Tag Archief van: muziek

Muziek / Album

Een nieuwe koers voor Pip Blom

recensie: Pip Blom – Bobbie

Pip kiest voor pop! Het roer omgooien is een spannende beslissing voor een band, en niet altijd even succesvol. Het Amsterdamse indie trio Pip Blom liet zich op eerdere albums Boat en Welcome Break inspireren door indie, rock en punk. Maar voor het nieuwste album Bobbie nemen ze een nieuwe route. Gitaargeluiden worden vervangen door strakke synthesizers en een drumcomputer. Maken ze hiermee een goede keuze?

Doei gitaar, hallo synthesizers!

De Nederlandse indie band, passend vernoemd naar hun frontvrouw, doet het al een tijd goed bij onze buren in Engeland. Voor hun eerste album Boat uit 2019 werkten ze al samen met de Britse singer-songwriter en producer Dave McCracken en die samenwerking is voor Bobbie (oktober 2023) hervat. Samen slaan ze behendig de nieuwe koers in. De toon van het nieuwste album is vrolijk, zorgeloos en hier en daar euforisch. Het geluid van Bobbie wordt gekenmerkt door sterke baslijnen zoals in het nummer ‘Fantasies’ en veelvuldig terugkerende synthesizers in nummers als ‘7 Weeks’ en ‘Tigers’. Als het aan de melodieën zou liggen en aan teksten van nummers als ‘I Can Be Your Man’ en ‘Where’d You Get My Number’ zal je als luisteraar haast denken dat Bobbie een luchtig album is om te luisteren. Toch zijn daar nummers als ‘Again’ die met een iets duisterder toon niet alleen maar de optimistische kant van de liefde bezingen. Bobbie is met recht een (indie)popalbum te noemen, maar écht zorgeloos is het niet.

Indrukwekkende samenwerkingen

Op het album zijn ook twee geslaagde samenwerkingen te vinden. De eerste is die met Franz Ferdinand’s leadzanger Alex Kapranos. Het nummer ‘Is This Love?’ werd eerder al als single uitgebracht en straalt rijkelijk van de hitpotentie. Bij de start van het lied word je als luisteraar gegrepen door de indringende zangstem van Pip, terwijl de melodie langzaam maar zeker aanzwelt. Het nummer bevat een duidelijk opbouw en zodra de herkenbare stem van Alex Kapranos zich eraan toevoegt, is duidelijk waar het naartoe werkt. Het nummer is al goed, maar met zijn stem als toevoeging kan het niet meer misgaan. Met een sterke melodie, indringende tekst en twee dijken van stemmen is dit duidelijk het prijsnummer van het album.

Op het zwoelere ‘Kiss Me By The Candlelight’ is de stem van Willem Smit, zanger van de band Personal Trainer en tevens Pips partner, te horen. Hoe romantisch de titel ook mag klinken, de inhoud van het nummer mag een kleine leeftijdswaarschuwing met zich meedragen. De stijlen van de bands mixen mooi in dit nummer, maar écht memorabel wordt het niet. Daarvoor is de lat te hoog gelegd door de heer Kapranos.

Nieuwe koers: even wennen

Het album Bobbie staat als een huis, dat is duidelijk. Alleen de straat waar dit huis staat, die is anders dan we van Pip Blom gewend zijn. Pip Blom en rammelende gitaren, die gingen immers hand in hand samen. Fans die ooit vielen voor de indie rock kant van de band kunnen daar tijdens het luisteren naar al die electropop heimwee naar krijgen. Zeker bij nummers als ‘7 Weeks’ waar Pips prachtige stem wordt bedolven onder autotune, zal het gemis alleen maar groeien. Maar dat maakt het album nog niet vervelend om naar te luisteren. Immers, de ogenschijnlijk zorgeloze electropop met lekkere uptempo nummers kan een nieuw publiek aanspreken.

Pip goes pop, een slimme en geslaagde zet. Eerdere fans zullen even moeten wennen, maar het nieuwste Pip Blom album heeft de potentie om een nieuwe schare fans aan te boren voor de band. Als iets het succes in het Verenigd Koninkrijk kan doen overwaaien naar Nederland, dan is het Bobbie wel.

Muziek / Album

Een nieuwe koers voor Pip Blom

recensie: Pip Blom – Bobbie

Pip kiest voor pop! Het roer omgooien is een spannende beslissing voor een band, en niet altijd even succesvol. Het Amsterdamse indie trio Pip Blom liet zich op eerdere albums Boat en Welcome Break inspireren door indie, rock en punk. Maar voor het nieuwste album Bobbie nemen ze een nieuwe route. Gitaargeluiden worden vervangen door strakke synthesizers en een drumcomputer. Maken ze hiermee een goede keuze?

Doei gitaar, hallo synthesizers!

De Nederlandse indie band, passend vernoemd naar hun frontvrouw, doet het al een tijd goed bij onze buren in Engeland. Voor hun eerste album Boat uit 2019 werkten ze al samen met de Britse singer-songwriter en producer Dave McCracken en die samenwerking is voor Bobbie (oktober 2023) hervat. Samen slaan ze behendig de nieuwe koers in. De toon van het nieuwste album is vrolijk, zorgeloos en hier en daar euforisch. Het geluid van Bobbie wordt gekenmerkt door sterke baslijnen zoals in het nummer ‘Fantasies’ en veelvuldig terugkerende synthesizers in nummers als ‘7 Weeks’ en ‘Tigers’. Als het aan de melodieën zou liggen en aan teksten van nummers als ‘I Can Be Your Man’ en ‘Where’d You Get My Number’ zal je als luisteraar haast denken dat Bobbie een luchtig album is om te luisteren. Toch zijn daar nummers als ‘Again’ die met een iets duisterder toon niet alleen maar de optimistische kant van de liefde bezingen. Bobbie is met recht een (indie)popalbum te noemen, maar écht zorgeloos is het niet.

