Tag Archief van: film

Slagwerk orkest De Koninklijke Republiek
Film / Documentaire

RUWE BOLSTER, BLANKE PIT

recensie: De Koninklijke Republiek
Slagwerk orkest De Koninklijke Republiek

Het is een prachtig shot en tegenshot waarmee de film van regisseur Carmen Cobos en producent Kees Rijninks over de slagwerksectie van het Koninklijk Concertgebouworkest (KCO) begint en eindigt. Vijf man sterk lopen als een hecht stel macho’s de artiesteningang van het Amsterdamse Concertgebouw binnen. Vijf man sterk lopen als een stel collegae er ook weer uit, richting de naastgelegen brasserie.

Vijf man: twee paukenisten en drie slagwerkers. Met naam en toenaam: de paukenisten Nick Woud die aan zijn laatste seizoen bezig is alvorens hij met pensioen gaat en zijn oud-leerling Tomohiro Ando. Verder de slagwerkers Mark Braafhart, Bence Major en Herman Rieken.

Een republiek binnen het orkest

De titel van de film is ontleend aan een uitspraak van dirigent Bernard Haitink, die de slagwerksectie van het KCO eens omschreef als een republiek binnen het orkest. De vraag is immers hóe je een paar bolletjes met stokken eraan, de noten, speelt. Met één of twee stokken tegelijk, met verschillende stokken binnen één stuk? Harde en zachte? Het geeft allemaal een ander klankkleur. De slagwerkers mogen het allemaal zelf uitmaken, niemand schrijft het ze voor. Om te beginnen de componist niet, maar ook de dirigent laat ze meestal vrij.

Of moet er gespeeld worden met het kromgetrokken triangelstaafje, dat al heel lang in het bezit van het orkest is? Het heeft haast iets magisch, zo’n misvormd, oud staafje.

Je ziet de vijf macho’s ontdooien als ze over hun instrumenten praten, eigenlijk al vanaf het moment dat ze hun stokken klaarleggen als in het instrumentarium van een tandarts. Zorgvuldig en liefdevol, net zoals ze de natuurvellen van hun pauken onderhouden. Ze delen de instrumenten en toebehoren met elkaar.

Een en al ritme

Ze zijn een en al ritme. Wanneer ze in het luchtledige oefenen, wanneer de twee paukenisten aan de kant van de weg naar het Premier Drumcorps uit Krommenie kijken en op de maat meebewegen. Het is de drumband waar Nick Woud is begonnen. De tambour-maître kent hij zelfs nog. Want zo gaat het vaak: slagwerkers beginnen in een drumband en koperblazers komen regelmatig uit de harmonie-fanfare-brassbandwereld. Ze moeten zich dan inpassen in een orkestgroep, in de gehele, geoliede organisatie en de traditie van het befaamde orkest waarover ze allemaal als jongen droomden: als ik dáár nu eens in terecht kan komen …

Het is leuk om te zien hoe ze zich opstellen wanneer het orkest repeteert en ze maten lang niet hoeven te spelen. De één leest in een zakpartituur mee wat er gebeurt, de ander kijkt naar boven, naar het plafond en wordt in die blik door de camera gevolgd. Een leuk en speels detail.

Dan komt het moment suprême, bijvoorbeeld de trommelsolo in de ‘Elfde symfonie’ van Sjostakovitsj. De hartslag stijgt tot 180, want dán moet het gebeuren.

Praktische zaken

Je ziet de vijf ook wanneer ze het over praktische zaken hebben. Bijvoorbeeld over alledaagse taalproblemen: uitsmijter? Dat is toch iemand aan de deur van een nachtclub? Ja, maar het zijn ook eieren. Vreemde taal, dat Nederlands.

Of ze hebben het over het proefspel voor de opvolging van Nick Woud. Wat moeten de kandidaten spelen? Achter een gordijn in de Kleine Zaal van het Concertgebouw overigens, om elk vooroordeel de grond in te boren. Voor een sollicitatiecommissie op het balkon die qua omvang niet mis te verstaan is. En qua kennis en kunde natuurlijk ook niet.

Er sprong, begrijpen we, helaas geen één kandidaat er echt uit, zodat het orkest de komende tijd met freelancers zal werken.

Nick Woud

Nick Woud maakt zich zorgen dat hij zal worden vergeten, maar dat wordt hij niet want in de ruimte onder het podium, waar de slagwerkers samenkomen en hun instrumentarium staat, hangt inmiddels een mooie foto van hem. De traditie gaat door, maar dat zagen we ook al in de lesfragmenten die de paukenisten en slagwerkers geven aan een nieuwe generatie op het conservatorium.

De Koninklijke Republiek, ja. Maar het is ook een wereld die niet echt lijkt te mengen met het overige personeel in ‘het gebouw’. Woud loopt na zijn laatste concert met een bos bloemen wat eenzaam door de krochten van allerlei mensen naar de uitgang. Dat is wat verdrietig om te zien, maar het is allemaal prachtig en warm in beeld gebracht. De vijf mannen samen en in avondkleding in afzonderlijke portretjes. Fascinerend.

Slagwerk orkest De Koninklijke Republiek
Film / Documentaire

RUWE BOLSTER, BLANKE PIT

recensie: De Koninklijke Republiek
Slagwerk orkest De Koninklijke Republiek

Het is een prachtig shot en tegenshot waarmee de film van regisseur Carmen Cobos en producent Kees Rijninks over de slagwerksectie van het Koninklijk Concertgebouworkest (KCO) begint en eindigt. Vijf man sterk lopen als een hecht stel macho’s de artiesteningang van het Amsterdamse Concertgebouw binnen. Vijf man sterk lopen als een stel collegae er ook weer uit, richting de naastgelegen brasserie.

Vijf man: twee paukenisten en drie slagwerkers. Met naam en toenaam: de paukenisten Nick Woud die aan zijn laatste seizoen bezig is alvorens hij met pensioen gaat en zijn oud-leerling Tomohiro Ando. Verder de slagwerkers Mark Braafhart, Bence Major en Herman Rieken.

Een republiek binnen het orkest

De titel van de film is ontleend aan een uitspraak van dirigent Bernard Haitink, die de slagwerksectie van het KCO eens omschreef als een republiek binnen het orkest. De vraag is immers hóe je een paar bolletjes met stokken eraan, de noten, speelt. Met één of twee stokken tegelijk, met verschillende stokken binnen één stuk? Harde en zachte? Het geeft allemaal een ander klankkleur. De slagwerkers mogen het allemaal zelf uitmaken, niemand schrijft het ze voor. Om te beginnen de componist niet, maar ook de dirigent laat ze meestal vrij.

