Boeken / Fictie

Vederlichte zoektocht met inhoud

recensie: Jonathan Safran Foer - Alles is verlicht

Een boek dat zichzelf schrijft terwijl je het leest. Zo kun je de ingewikkelde vertelstructuur van Alles is verlicht misschien nog het beste omschrijven. Een man met dezelfde naam als de schrijver, Jonathan Safran Foer, gaat naar de Oekraïne om daar naar het verleden van zijn grootvader te zoeken. Met zijn gids Alex en diens grootvader gaat hij op pad. Ze vinden niets, maar toch wordt alles verlicht.

~

Pas na een stuk of dertig pagina’s wordt duidelijk hoe Alles is verlicht geschreven wordt. Jonathan Safran Foer schrijft de lang vervlogen geschiedenis van de Joodse nederzetting (‘sjtetl’) Trachimbrod in de Oekraïne. Zijn gids Alex schrijft hoofdstukken over de zoektocht van Safran Foer naar Trachimbrod. Tenslotte zijn er nog de brieven die Alex aan Jonathan schrijft, en die over het schrijven en de geschiedenis zelf gaan. Een wonderlijke structuur.

Joden

De Joden zijn in de Oekraïne niet netjes behandeld, vooral niet tijdens de Tweede Wereldoorlog. De reis die Jonathan maakt om het dorp van zijn grootvader te vinden is dan ook bij voorbaat al gedoemd te mislukken: de sjtetl zal niet meer bestaan. ‘Toen de oorlog uitbrak, wilden veel joden naar de nazi’s vluchten om veilig te zijn voor de Oekraïners,’ zegt Jonathan tegen zijn gids. ‘Dit is niet waar.’ ‘Dit is wel degelijk waar.’ ‘Ik kan niet geloven wat jij zegt.’ ‘Zoek het maar op in de geschiedenisboeken.’ ‘Dit staat niet in de geschiedenisboeken.’ ‘Maar zo was het wel degelijk.’
De sjtetl Trachimbrod bestaat niet meer, maar misschien wonen in omliggende dorpen overlevenden van de holocaust. Jonathan, Alex, diens grootvader en de stinkende hond Sammy Davis Junior Junior stappen in een oud autootje en gaan op weg.

De manier waarop Alex over de reis vertelt is hilarisch. Zijn Engels is niet al te best: Ik had voortreffelijk geresulteerd in mijn tweede jaar van Engels aan de universiteit. Dit majesteitelijke feit dankte ik aan het feit ik een leermeester had met stront in zijn hersens. Zijn gebrekkige Engels levert grappige woordvondsten op als ‘miniatuurpraat‘, ‘wij gingen ons laten inslapen‘ en andere subtiliteiten. Dit is trouwens door de vertaler van het oorspronkelijk engelstalige boek, Peter Abelsen, bijzonder mooi en inventief gedaan.

De liefde liefhebben

Terwijl Alex vertelt over de reis naar de plaats waar Trachimbrod ooit stond, schetst Safran Foer wat er in het verleden allemaal in de sjtetl gebeurd is. Het begint met zijn betbetbetovergrootmoeder, Brod. Het mooiste meisje van het dorp, die trouwde met de Kolker, maar dacht dat ze hem niet liefhad. Ze had haar liefde lief, had het liefhebben van de liefde lief, zoals de liefde het liefhebben liefheeft, om zich te kunnen verzoenen met een wereld die net niet haar verhoopte wereld was.
De geschiedenis gaat verder met Jonathans grootvader, Safran. Een womanizer met een verlepte arm, die door iedereen in het dorp wordt bemind. Daar tussendoor horen we alles over het dagelijks leven in de sjtetl, over de scheuring van de synagoge in twee groepen (de Onderuitgezakten en de Rechtstaanden), over een echtgenoot met een zaagblad in de schedel en over Het boek der Antecedenten, de geschiedschrijving van Trachimbrod in duizendeneen anekdotes. Het geeft het verleden kleur en diepte, plus een lichtvoetige humor die opvallend goed bij de eigenlijke treurigheid van het verhaal past.

Vormeninhoudvallensamen

~

Want treurig is het. Niet alleen is de zoektocht van Jonathan en Alex al bij voorbaat mislukt, gaat het over sterven, doden en de holocaust, ook heeft de grootvader van Alex een ondraaglijk geheim. Het valt Alex niet licht om te schrijven over zijn grootvader:

Ik heb vele malen tot aan dit punt geschreven, en corrigeerde dan dingen waarvan ik wist dat jij om correctie zou vragen (…) maar telkens als ik vanaf hier wil doorzetten, gaat mijn hand zo beven dat ik de pen niet meer kan vasthouden. Doe het voor mij. Alsjeblieft. Vanaf hier is het van jou.

Alex zet door, maar niet zonder dwang, al zien we nergens brieven of commentaar van Jonathan. Vanaf het moment dat de onthullingen doorzetten en alles ‘verlicht’ moet worden, gaat het echter bergafwaarts met het boek. De stijl wordt haastiger, slordiger. De dialogen zijn niet makkelijk om te lezen, omdat alles achter elkaar gezet wordt zonder witregels. Daardoor raak je soms de draad kwijt. Wie zegt wat?
De getuigenis van de grootvader, helemaal aan het eind, is een ander voorbeeld van haast, maar dit keer met opzet, en om de inhoud van zijn relaas in een juiste vorm te gieten. Leestekens verdwijnen, zelfs de spaties moeteneraangeloven en het wordt zonder meer duidelijk dat de grootvader moeite heeft met het vertellen van zijn verhaal, maar de lezer heeft evenredig veel moeite met het lezen van die pagina’s. Het is goed om de vorm van tekst samen te laten hangen met de inhoud, maar hier maakt de vorm de inhoud minder toegankelijk.