Indrukwekkende samenwerkingen

Op het album zijn ook twee geslaagde samenwerkingen te vinden. De eerste is die met Franz Ferdinand’s leadzanger Alex Kapranos. Het nummer ‘Is This Love?’ werd eerder al als single uitgebracht en straalt rijkelijk van de hitpotentie. Bij de start van het lied word je als luisteraar gegrepen door de indringende zangstem van Pip, terwijl de melodie langzaam maar zeker aanzwelt. Het nummer bevat een duidelijk opbouw en zodra de herkenbare stem van Alex Kapranos zich eraan toevoegt, is duidelijk waar het naartoe werkt. Het nummer is al goed, maar met zijn stem als toevoeging kan het niet meer misgaan. Met een sterke melodie, indringende tekst en twee dijken van stemmen is dit duidelijk het prijsnummer van het album.

Op het zwoelere ‘Kiss Me By The Candlelight’ is de stem van Willem Smit, zanger van de band Personal Trainer en tevens Pips partner, te horen. Hoe romantisch de titel ook mag klinken, de inhoud van het nummer mag een kleine leeftijdswaarschuwing met zich meedragen. De stijlen van de bands mixen mooi in dit nummer, maar écht memorabel wordt het niet. Daarvoor is de lat te hoog gelegd door de heer Kapranos.

Nieuwe koers: even wennen

Het album Bobbie staat als een huis, dat is duidelijk. Alleen de straat waar dit huis staat, die is anders dan we van Pip Blom gewend zijn. Pip Blom en rammelende gitaren, die gingen immers hand in hand samen. Fans die ooit vielen voor de indie rock kant van de band kunnen daar tijdens het luisteren naar al die electropop heimwee naar krijgen. Zeker bij nummers als ‘7 Weeks’ waar Pips prachtige stem wordt bedolven onder autotune, zal het gemis alleen maar groeien. Maar dat maakt het album nog niet vervelend om naar te luisteren. Immers, de ogenschijnlijk zorgeloze electropop met lekkere uptempo nummers kan een nieuw publiek aanspreken.

Pip goes pop, een slimme en geslaagde zet. Eerdere fans zullen even moeten wennen, maar het nieuwste Pip Blom album heeft de potentie om een nieuwe schare fans aan te boren voor de band. Als iets het succes in het Verenigd Koninkrijk kan doen overwaaien naar Nederland, dan is het Bobbie wel.

Muziek / Concert

Protestpunk van Hang Youth verhit de gemoederen

recensie: Hang Youth – Patronaat

De neopunksensatie Hang Youth schopt met puntlaarzen tegen de maatschappelijke schenen. Met hun linkse teksten zijn ze een vaste gast bij demonstraties en een absolute firestarter, in de woorden van The Prodigy. De punkmuziek is weer helemaal terug, en daarmee eveneens de protestliederen. Hang Youth is de stem van de hedendaagse onlust.

Al hun nummers hebben titels met kapitalen en zijn vaak een klare samenvatting van de inhoud. Met GECENTRIFUGEERDE MEMEPUNK duidt Hang Youth zichzelf als band, maar het is net zo goed als scherts te lezen. Toch duren hun nummers vaak niet langer dan een minuut en soms zelfs maar tien seconden – alsof je door een X-stream heen scrolt. Alles bondig en vaak humoristisch. Ook gericht op de steeds korter wordende spanningsboog van nu. Hun nieuwste EP duurt bij elkaar niet meer dan zeven minuten, het album ervoor zestien.

Haat tegen kapitalisme?

De frontman blikt tijdens het concert op de playlist: ‘Oké, dit was nummer 21. We gaan er 50 voor jullie spelen.’ Verderop: ‘Dit was nummer 29.’ Maar hé, wacht eens even, lopen ze hiermee niet zelf in de kapitalistische val waar ze op afgeven in het nummer JE HAAT GEEN MAANDAG, MAAR HET KAPITALISME? Waarin de vrije wil onder druk staat door verplichtingen die je hebt bij een betalende begunstiger – hier het poppodium. Dat ze niet meer dan hun lijstje aflopen om er maar van af te zijn? Je weet het soms niet bij de band, ook gezien het hoge kunstgehalte. Sowieso sijpelt overal de ironie tussen door. Zelfs in het decor met allerlei cynisch opgehangen vlaggen: je ziet het logo van Shell, van McDonalds, maar ook de VVD en de PVV.

Generationele onvrede

‘Ik snap wel dat het bestaat, maar het is gewoon kankerkrom geregeld! Belastingdienst! Belastingdienst!’

Hang Youth haakt overduidelijk in op de maatschappelijke onvrede. Oké, misschien zijn hun eisen soms wat gechargeerd en toornig, maar dat mag als je ontevreden bent; in woede schuilt ook hoop. Het neoliberalisme begint steeds meer te wankelen op zijn voetstuk, het zou zo maar kunnen dat het een keer tegen de grond dondert. Velen zullen dansen op het lijk. Net zo energiek als het publiek van het concert, dat alle songteksten mee weet te brullen.

‘Wie heeft 9/11 meegemaakt?’ of ‘Wie heeft zijn rijbewijs?’ vraagt de band bij intermissies. De helft van de mensen stemt maar in. De concertbezoekers zijn inderdaad veelal jong, en overduidelijk links – als je daar al uiterlijke karakteristieken aan kunt hangen. Het is de generatie van het protest. Die net als Greta Thunberg al van kinds af aan meedoet met de klimaatdemonstraties en haar stem laat horen in de debatten over klimaat, gender en ongelijkheid. De generatie die verbetering wil, maar die niet gehoord wordt, die het systeem veranderd wil zien worden, maar nul op rekest krijgt. De generatie die zich laat horen in het soepsmijten en Extinction Rebellion. Die zelfs contempleert over het opblazen van een oliepijpleiding omdat het water ons aan de lippen staat. STEEK DE MONA LISA IN DE FIK. Juist, die generatie.

