~
Wende omschrijft haar voorstelling Wende als een combinatie tussen toneel en zangprogramma. Ze wilde in ieder geval geen ‘verhaaltje-liedje-applaus’ doen. In haar show wordt ze ondersteund door vijf muzikanten: piano, viool, altviool, cello en iemand die zowel accordeon, bugel en percussie speelt. Samen met hen brengt ze Franse chansons uit de jaren 50 en 60; van Brel tot Piaf en eigen werk. Zeker een gewaagde keuze, maar opvallend is dat ze juist een nieuw, jong publiek heeft weten te interesseren voor dit genre. Dat vond ook de jury van de British American Tobacco prijs.
Wende, allemaal lovende woorden van de jury. Kreeg je er rode wangen van?
~
Ik weet nooit zo goed hoe ik daarmee om moet gaan. Eigenlijk is het ook wel ongemakkelijk als je die dingen over jezelf hoort, hoewel het aan de andere kant leuk is om zoiets te horen over datgene wat je zelf met veel liefde hebt gemaakt.
Wat doet het met je nu je zo’n belangrijke prijs hebt gewonnen?
Ik ben er wel trots op. Het is leuk om gewaardeerd te worden op zo’n manier en het is helemaal te gek om in een rijtje te staan van mensen – die ik over het algemeen ook wel hoog hebt zitten – die de prijs ook gewonnen hebben.
Heb je het idee dat je nu nog harder je best moet doen?
Nee, ik probeer in principe altijd m’n best te doen. Als ik dat ga forceren wordt het een beetje drammerig en dat is voor het publiek niet leuk, maar voor mij ook niet.
Je hebt natuurlijk niet alleen een titel gewonnen, maar ook geld: een beurs van tienduizend euro. Waar ga je dat aan uitgeven?
Daar ben ik nog niet helemaal over uit eigenlijk. Het is wel leuk om te fantaseren wat je er allemaal mee zou kunnen doen, maar dat verandert nu zo’n beetje elk moment. Het moet wel aan iets uitgegeven worden waarmee ik mezelf in het theater verder kan ontwikkelen, maar ook dan blijft er nog genoeg te fantaseren over: acteerlessen in New York of flamenco leren in Sevilla, dat soort dingen.
Heb jij mensen die je als voorbeeld ziet? Tegen wie kijk je bijvoorbeeld op?
Het verandert elke keer tegen wie ik opkijk. Op dit moment staan Rufus Wainwright en Tom Waits erg hoog op de lijst; ze kunnen mooie verhalen schrijven en daar dan ook nog eens te coole muziek onder zetten. Maar ook choreografe Anne Therese de Keersemaeker of Madonna zijn bronnen van inspiratie, en de filmmakers Jim Jarmusch en Fellini en… nou ja, ga zo nog maar even door. Er zijn echt te veel mooie dingen gemaakt en ik probeer veel dingen te zien, te horen en te lezen. Een schrijver zei eens: “Ik weet dat ik niet lang genoeg leef om alle mooie boeken in de wereld te kunnen hebben gelezen,” en zo voel ik dat ook wel eens. Dan niet alleen boeken, maar ook films, toneelstukken, muziek, kunst enzovoort… Doodvermoeiend.
Even over je voorstelling. Franse chansons, wat heb jij toch met die taal?
Ik heb van m’n zesde tot en met m’n negende in Afrika, Guinee-Bissau, gewoond en daar zat ik op een Franse school. Het is de taal waarin ik heb leren rekenen en schrijven, dus het zit wel in me. Ik spreek het niet vloeiend meer, maar ik kom een aardig eind. Zeker als ik dronken ben, maar misschien denk ik op dat moment zelf wel dat ik het dan heel goed kan.
Was je voordat je de theaters in ging niet bang dat zo’n voorstelling niet zou aanslaan?
Over aanslaan heb ik nooit nagedacht, want ik zocht zoveel mogelijk naar manieren en plekken om zo vaak als het kon te kunnen zingen en performen. Dat is gelukkig gelukt en als dat niet was gebeurd, had ik dat wel jammer gevonden. Ik mag dit jaar van september tot en met december tachtig voorstellingen door het land spelen. Anders waren dat misschien wel minder geweest, of helemaal niet.
Ben je nog wel van plan een hele andere weg in te slaan en de chansons achter je te laten?
Ik kan natuurlijk niet in de toekomst kijken, maar ik weet wel dat ik nog een heleboel andere dingen wil uitproberen. Er zijn nog zoveel mooie liedjes, ook in andere talen, die ik wel zou willen zingen. En ik zou zelf ook graag nog veel willen maken en ik weet niet of dat altijd Frans zal zijn. Deze zomer ga ik het toneelstuk Eva en Adam op het Oerol festival spelen, dus dat is wel wat anders. Ik vind leuk om ook toneel te spelen, dus ik hoop dat ik dat in de toekomst kan blijven combineren.
Wat heb je met theater?