Of moet er gespeeld worden met het kromgetrokken triangelstaafje, dat al heel lang in het bezit van het orkest is? Het heeft haast iets magisch, zo’n misvormd, oud staafje.

Je ziet de vijf macho’s ontdooien als ze over hun instrumenten praten, eigenlijk al vanaf het moment dat ze hun stokken klaarleggen als in het instrumentarium van een tandarts. Zorgvuldig en liefdevol, net zoals ze de natuurvellen van hun pauken onderhouden. Ze delen de instrumenten en toebehoren met elkaar.

Een en al ritme

Ze zijn een en al ritme. Wanneer ze in het luchtledige oefenen, wanneer de twee paukenisten aan de kant van de weg naar het Premier Drumcorps uit Krommenie kijken en op de maat meebewegen. Het is de drumband waar Nick Woud is begonnen. De tambour-maître kent hij zelfs nog. Want zo gaat het vaak: slagwerkers beginnen in een drumband en koperblazers komen regelmatig uit de harmonie-fanfare-brassbandwereld. Ze moeten zich dan inpassen in een orkestgroep, in de gehele, geoliede organisatie en de traditie van het befaamde orkest waarover ze allemaal als jongen droomden: als ik dáár nu eens in terecht kan komen …

Het is leuk om te zien hoe ze zich opstellen wanneer het orkest repeteert en ze maten lang niet hoeven te spelen. De één leest in een zakpartituur mee wat er gebeurt, de ander kijkt naar boven, naar het plafond en wordt in die blik door de camera gevolgd. Een leuk en speels detail.

Dan komt het moment suprême, bijvoorbeeld de trommelsolo in de ‘Elfde symfonie’ van Sjostakovitsj. De hartslag stijgt tot 180, want dán moet het gebeuren.

Praktische zaken

Je ziet de vijf ook wanneer ze het over praktische zaken hebben. Bijvoorbeeld over alledaagse taalproblemen: uitsmijter? Dat is toch iemand aan de deur van een nachtclub? Ja, maar het zijn ook eieren. Vreemde taal, dat Nederlands.

Of ze hebben het over het proefspel voor de opvolging van Nick Woud. Wat moeten de kandidaten spelen? Achter een gordijn in de Kleine Zaal van het Concertgebouw overigens, om elk vooroordeel de grond in te boren. Voor een sollicitatiecommissie op het balkon die qua omvang niet mis te verstaan is. En qua kennis en kunde natuurlijk ook niet.

Er sprong, begrijpen we, helaas geen één kandidaat er echt uit, zodat het orkest de komende tijd met freelancers zal werken.

Nick Woud

Nick Woud maakt zich zorgen dat hij zal worden vergeten, maar dat wordt hij niet want in de ruimte onder het podium, waar de slagwerkers samenkomen en hun instrumentarium staat, hangt inmiddels een mooie foto van hem. De traditie gaat door, maar dat zagen we ook al in de lesfragmenten die de paukenisten en slagwerkers geven aan een nieuwe generatie op het conservatorium.

De Koninklijke Republiek, ja. Maar het is ook een wereld die niet echt lijkt te mengen met het overige personeel in ‘het gebouw’. Woud loopt na zijn laatste concert met een bos bloemen wat eenzaam door de krochten van allerlei mensen naar de uitgang. Dat is wat verdrietig om te zien, maar het is allemaal prachtig en warm in beeld gebracht. De vijf mannen samen en in avondkleding in afzonderlijke portretjes. Fascinerend.

Film / Films

Op zoek naar de waarheid op een planeet vol chaos

recensie: Chaos Walking (2021)
Chaos WalkingLionsgate (via Filmdepot)

De sciencefictionfilm Chaos Walking neemt je mee naar een verre planeet waar de gedachten van mannen hoorbaar zijn en vrouwen zijn verdwenen. Met Tom Holland en Daisy Ridley in de hoofdrollen belooft het een spannend avontuur te worden.

De film speelt zich af in de toekomst op een verre planeet genaamd New World, waar alle levende wezens elkaars gedachten kunnen horen en zien door een fenomeen genaamd ‘Noise’. Het verhaal volgt de jongeman Todd Hewitt (Tom Holland). Hij ontdekt dat er een geheimzinnig meisje, Viola Eade (Daisy Ridley), op de planeet is geland. Samen gaan ze op een gevaarlijke reis om de waarheid achter de geschiedenis en de bewoners van New World te ontdekken. De film heeft naast Holland en Ridley ook rollen voor Mads Mikkelsen, Cynthia Erivo en Nick Jonas.

Tom Holland en Daisy Ridley schitteren op het witte doek

Todd is een complex personage met een emotioneel verleden. Hij heeft zijn moeder verloren en heeft daardoor veel moeite om zijn emoties te uiten. Zijn personage heeft ook een bijzondere eigenschap: hij kan zijn eigen gedachten niet verbergen voor anderen. Dit maakt hem kwetsbaar. Todd ontmoet het mysterieuze meisje Viola, dat van een andere planeet komt. Hun ontmoeting zorgt voor een gebeurtenis die Todd dwingt om te vluchten, waardoor zijn leven en de wereld om hem heen verandert. Samen moeten ze op zoek naar antwoorden over hun verleden en de geschiedenis van New World.

De ontwikkeling van Todd is interessant om te volgen. Hij begint als een onzekere jongeman die weinig weet over de wereld en is niet gewend om met anderen samen te werken. Gedurende de film groeit hij uit tot een dapper en vastberaden persoon die bereid is om risico’s te nemen voor degenen van wie hij houdt. Viola zet Todds leven op zijn kop. Zij is de enige vrouwelijke persoon die Todd ooit heeft ontmoet en hij is meteen gefascineerd door haar aanwezigheid.

De acteerprestaties van Holland en Ridley zijn uitstekend. Ze hebben een goede chemie samen en weten de emotionele momenten in de film goed te vertolken. Vooral Holland laat zien dat hij een veelzijdige acteur is die in staat is om een scala aan emoties te tonen.

Een lust voor het oog

De wereld van Chaos Walking wordt prachtig in beeld gebracht en de landschappen zijn adembenemend. Ook de actiescènes zijn goed gechoreografeerd en zorgen voor de nodige spanning en sensatie. Het gebruik van kleuren en visuele effecten om de gedachten van de personages weer te geven is inventief en voegt iets toe aan de film. Het toont de emoties en intenties van de personages op een unieke manier. Hierdoor begrijpt de kijker beter wat er in het hoofd van de personages omgaat en wat ze van plan zijn.

