Boeken / Fictie

De maand van Marie

recensie: De maand van Marie

.

Litanie

Gruwez koos ervoor om zijn vier vrouwen elk in één lange monoloog hun verhaal te laten doen. Hij maakt er sierlijke, vloeiende teksten van, waarin steeds weerkerende elementen worden vervlochten met nieuwe stukjes vertelling. De verhalen worden een soort litanieën, de lange monoloogvorm zonder een toehoorder in levende lijve doet denken aan een gebed of een klaagzang. Met refreinregels en motiefjes, zoals het steeds weer met kleine variaties terugkerende zinnetje van Maia, alias de Madonna met de Blote Konte: “’t Is maar geld dat hier telt! God en den bank van Roeselare en West- Vlaanderen -als daar al veel verschil tussen is- die kunnen ’t weten.” En altijd hetzelfde hoofdthema: “En ’t herte -wie weet er dat beter dan ik?- ’t herte dient voor het verdriet.” Marie, Maia, Emma en Marion hebben even van de liefde geproefd, en hebben daar duur voor betaald.

Pearl Jam

~

Het Vlaams waarin de vrouwen spreken staat nadrukkelijk op de voorgrond. De levendige spreektaal maakt soms dat je Gruwez’ personages haast voor je ziet. Zeker bij de eerste spreekster werkt het, het is een echt oudje achter de geraniums, met praatjes voor drie over allerlei kwaaltjes en de goeie ouwe tijd: “ ’s Avonds in de zomer- dat bestond dan nog, de zomer- dan zaten w’ onder de lindebomen. Babbelen en babbelen, den enen al nen groteren bek dan den anderen. […] En ondertussen is Marietje hier drieënnegentig geworden en dat kan tellen. ’t Hangt er nog allemale aan, aan mijn lijf. ’t Is maar met mijn oren dat ’t slecht gesteld is.

Maar verder dan clichés lijkt Gruwez niet te kunnen komen. Zijn puber, de negentienjarige Marion, is ouderwets opstandig en egocentrisch: “Maar zo zag ik mij nog het liefst, ja: als standbeeld. ‘k Wilde per se dat iedereen zag dat ík daar stond, ikke, Marion en niemand anders: ’t Vrijheidsbeld van Deerlijk“. Daarbij kan ook de fascinatie voor seks en haar eigen lichaam niet uitblijven: ” ’s Nachts werd mijn kut een soort teletubbieke op jaren. ’t Kwam spoken boven mijn bed en ’t vloog overal tegenop, tegen de lusters en tegen de vensters, alsof ’t naar buiten wilde.
Gruwez doet hard zijn best een jongerencultuur neer te zetten met wat stukjes songtekst van Pearl Jam die te pas en te onpas opduiken, en met uitroepen als “Megacool!” en “Forget it!“. Veel meer dan een uitwendig versiersel is het niet: “ ’t Zijn dan de laatste maanden van mijn middelbaar en in La Luna loop ik zo’n beetje te headbangen bij Pearl Jam. Beretof. I’m ahead, I’m a man / I’m the first mammal to wear pants, yeah / I’m at peace with my lust / I can kill ‘cause in God I trust, yeah / It’s evolution, baby. ‘k Ga volledig uit mijn dak.”

Romantische riedeltjes

Gruwez slaagt er niet in om de vrouwen echt een eigen stem mee te geven, ze zijn vooral bejaarde, puber, volksvrouw of hoger opgeleide. Hun verhalen worden daardoor nooit echt indringend. Ook de strak geregisseerde opzet van het boek doet de diepgang geen goed. De vier variaties op een thema blijven techniek, vingeroefeningen. Je leest er vlot doorheen, de triestige sfeer van een leven rondom een gebroken hart raakt je even, maar meer ook niet. Het zijn in dat opzicht niet meer dan romantische riedeltjes over de lasten van de liefde, waarin de rozen doorns hebben en de harten bloeden.

8WEEKLY

Wolfenstein 3D

Artikel: Wolfenstein 3D

.

~

In dit spel kruip je in de huid van B.J. Blazkowicz, een geallieerd spion. Jouw superieuren hadden vernomen dat er rare experimenten plaatsvonden in het geheimzinnige kasteel Wolfenstein. Jij werd op onderzoek gestuurd, maar de Duitsers vatten je al snel bij de kraag. Wachtend op je executie onderneem je een laatste wanhoopspoging. Je lokt een bewaker de cel in, en overmeestert hem. Je bent nu gewapend met een mes en revolver. De ontsnapping kan beginnen…

Die! Fuhrer Die!

~

Het spel ziet er exact zo uit als de PC versie. Aan de ene kant is dit positief bedoeld. Game veteranen als ik zullen veel herinneringen ophalen tijdens het spelen, en ik was ook redelijk tevreden toen ik constateerde dat de secrets nog steeds intact zijn. Alle episodes zijn overgezet naar de GBA (ook de agressieve episode titels zoals Die! Fuhrer Die!), en zelfs de muziek is exact gelijk. Aan de andere kant is dit spel toch wel heel ouderwets geworden in vergelijk met de hedendaagse concurrentie. BAM! mikt wel heel erg op de naamsbekendheid van het spel, en hoopt waarschijnlijk dat het spel opgepikt wordt door nostalgisch ingestelde mensen zoals ik.

