Tag Archief van: blues

Boeken / Non-fictie

Final Blues – De kruispunten van Harry ‘Cuby’ Muskee

recensie: De definitieve biografie van Cuby?!
dominik-scythe-griI_dZ4-AE-unsplashDominik Scythe

Jeroen Wielaert duikt voor de derde maal in het leven van Harry ‘Cuby’ Muskee, de legendarische voorman van Cuby + Blizzards. Feitelijk is het boek Final Blues een versie 3.0 van het boek dat eerder onder de naam De Missie verscheen en al twee edities kende. Wielaert doet een poging de finale versie te schrijven. Waarom poging? Daar kom ik graag later op terug.

Het schrijven van een biografie van een nog levende persoon is natuurlijk altijd riskant en nooit volledig. Nu Muskee al vele jaren niet meer onder ons is, zal een herziene versie dichter bij de finale versie kunnen komen dan eerder geval was. Of Wielaert slaagt in zijn missie valt te bezien en zal ook de toekomst leren.

Het boek als boek

Het boek Final Blues – De kruispunten van Harry ‘Cuby’ Muskee is een weldaad om te lezen voor de liefhebber van de muziek van Cuby + Blizzards. De stijl van schrijven van Wielaert is makkelijk leesbaar, maar roept tevens steeds de honger op om verder te willen lezen. Mogelijks bevat het boek zelfs voldoende elementen om het boek ook fijn leesbaar te maken voor niet-fans van de band. Daar uw recensent daar niet onder valt is dat lastig objectief te beoordelen.

Het boek kent zoals veel biografieën een sterk chronologisch karakter zonder doorkijkjes naar de toekomst. Het grote voordeel is dat we populariteit en ook de historische waarde van ontwikkeling van muziek van de band uitstekend kunnen volgen.

De betekenis van Muskee voor de bluesmuziek in Nederland wordt helder verwoord met het nodige perspectief. De latere bedevaartreis van Muskee naar de bakermat van de Blues in de USA staat op de juiste plek in het boek. Dat is historisch gezien op het moment van de erkenning van de status van Harry Muskee reeds lang en breed uitgekristalliseerd

Verhaal en leven verweven met muziek

Dat de composities van Cuby + Blizzards nauw verbonden is met het leven van voorman Harry Muskee en zijn bandleden The Blizzards is natuurlijk geen verrassing.

Dat de ontstaansgeschiedenis van de mooiste en historische liedjes ‘Window Of My Eyes’ en ‘Somebody Will Know Someday’ gelegen is in het liefdesverdriet van Muskee na het eindigen van zijn relatie met Miep Huisman, staat als een paal boven water. Het boek maak duidelijk dat de composities toch weer in een groepsproces zijn uiteindelijke vorm kregen. De invloeden van bijvoorbeeld Herman Brood en Eelco Gelling die ten tijde van bijvoorbeeld ‘Window Of My Eyes’ deel uitmaakten van de band is groot, vandaar dat ze als medeauteur genoemd worden. Liedjes die het hele muzikale leven van Muskee overigens al meegaan en hun plaats in bijvoorbeeld het collectieve muziekgeheugen van menigeen gegrift staan. Dat de toedracht van het verbreken van de relatie pas in 2006 voor Muskee een andere wending krijgt, stemt de muziekliefhebber blij dat deze liedjes er gekomen zijn. Het had immers zomaar anders kunnen zijn.

Het wel en wee van de band en muzikanten wordt op de voet gevolgd met al zijn ups-and-downs. Zo ook de ontwikkeling van de band met alle drie de fases is fijn om te lezen. Deze geschiedenis werpt een blik op hoe Cuby + Blizzards meerdere momenten in zijn gloriedagen heeft gekend en hoe dat historisch gezien tot stand kwam.

De finale versie?

Zowel Wielaert laat in het boek de vraag open of dit de finale of totale geschiedenis van Cuby + Blizzards zal zijn. Muskee schreef vlak voor zijn heengaan aan leverkanker teksten voor de opvolger van het album “Lost Cats”. Het album zou “Lost Dogs” moeten gaan heten. Die teksten zijn in het bezit van Daniël Lohues, die ook nauw betrokken was bij het laatste album. Of dat er ooit zal komen is een vraagteken. Lohues heeft wat dat betreft nog geen actie ondernomen.

Een ander punt is dat dit jaar voor het afronden van het boek er plots een livealbum verscheen van de band onder de titel “Grolloo Blues”. Een recensie van dat album verscheen eerder op onze site. Het album heeft de discografielijst in het boek net niet meer heeft gehaald. Een lijst die overigens uit eigen onderzoek meer gaten kent, ondanks de schijnbare volledigheid van het noemen van verschillende hoezen en misdrukken. Zo staat er de overzicht box van 28 CD’s + 1 DVD “Alles uit Grolloo” er niet in alsook minimaal één livealbum en samenwerkingsalbum “Boom Boom Bang In The Spirit Of John Lee Hooker”. Dat laatste is verbazingwekkend omdat de periode rond Hooker wel uitgebreid beschreven wordt. Een lijst met DVD’s ontbreekt eveneens, waardoor het optreden in Afrika niet is opgenomen in het boek.

Ondanks deze kleine puntjes is vooral de tekst van het boek zeer lezenwaardig en een aanrader voor de Nederlandse Blues liefhebber om meer inzicht te krijgen in de ontstaansgeschiedenis van deze muziekstroming in ons land.

Voor de liefhebbers van Cuby + Blizzards is het zelfs min of meer verplichte kost!

Boeken / Non-fictie

Final Blues – De kruispunten van Harry ‘Cuby’ Muskee

recensie: De definitieve biografie van Cuby?!
dominik-scythe-griI_dZ4-AE-unsplashDominik Scythe

Jeroen Wielaert duikt voor de derde maal in het leven van Harry ‘Cuby’ Muskee, de legendarische voorman van Cuby + Blizzards. Feitelijk is het boek Final Blues een versie 3.0 van het boek dat eerder onder de naam De Missie verscheen en al twee edities kende. Wielaert doet een poging de finale versie te schrijven. Waarom poging? Daar kom ik graag later op terug.

Het schrijven van een biografie van een nog levende persoon is natuurlijk altijd riskant en nooit volledig. Nu Muskee al vele jaren niet meer onder ons is, zal een herziene versie dichter bij de finale versie kunnen komen dan eerder geval was. Of Wielaert slaagt in zijn missie valt te bezien en zal ook de toekomst leren.

Het boek als boek

Het boek Final Blues – De kruispunten van Harry ‘Cuby’ Muskee is een weldaad om te lezen voor de liefhebber van de muziek van Cuby + Blizzards. De stijl van schrijven van Wielaert is makkelijk leesbaar, maar roept tevens steeds de honger op om verder te willen lezen. Mogelijks bevat het boek zelfs voldoende elementen om het boek ook fijn leesbaar te maken voor niet-fans van de band. Daar uw recensent daar niet onder valt is dat lastig objectief te beoordelen.

Het boek kent zoals veel biografieën een sterk chronologisch karakter zonder doorkijkjes naar de toekomst. Het grote voordeel is dat we populariteit en ook de historische waarde van ontwikkeling van muziek van de band uitstekend kunnen volgen.

De betekenis van Muskee voor de bluesmuziek in Nederland wordt helder verwoord met het nodige perspectief. De latere bedevaartreis van Muskee naar de bakermat van de Blues in de USA staat op de juiste plek in het boek. Dat is historisch gezien op het moment van de erkenning van de status van Harry Muskee reeds lang en breed uitgekristalliseerd

Verhaal en leven verweven met muziek

Dat de composities van Cuby + Blizzards nauw verbonden is met het leven van voorman Harry Muskee en zijn bandleden The Blizzards is natuurlijk geen verrassing.