Intrigerend concept, gebrekkige uitwerking

Chaos Walking slaagt er helaas niet in om het boeiende concept tot zijn recht te laten komen. En helaas is de film daarmee niet zo meeslepend als gehoopt. De eerste helft van de film voelt langdradig aan en het duurt even voordat het verhaal echt op gang komt. Sommige scènes voelen overbodig aan en hadden beter weggelaten kunnen worden om de film wat meer vaart te geven. Hoewel het idee van de hoorbare gedachten en het ontbreken van vrouwen intrigerend is, slaagt de film er niet in om de kijker volledig te betrekken bij het verhaal. Ook het acteerwerk en de visuele effecten zijn niet genoeg om de film te redden. Het gebrek aan een duidelijke richting in het verhaal en het onevenwichtige ritme zorgen ervoor dat de film niet in staat is om de aandacht van de kijker er volledig bij te houden. De tweede helft van de film lijkt zelfs te worden afgeraffeld. Chaos Walking weet het intrigerende concept niet helemaal te benutten. De film slaagt er dus niet in om de kijker volledig te betrekken en eindigt teleurstellend.

The story of my wife
Film / Films

Word alsjeblieft mijn vrouw

recensie: The Story of My Wife
The story of my wife

“Word alsjeblieft mijn vrouw”, luidt de openingszin van kapitein Jakob Störr (Gijs Naber). In de internationale filmproductie The Story of My Wife (2021) schildert de Nederlandse acteur met Française Léa Seydoux een stormachtige liefdesrelatie.

De film is gebaseerd op het boek van de Hongaarse auteur Milán Füst dat uitkwam tijdens de Tweede Wereldoorlog. De film waarin Nederlands, Frans, Engels, Duits én Italiaans gesproken wordt, is in Hongarije opgenomen en gereleaset op het filmfestival van Cannes. Tegenwoordig is hij te bekijken op Film1.

Zorgen op zee

Gedurende het romantische drama ziet kapitein Jakob hoe hij de mensen om zich heen niet kan vertrouwen. Hij merkt dat zijn vrouw Lizzy steeds meer afstand neemt en doet er alles aan dit te stoppen. Terwijl hij probeert iemand te worden die hij niet is en zich verliest in de mogelijkheid dat er misschien iemand anders is, tuimelt Jakob verder in een neerwaartse spiraal.

Onzekerheid, impulsiviteit en brutaliteit

Aan het begin van de film vinden er enkele gesprekken plaats waaruit niet op is te maken wie Jakobs gesprekspartners zijn. Deze, in combinatie met een aantal tienerachtige opmerkingen van volwassen mensen, vormen geen sterke basis voor de rest van het script.

Nadat Jakob op een vreemdeling afstapt met een huwelijksaanzoek, doet deze vreemdeling, Lizzy, het spelletje mee en steken de twee de draak met een van haar aanbidders. Hoe deze volwassen man later op hun huwelijksnacht doodserieus vraagt hoeveel mensen Lizzy gekust heeft en voorstelt om strippoker te spelen, zijn gekunstelde, gênante vertoningen.

Hoewel hun tienergedrag nog is toe te schrijven aan de idealisering van liefde in een beginnende relatie, komen niet alle opmerkingen die ongemak veroorzaken van het nieuwe koppel. “Dat hele trouwgedoe. Ben je niet bang?”, is bijvoorbeeld niet bepaald een plausibele vraag van een zestigplusser. Vooral als er nog niet eens een vrouw in beeld is.

Karakteristieke keuzes

Cello bij spanning en accordeon bij feestjes; voor de muziek van de film zijn veel instrumenten gebruikt die mooi samenvallen met de scènes. Naast de victoriaanse stijl heeft de film ook een stel prachtige opnames, zoals één van een spiegel in een restaurant en één van een goudkleurige reflectie in een raam. Ook heeft de film wat eigenaardige trekjes: sommige passen niet, zoals overbodige zinnen, en andere wel, zoals de miauwende kat op een varende boot.

Tár
Film / Films

Een ware slow burn

recensie: Tár
Tár

In september schitterde deze film al op het witte doek tijdens het Venice Film Festival, maar pas zeven maanden later is Tár in officiële release in Nederland. De verwachtingen zijn hoog. Zowel de film zelf als actrice Cate Blanchett hebben al verschillende prijzen en nominaties in de wacht gesleept, zo ook voor de Oscars.

Blanchett is op de toppen van haar kunnen

Cate Blanchett vertolkt de rol van Lydia Tár, een prestigieuze vrouw die zichzelf de allereerste vrouwelijke dirigent van een groot Duits orkest mag noemen. Haar succes begint langzaamaan zijn tol te eisen. Waar haar kennis en doortastendheid eerst resulteerde in een hoog aanzien, zorgt de druk vanuit de industrie er nu voor dat Lydia’s duistere kanten aan het licht komen. Haar bevlogenheid verandert in arrogantie, haar intelligentie wordt dominantie. Relaties en vriendschappen brokkelen langzaam af terwijl Tár obsessief bezig blijft met haar werk. Blanchett, die de film tevens heeft geproduceerd, slaagt erin om een zeer complex karakter neer te zetten. Laagje voor laagje komt de kijker meer te weten over haar ware aard. De gelaagdheid van Blanchetts acteerwerk zorgt ervoor dat deze film de kijker nog maanden zal bijblijven.

De psychologie achter Tár

De film is intiem. Dit is zeker te danken aan de meesterlijke cinematografie. Blanchett en regisseur Todd Field lijken enorm goed op elkaar te zijn ingespeeld. Aan het begin van de film danst de camera in lange one-takescènes om haar heen, terwijl deze haar later liever van een afstand vastlegt. In feite stappen we langzaamaan haar aura uit, om vervolgens duidelijk te kunnen zien: ze staat er alleen voor.

De set design en de muziek dragen bij aan een intimiderend effect. Imponerende Berlijnse gebouwen die worden weergegeven onder begeleiding van de bombastische orkestrale muziek, wekken een dreigende indruk. Het wordt ogenschijnlijk steeds meer bewolkt naarmate de film zijn climax bereikt. Het totaalplaatje van de cinematografie, het narratief, de set design en de muzikale begeleiding, weerspiegelen heel effectief de eenzaamheid die Lydia Tár ervaart.

Muzikaal tempo

De film is een ware slow burn. De filmfan zal ervan smullen, maar vermoedelijk zal de gemiddelde filmganger zich storen aan het lage tempo van de film. Blanchett houdt de aandacht goed vast, maar vooral in de eerste helft zit er nog niet veel progressie in het plot. Dit was voor velen echter geen probleem, de film is niet voor niets genomineerd voor Best Picture bij de Academy Awards 2023. Tár is een film die de kijker uitnodigt om actief te onderzoeken hoe Lydia Tár zich verhoudt tot haar werk. De filmganger die liever passief toekijkt zal er vermoedelijk goed aan doen om Tár over te slaan.