Ik vind het zo magisch dat je een plek met stoelen en een podium kan gebruiken om daar een verhaal te laten zien. Mensen komen daar naar toe voor ongeveer anderhalf uur, dan maak je samen iets mee en dan is het voorbij. Je kan het wel vastleggen met een camera, maar je kan dat moment nooit meer terughalen, je moet er echt bij zijn geweest om de herinnering te hebben. Ik vind die vergankelijkheid wel een mooi gegeven. Verder vind ik het ook leuk dat ik, als een soort slak, m’n ‘eigen huis’ meeneem; ik heb een voorstelling en die blijft in principe wat het is en dat neem ik mee naar allemaal verschillende plekken. De ruimte waar ik m’n voorstelling neerzet is dan voor even ‘mijn huis’.
Waar ben je momenteel mee bezig?
Op dit moment zijn we een dvd van de voorstelling aan het maken. Deze komt in september uit. Het is de bedoeling dat het niet zomaar een registratie van de voorstelling wordt zoals die in het theater te zien is, maar dat de voorstelling wordt vertaald naar iets wat mensen op een beeldscherm zien. Het zijn toch twee verschillende manieren van communiceren, beeld of theater. In mei zijn er nog wat voorstellingen en 14 augustus speel ik in het Concertgebouw, wat ik echt retespannend vind! Verder ga ik deze zomer dus naar Oerol en ik ben altijd wel muziek aan het maken. In september begint de tour weer, die gaat door tot en met december.
‘Er zijn echt te veel mooie dingen gemaakt’
/ 0 Reactiesdoor: Nathalie van Eck0 SterrenMensen als de Ashton Brothers, Marc-Marie Huijbregts, Thomas Acda, Stef Bos, Lenette van Dongen en Montezuma’s Revenge gingen haar voor. Wende Snijders mag zich sinds deze maand de gelukkige winnaar noemen van de British American Tobacco Prijs (voorheen Pall Mall Export Prijs), de bekendste prijs op het gebied van de kleinkunst in Nederland en bedoeld als een stimulans voor jonge talenten. Deze gezellige dame die in 1978 het levenslicht zag, heeft in Amsterdam gestudeerd aan de Academie voor Kleinkunst. Daarna ging het balletje snel rollen en staat Wende alweer een tijdje op de bühne met haar eigen theaterprogramma. En met succes, want de voorstelling gaat zelfs in het nieuwe theaterseizoen in reprise.
~
Wende omschrijft haar voorstelling Wende als een combinatie tussen toneel en zangprogramma. Ze wilde in ieder geval geen ‘verhaaltje-liedje-applaus’ doen. In haar show wordt ze ondersteund door vijf muzikanten: piano, viool, altviool, cello en iemand die zowel accordeon, bugel en percussie speelt. Samen met hen brengt ze Franse chansons uit de jaren 50 en 60; van Brel tot Piaf en eigen werk. Zeker een gewaagde keuze, maar opvallend is dat ze juist een nieuw, jong publiek heeft weten te interesseren voor dit genre. Dat vond ook de jury van de British American Tobacco prijs.
Wende, allemaal lovende woorden van de jury. Kreeg je er rode wangen van?
~
Wat doet het met je nu je zo’n belangrijke prijs hebt gewonnen?
Ik ben er wel trots op. Het is leuk om gewaardeerd te worden op zo’n manier en het is helemaal te gek om in een rijtje te staan van mensen – die ik over het algemeen ook wel hoog hebt zitten – die de prijs ook gewonnen hebben.
Heb je het idee dat je nu nog harder je best moet doen?
Nee, ik probeer in principe altijd m’n best te doen. Als ik dat ga forceren wordt het een beetje drammerig en dat is voor het publiek niet leuk, maar voor mij ook niet.
Je hebt natuurlijk niet alleen een titel gewonnen, maar ook geld: een beurs van tienduizend euro. Waar ga je dat aan uitgeven?
Daar ben ik nog niet helemaal over uit eigenlijk. Het is wel leuk om te fantaseren wat je er allemaal mee zou kunnen doen, maar dat verandert nu zo’n beetje elk moment. Het moet wel aan iets uitgegeven worden waarmee ik mezelf in het theater verder kan ontwikkelen, maar ook dan blijft er nog genoeg te fantaseren over: acteerlessen in New York of flamenco leren in Sevilla, dat soort dingen.
Heb jij mensen die je als voorbeeld ziet? Tegen wie kijk je bijvoorbeeld op?
Het verandert elke keer tegen wie ik opkijk. Op dit moment staan Rufus Wainwright en Tom Waits erg hoog op de lijst; ze kunnen mooie verhalen schrijven en daar dan ook nog eens te coole muziek onder zetten. Maar ook choreografe Anne Therese de Keersemaeker of Madonna zijn bronnen van inspiratie, en de filmmakers Jim Jarmusch en Fellini en… nou ja, ga zo nog maar even door. Er zijn echt te veel mooie dingen gemaakt en ik probeer veel dingen te zien, te horen en te lezen. Een schrijver zei eens: “Ik weet dat ik niet lang genoeg leef om alle mooie boeken in de wereld te kunnen hebben gelezen,” en zo voel ik dat ook wel eens. Dan niet alleen boeken, maar ook films, toneelstukken, muziek, kunst enzovoort… Doodvermoeiend.