Gameplay minpuntjes

Andere puntjes van kritiek zijn de save game optie en gameplay. Je kunt alleen saven aan het eind van een level, en dat is soms een tikje frustrerend. Ook de gameplay heeft een klein probleempje: het sturen gaat niet altijd even soepel, iets wat op hachelijke momenten een redelijk nadeel kan zijn. Verder is het aftasten van wanden naar geheime deuren door deze vervelende besturing ook geen pretje. Vaak genoeg raak je even het overzicht kwijt door de wat plompe graphics en hoekige manier waarop je mannetje roteert.

Conclusie

Ondanks alle kritiek is Wolfenstein toch nog steeds leuk om te spelen. Een ouderwetse grijns kwam op mijn gezicht te voorschijn bij de woorden “I am death incarnate…” Voor een potje ouderwets maaien met een machinegeweer blijft Wolfenstein toch een geschikte keus. Helaas voor Wolfenstein is ook de oude concurrent DOOM reeds beschikbaar voor de GBA, en dat spel heeft toch mijn voorkeur.

8WEEKLY

Morrowind – The Elder Scroll III

Artikel: Morrowind - The Elder Scroll III

RPG’s, een genre waar ik een haat/flirt-verhouding mee heb. Mijn gevoelens aangaande RPG’s zijn altijd dubbel. Enerzijds boeit de gedacht om in de huid van een personage te kruipen, avonturen te beleven en het personage te ontwikkelen. Anderzijds is er het probleem van lineaire gameplay: het spel bepaalt eigenlijk wat er gebeurt, en mist daardoor verrassing en spontaniteit. Met het derde deel van Morrowind claimt Ubi Soft gamers als ik definitief voor het genre te winnen.

~

Het verhaal van Morrowind is complex en simpel tegelijk. Natuurlijk kan de speler zich van te voren in de uitgebreide beschrijvingen van Morrowind verdiepen (en dus alle complexe verhaallijnen proberen te volgen), maar men kan ook gewoon het spel opstarten en al spelende de boel proberen te ontdekken (de simpele en veel leukere variant). Nadat je een karakter hebt ontworpen begint het spel. Je begint als gevangene die op een eiland wordt afgezet. Je bedenkt een naam, volgt de instructies van de bewakers op, en wordt begeleid naar een mannetje die je vrijlating bekrachtigt. Je bent nu een vrij man, en kunt min of meer kiezen wat je gaat doen. Je aanmonsteren bij het leger? Op dievenpad? Huurmoordenaartje spelen? De keus is aan jou, en wat je doet beïnvloedt de verhaallijn op verschillende manieren.

Leren stelen

~

Aanvankelijk lijk je in een soort first-person shooter te zijn beland. De besturing gaat namelijk met toetsenbord en muis tegelijk. Het spel is uiterst gebruiksvriendelijk voor onbekenden in het RPG genre, het begin gedeelte laat de speler namelijk vertrouwd worden met de controls en mogelijkheden van Morrowind. Niet een overbodige luxe, want er zijn veel dingen waar de speler op moet letten. Mijn karakter leert al snel hoe hij een dolk of zwaard kan hanteren, hoe hij een slot open maakt met een ‘lockpick’ en hoe hij (niet onbelangrijk) objecten oppikt. Als je eenmaal echt aan het spel begint valt je de speelomgeving pas echt op. Alles ziet er fantastisch uit, en er lopen talloze personages rond die allemaal hun eigen functie in het verhaal lijken te hebben.

500 uur spelen

Mijn grote bezwaar tegen RPG’s was vaak dat de verhaallijn de speler te veel beïnvloedt, in plaats van andersom. Met Morrowind is dat wel even anders. Het spel belooft meer dan 3000 unieke non-playing characters waarmee de speler unieke interactie heeft. Verder heeft de speler als hij het spel volledig wil uitspelen ruim 500 uur(!) spelen voor de boeg. Aangezien je het spel op verschillende wijzen kunt spelen zal het spel na voltooiing nog steeds zijn aantrekkingskracht blijven behouden. Verder wordt bij Morrowind een editor geleverd zodat je de karakters en het spel naar jouw wensen kan aanpassen.

Conclusie

Ubi Soft zei het al, en ik kan het slechts beamen, Morrowind belooft de hit van 2002 te worden. Zelfs iemand als ik, altijd terughoudend op het gebied van RPG’s, ben helemaal om. Verder is het slim van Ubi Soft om via websites de talloze mogelijkheden van Morrowind te promoten. Via Morrowind.com en Morrowind.nl kan de speler zijn eigen add ons delen met andere spelers, waardoor het spel aan mogelijkheden nog meer wint ten opzichte van de concurrentie. Als je van plan bent deze zomer je zuur verdiende geld uit te geven, koop dan dit spel, je zult er zeker geen spijt van krijgen!

