krijgt hier volledig vorm: haar scherpzinnige focus op intimiteit, macht en de duistere driften van de mens. Met Babygirl is haar stempel op Hollywood definitief gezet.

Film / Films

We zijn allemaal in ‘The Room Next Door’

recensie: The Room Next Door - Pedro Almodóvar
twee vrouwen aan tafel©Filmdepot

The Room Next Door is de eerste Engelstalige film van Spaanse regisseur Pedro Almodóvar. Het is een intiem drama waarin de kracht van vriendschap centraal staat. Twee vrouwen die heel anders tegen sterfelijkheid aankijken, maar door elkaar veranderen.

Ingrid (Julianne Moore) en Martha (Tilda Swinton) zijn elkaar uit het oog verloren, maar als Ingrid hoort dat Martha ziek is vinden ze meteen weer de connectie die hen vroeger bond. Martha’s gezondheid gaat achteruit en dan vraagt ze Ingrid om haar te steunen bij een zelfgekozen einde. Ze wil graag dat Ingrid in de kamer ernaast is om niet alleen te zijn, maar ook omdat ze op die manier de politie kan vertellen dat ze van niets wist.

Mooi in beeld gebracht

Oscar-winnende regisseur Pedro Almodóvar (Todo Sobre Mi Madre) brengt het verhaal schitterend in beeld; niet alleen zijn de locaties ijzersterk uitgekozen, ook de cinematografie is prachtig. Het huis in de bossen waar de dames verblijven heeft veel grote ramen, doorzichtig en transparant. Dit past bij de glasharde eerlijkheid van Ingrid en Martha. Er is een shot van Ingrid die achter Martha op het bed gaat liggen waardoor je de twee gezichten in een close-up ziet. Naast dat het beeld krachtig is, zegt het ook veel: twee vrouwen die uiteindelijk op één lijn komen, ondanks hun initiële verschillen.

Beide actrices spelen de sterren van de hemel. Vooral Julianne Moore, die een groot deel van de film alleen maar luistert en dus vooral met haar mimiek moet acteren. Tilda Swinton – die de rol van de zieke Martha speelt – vertelt haar verhaal ingetogen en met waardigheid.

twee vrouwen voor raam

Pedro Almodóvar sausje

Typisch voor regisseur Pedro Almodóvar is een verhaal met krachtige vrouwenfiguren. Dit komt onder andere doordat Almodóvar zelf opgegroeid is tussen krachtige vrouwen omdat zijn vader vaak afwezig was. Ook zijn Almodóvar’s films doorspekt met felle, primaire kleuren in zowel de kostuums als de objecten. De regisseur houdt ervan om door middel van kleuren de gevoelens van personages of motieven in het plot uit te beelden. In deze film komt dat bijvoorbeeld terug in de kleur van de ligstoelen van het vakantiehuis: Ingrid ligt steeds op de rode stoel (angst en liefde) en Martha op de groene stoel (acceptatie en veiligheid).

Tilda Swinton vertelde in een interview met Deadline Hollywood hoe Almodóvar is als regisseur: Pedro werkt ongelofelijk snel. Per scène kregen we niet meer dan twee takes. Als we een derde wilden, dan moesten we daar goede argumenten voor hebben. Ook lijkt het alsof Pedro de film al heeft gezien en ons dagelijks komt vertellen hoe de film eruitziet – niet hoe het zou kunnen worden – maar specifiek hoe hij is.

Mooie boodschap

De film is een aanmoediging om niet weg te kijken, het is een boodschap van empathie. Want we zijn allemaal in de kamer naast elkaar, maar ook in de ruimte naast Oekraïne, Gaza en Syrië. Hiermee brengt Almodóvar ook een politieke boodschap: kijk niet weg van elkaar, toon respect en luister naar elkaar.

De film is aangrijpend, ontroerend en indringend omdat we allemaal vroeg of laat op het punt komen dat we afscheid moeten nemen. Je gunt het iedereen om dat op deze manier te doen; met iemand in de kamer naast je.

The Room Next Door kreeg terecht de Gouden Leeuw voor Beste Film op het Filmfestival in Venetië.

 

Sinds 19 december te zien in bioscopen in Nederland.