Protestliederen in de tijdgeest

De energie van Hang Youth werkt als een dynamo voor een elektrisch geladen ruimte. Alleen waar eindigt deze hoogspanning? Heeft het een leven verder dan de oproer? En stoppen ze pas als het kapitalisme echt is gevallen? De droom van elke gefnuikte anarchist. De frontman Abel van Gilswijk is sowieso een bezig baasje. Hij is al in het theater beland met een show geïnspireerd op de filosofen Slavoj Žižek en Mark Fisher, heeft op hip-hop gebied eveneens een naam gecreëerd en is zelfs als acteur en presentator bezig. Zit dat wellicht het voortbestaan van de band in de weg? Of kunnen we nog meer verwachten?

Wat we sowieso weten is dat protestzangers altijd gewaardeerd zijn en dat altijd zullen blijven, kijk maar naar Bob Dylan, Nina Simone of in ons land Boudewijn de Groot. Als we dus over een paar decennia terugkijken op de huidige turbulentie zullen zij als een stem van een tijdperk gezien worden. Hang Youth is dus overduidelijk geschiedenis aan het schrijven. Daarom is er maar een advies: ga ze zien en aanschouw dit fascinerende stukje tijdgeest.

 

Hang Youth is op 5 november 2023 nog te zien in Podium Victorie, Alkmaar

Muziek / Concert

Wonderschoon optreden van PJ Harvey

recensie: PJ Harvey in Paradiso

Het optreden van PJ Harvey in Paradiso is van een ongekende schoonheid. Alles klopt vanavond: de zang, de intensiteit, de sfeer en de melodische pracht van haar liedjes.

Het verwachtingsvolle geroezemoes zwelt aan tot een donderend applaus als PJ Harvey om stipt acht uur het podium van Paradiso betreedt dat tot de nok gevuld is. Haar Nederlandse fans hebben ruim zeven jaar moeten wachten voordat ze weer eens in het land te bewonderen is. Dertig jaar geleden stond ze voor het eerst in Paradiso, als bozige 23-jarige rockartiest. Vanavond is het heel anders.

Feeërieke glimlach

Vorig jaar stond de Britse muzikante nog op Crossing Border, maar niet als muzikante. In Den Haag droeg ze voor uit haar roman Orlam. De teksten van haar laatste album I Inside the old year dying zijn gebaseerd op deze roman in dichtvorm en gaan over haar jeugdjaren op een boerderij in het Engelse graafschap Dorset. Veel liedteksten zijn geschreven in het plaatselijk dialect.

foto Machiel Coehorst

Gekleed in een wit gewaad en met een feeërieke, enigmatische glimlach die het hele optreden niet van haar gezicht zal wijken, vangt PJ Harvey aan met het eerste nummer van haar laatste album, het broeierige ‘Prayer at the Gate’. Als enige van de band wordt ze omgeven door een krans van licht. Met een loepzuivere kopstem en begeleid door bedaarde drums en zachte synths zingt ze die wondermooie openingstrack van I Inside the old year dying.

De twaalf liedjes van het ingetogen, folky en donkere album worden door de zangeres en haar vierkoppige band (met vaste kompaan John Parish op gitaar) integraal uitgevoerd. PJ Harvey zingt prachtig vanavond, gloedvol en intens. De lichte vervorming van haar stem in ‘The Nether-edge’ is bijna storend. Schitterend van duisternis zijn liedjes als ‘See an I’, ‘All Souls’ en ‘I Inside The Old I Dying’.

Kerkklokken

‘A Child’s Question’ gaat door merg en been, zeker als je weet dat het gaat over een 9-jarig meisje dat getuige is van (veelvuldig) seksueel geweld. Het titelnummer en slotnummer ‘A Noiseless Noise’ neigen iets meer naar de bozige PJ Harvey van weleer, maar de mystiek en de duisternis overheersen vanavond, zeker in het eerste deel van het optreden.

In haar lange witte jurk beweegt de zangeres zich sierlijk over het podium. De serene gelaatsuitdrukking blijft onveranderd aanwezig. Lange tijd richt ze geen woord tot het publiek. Ook als er iets vanuit de zaal geroepen wordt, blijft ze stoïcijns in de verte kijken. Af en toe neemt ze plaats op een van de houten kerkbanken of op het spreekgestoelte, die op het podium staan. Het geluid van kerklokken, spelende kinderen en vogels dragen bij aan de gewijde sfeer.

Nadat alle nummers van I Inside The Old Year Dying zijn gespeeld, trekt PJ Harvey zich voor even terug in de coulissen. De korte pauze wordt ingevuld door haar bandleden, die pontificaal vooraan naast elkaar op het podium gaan staan, en een uitgebeende versie spelen van ‘The Colour of the Earth’, compleet met handgeklap en gestamp met de voeten.

Reusachtige schaduw

Als de frêle zangeres terugkeert, vraag je je af of het vanavond nog mooier kan. Er volgen nog bezielde uitvoeringen van een tiental oudere nummers, zoals ‘The Glorious Land’, ‘Send His love To Me’ en ‘Down by the Water’. Mooi is het moment als tijdens ‘The Garden’ haar schaduw reusachtig groot op de muur van Paradiso te zien is. De belichting van de glas-in-lood ramen op de achtergrond tijdens het concert is sowieso bijzonder sfeervol.

Prachtig is ook de uitvoering van ‘Desperate Kingdom of Love’. Meer stevige nummers uit PJ Harvey’s repertoire, zoals ‘Man-size’ en ‘Dress’, krijgen een betrekkelijk kalme uitvoering en dat past wel op deze avond. Ze sluit de reguliere set af met het slepende ‘To Bring You my love’. In de toegift zingt ze nog haar bekende ‘C’mon Billy’ en een  passend ingetogen slotstuk, ‘White Chalk’. Met meerdere buigingen neemt ze samen met haar band afscheid van de razend enthousiaste zaal. Die getoonde dankbaarheid is mooi en oprecht. Wij zijn PJ Harvey dankbaar voor een wonderschoon optreden.