Systeemeisen:

Windows ME/98 128 MB RAM
Windows XP/2000 256 MB RAM
500 MHZ, 1GB schijf ruimte
32MB videokaart

Film / Films

Spider-Man

recensie: Spider-Man

Batman, Superman, The Crow, X-Men, The Hulk: allemaal stripverhalen die verfilmd zijn of nog verfilmd moeten worden (The Hulk komt in 2003). Het geval met deze verfilmingen is meestal dat ze altijd wat teleurstellend zijn. Batman was in 1989 wel leuk, maar in retrospect is het gewoon een hele flauwe SBS6-dinsdagavondfilm waar je half bij in slaap sukkelt. Superman is al zo vaak uitgemolken dat het al lang niet meer leuk is. X-Men is een vermakelijke verfilming geworden met veel special effects en The Crow blijft meer voor de cult-fans.

~

Spiderman dan. De film waar het uiteindelijk deze zomer allemaal om moet draaien. De zomerhit volgens alle reclamecampagnes.
Ik ben eigenlijk altijd zeer sceptisch over zulke zomerhits, en dus ook over Spider-Man. Maar het feit dat een regisseur als Sam Raimi (A Simple Plan) regisseert en Tobey Maguire (The Cider House Rules en Wonder Boys) Spiderman speelt, maakte mij zeer benieuwd.

Lekkertje

~

De film volgt het originele begin van de strip. Peter Parker (Tobey Maguire) is een beetje het sukkeltje van de klas, komt altijd te laat voor de bus en heeft een mega-crush op het lekkertje van de klas: Mary Jane Watson (Kirsten Dunst). Tijdens een excursie naar een laboratorium wordt Peter per ongeluk gebeten door een spin en hier begint het allemaal. Peter komt zwaar verward en zwetend thuis, valt half in coma, maar als hij de volgende ochtend wakker wordt voelt hij zich kiplikker. Bril weg, spieren vergroot en veel fitter als eerst. Eenmaal op school beseft hij dat hij nog een paar andere veranderingen aan het doormaken is. Aan de andere kant van het verhaal moet er natuurlijk ook een schurk zijn. Willem Dafoe speelt een professor die door een kamikaze-experiment op zichzelf verandert in The Green Goblin.

Held

Het verhaal vervolgt zeer komisch en vermakelijk als Peter zijn nieuwe krachten ontdekt, maar dit geheel wordt abrupt onderbroken doordat Peters oom wordt vermoord door een rover, die Peter eerder nog had kunnen stoppen. Hij wordt nu de held die we allemaal kennen door de wrok die hij koestert jegens alle slechteriken. The Goblin is de slechte zijde van Norman Osborne (Dafoe) en wil alles en iedereen vermoorden die in de weg staat van zijn bedrijf Oscorp. De ontmoetingen tussen die twee later in de film zijn zeer spectaculair en zitten vol met special effects.

Cool

Spiderman is COOL! En niet alleen omdat de special effects zo geweldig zijn, maar het verhaal is gewoon erg goed uitgewerkt en door de acteerprestaties van Maguire en – in het bijzonder – Willem Dafoe schiet Spider-Man boven de gemiddelde zomerhit uit.

Muziek / Achtergrond
special: 28 t/m 30 juni

RockWerchter 2002

Nu in Nederland TMF en MTV in feite gefuseerd zijn en de hele dag de ether vervuilen door Billy Crawford en DJ Boozywooz uit te zenden, vier keer per uur, valt het verschil met de Belgische TMF des te meer op. De vraag in België naar muziek die niet functioneert als geluidsbehang en bij een eerste luisterbeurt alle geheimen prijsgeeft is veel groter dan in Nederland. Logisch gevolg hiervan is dat voor een Nederlandse bezoeker van een Belgisch muziekfestival de pareltjes voor het oprapen liggen.

~

De programmering van een massaal festival als RockWerchter, waar bij de Red Hot Chili Peppers maar liefst 70.000 mensen aan het luisteren waren, is uitdagender dan de laatste drie edities van het pretentieuze Lowlandsfestival, dat dit jaar eind augustus weer neerdaalt in de polder van Flevoland. Zo zijn op het podium in de tent op de eerste dag achtereenvolgens de Duitse band The Notwist, The Black Rebel Motorcycle Club, The White Stripes en Sonic Youth te bewonderen. Het hoofdpodium sluit de dag af met het Belgische dEUS, dat zeer tegenviel, en de beruchte Chemical Brothers, die ruim anderhalf toebedeeld hebben gekregen om het publiek non stop tot een hoogtepunt te brengen.