Film / Films

Een bejaarde Hamlet

recensie: Hamlet - Sean Mathias
lina-white-K9nxgkYf-RI-unsplashUnsplash

Shakespeares Prins van Denemarken, Hamlet, kent verschillende gedaantes. Als een androgyne verschijning in de gelijknamige film van Asta Nielsen (1922), als Koerd (Theater RAST, 2012) of als bewoner van Nieuw-West in Amsterdam (Abdelkader Benali, 2020). Recent is daar Hamlet als tachtigplusser bij gekomen. Maar wat voegt dat precies toe?

Ian McKellen als Hamlet

Ian McKellen (1939) voerde Hamlet in de jaren zeventig van de vorige eeuw ook al eens ten tonele, en nu twee keer achter elkaar weer. Eerst in de vorm van het toneelstuk in het Theatre Royal, Windsor (2021) en recent in de filmversie daarvan in de regie van Sean Mathias. Onlangs was die versie te zien in de Pathétheaters, nu te huur of te koop via onder meer de streamingdienst Pathé Thuis.

In de openingsscène zit McKellen op de stoep voor het vervallen theater. Het is de tijd van de coronapandemie, waarin de theaters gesloten zijn. Of is het ook een voorbode waarin door alle bezuinigingen en een BTW-verhoging theaters weer dreigen te worden gesloten, maar dan wellicht voorgoed?
We gaan met de Engelse acteur naar binnen, waar het stuk der stukken begint. Gespeeld in alle hoeken en gaten van het theater. In een verkorte versie. Duurt een volledige toneelvoorstelling vier uur, de film krap aan de helft daarvan.
Eigenlijk kijk je – om te beginnen – niet eens zo op van een oude Hamlet, zo invoelbaar speelt McKellen hem. Hij is ‘gewoon’ de oudere geliefde van Ophelia (gespeeld door een met een gitaar rondlopende en later ook zingende Alis Wyn Davies). Is zij een mooi stukje intertekstualiteit, een soort Cordelia – een van de dochters van King Lear – die haar gevoelens niet over de lippen kan brengen en daarom zingt?
De vraag is of de 85-jarige McKellen wat toevoegt aan Hamlet, geschreven als een jeugdig personage. Misschien door zijn verstilde ouderdom en de zweem van kwetsbaarheid en sterfelijkheid die dit met zich meebrengt. Bijvoorbeeld op het moment dat hij het doodshoofd van de nar Yorick naast zijn eigen gezicht houdt.

Cameravoering en enscenering

Ophelia’s broer, Laërtes, wordt overigens gespeeld door een zwarte vrouw, Emmanuele Cole. Net als de geest van Hamlets vader die zijn zoon tot wraak aanzet vanwege de moord op hem door zijn broer Claudius (Jonathan Hyde). Claudius eist de troon op, wordt in plaats van Hamlet koning en trouwt met de weduwe van Hamlets vader. Hamlet kan dit niet verkroppen.

Deze filmversie lijkt niet te gaan over kleur, over sekse, over leeftijd. De camera (Neil Oseman) komt vaak zo dicht op de gezichten van de spelers, dat hun gezichtsuitdrukkingen evenveel zeggen als woorden. Kwetsbaarheid en kracht spreekt eruit. En waanzin, steeds meer waanzin, vooral in de monologen.

De enscenering werkt daaraan mee. Hierin wordt veel met spiegels gewerkt, die toch al voorhanden zijn in de kamers achter het toneel waar de spelers zich opmaken of worden opgemaakt. Het levert een dubbel perspectief op: de speler kan zich reflectief verplaatsen in zichzelf én kijkt het (afwezige) publiek indirect aan.

Uiteindelijk kan worden geconcludeerd, dat het vooral lijkt te gaan om een groot acteur die nog een keer de rol der rollen wil spelen en daarvoor de kans krijgt. De blikken vol verwachting die hij aan het begin van de film op de deuren van het gesloten theater werpt, geven daar aanleiding toe. Daar is niets mis mee. Als publiek geniet je mee van zijn spel en dat van die andere tachtigplusser: de militaristische Polonius, de vader van Ophelia en Laërtes (Steven Berkoff, 1937). Met andere woorden: de oudjes doen het nog goed, lenig als ze zijn!

Film / Films

Te veel vragen, te weinig antwoorden

recensie: Elevation - George Nolfi
Knuffel vader en zoon©Filmdepot

In een post-apocalyptische wereld jagen monsterlijke wezens – die niet boven de grens van 2400 meter kunnen komen – op mensen. Al drie jaar gaat dit goed, maar dan raken de medicijnen van Will’s zieke zoon Hunter op. Will heeft geen keuze: om het leven van zijn zoon te redden moet hij afdalen.