Dat de ontstaansgeschiedenis van de mooiste en historische liedjes ‘Window Of My Eyes’ en ‘Somebody Will Know Someday’ gelegen is in het liefdesverdriet van Muskee na het eindigen van zijn relatie met Miep Huisman, staat als een paal boven water. Het boek maak duidelijk dat de composities toch weer in een groepsproces zijn uiteindelijke vorm kregen. De invloeden van bijvoorbeeld Herman Brood en Eelco Gelling die ten tijde van bijvoorbeeld ‘Window Of My Eyes’ deel uitmaakten van de band is groot, vandaar dat ze als medeauteur genoemd worden. Liedjes die het hele muzikale leven van Muskee overigens al meegaan en hun plaats in bijvoorbeeld het collectieve muziekgeheugen van menigeen gegrift staan. Dat de toedracht van het verbreken van de relatie pas in 2006 voor Muskee een andere wending krijgt, stemt de muziekliefhebber blij dat deze liedjes er gekomen zijn. Het had immers zomaar anders kunnen zijn.

Het wel en wee van de band en muzikanten wordt op de voet gevolgd met al zijn ups-and-downs. Zo ook de ontwikkeling van de band met alle drie de fases is fijn om te lezen. Deze geschiedenis werpt een blik op hoe Cuby + Blizzards meerdere momenten in zijn gloriedagen heeft gekend en hoe dat historisch gezien tot stand kwam.

De finale versie?

Zowel Wielaert laat in het boek de vraag open of dit de finale of totale geschiedenis van Cuby + Blizzards zal zijn. Muskee schreef vlak voor zijn heengaan aan leverkanker teksten voor de opvolger van het album “Lost Cats”. Het album zou “Lost Dogs” moeten gaan heten. Die teksten zijn in het bezit van Daniël Lohues, die ook nauw betrokken was bij het laatste album. Of dat er ooit zal komen is een vraagteken. Lohues heeft wat dat betreft nog geen actie ondernomen.

Een ander punt is dat dit jaar voor het afronden van het boek er plots een livealbum verscheen van de band onder de titel “Grolloo Blues”. Een recensie van dat album verscheen eerder op onze site. Het album heeft de discografielijst in het boek net niet meer heeft gehaald. Een lijst die overigens uit eigen onderzoek meer gaten kent, ondanks de schijnbare volledigheid van het noemen van verschillende hoezen en misdrukken. Zo staat er de overzicht box van 28 CD’s + 1 DVD “Alles uit Grolloo” er niet in alsook minimaal één livealbum en samenwerkingsalbum “Boom Boom Bang In The Spirit Of John Lee Hooker”. Dat laatste is verbazingwekkend omdat de periode rond Hooker wel uitgebreid beschreven wordt. Een lijst met DVD’s ontbreekt eveneens, waardoor het optreden in Afrika niet is opgenomen in het boek.

Ondanks deze kleine puntjes is vooral de tekst van het boek zeer lezenwaardig en een aanrader voor de Nederlandse Blues liefhebber om meer inzicht te krijgen in de ontstaansgeschiedenis van deze muziekstroming in ons land.

Voor de liefhebbers van Cuby + Blizzards is het zelfs min of meer verplichte kost!

Muziek / Concert

Authentiek en eigenwijs

recensie: Merel van de Keer – Ghost in The Storm & Live @ Wagenberg
Merel van de Keer live IMG_0700Joost Festen

Merel van de Keer debuteert zoals zoveel artiesten tegenwoordig met een EP. Ghost In The Storm bevat louter eigen composities. De zes composities zijn samen met Joost Verbaak en Jan van Bijnen opgenomen en hebben een hoog blues, maar ook roots gevoel in zich. Van de Keer presenteert een heel authentieke sound.

MVDKArtiesten die fan zijn van grootheden en daarnaast ook eigen composities schrijven, zijn natuurlijk talrijk. Om jezelf te onderscheiden van de massa moet je ook een zekere mate van eigenwijsheid in je hebben, naast een flinke dosis talent en vakmanschap. Merel van de Keer heeft van alles voldoende om al met haar debuut op te vallen.

Historie van de EP

Merel van de Keer wilde samen met Joost Verbaak en Hans van Bijnen een EP met vijf eigen liedjes opnemen. Uiteindelijk zijn het er toch zes geworden op aandringen van Verbaak, die na de opnames van de eerste vijf aan Van der Keer vroeg of ze niet nog een nummer wilde spelen om de set compleet te maken.

Een ingetogen liedje dat al even op de plank lag ‘Will You Still Love Me’ werd als zesde toegevoegd, wel moest ze het even oefenen voor de opname. Verbaak verleidde haar tot de opname van dit laatste liedje van haar debuut. Het verhaal achter deze opname vertrouwde ze toe tijdens de presentatie van haar EP.

De opnames van de EP werden in één dag gemaakt in de gang van het oude huis waar ze woont in Raamsdonksveer. Reden van deze locatie is de natuurlijke galm die er klinkt. De resonator gitaar van Van de Keer klinkt daar heerlijk vervormd, vergalmd en toch bijzonder warm. Het geluid dat Van de Keer graag wilde hebben hoorde ze steeds daar en is de reden waarom alle apparatuur voor de opnames van de studio verhuisde naar de gang van het huis.

Presentatie van de EP

De presentatie van de EP vond plaats in de platenzaak waar Merel van de Keer al jaren graag komt om albums van blues grootheden als Rory Gallagher te bemachtigen. De grootste platenzaak van Nederland was op zaterdag 24 september 2022 het toneel voor liefhebbers van authentieke muziek. Kay’s Odyssey – The Experience is gevestigd in het dorp Wagenberg en is met voorsprong de grootste winkel van het kleine dorp.

De galm van de gang zoals deze klinkt op haar EP moet nu uit de apparatuur gehaald worden. Het bezielde optreden tussen de deuren in de platenwinkel laat een bevlogen artieste horen. Het schuchtere meisje van voor het optreden transformeert tijdens het optreden tot een zelfverzekerde vrouw die weet hoe ze haar zesentwintig jaar oude resonator gitaar de mooiste klanken laat ontlokken. Wanneer ze zingt laat ze de woorden klinken alsof ze ontstoken is in extase. Ook wanneer ze zoals in ‘Phoenix’ alleen het instrument laat zingen, weet ze de aandacht volledig naar zich toe te trekken.

Ze opent haar optreden met een gloedvolle uitvoering van het titelnummer van haar EP. ‘Ghost In The Storm’ staat direct als een huis en zet de toon voor de rest van haar optreden. Tijdens deze uitvoering speelt ze tegelijkertijd gitaar en de basdrum met haar linkervoet. De storm lijkt gearriveerd. Toch houdt ze ook in de meer rustige nummers als ‘Western Plain’ de aandacht op zich gevestigd, waarbij ze vaak de drum laat rusten.

Extra’s naast de eigen liedjes

Als extra’s speelt Van de Keer een drietal covers samen met een vrijwilliger van Kay’s Odyssey, Auke Bergsma op de elektrische basgitaar. De meest opvallende compositie is het door Salomon Burke als eerste gezongen en later door The Cats gecoverde ‘Goodbye Baby (Baby Goodbye)’. Het liedje werd ooit door Van der Keer opgenomen vroeg in haar carrière door meerdere tracks te dubben. Zij kende het liedje van The Cats. Het was Arnold Muhren die na publicatie van de opname van zich liet horen.