Dolly Parton

Op de eerste dag spelen met name Jack en Meg White, de enige twee leden van The White Stripes, de longen uit het lijf. Ze zijn jong, hebben vier albums achter hun naam staan en hakken of hun leven ervan af hangt. Jack White plukt de liedjes de lucht uit en perst in een uur pakweg 25 nummers uit zijn gitaar, zonder oog te hebben voor het uitzinnige publiek dat instinctief aanvoelt hoe bijzonder deze combinatie is. Enorm gehyped door de pers is het een zware taak je reputatie na te leven: de twee, zoals altijd in het rood-wit gekleed, lijken er weinig moeite mee te hebben. Zo coveren ze bijvoorbeeld achteloos Dolly Partons Jolene op bloedstollend ontroerende wijze. Een eerste hoogtepunt.

Loempia

~

The Notwist heeft te kampen met een halflege tent en een belabberde uitstraling die de mooie muziek in de weg staat. Pas als ze wat oudere nummers spelen, die beduidend luider zijn dan die van het pas verschenen Neon Golden, weten ze te overtuigen. Hoe anders bij Sonic Youth, dat met een licht aangepaste setlist opnieuw vlamt en het publiek zijn wil op weet te leggen. In het algemeen mag beweerd worden dat het spelen op een festival niet te vergelijken is met het spelen in kleinere, intieme zalen. Waar in bijvoorbeeld Vera of Paradiso veel ruimte is voor experiment moet op een festival meer rekening gehouden worden met de mogelijkheden die de bezoeker tot zijn beschikking heeft. De luisteraar is niet per definitie een fan en hoort de muziek vaak pas voor de eerste keer. Als hem iets niet bevalt, winkelt hij snel verder, eet een Vietnamese loempia of zoekt andere muziek op. Sonic Youth realiseert zich dit. Dit blijkt bijvoorbeeld uit het openingsnummer, Bull In The Heather, festivalmuziek pur sang.

Fluistercountry

Een dag later gaat Mercury Rev echter genadeloos ten onder, precies om dezelfde redenen. Maandag 24 juni waren ze te zien in de Oosterpoort waar ze de ruimte hadden om te overtuigen. Maar juist in de buitenlucht op het hoofdpodium gaat de fijnzinnigheid van de muziek totaal verloren en blijft er weinig over. Ook Lambchop is geen festivalband bij uitstek, maar had het voordeel in de tent te mogen spelen met een muisstil publiek tegenover zich. Het schijnt zo te zijn dat de band in geldproblemen is geraakt, wat wellicht een verklaring vormt voor hun optreden op Werchter en het Swingin’ Groningen festival van aanstaand weekend. De fluistercountryachtige muziek staat als een huis. Groot nadeel is dat gedurende de tweede helft van hun set Queens Of The Stone Age, met Dave Grohl op drums, het hoofdpodium betreedt. Lambchop en Queens Of The Stone Age: nauwelijks een gelukkige combinatie. Eerstgenoemde verlaat jammergenoeg voortijdig het podium.

Monsterhit

~

Vlak voordat er gegeten gaat worden laat een pittige An Pierlé zien wat te doen met lastige mannen. Begeleid door een volwaardige band bewerkt zijzelf, zittend op haar traditionele skippybal, haar piano terwijl ze ondanks haar geringe leeftijd de absolute regie in handen heeft. Hoogtepunt van het optreden is het moment waarop ze klassieke muziek combineert met Kylie Minogue’s monsterhit Can’t Get You Out Of My Head, gezongen door haar drie onderdanige mannelijke bandleden. Een beeldschone femme fatale die sinds haar solo-optredens op slechts een piano enorm gegroeid is en een belofte blijft voor de toekomst. ’s Avonds verbaast Air door ieder nummer van hun groeiende oeuvre live te brengen, zonder hulp van een DJ.

Kane verkoopt niet

Zondag slaat de festivalmoeheid met name in de benen toe en weet eigenlijk alleen Millionaire de pijn te verlichten. Omdat de band wegens technische problemen twintig minuten te laat begint, wordt de spanning extra opgevoerd. Het geduld van een morrend en jong publiek wordt ruimschoots beloond. Zelden zal er een enthousiastere band bestaan hebben dan de mannen van Millionaire, aangevoerd door de hyperactieve dEUS-gitarist Tim Vanhamel. Na een blik geworpen te hebben op Yann Tiersen, de Fransman die verantwoordelijk is voor de soundtrack van Amélie en beloond werd met een Oscarnominatie, nog even de zon in langs de T-shirt stand. Op de shirts van Kane na, die troosteloos in de brandende zon hangen te verkleuren, wordt er flink verkocht. Een teken aan de wand dat het festival succesvol publiekstrekkers heeft weten te combineren met talentrijke nieuwkomers en dwarse grootheden.