George Nolfi’s Elevation werd gepresenteerd als een nieuwe A Quiet Place. Helaas komt de film niet in de buurt van die belofte. Waar A Quiet Place spanning en subtiliteit meesterlijk combineert, blijft Elevation hangen in clichés, een overdaad aan vragen zonder antwoorden en een te serieuze toon die het geheel weinig aantrekkelijk maakt.

Leuk idee lijdt onder te serieuze toon

Will (Anthony Mackie) gaat samen met wetenschapper Nina (Morena Baccarin) en vriendin Katie (Maddie Hasson) onder de 2400 meter om medicatie te halen voor Hunter. Nina denkt een manier te weten om de monsters te verslaan en wil daarom ook langs haar laboratorium. Het laat zich raden dat ze niet ongeschonden uit de strijd komen. De oplettende kijker vraagt zich af waarom de monsters niet boven de 2400 meter kunnen komen. Antwoord van Nina: ‘I just hope they don’t change their minds’. Een betere verklaring komt er niet.

Het grootste probleem van deze film is dat hij zichzelf te serieus neemt. Er is geen moment van luchtigheid, geen greintje humor om de spanning te doorbreken. Dit resulteert in een ‘zware’ kijkervaring die eerder vermoeid dan meesleept.

vrouw met geweer

Mysterie met weinig betekenis

Elevation lijkt zijn mysterie centraal te willen stellen, maar vergeet dat er uiteindelijk antwoorden nodig zijn voor een bevredigende conclusie. Waarom gebeurt dit fenomeen? Wat zijn de oorzaken? Wie heeft deze wezens naar de aarde gebracht? Of zijn ze op aarde ontstaan? De film hint voortdurend naar een grote betekenis of onthulling, maar levert die nooit. Het resultaat is daardoor onbevredigend.

Humorloze ernst

Wat A Quiet Place zo goed maakte was de menselijke emotie en af en toe een lichtpuntje in de vorm van relatieve normaliteit te midden van de horror. Anthony Mackie (Will) en Morena Baccarin (Nina) spelen goed en doen hun best, maar hun prestaties kunnen de film niet redden. Een scène waarin de hoofdpersonages herinneringen ophalen aan een normaal leven voelt ongemakkelijk en slecht getimed. De serieuze toon maakt de film komisch terwijl dat niet de bedoeling is. Een vleugje humor of luchtigheid had de film enorm kunnen helpen.

Visueel doet de film het beter; mooie landschappen en goed gemaakte special effects. Al zijn ze wel wisselvallig. De monsters zijn een soort mix tussen een groot uitgevallen kever en de Alien van Ridley Scott. Je hoort en ziet ze al van mijlenver aankomen en ze zijn niet angstaanjagend genoeg om indruk te maken.

Mindere uitwerking van een interessant concept

Elevation heeft de ambitie een intelligente thriller te zijn, maar mist de balans, humor en subtiele spanning om de film naar grotere hoogten te tillen. De film neemt zichzelf te serieus en overspoelt de kijker met vragen zonder enige bevredigende antwoorden.

Deze derde samenwerking tussen regisseur George Nolfi en hoofdrolspeler Anthony Mackie is een prima film voor derde kerstdag, wanneer je – ietwat katterig – op de bank hangt na drukke kerstdagen. Of in studentenhuizen na een lange avond stappen. Een film waarbij je niet hoeft na te denken, je niet hoeft te concentreren op het verhaal en waar je ook geen verhoogde hartslag van krijgt.

 

Sinds 28 november te zien in bioscopen in Nederland.

Film / Films

Robert Zemeckis verlegt de grenzen

recensie: Here van Robert Zemeckis
Here_st_1_jpg_sd-highFilmdepot

Jaren gaan voorbij, mensen komen en gaan, maar de plek blijft constant dezelfde. Robert Zemeckis’ verfilming van Richard McGuire’s strip Here brengt iets volledig nieuws op filmgebied: op één plek de tijd van dinosauriërs tot aan de coronapandemie de revue laten passeren, zonder ooit buiten de kaders te treden.