Even over je voorstelling. Franse chansons, wat heb jij toch met die taal?
Ik heb van m’n zesde tot en met m’n negende in Afrika, Guinee-Bissau, gewoond en daar zat ik op een Franse school. Het is de taal waarin ik heb leren rekenen en schrijven, dus het zit wel in me. Ik spreek het niet vloeiend meer, maar ik kom een aardig eind. Zeker als ik dronken ben, maar misschien denk ik op dat moment zelf wel dat ik het dan heel goed kan.
Was je voordat je de theaters in ging niet bang dat zo’n voorstelling niet zou aanslaan?
Over aanslaan heb ik nooit nagedacht, want ik zocht zoveel mogelijk naar manieren en plekken om zo vaak als het kon te kunnen zingen en performen. Dat is gelukkig gelukt en als dat niet was gebeurd, had ik dat wel jammer gevonden. Ik mag dit jaar van september tot en met december tachtig voorstellingen door het land spelen. Anders waren dat misschien wel minder geweest, of helemaal niet.
Ben je nog wel van plan een hele andere weg in te slaan en de chansons achter je te laten?
Ik kan natuurlijk niet in de toekomst kijken, maar ik weet wel dat ik nog een heleboel andere dingen wil uitproberen. Er zijn nog zoveel mooie liedjes, ook in andere talen, die ik wel zou willen zingen. En ik zou zelf ook graag nog veel willen maken en ik weet niet of dat altijd Frans zal zijn. Deze zomer ga ik het toneelstuk Eva en Adam op het Oerol festival spelen, dus dat is wel wat anders. Ik vind leuk om ook toneel te spelen, dus ik hoop dat ik dat in de toekomst kan blijven combineren.
Wat heb je met theater?
Ik vind het zo magisch dat je een plek met stoelen en een podium kan gebruiken om daar een verhaal te laten zien. Mensen komen daar naar toe voor ongeveer anderhalf uur, dan maak je samen iets mee en dan is het voorbij. Je kan het wel vastleggen met een camera, maar je kan dat moment nooit meer terughalen, je moet er echt bij zijn geweest om de herinnering te hebben. Ik vind die vergankelijkheid wel een mooi gegeven. Verder vind ik het ook leuk dat ik, als een soort slak, m’n ‘eigen huis’ meeneem; ik heb een voorstelling en die blijft in principe wat het is en dat neem ik mee naar allemaal verschillende plekken. De ruimte waar ik m’n voorstelling neerzet is dan voor even ‘mijn huis’.
Waar ben je momenteel mee bezig?
Op dit moment zijn we een dvd van de voorstelling aan het maken. Deze komt in september uit. Het is de bedoeling dat het niet zomaar een registratie van de voorstelling wordt zoals die in het theater te zien is, maar dat de voorstelling wordt vertaald naar iets wat mensen op een beeldscherm zien. Het zijn toch twee verschillende manieren van communiceren, beeld of theater. In mei zijn er nog wat voorstellingen en 14 augustus speel ik in het Concertgebouw, wat ik echt retespannend vind! Verder ga ik deze zomer dus naar Oerol en ik ben altijd wel muziek aan het maken. In september begint de tour weer, die gaat door tot en met december.
Interview met Wende Snijders
Link: Wende Snijders
Misschien ook iets voor u
Op weg naar Terschelling
.
~
Het meer visuele theater valt hierdoor op de avond een beetje weg. Ik stel me voor dat de kleinkunstoptredens op Oerol zelf door hun veelheid, verscheidenheid en hun voortdurend onverwachtse opduiken, het gevoel geven van zwerven door een wonderlijke wereld. In Paradiso trekt vooral de muziek de aandacht. Maar de sfeer is levendig en zit er goed in.
Eerste indruk
In de ontvangsthal en voor in de grote zaal tegenover de bar zijn meteen bij binnenkomst sporen zichtbaar van straattheater, nu het nog rustig is. Op de trap buitelt een narrenduo van boven naar beneden en weer terug, en we zien meer geschminkte figuren. Aan de balkons van de grote zaal en achter het grote podium hangen sepiakleurige afbeeldingen van mensen, mannen met baarden vaak, een soort etnische platen. Het is niet duidelijk wat deze gezichten ons moeten vertellen? Dat Oerol artiesten trekt van over de hele wereld? Dit jaar staat Oerol in ieder geval in het teken van internationale samenwerking.
Vrolijke noot
~
Cross-over
In Paradiso blijf je ondertussen vreemde figuren tegen het lijf lopen: een man met een aardappel in zijn mond, een pasgetrouwd stel in bruidskleding. In de bovenzaal is een bijzondere cross-over van muziek, dans, projectie en schilderkunst. Het podium toont een jonge dansende vrouw, muziek van Michaël Nymann klinkt, en een schilderes verft de moderne bewegingen grillig op in een leeg boek dat achter de danseres wordt geprojecteerd. Een andere performance laat twee jonge meiden zien, gekleed in zwart uniform en hoed, die stoer een nummer playbacken. Pussy power misschien, maar wat ze willen overbrengen, blijft onduidelijk.