Muziek / Concert

Sonic Youth

recensie:

Paradiso, de Amsterdamse muziektempel die oorspronkelijk onderdak bood aan religieuze behoeftigen, had voor het concert van Sonic Youth wel drie à vier keer uitverkocht kunnen raken. Mensen klampten je buiten aan met angstige oogjes, in het Engels vragend, bedelend, om een reservekaartje. Binnen, in de zaal met de balustrade en het glas in lood, is de sfeer vertrouwd aangenaam. Sonic Youth fans zijn vaak wat ouder, rustiger en ervarener. Kalende mannen met nog maar een randje van grijze plukjes, moeders die in het kader van een complete opvoeding hun in het zwart geklede gothic dochters laten zien wat echte muziek inhoudt.

~

Sonic Youth timmert inmiddels al zo’n zeventien jaar aan zijn eigen, onmiskenbaar eigenzinnige muzikale weg. Deze, voor een gitaarband ongekend lange, periode kenmerkt zich door een continue zucht naar verbreding, naar experiment en naar verdieping. Deze zoektocht leidde enkele weken geleden tot een nieuw album, Murray Street. Op dit nieuwe album wordt voor het eerst Jim O’Rourke als volwaardig bandlid genoemd: ook op het podium heeft hij, schuin achter Kim Gordon, zijn plaats ingenomen.

Noise-uitbarstingen

~

Het is nog steeds een verademing, zeker in deze tijden van muzikale eenheidsworst, om te zien hoe buitengewoon volwassen en ervaren de bandleden op elkaar ingespeeld zijn. Echter, ondanks de leeftijd van de bandleden, die gemiddeld rond de 40 jaar ligt, is er aan overtuigingskracht vrijwel niets ingeboet. Er is een andere invulling aan gegeven. Waar vijftien jaar geleden, bijvoorbeeld op het nog altijd actuele album Daydream Nation, betrokken teksten woedende gitaren begeleidden, worden tegenwoordig zorgvuldig spanningsvelden opgebouwd, afgewisseld door traditionele noise-uitbarstingen. Zo ook op het concert van donderdag 29 juni, overigens met een Thurston Moore die ouwehoerensoep gegeten had en zelden kon stoppen met gezellig keuvelen naar het publiek en de bandleden toe.

Natte dromen

Als te doen gebruikelijk speelde Sonic Youth zeer veel nieuwe nummers, in dit geval het totale laatste album. Nummers die direct opvielen waren de openingstrack van Murray Street, The Empty Page, die live iets harder gebracht werd dan op het album. Ook Rain On Tin, opnieuw een nummer van de onofficiële voorman Thurston Moore, was live zo mogelijk nog overtuigender dan op het album. Als luisteraar werd je meegesleept van subtiel naar luid en weer terug, met gitaarpartijen waar lullig aandoende gitaristen als die van Kane natte dromen van krijgen maar door de vier gitaristen van Sonic Youth met een kinderlijke eenvoud gespeeld werden. Op geen enkele wijze vloekten de nieuwe nummers met het oudere materiaal, waarvoor ook een plaats was ingeruimd.

Zo werd het zestien jaar oude nummer Shadow Of A Doubt van stal gehaald, redelijk zuiver gezongen door Kim Gordon. Eric’s Trip zorgde voor tumultueus publiek, maar vooral het slot deed smeken om meer. Gordon legde haar gitaar aan de kant, zette een ietwat minder chagrijnig gezicht op, en brulde/gierde/snoof een woest gierende versie van Drunken Butterfly de zaal in, waarna de band het podium verliet om naar België te reizen voor een optreden in de tent van het muziekfestival Werchter.

8WEEKLY

Een dagje op de Drentse hei

Artikel: Dutch TT Assen 2002

Het is een op het oog gewone zaterdagmorgen in het rustieke Drentse plaatsje Laaghalen nabij Assen. 51 weken per jaar gebeurt hier helemaal niks. Maar elk laatste weekend van juni wordt die rust verstoord door het geluid van gierende motoren, zingende en drinkende Duitsers, in leer gehulde bikers, enthousiaste fans en bovenal duizenden motoren. Het is weer tijd voor de Dutch TT.

~

Sinds 1989 ga ik met mijn vader en zijn vrienden mee naar de races op het beroemde circuit van Assen. Ik was nog maar een jaar of twaalf, en echt verstand van motoren had ik niet. Al onwetende luisterde ik gefascineerd naar de anekdotes en avonturen die de groep bij vorige edities hadden meegemaakt. Namen als Agostini, Middelbrug en Hartog vlogen me om de oren. TT was naast motoren vooral mensen kijken, want je zag de meest bizarre creaties voorbij lopen. Het is nu 2002, en mijn vriendin gaat voor het eerst mee. Ik ben inmiddels al zo vaak geweest dat ik mijn eigen anekdotes heb verzameld. Streuer, Spaan, De Vries, Zeelenberg en Molenaar hebben mij begin jaren negentig enkele spannende middagen bezorgd. Nederlandse overwinningen en podiumplaatsen zaten er de laatste drie jaar niet echt in, maar mijn enthousiasme voor een middagje Assen is er niet minder om geworden.

