Tag Archief van: muziek

Film / Documentaire

De wereld zal naar mij luisteren

recensie: The Mahler Monologues
Het Concertgebouw © Hans Roggen© Hans Roggen

In Nederland heeft de muziek van de Oostenrijkse componist Gustav Mahler (1860-1911) altijd op een warm onthaal mogen rekenen. Twaalf keer dirigeerde hij bij het Concertgebouworkest zijn eigen werk, van 1903 tot 1909. Al snel gevolgd door de vaste dirigenten van het orkest die het stokje overnamen en er naam en faam mee verwierven.

Er is zelfs een Gustav Mahler Stichting Nederland, die volgens haar doelstellingen tot missie heeft ‘de aandacht voor Gustav Mahler en zijn muziek levend [te] houden’. Daartoe publiceert ze onder meer een tijdschrift, nodigt vooraanstaande sprekers uit voor lezingen en beheert een online kenniscentrum. Nu is er een door de Stichting uitgebrachte Engelstalige film op DVD, inclusief een boekje in het Engels en Nederlands.

Idee

Het idee hiervoor werd ontwikkeld door Eveline Nikkels, musicologe, filosofe en voorzitter van de Gustav Mahler Stichting Nederland. Zij promoveerde op Mahler en publiceerde – uiteraard – over Mahler, maar ook over onder andere Mengelberg. In de filmer Joost Honselaar vond zij de aangewezen persoon om de film te realiseren. Op Honselaars naam staan een groot aantal documentaires en concertregistraties. Onder meer voor het ZaterdagMatinee en van de kerstmatinees van het (inmiddels) Koninklijk Concertgebouworkest (KCO).

De monologen door Gijs Scholten van Aschat

De monologen worden in fraai Engels uitgesproken door niemand minder dan Gijs Scholten van Aschat, een van Nederlands’ grootste acteurs. In driedelig stemmig pak, op een moderne designstoel gezeten, af en toe lopend of zelfs op de grond liggend en met een Mahlerbrilletje op de neus of ermee zwaaiend, spreekt hij vijftien poëtische teksten uit als was hij Mahler zelf; korte teksten, want de DVD duurt alles bij elkaar slechts ruim een half uur. Het is alsof hij op de bank ligt bij Freud en zijn eigen zielenroerselen te berde brengt.
Onder de teksten klinkt meestal muziek, soms ook niet. Verder wordt er veel beeld vertoond. Foto’s, karikaturen, partituurpagina’s met noten en aantekeningen. De drie elementen vormen een fraaie eenheid die vooral voor mensen die al iets van Mahler weten interessant zal zijn.

Tekst en beeld

Behulpzaam daarbij is het feit dat tekst en beeld nagenoeg een-op-een samengaan. We zien een fotoalbum wanneer er sprake is van het kind Mahler. We zien hem nagelbijten wanneer hij het daarover heeft: ‘Yes, I bite my nails …’. We zien hem roeibewegingen maken wanneer hij zegt van roeien en zwemmen te houden en we horen het water klotsen.
Het beeld is helder wanneer het helder moet zijn, en wordt vaag wanneer de tekst dáár om vraagt: ‘Ik heb vrouwen nooit begrepen’, wanneer hij het over Alma, ‘Almschi’, heeft, Mahlers vrouw. Of het beeld wordt even zwart, wanneer de dood aanstaande is en Mahler citeert uit het beroemde Rückertlied: ‘Ich bin der Welt abhanden gekommen’.

Niet dat we dit dan horen. Wat op dat moment klinkt is een fragment uit het eerste deel van de onvoltooide Tiende Symfonie, gespeeld door het Concertgebouworkest onder leiding van Iliahu Inbal. Het overgrote deel van de fragmenten wordt door het KCO gespeeld, op enkele stukjes na, onder meer uit de Kindertotenlieder. Hier is gekozen voor historische opnamen van de bariton Dietrich Fischer-Dieskau en Mahler zelf.

Beeld en muziek

In tegenstelling tot tekst en beeld, lopen tekst en muziek niet altijd een-op-een samen op. Wanneer er sprake is van volksmuziek en militaire muziek horen we een koekoek, terwijl ‘vogels en dieren … en geluiden. / De wind in de bomen’ pas later voorbijkomen. Voorafgaand aan de monoloog over Mahlers moeder (‘Ik aanbid mijn moeder …’) horen we een fragment uit het beroemde Adagietto uit Mahlers Vijfde symfonie, dat door de film Dood in Venetië wereldberoemd werd, maar laat dit nu een liefdesverklaring aan Alma zijn …

Dat is iets wat je hooguit kan verbazen, meer niet. Je moet goed luisteren, naar muziek en tekst, dát wel. Want wanneer Mahler het over zijn jood-zijn heeft en kort daarop over het feit dat hij ook uitvoeringen van zijn eigen symfonieën heeft gefinancierd, mag je daar als kijker geen link tussen leggen in de zin van het stereotype van de rijke jood.
Nee, we houden het op het vervolg van de tekst: ‘De wereld zal naar mij luisteren!’ Dat is gebeurd en gebeurt gelukkig nog steeds.

Ook een DVD als deze smaakt naar meer. Zo is er een prachtige tekst van Ramsey Nasr, Het hemelse leven, een lang, verhalend en lyrisch gedicht naar aanleiding van de Vierde symfonie van Mahler. Om maar iets te noemen. Een schone taak voor de Gustav Mahler Stichting Nederland?

Film / Documentaire

De wereld zal naar mij luisteren

recensie: The Mahler Monologues
Het Concertgebouw © Hans Roggen© Hans Roggen

In Nederland heeft de muziek van de Oostenrijkse componist Gustav Mahler (1860-1911) altijd op een warm onthaal mogen rekenen. Twaalf keer dirigeerde hij bij het Concertgebouworkest zijn eigen werk, van 1903 tot 1909. Al snel gevolgd door de vaste dirigenten van het orkest die het stokje overnamen en er naam en faam mee verwierven.

Er is zelfs een Gustav Mahler Stichting Nederland, die volgens haar doelstellingen tot missie heeft ‘de aandacht voor Gustav Mahler en zijn muziek levend [te] houden’. Daartoe publiceert ze onder meer een tijdschrift, nodigt vooraanstaande sprekers uit voor lezingen en beheert een online kenniscentrum. Nu is er een door de Stichting uitgebrachte Engelstalige film op DVD, inclusief een boekje in het Engels en Nederlands.

Idee

Het idee hiervoor werd ontwikkeld door Eveline Nikkels, musicologe, filosofe en voorzitter van de Gustav Mahler Stichting Nederland. Zij promoveerde op Mahler en publiceerde – uiteraard – over Mahler, maar ook over onder andere Mengelberg. In de filmer Joost Honselaar vond zij de aangewezen persoon om de film te realiseren. Op Honselaars naam staan een groot aantal documentaires en concertregistraties. Onder meer voor het ZaterdagMatinee en van de kerstmatinees van het (inmiddels) Koninklijk Concertgebouworkest (KCO).