Relaxte topmuziek
~
Gezellig
Al met al is het een gezellige avond met de lente in de lucht. Maar een goed beeld van bijzondere filmproducties, internationale theaterstukken en van wat nu echt straattheater is, krijgen we niet. Daarvoor zullen we het vasteland moeten verlaten, en écht naar buiten, het eiland op.
Oerol aan de vloedlijn
Gezien op zaterdag 12 maart 2005 in Paradiso, AmsterdamMisschien ook iets voor u
Voor de echte fanaten
Eindelijk weer een regisseur die filmfans snapt. Hellboy-regisseur Guillermo del Toro brengt een 2-Disc Special Edition uit voor de prijs van een standaard-dvd. Smullen voor de fans dus, want met deze in prachtige hoes gestoken uitgave ben je wel een dagje zoet. Voor de echte fanaten is er ook nog een set met drie discs en een beeldje van de rode antiheld te krijgen.
~
Commentaar
De film is met de eerste disc op verschillende manieren te bekijken. Allereerst is daar natuurlijk het commentaar, dat tegenwoordig op geen enkele dvd meer mag ontbreken. Del Toro en Hellboy-bedenker Mike Mignola nemen de eerste commentaartrack voor hun rekening. Vooral Del Toro is niet te stoppen in zijn enthousiasme om over zijn project en alle aspecten van het filmmaken te vertellen. De andere track staat op naam van een handjevol acteurs, onder wie Ron Perlman (Hellboy) en Selma Blair (Liz). Deze track is humoristischer en is daardoor een fijne tegenpool voor het meer serieuze andere commentaar.
Storyboard
~
Boordevol extra’s
De tweede disc staat vol met allerlei extra’s, die worden ingeleid door een niet erg enthousiast klinkende Selma Blair. De extra’s zijn ingedeeld in hoofdstukken met fijn klinkende namen als Egg Chamber en Kroenen’s Lair. Vooral de Egg Chamber is de moeite waard. Er staan drie deleted scenes op, die zijn te bekijken met of zonder commentaar van de regisseur. Daarnaast is er de documentaire Seeds of Creation, die stap voor stap het tot stand komen van Hellboy laat zien, tot aan de première aan toe. Alsof dat allemaal nog niet genoeg was, is er ook nog te genieten van maquettes van onder andere baby Hellboy en Abe Sapiens. Ook op de tweede disc staan verschillende vergelijkingen van het storyboard en de film, zoals enkele korte animaties om te kijken of een scène wel bevalt. Uiteraard ontbreken ook de filmografiën en karakter-achtergronden niet, net als de verschillende trailers.
Voor iedereen die Hellboy in de bioscoop al ontdekt heeft, is deze dvd een echte must have. Daarnaast is het ook een flinke aanrader voor comicfans, dvd-fans en een ieder die gewoon de film nog niet heeft gezien. Kopen!
Hellboy
Regie: Guillermo del ToroJaar: 2024
Distributeur: Columbia/TriStar
Misschien ook iets voor u
Voor u geselecteerd door de auteur:
Poppy stoner uit de Belgische woestijn
Onlangs werden U2, Percy Sledge, the O’Jays, the Pretenders en Buddy Guy opgenomen in de fameuze Hall of Fame. De plechtigheid vond plaats in het misschien evenzo fameuze Waldorf-Astoria te New York. Dat de Gentse band Waldorf aan dit hotel zijn naam heeft ontleend, is niet onwaarschijnlijk. Toch doet het meer denken aan één van dat duo op het balkon bij the Muppets. Want bij het luisteren van het titelloze debuut wisselen de meningen per nummer van goed naar slecht en andersom. Net wanneer je ‘booo’ wilt roepen, doen de dekselse Belgen weer iets geniaals en moet de mening weer bijgesteld worden.
~
Geen scherpe randen
Over de steeds logge basis heen komen sterren als David Bowie, Mark Lanegan en de heren van Motorpsycho om de hoek kijken. De stijlen variëren van het op dit moment weer hippe jaren 70 prog rock, via poppy stoner naar melodieuze en intense gitaarrock. De plaat had wat minder gladgeschuurd mogen zijn, want de plaat heeft een groot gebrek aan scherpe randjes en weerhaakjes. Deze hadden de nummers een grotere houdbaarheidsfactor kunnen geven. Nu klinkt het hier en daar te braaf en te voorspelbaar. Zeker wanneer een nummer als You’re Turning Into Something, You Are Not, dat soms uit de bocht dreigt te vliegen, door de productie niet over de aangegeven lijntjes heen gaat.