Met m’n Marie naar de TT

~

De dag begint om een uur of elf. Met z’n twintigen verlaten we mijn ouderlijk huis in Hijken (nog zo’n gehucht) en fietsen we via de heide en Laaghalen naar het circuit. Hoe dichter we bij het circuit komen, hoe gevaarlijker de tocht wordt. Auto’s, motoren, fietsen en voetgangers persen zich dwars door elkaar over kleine boerenlandweggetjes. De buurtbewoners zetten hun stoeltjes in de tuin en kijken naar de bonte stoet die elk jaar weer langs hun huizen trekt. Een open busje rijdt stapvoets door terwijl de inzittenden alvast een eigen feestje begonnen zijn. De zijdeuren staan wagenwijd open, en het bier vloeit rijkelijk. De klassieker Met m’n Marie naar de TT klinkt krakend uit een box in de hoek van het busje.

Urine en koude patat

Na het vastzetten van onze fietsen begeven we ons op het terrein. Donkere wolken boven het circuit, dus regen is zeker niet uitgesloten. De lucht van rubber en benzine vermengt zich met urine (hé, dat rijmt). Ook een vertrouwd beeld: rijen naast elkaar staande mannetjes die in een slootje pissen. Iedereen verdringt zich voor de hamburgerkraampjes waar men zonder problemen twee euro vijftig uitgeeft aan een half koude hamburger of worst. De patat is niet te eten, de bakjes worden steeds kleiner, en het vet is niet goed meer, perfect dus.

Leesvoer voor de fans

~

Toen ik in ’89 voor het eerst ging kregen we 5 gp’s voorgeschoteld: de 80cc, 125cc, 250c, 500cc en de zijspannen. Tegenwoordig zijn er nog maar drie races waar men voor komt. Zo’n BMW race is leuk voor de liefhebber, maar op de tribune vermaakt men zich met het programmaboekje, een biertje en de uitgebalanceerde inhoud van een prachtig knaapjesblad als FHM (voor de gelegenheid gratis bijgeleverd bij het programma boekje). Nadat ik hierin heb gelezen hoe ik nymfomanen kan neuken, wat de lekkerste wijven zijn en dat vreemdgaan iets is wat je beslist moet doen voor je dertigste is het tijd voor de eerste GP.

Weinig spektakel

De 125cc en 250cc zijn voor het publiek een tikje teleurstellend. De races zijn allesbehalve spannend te noemen, en bovendien geen Nederlander of Duitser die voorin meedoet. Dat Jarno Janssen uiteindelijk 17e in de 250cc wordt zal het publiek dan ook niet op de banken brengen. Een valpartij hier, een pitspoes daar en vooral veel dronken grappen lijken de voornaamste vormen van vermaak. Zodra de pitspoezen met de startbordjes het circuit oplopen worden diverse verrekijkers tevoorschijn gehaald. Even dreigt het dan toch te gaan regenen, maar het blijft bij een paar spettertjes. Al met al lijkt het een rustig middagje te worden, zo eentje waar God kijkt, en ziet dat het goed is.

Rossi di BOSSi

~

Dit alles verandert als de vroegere 500cc (tegenwoordig het dat MotoGP) begint. Publieksfavoriet Rossi komt bij de start niet goed weg, en ligt derde. Al snel steekt hij ex-kampioen Biaggi voorbij en om een direct duel om de eerste plek uit te vechten met Alex Barros uit Brazilië. Het publiek wordt steeds enthousiaster en vuurt de beide kemphanen aan. De kenners schudden echter wijs het hoofd. Rossi speelt een spelletje, zijn motor is duidelijk beter, en hij houdt zich in. Een ronde of twaalf houdt Rossi de schijn op, maar dan geeft hij vol gas en demonstreert hij waarom zijn team alle races dit jaar heeft gewonnen. In twee ronden is het gat met Barros zo groot dat de laatste ronden een formaliteit blijken. Het publiek blijft enthousiast toeteren en zwaaien, mede door een toch redelijke klassering van Nederlander Jurgen Van der Goorbergh die zijn Honda naar een keurige tiende plek weet te sturen.

Chaos alom

De finish van Rossi is voor het publiek een teken om over de hekken te klimmen en het circuit te betreden. Mannen rennen uitgelaten met opblaaspoppen rond, steppen dronken over het circuit of proberen een schouderklopje aan de winnaar uit te delen. Nog snel even een vlaggetje kopen, en dan op weg naar huis. Wederom proppen duizenden mensen zich op de omringende modderpaden en landweggetjes, voor de vaste TT ganger een welbekende chaos. Soms lijkt het ongelofelijk dat er relatief zo weinig ongelukken gebeuren als je de hoeveelheden bier koppelt aan de chaos bij het vertrek van het circuit. Eenmaal weer op de hei keert de rust terug. Het is zo ongeveer half zes, en moe maar voldaan fietsen we toch nog in het zonnetje naar huis. Dag TT-Assen, tot volgend jaar!