Film / Documentaire

De wereld zal naar mij luisteren

recensie: The Mahler Monologues
Het Concertgebouw © Hans Roggen© Hans Roggen

In Nederland heeft de muziek van de Oostenrijkse componist Gustav Mahler (1860-1911) altijd op een warm onthaal mogen rekenen. Twaalf keer dirigeerde hij bij het Concertgebouworkest zijn eigen werk, van 1903 tot 1909. Al snel gevolgd door de vaste dirigenten van het orkest die het stokje overnamen en er naam en faam mee verwierven.

Er is zelfs een Gustav Mahler Stichting Nederland, die volgens haar doelstellingen tot missie heeft ‘de aandacht voor Gustav Mahler en zijn muziek levend [te] houden’. Daartoe publiceert ze onder meer een tijdschrift, nodigt vooraanstaande sprekers uit voor lezingen en beheert een online kenniscentrum. Nu is er een door de Stichting uitgebrachte Engelstalige film op DVD, inclusief een boekje in het Engels en Nederlands.

Idee

Het idee hiervoor werd ontwikkeld door Eveline Nikkels, musicologe, filosofe en voorzitter van de Gustav Mahler Stichting Nederland. Zij promoveerde op Mahler en publiceerde – uiteraard – over Mahler, maar ook over onder andere Mengelberg. In de filmer Joost Honselaar vond zij de aangewezen persoon om de film te realiseren. Op Honselaars naam staan een groot aantal documentaires en concertregistraties. Onder meer voor het ZaterdagMatinee en van de kerstmatinees van het (inmiddels) Koninklijk Concertgebouworkest (KCO).

De monologen door Gijs Scholten van Aschat

De monologen worden in fraai Engels uitgesproken door niemand minder dan Gijs Scholten van Aschat, een van Nederlands’ grootste acteurs. In driedelig stemmig pak, op een moderne designstoel gezeten, af en toe lopend of zelfs op de grond liggend en met een Mahlerbrilletje op de neus of ermee zwaaiend, spreekt hij vijftien poëtische teksten uit als was hij Mahler zelf; korte teksten, want de DVD duurt alles bij elkaar slechts ruim een half uur. Het is alsof hij op de bank ligt bij Freud en zijn eigen zielenroerselen te berde brengt.
Onder de teksten klinkt meestal muziek, soms ook niet. Verder wordt er veel beeld vertoond. Foto’s, karikaturen, partituurpagina’s met noten en aantekeningen. De drie elementen vormen een fraaie eenheid die vooral voor mensen die al iets van Mahler weten interessant zal zijn.

Tekst en beeld

Behulpzaam daarbij is het feit dat tekst en beeld nagenoeg een-op-een samengaan. We zien een fotoalbum wanneer er sprake is van het kind Mahler. We zien hem nagelbijten wanneer hij het daarover heeft: ‘Yes, I bite my nails …’. We zien hem roeibewegingen maken wanneer hij zegt van roeien en zwemmen te houden en we horen het water klotsen.
Het beeld is helder wanneer het helder moet zijn, en wordt vaag wanneer de tekst dáár om vraagt: ‘Ik heb vrouwen nooit begrepen’, wanneer hij het over Alma, ‘Almschi’, heeft, Mahlers vrouw. Of het beeld wordt even zwart, wanneer de dood aanstaande is en Mahler citeert uit het beroemde Rückertlied: ‘Ich bin der Welt abhanden gekommen’.

Niet dat we dit dan horen. Wat op dat moment klinkt is een fragment uit het eerste deel van de onvoltooide Tiende Symfonie, gespeeld door het Concertgebouworkest onder leiding van Iliahu Inbal. Het overgrote deel van de fragmenten wordt door het KCO gespeeld, op enkele stukjes na, onder meer uit de Kindertotenlieder. Hier is gekozen voor historische opnamen van de bariton Dietrich Fischer-Dieskau en Mahler zelf.

Beeld en muziek

In tegenstelling tot tekst en beeld, lopen tekst en muziek niet altijd een-op-een samen op. Wanneer er sprake is van volksmuziek en militaire muziek horen we een koekoek, terwijl ‘vogels en dieren … en geluiden. / De wind in de bomen’ pas later voorbijkomen. Voorafgaand aan de monoloog over Mahlers moeder (‘Ik aanbid mijn moeder …’) horen we een fragment uit het beroemde Adagietto uit Mahlers Vijfde symfonie, dat door de film Dood in Venetië wereldberoemd werd, maar laat dit nu een liefdesverklaring aan Alma zijn …

Dat is iets wat je hooguit kan verbazen, meer niet. Je moet goed luisteren, naar muziek en tekst, dát wel. Want wanneer Mahler het over zijn jood-zijn heeft en kort daarop over het feit dat hij ook uitvoeringen van zijn eigen symfonieën heeft gefinancierd, mag je daar als kijker geen link tussen leggen in de zin van het stereotype van de rijke jood.
Nee, we houden het op het vervolg van de tekst: ‘De wereld zal naar mij luisteren!’ Dat is gebeurd en gebeurt gelukkig nog steeds.

Ook een DVD als deze smaakt naar meer. Zo is er een prachtige tekst van Ramsey Nasr, Het hemelse leven, een lang, verhalend en lyrisch gedicht naar aanleiding van de Vierde symfonie van Mahler. Om maar iets te noemen. Een schone taak voor de Gustav Mahler Stichting Nederland?

Film / Films

Een visuele belevenis vol emotionele diepgang

recensie: Avatar: The Way of Water

Het tweede deel van Avatar, The Way of Water, biedt een drie uur durend spektakel dat de kijker versteld doet staan, ondanks sommige minder sterke dialogen en voorspelbaar taalgebruik. In vergelijking met de eerste film is het tweede deel verbeterd door de toevoeging van meer emotionele diepgang.

The Way of Water (Avatar 2) maakt grote sprongen in de verhaallijn ten opzichte van de eerste film. De focus ligt nu op de kinderen van Jake Sully en Neytiri. Het verhaal volgt de kinderen terwijl ze op avontuur gaan na een verzoek van de Metkayina-waterstam. Dit doet de Sully-familie om daar onderdak te krijgen. De fluorescerende bossen van Pandora zijn niet meer veilig, dus wordt het verhaal nog spannender.

Avatar’s nieuwe film brengt bekende gezichten terug

Eén van de nieuwe personages in de film heet Kiri en wordt gespeeld door actrice Sigourney Weaver. Het is opmerkelijk dat Weaver, die in de vorige film stierf, terugkeert als een 14-jarig personage. Ook opvallend is de terugkeer van de schurk, kolonel Quaritch. Het is raadzaam om de eerste Avatar nog eens te bekijken voordat je The Way of Water gaat zien, aangezien Quaritch in deze film meer kleur heeft gekregen. Het is duidelijk dat regisseur James Cameron meer diepte aan de personages heeft gegeven, niet alleen op visueel gebied, maar ook qua karakterontwikkeling.