Trotse letters
De nummers Killing Time, Rotation South en de single Mama Said verdienen alledrie een eervolle vermelding, maar het is de schitterende afsluiter Maggots die er met de prijzen vandoor gaat. In dit nummer waart de geest van Cream en Pink Floyd en echoën de hoogtijdagen van Emerson, Lake and Palmer. Hierdoor geeft Waldorf nog een extra boost aan zijn hipheid. Na de dertien nummers, waarbij je zo nu en dan tussen de soms wat rockcliché-achtige benadering van de songs heen moet laveren en de soms bij vlagen inspiratieloze zanglijnen van Wolf Vanwijmeersch moet trotseren, ziet het er naar uit dat de wisselende meningen uiteindelijk uitslaan naar de richting van het positieve: er is dus meer dan genoeg lof te betuigen. Er bestaat gewoon een stabiele en robuuste rockplaat, waarop de naam Waldorf met trotse letters is geschreven.
Waldorf
Album: WaldorfMisschien ook iets voor u
Familie niet altijd dikker dan bloed
.
~
Toch is het niet verwonderlijk dat ’t Barre Land juist voor deze tekst kiest. Door de jaren heen heeft de groep een reputatie verworven met onspeelbaar geachte of zelden gespeelde stukken als Goethes Faust en Torquato Tasso of Tjechovs Platonov. In die lijn van verwachtingen past het stuk De familie Schroffenstein. Deze oer-duitse tragedie van de complexe auteur Von Kleist blijkt niet alleen voor de acteurs een uitdaging, maar ook voor het publiek.
Complexe materie
~
Geen weg terug
De familie Schroffenstein draait om de wraakgevoelens van het huis van Rossitz aan de ene kant van de berg naar het graafschap Warwand, aan de andere kant van de berg. Beide graafschappen behoren tot de familie Schroffenstein. De jongste telg van Rossitz wordt met afgehakte pinken gevonden in bijzijn van enkele soldaten uit Warwand. De verdachtmakingen, aannames, miscommunicatie en wraakacties die voortvloeien uit het verdriet over het verlies aan beide zijden zorgen ervoor dat er uiteindelijk geen weg meer terug is naar vrede.
Onmogelijke liefde
Onder het verhaal van de familievete zit een verhaal dat we al eerder kennen van Romeo en Julia: de onmogelijke liefde tussen twee jongelingen. Dochter Agnes en Zoon Ottokar ontdoen zich van hun vooroordelen en beginnen in het diepste geheim ver van hun burchtkastelen elkaar te vertrouwen. Maar net als Romeo en Julia worden zij het slachtoffer van de vete tussen de twee families.
De familie Schroffenstein is nog tot 14 mei te zien in Nederland en België.
Familie Schroffenstein ('t Barre land)
Artiest: 't Barre landGezien op woensdag 16 maart 2005 in Frascati, Amsterdam
Misschien ook iets voor u
Kwaliteit in verscheidenheid
In het oude grachtenpand van Huis Marseille, stichting voor fotografie in Amsterdam, is momenteel een expositie te zien van hedendaagse Britse fotografie. Made in Britain toont aan de hand van het werk van dertien fotografen een overzicht van wat er in de huidige Britse fotografie gebeurt. De status van de fotografen is zeer verschillend: van kunstenaars die het hebben gemaakt tot relatieve beginners. Ook qua onderwerp en techniek loopt het werk sterk uiteen.
Introspectie
Een hoogtepunt in de expositie is het werk van Nigel Shafran. Evenals enkele van de andere deelnemers is hij begonnen als commercieel fotograaf; Shafran was in de vroege jaren negentig een van de bekendste modefotografen in Groot-Brittannië. In 1995 publiceerde hij een boek met autonoom werk, waarna hij zich vooral op vrije fotografie ging richten. Hierin richt hij zich met name op persoonlijke onderwerpen: mensen en dingen uit zijn eigen omgeving. Bij die onderwerpen heeft hij een voorkeur voor het alledaagse. “Soms kijk ik naar oude foto’s. Wat me daarop interesseert zijn de dingen aan de randen die er niet op hadden moeten staan – een stuk zeep, rommel, dingen uit het dagelijks leven die ons vertrouwd voorkomen,” aldus Shafran. Shafrans fotoreeks in Huis Marseille toont zijn afwas, met in de titel bij elke foto wat hij die dag gegeten heeft en met wie. De foto’s geven zo een bescheiden blik op het leven van de kunstenaar. Shafran stelt hier zichzelf centraal, maar door gewone, voor iedereen vertrouwde dingen te tonen krijg je niet het gevoel dat hij exhibitionistisch is. De foto’s wekken juist een nieuwsgierigheid op om meer over zijn leven te weten te komen.
Lichtvlekken
Anders is dat bij het werk van Christopher Bucklow. Hij maakte met een pinhole-camera (een camera met een gaatje zonder lens) foto’s van de zon. De lichtvlekken die de zon geeft, vervormt hij tot silhouetten die innerlijke personages moeten voorstellen. Bucklow beeldt zichzelf in zijn werk meerdere keren af, wat het veelzijdige karakter van de fotograaf moet benadrukken. Alsof deze navelstaarderij nog niet genoeg is, zijn de foto’s ook nog eens kitscherig mooi. Ze zouden uitstekend dienst doen als ontwerp voor een new age-cd.