De uitvoering die wij deze middag te horen krijgen heeft niets met de palingpop van The Cats te maken en ook niets met de soul van Salomon Burke. Van de Keer heeft het liedje een bluesy makeover gegeven dat smaakt naar heel veel meer.

Nu de EP ten doop is gehouden is het natuurlijk lang wachten op een volledig album van deze gitariste / zangeres / songschrijver. In de tussentijd moet dit half dozijn liedjes ons geboeid houden met de cd-speler op repeat. Ondertussen trekt deze dame de verschillende locaties langs om haar live-spel te laten horen. Dat dit een aanrader is moge duidelijk zijn!

Muziek / Album

Voltreffers aan kwaliteit

recensie: Americana-update volume 13: Eric Devries, Jodymoon, Tom Mank & Sera Smolen

De dertiende editie van het Americana-nieuws is geen ongelukstreffer maar opnieuw een voltreffer aan kwaliteit. Het soloalbum van Eric Devries is een groeibriljant, Jodymoon gaat verder waar ze gebleven waren en Tom Mank & Sera Smolen zijn andermaal om van te watertanden.

De naam Eric Devries in niet alleen in Nederland bekend maar ook daarbuiten. De Limburgse formatie Jodymoon timmert vooral in ons land aan de weg. Tom Mank & Sera Smolen werken veelvuldig samen met muzikanten uit ons land. Het Nederlandse gehalte is hoog in deze Americana-update.

Eric Devries

Het vierde soloalbum van Eric Devries komt uit bij een maatschappij van onze oosterburen. Devries is sinds zijn vorige album uit 2014 vaak onderdeel van samenwerkingsverbanden zoals Hidden Agenda Deluxe en Matthews Southern Comfort. Met deze laatste formatie toerde hij meermaals door Europa. Zijn spel en stem zijn goed herkenbaar. Het maakt dat we ons snel thuis voelen op Song & Dance Man. Het album staat vol met heerlijke melodieën ondersteund door akoestische begeleiding. Meermaals voel je dat Devries je uitnodigt voor een danspas. Het sterkst voelen we dat in het titelnummer ‘Ballad of a Song & Dance Man’ en het ronduit zwierige ‘Matters of Love’, dat met zijn liefdevolle tekst het middenstuk van het album siert. De liefde spreekt op het twaalf liedjes tellende album. ‘All I Know How to Do’ bezingt de liefde opnieuw. Hier horen we met nadruk de heerlijke vioolklanken van Joost van Es.

Het album is live opgenomen in Studio Doornenburg met de muzikanten Janos Koolen, Lucas Beukers, Joost van Es en Sophie Janna. De stijl van het album is heerlijk folky en country met een flinke scheut Bluegrass. De banjo en viool worden veelvuldig ter hand genomen. De centrale troef blijft de heerlijk melodielijnen. Vergeet echter niet de stem van Devries die met zijn fijne teksten de trommelvliezen streelt. We worden uitgewuifd met ‘Sunday Eve in Amsterdam’, waar de klassieke vioolklanken van Van Es hand in had gaan met het klarinetspel van Koolen rond de prachtige zanglijnen van Devries. Een warm einde aan een heerlijk onderhoudend album.

 

 

Jodymoon

Het Maastrichtse duo Jodymoon is een constante factor van kwaliteit. Digna Janssen en John Smeets hebben met Firestone hun zevende album gemaakt. De sound zit tussen singer-songwriter, Americana en jazz in. Wie de band kent en omarmt weet dat de kwaliteit niet teleur zal stellen. De twee multi-instrumentalisten weten al sinds 2006 op hoogstaand en innemend niveau met elkaar te musiceren. Dit nieuwe album is geen uitzondering.

Het album opent met de pianoklanken gespeeld door Digna Janssen. De samenzang met Smeets volgt in de compositie ‘In Another Time’. In ruim zes minuten weet Jodymoon je in de muzikale watten te leggen. Voor de liefhebbers en fans is het gewoon heerlijk thuiskomen. Voor nieuwkomers is Firestone is de staalkaart van de muziek van Jodymoon. Het album is een heerlijk vonkje dat het vuur brandende gaat houden tijdens de donkere dagen in de herfst en winter van dit jaar!

 

 

Tom Mank & Sera Smolen

Ondanks dat Tom Mank & Sera Smolen in de VS leven, zijn ze vaak in ons land te vinden. Ze werken veelvuldig samen met Nederlandse artiesten. Op het mini-album Like a Raindrop on a Feather horen we bijvoorbeeld de mondharmonicaklanken van Gait Klein Kromhof en de stem van Ellen Shae. Ze schitteren in het nummer ‘Far Away as the Moon’. Beiden deelden ze vaak het podium met het Tom Mank & Sera Smolen bij live-shows.

Het mini-album opent met de ademzucht van Sera Smolen in ‘Surrounded by Strangers’. Dan wordt de ademzucht vermengd met celloklanken, gitaarspel en de zang van Tom Mank. We worden direct binnengezogen in de muziek. Dit duo heeft op innemende wijze een nieuwe loot aan hun oeuvre gemaakt. Als je naar de tekst luistert en de straatklanken hoort, kan je het gevoel krijgen dat je omgeven wordt door vreemden maar je toch eenzaam voelt.

De sfeer van het album onderstreept de titel. Voorzichtig als het observeren van een regeldruppel die op een veer ligt. De titel van het album horen we terug als een zinnetje in het lied ‘Soft Landing’, dat gaat over de liefde die uitmondt in nieuw leven.

Het album, dat maar zes liedjes telt, is genoeg om je laten hongeren naar veel meer klanken dan de vijfentwintig minuten die deze heerlijkheid duurt. Gelukkig biedt het rijke oeuvre van deze twee muzikanten voldoende materiaal om verder te luisteren.

 

Muziek / Album

Verrassingen in de blues

recensie: Bluesupdate volume 14: Cuby + Blizzards, Danny Bryant, Cedric Burnside
Pexels: https://www.pexels.com/photo/wood-people-music-musician-9401772/

Zelfs in een oergenre als de bluesmuziek kunnen we verrast worden. De ene keer omdat een album niet meer verwacht werd, zoals het live-album van Cuby + Blizzards, een andere keer door de kwaliteit, zoals die van Danny Bryant of doordat de kleinzoon van een bekend artiest op zijn manier hoge ogen gooit, zoals Cedric Burnside.

Dat er nog een album te verwachten was van Cuby + Blizzards is voor de fans een grote verrassing. De zonen van oudgedienden in de blues verrassen met kwaliteitsalbums. Danny Bryant speelde lang samen met zijn vader. Cedric Burnside komt uit een rijke bluesfamilie.

Cuby + Blizzards
Het is inmiddels tien jaar geleden dat Harry Muskee, de zanger van Cuby + Blizzards, overleed. Met dit album Grolloo Blues wordt volgens de hoes een laatste toegift gegeven op het rijke oeuvre van de band. Het oeuvre werd ooit in de cd-box Alles uit Grolloo samengebracht op 28 cd’s en één dvd. Geluidstechnicus Ed Roose dook voor deze toegift in de archieven en stelde uit een aantal concertopnames dit prachtige album samen. We horen opnames die gemaakt werden tussen 2000 en 2011. Roose heeft al deze concertopnames uit de archieven samengevoegd tot één geheel, waardoor deze toegift voelt als een geweldig concert. Op twee cd’s worden we in vierentwintig composities getrakteerd, iets waar we alleen maar over konden dromen bij Cuby + Blizzards. Natuurlijk is het voor de fan en liefhebber allemaal bekend werk van deze legendarische band. Toch klinkt het fris en vooral als hele eigentijdse muziek. Het poetswerk aan de live-opnames en de productie van het geluid door Roose is natuurlijk tot in de puntjes verzorgd.