De monologen door Gijs Scholten van Aschat

De monologen worden in fraai Engels uitgesproken door niemand minder dan Gijs Scholten van Aschat, een van Nederlands’ grootste acteurs. In driedelig stemmig pak, op een moderne designstoel gezeten, af en toe lopend of zelfs op de grond liggend en met een Mahlerbrilletje op de neus of ermee zwaaiend, spreekt hij vijftien poëtische teksten uit als was hij Mahler zelf; korte teksten, want de DVD duurt alles bij elkaar slechts ruim een half uur. Het is alsof hij op de bank ligt bij Freud en zijn eigen zielenroerselen te berde brengt.
Onder de teksten klinkt meestal muziek, soms ook niet. Verder wordt er veel beeld vertoond. Foto’s, karikaturen, partituurpagina’s met noten en aantekeningen. De drie elementen vormen een fraaie eenheid die vooral voor mensen die al iets van Mahler weten interessant zal zijn.

Tekst en beeld

Behulpzaam daarbij is het feit dat tekst en beeld nagenoeg een-op-een samengaan. We zien een fotoalbum wanneer er sprake is van het kind Mahler. We zien hem nagelbijten wanneer hij het daarover heeft: ‘Yes, I bite my nails …’. We zien hem roeibewegingen maken wanneer hij zegt van roeien en zwemmen te houden en we horen het water klotsen.
Het beeld is helder wanneer het helder moet zijn, en wordt vaag wanneer de tekst dáár om vraagt: ‘Ik heb vrouwen nooit begrepen’, wanneer hij het over Alma, ‘Almschi’, heeft, Mahlers vrouw. Of het beeld wordt even zwart, wanneer de dood aanstaande is en Mahler citeert uit het beroemde Rückertlied: ‘Ich bin der Welt abhanden gekommen’.

Niet dat we dit dan horen. Wat op dat moment klinkt is een fragment uit het eerste deel van de onvoltooide Tiende Symfonie, gespeeld door het Concertgebouworkest onder leiding van Iliahu Inbal. Het overgrote deel van de fragmenten wordt door het KCO gespeeld, op enkele stukjes na, onder meer uit de Kindertotenlieder. Hier is gekozen voor historische opnamen van de bariton Dietrich Fischer-Dieskau en Mahler zelf.

Beeld en muziek

In tegenstelling tot tekst en beeld, lopen tekst en muziek niet altijd een-op-een samen op. Wanneer er sprake is van volksmuziek en militaire muziek horen we een koekoek, terwijl ‘vogels en dieren … en geluiden. / De wind in de bomen’ pas later voorbijkomen. Voorafgaand aan de monoloog over Mahlers moeder (‘Ik aanbid mijn moeder …’) horen we een fragment uit het beroemde Adagietto uit Mahlers Vijfde symfonie, dat door de film Dood in Venetië wereldberoemd werd, maar laat dit nu een liefdesverklaring aan Alma zijn …

Dat is iets wat je hooguit kan verbazen, meer niet. Je moet goed luisteren, naar muziek en tekst, dát wel. Want wanneer Mahler het over zijn jood-zijn heeft en kort daarop over het feit dat hij ook uitvoeringen van zijn eigen symfonieën heeft gefinancierd, mag je daar als kijker geen link tussen leggen in de zin van het stereotype van de rijke jood.
Nee, we houden het op het vervolg van de tekst: ‘De wereld zal naar mij luisteren!’ Dat is gebeurd en gebeurt gelukkig nog steeds.

Ook een DVD als deze smaakt naar meer. Zo is er een prachtige tekst van Ramsey Nasr, Het hemelse leven, een lang, verhalend en lyrisch gedicht naar aanleiding van de Vierde symfonie van Mahler. Om maar iets te noemen. Een schone taak voor de Gustav Mahler Stichting Nederland?

Sophie Straat: Smartlap is niet dood album cover (groot)
Muziek / Album

Zangeres met een missie

recensie: Sophie Straat – Smartlap is niet dood
Sophie Straat: Smartlap is niet dood album cover (groot)

Het is een spannende week voor Sophie Straat, 3 maart komt haar langverwachte debuutalbum Smartlap is niet dood uit en 6 maart worden de Edisons uitgereikt, waarvoor ze in de categorie ‘Hollands’ een nominatie binnen wist te slepen. Met het nieuwste album bewijst Sophie dat ze die nominatie én het wachten op dit album meer dan waard is.

Langverwacht debuutalbum

Sophie Straat (artiestennaam van Sophie Schwartz) is een Amsterdamse protestzangeres en kunstenares, die samen met haar partner Wieger Hoogendorp allerlei maatschappelijke misstanden aan het licht wil brengen door middel van haar muziek. Al voor het uitkomen van haar debuutalbum heeft ze een stevig muzikaal cv opgebouwd. Haar debuut-EP ’T Is niet mijn Schuld leverde haar een Edison op in de categorie ‘Hollands’, ze stond op het podium met artiesten als Willeke Alberti en The Opposites, en scoorde in 2021 samen met Goldband een flinke zomerhit met ‘Tweede Kamer’. Dat we dan ook vol smart wachtten op de release van haar langverwachte debuutalbum Smartlap is niet dood is een understatement.

Levenslied met een moderne twist

De protestzangeres weet op haar debuutalbum licht te werpen op belangrijke thema’s, waaronder machtsmisbruik, politiegeweld, seksisme (met fenomenen als mansplaining en het patriarchaat), grensoverschrijdend gedrag op studentenverenigingen en racisme. Elk lied draagt een duidelijke boodschap met zich mee, die ondubbelzinnig in de teksten wordt benoemd. Voor wie die boodschap nog onduidelijk is, wordt er in het bijgeleverde boekje per nummer extra uitleg geboden.

Zoals Sophie in het eerste nummer `Smartlap is niet dood´ bezingt, had de Zangeres Zonder Naam een missie met het levenslied en Sophie wil deze missie voortzetten. Ze wil verhalen die we te weinig horen een stem geven en de mensen die het niet met haar eens zijn, ook hard mee laten zingen. En met een lading pakkende teksten én aanstekelijke melodieën, is dat haar zeker gelukt.

Wie denkt dat met dit album de smartlap op de hak wordt genomen of dat het album alleen maar clichématige smartlappen bevat, heeft het mis. Sophie en Wieger zijn diep in de geschiedenis van het genre gedoken en hebben zich duidelijk ingelezen in de thema’s die ze willen bezingen. Zo wordt elk nummer in een uniek jasje gestoken. Het lied dat het meeste lijkt op die typische, oer-Hollandse smartlap, is het nummer ‘Mannen’. Waar dit lied over gaat is duidelijk: mannen. Specifieker gaat het over mansplaining, een fenomeen waar veel vrouwen mee te maken krijgen. De oproep aan mannen om toch eens bewuster te worden, wordt begeleid met een flinke lading draaiorgels, accordeons én een mannenkoor. Een nummer dat heerlijk is om mee te zingen in de kroeg, maar allicht minder snel bij mensen in hun playlist gaat belanden.

