Theater / Voorstelling

Kritiek op eerwraak als reflectie op de samenleving mist gelaagdheid

recensie: Kroniek van een aangekondigde dood
5 Kroniek mrt 2023. foto Jean van LingenJean van Lingen

Als dertienjarige jongen, eind jaren 70, was regisseur Celil Toksöz twee keer getuige van eerwraak in zijn geboortestreek in het zuidoosten van Turkije. De eerste keer betrof het zijn buurvrouw Dilek, die hij hoorde gillen in haar appartement. Kort daarop lag een buurtgenoot met messteken vermoord in de tuin. Tijdens de drie kwartier durende Talk vooraf in de foyer van de Amsterdamse Stadsschouwburg emotioneren de gebeurtenissen hem nog steeds en maken hem zichtbaar boos. ‘Waarom laten we die dingen doorgaan’, vraagt hij, terwijl hij het publiek aankijkt. ‘We moeten tegenspreken.’ Voor Toksöz is het belangrijk ‘híer iets te vertellen omdat hij élders niets kan veranderen’.

Kroniek van een aangekondigde dood is een toneelbewerking van Aron Goossens naar de gelijknamige roman van Gabriel García Márquez, het toneelstuk Wachten op Godot van Samuel Beckett en Verhalen uit het dal van Ararat. Het vertelt het verhaal van een meisje dat een paar uur na haar huwelijk naar huis wordt gestuurd omdat ze geen maagd meer zou zijn. De bruidegom bezorgt haar nog diezelfde nacht terug bij het ouderlijk huis zoals in sommige culturen de sociale code dicteert. Het huwelijk is daarmee ten einde. Haar familie dwingt haar de naam te noemen van de ‘dader’. Haar broers besluiten hem te vermoorden.

De voorstelling begint op de bruiloft. Iedereen danst uitbundig, is uitgelaten en blij totdat plotseling de muziek stopt en de bruid ineenzakt in het midden van de zaal. In het volle licht kijkt ze met geruïneerd kapsel en verkreukelde trouwjurk aangeslagen de zaal in. Ze zoekt hulp bij vrouwen uit het dorp maar die deinzen collectief terug. Haar twee broers, in het stuk Dario en Diego, dwingen haar hardhandig de naam te noemen van de dader. Ze wijst naar Santiago Yasim en het besluit is genomen: hij moet dood. Aan iedereen die ze tegenkomen melden ze hun voorgenomen moord maar niemand is echt bereid om te luisteren. Bij één van de broers ontstaat twijfel maar het is de eer van de familie die hem overtuigt. Ze zullen wachten tot het juiste moment zich voordoet.

Toneelbewerking

Toneelschrijver Aron Goossens bewerkte de roman tot een voorstelling van anderhalf uur. In lange dialogen overtuigen de broers elkaar om hun voorgenomen daad door te zetten. Ze bezoeken een plaatselijk café, praten met een geestelijke en wachten op een plek in het dorp met uitzicht op de voordeur van de dader. Ze fantaseren beurtelings over het doden van vreemdelingen en ongehoorzamen. Op harde muziek, felle lichtflitsen en de luide stem van een leider bidden ze in strak tempo met dorpsgenoten in de plaatselijke moskee. Wanneer het tweetal met stoere en seksistische mannenpraat het stenigen van vrouwen ter sprake brengt, reageren de vrouwelijke dorpsgenoten afwijzend door te spugen en te stampen op de grond.

Het toneelbeeld blijft de hele voorstelling vrijwel ongewijzigd. Al bij binnenkomst zien we in de zaal een houten tafel en stoel met op het achtertoneel een podium; de open ruimte tussen arena en podium is afgeschermd met een wit valletje met bloemmotief over de hele breedte. Op enkele momenten in het stuk vertonen de dorpsvrouwen zich in verschillende hoedanigheden: zingend, sissend, pratend, dansend, achter dit halve gordijn: hun hoofden net boven de rand zichtbaar. Tegen de achterwand hangt een hoge witte vitrage tegen een blauw verlicht decor. De fantasieën en verhalen van de broers verkleuren het decor van blauw naar rood.

Eerwraak kwalijk

Dat eerwraak nog aan de orde is, is voor regisseur Celil Toksöz een kwalijke zaak. Met dit toneelstuk maakt hij dit kenbaar. Vrouwen op deze manier behandelen vindt hij onterecht en daarvan wegkijken extra kwalijk. Voor Toksöz staat het probleem van wegkijken bij eerwraak ook voor andere problemen. Zo ook het klimaatprobleem dat volgens Toksöz nog steeds niet door ons allen wordt omarmd. ‘We reizen naar Oostenrijk en klagen over het gebrek aan sneeuw. Dat moet stoppen’, vindt hij. ‘Het is net als met roken, je wil ervan af maar je bereikt dat alleen door ermee op te houden.’

Het open decor aan het begin van dit toneelstuk maakt ons deelgenoot van de tragiek. De zaal klapt en beweegt vrolijk mee op de klanken van de Turkse muziek. Ook worden we toegesproken door een dame van plezier: ‘Jullie zitten hier nu wel maar neem je verantwoordelijkheid’, zegt ze wijzend met het vingertje. Maar met toespreken alleen kom je er niet. Wat we nodig hebben is een doorleefd en gelaagd toneelspel dat verdergaat dan het opzeggen van een tekst en het nalopen van de pasjes. Evenals diversiteit in de karakters, krachtige dialogen en een scherpe choreografie. En gezien de twijfel bij de broers – gevangen in een sociale klem – hadden enkele monologen hier ook niet misstaan om inzicht te krijgen in hun binnenwereld. Dan bereik je als regisseur wellicht de extase bij je publiek die je nodig hebt om hen af te helpen van gewoontegedrag.