Het zou vreemd zijn als we zouden hopen op nog veel meer van dit soort puntgave live-opnames zo lang na het verscheiden van Muskee ‘Cuby’ zelf. Publiekslieveling ‘Window Of My Eyes’, dat Muskee in samenwerking met Eelco Gelling en Herman Brood schreef, prijkt natuurlijk op dit sluitstuk, dat een waardige toegift genoemd mag worden.

 

Danny Bryant
Voorheen opereerde Danny Bryant als Danny Bryant’s Red Eye Band; die toevoeging is nu verdwenen. Met The Rage To Survive verrast Bryant ons met een heel innemend en soms zelfs intiem klinkend blues-album, waar vooral stevig met de snaren van de gitaar wordt geroerd en de stembanden van Bryant als vanouds klinken. Opnieuw is de kwaliteit van het album hoog, zoals we van Bryant en de zijnen gewend zijn. Het rustpunt van het album, ‘Invisible Me’, heeft het intieme karakter dat we van een blues ballad mogen verwachten en geeft het album zijn extra stempel dat zo fijn is. Dat Bryant net als vele muzikanten het live circuit heeft gemist tracht hij met redelijk succes op The Rage To Survive te compenseren door het geluid van de live optredens te benaderen. De sound is mede tot stand gekomen met medewerking van Grammy Award winnaar Ian Dowling, die samen met de muzikant zelf aan de knoppen heeft gestaan. Ze hebben als het ware de nieuwe songs live in de studio gespeeld en dat vastgelegd op dit nieuwe album. Het resultaat klinkt in ieder geval als een welkome lekkernij in de oren.

De innemende energieke sfeer spat werkelijk uit de luidsprekers. Dat de teksten gaan over de periode van de nog steeds woedende pandemie zal niemand verbazen. De eerder genoemde ballad verhaalt bijvoorbeeld over worstelingen met de geestelijke gezondheid en het isolement gedurende de lockdown, die ook deze muzikant voelde. ‘Rescue me’ is misschien wel het logische vervolg op de hartenkreten van ‘Invisible Me’. De albumafsluiter ‘Westport’ is opnieuw uit het ballad-hout gesneden en sluit zo waardig misschien wel een van de beste albums van Danny Bryant af.

Cedric Burnside
Wie al veel langer in de blues meeloopt denkt bij de naam van Cedric Burnside onmiddellijk aan grootheid R.L. Burnside. Cedric is de kleinzoon van deze charismatische icoon uit de rauwe blues die in 2005 overleed. De muziek van Cedric is uit een sensitievere snaar gesneden, maar is wel in de blues-traditie vormgegeven. We horen in voornamelijk akoestische en kleine setting de blues gespeeld en gezongen worden.

Een van de songs van zijn grootvader, ‘Bird Without A Feather’, wordt in dit album op een eervolle manier bewerkt door Cedric Burnside. Elf van de dertien tracks zijn overigens van zijn eigen hand. Misschien is de bijdrage van de klanken van een cello, gespeeld door Caleb Elliott, wel een van meest opvallende stijlelementen van het album I Been Trying. Dit soort details geeft het album in ieder geval een effect dat je doet opkijken terwijl je luistert. Dat is toch prachtige toevoeging aan het oergenre van moderne muziek en dat mag genoemd worden.

Het album is overigens wel een album met verschillende lagen, wat resulteert in het prijsgeven van steeds meer schoonheid als de frequentie van beluistering is toegenomen. Zo’n langzame opening van de diepste lagen heeft geen negatieve invloed op de eerste luisterbeurten. Het album klinkt vanaf de eerste kennismaking zeer aangenaam. In het lof dat reeds is uitgestort over dit album wordt hier en daar gesproken over een Grammy-nominatie. De tijd zal leren of dat ook zo zal zijn. Het album is in ieder geval een aanrader voor de blues liefhebbers.

de drie albumcovers
Muziek / Album

Blues en Covid-19 omarmen elkaar

recensie: Bluesupdate volume 13: Johnny Mastro & Mama's Boys, Popa Chubby, Tiny Legs Tim
de drie albumcovers

Het is niet gek om de blues te krijgen van de Covid-19-toestanden, die de wereld nu al meer dan een jaar teisteren. Artiesten kunnen niet op tournee maar willen zich wel uiten. Dat doen ze dan in nieuwe muziek. Bij de pakken neer gaan zitten is geen optie! In deze elfde editie van de blues update gaat onze aandacht naar gruizig en soms heerlijk stevig werk van hoog niveau.

Natuurlijk kennen liefhebbers Popa Chubby en Tiny Legs Tim al. Johnny Mastro zal misschien minder bellen doen rinkelen. Voor uw 8WEEKLY-recensent is Mastro een volledig nieuwe naam, maar enig onderzoek leert dat het zeker geen onbekende in het bluesgenre is. Tijd dat hij ook wat breder bekend gaat worden.

Johnny Mastro & Mama’s Boys

Het album Elmore James for President dondert als een razende over de luisteraar heen. Met de gruizigheid waarmee we Ian Siegal associëren kunnen we gerust ook Johnny Mastro typeren. De voodooklanken waarmee Mastro en band zich bedienen waaieren allerlei kanten op van de bluesscene. En ook die kant kennen we van Siegal. Laten we er vooral voor waken om te beweren dat het een kopie zou zijn. Mastro heeft genoeg eigenheid in zijn muzikale benadering om het album snel te herkennen als je het na een tijdje weer zou opzetten.

In dertien tracks weet de band een verpletterende indruk achter te laten, die meteen de honger naar een live-optreden lijkt te verschroeien. Voordat dat kan plaatsvinden in deze coronatijd, zullen we het moeten doen met de formidabel ingeblikte enthousiaste ruwe bolster, die we Johnny Mastro & Mama’s Boys gerust mogen noemen. Of het met een blanke pit is, zoals het spreekwoord luidt, valt nog te ontdekken. De titels als ‘Child Wolf’, ‘Wildman Call’ en ‘Bottle Won’t Save You’ doen wat anders vermoeden, maar zoals zo vaak kan schijn anders uitpakken.

We leren uit de releasesheet dat dit het dertiende album van de band is en dat de band reeds vijfendertig tournees in Europa achter de rug heeft en daarbij in vijftien landen optrad. Het mag een wonder heten dat ze voor ons onder de radar zijn blijven vliegen. Met een klein zetje in de rug zou dit nieuwe album hen zomaar ineens ook in de lage landen bij de bluesliefhebbers op het podium brengen, of op een festival als het weer kan. Een feestje bouwen met deze band moet zeker lukken!

Popa Chubby

Op de hoes van het nieuwe album van Popa Chubby, Finfoil Hat, zien we de meester zelf met een mondkapje op, dat overigens op zijn kin hangt omdat hij een shagje rookt met zijn gitaar op schoot. Op deze manier is het een duidelijk tijdsdocument. Wie had ooit gedacht dat we het dragen van zo’n mondkapje als onderdeel van ons dagelijks leven zouden zien?

De muziek van Chubby laat over de periode waarin we zitten ook geen misverstand bestaan. Titels als ‘Baby Put On Your Mask’, ‘Someday Soon (Change Is Gonna Come)’ en ‘Another Day in Hell’ lijken allemaal terug te voeren naar de Covid-19-tijd waarin we leven. Vooral het eerstgenoemde lied gaat hier zeker over, maar – zoals het Popa Chubby betaamt – lijkt het mondkapje uiteindelijk ook het enige dat de dame in kwestie aan hoeft te houden.