Theater / Voorstelling

Swingende hommage aan tijdloos icoon

recensie: Amsterdams Kleinkunst Festival: Ramses90
Hommage Ramses Shaffy_(c)Anne van Zantwijk_preview-2Anne van Zantwijk

Ramses Shaffy is een van de bekendste Nederlandse zangers van de jaren 60 en 70. Zijn flamboyante persoonlijkheid en bijzondere teksten, soms diepgaand en emotioneel, soms ronduit onzinnig, maakten hem tot een waar icoon. Dit jaar zou hij 90 zijn geworden, wat gevierd wordt met een speciale hommage in het Koninklijk Theater Carré op 24 september en 23 oktober 2023, georganiseerd door het Amsterdams Kleinkunst Festival (AKF). Verschillende artiesten, van jong talent tot oude rotten in het vak, eren de chansonnier en zijn werk op hun eigen manier tijdens deze feestelijke avond.

De trein naar het Noorden

Ramses Shaffy werd geboren in 1933 in de Parijse voorstad Neuilly-sur-Seine. Als kind van een Egyptische consul en een Poolse gravin is zijn afkomst op zijn minst bijzonder te noemen. Toen zijn moeder tuberculose kreeg, verhuisde hij naar Nederland door tussenkomst van zijn Utrechtse tante en groeide verder op in een pleeggezin. De levensbepalende treinreis van Parijs naar Utrecht bezong hij in het lied ‘De trein naar het Noorden’. Ramses doorliep de toneelschool, werd acteur en beproefde zijn geluk in Italië met zijn liefde Joop Admiraal, maar had weinig succes. Toen hij samen met hartsvriendin Liesbeth List en Louis van Dijk als de groep Shaffy Chantate begon te toeren, nam zijn carrière ineens een flinke vlucht. De rest is geschiedenis en Ramses bracht gedurende zijn loopbaan vele nummers uit die in het geheugen van menig Nederlander staan gegrift, zoals ‘Sammy’, ‘Laat me’ en ‘Pastorale’. Kortom, voor de artiesten van het AKF is er een breed palet aan prachtige nummers om uit te kiezen.

Een indrukwekkende opening

Hommage Ramses Shaffy_(c)Anne van Zantwijk_preview-6_klein

© Anne van Zantwijk

Ramses 90 start met een eerbetoon aan Wimie Wilhelm. Zij had tot haar plotselinge overlijden de regie van deze theatershow in handen. Acteur Sabri Saad el Hamus is de presentator van de avond en vraagt het publiek om een staande ovatie voor Wimie Wilhelm.

Vervolgens opent de acteur de voorstelling. Gedurende de avond benadrukt hij de Egyptische achtergrond van Shaffy en die van hemzelf. Zo schetst hij parallellen tussen hun levens en vertelt hij passievol over een ontmoeting tussen hem en de zanger in een Amsterdamse kroeg tijdens een voetbalwedstrijd tussen Nederland en Egypte.

Ramses door jong en oud

De avond draait om adaptaties van Shaffy’s nummers door verschillende artiesten. Hierin is direct duidelijk hoe veelzijdig zijn oeuvre is. Maartje en Kine bijten het spits af met een swingende versie van ‘Hallelujah Amsterdam’. Flip Noorman vervolgt de show met een prachtige, kleine versie van ‘de trein naar het Noorden’ met behulp van een muziekdoosje. De nodige girlpower tijdens de show wordt verzorgd door Sarah Janneh met haar versie van ‘Zonder Bagage’ en Joy Wielkens met een zeer indrukwekkende versie van ‘Josje’. Naast alle jonge artiesten kunnen de ervaren Jenny Arean met ‘Sammy’ en het humoristische nummer ‘De een wil de ander’ en Richard Groenendijk met ‘Laat me’ op een extra luid applaus rekenen. Tenslotte zijn de spoken word performances van Gershwin Bonevacia en Luan Buleshkaj en de verassende zelfgeschreven ode aan Ramses én Wimie Wilhelm van het duo n00b zeer verfrissend tussen alle covers.

Een optreden door de meester zelf

Ramses zelf komt gelukkig ook voorbij. Tijdens de voorstelling worden er verschillende fragmenten uit de documentaire Ramses, oú est mon prince van Pieter Fleury getoond. Hierin zien wij een doorleefde Ramses, niet geheel helder door zijn beschonken toestand en een beginnende Korsakov, maar flamboyant en eigen als altijd. Zichtbaar emotioneel en fragiel zingt hij achter zijn piano ‘’t Is stil in Amsterdam’. Daarnaast wordt een fragment getoond van een jongere Ramses, die overenthousiast zijn Nederlandse paspoort mag ophalen na jarenlang de vreemdelingenstatus te hebben gehad. Hij schreeuwt het uit tegen de Amsterdamse ambtenaar: eindelijk hoort hij erbij!

Shaffy: voor alle leeftijden

Een blik in de zaal leert dat op een avond voor Ramses Shaffy gemiddeld een publiek op leeftijd afkomt. Een blik op het podium leert echter dat juist ook veel (relatief) jonge artiesten geïnspireerd zijn door de artiest. En terecht, hoewel de melodieën van de oorspronkelijke nummers tegenwoordig minder op de radio passen, zijn teksten zijn tijdloos en bewijzen dat telkens weer. Laat het maar aan artiesten als Maarten Heijmans, Sarah Janneh en Joy Wielkens over om de teksten te voorzien van een bijzonder arrangement en zo weer nieuw leven in te blazen. Arrangementen die dichter bij het origineel blijven, waaronder ‘Sammy’ uitgevoerd door Jenny Arean, laten het publiek ook niet onberoerd. Op verschillende plekken in Carré deint en zingt het publiek mee met de melodie, en mensen zijn zichtbaar geroerd door de vertolking van Arean. De hoop is dat de enkele jongvolwassene in de zaal zijn enthousiasme kan delen en dat er bij de tweede, tevens laatste, uitvoering van Ramses 90 in oktober een gemengder publiek in de zaal zit. Immers, thema’s die bezongen worden door Shaffy, zoals erbij willen horen, ongecompliceerde liefde en een nieuwe start maken, zijn tijdloos en generatie-overstijgend.