Film / Films

Bad Company

recensie: Bad Company

Het heeft niet veel zin om te zeggen dat een film als Bad Company helemaal nergens op slaat. Bij een Jerry Bruckheimer-productie hoef je geen logisch verhaal of intelligente dialogen te verwachten: de man staat garant voor niet meer dan actie, geweld, wat humor en nog meer actie. Helaas schiet deze film ook daarin nogal tekort.

~

Zelfs met je spreekwoordelijke verstand op nul is het aantal plotgaten en clichés moeilijk bij te houden. Maar waar dat normaal gesproken verdoezeld wordt door een snelle portie actie, laten Bruckheimer en regisseur Schumacher het hier afweten. Met zo weinig vaart en zulke lauwe actie, worden de twee uur waarin ze verder met minimale inspanning vooral pogingen tot humor en een langdradige ontwikkeling van de plot doen, nogal vermoeiend.

Oerdom

Het idee is als volgt: de CIA ronselt de verloren tweelingbroer van een vermoorde agent. Deze moet hen helpen om een atoombom te bemachtigen uit de handen van een stel Russen, voordat die in de handen van de Afghanen(!) valt. Het meest interessante aspect van dit verhaal is de terloops genoemde motivatie van de terroristen om New York op te blazen: Amerikanen zijn gierig, vraatzuchtig, militair agressief en oerdom. Het klinkt in het kader van de film zo aannemelijk, dat je je afvraagt waarom de Afghanen hier niet de helden zijn!

Clichés

~

Wat een respectabele acteur als Anthony Hopkins in deze film doet, is onduidelijk. Om onverklaarbare redenen steevast met een tandenstoker in zijn mondhoek en naarstig kauwgom kauwend acteert hij op de automatische piloot in zijn humorloze rol. De energieke brulboei Chris Rock is zoals gewoonlijk goed voor een handjevol grappige scènes, maar daar blijft het ook bij. De man is niet in staat om meer dan een passe-partout-grapjas neer te zetten. En het wandelende cliché Peter Stormare zou onderhand ook zelf wel eens kunnen gaan geloven dat hij echt een vlassige Russische onderwereldfiguur is in plaats van een ondergewaardeerde Zweedse acteur. Nee, de karikaturen, ongedefinieerde personages en clichés (Afghaanse terroristen, net op tijd ontmantelde bom, romance, happy end, enz. enz.) zijn niet van de lucht. De essentie van een dergelijke clichéfilm is helaas ook niet best vertegenwoordigd: de humor slaat meestal de plank volledig mis, en de actie is niet om over te spreken in een film die ook nog eens veel te lang duurt.

Gezichtsloos

Van Bruckheimers gangbare geweldsvuurwerk valt hier bar weinig te genieten, behalve in een heftige auto-achtervolging tegen het einde – met gemak de beste scène uit de hele film. Veteraan Joel Schumacher heeft altijd een uitgesproken voorkeur voor modieus publieksvermaak gehad (St. Elmo’s Fire, Flatliners, Falling Down), maar wat hij hier tentoonspreidt is een dermate gezichtsloze, rommelige en vage regie, dat er net zo goed een beginnende B-regisseur in zijn plaats had kunnen staan. Een Chris Rock-film is het ook niet, zelfs daarvoor heeft zijn rol te weinig inhoud.

Popcorn

Je vraagt je af waar de heer Bruckheimer met wat meer goede wil toe in staat zou zijn. Koppel zijn over-de-top actie-expertise aan een scenarioschrijver met enige intelligentie, maak er een met een capabele regisseur een op zijn minst coherent geheel van, en je zou in theorie een heel aardige film hebben. Bad Company is dat dus niet: deze film komt nog niet eens in de buurt van wat een poging tot een echte popcorn-geweldfilm op zijn minst had kunnen zijn. Overslaan!

8WEEKLY

Brinta en een nachtje doorhalen

Artikel: Een paptest

.

~

Tong langs je tanden

Allereerst werd de Wake Up! variant door het keelgat gegoten. Van vroeger konden we de typische geur van opgelost brood die samengaat met dit drinkontbijt herinneren. Vooral bij de soorten met een toegevoegde smaak is Brinta er redelijk in geslaagd deze muffe lucht weg te werken. De nieuwe fruitsmaken zijn goed te drinken, alhoewel je zo nu en dan wel even je tong langs de tanden moet halen om je mond helemaal leeg te krijgen. De chocoladevariant daarentegen had beter niet op de markt gebracht kunnen worden, aangezien de smaak slechts lafjes tegen chocolade aanhangt (en nee, een beetje cacao erdoor mixen helpt NIET!). Voor de bereiding is het handig om even te leren om 156 à 157 ml melk af te meten, want anders moet je ook iedere keer weer de litermaat afwassen. Het kopje zelf kost al tijd genoeg (en laat het niet een aantal uur staan, laat staan dagen).