De gitaarklanken van Eddie van Halen lijken model te hebben gestaan, als we luisteren naar het rockende bluesnummer ‘Another Day in Hell’. Het is geen kopie, maar de invloeden zijn wel overtuigend terug te voeren naar deze gitaargod en hier mooi verweven in de blues die Chubby ons voorschotelt. Dat is een heerlijke cocktail die staat als het spreekwoordelijke huis. Zwakke momenten zoeken is een hele klus. Of je zou de teksten te serieus willen nemen, zoals bij ‘You Ain’t Said Shit’, waar we eigenlijk heel luchtig over zouden moeten doen, maar voor de diepgewortelde tekstuitpluizer wordt het wel een dingetje om mee aan de slag te gaan.

Inhoudelijk is het titelnummer ‘Tinfoil Hat’ helemaal geënt op wat er in 2020 over de wereld raasde. Daarmee is het album een heel duidelijk tijdsdocument. Maar wel een heel erg lekker blues werkstuk met een stevige drive. Het spelplezier spat zoals gewoonlijk bij Chubby en zijn band uit de speakers.

Tiny Legs Tim

Het album Call Us When It’s Over verscheen alweer in november van 2020, maar krijgt in maart 2021 een re-release, omdat het album volledig was uitverkocht. Tijd om alsnog aandacht te schenken aan dit niet onverdienstelijke werkje van Tiny Legs Tim, dat tot op heden voor ons onopgemerkt is gebleven.

Na de twee eerder beschreven werken kunnen we rustig ademhalen met het album van Tiny Legs Tim, dat heel puntig klinkt, zeker de stevigheid van Johnny Mastro en Popa Chubby mist, maar door het heldere spel des te meer opvalt. De zes composities op deze nieuweling maken het album heel compact en bijna een EP.

Het album is een uitbarsting van de bandleden na een periode van drie maanden isolatie. De emotionele ontlading en energie die daarbij vrijkwam werd voor het zesde album van de band vastgelegd in The Yellow Tape studio in één weekend. De flow en spontaniteit van die live-opnames zullen we als luisteraar nog lang kunnen horen op dit nieuwe werk. Eén cover van R.L. Burnside, ‘Going Down South’, schittert tussen de eigen composities, maar past er prima tussen of beter gezegd: het zet de overige composities allerminst in de schaduw. Vier muzikanten in de standaardbezetting van gitaar, bas en drums ondersteunen de zang van Tiny Legs Tim. Door de nachtelijke opname klinken er zwoele beats en drums door in dit bluesy album, dat de muziek ook geschikt maakt voor de late uren als afdronk van een vette nacht aan muziek. Een opmaat voor een onrustige of onstuimige nacht zou je zomaar kunnen ontwaren. Toch sluit het album af met het lied ‘It’s All Over Now’, of moeten we dat interpreteren als een teken dat de muziek voorbij is en er wat anders kan beginnen?

Muziek / Album

Diversiteit troef

recensie: Pop/Rock update volume 2: Eva Auad, Greyhounds en Samantha Martin
Albumhoezen pop/rockalbumhoezen van elke artiest

Deze tweede editie van de pop/rock update is twee jaar na de eerste. In die tijd is er natuurlijk genoeg in het genre uitgekomen. Net als bij muzikanten die na lange tijd nieuw werk uitbrengen, hoopt 8WEEKLY dat jullie reikhalzend hebben uitgekeken naar deze nieuwe editie waarin we drie pop/rockartiesten bespreken. Deze worp is heel divers: van poppy tot retro-soul, rock en een tikje blues.

Een genre met een hek eromheen is niet spannend. En net als bij andere genres is het ook bij pop/rock moeilijk om deze in één hokje te stoppen. De drie besproken acts vallen onder de genoemde groep maar zijn toch allen heel verschillend. We starten bij Eva Auad, die misschien wel de lichtst verteerbare is van dit drieluik. Greyhouds neemt ons vervolgens mee naar Texaanse invloeden, maar schuurt al richting soul met lichte invloeden van reggae. Samantha Martin, die met haar vorige album stevig in de blues zat, gaat nu meer richting de retro-soul, rock en een tikje blues.

Eva Auad

De Nederlandse Eva Auad heeft met Like No Other een album van internationale allure gemaakt. Het album wordt volgens de begeleidende tekst van de platenmaatschappij tot de popmuziek gerekend. Toch weet Auad de luisteraar regelmatig aan de hand te nemen richting de jazzinvloeden om vervolgens ook richting een Broadwaymusical-gevoel te kruipen. Als je denkt bij een liedje dat je Eva Auad wel in één hokje kunt vatten, dan ontglipt die gedachte je bij een volgende song net zo makkelijk weer. Met andere woorden: je kan stellen dat Auad maar één ding goed kan en dat is kwaliteit vasthouden. Want daar ontbreekt het absoluut niet aan in het dozijn liedjes dat we terugvinden op dit derde album van deze dame. De muziek klinkt spannend genoeg om te blijven boeien bij iedere draaibeurt. Hopelijk weet Auad nu wel een groter publiek aan te boren met haar talent van liedjesschrijven en uitvoeren dat ze al sinds haar 12e jaar schijnt te doen.

Op zoek gaan naar pareltjes op het album Like No Other is niet zo moeilijk. Die zijn er in overvloed en in alle kleuren van de muzikale regenboog. Natuurlijk is het titelnummer al snel één van kandidaten met de in het oor-springende intro met een paar seconden stilte. Daarna ontvouwt zich een liedje dat makkelijk onder de hersenpan gaat zitten. Een lekkere drive en zang die je laat zoeken in je muzikale geheugen op wie deze pittige dame wel lijkt. Eén van de eerste namen die opkomt is Madonna uit haar goede tijd van Like a Virgin. Als dat niet als een compliment mag klinken dan kunnen we altijd op zoek gaan naar een linkje in de jazzwereld. Ik nodig de lezer uit om die link zelf te gaan ontdekken.

Greyhounds

Het album Primates van Greyhounds verscheen reeds in de vreemde zomer van dit jaar, toen we al midden in de crisis zaten. Het is een album dat niet de aandacht kreeg die het verdiende, doordat de eraan gekoppelde tournee verschoven is naar 2021. Maar het is nooit te laat om goede muziek in de schijnwerpers te zetten. Het Texaanse duo Andrew Trube en Anthony Farrell huurde niemand minder dan Steve Berlin in voor de productie. Berlin kennen we van Los Lobos en het wat minder bekende Deer Tick.

De referenties die we horen waaieren naar Rare Earth, The Doobie Brothers en de stem van Gregory Porter. Wie op bijvoorbeeld All Music Guide kijkt, ziet zelfs een referentie naar Hall & Oates en ZZ Top. Het album luistert vaak heerlijk loom weg. Sommige liedjes groeien en kruipen onder je huid, zoals de albumafsluiter ‘Omon’i’ waar het duo compositorisch hulp kreeg van Sam Greyhorse uit Austin. Feitelijk is dit liedje een buitenbeentje op het album, maar heeft het een prettige afdronk en nagalm, die je doet verlangen om het album weer opnieuw te spelen. En daar is dan ook helemaal niets mis mee!

Samantha Martin & Delta Sugar

Het collectief Samantha Martin & Delta Sugar komt uit Canada en nomineerde met de voorganger Run To Me zelfs voor een JUNO Award naast een aantal Maple Blues Award nominaties voor hun werk. Met The Reckless One tappen ze echter veel meer uit de retro-soulhoek, wat niet verwonderlijk is als we kijken naar de enorme lijst van gastbijdragen. We horen invloeden van Mavis Staples, Sharon Jones, Booker T en Otis Redding, om er maar een paar te noemen. De Bob Dylancover ‘Meet Me In The Morning’ heeft stevige referenties naar Ike & Tina Turner, maar ook Janis Joplin horen we erin terug. Wie verder luistert naar het dozijn aan liedjes komt vanzelf uit bij ‘Pass Me By’, waar we duidelijk invloeden horen van Bruce Springsteen, maar ook van de vroege Southside Johnny & The Asbury Jukes. Als lezer gaat het waarschijnlijk nu al duizelen van de vele namen.