Dat regisseur Robert Zemeckis een uitdaging niet schuwt, bewees hij al in 1988 toen hij animatie combineerde met live-action beelden in Who Framed Roger Rabbit en in 1994 met Forrest Gump door Tom Hanks in historisch beeldmateriaal te integreren. Nu is hij de dubbele uitdaging aangegaan om zowel de camera vast te zetten op één punt, als de acteurs te verouderen en verjongen met AI.

Robert Zemeckis schreef het scenario samen met Eric Roth, met wie hij ook samenwerkte bij Forrest Gump. Ze hebben de strip als letterlijke template genomen en gebruiken in beeld eveneens kaders in kaders. Zo leiden ze ons door de geschiedenis die verteld wordt in korte en – helaas – soms saaie fragmenten.

Here in hoofdlijnen

Net na de Tweede Wereldoorlog betrekken Al en Rose het huis en daarmee de woonkamer die het kader vormt voor de film. Ze krijgen drie kinderen, van wie de oudste, Richard (Tom Hanks), in zijn tienerjaren een relatie krijgt met Margaret (Robin Wright). Margaret raakt al snel zwanger, waardoor de dromen en toekomstplannen van het stel bijgesteld moeten worden. In plaats van advocate (Margaret) en kunstschilder (Richard) te worden, trekken ze in bij Al en Rose en neemt Richard in allerijl een baan bij een verzekeringsmaatschappij om de kost te verdienen. Uit deze fuik komen ze nooit helemaal.

Naast deze familie passeert ook een inheems koppel de revue tot aan de dood van de vrouw; de familie van Benjamin Franklin komt vluchtig voorbij; een piloot met zijn vrouw (gespeeld door Michelle Dockery, bekend van Downton Abbey) en dochter bewonen als eerste het huis nadat deze gebouwd is. Vervolgens zien we nog Leo (uitvinder van de La-Z-Boy stoel) en Stella in de roerige jaren twintig, en als laatste een gezin waarvan de zoon een lesje ‘omgaan met de politie’ krijgt.

Tijdgeest

In de film worden veel maatschappelijke thema’s aangesneden: de positie van de vrouw, de man als kostwinner, de industriële revolutie, discriminatie en epidemieën die de bevolking teisteren. Ook de verschillende manieren waarop de woonkamer is ingericht geven een mooi tijdsbeeld. Het heen en weer schakelen tussen de verschillende periodes zorgt voor een interessant contrast en hier draagt de inrichting van de woonkamer, die per periode anders is, fraai aan bij.

Te veel hooi op de vork?

Op zijn 72e is Robert Zemeckis nog steeds een pionier op filmgebied. Het gebruik van AI-technieken om hoofdpersonen Richard en Margaret te verouderen en verjongen is overtuigend en zeer goed gedaan. Maar de template van de strip naar het witte doek brengen heeft nog wat werk nodig. Door de onbeweeglijke camera op één plek te richten en de vaste kaders die hij daarmee moet aanhouden, beperkt Robert Zemeckis zich. Daardoor worden de vlagen die je van de levens meekrijgt hier en daar wat saai en oppervlakkig. Toch kan je niet zeggen dat het experiment niet geslaagd is. De film is grensverleggend, zowel door camerapunt als door het gebruik van AI, en al is hij hier en daar wat saai, hij is nooit vervelend.

 

Sinds 28 november in bioscopen in Nederland.

Film / Films

Futuristische fabel is meer schets dan blauwdruk

recensie: Megalopolis – Francis Ford Coppola
Megalopolis_st_1_jpg_sd-high_2024-Caesar-Film-LLC-All-Rights-Reserved2024 Caesar Film LLC All Rights Reserved

Over Megalopolis, de nieuwe film van meesterregisseur Coppola, is al veel gezegd en geschreven. In Nederland zal hij binnenkort ook in de theaters draaien. Wat kun je ervan verwachten? De film is beslist een bioscoopavondje waard, maar op een belangrijk punt schiet hij wel tekort.

Zoals misschien bekend heeft Coppola decennia lang met het idee rondgelopen om een film te maken over de analogie tussen de ondergang van het Romeinse Rijk en de dreigende teloorgang van de moderne westerse beschaving. Dit jaar kunnen we dan het resultaat van zijn hartenwens aanschouwen. In het groots opgezette en ambitieuze Megalopolis wordt ons een cruciale keuze voorgehouden. Gaan we verder op de ingeslagen weg en proberen we de boel nog maar wat aan de gang te houden, terwijl het vertrouwen en geloof in ons bestel alom afbrokkelt? Of kiezen we samen voor een geïnspireerde sprong vooruit, in het onbekende? Net als eeuwen geleden bevindt ‘onze republiek’ zich in een zeer kritieke fase, constateerde de regisseur op de première in Cannes. Inderdaad. Toespelingen op Caligula, de pathologische keizer, doen je bijvoorbeeld vrezen voor een land gerund door crimiclowns.