Je krijgt het niet meer uit je kop

Ook voor wie niks heeft met die oer-Hollandse sound, is er genoeg te vinden op dit nieuwe album. De aanstekelijke banger ‘Tweede Kamer’ (in samenwerking met Goldband) heeft een pakkend skageluid en doet bij vlagen denken aan Doe Maar. Zo wordt feminisme weer funky en wordt de luisteraar opgeroepen om op een vrouw te stemmen tijdens de verkiezingen. Enthousiast meezingen en dansen is ook goed mogelijk met de bonustrack ‘De stad is van ons’, van dewelke het stevige elektronische geluid niet zal misstaan in menig uitgaansgelegenheid.

Een persoonlijke favoriet is het nummer ‘Vrijheid, gelijkheid, zusterschap’, waarin een prachtige droomwereld wordt bezongen waarin van alles mogelijk is. In die droomwereld kan je als man met een andere man zoenen tijdens een voetbalwedstrijd en kan je in Texas gewoon naar de abortuskliniek, zelfs mét een buddy aan je zij. In het refrein komen we er helaas achter dat het inderdaad écht een droom was en dat onze huidige wereld misschien meer op de achttiende eeuw lijkt dan we willen toegeven. Een nummer met een belangrijke boodschap en een pakkende melodie, een aanrader voor iedereen die door de ietwat bizarre videoclip heen kan kijken.

Een akoestische traktatie

Dat Sophie ook straalt in de kleinere, eenvoudigere liedjes bewijst ze met het nummer ‘Mooier als je lacht’. Een nummer waarin het fenomeen van straatintimidatie, iets waar 94 % van de vrouwen mee te maken krijgt, wordt bezongen. Dit lied is een van de hoogtepunten van het album, maar haast nog beter is de akoestische versie die kortgeleden op YouTube verscheen:

Het levenslied is weer cool

Nadat haar debuut-EP met een Edison werd bekroond, wachtten we met smart (pun intended) op haar debuutalbum. Smartlap is niet dood is het wachten meer dan waard geweest. Sophie Straat bewijst dat ze in meerdere genres kan stralen én weet het levenslied weer hip te maken. De smartlap is zeker nog niet dood!

Muziek / Concert

Impressie en expressie

recensie: Recensie: NTR Zaterdagmatinee 25 februari 2023
Portret Eric WhitacreMarc Royce

Het schijnt dat je óf een bewonderaar bent van zijn muziek, óf er niets mee hebt. Maar kan het ook zo zijn, dat je er dubbel over bent? Ja – dat kan.

De bewonderaars van de composities van Eric Whitacre (1970) – want over hem gaat het – lopen weg met bijvoorbeeld diens ‘Sing gently’, dat afgelopen zaterdag als toegift werd gezongen door het Groot Omroepkoor onder leiding van de componist. In coronatijd werd het opgenomen door Eric Whitacre’s Virtual Choir:

De tegenstanders vinden zijn muziek te eenvoudig, te zoet en sentimenteel, maar The Sacred Veil (2018) voor koor, cello en piano dat voorafgaand aan deze toegift de Nederlandse première beleefde, heeft van beide wat. Je zou zelfs kunnen zeggen, dat het door de compositie zelf is ingegeven.

The Sacred Veil

Het twaalfdelige, een uur durende werk gaat over leven en dood. Over de rollercoaster waarin Whitacre’s vriend en schrijver Charles Anthony Silvestri en diens met kanker gediagnostiseerde, zwangere vrouw Julia Lawrence Silvestri en hun kinderen terechtkomen. Én over het thuis komen, dat wil zeggen de eeuwige rust na de dood.
De titel van het stuk slaat op de sluier tussen twee werelden, leven en dood. Whitacre noemde het in zijn inleidende praatje overigens ‘energy’, wat een andere, meer new age-achtige kleur aan het geheel geeft.

Die heilige sluier, dat thuiskomen, die eeuwige rust en energie staan voor de zoete kant van het werk. Nog benadrukt door een korte sopraansolo van Varvara Tishina die zich tegen het eind losmaakt uit het koor en er als een ziel of een engel hoog bovenuit zweeft.
De minder zoete en sentimentele kant van het stuk ligt in de rusten (‘In weary gratitude, they stand’) die voor het stokken van de adem staan, in de kakofonie ook van het deel waarin de arts de definitieve uitslag bekend maakt en in kleine, dissonante passages die zinsneden laten schrijnen (‘It’s so soft and clean!’).
De minder zoete kant uit zich verder in tegenstellingen die naar voren komen in de tekst (‘You rise; I fall’) en afwijkingen daarbinnen die je niet verwacht: ‘Child of mourning / child of night’ in plaats van ‘child of morning’.

Misschien kun je in dit verband met de Nederlandse componist JacobTV (1951) spreken van ‘peperen met suiker’, in het geval van Whitacre extra benadrukt door de piano en cello die dan weer wat in de schaduw van de koorpartijen treden, een kabbelende onderlaag spelen of een echo geven van het thematisch materiaal (‘I am here’ van ‘I’m afraid’ in het hart van de compositie).
Alles bij elkaar intrigerend en prachtig uitgevoerd door het Groot Omroepkoor en de twee instrumentalisten: Quirine Viersen (cello) en Nicolas van Poucke (piano).

Toek Numan: 3 Haiku

Voorafgaand aan dit werk zingt het Groot Omroepkoor (ingestudeerd door Martina Batič) en met twee andere instrumentalisten (Ellen Versney, harp en Esther Doornink, marimba) 3 Haiku (2013) van de Nederlandse componist Toek Numan (1971).

In lange, vloeiende lijnen, met verglijdende samenklanken zingt het koor een Engelse vertaling van de tekst van Matsuo Bashō, omstrengeld door het spel van de twee instrumentalisten.

Waar Whitacre de luisteraar volgens het programmaboekje bij dit concert meeneemt op een ‘emotionele reis’, nam Numan de luisteraar mee ‘op de stroom van zijn eigen associaties, gevoelens en gedachten’. Een subtiel verschil, maar wel degelijk een verschil: de expressie van leven en dood en de impressie van de schoonheid van het leven en de natuur. Allebei de composities krijgen een groot onthaal. Naast mij zit iemand die na de tweede Haiku uit Numans compositie zegt: ‘Prachtig’ en na Whitacre een traantje wegpinkt.
Whitacre loopt met verende, haast dansende tred de trap op en af, zijn halflange haar op en neer wapperend, zoals je van een klassieke rockstar kunt verwachten.