Muziek / Concert

Kleine bewegingen in groots werk

recensie: Morton Feldman: The Last One
Muziekgebouw aan 't IJ - zijaanzicht avond (foto Erik van Gurp) 3 + nieuw logo_kleinErik van Gurp

Het leek wel of het eerste concert dit seizoen in de serie NAPzak in het Muziekgebouw in Amsterdam een ‘voorprogramma’ had zoals bij een popconcert. Bezoekers werden geïnspireerd door wat op de website en in het programmablad te lezen was over de muziek van de Amerikaanse componist Morton Feldman (1926-1987), van wie Piano, Violin, Viola, Cello (1987) zou worden uitgevoerd, een aanzet om dat ‘voorprogramma’ te volgen.

Er was op de site namelijk sprake van ‘vaak zachte muziek’, ‘gefascineerd luisteren’ naar iets ‘waar je niets (…) van wilt missen’. Het publiek in de goed gevulde, ongeplaceerde Grote Zaal was onrustig. Er werd vaak, soms meermaals van plaats gewisseld als er per ongeluk een lang persoon voor je ging zitten (‘Ja, sorry hoor, ik ben nu eenmaal een lange Nederlander’). Er werden opmerkingen gemaakt over het toen nog wat mistige podiumlicht (‘Wat mysterieus, hoort zeker bij de muziek’). Hoestende mensen werden bij voorbaat al kwaad aangekeken (‘Dit gaan we straks toch ook niet krijgen?’).

Piano, Violin, Viola, Cello

En dan te weten dat bij de première van Feldmans laatste compositie tijdens het Festival Nieuwe Muziek in 1987 in de Kloveniersdoelen in Middelburg, een af en toe keihard hoestende mijnheer in de zaal zat, die ongegeneerd dwars door de fragiele klanken heen blafte: de componist zelf. Hij was er een graag geziene gast. Zijn muziek werd door directeur Ad van ’t Veer veel geprogrammeerd en hij gaf er masterclasses. Piano, Violin, Viola, Cello is in diens opdracht geschreven voor het Xenakis Ensemble en aan Van ‘t Veer opgedragen.

In Amsterdam vond de uitvoering plaats door Nieuw Amsterdams Peil (NAP): Emma Breedveld (viool), Heleen Hulst (altviool), Mick Stirling (cello) en Gerad Bouwhuis (piano). En hoe: ruim een uur aaneengesloten muziek, zonder pauze. Heel intens gespeeld, zonder ook maar even te verslappen.

De piano fungeerde als een soort keu, die de strijkers als een biljartbal in beweging zette. Fragiel, in kleine bewegingen, zachte tikjes van de bal. Soms aaiden ze elkaar, soms zaten ze elkaar dicht op de hielen. Tonen die dicht bij elkaar bleven, akkoorden die niet oplosten. Een enkele keer een klein loopje of een vlug ornamentje. De strijkers streken meestal, een enkele keer speelden ze pizzicato (‘getokkeld’). Altijd in een traag tempo. Als bezoeker raakte je de tijd haast kwijt en vroeg je je af hoe de componist dit ging afronden. Het slot was verrassend: een motiefje van vier tonen.

Toen was het voorbij en klapte het publiek dankbaar. Terecht, want hier werd weer eens de unieke kans geboden dit in al zijn kleine bewegingen grootse stuk te horen. In een uitvoering die er mocht zijn. Dat belooft wat voor de rest van de serie!

Muziek / Concert

Spoedcursus ‘Fokko’ in Kampen

recensie: Première theatershow Mijn Hond Is Dood – Fokko

Al bijna drie decennia schrijft Fokko Mellema liedjes. Wat in 1997 op 11-jarige leeftijd startte met een liedje over zijn (niet-bestaande) hond die dood is, bleek het begin van een lange muzikale carrière. Dat lied dat hij toen schreef, heeft hij dit jaar afgemaakt en uitgebracht. Inclusief videoclip die gelijk de eerste AI-videoclip van Nederland is. Een full circle moment voor de singer-songwriter, dus was het tijd voor een theatershow met zijn band om hierbij stil te staan. Zaterdag 23 september was de première in de Stadsgehoorzaal te Kampen, en Malin was er namens 8WEEKLY bij.

Catchy melodieën en humorvolle teksten

Fokko Mellema is songwriter en frontman van de nederrockband Fokko. Voorheen was hij onderdeel van collegerockband Want Want en daarvoor nog gitarist en songwriter bij The Jeremys. Een constante  van deze bands is de tomeloze energie die Fokko uitstraalt, de pakkende melodieën en de humoristische teksten. Die kan je duidelijk herkennen in Want Want’s culthit ‘Kip, Paard, Koe’ en in Fokko’s coronahit ‘Karin Heeft Geen Corona’. Echter, wie nog niet bekend is met Fokko wordt gedurende deze voorstelling meegenomen langs allerlei ins en outs uit het (muzikale) leven van de frontman.

Taartdiagrammen en staafgrafieken

Dat is het doel van de theatershow: terugkijken op bijna drie decennia songwriter-schap. En wat heb je anno 2023 nodig om stil te staan bij het leven? Waar anderen misschien hulp zoeken bij een life coach, zocht Fokko zijn heil in staafgrafieken en taartdiagrammen. Na de avond afgetrapt te hebben met het nummer ‘life coach’, was het dan ook tijd om de diepte in te duiken. Geen enkel onderwerp bleef onbehandeld: welke thema’s werden het vaakst bezongen? Hoe vaak komen er meisjesnamen in zijn liedjes voor? En mannen, worden die niet achtergesteld in zijn muziek? Het zijn maar een paar van de vragen die vernuftig aan de hand van een PowerPoint en de nodige creatieve grafieken worden gepresenteerd.