Bij dit album is zeker het luisteren de ‘proof of the pudding’, want ondanks dat het misschien onwaarschijnlijk lijkt: Samantha Martin maakt van dit alles een kolkende cocktail van jewelste, die swingt van de eerste tot de laatste noot en een enorme puist aan energie ten toon weet te spreiden. Als we in de bijgaande releasesheet lezen dat dit album in de coronatijd tot stand is gekomen, kunnen we alleen maar concluderen dat deze dame alle energie, die ze op de planken gebracht zou  hebben, nu heeft samengebald in dit album. Het maakt The Reckless One tot een album dat je zeker even moet draaien als je er eens helemaal doorheen zit van al dat thuiszitten. Je bouwt dan eenvoudigweg met je paar huisgenoten en een klein handje visite toch even lekker je eigen retro-soulfeestje. Afstand houden is evenwel een lastig dingetje als je opgezweept tot dansen zou komen!

Muziek / Album

Americana van vele snit

recensie: Americana Update 4: Gretchen Peters, Lucinda Williams & Don Bryant

Voor veel mensen is Americana ongrijpbaar en dat is het zeker ook voor de kenners. Met alle stijlelementen die we mogen rekenen onder het genre is het lekker breed. In deze editie van de Americana update knopen we drie albums aan elkaar, die nog maar eens bewijzen hoe breed het spectrum van Americana eigenlijk is. Een tribute-album, een origineel top country-album en een album dat soms zo dicht tegen soul aan hangt dat het zelfs volledig zo lijkt.

Gretchen Peters – The Night Your Wrote That Song: The Songs of Mickey Newbury

Heel mooi dat Gretchen Peters – na eerst een behoorlijk gevecht te hebben gevoerd in haar carrière om haar eigen liedjes te kunnen laten uitbrengen en inmiddels een fraaie catalogus aan albums heeft gemaakt – nu Mickey Newbury eert. Newbury stond in de jaren zestig en zeventig aan de wieg van de hervorming van de countrymuziek, maar heeft ondanks zijn ongeveer dertig albums zelf nooit echt succes gehad. Wel werden zijn liedjes door groten als Elvis Presley, Don Gibson, Andy Williams, Eddy Arnold en Kenny Rogers tot grote hits gezongen.

Met dit eerbetoon zet Peters deze bijzondere songschrijver én zichzelf in de schijnwerpers. De kracht van de liedjes van Newbury schittert in een gloedvolle vertolking van Peters. Peters trekt de liedjes naar zich toe, waardoor je bij beluistering geenszins het idee hebt naar een coveralbum te luisteren, als je die liedjes niet herkent van Newbury. Wie zich verdiept heeft in het werk van Newbury hoort hier een klasse zangeres zich ontfermen over de nalatenschap van een begenadigd songsmid, die duidelijk respect heeft voor het liedje.

Lucinda Williams – Good Souls Better Angels

Het legendarische album Car Wheels On A Gravel Road staat veel countryliefhebbers in het geheugen gegrift sedert 1998. Een artiest als Lucinda Williams moet steeds maar moeite doen om dat meesterwerk te evenaren of te overtreffen. Met Good Souls Better Angels doet Williams opnieuw een heel goede geslaagde poging. Het album neemt bij iedere beluistering meer bezit van je. Wie het meesterwerk van 1998 nog even draait hoort hoe de stem van Williams is veranderd richting de donkere regionen en meer rafels heeft gekregen, maar de loodzware begeleiding van haar band heeft een heel andere impact. De overeenkomst is dat producer Ray Kennedy weer van de partij is.

Feitelijk trapt Williams af met een country-blues van het zuiverste water. ‘You Can’t Rule Me’ zet direct de toon voor de rest van dit album. Williams blijft niet in de blues-hoek hangen, maar keert gelukkig terug naar de wat stevigere alternatieve country. Ze blijft daarbij dicht bij haar roots, maar heeft de toon van haar muziek wel aangepast aan haar stem. Het wordt daarmee een album dat zich kan meten met haar veel geprezen en gelauwerde album. Opvallend genoeg wordt vermeld dat de vinyl-editie van dit album een aantal akoestische versies van liedjes van het album herbergt. Dat maakt me overigens wel nieuwsgierig.

Don Bryant – You Make Me Feel

Het album van Don Bryant zou al begin mei uitgekomen zijn, maar laat door de Covid-19 perikelen wat langer op zich wachten. Een paar singles zijn in de tussentijd verschenen op de streaming platforms. Bryant is een artiest die na zijn debuut in 1969 er tot 2017 over deed om met een opvolger te komen. De 78-jarige Bryant klinkt helemaal niet zo oud, maar heeft inmiddels wel meer haast dan gemiddeld om nog een catalogus bij elkaar te zingen.

Bryant verdiende zijn sporen als songwriter voor Ann Peebles, Al Green, O.V. Wright en Otis Clay. Zelf bleef hij vooral op de achtergrond en in de Gospelmuziek actief. Maar op zijn oude dag verschijnen er ineens albums onder zijn eigen naam en horen we hoe fijn Bryant nog bij stem is; ook zijn songschrijvers skills zijn nog steeds uitstekend. Zijn muziek zit ergens in de hoek van soul, R&B en blues. Moeilijk in een hokje te stoppen. Alle reden om hem bij de Americana-hoek te vegen al horen we niet echt country-invloeden in zijn muziek, maar wel alles wat de stroming behelst van blues, folk, soul en rock.

Muziek / Album

Machtige ervaring met de blues

recensie: Bluesupdate Volume 12: Dynamite Blues Band – Medicine, 24 Pesos – Flesh & Bones EN Popa Chubby – It's a Mighty Hard Road

We hebben met het volmaken van het dozijn niet alleen aandacht voor geweldige nieuwe albums in het genre. Nee, het genre waaruit de pop en rock geboren werden, is nog altijd springlevend! Wat moet je nog verwachten van een artiest die zijn dertigjarig bestaan viert? Nou, gewoon een van zijn beste albums! Van de uit Hillegom afkomstige Dynamite Blues Band raken we meteen op dreef. En van 24 Pesos uit Londen kunnen we toch niets slechts verwachten?

Dynamite Blues Band

Dynamite Blues Band heeft er flink de wind en het tempo in. De band grossiert in nummers met een stevige blues met flinke rafelrand. Het tempo van de composities is stevig en de drive van het spelen ligt op een hoog niveau. Het spelplezier knettert letterlijk uit de boxen. Echt stilzitten kun je haast niet bij het beluisteren van Medicine. Dat de mannen in 2018 de prestigieuze Dutch Blues Challenge award pakten en tegelijk de derde prijs bij de European Blues Challenge, heeft ze geen windeieren gelegd. Een flink volle agenda met optredens en festivals was het gevolg.