Doordat ze thema’s behandelen als liefde, verdriet, hoop en verlies, kan de kijker zich makkelijk identificeren met de personages en hun emoties. Er is bijvoorbeeld een ontroerend subplot waarin een personage rouwt om het verlies van zijn geliefde, en een ander worstelt met het accepteren van haar eigen identiteit. Deze emotionele lagen maken de film niet alleen boeiender om naar te kijken, maar geven ook meer betekenis aan de acties van de personages.

Technische hoogstandjes en verbluffende onderwaterscenes

Cameron levert geen film af totdat deze tot in de kleinste details perfect is. Hij wachtte zelfs dertien jaar bij Avatar 2, om zeker te zijn van een grensverleggend resultaat. Techniek is niet het belangrijkste aandachtspunt in deze film, maar elk frame is perfect afgewerkt zonder noodzaak tot verdere verbetering. Als Cameron belooft om de grenzen van cinema te verleggen, dan weet je zeker dat je niet teleurgesteld zult worden.

Avatar: The Way of Water, Copyright The Walt Disney Company 2022

De vele onderwaterscenes in Avatar 2, vol met buitenaardse wezens, zijn indrukwekkend. De hyperrealiteit ziet er zelfs zo perfect uit dat het bijna te veel van het goede is. Voor de ultieme beleving is het aan te raden om een paar euro meer uit te geven voor 3D en een hoge frame rate-projectie. Hierdoor zullen zelfs de onderwateromgevingen in dierentuinen na dit bioscoopbezoek teleurstellend overkomen.

Acteurs als Kate Winslet en Sam Worthington speelden hun scènes in watertanks voordat ze door computertechnologie omgetoverd werden tot de blauwe Na’vi-bewoners. Het is nog indrukwekkender wanneer deze blauwe bevolking samenkomt met aardse personages op het scherm. Terwijl in de eerste film uit 2009 nog wat onzekerheid was over de digitale effecten, is de tweede Avatar een bevestiging van de technische verbeteringen. Na jaren van kritiek op de matige en gewichtloze effecten in veel superheldenfilms, herstelt deze film het vertrouwen in digitale trucages in één klap.

Visie van Cameron op milieu en samenleving

Het new age-gepraat over bomen en water met spirituele energiebanen is er nog steeds. Zelfs de grootste milieuactivist zal nog steeds lachen om de manier waarop James Cameron het publiek aanspreekt op haar milieubewustzijn. Zijn films hebben altijd een speelse manier van het aan de orde stellen van normen en waarden. Cameron schildert een vrij traditionele samenleving, waarin gezinsverbanden centraal staan. Maar ook als je niet tegen conservatisme kunt, blijkt de bioscoop toch weer een sterke portal naar een andere wereld.

IFFR 2
Film / Reportage
special: International Film Festival Rotterdam
IFFR 2

IFFR 2023: the sequel

Ons tweede en laatste verslag van de 52e editie van het International Film Festival Rotterdam behandelt weer films in diverse genres uit alle hoeken van de wereld.

Het bezoekersaantal van deze editie van het IFFR bleek na afloop nog niet het pre-corona niveau te hebben gehaald, maar zo voelde het zeker wel: de meeste voorstellingen die ik bezocht, zaten goed vol. In dit tweede IFFR-verslag reizen we van Denemarken via de VS en Namibië naar Oceanië.

Superposition

Karoline Lyngbye • Denemarken, 2023
Sterren: 4/5

Stine (Maria Bach Hansen, The Legacy) en Teil (Mikkel Boe Følsgaard, Land of Mine) zijn met hun zoontje Nemo naar de bossen van Zweden verhuisd om het stressvolle stadsleven in Kopenhagen te ontvluchten. Het is voor hen ook een kans om hun relatie nieuw leven in te blazen en hun binding met Moeder Natuur te vergroten. Hun ervaringen zullen ze met de wereld delen via een podcastserie. De plek blijkt echter een stuk minder afgezonderd van de buitenwereld dan beloofd. De verbazing wordt al helemaal groot als de vreemdelingen er exact uitzien als zijzelf!

Dit volwassen speelfilmdebuut van Karoline Lyngbye duikt in de wereld van doppelgängers en parallelle universa. Het is zeker geen onbekend thema in de cinema, maar Lyngbye voegt hier een stijlvolle loot aan toe. De keuze om de personages een podcast te laten opnemen blijkt hierbij een slimme: hiermee kan veel informatie op een natuurlijke manier gegeven worden en wordt de relatie van het stel scherp neergezet. Ook is slim gebruik gemaakt van de locatie. Het moderne vakantiehuis waar het gezin verblijft, zit vol glas; de spiegelingen die dit glas veroorzaakt, zijn een subtiele visuele voorbode van wat gaat komen.

Hoewel de film zeer gestileerd overkomt, was er zeker ook ruimte om niet-gescripte scènes in de film te verwerken, zo bleek uit de Q&A na afloop. De scène waarin Nemo over spinnen en Spider-Man praat – wat fijne verwijzingen leken te zijn naar zowel duale identiteiten als Denis Villeneuves Enemy – bleek door het jochie geheel geïmproviseerd te zijn.

Superposition

Under the Hanging Tree

Perivi Katjavivi • Namibië, 2023
Sterren: 2/5

Namibië – een van de dunst bevolkte landen ter wereld – kent diverse bevolkingsgroepen, waaronder Duitse nazaten. Tot de Eerste Wereldoorlog was het grote Afrikaanse land namelijk een Duitse kolonie. De genocide begin van 20e eeuw door de kolonisator van de Herero en de Nama, twee inheemse bevolkingsgroepen, liet diepe wonden na. Het is dus een land met een fascinerend verleden en tegen die achtergrond speelt Under the Hanging Tree zich af. In deze film doet een norse politieagente met Herero-roots onderzoek naar wat lijkt op ritueel geslacht vee van een Duitse boer. Niet veel later wordt de boer zelf dood aangetroffen.

Het verhaal heeft potentie, maar de film blijkt niet in staat het lage budget en gebrek aan ervaring te verhullen. Regisseur Perivi Katjavivi strooit kwistig met (te) lang aangehouden shots in de hoop dat Dutch angles (schuine horizonnen) ze interessanter maken. Het acteerwerk is houterig en het geluid is zeldzaam amateuristisch. Zelfs de imposante, weidse landschappen van Namibië worden nergens echt mooi in beeld gebracht – an sich best een prestatie van formaat.