New Yorkse fabel

De film heeft als ondertitel meegekregen: een fabel. En dat is terecht, want in veel opzichten doet Megalopolis (bewust) erg artificieel aan. New York mag dan het deels realistische decor van de film vormen, je hebt continu het gevoel dat je naar een geënsceneerd theaterstuk kijkt. Dit zit hem niet alleen in de namen van de belangrijkste protagonisten – architect en design authority Cesar Catilina (Adam Driver) en burgemeester Franklyn Cicero (Giancarlo Esposito) – maar ook in de shakespeareaanse dialogen en fantasievolle beeldconstructies. Wagenrennen aan Times Square… Visueel maakt Coppola er zeker een indrukwekkend spektakel van.

De kern van de film bestaat uit Cesars utopische droom om New York om te toveren tot een ideale nieuwe stad. Tegengewerkt door de corrupte burgemeester Cicero en de opruiende loudmouth Clodio (Shia LaBeouf), dreigt de architect/ontwerper het onderspit te delven. Maar de film heeft een hoopvol verloop, waar Coppola in Cannes ook nog een interessante uitspraak over deed. Gevraagd op wie wij onze hoop moeten vestigen als ‘redders van de republiek’, wees de regisseur op kunstenaars. Wat we nodig hebben zijn nieuwe perspectieven, nieuwe dromen, en die vinden we zelden bij politici, was zijn duidelijke en niet te missen boodschap.

Megalopolis

© 2024 Caesar Film LLC All Rights Reserved

Dat Cesar in de eerste plaats een kunstenaar is, kan je moeilijk ontgaan. Zijn droom is gebaseerd op een wonderbaarlijk nieuw materiaal dat hij heeft uitgevonden (en waarvoor hij ook de Nobelprijs heeft ontvangen): megalon. In de loop van de film blijkt dit materiaal verschillende bijzondere eigenschappen te hebben, maar als bouwstof voor een nieuwe, organische architectuur is het in ieder geval ook revolutionair. Hail Cesar! Dat hij de tijd kan stilzetten – zoals al te zien in de mooie openingsscène bovenop het Chrysler gebouw – is natuurlijk ook een element dat naar de kracht van de kunstenaar verwijst.

Schetsmatig

Zwakker aan de film is helaas dat belangrijke ideeën en karakters te schetsmatig blijven. De regisseur van Megalopolis schotelt ons nergens een echt inspirerende, uitgewerkte visie voor. Hoe ziet Cesar een betere toekomst precies voor zich, afgezien van een grote architectonische vernieuwing? Wat beweegt hem? Welk antwoord heeft hij op corruptie en politieke en maatschappelijke verloedering? Mogelijk heeft Coppola dit soort vragen expres omzeild en zich geconcentreerd op de ‘symbolische’, ideële rol van zijn held, maar met veel symboliek maak je nog geen indringend meesterwerk. Met uitzondering misschien van de dolende Wow Platinum (Aubrey Plaza) – ex van Cesar – spreken ook andere, ‘ontworpen’ filmpersonages te weinig tot de verbeelding. De rollen die ze krijgen toegemeten in deze fabel zijn functioneel, maar niet erg bezield. Het had wel iets concreter en karaktervoller gemogen allemaal.

Maakt dit de film tot een mislukking, een gestileerd luchtkasteel, zoals regelmatig wordt geoordeeld? Nee, hoewel Megalopolis zijn gebreken heeft, is Coppola’s fabel visueel, als gedachtenexperiment en als theatraal spektakel zeker interessant voor filmfans. Verwacht alleen geen overrompelend verhaal.

 

‘Megalopolis’ draait vanaf 5 december in de Nederlandse bioscoop.