Dit derde album is de opvolger van het in 2016 verschenen Kill Me With Love, dat alom lof oogstte. Dat zal met dit album niet veel anders zijn. Pas bij ‘My Baby Left Me (For A Rich Man)’ gaat het gas er even af en schuurt de muziek tegen een blues-ballad aan, maar dan wel in een tikje uptempo-uitvoering. De mondharmonica doet erg denken aan de Ian Siegal Band. Met die vergelijking hebben we meteen helder gemaakt dat Dynamite Blues Band aan de ‘vuile kant’ van de blues zit. Geen gepolijste blues-loopjes, zoals we die kennen van artiesten als Gary Moore. Nee, deze mannen zitten aan de ruige, heldere kant van de blues en houden graag het tempo en de drukke beleving hoog in het vaandel. Wie daarvan houdt, kan zich geen buil vallen aan dit heerlijke album!

24 Pesos

De centrale man in 24 Pesos is Julian Burdock, die ook tekent voor al het songwerk op dit vijfde album van het collectief. Het album Flesh & Bones opent met een fijn melodisch en warm uitgevoerde compositie ‘I Am The Blues’, dat direct zorgt dat je het album met een warm onthaal omarmt. Blues met een lekker diep, traag ritme met fijn akoestisch gitaarwerk en pianoklanken. Het is direct ruim vier minuten genieten geblazen. Het tempo blijft lekker traag als we vervolgens in de muzikale armen kruipen van ‘Broken Hearted Man’, deze keer met elektrische gitaar en pianoklanken die onder de fijne zang van Burdock hun masserende werk doen. Hier krijgen we ook dameszang te horen van Katie Hector. Wat een fantastische start van een album, dat al snel als een weldaad in het blues-genre aanvoelt. Een soort warme jas, die je achteloos over je schouders trekt als je de nog jonge nacht inloopt.

Maar zo mellow blijven de klanken niet. Met ‘All The Same’ en ‘You Don’t Want Me’ wordt het tempo opgeschroefd en laat 24 Pesos de teugels vieren, om vervolgens bij ‘Man Like Me’ weer gas terug te nemen. Het midden van het dozijn liedjes op dit album wordt gevuld met het titelnummer ‘Flesh and Bones’ en ‘Goodbye Street Angel’. Een terugkeer naar het gevoel van de twee openingsnummers horen we pas bij de afsluiter ‘You’ll Never Know’, dat zich uitstrekt in een goddelijke, ruime zes minuten. 24 Pesos heeft met Flesh & Bones een fijn afwisselend bluesalbum gemaakt, dat uitnodigt om met regelmaat de cd-speler te zoeken. Blues voor de verfijnde liefhebber, die zich graag laat warmen door wat de blues te bieden heeft in de vele facetten van een melodieuze benadering.

Popa Chubby jubileert

Popa Chubby debuteerde in 1995 met het album Body and The Beast en wist meteen op te vallen. In het bluescircuit speelde hij toen al zo’n vijf jaar, zodat we in 2020 samen met hem zijn dertigjarig jubileum op het podium kunnen vieren. Dat doet Chubby geheel in stijl met een nieuw album dat zeker niet aan kracht heeft ingeboet. Met It’s a Mighty Hard Road tapt Chubby zoals gebruikelijk uit een krachtig en vol blues-vaatje. Het vette geluid dat we van deze gigant kennen is nog altijd heerlijk te noemen. Het songmateriaal op dit album is dik in orde en klinkt geïnspireerd.

Zoals altijd nodigt een album van Popa Chubby uit om hard, te hard, te draaien. Het geluid is vol maar gepolijst. Geen ruwe blues maar blues met ronde randen. Gedreven, gestaag kun je het tempo omschrijven, waarin Chubby en zijn band je in een soort cadans brengt. Halverwege het album waagt Chubby zich aan een bluesballade onder de titel ‘The Best Is Yet To Come’, dat even het gas eraf haalt. Een songtitel die je ook kunt opvatten als een belofte dat de rest van het album nog beter zal worden. ‘Beter’ is lastig te zeggen, want Chubby staat garant voor een constante kwaliteit en dat al zo’n dertig jaar lang. Ook deze keer stelt de man totaal niet teleur. ‘Cordito’ is het langste nummer van het album. Het klokt tegen de zes minuten en opent met opvallend licht gitaarwerk dat als een opklaring voelt tussen het bluesgeweld. Hetzelfde lichte werk blijft zelfs aanhouden tijdens het rustpunt in het album. Instrumentaal laat Chubby ons op adem komen zonder ook maar een seconde te vervelen. Geen pauzemuziekje, maar een helder bluesbad. Het meest verrassende nummer van het album is ongetwijfeld de Prince klassieker ‘Kiss’, die het album afsluit. Een blues-zoentje ter afsluiting? Nee, het blijft een funky nummer met een tikkie blues mondharmonica erin.

BlackBottleRiot_RipoffRaskolnikovBand_MattAnderson
Muziek / Album

Blues om breed te horen

recensie: Bluesupdate volume 9
BlackBottleRiot_RipoffRaskolnikovBand_MattAnderson

In deze negende editie van de bluesupdate aandacht voor albums van onbekende bekenden; acts die in kleine kring soms al behoorlijk wat waardering wisten op te bouwen. Voor sommigen van hen is de tijd nu rijp om buiten die kring gehoord te worden.

Southern rock uit Nijmegen is een voorbeeld van zo’n onverwachte combinatie. En wie zou er bij blues-rock gedacht hebben aan een singer-songwriter uit Oostenrijk? Een blues-artiest uit Canada klinkt dan al een stuk aannemelijker. Ze komen in deze editie alle drie aan bod om even de verdiende aandacht op te roepen.

Black Bottle Riot

De Nijmeegse formatie Black Bottle Riot heeft het kwartet compleet met het verschijnen van het album Fire. Ze bouwden met de voorgaande albums aan een stevige reputatie, maar mochten nog niet echt doorbreken. Hopelijk gaat daar met het verschijnen van dit vierde album verandering in komen. De band bedient zich van (blues-) rock waarbij de zang doet denken aan Southside Johnny en Alex Harvey.

Het album geeft plaats aan een aantal fraaie ballads, maar trapt pittig af met het titelnummer ‘Fire’. De pracht zit hem echter in het derde nummer van het album. ‘Spirit Talker’ opent met een achteloos fluitje om over te gaan in een prachtige ballad die zich na anderhalve minuut werkelijk in alle glorie ontvouwt en na vierenhalve minuut zelfs feestelijk uitpakt. Dit is het echte prijsnummer van dit album, dat verder nergens slappe momenten kent. Het kwartet weet de negen composities te smeden tot een album dat uitnodigt om herhaaldelijk rondjes te laten maken in de cd-speler. Naast het rock-‘n-roll-imago dat de band tot op heden opbouwde, mogen we ze nu ook scharen in de hoek van de ballads. De band bewijst met Fire van meer markten thuis te zijn. Ze zullen hun schare fans flink weten te vergroten door het brede pallet aan stijlen op dit album dat desondanks toch als een eenheid klinkt.

 

Ripoff Raskalnikov Band

Oostenrijk staat niet bekend als een muziekland wat wij vaak tegenkomen, laat staan in de hoek van de blues-rock. Toch komt Ripoff Raskalnikov Band uit het genoemde land en heeft het met Small World een prestatie geleverd die door de goede muziekwinkels opgepakt zal gaan worden. Bij mijn laatste winkelbezoek kwam ik hen zowaar tegen als een van de tips van dit moment en ik kan zeggen dat dat meer dan verdiend is.