Under the Hanging Tree

Little Dixie

John Swab • Verenigde Staten, 2023
Sterren: 2,5/5

Het is een wat atypische IFFR-keuze, deze Amerikaanse productie met actiester Frank Grillo in de hoofdrol. Hierin verklaart een overijverige Amerikaanse gouverneur de oorlog aan een Mexicaans drugskartel. Doc (Grillo), een voormalige special forces commando, is niet alleen een oud-collega van de gouverneur, maar heeft ook banden met het kartel. Veel kans om vrede tussen beide kampen te bewerkstelligen krijgt hij niet, want de kartelleider heeft besloten psychopaat Cuco (Beau Knapp) naar de VS te sturen om het zaakje op te lossen. Als Cuco de dochter van Doc ontvoert met als doel de commando te dwingen om de gouverneur te doden, komen de dodelijke kwaliteiten van Doc meer dan van pas.

Het is geen hoogvlieger, deze film van John Swab. Het is bij vlagen keihard en er vallen genoeg doden, maar verwacht geen innovatieve geweldsballetten à la John Wick. Bovendien is een vrouwelijk personage dat ontvoerd wordt inmiddels zo’n sleets plotmiddel, dat het eigenlijk verboden zou moeten worden. Cuco is ook met z’n gabberachtige uitstraling een net iets te dik aangezette bad guy, maar Grillo bewijst weer eens een acteur te zijn met voldoende charisma om de aandacht vast te houden. Little Dixie voelt mede door hem lekker ouderwets aan. Solide. Vermakelijk zelfs.

Little Dixie

Paco

Tim Carlier • Australië, 2023
Sterren: 3,5/5

De opening van de absurdistische Australische film Paco doet denken aan de scène in Babylon waarin Nelly (Margot Robbie) voor het eerst een geluidsscène opneemt. Vlekkeloos gaat dat zeker niet en vele takes zijn het gevolg – tot frustratie van de crew. In Paco is het niet het geluid zelf, maar actrice Hebe (Hebe Sayce) die de lange takes telkens in de soep laat lopen. Lange takes, die in Paco weer onderdeel zijn van één lange take. Een waar staaltje knap filmmaken dit!

Als de scène er eindelijk op staat, vergeet Hebe vervolgens haar draadloze microfoon in te leveren. Dit is de verantwoordelijkheid van geluidsman Paco en een microfoon kwijtraken is, zo wordt duidelijk, een doodzonde. Paco (Manuel Ashman, die echt ervaring heeft als geluidsman) volgt de geluiden die zijn microfoon oppikt. In plaats van Hebe te vinden, wordt hij in de Australische stad Adelaide, waar de film zich afspeelt, steeds weer afgeleid. Hij komt continu maffe personages tegen en er wordt door vrienden en collega’s de hele tijd een beroep op hem gedaan als geluidsman.

Paco, door regisseur Tim Carlier zelf op zijn website een ‘Experimental Comedy’ genoemd, levert een film op die zeker niet alleen voor ingewijden van de Adelaidese filmscene grappig is. Zo is een spel dat op een feestje gespeeld wordt voor niet-ingewijden behoorlijk onnavolgbaar, maar door de absurditeit ervan juist weer universeel grappig. Met een beperkt budget en met hulp van een groep enthousiaste vrienden uit de film- en muziekscene van Adelaide, is een redelijk unieke film gemaakt. Eén waarin het geluid ervan voor zo’n 85% ook daadwerkelijk het geluid is dat Paco ter plekke opnam.

Paco

Patu!

Merata Mita • Nieuw-Zeeland, 1983
Sterren: 3,5/5

In 1981 stond een tour door Nieuw-Zeeland gepland van de Springboks, het nationale rugbyteam van Zuid-Afrika. De Springboks waren hier al eerder op tour geweest en het was ook niet de eerste keer dat de komst van een vertegenwoordiger van het Apartheidsregime weerstand opwekte. Zo heftig als in 1981 was het echter nog niet geweest. De doden door rellen in township Soweto en de moord op activist Steve Biko lagen immers nog vers in het geheugen. De steeds massalere en gewelddadigere demonstraties splitsten Nieuw-Zeeland – waar rugby onderdeel is van de nationale identiteit – in pro- en anti-tour. Het is wel duidelijk welke kant Maori filmmaker Merata Mita hierin kiest. De blik wordt daarbij ook steeds meer naar binnen gericht, op de Nieuw-Zeelandse maatschappij zelf. Wat heeft demonstreren tegen racisme in een ander land voor zin, als dit in eigen land nog steeds voor komt?

Vele cameramensen filmden de protesten dicht op de huid. Wat een 25 minuten durende televisiedocumentaire had moeten worden, groeide uit tot dit pamflet van bijna twee uur. Patu! – de naam van een traditionele Maoriknuppel – begint nog rustig met het verzamelen van handtekeningen om de tour een halt toe te roepen, maar laat vervolgens een steeds heftigere geweldsspiraal zien. Wanneer het de demonstranten lukt om bij de eerste rugbywedstrijd het veld op te stormen en de wedstrijd te laten staken, wordt het ingrijpen van de politie bij volgende optredens steeds hardhandiger. Zelfs het leger wordt ingeschakeld om barricades te bouwen, terwijl demonstranten zichzelf steeds beter gaan wapenen tegen het grove geweld van de politie: tegen het eind van de documentaire zijn er nog maar weinig demonstranten te zien die geen helm dragen. Opvallend detail: een van de cameramensen van Patu! was regisseur Roger Donaldson, die enkele jaren hiervoor had gedebuteerd met Sleeping Dogs, ook al een mijlpaal uit de Nieuw-Zeelandse cinema. De scène in deze film (met een piepjonge Sam Neill in de hoofdrol) waarin de oproerpolitie van het totalitaire regime hardhandig demonstranten knuppelt, leek wel voorspellende gaven te hebben.

Patu

Film / Films

Een film zacht als groen fris Iers glooiend gras

recensie: The Banshees of Inisherin
The Banshees of InisherinCopyright 2022 Searchlight Pictures

The Banshees of Inisherin vertelt over een vriendschap die verzandt op de kusten van een fictief Iers eiland. Twee voormalige vrienden verzeilen in een absurde strijd om vriendschap en erkenning.

Colin Farrell en Brendan Gleeson spelen weer een interessant duo zoals in de debuutfilm In Bruges (2008) van regisseur Martin McDonagh. Regisseur McDonagh biedt de kijker met The Banshees of Inisherin een Oscarwaardige film.

Wachten op het onvermijdelijke

Colm – ook wel ColmSunnyLarry genoemd – voelt de tijd voorbijdrijven. Hij wil enkel nog muziek componeren met zijn viool en hij wil geen tijd meer besteden aan saaie gesprekken met zijn vriend Pádraic. Terwijl hij een einde maakt aan de vriendschap met de simpele ziel, speelt hij vol passie elke avond muziek in de enige pub op het eiland.