Boomtakken
Het werk van Susan Derges is om begrijpelijke redenen tegenover dat van Bucklow geplaatst. Ook haar werk heeft een hoog mooie-plaatjes-gehalte en ook zij heeft een bijzondere techniek. Ze maakt fotogrammen, dat wil zeggen dat ze geen camera gebruikt, maar objecten een directe afdruk laat maken op fotografisch papier. Zo maakt ze composities van maanlicht, water en boomtakken.
Eigen omgeving
Naast de introspectieve foto’s van Bucklow en Shafran is er in de expositie ook plaats voor meer naar buiten gerichte fotografen. David Trainer bijvoorbeeld laat een boeiende, rauwe serie foto’s zien van het Londense straatleven. Ook Clare Strand legde een deel van het leven in Londen vast. Ze richt zich in de serie Gone Astray op de wijk Clerkenwell, en probeert daarin achter de façades van stadsbewoners te kijken. Haar wat sinistere foto’s willen op de expositie door ruimtegebrek niet echt overtuigen (de serie is maar voor een klein deel te zien), maar door een kijkje op internet te nemen wordt duidelijk dat de foto’s in een bredere context aan zeggingskracht winnen.
De tentoonstelling eindigt met bijzonder leuke foto’s van het duo modeontwerpers Antoni + Alison. Hun onderwerpen zijn vaak simpele, bekende voorwerpen tegen een tweedimensionale achtergrond. Zo is bijvoorbeeld in Corrected Masterpiece (with Organic Lettuce) aan een poster van Monet een slakrop toegevoegd en werd een Titiaan opgesierd met een sandwich. Gelukkig ontbreekt de Britse humor in deze tentoonstelling niet.
Made in Britain
Gezien in: Huis Marseille, AmsterdamNog te zien tot: zondag 29 mei 2005
Misschien ook iets voor u
Deense succesformule
De Deense Susanne Bier regisseert al weer een jaar of vijftien familiekomedies, maar heeft pas sinds Den eneste ene (The One And Only) een rotsvaste internationale reputatie opgebouwd. Met haar laatste film, het indringende Dogma-project Elsker dig for evigt (Open Hearts), sloeg ze een meer dramatische weg in, die ze in Brothers blijft aanhouden.
~
Het gezin van legermajoor Michael (Ulrich Thomsen uit Festen) en zijn vrouw (Connie Nielsen in haar eerste Deenstalige rol) vormt een harmonieus geheel, maar wanneer Michael voor dood gehouden wordt tijdens een VN-missie in Afghanistan, neemt het verhaal een wending met dramatische gevolgen. Michaels jongere broer (Nikolaj Lie Kaas uit Open Hearts) is inmiddels ten tonele verschenen, en wanneer Michael uiteindelijk terugkeert, is niets meer zoals het was.
(Geen) Dogma
~
Onderhuids
Voor Bier en scenarioschrijver Jensen draait het om de morele implicaties en de onmogelijke spanningen tussen Michaels gezin en de andere familieleden. Ze kruipen onder de huid van hun personages, maar vellen geen oordeel en nemen geen moreel standpunt in. De verwikkeling in Brothers is bijna een tragedie in opzet, maar uiteindelijk een meer realistisch verhaal zonder gemakkelijke oplossingen en zonder catharsis of ontknoping. Dit maakt van de film een drama dat zware thema’s aansnijdt, maar daar niet diep op ingaat en zodoende geen expliciete boodschap uitdraagt. Daarom geeft Brothers weinig stof tot nadenken, maar wel twee uur lang indringend en solide drama.
Brothers (Brødre)
Regie: Susanne BierJaar: 2024
Misschien ook iets voor u
Muzikaal terug van weggeweest
Een aantal jaren geleden toerde een droevige Beck nog in zijn eentje met een akoestische gitaar om zijn nek de wereld rond. Beck was namelijk niet te troosten toen Winona Ryder en hij uit elkaar gingen. Trage, melancholieke en desolate songs met hier en daar een door Nigel Godrich vervaardigde en opbeurend strijkersarrangementje was het wat Beck te vertellen had. Nu is er Guero. En met vrouw en kind aan zijn zijde, heeft Beck de weg naar de studio teruggevonden. De ‘king of hip’ kan eindelijk weer lachen en dansen en heeft daarbij zijn oude kleren weer aangetrokken.
~
Opnieuw een palet van stijlen
Dat het geluid van Guero lijkt op die van Odelay heeft deels te maken met het feit dat Beck Mike Simpson en John King, ofwel zijn maatjes van de Dust Brothers, er opnieuw heeft bijgehaald. Deze waren destijds ook verantwoordelijk voor het grote scala aan stijlen op de succesplaat Odelay. Zij begeleidden toen Beck van zijn bekende bottleneckcountry, via de groovende funk, langs de hiphop, de draaitafelkunst en het sample-geknutsel. Ook Guero bevat met Emergency Exit Becks karakteristieke country interpretatie en de bonustrack Send a Message to Her had zo tussen nummers als Novacane en Hotwax kunnen staan. Missing gaat een albumpje verder, want dit nummer klinkt qua ritme behoorlijk als de uitschieter van Mutations: Tropicalia.