Muziek / Achtergrond
special: Spotify-playlist van onze muziekredactie

8WEEKLY Playlist: Steengoede covers

Soms kiezen artiesten ervoor om de kunst af te kijken bij de buren. Zo coveren popsterren van tijd tot tijd nummers van hun rock buren, en andersom. Het resultaat is vaak verrassend, en soms zo succesvol dat de cover het origineel ver overstijgt in verzamellijsten als de Top2000. Natuurlijk betekent dit niet dat alle covers beter zijn dan het origineel, maar dit is wel een goede reden om eens stil te staan bij een aantal steengoede covers. 

 

 

Wederzijds gecoverd: Frank Turner en NOFX

Dat singer-songwriter en punkrocker Frank Turner niet vies is van een cover, dat weten zijn fans wel. Bij live optredens covert hij graag zijn eigen favorieten, waaronder “Somebody To Love” van Queen en “Dancing Queen” van ABBA. Zijn persoonlijke helden die meer in zijn eigen genre vallen passeren natuurlijk ook de revue, waaronder Blink-182 en NOFX. Met laatstgenoemde wist Turner er een volledig album uit te halen, waar de artiesten elkaar coveren. Op het album West Coast vs. Wessex uit 2020 covert Turner enkele hits van NOFX, waaronder “Bob” en “Falling In Love”, maar worden zijn eigen hits waaronder “Thatcher Fucked the Kids” gecoverd door de Amerikaanse punkers van NOFX. Het wordt een ware inception op YouTube bij de videoclip van Bob (in Turners’ versie), waar in de videoclip de leden van NOFX verkleed gaan en acteren als Frank Turner en zijn band. Benieuwd hoe de andere nummers klinken? Die zijn te vinden in onze nieuwste playlist! 

Punkversies van diva’s

Dat de zanger van NOFX, Fat Mike, ook van covers houdt is niet vreemd: hij is bassist bij de punkcoverband Me First and the Gimme Gimmes. Deze supergroep bestaat uit leden van verschillende punk- en rockbands, waaronder Lagwagon, Foo Fighters en Swingin’ Utters. De band ontstond als hobbyproject van de leden en speelt alleen covers van andere nummers. Zes studioalbums later kunnen we wel stellen dat dit hobbyproject in de categorie “uit de hand gelopen hobby” valt. Het zesde album Are We Not Men? We Are Diva! focust zich, zoals de titel al kenbaar maakt, op diva’s. Ze coveren (bijna alleen) bekende zangeressen die volgens hun in de categorie diva vallen, dus zangeressen als Barbra Streisand, Madonna en Cher ontbreken zeker niet. Waarom bijna alleen zangeressen? De Britse zanger Boy George van Culture Club kan ook rekenen op een dikke knipoog en wordt ook gecoverd op dit album. Benieuwd hoe “Straight Up” van Paula Abdul klinkt als punk nummer? Ook deze hit is te vinden in de nieuwe playlist.  

Disturbed: groter dan het origineel

Het is elk jaar weer een spannende strijd: welke versie van “The Sound Of Silence” zal dit jaar hoger eindigen in de Top2000? Jarenlang stond het origineel van Simon & Garfunkel het hoogst, maar sinds 2019 staat de versie van Disturbed hoger dan het origineel. Hoewel “The Sound Of Silence” ongetwijfeld de bekendste cover van Disturbed is, hebben ze al een jarenlange traditie waar ze op elk album een cover plaatsen. Vaak pakken ze een oude hit en verhogen ze daarvan het tempo én maken ze het iets agressiever. Eerdere nummers die al een ware Disturbed transformatie hebben ondergaan zijn “If I Ever Loose My Faith In You” van Sting en “Land Of Confusion” van Genesis, beiden te vinden in de nieuwste playlist. 

Naast de covers van Frank Turner, NOFX, Me First and the Gimme Gimmes en Disturbed staan er nog vele andere rockcovers op je te wachten in de nieuwste playlist van 8WEEKLY. Veel luisterplezier! 

  • Disturbed – The Sound of Silence (Origineel: Simon and Garfunkel) 
  • Apocalyptica, Till Lindemann – Helden (Origineel: David Bowie) 
  • Me First and the Gimme Gimmes – Straight Up (Origineel: Paula Abdul) 
  • Floor Jansen, Henk Poort – Phantom of the Opera  
  • Apocalyptica, Nina Hagen – Seemann (Origineel: Rammstein)
  • The Cranberries – Go Your Own Way (Origineel: Fleetwood Mac) 
  • Guns N’ Roses – Knockin’ On Heaven’s Door (Origineel: Bob Dylan) 
  • Green Day – Working Class Hero (Origineel: John Lennon) 
  • The Struts – Dancing In The Street (Origineel: Martha Reeves and the Vandellas) 
  • Maneskin – Beggin’ (Origineel: Frankie Valli and the Four Seasons) 
  • The Ataris – The Boys Of Summer (Origineel: Don Henley) 
  • Red Hot Chili Peppers – Higher Ground (Origineel: Stevie Wonder) 
  • Chris Cornell – Watching The Weels (Origineel: John Lennon) 
  • Limp Bizkit – Behind Blue Eyes (Origineel: The Who) 
  • Disturbed – If I Ever Lose My Faith In You (Origineel: Sting) 
  • Blink-182 – Another Girl Another Planet (Origineel: The Only Ones) 
  • Five Finger Death Punch – Bad Company (Origineel: Bad Company) 
  • Joan Jett & The Blackhearts – I Love Rock ‘N Roll (Origineel: The Arrows) 
  • Shinedown – Simple Man (Origineel: Lynyrd Skynyrd) 
  • The Smashing Pumpkins – Landslide (Origineel: Fleetwood Mac) 
  • Tenacious D – The Last In Line (Origineel: Dio) 
  • Led Zeppelin – Dazed and Confused (Origineel: Jake Holmes) 
  • Billie Joe Armstrong, Green Day – Kids in America (Origineel: Kim Wilde) 
  • Disturbed – Land of Confusion (Origineel: Genesis) 
  • The Interrupters – Bad Guy (Origineel: billie eilish) 
  • Alanis Morissette – King of Pain (Origineel: The Police) 
  • Kula Shaker – Hush (Origineel: Joe South) 
  • NOFX – Thatcher Fucked the Kids (Origineel: Frank Turner) 
  • Pearl Jam – Rockin’ in the Free World (Origineel: Neil Young) 
  • No Doubt – It’s My Life (Origineel: Talk Talk) 
  • George Harrison – Got My Minds Set On You (Origineel: James Ray) 
  • Venice Sunlight – Flagpole Sitta (Origineel: Harvey Danger) 
  • Tim Akkerman – Nemo (Origineel: Nightwish) 
  • Miley Cyrus – Heart of Glass (Origineel: Blondie) 
  • Frank Turner – Falling in Love (Origineel: NOFX) 
FEHD-CD-Pack-Shot
Muziek / Album

Mac DeMarco brengt album met instrumentale nummers uit

recensie: Five Easy Hotdogs
FEHD-CD-Pack-Shot

Het is altijd de moeite waard als Mac DeMarco met een nieuw werk komt. De laatste keer dat er iets nieuws van hem online kwam was twee jaar geleden en toen week hij flink af van zijn oeuvre. In 2020 releasede hij ‘Enter the Sandman’, een cover van Metallica. Het was echter geen originele interpretatie, maar eerder een vervalsing, die in menig kroeg over de speakers kan dreunen zonder dat iemand het verschil door heeft.