In de verte hoor je kanonschoten weerklinken vanaf het vaste land: de Ierse Burgeroorlog is volop aan de gang. Het eiland lijkt wel afgesloten te zijn: omgeven door een stolp waarin de buitenwereld nauwelijks kan binnentreden. In deze idylle wordt de eenvoud doorbroken door een vriendschap die op de klippen loopt. Beide vrienden durven niet meer toe te geven dat ze ondanks hun verschillen toch niet zonder elkaar kunnen.

Even melancholisch als een Ierse stout

De impasse tussen een simpele man die vooral met zijn dieren bezig is en een melancholische zolderkamerfilosoof die alleen maar componeren wil, mondt uit in absurde situaties. En net in het absurde schuilt realisme.

Het zijn juist de knotsgekke gebeurtenissen die leiden tot reflectie. Een dronken gesprek tussen twee voormalige vrienden verandert in poëzie. Iedereen op het eiland lijkt zich te vervelen. En wanneer het kookpunt bereikt is, wanneer een impasse de gemeenschap doet opschudden, ontstaat er iets moois. Juist dan, ontstaat poëzie. Net als bij een gedicht, vul je zelf de betekenis aan en interpreteer je. Net als bij een gedicht, weet je dat je naar poëzie kijkt, al kan je niet benoemen waarom.

‘God geeft niet om kleine ezels’

Regisseur Martin McDonagh laat de situatie meer en meer ontsporen. Net zoals in zijn vorige film Three Billboards Outside Ebbing, Missouri (2017) vertrekt de film met een simpel hoofdplot en escaleert de beginsituatie. Het dispuut tussen twee vrienden zorgt voor zoveel vraagstellingen, maar ook humoristische situaties.

Naast de schitterende dialogen, is ook het acteerwerk van hoog niveau. De zus van Pádraic, gespeeld door Kerry Condon, en de dwaze Dominic, vertolkt door Barry Keoghan, vullen de twee protagonisten perfect aan en geven kleur aan het tragikomische verhaal.

Kortom: The Banshees of Inisherin verdient alleen maar applaus. Na de release verschenen er terecht vele positieve recensies. De hoge verwachtingen werden niet alleen ingelost, maar zelfs overtroffen. De film toont wat een film moet zijn: meeslepend en doorspekt met inhoud en symboliek die je als kijker zelf moet invullen.

 

Gezien in: Cinema Zed Vesalius, Leuven

Nog te zien tot: 28 februari 2023

IFFR header 1
Film / Reportage
special: International Film Festival Rotterdam
IFFR header 1

Thuiskomen in Rotterdam: IFFR 2023

Na drie jaar wachten was het eindelijk weer zover: een ‘echte’ editie van het International Film Festival Rotterdam!

Na een pandemie en enkele interne strubbelingen de afgelopen jaren (met massaontslag, een reorganisatie en de presentatie van een compleet nieuw team) was het weer tijd voor een ‘ouderwets’, offline International Film Festival Rotterdam. Dit was inmiddels de 52e editie van IFFR, waarbij veel als vanouds aanvoelde: de gigantische hoeveelheid films uit alle hoeken van de wereld, de mensenmassa’s, de vertrouwde bioscopen, de festival hotspots, en dezelfde vormgeving – inclusief vertrouwde dashboards met allerhande info op de bioscoopschermen. Het voelde als thuiskomen! Helaas was er ook even de terugkeer van haperende computersystemen; iets wat in vroegere tijden bij het reserveren van tickets bijna standaard was, maar al jarenlang geen probleem meer had gevormd.

Munch

Henrik M. Dahlsbakken • Noorwegen, 2023
Sterren: 3/5

Het festival werd geopend met de Noorse film Munch. De meeste mensen zullen de kunstenaar Edvard Munch (1863–1944) vooral kennen van zijn meesterwerk De Schreeuw, maar de productieve kunstenaar had bij zijn dood bijna 1200 schilderijen vervaardigd, die hij naliet aan de stad Oslo. In deze biopic staan vier periodes uit zijn leven centraal. Ze zijn prachtig gefilmd in verschillende beeldverhoudingen, kleuren en, zo lijkt het, beelddragers. Hierbij is de geestestoestand van Munch leidend voor de toegepaste kleur en beeldverhouding. Zo is de fase waarin Munch na een mentale instorting in een hospitaal was opgenomen, gefilmd in zwart-wit en een ‘nauwe’ beeldverhouding (4:3). De scènes met de jonge kunstenaar zijn daarentegen juist heel kleurrijk.

De film springt in de tijd, waardoor het een gefragmenteerd karakter heeft. Munch heeft enkele klassieke ingrediënten van een portret van een getroebleerde kunstenaar: afwijzingen (zowel in de liefde als artistiek), twijfels over het eigen kunnen, drankmisbruik en hoogdravende discussies met collega-kunstenaars over Het Leven en Het Kunstenaarschap. Regisseur Dahlsbakken heeft daarnaast enkele verrassende elementen toegevoegd. Zo vertolken vrouwen enkele mannelijke personages (waaronder de bejaarde Munch!) en spelen de scènes in Berlijn zich niet af eind 19e eeuw, maar in de huidige tijd. Het is bevreemdend om Munch opeens met een mobieltje in de weer te zien. Hier speelt echter wel een van de fraaiste scènes van de film zich af: Munch die met vrienden over het voormalige vliegveld Tempelhof fietst, onder een hemel die gevuld is met door Munch geschilderde luchten. Het proeft naar meer van het werk van de kunstenaar, maar dat zien we eigenlijk pas aan het eind van de film. Wellicht had dit beter als opening kunnen dienen.

Filmscene Munch

Cairo Conspiracy

Tarik Saleh • Zweden, 2022
Sterren: 4/5

Het leuke aan thrillers is dat zowel de kijker als de personages regelmatig op het verkeerde been gezet worden. Wie trekt er nou echt aan de touwtjes? Wie is te vertrouwen? En wie is zelf – vaak zonder dat ze dat in de gaten hebben – een speelbal van hogere machten? In de religieus-politieke thriller Cairo Conspiracy (ook bekend onder de titel Boy from Heaven) staat de invloedrijke Al-Azhar Universiteit in Caïro centraal. De dood van de groot-imam, de naderende verkiezing van diens opvolger, en de bemoeienis van de staatsveiligheidsdienst, zorgt voor de nodige onrust. Visserszoon Adam (een sterke rol van Tawfeek Barhom) is net aan de universiteit gaan studeren en raakt verstrikt in dit web van intriges. Bij dit soort ingewikkelde constructies in films, is de kans groot dat de kijker de draad kwijtraakt. De Zweedse regisseur en scenarist Tarik Saleh slaagt er echter in het verhaal overzichtelijk te vertellen en zo verwarring te voorkomen.