Het Peppers-effect
Wat Beck ook doet, hij blijft cool. Toch hebben de nummers op Guero de neiging om iets te lang door te gaan. Daardoor verliezen de nummers zo nu en dan aan kracht. De single E-pro had zonder al te veel moeite een minuut korter gekund. Maar Beck zal zichzelf niet zijn om het zogeheten Red Hot Chili Peppers-effect te vermijden en zal met behulp van de interessante twists, samples en melodielijntjes het dodende effect van ‘maximaal-twee-luisterbeurten-bestendig’ uit de buurt houden. Laat de bleekscheet uit Los Angeles maar schuiven en laat hem daarbij doen waar hij het beste in is. Guero dekt namelijk heel goed de lading.
Beck
Album: GueroMisschien ook iets voor u
Geen applaus voor Van der Kwast
.
In deze roman maken we kennis met Ben Zoref. Ben is de zoon van een Poolse moeder en een Nederlandse vader. En Ben is stinkend rijk. Hij woont in een kasteel, heeft 23 auto’s, een beeldschone vrouw, een tuinman, een binnenhuisarchitect en een schoonmaker. Ben heeft eigenlijk alles, maar toch mist hij iets. Hij is niet compleet. In het verleden heeft zich iets voorgedaan waardoor Ben kapot is, geestelijk geamputeerd.
Toneel
Om aan te geven dat Bens leven een groot tragikomisch toneelstuk is, is het boek overeenkomstig vormgegeven. De hoofdstukken hebben namen, die als acte-aanduiding in een toneelstuk niet zouden misstaan. De paragrafen zijn gescheiden door hét symbool van de tragikomedie: een huilend en een lachend masker. Het huilen en lachen komt ook volop terug in het verhaal over Ben, en dan is het lachen voor de lezer en het huilen vooral voor de personages uit het boek . De personages hebben over het algemeen niet zo heel veel plezier in het leven. De ouders van Ben zijn na een prachtige romantische start nu al jaren een hopeloos kibbelend paar, de bedienden staan bol van de angsten en Ben zelf is een lege huls. Iemand die zijn rol in het leven uitstekend speelt, maar daar zelf geen voldoening uit haalt.
Surrogaat
Bens huwelijk is op het eerste gezicht een sprookje. Zijn vrouw is beeldschoon en houdt zielsveel van hem. Ze hebben een geweldig huis en nog betere seks. Maar het is voor Ben alleen maar een act. Een rol die hij moet vervullen, maar die hem verder niets doet. Die hem koud laat en hooguit steeds doet denken aan zijn verlies. Niets kan zijn liefde meer aanwakkeren. Niets kan hem datgene wat was en had kunnen zijn doen vergeten. Hoewel de jonge, sprankelende Egje met haar engelachtige dochter Yelena dicht in de buurt komt. Maar hoe dichtbij laat Ben nog iemand komen bij zijn stukgeslagen hart?
Yusef
Soms zijn dingen mooier als er mensen klappen is duidelijk geen boek van Yusef el Halal, hoewel deze wel nog even als personage in het boek wordt opgevoerd. Waar Yusef vanaf het begin de lachers op zijn hand heeft, gaat Van der Kwast voor het sentiment. Helaas ligt de tragiek hem iets minder dan de vrolijke noot. Pas als Bens jeugd verder uitgewerkt wordt en de reis met zijn toenmalig vrienden ten tonele gevoerd wordt, komt de humor in zijn volle omvang terug. En dan wordt het ook meteen weer leuker om te lezen.
Vaart
Voordat de vaart in het verhaal komt door de toegevoegde humor wordt je wel duidelijk gemaakt dat Ben niet lekker in zijn vel zit, maar waarom dat zo is blijft een raadsel. En eigenlijk interesseert het je als lezer ook niet zo heel erg veel. Ben wordt zo plat en zo eendimensionaal neergezet dat je geen moment met hem gaat meeleven. Oké, hij heeft blijkbaar iets ergs meegemaakt. So what! Get over it! Dat je dan toch nog wil weten waarom hij zo is komt meer voort uit de natuurlijke nieuwsgierigheid van de lezer, dan uit de door de schrijver opgewekte verwachtingen. Eerlijkheid gebiedt me wel te zeggen dat het wel indruk maakt wanneer het dan eindelijk duidelijk wordt wat de oorzaak is van Bens gedrag.
Tweeledig
Het debuut van Ernest van der Kwast als zichzelf laat me achter met een tweeledig gevoel. Aan de ene kant is daar het ongeïnspireerde begin van het verhaal: een begin dat tweederde van het boek in beslag neemt en dat slechts zelden een andere emotie in me los maakte dan verveling. Aan de andere kant is daar de humor en tragiek van het laatste deel van het verhaal dat voorzien is van de benodigde lach en een traan. Het vormt een eind dat door zijn tragiek en wanhoop veel goed maakt, en dat doet hopen op een beter begin de volgende keer.
Prijs: 14,90
Bladzijden: 208
ISBN: 90 388 4025 X
Misschien ook iets voor u
Jongeren schrijven met andere zinnen
/ 0 Reactiesdoor: Minte Kamphuis0 Sterren.