Brinta met gedroogde appel

~

En laten we dan nu overgaan op het échte eten. Behalve de ouderwetse Brinta is tegenwoordig ook een nieuwe soort verkrijgbaar: Brinta Fruit Vit. Dit is de gewone Brinta vermengd met gedroogde appel en rozijnen en een beetje druivensuiker voor de koolhydraten. Vergeleken met de Wake Up!-jes hakt dit er flink in. Net als de gewone Brinta ligt Fruit Vit als een blok beton in de maag. Lekker voor een nachtje doortrekken dus.

Klassieke Brinta blijft de beste

Geconcludeerd kan worden dat Brinta best een goed ontbijt is. Toch blijft de klassieke versie de voorkeur genieten. Fruit Vit wint het wel qua smaak maar is een stuk duurder dan zijn voorganger. Desondanks ben je met een bord Brinta in ieder geval twee keer zo duur uit als met een boterham kaas. Wake Up! is net zo duur als Fruit Vit, het enige voordeel is dat het sneller is, maar wat smaak betreft moet dit drinkontbijt toch het onderspit delven.
Wat betreft de afwas is het verstandig om bij alle Brinta producten snel het servies uit te spoelen. Als je hier te lang mij wacht kan je namelijk wel eens zwaar in de problemen komen. Dat is samen met de prijs dus niet echt een pluspunt voor studenten.

De resultaten

Kleur Geur Smaak Structuur Vulling Prijs per portie incl. melk Bereidingsgemak
Brinta gewoon 7 7 7,5 7,5 9 0,24 7
Brinta Fruitvit 6,5 6 8 7,5 9 0,39 7
Wake Up! Naturel 4 5 6 7,5 7 0,37 7
Wake Up! Perzik-Abrikoos 4 5,5 7,5 7,5 7 0,37 7
Wake Up! Banaan 4 5 7,5 7,5 7 0,37 7
Wake Up! Chocolade 7 5 4 7,5 7 0,37 7

Links

www.brinta.nl

8WEEKLY

Brinta en een nachtje doorhalen

Artikel: Een paptest

.

~

Tong langs je tanden

Allereerst werd de Wake Up! variant door het keelgat gegoten. Van vroeger konden we de typische geur van opgelost brood die samengaat met dit drinkontbijt herinneren. Vooral bij de soorten met een toegevoegde smaak is Brinta er redelijk in geslaagd deze muffe lucht weg te werken. De nieuwe fruitsmaken zijn goed te drinken, alhoewel je zo nu en dan wel even je tong langs de tanden moet halen om je mond helemaal leeg te krijgen. De chocoladevariant daarentegen had beter niet op de markt gebracht kunnen worden, aangezien de smaak slechts lafjes tegen chocolade aanhangt (en nee, een beetje cacao erdoor mixen helpt NIET!). Voor de bereiding is het handig om even te leren om 156 à 157 ml melk af te meten, want anders moet je ook iedere keer weer de litermaat afwassen. Het kopje zelf kost al tijd genoeg (en laat het niet een aantal uur staan, laat staan dagen).

Brinta met gedroogde appel

~

En laten we dan nu overgaan op het échte eten. Behalve de ouderwetse Brinta is tegenwoordig ook een nieuwe soort verkrijgbaar: Brinta Fruit Vit. Dit is de gewone Brinta vermengd met gedroogde appel en rozijnen en een beetje druivensuiker voor de koolhydraten. Vergeleken met de Wake Up!-jes hakt dit er flink in. Net als de gewone Brinta ligt Fruit Vit als een blok beton in de maag. Lekker voor een nachtje doortrekken dus.

Klassieke Brinta blijft de beste

Geconcludeerd kan worden dat Brinta best een goed ontbijt is. Toch blijft de klassieke versie de voorkeur genieten. Fruit Vit wint het wel qua smaak maar is een stuk duurder dan zijn voorganger. Desondanks ben je met een bord Brinta in ieder geval twee keer zo duur uit als met een boterham kaas. Wake Up! is net zo duur als Fruit Vit, het enige voordeel is dat het sneller is, maar wat smaak betreft moet dit drinkontbijt toch het onderspit delven.
Wat betreft de afwas is het verstandig om bij alle Brinta producten snel het servies uit te spoelen. Als je hier te lang mij wacht kan je namelijk wel eens zwaar in de problemen komen. Dat is samen met de prijs dus niet echt een pluspunt voor studenten.

De resultaten

Kleur Geur Smaak Structuur Vulling Prijs per portie incl. melk Bereidingsgemak
Brinta gewoon 7 7 7,5 7,5 9 0,24 7
Brinta Fruitvit 6,5 6 8 7,5 9 0,39 7
Wake Up! Naturel 4 5 6 7,5 7 0,37 7
Wake Up! Perzik-Abrikoos 4 5,5 7,5 7,5 7 0,37 7
Wake Up! Banaan 4 5 7,5 7,5 7 0,37 7
Wake Up! Chocolade 7 5 4 7,5 7 0,37 7

Links

www.brinta.nl