Tarik Saleh maakte eerder indruk met The Nile Hilton Incident (2017). Ook in die film speelt de Zweeds-Libanese acteur Fares Fares een hoofdrol en is Egypte de setting. De film is echter in Marokko gefilmd. Cairo Conspiracy is evenmin in Egypte opgenomen, maar in Turkije. Het is een film met een erg kritische blik op de religieuze en politieke machthebbers, wat het waarschijnlijk lastig maakte om te filmen in Caïro. Dat de beeltenis van de oppermachtige Egyptische generaal al-Sisi in de loop van de film steeds vaker opduikt op de achtergrond is veelzeggend.

Boy from Heaven

La Tour

Guillaume Nicloux • Frankrijk, 2022
Sterren: 3/5

Een Franse film over een torenflat in een banlieue waar de bewoners opgesloten raken omdat het buiten niet meer veilig is? Het doet denken aan La Horde (Yannick Dahan en Benjamin Rocher, 2009), waarin zombies Parijs hebben overgenomen en politieagenten en criminelen gedwongen worden samen te werken om hun verblijf in een torenflat te overleven. La Tour (‘De toren’) gooit het over een andere boeg. Hier geen zombies, maar een pikzwart ‘niets’ dat op een dag plotseling de toren omringt. Alles wat buiten deuren en ramen wordt gestoken verdwijnt, ook ledematen…

Scenarist en regisseur Guillaume Nicloux besteedt weinig tijd aan een introductie van de personages. Vrijwel direct worden ze opgezadeld met hun penibele situatie en is het tijd voor een potje groepsproces, waarbij een escalatie onvermijdelijk is. Opvallend (maar misschien ook weer niet?) is dat de grenzen raciaal van aard zijn. Genoeg ingrediënten voor een naar werkje. De toenemende barbaarsheid wordt nog extra geïllustreerd door enkele sprongen in de tijd. Het publiek in de zaal reageerde hier duidelijk geschokt op. Hoe hebben de bewoners het ooit zo lang vol kunnen houden? Nicloux reikt wat aanwijzingen aan, maar kiest er vooral voor het tempo erin te houden en niet te veel aan karakterontwikkeling te doen of praktische vragen te beantwoorden. Waar hij wel in slaagt is een naargeestige, nihilistische wereld te schetsen, waar je moeilijk van weg kan kijken.

La tour

Where the Wind Blows

Philip Yung • Hongkong, 2022
Sterren: 2/5

Het Hong Kong van de 20e eeuw biedt meer dan genoeg aanknopingspunten voor een episch verhaal. De stad was immers een westerse kolonie, die onder andere te maken kreeg met een Japanse bezetting en het buurland China dat communistisch werd. Ook de relatie met de Britse overheerser en de strijd tegen corruptie binnen de politie biedt genoeg inspiratie. Het is tegen deze achtergrond dat we in Where the Wind Blows twee politiemensen decennialang volgen. Helaas lijkt deze film pompeuze bombast te verwarren met episch drama.

Wat ongetwijfeld bedoeld was als een wervelend staaltje cinema, is hier in feite een kakofonie van indrukken. Zeker in het begin hopen de scènes zich op in een grote brei van onduidelijkheid. Zo is er na de Japanse verovering van de stad een korte scène van een voetbalwedstrijd die bij nader inzicht wel tussen de lokale politie en de Japanse bezetter moet zijn. Tijd om het in ons op te nemen is er echter niet, want opeens zitten we middenin een scène in de jungle waar een vuurgevecht losbarst. Tussen wie was mij niet duidelijk, want aan uitleg maakt regisseur Yung het liefst niet te veel tijd en beelden vuil. Het is alsof je naar een terugblik van een serie kijkt in plaats van een speelfilm. De voet wordt halverwege de film enigszins van het gaspedaal gehaald, maar het verhaal is warrig en bovendien wordt de film volledig dichtgesmeerd met muziek. Er is werkelijk geen enkel rustpunt in zowel plot, beeld als muziek. Dan voelt de op zich al lange speeltijd van 144 minuten aan als nog véél langer.

Where the Wind Blows

Film / Serie

That Nostalgia Show

recensie: That '90s Show

Het is inmiddels alweer zeventien jaar geleden dat de laatste aflevering van That ‘70s Show te zien was. Nu is er een spin-off: That ‘90s Show. Maar lukt het de makers om op hetzelfde niveau te komen als het origineel?

That ‘90s Show lijkt te draaien op nostalgie. Oude karakters komen terug, de nieuwe generatie is te zien op veel bekende, iconische locaties in Point Place en het intro is hergebruikt, zij het in een nieuw jasje. Helaas zorgt dit er alleen maar voor dat je als kijker verlangt naar het origineel.

Kitty en Red

Leia, de dochter van Donna en Eric, blijft een zomer bij haar opa en oma. Ze maakt vrienden in Point Place en treedt in de voetsporen van haar ouders. Opnieuw zijn we in het huis van de lieve Kitty Forman en chagrijnige man Red. We kennen dit iconische duo uit That ‘70s Show en ze zijn gelukkig ook terug te zien in That ‘90s Show. Verrassend genoeg lijken zij de hele serie te dragen. Zonder hen was de show een reusachtige flop geweest. Kitty en Red hebben nog dezelfde leuke humor als in That ‘70s Show en de acteurs zijn ook oprecht goed. Ze dragen de humor van de serie fantastisch. Vooral in tegenstelling tot de nieuwe acteurs, die soms ongemakkelijk en voorspelbaar zijn.

Vraagtekens

De makers van That ‘90s Show hebben oude verhaallijnen hier en daar aangepast, waardoor je als That ‘70s Show-fan met grote vraagtekens en teleurstelling blijft zitten. Jackie was toch met Fez geëindigd? En hoe zit het met de dochter van Michael? That ‘90s Show bood de perfecte kans om verder te bouwen op verhaallijnen waarmee That’s 70’s Show eindigde. Oude karakters komen langs en dat is wel leuk, maar het voelt niet compleet. Je zou graag willen weten hoe het de oude karakters in de tussentijd vergaan is. Verder is het jammer dat er weinig interactie is tussen de originele cast wanneer ze toch eens in beeld komen.

Wie van That 90’s Show een volwaardige remake van het origineel verwacht, blijft een beetje op zijn honger zitten. In dat geval is het een aanrader om gewoon alle seizoenen van That 70’s Show  terug te kijken. Dat zorgt voor minder verwarring en is een stuk grappiger. That 90’s Show slaagt er niet in het niveau van haar voorganger te evenaren.