Diepere analyses worden echter niet geschuwd. Zo werd nog bekeken of bepaalde onderwerpen te koppelen waren aan specifieke levensfases. De daaruit volgende grafiek liet zien dat er drie belangrijke fases zijn in de liedjes van Fokko, door hemzelf betiteld als: 1) stomme meisjes pijn; 2) huilen in de huiskamer; en 3) dertiger dilemma’s. De rest van de theatershow gaat deze fases in chronologische volgorde af, bijbehorende anekdotes en liedjes braaf gecategoriseerd volgens deze driedeling. Van het succes van Want Want, de break-up van de band en belangrijke relaties, tot het hervonden enthousiasme in Fokko en de succesvolle coronahit ‘Karin Heeft Geen Corona’. Onderwerpen als voortplanting, de aanschaf van een ukelele, maar ook rouw worden niet geschuwd. De onafgemaakte liedjes medley, waarin de band enkele nummers die de final cut niet hebben gehaald aan elkaar heeft geregen, én het zelfgemaakte AI nummer van Want Want, waar ze de meest voorkomende akkoorden uit Want Want liedjes hebben gecombineerd met de vijf meest voorkomende woorden, vormen samen de opmerkelijkste hoogtepunten van de show.

Een herkenbare doelgroep

Aan het einde legt Fokko uit dat bands via Spotify hun demografie kunnen onderzoeken. Uit hun eigen analyse bleek de gemiddelde Fokko-luisteraar eigenlijk exact te zijn zoals de bandleden zelf: Nederlandse mannen van 30 à 40. Makkelijk, dacht de band, want ze snappen en begrijpen dan ook echt voor wie ze schrijven. Een snelle blik in de indrukwekkende theaterzaal in Kampen leert echter dat hun publiek een stuk gemengder is. Jongvolwassenen, gezinnen met jonge kinderen, pensionado’s, maar inderdaad ook mannen tussen de 30 en 40 waren op komen dagen om de band te supporten bij hun première. Het is niet verwonderlijk dat de theatershow een breed publiek trekt. De show mengt een flinke portie humor en creativiteit met heerlijke anekdotes en een lijst aan aanstekelijke nummers, en slaagt erin iedereen in de zaal enthousiast te maken. Niet alleen de hardere nummers als ‘stadaarnietzodoeiets’ en ‘ktll’ passeren de revue, maar ook lievere, kleinere nummers als ‘Sanne’ en ‘Liefde’.

De theatershow Mijn Hond Is Dood is leuk voor fans van het eerste uur (oftewel, vanuit het ‘stomme meisjes pijn’ tijdperk) maar ook voor muziekliefhebbers met interesse in humorvolle Nederlandstalige poprock en die nog kennis moeten maken met de band Fokko. Immers, bewapend met zijn band, PowerPoint en bijbehorende analyses geeft Fokko je wel een spoedcursus ‘Fokko’.

Muziek / Achtergrond
special: Spotify-playlist van onze muziekredactie
franse playlistGerard Rundberg

8WEEKLY Playlist: Parlez-vous français?

Zomervakantie in Frankrijk: ontbijten met verse croissantjes, wandelen langs de Seine en grote braderieën afstruinen. Menig auto zal de Route du Soleil en de Périphérique rondom Parijs alweer getrotseerd hebben om te genieten van het luie, Franse leven. En wat is beter om in de stemming te komen dan een speciale Frans(talige) playlist? Onze muziekredactie heeft een lijst samengesteld met huidige Franstalige hits en klassiekers. Van golden oldies als Jacques Brel tot aan modernere hitartiesten als Louane en Vianey, ze houden je allemaal gezelschap tijdens je (dromen over je) reis naar Frankrijk.

Louane zit weer beter in haar vel

Louane Emera (of kortweg Louane) is de artiestennaam van de Franse zangeres en actrice Anne Peichert. Louane werd bekend dankzij de Franse versie van ‘The Voice’ in 2013, waar ze eindigde op de tweede plaats. Haar nummers variëren sterk in stijl: van het hippe ‘Pardonne-moi’ tot het emotionele ‘Secret’. In dit laatste nummer bezingt ze als jonge moeder de liefde voor haar opgroeiende dochter, maar ook de angst die daarbij komt kijken. Ze vertelt haar dochter haar grootste geheim: haar lage zelfbeeld en de strijd die ze ervaart om van zichzelf te houden. ‘Pardonne-moi’ heeft, ondanks de uptempo melodie, ook een diepere betekenis. Louane vraagt vergiffenis aan iemand die veel voor haar betekent. Ze geeft toe dat ze te veel huilt en soms overdreven reageert, zich schuldig voelt en haar fouten wil goedmaken.

In september brengt Louane een nieuwe versie van haar laatste album Sentiments uit: Sentiments Heureux. Hierin worden de emtionele ballades uit de eerste versie aangevuld met meer uptempo nummers, waaronder een samenwerking met Clean Bandit. Het in gedachten verzeilde hoofd van Louane op de cover van Sentiments is op deze nieuwe versie afgeplakt met een sticker waarop ze breeduit lacht. Vermoedelijk wil de zangeres hiermee uitdragen dat ze na een wat moeilijkere periode weer beter in haar vel zit.

Inspirerende nacht in een slaperig stadje

Vesoul is een onbeduidend Frans stadje tegen de Zwitserse grens. Waarom vond de Belgische chansonnier Jacques Brel het dan waard om een nummer over deze saaie plek te schrijven? Nou, waarschijnlijk omdat hij een inspirerende nacht beleefde met een serveerster in een hotel in Vesoul waar hij kort verbleef.