Film / Films

Een magisch meesterwerk

recensie: Wicked: Part I - Jon M. Chu
Cynthia Erivo en Ariana Grande als Elphaba en GlindaUniversal Pictures

Menig musicalfan keek reikhalzend uit naar het moment dat Wicked eindelijk in de bioscoop zou verschijnen. Hele algoritmen op social media draaiden de laatste maanden alleen nog maar om deze langverwachte film van regisseur Jon M. Chu, met Ariana Grande en Cynthia Erivo in de hoofdrollen. En laten we het maar meteen zeggen: de film overtreft alle verwachtingen.

In een interview zei Jon M. Chu dat hij zich heeft voorgenomen om de ziel van de Broadway-musical zo nauwgezet mogelijk te vertalen naar het grote scherm, en dat is te merken in elke scène. De musical, die sinds zijn première in 2003 een wereldwijd fenomeen is geworden, draait om de vriendschap tussen de groene Elphaba en de blonde Glinda (of, zoals ze zichzelf graag noemt, Galinda). Dit verhaal over loyaliteit, identiteit en de dunne lijn tussen goed en kwaad blijft even krachtig en relevant als toen het voor het eerst op de planken verscheen.

Chu heeft er zichtbaar alles aan gedaan om dit complexe en magische verhaal recht te doen. Het opsplitsen van de film in twee delen is een slimme keuze geweest, omdat het hem de ruimte geeft om alle lagen van het verhaal gedetailleerd uit te werken. Het voelt als een liefdesbrief aan de fans en aan het origineel, zonder ooit in nostalgie te verzanden.

Waanzinnige sets en kostuums

Het Land van Oz is in deze film een waar visueel spektakel. Van de Smaragdstad tot de onheilspellende bossen en de Universiteit Shiz, elk decor ademt leven en magie. De aandacht voor detail is verbluffend; het is alsof de sets rechtstreeks uit je eigen verbeelding zijn geplukt. Je ziet en voelt de passie van de ontwerpers in elke scène, wat de positieve kijkervaring alleen maar versterkt. Ook de kostuums lijken direct uit de musical te zijn gehaald, met een perfecte balans tussen extravagantie en authenticiteit. Van Glinda’s schitterende jurken tot Elphaba’s iconische hoed en cape – elk ontwerp is doordacht en versterkt de karakters.

Uitblinkende cast

Cynthia Erivo en Ariana Grande overtreffen de hoge verwachtingen in hun vertolkingen van Elphaba en Glinda. Erivo brengt een rauwe emotie in haar zang en acteerwerk die je bij de keel grijpt, terwijl Grande een onverwacht komische kant van zichzelf laat zien in haar sprankelende uitvoering van ‘Popular’. Haar timing is onberispelijk, en vocaal weet ze moeiteloos te overtuigen.

Jonathan Bailey schittert als prins Fiyero en maakt van ‘Dancing Through Life’ een hoogtepunt van de film. Zijn charisma spat van het scherm, en hij laat zien dat hij veel meer is dan alleen die knappe man uit de serie Bridgerton, waar de meesten hem van zullen kennen. Jeff Goldblum als de tovenaar en Michelle Yeoh als Madame Morrible voegen extra klasse toe met hun krachtige prestaties. Ook het ensemble verdient lof; het vakmanschap en de chemie binnen de cast maken het een feest om naar ze te kijken.

Meeslepende muziek

De muziek van Stephen Schwartz is altijd al een belangrijk onderdeel van Wicked geweest, en Chu heeft besloten dicht bij de oorspronkelijke arrangementen te blijven. De nummers die fans al jaren kennen en liefhebben – van ‘Defying Gravity’ tot ‘What Is This Feeling?’ – klinken fris en vernieuwend, zonder hun essentie te verliezen. De orkestraties zijn groots en meeslepend, waardoor de emoties in de film nog sterker worden. Er werd vooraf gevreesd voor een ‘Lion King-scenario’, waarbij de liedjes zo zouden worden aangepast dat ze hun herkenbaarheid verliezen. Gelukkig is dat hier absoluut niet het geval. De muziek vormt een solide brug tussen het theater en de bioscoop, en vanaf de eerste noten van de opening ben je volledig ondergedompeld in de wereld van Wicked.

Die onderdompeling is zo krachtig, dat je nauwelijks in de gaten hebt dat de film eindigt. De laatste scène laat je snakken naar het tweede deel, maar helaas moeten we nog even geduld hebben. Dit verschijnt pas volgend jaar in november. Gelukkig kun je in de tussentijd het eerste deel zo vaak zien als je wilt.

 

Wicked: Part I is vanaf 4 december te zien in de bioscoop.