Schrijven

Het is een voorbeeld van hoezeer het schrijven de inhoud van de roman beïnvloedt. Keer op keer lezen we in de brieven van Alex hoe Jonathan hem vraagt dingen te veranderen of te corrigeren. Ik weet dat je me gevraagd hebt de fouten niet te veranderen omdat ze humoristisch klinken, en dat humoristisch volgens jou de enige ware manier is om een treurig verhaal te vertellen, maar ik denk toch dat ik ze ga veranderen.
Alex op zijn beurt vraagt Jonathan om aanpassingen in de verhalen over het verleden van Trachimbrod. Als ik een voorstel mag uiten: sta alsjeblieft toe dat Brod gelukkig wordt. Alsjeblieft. Is dit zo’n onmogelijk ding? Misschien kan zij nog steeds bestaan, en dan bij jouw grootvader Safran zijn.
Opmerkingen als deze zetten hele ideeën over romanstructuren, vertellersperspectieven en vooral over geschiedschrijving op de helling. Want is dit een waargebeurd verhaal, een reisverslag? Hoeveel mag je fantaseren als je een geschiedenis schrijft? Hoeveel waarde mag je hechten aan herinneringen, die verkleuren in de tijd en gedachten van de eigenaar? Vragen waar Alles is verlicht je dwingt over na te denken. Want na de laatste bladzijde is alles wel verlicht, maar niet opgehelderd.

Jonathan, of Alex, of Jonathan Safran Foer schrijft met Alles is verlicht een bijzonder complexe roman, die desondanks bij vlagen vederlicht is. De passages over liefde en treurnis in Trachimbrod zijn van een poëtische schoonheid. Wanneer Alex vertelt over de reis en zijn grootvader moet je aanvankelijk hard lachen, maar allengs verstomt het lachje. Humor is de enige manier om een treurig verhaal te vertellen, vindt Jonathan. Hij heeft gelijk.

Boeken / Strip

Perfecte drie-eenheid

recensie: 3

De zichzelf opdringende titel 3 vat dit twaalfde album in de Incognito-reeks conceptueel grotendeels en perfect samen: het zijn 3 verhalen van 3 auteurs, Evenhuis neemt evenwel alledrie de scenario’s voor zijn rekening, met enige reserve kan men stellen dat het voor alledrie de eerste échte strip is, het zijn 3 autodidacten (!!), en… laat ik daar van mijnentwege aan toevoegen dat het 3 veelbelovende talenten blijken.

~

De ‘bekendste’ van deze twee jongens en een meisje is Chris Evenhuis met een sciencefiction-boek, een stripverhaal in Seasons #2, naar men fluistert een lopend project voor uitgeverij Arboris, en ‘de grootste virtuele (?) bron van informatie over de oorspronkelijk nederlandstalige strip‘, zoals wij dat zelf graag zeggen. De Jong en Weijers tekenen al van in hun jongste jaren en vervaardigen zich sindsdien in illustratiewerk allerhande. Iets hier vermeldenswaardig hadden ze tot nu toe nog niet gepubliceerd.

Robot en junglewezen

~

Evenhuis schrijft drie totaal verschillende verhalen, tenzij het begrip ‘onmenselijk’ in verschillende betekenissen misschien de bindende factor vormt. Voor De Jong levert hij een op het eerste gezicht mysterieus, vreemd aandoend scenario af over een cyborg, meer bepaald een kruising tussen een robot en een junglewezen, die duidelijk op zoek is naar iemand, die hem na aan het hart ligt maar iets zeer kostbaars van hem gestolen heeft. Al snel blijkt deze dynamisch getekende sf-actiestrip ook leesbaar op een tweede, diepzinniger niveau. Op dat tweede niveau hanteren Evenhuis en kompaan echter te eenvoudige en eenduidige archetypen van goed, kwaad, liefde, wraak, enzovoort. Die alleenstaande kritiek daargelaten blijft het een leuk, grafisch sterk actieverhaal.

Weijers, de vrouw in het gezelschap, heeft een voorkeur voor monstertjes, trollen, elfen en wat dies meer zij. Evenhuis heeft daar rekening mee gehouden in deze queeste-met-lugubere-afloop van een kobold naar voedsel. Die voert hem langs een fee, die hem om een mij vooralsnog onduidelijke reden geld geeft, een heks, en een alien-achtig wezen. Zijn zoektocht brengt hem uiteindelijk niet bij eten maar bij een partner. Of toch bij eten?

Sprookje

Weijers mistige en stroperige stijl, enkel onderbroken door de gepolijste alien, doet heel sterk denken aan oude fantasy en volwassen sprookjes zoals Layna van de Waalse Belgen Hausmann en Dubois. Ze heeft daarmee de perfecte stijl voor wat ze wil uitbeelden. Dit tweede verhaal geeft ook blijk van de sarcastische en zelfs cynische humor die heel wat albums van de Incognito-serie zo eigen is.

~

Het derde verhaal, dat Evenhuis ook zelf in beeld bracht, lijkt wel recht uit het verzameld werk van de Amerikaanse horror-auteur H.P. Lovecraft te komen. Wat begint als een wellevende brief aan een vriend van het hoofdpersonage, eindigt met de ‘vrucht’ van een necrofiele daad van liefde. Horror in een gepolijste verpakking, het is een motto dat voor beide auteurs kan opgaan. Evenhuis’ romantische tekenstijl spreekt mij persoonlijk het minste aan, wat absoluut niet wil zeggen dat hij minder getalenteerd zou zijn dan de twee anderen.