Redactielid Wouter de Vries, student Nederlands aan de Rijksuniversiteit Groningen: “Toen ik een jaar in Antwerpen studeerde, vatte ik het idee op om iets eigens, iets van mezelf op te zetten. Het zou leuk zijn dat er, als ik weg was, iets opgericht zou zijn wat er toe dóet.” Een literair tijdschrift dus. Via de studievereniging van Germanistiek leerde Wouter Ewald Peters kennen, die ook plannen had voor het oprichten van een tijdschrift. Een brainstormavond met Thijs Vannimwegen, ook student in Groningen, leverde een concreet plan en een subsidieaanvraag op en een rondgang langs de Antwerpse studentenkringen voegde Matthias Debruyn, Sofie van Dyck en Geert van der Hallen aan de redactie toe. Met de toekenning van de subsidie kon de redactie écht aan de slag gaan.
Grote ambities
~
Maar de grootste troef van de redactie is de internationale oriëntatie van het tijdschrift. Uit praktisch oogpunt is het internationale aspect voorlopig beperkt tot Nederland en Vlaanderen, maar ook dat is boeiend. “Nederlanders en Vlamingen denken in dezelfde taal,” zegt De Vries, “en het is interessant om de literaire uitingen van beide gebieden bij elkaar te brengen om zo een wederzijdse beïnvloeding te bevorderen.” In de Vlaamse krant De Standaard woedt al enige tijd de discussie over of de Nederlandse en de Vlaamse literatuur één zijn of niet. Met Andere Zinnen mengt zich weliswaar niet expliciet in dit debat, maar neemt met haar uitgangspunt wel een standpunt in.
Met Andere Zinnen wil het niveau van de kleine, particuliere initiatieven ontstijgen en uitgroeien tot een internationaal tijdschrift waar rekening mee gehouden moet worden. Wouter de Vries zou graag zien dat het zich associeert met instanties als Doe maar, Dicht maar en de Kunstbende. Na deelname zou publicatie een volgende stap zijn.
Verworpen dogma’s?
Omdat Met Andere Zinnen zich breed richt op jongeren presenteert het zich als tijdschrift “zonder dogma’s”, het wil de hokjesgeest van de gezapige gevestigde literaire orde open breken. Dat was ook het uitgangspunt bij het uitschrijven van een literaire wedstrijd, de eerste activiteit van de redactie. 260 inzenders tussen de 17 en 26 jaar stuurden hun creaties naar de redactie die zich samen met een professionele jury beraamde over de prijzen. Opvallend genoeg bestond de jury, niet met opzet, volledig uit dichters, namelijk Peter Holvoet-Hansen, Geert Buelens, Serge van Duijnhoven, Bart FM Droog en Annelieke van Mens. Bij de inzendingen verhielden poëzie en proza zich als 3 staat tot 2. Wouter de Vries: “Het gros van de inzendingen bestond uit therapeutisch schrijven en dat was niet publicabel. Toch waren redactie en jury verrast door de hoge kwaliteit van de poëzie.” Bij de prijsuitreiking kwam dit tot uiting in de toekenning van 2 prijzen voor proza en 3 voor poëzie.
~
Grotere ambities?
Het eerste nummer van Met Andere Zinnen is volledig gevuld met het beste uit de inzendingen voor de wedstrijd, maar hoe zal het er in de toekomst uitzien? “Je kunt niet gaan zitten wachten tot mensen iets insturen. De redactie zal het tijdschrift dus actief onder de aandacht brengen bij universiteiten en kranten,” zegt De Vries. Ook de winnaars van de wedstrijd worden “warm” gehouden. “Het zal nog wel hard werken worden om de volgende nummers vol te krijgen.” Maar als het eenmaal loopt, wil de redactie ook meer aandacht gaan schenken aan beeldende kunsten zoals fotografie en tekeningen, zodat er meer spanning ontstaat. Daarnaast zullen er ook meer literaire avonden georganiseerd worden in Nederland en Vlaanderen. Op de website zullen stukken uit het tijdschrift gepubliceerd worden, maar het is niet de bedoeling dat de papieren versie hieraan ondergeschikt wordt.
Wouter de Vries zou ook graag een toename van het aantal geëngageerde schrijvers zien. Het viel hem tegen hoe veel inzendingen van de wedstrijd zich voornamelijk bezighielden met persoonlijk leed, waarbij liefdesverdriet het favoriete thema was. “Ik zou graag een taak zien voor de literatuur,” is Wouter de Vries’ mening. “Voor mij is duidelijk dat we in een andere wereld leven, dat we opnieuw onze plaats moeten bepalen en dat niets vanzelfsprekend is. Dat zou ik graag in de literatuur gereflecteerd zien.” Dat zijn wel grote ideeën voor een tijdschrift dat een neutraal podium wil bieden, zonder dogma’s en zonder poëtica.
Met Andere Zinnen, internationaal literair forum voor nederlandstalige jongeren
zie voor meer informatie de website van Met Andere Zinnen
Misschien ook iets voor u