Koning van de Indie

Voor zijn nieuwste album Five Easy Hotdogs lijkt de koning van de indie weer op de gebaande paden te komen. Letterlijk paden, want het hele album is on the road geschreven in de USA en Canada. Alle nummers zijn vernoemd naar de plaatsen waar ze zijn opgenomen. Op een enkele song na, komt er geen vocaal aan te pas. We moeten het louter doen met gitaren, drums, percussie en synths.

Unheimische muzak

Al vanaf het eerste nummer is duidelijk dat de kenmerkende sound van DeMarco weer de boventoon voert. Er zijn de welbekende jangly gitaren, die voelen alsof je in een bedje in de wolken wiegt, de synths die nooit groots en meeslepend worden maar charmant blijven door hun zorgvuldige plaatsing en bijna komische sound, en de warme broeierige sfeer die alles opwekt.

Het dreigt nu en dan te verzanden in een bevreemdende soort muzak. Alsof het een koortsdroom betreft in een wachtkamer ontworpen door David Lynch. Niet gek als je je bedenkt dat touren vooral bestaat uit wachten. Charlie Watts zei eens over zijn samenwerking met de Rolling Stones: ‘worked five years and spent 20 years hanging around’. De uitzichtloosheid van het wachten wordt versterkt door de vele repetitieve frases die de nummers herbergen. Na acht keer hetzelfde thema te horen snak je naar ontwikkeling. Maar die komt niet. En als die komt lijkt het eerder een poging tot een halfslachtige variatie dan een thematische ontwikkeling. Alles lijkt kalmte, controle en orde uit te willen stralen. Toch voelt het eerder unheimisch en desolaat.

Wat mist is een heldere lijn, iets waar ik mij als luisteraar aan vast kan klampen. Er is zelden sprake van een lead die mij meeneemt op deze vreemde roadtrip zonder begin of eind. Zelfs na meerdere luistersessies is er weinig dat blijft hangen in de vorm van een melodie. Zijn het keuzes uit pure verveling, gemakzucht of berusting?

Meta werk

Als luisteraar ben ik op mijn hoede, en tracht ik – wellicht vergeefs – te zoeken naar een diepere betekenis. Het is net geen achtergrondmuziek, maar ook niet iets dat je volledige aandacht vraagt. Makkelijk te eten, maar niet bevredigend, zoals hotdogs bijvoorbeeld. Het lijkt eerder een metawerk waarin de maker ons een spiegel voorhoudt, en ons zodanig bevraagt op wat onze verwachtingen van zijn muziek zijn, en wat hij zelf nog toe te voegen heeft als zijn publiek toch wel weet hoe zijn werk moet klinken.

Het is lastig om dit album op een lijn te zetten met zijn eerdere albums, zoals zijn kopie van ‘Enter the Sandman’. Het lijkt alsof Mac DeMarco een lome parodie heeft geschreven, ditmaal niet op een andere act, maar op zichzelf. DeMarco is zich bewust van de kracht, en tegelijkertijd ook zwakte van zijn oeuvre. Zijn nummers kunnen als easy listening weggezet worden, ook al zingt hij over zware thema’s als de moeilijke relatie met zijn vader, of over zijn drang tot vernietiging in ‘Freaking out the Neighborhood’. Gek genoeg doet het album me wat  dat betreft alleen maar meer verlangen naar het volgende, want DeMarco moet vroeg of laat kleur bekennen en dat kan alleen maar interessanter worden. En hopelijk meer verzadigend.

Muziek / Album

Een amalgaam aan artiesten

recensie: Americana-update volume 16
IMG_20230205_105115_upgradeJoost Festen

We tellen door naar de zestiende editie van de Americana-update om wederom een amalgaam aan verschillende artiesten te kunnen bespreken. De dame met de meeste ervaring is Angela Strehli die na vele jaren weer eens van haar laat horen. Sem Jansen kennen we als zanger van Leif de Leeuw band, maar zijn debuut is anders. Hilde Vos vervolgt haar carrière met een thuiskomend album.

Grasduinen in alles wat het americanagenre te bieden heeft, brengt ons met regelmaat bij albums die ons verrassen door onverwachte kwaliteit of door een opleving na een lange stilte in de carrière. Steeds kunnen we constateren dat de kwaliteit heel hoog is.

Hilde Vos

De Brabantse Hilde Vos kennen velen mogelijk van de Johan Derksen shows rond Malford Milligan waarbij ook zij met haar partner Fokke de Jong van de partij waren. Vos had echter toen al twee soloalbums op haar naam staan. Met Home maakt ze haar eerste kwartet vol. Wederom is haar partner te horen op drum. Zeven van de elf liedjes zijn van de hand van Vos zelf die qua stem soms vaag doet denken aan Tammy Wynette.

Naast composities van Tom Paxton, Patty Griffin en Ray Griff tekenen ook twee bandleden voor een van de liedjes. Muzikaal wordt Vos in het fraaie ‘The last thing on my mind’ terzijde gestaan door Normaal voorman Bennie Joling. Helaas wordt de naam van Joling niet op de hoes vermeld noch in het boekje met teksten. In ‘Better move it on home’ horen we andermaal een mannenstem naast die van Hilde Vos. Vermoedelijk is het John Geuzinge Hazinga die voor meer dan alleen backing vocalen tekent. Hij speelt gitaar, pedal steel, dobro, mandoline, banjo en toetsen.

Home is een album dat voelt als thuiskomen in de country kant van de americana muziek. Hilde Vos weet zich als zangeres snel richting je hart te bewegen.

Sem Jansen

Het album Uncle Sem van Sem Jansen heeft er vijf jaar over gedaan om het levenslicht te zien. Zanger Sem Jansen die we kennen als de stem van Leif de Leeuw band nam een gedeelte van het album op toen hij nog door het leven ging als Britt Jansen in het jaar 2018. In de jaren die volgden onderging zij een transitie naar een man. Nu vijf jaar later zingt Sem soms duetten met zijn voormalig gender wat een bijzondere situatie is natuurlijk. De stemmentimbres verweven zich werkelijk prachtig met elkaar en zonder de voorgaande wetenschap zou je deze duetten ook live op het podium willen zien.