Top vijf

Tot slot vat 3 nog een prominent element van alle albums uit het Incognito-fonds: 3 illustraties dat je als auteur wel degelijk je punt kan maken op een beperkt aantal pagina’s (hier telkens acht). Door hun beperkte omvang zijn dit geen strips die een top vijf van het afgelopen jaar zullen halen, maar door hun kwaliteit zijn het wel strips van auteurs die allen de potentie hebben om ooit in die top vijf te staan.

3 is ook te bestellen door € 5,21 (incl. portokosten) over te maken op rekeningnummer 6193908, t.n.v. R. Schouten te Zaandam. Dit onder vermelding van ‘Incognito deel 12’.

Film / Films

8 Mile

recensie: 8 Mile

In een van zijn rap-battles tijdens de film 8 Mile krijgt Eminem te horen dat hij net Elvis is: de muziek van zwarten stelen en er vervolgens zelf succesvol mee worden. Maar niet alleen in dat opzicht lijkt Eminem op The King. De blanke rapper maakt net als Elvis fictie-films over zijn eigen jeugd en zijn carrière, en de acteerprestaties zijn van ongeveer hetzelfde niveau. 8 Mile is een vehikel voor Eminem, en hij hoeft alleen maar zichzelf te zijn.

~

Het leven van Marshall Mathers III is op zich interessant genoeg: white trash vecht zich een weg naar een beter en rijker leven door middel van muziek. Het is echter jammer dat 8 Mile precies dat laat zien, zonder franje, subplot of enig ander non-lineair vermaak. De talentvolle blanke dawg voelt zich geïntimideerd door zijn agressieve, zwarte publiek en faalt in eerste instantie. Na een aantal verhelderende momenten is hij echter wel klaar voor een confrontatie en overwint hij alles en iedereen.

Elvis

8 Mile is geen slechte film. Het acteerwerk is voldoende, ook van Eminem. Natuurlijk is dit fictie, maar het is wel redelijk autobiografische fictie, dus de rapper hoeft weinig meer te doen dan zichzelf spelen. En dat kan hij best.
Alles aan deze film is voldoende: verhaal, acteerwerk, karakterdiepte, camerawerk. Er is niets op aan te merken, maar het is zo gewoontjes. Wie Elvis of voor mij part een blanke jazz-trompettist uit de jaren dertig voor Eminem in de plaats stelt, ziet geen andere film. De elementen zijn bekend.

Stom shirt

~

Het enige dat er uitspringt zijn de rap battles. Daar komt waar talent om de hoek kijken. Op heerlijke beats schreeuwen de diverse rappers geniaal doorwrochte teksten uit. Niet dat de boodschap verder komt dan ‘jij hebt een stom shirt aan’ en ‘jij bent een sukkel’, maar de timing, rijm en binnenrijm zijn perfect. Wat de rappers in deze film uitkramen zijn natuurlijk voorgeschreven teksten, maar je moet ervan uitgaan dat de niet-filmsterren in de achterbuurten dit soort dingen dagelijks uit hun mouw schudden. Hulde.
Minder hulde voor de a capellavertoningen van Eminem. Zijn parodie op het liedje Sweet Home Alabama is grappig, maar wanneer hij zonder beat moet rappen, lijken zijn teksten te horten en te stoten. Er is iets mis met de dictie van Eminem, of hij kan geen lettergrepen tellen. Hier verliest hij zich een beetje.

Waar zit muziek in?

Wat Amerikaanse, en ook Nederlandse recensenten prijzen in 8 Mile is me een raadsel. Het is geen slechte film, maar ook absoluut geen goede. De enige keren dat er spanning opgeroepen wordt is tijdens de battles, waar een overdonderende massa publiek zich in een donkere kelder de longen uit het lijf schreeuwt. Helaas zien we dat maar twee keer. Voor een muziekfilm zit er in 8 Mile veel te weinig muziek. Voor een sociaal-realistisch drama zit er in 8 Mile te weinig drama.

Film / Films

All or Nothing

recensie: All or Nothing

Met zijn nieuwe film All or Nothing keert regisseur Mike Leigh weer terug naar zijn oude genre de armoede onder de Britse ‘lower class’.

~

De film volgt het leven van drie gezinnen die in een flatgebouw wonen in een deprimerende achterbuurt van London. Het ene gezin bestaat uit een alleenstaande moeder met een zwangere tienerdochter en het tweede gezin heeft te maken met een alcoholistische moeder. Het derde gezin wordt het meest gevolgd in de film.
Dit gezin bestaat uit vader Phil, moeder Penny, dochter Rachel en zoon Rory. Phil is een goedige man die werkt als taxichauffeur, maar de halve dag in zijn bed blijft liggen. Penny werkt keihard in de supermarkt om rond te kunnen komen. Penny en Phil zijn volledig uit elkaar gegroeid. Ze overpeinzen elk in hun eenzaamheid het uitzichtloze, eentonige leven dat ze leiden, misschien kun je zelfs beter zeggen ‘lijden’. Dochter Rachel is schoonmaakster in het bejaardentehuis. Zoon Rory doet niets anders dan de hele dag rondhangen, op de bank liggen en eten, dit laatste is hem ook wel aan te zien. Als Rory een hartaanval krijgt wordt het gezin wakker geschud.