In ‘Vesoul’ bezingt Brel de wispelturigheid van een vrouw die hij bemint, maar waar hij uiteindelijk zwaar overprikkeld van is geraakt. Ze wil overal heen, de ene keer naar Vierzon, dan weer naar Vesoul en door naar Antwerpen en Hamburg. Wat hem betreft is het gereis toch echt voorbij.

‘Vesoul’ is typisch Brel door het enorm snelle gezang. In het nummer spoort hij zijn accordeonist Marcel Azzola ook nog eens aan om sneller te spelen met de woorden ‘Chauffe Marcel!’, wat vrij vertaald iets betekent als ‘Pittiger Marcel!’. De frase is nog steeds een van de bekendste in de Franstalige muziek.

Free runnen op ‘Voyage, Voyage’

Het nummer ‘Voyage, Voyage’ van Desireless is met recht een Franstalige klassieker te noemen. Bij uitkomst in de jaren 80 wist het nummer al in meerdere Europese landen de nummer 1-positie te behalen en voor meerdere weken te behouden. Dat succes van Desireless inspireerde in de jaren 90 het Japanse duo Wink tot het coveren van het nummer in het Japans, en in de zeroes Belgische zangeres Kate Ryan tot het maken van een EuroDance versie van het lied. Dit nummer werd een groot succes in België, Nederland, Finland en Spanje. Kate Ryan weet in haar verdere werk andere Franse klassiekers als ‘Désenchantée’ en ‘Ella, elle l’a’ om te toveren tot regelrechte dance hits.

Dit voorjaar kwam er in Nederland even een kleine opleving voor de Kate Ryan-versie van ‘Voyage, Voyage’ door het tv-programma B&B Vol Liefde. Duizenden mensen zagen vorig jaar deelnemer Menno in beeld free runnen op dit nummer, wat dit jaar nog eens werd nagedaan in een parodie op Instagram door radio-dj en influencer Bram Krikke. Wie denkt dat dit puur was om Menno belachelijk te maken heeft het mis. In een latere video is te zien hoe de heren samen zijn gaan free runnen.

Vianey strikt grote namen

In januari 2023 verscheen er op MIKA’s website een aankondiging van een nieuwe single. Enthousiast schreef hij dat hij in een Parijse studio tijd heeft doorgebracht met zijn vriend Vianney en dat daaruit de single ‘Keep It Simple’ voortkwam. De Franse singer-songwriter Vianney wist voor dit lied collega MIKA te strikken, maar die is niet de eerste grote naam in de lijst met samenwerkingen van Vianney. Eerder wist hij al samenwerkingen met Ed Sheeran en Maître GIMS binnen te halen. Niet zo gek, Vianney populair noemen zou een understatement zijn. Zijn miljoenen streams op Spotify, waarvan sommigen richting het miljard lopen, komen niet zomaar ergens vandaan. Zijn eerste album uit 2014 kreeg een dubbele platina status, en met vervolgalbums sleepte hij menig award binnen.

‘Keep It Simple’ klinkt inderdaad, zoals de titel eigenlijk al zegt, als een simpel liedje. Achter het vrolijke, zonnige melodietje schuilt er echter een dieper thema. Het deels Franstalige, deels Engelstalige nummer gaat over twee personen die met hun fysieke en mentale pijn proberen om te gaan en de oplossing voor hun problemen zoeken bij andere mensen, zoals een potentiële liefde. Ondanks dit zwaardere thema, klinkt het nummer licht en zomers – perfect voor een zomerse, Franstalige playlist.

Naast Louane, Jacques Brel, ‘Voyage, Voyage’ en Vianey wacht er nog vele andere Frans(talig)e muziek op jou in onze nieuwste Spotify playlist. Veel luisterplezier!

Muziek / Reportage
special: Memling en Dürer door Psallentes & The Royal Wind Music
1-20230328_psallentes_lrc2a9timtheodeceuninck-4Tim Theo Deceuninck

Muzikale beeldende kunst

‘Elk voordeel heb zijn nadeel’ zei Johan Cruijff al. Dat geldt ook wanneer je als musicus tijdens een concert of op een cd beeldende kunst erbij betrekt; tijdens een concert kun je afbeeldingen tonen en wordt de aandacht verdeeld, bij het beluisteren van een cd is de aandacht primair op de muziek gericht en werken de afbeeldingen in het cd-boekje ondersteunend.

Laten we eerst de cd Gratia Plena (‘Vol genade’) onder de loep nemen. Een samenwerking tussen het Vlaamse vocale ensemble Psallentes & The Royal Wind Music, waarvan de leden hier allemaal op kopieën van renaissanceblokfluiten spelen.

De Annunciatie van Memling

9-20230328_psallentes_lrc2a9timtheodeceuninck-40

© Tim Theo Deceuninck

Het uitgangspunt is het schilderij De Annunciatie (‘De Aankondiging’) van Hans Memling uit 1480-1489 (Metropolitan Museum of Art, New York). ‘We vertrekken’, schrijft Hendrik Vanden Abeele, artistiek leider van Psallentes in het begeleidende boekje, ‘vanuit de groet van Gabriel (…). De tous bien plaine’ (‘Vol van gratie’). In maar liefst vijf zettingen: vier instrumentale en een vocale van Jacob Obrecht. We luisteren naar de zang en het spel en onze blik gaat van Gabriël naar Maria. Van de engel (boodschapper), die gekleed is als een priester uit de tijd van Memling, naar Maria die bijna flauwvalt. Haar knieën knikken, met haar hand houdt ze het hart vast.

Prachtig is de kleuring door de lage blokfluiten van de melodie De tous bien plaine die Obrecht gebruikte als basis voor een Kyrie uit een van zijn missen. Vanuit de donkerte wordt geroepen om ontferming. Anders is de inkleuring van de gedachten van Maria (Dictes moy toutes vos pensées) die worden begeleid door blokfluiten in zowel de midden- als de lage(re) registers; die gedachten zullen – stellen we ons zo voor – zowel blij als donker zijn geweest: een Zoon van God, hoe speel ik dát klaar? En wat staat Hem te wachten? De keuze van de instrumenten is telkens raak.