Het album Uncle Sem verhaalt over de tocht van Jansen in zijn transitie. De band van zijn broodheer horen we terug als de begeleiding op dit fijne album. Wie onbevangen durft te luisteren zal meegevoerd worden in een heerlijke set van americanaliedjes. Het titelnummer ging de albumrelease al vooruit in 2022. Nu het album het levenslicht zag met zijn akoestische liedjes in plaats van de stevige Southern Rock van Leif de Leeuw band, gaat Jansen op een grote tournee door ons land onder de titel ‘Who The F*ck is Britt?!’. Inmiddels is de tourkalender bekend tot en met juni 2023. Tevens is er een heus krantje rond zijn theatertournee op diverse matten gevallen.

Angela Strehli

Velen zullen de naam van Angela Strehli voor het eerst horen. Toch maakt Strehli reeds vijf decennia muziek en is Ace of Blues haar eerste werkstuk in zeventien jaar. Het album staat vol met covers. Slechts één compositie is van de hand van de zangeres zelf. ‘SRV’ draagt ze op aan Stevie Ray Vaughan die ze zelf gekend heeft en met wie ze ooit het podium deelde.

De stem van Strehli is stevig en fijn in alle bluesliedjes. Ze klinkt als een gerijpte dame, wat ze natuurlijk ook is. Ze won in haar leven vijfmaal de prijs voor de beste vrouwelijke vocalisten in The Austin Chronicle. Deze in 1945 geboren zangeres maakte in de jaren zeventig en tachtig deel uit van de groep artiesten die nachtclub Antone’s in Austin TX liet bloeien. Met dit nieuwe album laat ze het platenlabel Antone’s Records uit de as herrijzen. De bluesliedjes van Bobby Bland, Elmore James, O.V. Wright, Muddy Waters, Chuck Berry, Otis Rush, Howlin’ Wolf, Otis Clay, Jimmy Reed, Little Milton en Dorothy Love Coates zong ze in de meeste gevallen in het verleden ook samen met de schrijvers zelf. Het bijgaande boekje toont veelal de foto’s met haar en de schrijvers. Naast de foto’s hier ook verhalen over haar rijke artiestenverleden. Toch trekt Strehli alle liedjes naar haar toe en weet ze het album tot een heel fraai geheel te smeden.

Boeken / Non-fictie

Schijnbaar lichtvoetig

recensie: Ida Simons – Mieke Tillema

Mieke Tillema heeft voor haar biografie van Ida Simons (1911-1960) een opmerkelijke insteek gekozen. Ze legt Simons’ autobiografische roman Een dwaze maagd naast het werkelijke leven van de pianiste, schrijfster, overlevende, zoals de ondertitel van haar biografie luidt. Natuurlijk in de wetenschap dat je romanpersonages niet een-op-een kunt vertalen naar het echte leven, maar toch: opmerkelijk is het wel. 

Eigenlijk is het dan ook een goed idee om vóór de biografie Een dwaze maagd te (her)lezen. Het boek werd in 2014 herontdekt en gepubliceerd door Uitgeverij Cossee, dezelfde die de biografie uitgaf  
Wanneer Tillema, oud-lerares Nederlands in Haarlem, de roman van Simons loslaat en andere bronnen in haar verhaal betrekt, hoe weinig het er ook zijn, wint het beeld van Ida Simons aan rijkdom: over haar onzekerheid, zwaarmoedigheid, hang naar originaliteit, grote muzikaliteit, eigengereidheid en ontzag voor geleerdheid, maar ook ‘charme, brille en humor (…), stil en schuw’. Opvallend daarbij is Ida’s onzekerheid wat betreft haar taalgebruik. Ze laat haar werk graag door anderen corrigeren, zeker waar het stijl- en spellingkwesties betreft, schrijft Tillema.  
Van muziek heeft Ida meer kaas gegeten. Ze heeft les van verschillende pianisten. In 1930 debuteert zij, net negentien jaar oud, in de Circle musical juif in Antwerpen, waar ze als Ida Rosenheimer is geboren. Twee jaar na haar debuut verlooft ze zich met Dagobert (later David) Simons, een jurist. Na haar huwelijk blijft ze optreden onder haar meisjesnaam. In 1937 krijgen ze een zoon: Carel Arthur Jan, roepnaam Jan. 

De context van Ida’s leven 

Ondertussen is Hitler aan de macht gekomen, een context waar Tillema uitgebreid bij stil staat. Ze roept détails op die niet algemeen bekend zijn. Ida heeft een vooruitziende blik en zegt al aan het begin van de oorlog dat Hitler de joden wil uitroeien, ook in Nederland. ‘Uiteindelijk zal hij ons allen naar Polen of God weet waarheen wegsturen’, zegt ze tegen zangeres/verzetsstrijdster en Shoah-overlevende Lin Jaldati (pseudoniem van Rebekka Brilleslijper).

Soms veronderstelt Simons te veel als bekend of worden ons als lezer details onthouden. Zo is er bijvoorbeeld sprake van de Frederikslijst, een lijst met namen van joden die van maatschappelijke betekenis waren, en van de ‘Barnevelders’, zonder dat meteen duidelijk is, dat de meesten van de lijst werden geïnterneerd op Landgoed Schaffelaar in Barneveld om aan deportatie te ontkomen. Dat geldt ook voor de omschrijving dat Jan mastoïditus had, wat vele pagina’s later pas wordt verklaard als zijnde ‘een uiterst gevaarlijke ontsteking van zijn beide oorbotjes’. En dan: is Judith Belinfante, die enkele malen wordt genoemd, ‘de’ Judith Belinfante, de bekende historica en politica? Uit de context blijkt van wel, maar het wordt als zodanig niet vermeld. 

Tweede Wereldoorlog

Toch wordt het gezin vanuit Barneveld gedeporteerd naar Westerbork en vervolgens naar Theresienstadt. Simons schrijft erover in haar novelle In memoriam Mizzi; een betrouwbaardere autobiografische bron dan de roman Een dwaze maagd. Door de muziek die Ida zelf speelt en hoort, kan ze het leven volhouden. Op een gegeven moment, in februari 1945, wordt een groep van twaalfhonderd joden uit Theresienstadt op een bijzonder transport naar Zwitserland gesteld. 
Op 3 juni 1945 komen ze weer in Nederland aan, op Jan na, die nog in Zwitserland blijft om aan te sterken. Ida treedt weer snel op, met wisselend succes, hoewel ze niet meer terneergeslagen is; nog een karaktertrek die Tillema uitlicht. Wat niet wil zeggen, dat Ida zowel fysiek als psychisch onaangetast is. Ze treedt uiteindelijk steeds minder op en is soms somber en depressief. Ze gaat aquarelleren, componeren en schrijven.  
Tillema gaat beknopt in op haar composities die in de nalatenschap van Ida zijn gevonden, maar als je gericht op internet zoekt, kom je ook een stukje in een openbare collectie tegen: La señorita op eigen tekst in de collectie Muziekschatten, het bladmuziekarchief van de Stichting Omroep Muziek (SOM-013058). Het toont de luchtige kant van Ida. Tillema schrijft echter terecht dat Simons’ literaire werk zich ‘op een ander’ (lees: hoger) niveau beweegt dan haar muziek. De humor en lichte toon van haar muziek klinkt er ook in door, maar die ‘laten de grauwheid van het kampbestaan’ waarover ze schrijft ‘niet alleen intact, ze laten die nog scherper uitkomen’, aldus de auteur.  