Hangen

De personages in de film zijn zeer overtuigend gespeeld. Phil loopt de hele film met een lege blik in zijn ogen rond. Hij lijkt zich volledig afgesloten te hebben van de wereld. Zoon Rory is zo levensecht afgeschilderd dat je plaatsvervangende ergernis hebt voor zijn ouders. Hij gedraagt zich asociaal, hangt alleen maar op de bank voor de TV, terwijl de rest van de familie hard werkt om de eindjes aan elkaar te kunnen knopen.
Ook de bijrollen van de buurmeisjes zijn goed gespeeld. Met kauwgumkauwende ongeïnteresseerde smoelen, ordinaire outfits en behangen met nepgoud hebben ze het doelloos rondhangen tot een kunst verheven. Het pleintje voor het betonnen flatcomplex waar de jongeren rondhangen typeert de armoede waarin ze leven.

Happy

~

Het verhaal is tergend, traag en somber, gelijk aan het leven van de personages die zich door de dagen slepen. Je wordt er zelf bijna moedeloos van. Het is duidelijk dat hun leven nooit veel meer zal worden dan wat het nu is. Misschien dat het daarom iets clichématige ‘happy-end’ is ingelast die de boodschap uitdraagt: “Als je maar van elkaar houdt dan komt alles goed’. Dit geeft een verrassende wending aan de film, maar komt wat ongeloofwaardig over.

In de film wordt ontzettend goed geacteerd. De personages zijn goed erg goed gecast. Je voelt zelf de onmacht van de personages en je proeft de deprimerende sfeer. All or Nothing is geen leuke film, maar wel een goede film.

8WEEKLY

Tom Clancy’s Ghost Recon

Artikel: Tom Clancy's Ghost Recon

Shooters zijn nooit helemaal mijn genre geweest. Natuurlijk heb ik heel vroeger wel eens een potje Wolfenstein 3D en Doom gespeeld, maar verder ben ik een behoorlijk groentje. Van Tom Clancy heb ik enkele boeken gelezen, waaronder ‘The Hunt For Red October‘. De verfilmingen van zijn boeken staan me echter meer voor de geest, met name het vaak uitgezonden Patriot Games, met Harrison Ford in de hoofdrol.

Patriot Games

~

In Patriot Games komt een scène voor waarin enkele Navy Seals (een speciale commandoeenheid van de Verenigde Staten) een terroristenkamp overvallen. Hoofdpersoon Jack Ryan en zijn collega’s kijken veilig in het Pentagon mee via satellietbeelden. Tien jaar geleden was dit een indrukwekkende scène omdat het liet zien hoe ver men al was in technologische oorlogsvoering. Tegenwoordig kijkt men daar niet meer van op. Militaire eenheden zoals de Seals vormen het onderwerp van deze shooter.

Spoken bestaan niet

Het 2008, en de speler maakt uit van een speciale militaire eenheid, ook wel de ghosts genaamd. Deze ghosts zijn snel, stil en zeer doelgericht. De wereld is 2008 geen pretje, en de eenheid is dan ook regelmatig nodig om via snelle aanvallen en doelgerichte sabotage de schurken en vijanden van de vrije wereld op het ‘rechte pad’ te houden. Het verhaal is inderdaad weinig subtiel, en had zo door George W. Bush en consorten bedacht kunnen zijn. Maar goed, we hebben het hier over games, en niet over politiek.

Sabotage

In het spel heb je de beschikking over zes soldaten die samen twee teams vormen. De speler bestuurt steeds één soldaat, maar kan tijdens de actie switchen naar een andere soldaat uit zijn eenheid. In het spel moet de speler steeds kleine missies uitvoeren, zoals het beschermen van een kleine basis of het saboteren van de vijand. In plaats van grof geweld is tactiek en voorzichtig sluipen de basis van het succes.

Besturing

~

De speler stelt voor de missie begint eerst een eenheid samen. Elke soldaat wordt uitgekozen op zijn of haar specifieke vaardigheden. Dan kies je het wapenarsenaal uit, uiteraard aangepast aan het type missie wat je gaat uitvoeren. Vervolgens krijg je nog maar eens een stevige briefing voor je kiezen, en kan het spel beginnen. Het spel zelf ziet er oké uit, maar zelf werd ik al vrij snel een beetje kriegel van de besturing. Met de twee stickjes moet je het mannetje besturen, en dan ook nog eens de knoppen gebruiken om te schieten. Simpel is anders. Met name op kritieke momenten raak je nog wel eens het spoor bijster.

Zo wil Bush het

Deze besturing kan men in een speciale training mode proberen onder de knie te krijgen, maar het blijft lastig. Ook het tactische gedeelte is niet altijd even gebruiksvriendelijk. De A.I. van de medesoldaten is wel redelijk in orde, hoewel het me wel een keer overkwam dat één soldaat iemand van dezelfde partij ‘per ongeluk’ overhoop schoot. Nou ja, het is oorlog, en waar gehakt wordt vallen nu eenmaal spaanders. Bush zou het niet anders gewild hebben.

Conclusie

Ghost Recon is zeker geen makkelijke shooter. Mijn handen werden tijdens het spelen onderworpen aan een stevige vingergymnastiek. Als de doorzetter het eenmaal allemaal onder de knie heeft, dan blijkt Ghost Recon een vrij behoorlijke spel. Heb je Metal Gear al voor de PS2, dan is het misschien beter om Ghost Recon eerst eens te huren, om zo uit te vinden of het spel voor jou genoeg toevoegt. Mensen die niet veel met shooters spelen kunnen het spel beter links laten liggen.