De band beweegt zich rond het muzikale gebied van countryrock met een scheut blues. Raskalnikov trekt direct de aandacht door zijn bijzondere, gruizige stemgeluid. Als je daarvan houdt is de eerst stap succesvol gezet om te genieten van dit album. Zijn doorwrochte stem, songschrijvers talent en gevoel voor detail in de uitvoering komen optimaal tot zijn recht in de rockballad ‘Blue Afternoon’. ‘People’ kent een reggaeritme, wat een bijzondere verrassing oplevert op dit album. Reggae wordt hier versneden met rock, pop en singer-songwritertalenten, waardoor de song als een natuurlijke eenheid in het warme bed van het album past. Het is weliswaar een stijlbreuk, maar heeft toch genoeg verbinding naar de rest van de liedjes. Met ‘So Much Water’ tapt Raskalnikov opnieuw uit een diepgravend balladvaatje. Daarnaast heeft dit nummer een klanktint die je zo zou kunnen plotten op een uitvoering van een Springsteen-album. Het zou een enorm compliment zijn als deze grootheid dat liedje eens als cover zou spelen. De liefhebber van dit soort muziek weet nu genoeg.  Small World is verplichte kost, zou ik zo zeggen!

 

Matt Andersen

De Canadees Matt Andersen heeft een verschijning die indruk maakt. De enorme body van Andersen draagt bij aan zijn krachtig stemgeluid. Zijn uitzinnige manier van performen, zoals hij dat gewoonlijk live ten tonele voert, weet hij opnieuw prima vast te leggen in de studio. Inmiddels timmert Andersen zo’n twintig jaar aan zijn carrière en is hij binnenkort dan ook een keer niet te zien op een klein podium, maar op het geweldige Tivoli Vredenburg in Utrecht. Met Halfway Home by Morning brengt Anderson andermaal een album dat voor de fans een feest der herkenning is. Voor een nieuweling zal het honger oproepen naar wat deze man allemaal hiervoor heeft gemaakt. Sinds het debuut in 2008 is dit zijn vijfde studioalbum waarnaast nog een live-registratie is verschenen.

Het album herbergt vele fijne nieuwe composities. ‘Something To Lose’ zingt Andersen samen met Amy Helm, de dochter van The Band’s drummer Levon Helm. De stemmen kleuren prachtig bij elkaar. Verder kenmerkt het album, dat geproduceerd is door Steve Dawson, zich door de samenwerking met een rijk palet aan muzikanten. Hierdoor komen de liedjes van Andersen door een keur aan aan co-writers en medemuzikanten tot een rijke vertolking. We horen niet alleen de gitaren van Andersen, maar ook Dawson speelt mee op diverse instrumenten. Een fraaie koperblazerssectie geeft vele liedjes een extra dimensie. Andersen gaat met het album Halfway Home by Morning zeker nieuwe fans scoren. Mij heeft hij opnieuw overtuigd van zijn talent en kunde.

Muziek / Album

Blues uit diverse windstreken

recensie: Blues-Update Volume 8

Bluesmuziek is er in vele soorten en maten. Nieuwelingen melden zich met regelmaat aan het bluesfrong, terwijl oude bekenden nog steeds met uitstekend nieuw materiaal op de proppen komen. Inmiddels moet Ian Siegal zich tot de oudgedienden van de blues noemen. Danny Bryant komt met mogelijk zijn beste plaat ooit, nu hij verder moet zonder zijn vader in de band. Dana Fuchs groeit alleen maar verder.

Siegal komt met de bluesplaat van het jaar

Laten we er maar geen doekjes om winden: het nieuwe album van Ian Siegal doet direct een gooi naar de titel van bluesplaat van het jaar. All The Rage maakt al bij een eerste beluistering helder dat Siegal in topvorm is. Hij versnijdt de blues vakkundig met genres als soul, rock en een vleugje voodoo. De cover van het album is een schilderij van Ian Siegal zelf, gemaakt naar een foto die van hem werd geschoten. Zo zien we meteen dat Siegal niet alleen als muzikant veelzijdig is. Het maakt nieuwsgierig…

De albumopener ‘Eagle-Vulture’ kunnen we gemakshalve betitelen als een herkenbaar Siegal-nummer. Het is een kabbelende blues met de stevige zang en af een toe een gekke hoge uithaal. Wie het eerdere werk van hem kent zal het onmiddellijk herkennen. Gelukkig zijn niet alle tien de songs slechts een beetje meer van hetzelfde. Het is juist de diversiteit van de songs die de kracht van het album vormt. Zo horen we het warme door soul beïnvloede ‘Won’t Be Your Shotgun Rider’ gevolgd door het opgewekte ‘Ain’t You Great’. Een heel verrassend moment van het album is de gospel in ‘Sweet Souvenir’; iets onverwachts van Ian Siegal. Ik wist niet dat hij dat in zich had.

Afscheid nemen stuwt naar grote hoogte

Revelation is het product van een periode waarin Danny Bryant worstelt met emotionele problemen rond het afscheid nemen van zowel een van zijn beste vrienden als zijn vader. Met zijn vader deelde hij vele jaren het podium; nu moet hij zonder hem verder. Die pijn resulteert in een van de beste bluesalbums van 2018. Bryant speelt met vlammend gitaarwerk dat bij tijden heftig over komt. Het geeft al snel het gevoel dat de lading van het album net zo heet moet worden genomen als het opgediend wordt. Met de wetenschap waar Bryant mee worstelt is dat niet minder dan normaal.

Het album opent met de titeltrack ‘Revelation’ waar Bryant direct en helder een openbaring uitschreeuwt. Hij verhaalt over de prijs die hij moet betalen voor de diefstal van zijn hart. Die directheid, boosheid en pijn vinden we in meer composities terug op dit album. Maar we kunnen niet zeggen dat het overal even heftig is. Bryant weet zeker ook gas terug te nemen en daarmee te ontroeren. ‘Isolate’ is als tweede nummer van het album van beide kampen. Met fraai gitaarwerk, afgewisseld met de nodige rustpunten, maar ook de tergende zang van Bryant. Ruige bluesrock vinden we vervolgens weer in ‘Liars Testament’. Eigenlijk is het een aaneenrijging van machtige hoogtepunten. Het enige absoute rustpunt op het album levert ‘Someday the Rains Will Fall’; voor het overige voert vooral de heftigheid, en daarmee ook de fraaie bluesrock, de boventoon. Het album brengt je snel van A naar B als je het draait op de snelweg. Let op je teller!

Alleen maar doorgroeien

Het debuutalbum Lonely For a Lifetime bleek in 2003 aan ons voorbij te zijn gegaan. De meeste liefhebbers leerden Dana Fuchs daarom kennen bij het uitkomen van de DVD Live from NYC in 2008. Met het liveoptreden wist Fuchs ineens wel de aandacht op zich te vestigen. Bij dit vijfde studio-album Love Lives On kunnen we gemakkelijk stellen dat deze Rod Stewart van de blues in vrouwspersoon alleen maar steviger in haar schoenen staat. De rock van deze bluesplaat heeft wel de overhand, waardoor de blues verder naar de achtergrond is verschoven.

Fuchs tapt uit een stevig vaatje rock, maar levert in het titelnummer dat als vijfde liedje op het album te vinden is een rustpuntje tussen de dertien fraaie composities. Er zijn geen zwakke momenten te vinden op dit album dat zich vooral uitnodigt om herhaaldelijk te worden beluisterd en wel direct na elkaar. Het duurt lang voordat de verveling zal toeslaan. Fuchs zit vol levenslust en vechtlust dat ze ook bezingt in ‘Fight My Way’, waarin ze verwoordt hoe ze zich terug vecht in het leven na een wat heftige periode. Het lijkt erop dat ze daarbij een haar depressie heeft overwonnen en zich terug vecht. Het geeft in ieder geval een fraai liedje dat naast ‘Love Lives On’ als rustpunt dient, maar dat wat betreft de tekst zeker niet is. Fuchs’ nieuwe album laat vooral van zich genieten door regelmatige consumptie op een goed volumeniveau.