Receptie van Simons’ werk

Toch boort Jan Greshoff Simons’ Slijk en sterren (1956) in Het Vaderland de grond in. Hier had ik ook graag wat meer context gezien. De context is namelijk van de ontvangst van vrouwelijke auteurs door sommige mannelijke recensenten in die tijd; die was vaak negatief en neerbuigend. Die context geeft Erica van Boven in haar proefschrift Een hoofdstuk apart (1992), waarin Greshoff er niet zo goed vanaf komt.
Een uitzondering vormt onder anderen Adriaan van Veen, die in de NRC van 18 april 1959 Een dwaze maagd lovend bespreekt, zoals hij dat later met het postuum verschenen Als water in de woestijn zal doen. Dat is Simons laatst geschreven boek. Ze overlijdt op 27 juni 1960, hoogstwaarschijnlijk door zelfmoord.  

Mieke Tillema heeft bergen werk verzet om een contextueel grotendeels sterke biografie te schrijven. Ondanks het weinige bronmateriaal dat tot haar beschikking stond. Dankzij Uitgeverij Cossee komt Ida Simons’ werk de laatste tijd terecht meer in de belangstelling. Het is een mooi geïllustreerde biografie geworden, die al in 2021 verscheen, maar nu weer in een nieuwe oplage beschikbaar is en een ruim lezerspubliek verdient. 

Muziek / Album

Een haastige tour langs de rockgeschiedenis

recensie: RECENSIE Måneskin - Rush!

Waar vele songfestivalwinnaars jaren teren op de faam van dat ene one-hit wonder voordat ze in de vergetelheid raken, bewijzen de muzikanten van Måneskin dat ze meer in petto hebben. Nadat ze met ‘Zitti e buoni’ de winst pakten in Rotterdam, scoorden de extravagante Italianen hits met singles als ‘I Wanna Be Your Slave’ en ‘Supermodel’. Op 20 januari kwamen ze met hun derde plaat: Rush!

Dat de bandleden nog maar zes jaar geleden begonnen als straatmuzikanten in Rome is lastig voor te stellen. Via de Italiaanse X-Factor verwierf Måneskin nationale bekendheid en via het Eurovisie Songfestival veroverden ze de rest van de wereld. Ondertussen hebben ze tientallen gouden, platina en zelfs diamanten platen op hun naam staan en kunnen ze beroemdheden als Iggy Pop en Mick Jagger tot hun fans rekenen. Het mag duidelijk zijn dat de band rondom zanger Damiano David klaar is voor superstardom en dat is zeker te horen in hun nieuwe album.

Contact met de realiteit

Rush! vindt haar thematiek in een loskoppeling van de realiteit, onder andere veroorzaakt doordat de opnames van het album plaatsvonden in Los Angeles. Zo vertelt de gevoelige rockballad Timezone een verhaal over hoe zanger Damiano elk uur iemand belt om te vertellen dat hij langzaam zijn verstand verliest en gaat het nummer Gossip over omgaan met een hevig roddelcircuit. Voor het laatstgenoemde nummer wist de band een samenwerking met Tom Morello (bekend van o.a. Rage Against the Machine) te regelen, wiens agressievere gitaarstijl mooi samenwerkt met het karakteristieke stemgeluid van Damiano. Morello rekent zichzelf tot de fans van Måneskin, hij is naar eigen zeggen trots op zijn Italiaanse roots en wilde maar wat graag samenwerken met deze nieuwe rockband. Samen maken ze een helder statement: hoe sappig je roddels ook zijn, Måneskin ligt er niet wakker van.

Offers

Voor die grote internationale doorbraak lijken ook offers gemaakt te zijn. Italiaans is niet langer de voertaal van de groep: het overgrote deel van het album is in het Engels. Van de zeventien nummers zijn er drie in het Italiaans en die worden pas na elf nummers als een blokje achter elkaar geplakt. Toch vormen Mark Chapman, LA Fine en Il dono della vita het hoogtepunt van het album. Damiano klinkt in zijn moedertaal nog altijd op zijn best, maar nummers als Bla Bla Bla laten zien dat hij ook in het Engels niet onderschat mag worden.
Gitarist Thomas Raggi en zanger Damiano David benadrukten in een interview dat ze het Italiaans een belangrijk element vinden dat ze nooit kwijt willen De Italiaanse taal en cultuur maakt namelijk deel uit van de groep.

Maar de voertaal is niet het enige gemaakte offer voor dit album. Zanger Damiano was twee jaar geheelonthouder, maar voor het opnemen van dit album besloot hij het anders aan te pakken. Hij greep opzettelijk naar de drank, omdat hij hoopte op een agressiever stemgeluid voor het nummer Kool Kids. Het nummer klinkt als een barlied waarmee ze zich afzetten tegen hun critici.

Reis door de rockgeschiedenis
Rush! schiet alle kanten op, van stevige punk stampers naar emotionele ballads. De Harry Styles-achtige tranentrekker The Loneliest werd in oktober 2022 uitgebracht en veroverde meteen een plek in de Top2000. Dit nummer belooft nu al een grote meezinger te worden tijdens liveoptredens. De invloeden van the White Stripes klinken duidelijk door in Bla Bla Bla, maar de oplettende muziekliefhebber hoort ook invloeden van andere rockgrootheden terug, waaronder Guns ’n Roses en Aerosmith. Zo vormt Rush! een ware reis doorheen de geschiedenis van het rockgenre, maar vooral ook langs de muzieksmaak van de bandleden zelf. In een interview vertellen ze dat ze ieder hun persoonlijke smaak in het album hebben proberen te verwerken. Zo heeft elk bandlid minimaal één nummer dat helemaal in diens eigen straatje past.

Is Måneskin met Rush! erg vernieuwend? Nee. Is dat erg? Absoluut niet. Voor jonge muziekfans gaat er via Måneskin een hele wereld aan muziek open en voor de oudere rockliefhebbers vormt het album een voortzetting van hun favoriete genre. En inderdaad, afgelopen jaar bestond het publiek van de band uit een gevarieerde groep van alle leeftijden. Wil jij je in dat publiek mengen? Dat kan! Hun show in het Ziggo Dome op 27 februari is, als een van de weinige shows van hun tour, nog niet uitverkocht!

Film / Documentaire

Film met korte adem

recensie: United we stand. Musicians in times of war

De documentairefilm United we stand van David van Tijn kent drie lagen: korte muziekfragmenten, korte interviews en flitsen van de oorlog in Oekraïne. Als kijker moet je er eigenlijk je eigen, vierde laag of invulling aan geven om de film ten volle binnen te laten komen.