Film / Films

Die Another Day

recensie: Die Another Day

~

James Bond zit inmiddels twintig jaar in het vak, maar kan er nog altijd niet genoeg van krijgen. Elke keer weer bevecht hij de slechtste schurken, naait hij de mooiste dames en redt hij en passant de wereld. Verlangt 007 niet naar een rustig pensioentje, een gouden handdruk en een dure auto? Wie Die Antother Day ziet, weet wat Bond wil: de komende jaren nog meer wufte vrouwen, vernuftige auto’s en schier onmogelijke missies. Bond is forever.

Nog voor de opening credits van Die Another Day hebben we een complete Noord-Koreaanse legerbasis opgeblazen, een stuk of zeven hovercrafts laten ontploffen, door een mijnenveld gereden en bovendien de zoon van een belangrijke generaal gedood. Bond begint goed, maar hij wordt helaas gevangen genomen. Vervolgens verblijft hij lange tijd in een vieze en tochtige cel, waar hij te pas en te onpas uitgehaald wordt om martelingen te ondergaan.

Liedje

~

Een gevangen Bond, die veertien maanden lang gefolterd wordt door zijn vijanden? Dat draagt niet echt bij aan het overwinnaarsimago van de geheim agent. Regisseur Lee Tamahori (ook van Once Were Warriors) zorgt echter voor een fascinerende oplossing.
De titels, als vanouds vergezeld door de silhouetten van naakte vrouwen, worden prachtig afgewisseld met beelden van Bond in de gevangenis. Het levert de mooiste Bond-clip op die ik ooit gezien heb. Vaak is ‘het liedje’ een vervelende onderbreking, maar hier gaat het verhaal gewoon door. Een catchy stukje Madonna erbij, plus een bijzonder mooie combinatie van choreografie en special effects zorgen voor een opening die spectaculairder is dan alle ontploffingen bij elkaar.

Na de titels gaat het verder, maar hoe en waarom maakt eigenlijk al weinig meer uit. Bond komt vrij en gaat op zoek naar de verdachte man die hij in het Noord-Koreaanse kamp zag. Die vindt hij in Cuba, waar hij ook meteen kennis maakt met Jinx, gespeeld door Halle Berry. Nog voor deze Jinx goed en wel kennis heeft kunnen maken met Bond, liggen ze al samen in bed. Snelheid is het toverwoord in deze twintigste Bond.

Gefingeerde hartstilstand?

Die Another Day gaat zo snel dat er onwaarschijnlijkheden ontstaan in het script. Wie kan er in ’s hemelsnaam bij zichzelf een hartstilstand fingeren? Daar zou de allerbeste yogi nog moeite mee hebben. En wie heeft er ooit gehoord van een kliniek waar niet plastische chirurgie, maar DNA-transplantatie voor een make-over zorgt? Maar ach, het hoort bij de onwaarschijnlijkheden die Bond ons al twintig afleveringen lang voorschotelt. En hij komt er al twintig afleveringen lang mee weg, dus waarom nu niet?

Cliché

~

Het moet maar wat moeilijk zijn om als regisseur een Bond te maken. Alle soorten kwade genieën zijn immers al geweest, veel meer technologische snufjes zijn er niet te bedenken en ook de vrouwen bieden gewoon meer van hetzelfde. Tamahori heeft echter goed begrepen waar het om gaat: Bond is een formule, en hij melkt die formule goed uit. Die Another Day is gewoon meer van hetzelfde. Meer cliché’s, meer auto’s, meer futuristische paleizen, meer dubbelzinnige dialogen. En het leuke is: binnen al die afgezaagdheden is Bond op zijn allerbest. Ironisch, arrogant, een womanizer en een olifant in een porseleinkast; je hebt het allemaal al eens gezien, maar dat is helemaal niet belangrijk. Bond is Bond en Bond is van alle tijden. En zolang 007 nog altijd een nijptang nodig heeft om een hek door te knippen, zijn er nog minstens twintig afleveringen bij te bedenken.

8WEEKLY

“Stem slim, stem op Tim!”

recensie: Tim Weijers, 19 jaar, nummer 7 op de kandidatenlijst voor Leefbaar Nederland

.

~

Tim is een gewone jongen van 19 jaar, die ooit vakken vulde bij de Plusmarkt en zijn MAVO-diploma haalde. “Ik houd, net als andere jongeren, van feesten en voetbal. Daarbuiten ben ik echter ook politiek geïnteresseerd.” Dat is op het curriculum vitae van Tim wel te lezen: lid van Leefbaar Simpelveld, Lid van Partij Nieuw Limburg, Voorzitter van Jongeren Nieuw Limburg en dan nu die zevende plek op de lijst Leefbaar Nederland.

Fortuyn

Als er iemand indirect verantwoordelijk is voor de politieke vonk die bij Tim oversloeg, dan is het wel Pim Fortuyn. “Vroeger interesseerde politiek me wel, maar niet zo hevig dat ik er ooit iets in had willen doen. Dat is eigenlijk pas echt gekomen met de opkomst van Fortuyn. Zijn politieke aanpak sprak mij aan.” Voordat de LPF opgericht werd, was Fortuyn de voorman van Leefbaar Nederland. “Pim legde de politieke uitgangspunten van Leefbaar Nederland wel des Pims uit. Ik was het daar niet helemaal mee eens.”

“Ik heb voor de laatste verkiezingen lange tijd getwijfeld tussen Leefbaar Nederland en Fortuyn.” Tim hoorde in de auto het laatste radio-interview van Fortuyn en maakte zijn keuze.
“Toen ik uit de auto stapte en naar binnen ging zag ik op televisie dat hij neergeschoten was. Ik dacht: ‘dit kan niet, ik hoorde hem 5 minuten geleden nog op de radio’. Ik was woedend. Dat mag gewoon niet gebeuren in Nederland!” Tim had zijn keuze gemaakt en bleef erbij. “Ik heb op 15 mei op hem gestemd. Ik heb de LPF een kans gegund. Die hebben ze in mijn ogen verknald.”

Tim ging voor Leefbaar Nederland. “Hun ideeën spraken mij het meeste aan. Veel mensen vragen me: ‘waarom ga je nou bij zo’n kleine partij met 2 zetels?’ Waarop ik antwoord: ‘ik ga voor de ideeën en standpunten van een partij, niet voor het aantal zetels en daarmee voor eigenbelang’.”

Stormachtig

“In juli 2002 heb ik een gesprek aangevraagd met iemand van Leefbaar Nederland. Ik schreef een brief en gaf aan, dat ik me graag over 4 jaar beschikbaar zou willen stellen. Bescheiden als ik ben, dacht ik dan aan een plaats tussen de 20 en de 30 op de lijst.” Het liep anders. Het kabinet viel en na een gesprek met de commissie die de advieslijst samenstelde stond Tim ineens op nummer 10. “Deze plek heb ik daarna op een congres verdedigd, omdat er nog een drietal tegenkandidaten waren. Ik was heel blij met plek 10 en alles liep goed, totdat opeens het hele circus met Ratelband begon. Nadat we hem en het bestuur weggestuurd hadden ben ik nog drie plaatsen gestegen en sta ik nu dus op zeven!”

Slimme Tim

Tim spreekt de kiezer aan op de website van Leefbaar Nederland: “Ik ben jong, ambitieus, heb een frisse kijk op de zaken en zal mijn beloftes nakomen, als ik van jullie de kans krijg. Het moet anders en het kan anders, dus: Stem Slim, Stem op Tim!!!” Maar niet alleen via internet probeert Tim stemmers te werven. “Ik spreek mensen persoonlijk aan en vertel ze over het programma van Leefbaar Nederland. Maar er zijn ook veel mensen die ik persoonlijk ken en bij hen is het minder moeilijk om ze te overtuigen op mij te stemmen.”

“Mijn ouders en familieleden staan ook achter me. Vooral natuurlijk vanwege het persoonlijke, maar nadat ik ze ons programma heb laten zien, konden ze zich daar ook in vinden. Mijn vader is overigens al langer lid van Leefbaar Nederland, maar nooit actief voor ze geweest. Hij heeft in Simpelveld, waar hij nu loco-burgemeester is, Leefbaar Simpelveld opgericht. Hij haalde met die partij bijna een derde van de kiezers.”

Blauwe stoel

~

Het kan zomaar gebeuren dan Tim Weijers na 22 januari plotseling in de Tweede Kamer zit. Die kans is niet al te groot, maar toch weet Tim al wat hij wil gaan doen. “Ik wil daar de spreekbuis zijn van jongeren en kijk en luister dan goed wat er om me heen gebeurt. Ook wil ik veel contact houden buiten de Kamer opdat ik ook echt weet wat er speelt. Het valt me op dat er veel politici zijn die vanuit Den Haag opereren maar niet tussen de burgers staan.” Hij weet wel dat een blauwe stoel voor hem niet erg dichtbij is, maar hoopt stiekem toch. “Realistisch gezien is de kans heel klein, maar het zal ervan af hangen hoe het nu in de laatste weken gaat lopen. Er kan nog een totale omslag komen, omdat nog heel veel kiezers zwevend zijn.”

Nadenken

Jong zijn kan betekenen dat je een frisse kijk hebt op de zaken, maar ook dat je nog niet ervaren bent. “Vanuit het jongerenstandpunt heb ik verstand van politiek. Hoewel ik moet toegeven dat ik nog veel zal moeten leren. Ik sta aan het begin van een loopbaan in de politiek en wat ik tot nu heb ervaren spreekt me aan.” De negentienjarige Tim verschilt wel een beetje van de nummer 7 van Leefbaar Nederland: “Privé ben ik die jongen van 19 jaar. In de politiek gaat het om serieuze kwesties daar moet je meestal wat langer bij stil staan en nadenken.”

Geen problemen, maar oplossingen

Ook als Tim niet verkozen wordt blijft hij zich inzetten voor alles wat Leefbaar moet worden in Nederland en Limburg. Maar wat als Leefbaar Nederland na 22 januari niet meer in de Tweede Kamer te vinden is? “Alles is mogelijk. Maar ik gok er op dat LN met minimaal 2 zetels terugkomt. Ik denk zelfs dat het nog meer kan worden, maar zoals ik al zei het gaat allemaal afhangen van deze laatste weken nu. We hebben een goed programma. En wij zijn een van de weinige partijen die daarbij niet uitgaat van de problemen, maar tal van oplossingen aanbieden.”

“Als ik advies mag geven zeg ik natuurlijk dat jongeren op Leefbaar Nederland moeten stemmen. Aan de andere kant moet iedereen natuurlijk voor zichzelf beslissen. Wel zou ik de jongeren willen adviseren kijk goed naar de politieke programma’s en zoek of en wat je daarin aanspreekt. Kies voor dat wat het meeste bij jou past. En dan hoop ik natuurlijk dat jongeren aan ons -en liefst aan mij!- de stem geven.”