Nagenoeg aan het begin speelt de Russische, in Nederland wonende celliste Maya Fridman (1989) samen met meestercellist Mischa Maisky en pianiste Daria van den Bercken een stuk van Händel. De muziek gaat onder de volgende fragmenten door en snijdt door de ziel, zo mooi is het, zeker in contrast met de gruwelijke beelden en met wat de vader van Maya Fridman, Alexander, via een internetverbinding tegen haar zegt: ‘We zullen overleven!’ En dat ze, als de twijfel toeslaat, echt verder moet gaan met meewerken aan de film van Van Tijn. Telkens weer die haast dwingend gespeelde muziek van Händel.

Maya Fridman brengt musici uit Oekraïne en Rusland samen om tijdens benefietconcerten in Nederland te spelen. Het geld dat binnenkomt, is bedoeld voor humanitaire en medische hulp. Het bij elkaar brengen van de musici en de reacties van het publiek brengt, zegt Fridman, mensen bij elkaar. ‘Het voorkomt dat ik gek word’. Het versterkt de moraal, meent Maisky, wat misschien nog meer waard is.

De violoncel en oorlog

Het opvallende is dat de cello in films vaak met oorlog in verband wordt gebracht. Meestal met de Tweede Wereldoorlog. Dan klinkt er joodse muziek. Ook in deze film is dat laatste het geval. We horen bijvoorbeeld een fragment uit Prayer van Ernest Bloch (1880-1959), een deel uit diens From Jewish Life. Het gedeelte krijgt in deze film een extra lading: het gebed is niet alleen een joods gebed, maar een gebed voor vrede van iedereen. Zoals de oorlog in Oekraïne ook niet alleen een oorlog met Rusland is, zoals Maisky terecht stelt. Het is een denkbeeld dat Van Tijn je zelf, als het lukt, als kijker in laat vullen.

Hetzelfde geldt voor een Spaans liedje van een tijdgenoot van Bloch, de Spaanse componist Manuel de Falla (1876-1946), dat allerlei invloeden (waaronder die van de joodse muziek) in zich bergt. Je kunt die invloeden uiteenrafelen, maar ze laten je ook beseffen dat muziek universele gevoelens uitdrukt.

Korte interviews

Als je als kijker dit niet zelf op het spoor komt, zijn er de korte interviews die je soms verder helpen. Soms – want er zitten ook platitudes en open deuren in. Mooi is het fragment dat de van origine Russische, in Israël wonende pianist Evgeny Kissin speelt: een fragment uit de zogenaamde Heroïsche polonaise van Chopin. Hij vertelt erbij dat Chopin hierin de zege verklankte van de Polen over het Russische leger. Hij pleit ervoor het geld van de benefietconcerten ook ten goede te laten komen aan militaire hulp, want dat moment is nu volgens hem gekomen.

Veelzeggend, meer dan welk interview ook, is het hulpeloze gebaar dat hij maakt wanneer Fridman en hij op een bank zitten en met elkaar van gedachten wisselen. Hij maakt het op het moment wanneer Fridman zegt dat ze haar geboortegrond zo mist en haar twijfel uitspreekt of ze ooit terug zal kunnen keren.

Flitsen van de oorlog

We mogen niet zeggen dat we de flitsen van de oorlog die tussen de muziekfragmenten en korte interviews zijn gemonteerd inmiddels wel kennen, want ze maken nog steeds diepe indruk. Het beeld van kapotte huizen in Marioepol, de metro in Charkov, een verdrietig meisje in de bus, een eenzame dode midden op straat. Ze emotioneren, net als dat stuk van Händel aan het begin en het ‘vurige beest’ op het podium dat Maya Fridman volgens zangeres Channa Malkin óók is.

Het zijn allemaal flitsen die indruk maken, maar als geheel zou een langere adem, wat langere fragmenten en interviews, de film als zodanig goed hebben gedaan.

Nog te zien op picl tot 10 april 2023

blokhuis-ok computer-cmyk
Boeken
special: OK Computer: het album, Radiohead en de wereld in 1997
blokhuis-ok computer-cmyk

Inspirerend en leerzaam

In het boekje OK Computer: het album, Radiohead en de wereld in 1997, laten tien auteurs, elk vanuit haar of zijn vakgebied hun licht schijnen op het album Ok Computer uit 1997. Goed idee om dit album op deze wijze te vereeuwigen want wie heeft niet het licht gezien na het horen van de eerste akkoorden van deze cd.

Net zoals voor velen was Ok Computer vanaf het begin ook voor mij verbluffend. Weliswaar ontdekte ikzelf het album pas in 2008 maar toch. Een magisch moment waarbij al bij het beluisteren van de eerste akkoorden een meesterwerk hoorbaar was. De schitterende melodieën, de chaos, de stress, de bevreemdende achtergrondgeluiden met rare piepjes: fascinerend. Honderden keren beluisterde ik die magische opeenvolging van ontregelende nummers die het verhaal vertellen van een samenleving in de knel.

Radiohead is een Engelse alternatieve rockband uit de jaren negentig met Thom Yorke als leadzanger, Jonny Greenwood als gitarist, Ed O’Brien voor zang en gitaar, Colin Greenwood op basgitaar en Phil Selway op drums. In 1992 komt de band met de single Creep: eerst verguisd en later een wereldhit. Op 21 mei 1997 lanceert Radiohead het succesvolle album Ok Computer. Critici waren het erover eens dat dit album zijn gelijke niet kende. Een klasse apart van profetische waarde. De muziek was nieuw en snijdt thema’s aan als consumptiedrang, technologische afhankelijkheid, gebrek aan sociale cohesie en paranoia.

De muzikale analyse van Bertolf in het bijzonder is erg leerzaam. Haarscherp legt hij uit hoe de akkoorden in diverse nummers zijn opgebouwd. Zo blijkt het eerste nummer Airbag voorzien te zijn van een tegenmelodie door Greenwood. Wellicht dat hierdoor dat slepende en toch zo borrelende sfeertje wordt gecreëerd. Zo blijkt Karma Police te zijn opgebouwd uit akkoorden die niet in de toonsoorten thuishoren en onlogisch zijn qua volgorde. Wellicht zijn dit de krenten in de pap die dit magische nummer zo ‘dwars en spannend’ maken. Ook grappig om te lezen dat de bliepjes en piepjes aan het eind van het nummer Let Down een op holgeslagen tape is. Super spannend, volledig passend bij de sfeer van het nummer. Maar oh zo vreemd.

Het was dus een uitstekend idee van muziekjournalist Leo Blokhuis om dit boekje in 2022 op de markt te brengen. Voor ingewijden een bron van herkenning en nieuwe weetjes. Voor de nieuwkomer inspirerende verhalen over een album dat zijn weerga niet kent.