Tim op Leefbaar Nederland
Mail Tim

8WEEKLY

Master Rallye

Artikel: Master Rallye

.

~

Van Parijs naar Moskou

In Master Rallye krijgen we te maken met een ander type rallyrijden, dit lijkt wat meer op de bekende Parijs – Dakar races. De wagens zijn net even iets anders dan inde andere games. In dit spel doet de speler mee aan een rally Parijs – Moskou, en moet men zien te finishen op het rode plein. Deze race gaat over ruim 5000 kilometer, en behelst een varia aan terrein en obstakels. Voor de echte rouwdouwers dus, en niet voor rally-fijnproevers als Colin McRae.

Vrijheid

De vrijheid tijdens de races is misschien wel het grootste pluspunt van Master Rallye. Je kunt je natuurlijk braaf aan de gebaande paden houden, maar het spel wordt pas echt tactisch als je lekker gaat lopen afsnijden. In andere rallygames is dit onmogelijk, en word je kunstmatig op het parcours gehouden, of je krijgt op zijn minst een paar flinke strafseconden om de oren. In Master Rallye is de opdracht simpel. Rij van punt A naar punt B, en zie maar hoe je er komt. Hierdoor wordt het spel met name tijdens de twee speler-mode een stuk spannender omdat door slim afsnijden grote achterstanden kunnen verdwijnen als sneeuw voor de zon.

Geen schade

~

Toch is Master Rallye verre van perfect. De auto’s zien er glad uit, maar dat is ook het grootste probleem. De schade na botsingen is vooral zichtbaar op krachtbalkjes, en niet aan de auto’s zelf. Verder is de besturing niet altijd enorm, wat vaak resulteert in behoorlijke crashes en koprollen. Maak je over een crash niet al te druk, meestal kan je na de meest verschrikkelijke ongevallen weer gewoon doorrijden. Een crash zorgt er wel voor dat je remmen niet meer optimaal werken, of dat je minder hard gaat, maar dat is het dan ook wel qua schade.

Conclusie

Master Rallye is een middelmatige racegame. Het is zeker niet slecht, en als twee speler game zelfs wel aardig, maar ik denk niet dat dit spel lang in je PS2 zal blijven zitten. Verder zijn er momenteel zoveel racegames op de markt dat Master Rallye toch snel in de vergetelheid zal raken. Misschien ooit nog eens een aardige aanschaf als hij flink is afgeprijsd, maar voor de huidige prijs kun je ook betere rallygames aanschaffen.

Film / Films

About Schmidt

recensie: About Schmidt

.

About Schmidt is de nieuwe film van regisseur en scenarioschrijver Alexander Payne en speelt zich, net als zijn twee vorige films Citizen Ruth en Election, af in Omaha, Nebraska: de geboortestad van Payne. Hij beschrijft zijn karakters met lichte ironie en humor zonder verbitterd over te komen.

Jack Nicholson speelt in About Schmidt Warren Schmidt, een net gepensioneerde man die terugkijkt op zijn leven en zich realiseert dat hij eigelijk niets heeft betekend. Zijn bestaan maakt geen verschil. Hij kijkt naar zijn huwelijk en vraagt zich af: “Wie is die oude vrouw die in mijn huis leeft?” De enige die echt veel voor hem betekent, is zijn dochter Jeannie (Hope Davis) die tot zijn ongenoegen wil gaan trouwen met een louche waterbeddenverkoper (Dermot Mulroney). Als zijn vrouw plotseling overlijdt, besluit hij met de camper die hij ooit op aandringen van zijn vrouw heeft gekocht door het land te gaan rijden op weg naar zijn dochter om de bruiloft te voorkomen. Wat er precies in Schmidt omgaat komen te weten door de lange brieven die hij naar zijn zesjarige pleegkind Ndugu schrijft.

Karakters

Nicholson acteert formidabel in deze film waarvoor hij speciaal zijn gebruikelijke torenhoge salaris heeft laten schieten. Hij zet Schmidt op subtiele wijze goed neer als een wat norse, onsympathieke man. Je krijgt steeds meer met hem te doen ook al is hij niet sympathiek, want onder die wat stijve en norse houding zit een bange man die zijn leven verspild heeft. Zijn dochter wordt goed neergezet door Hope Davis. Dermot Mulrony is goed gecast als haar shabby verloofde met zijn ringbaardje, kalende kruin en paardenstaart. Als je hem zo ziet als een lelijke goedzak zou je niet zeggen dat hij dezelfde persoon is die de charmante ex van Julia Roberts speelt in My Best Friend’s Wedding.

Grijs en doorsnee

De filmbeelden zijn net als Schmidt zelf. Hij is een doorsnee oude burgerlijke man en dit wordt weerspiegeld in zijn omgeving: deze zit vol grijstinten en is gewoontjes, niets bijzonder. Tijden de hele film is het standaardweer. De lucht is grijs en ietwat bewolkt. De huiskamers zijn ouwelijk en burgerlijk ingericht. Zijn dochter is een doorsneemeisje en zijn echtgenote een doorsnee oude vrouw. Er wordt vaak vanuit een “toekijkend” oogpunt gefilmd. Alsof je als kijker achter Schmidt staat. Ook wordt er vaak op Schmidt ingezoomd zodat je alleen zijn bovenlichaam ziet. Dit gebeurt vaak als hij in gedachten verzonken is. De achtergrond vervaagt alsof je met hem mee peinst.

Contrasten

About Schmidt benadrukt het verschil tussen materiele en geestelijke rijkdom. Schmidt heeft op financieel vlak alles prima voor elkaar, maar op emotioneel en geestelijk vlak niet. Dit contrast komt ook naar voren in zijn land Amerika, een land van welvaart, en het arme Tanzania waar zijn pleegkind woont. Dit is ietwat clichématig maar persoonlijk vond ik het niet storend voor de film. Oordeel zelf!

Muziek / Achtergrond
special: Joe Strummer 1952-2002

Veelzijdig en geëngageerd

.

Nou deed de dood van Cobain me niet zoveel (ik vond het allemaal nogal theatraal), maar die van een vorige week overleden ex-frontman des te meer. De laatste tijd draaide ik London Calling van The Clash weer vrij geregeld. Je weet nooit zeker waarom je zoiets doet, opeens heb je weer zin in deze of gene CD. Maar ja, een weekje later was Joe Strummer (echte naam: John Graham Mellor) wel dood. Nou geloof ik goddank niet in voortekens en schuldig voel ik me ook niet. Maar doodzonde is het wel.

F*ck the System

Punk is wat mij betreft het begin van de nieuwe popmuziek. Ondanks alle geschreeuw over het veranderen van de wereld weerspiegelt bijna alle mainstream-muziek uit de jaren zestig en zeventig nog de zoetsappigheid die zo alomtegenwoordig was in de jaren vijftig. Met de punk was dat in één keer afgelopen. Iedereen moest muziek kunnen maken, ongeacht of ze een instrument konden bespelen of niet, ongeacht enig gevoel voor melodie en ritme. Dat was dan ook meteen het probleem: ondanks allerlei prachtige bedoelingen nodigde veel punkmuziek nou niet echt uit tot luisteren. De Sex Pistols, zonder twijfel de meest controversiële uitspatting van de punk-revolutie, worden vrijwel nooit meer gedraaid.

Anthems

Met The Clash was dat anders, niet in de laatste plaats omdat deze mensen wel degelijk in staat bleken te zijn om een song in elkaar te draaien en -sidder- hem ook nog uit te voeren. Stummer en mede-Clash-oprichter Mick Jones waren dan ook al enige tijd bezig in het Londense clubcircuit, en het was een bezoek aan een Sex Pistols-concert dat Strummer in 1976 tot het inzicht bracht dat er iets groots aan het gebeuren was.

~

Het uitgangspunt van de Clash was echter fundamenteel anders: waar de Sex Pistols spuugden op de wereld, zette The Clash aan tot activisme en was ze veel duidelijker politiek gemotiveerd. Maar waar veel politiek georiënteerde bands nog wel eens willen verzanden in betweterige arrogantie (denk Bad Religion) zijn de stukken van Strummer in de eerste plaats goede songs en pas daarna politieke manifesten – het ambacht wordt gerespecteerd. Should I Stay or Should I Go, Rock the Casbah en London Calling werden het erfgoed van een hele generatie, London Calling (dubbelelpee) en Sandinista! (vier platen) gedurfde, baanbrekende albums die zowel recht-voor-zijn-raap punk brachten als invloeden uit ska, reggae en zelfs soul. The Clash kwam in 1986, na een productieve maar op het einde niet altijd even succesvolle negen jaar, tot een einde. Waarschijnlijk voorkwam dat een zesdubbelaar…

Pensioen

Strummer ging ‘met pensioen’, maakte filmmuziek (Grosse Pointe Blank), acteerde (Mystery Train) en bracht in 1989 een soloplaat uit (Earthquake Weather); kortom, een soort van Sting-achtig professionele-beroemdheid-bestaan; de jaren daarop werd er niet zoveel meer van hem vernomen. Nou ja, er was nog wel dat korte optreden als gitarist/zanger van The Pogues, maar dat had meer te maken met het gebrek aan beschikbaarheid (lees: nuchterheid) van Shane McGowan.

World Music A Go-Go

~

Totdat in 1999 het album Rock Art and the X-Ray Style verscheen, waarin Strummer met zijn nieuwe groep The Mescaleros een veel diverser geluid bracht dan hij in zijn punk-tijd ooit had gedaan. Hier verried zijn geschiedenis zich: de jonge Joe was als zoon van een diplomaat in contact gekomen met allerlei exotische muzieksoorten en waar de woede van de Clash en het democratisch besluitvormingsproces minder ruimte bood voor experimenten, kon hij zich nu zonder probleem uitleven. Niet dat Strummer zo streng in de leer was, overigens: Mescaleros-gangers werden meestal eveneens getrakteerd op Clash-klassiekers. Voor het overige werden invloeden uit zo’n beetje elk continent meegenomen en het tweede album, Global A Go-Go, werd zo mogelijk nog eclectischer dan het eerste.

Death or Glory?

Vorige week kwam het bericht dat Joe Strummer dood was. Doodsoorzaak onduidelijk. Yeah, right. Sex, drugs en rock & roll. Overdosis, auto-ongeluk, huiselijk geschil? Nou, mooi niet dus. Een triviale hartstilstand van een man die zich al jaren keurig gedroeg, net was begonnen aan een nieuw en veelbelovend hoofdstuk in zijn muzikale carrière, en alom erkend werd als één van de scheppers van de moderne alternatieve scene. Wat een einde voor een punker…

Now get this
London calling, yeah, I was there, too
An’ you know what they said? Well, some of it was true!
London calling at the top of the dial
After all this, won’t you give me a smile?

(London Calling, 1980)