Vervolgens vallen we in een hoofse, wereldlijke tekst die overigens sterk aan het Bijbelse Hooglied doet denken: Epithalamica van Pierre Abélard. Heel mooi gevonden en rijmend op enkele details binnen het schilderij, zoals de omgeving waarin Memling het verhaal van De Annunciatie plaatst: een slaapkamer uit zijn eigen tijd, badend in het warme licht van de zon dat door het raam links naar binnen valt.

Portret van Albrecht Dürer

7-20230328_psallentes_lrc2a9timtheodeceuninck-31

© Tim Theo Deceuninck

Dan het avondconcert tijdens de Open Recorder Days Amsterdam (ORDA), het grootste blokfluitfestival van Europa. In een volle Bernard Haitinkzaal van het Conservatorium van Amsterdam speelde The Royal Wind Music het programma Portret van Albrecht Dürer. Een programma rond zes werken van Dürer (1471-1528) met muziek uit die tijd. Het programma was samengesteld en gearrangeerd door Maria Martínez Ayerza, die niet meespeelde maar in de zaal zat.

Sommige stukken klopten helemaal, zoals Mater patris et filia van Antoine Brumel bij de tekening van De Maagd en kind met een bloem op een grasbank (1503) of Playne de dueil et de melancholie van Josquin Desprez bij de beroemde gravure Melancolia I (1514). Maar bij andere blokjes muziek sloeg de twijfel toe. Bijvoorbeeld bij een mis van Joh. Ockeghem die tot slot werd gespeeld bij een afbeelding uit de Vier boeken over de menselijke verhoudingen (1528). Het valt technisch te begrijpen vanwege de overeenkomsten in het lijnenspel in zowel de muziek als de gravure, maar inhoudelijk minder. Dürer had zich immers toen al tot het protestantisme bekeerd, toch?

Tot slot iets over die projecties op een scherm voorin de zaal. Daarop waren de gekozen kunstwerken te zien, terwijl de musici de erbij gezochte muziek speelde. De uitwerking is denk ik in een grote zaal als de Bernard Haitinkzaal minder dan in bijvoorbeeld een kleine kerk waar je er bijna in kunt kruipen. Ze bleven nu letterlijk en figuurlijk te veel op afstand.

Dit zijn slechts enkele kanttekeningen bij een concert dat ademloos en muisstil werd gevolgd. Want één ding staat buiten kijf: spelen kunnen ze, die elf musici van The Royal Wind Music! Hier is de top aan het werk; in een woord: fenomenaal. In grote en kleine samenstellingen. En in die heerlijke toegift: een gerecycled Duits liedje, ‘Rompeltier’.

Film / Films

Gemengde gevoelens over Disney’s nieuwe live action film

recensie: The Little Mermaid
The Little Mermaid 3The Walt Disney Company

De langverwachte live action film The Little Mermaid neemt het publiek mee op een betoverende duik in de onderwaterwereld van Ariel. Met Halle Bailey in de hoofdrol, ontving de film na de eerste beelden veel negativiteit. Ze is namelijk niet de versie van de Ariel die we gewend zijn. De hashtag #NotMyAriel kreeg online veel momentum. Was Bailey de juiste persoon om de rol als dé iconische zeemeermin op zich te nemen?

Indrukwekkende prestaties van Bailey en McCarthy in The Little Mermaid

Het antwoord is ja! Als actrice weet Bailey indruk te maken door de perfecte mix te vinden tussen onschuld, nieuwsgierigheid en vastberadenheid in haar interpretatie van het geliefde nummer ‘Part of Your World’. De getekende zeemeermin is maar een kleine tuttebel in tegenstelling tot de Ariel van Bailey. Om nog even terug te komen op de #NotMyAriel: dit kwam vooral van de puristische fans van de tekenfilm. Die speelt zich af regio Caribische Zee. Dit is dan ook doorgetrokken in de casting.

Een andere grote troef van de film is Melissa McCarthy als Ursula. Opgetut om eruit te zien als de boosaardige jongere zus van Koning Triton (Javier Bardem), compleet met zwaar opgemaakte ogen en tentakels, is ze werkelijk verrukkelijk als de diepzeeschurk van de film. McCarthy weet de rol van Ursula perfect neer te zetten – haar komische timing is aanstekelijk, de angst voelbaar echt, en haar dramatische pauzes benadrukken Ursula’s flamboyante persoonlijkheid.

Flounder en Sebastian: van schattig naar horror

Toch zijn er ook enkele minpunten in de film die zorgen voor teleurstelling bij fans van het origineel. Flounder/Botje, het schattige maatje van Ariel, verliest in deze nieuwe versie zijn charme. In plaats van een levendig en schattig visje dat emotie en humor toevoegt aan de scènes, wordt hij gereduceerd tot een willekeurige aquariumvis waar gewoon een stem uit komt.

Dingen die schattig of grappig zijn wanneer ze worden gedaan door geanimeerde knuffeldieren, zijn niet langer schattig of grappig wanneer ze worden uitgevoerd door computer gegenereerde zeedieren zonder herkenbare gezichtsuitdrukkingen. Flounder die vlucht voor een haaienaanval of die af en toe met z’n kop boven water komt: dat is met CGI in deze film niet om aan te zien. Tenenkrommend zelfs.

Teleurstellende CGI

Ook ziet de onderwaterbeweging er vaak vlak en kunstmatig uit op een manier die afstandelijk is. Dit geldt vooral bij het proberen te creëren van de sensatie van het wapperende, lange, weelderige haar van de zeemeerminnen. Het productienummer ‘Under the Sea’ barst van de levendige kleuren, en de uitbundige choreografie van de zeewezens is een genot om naar te kijken. Maar het weet niet echt het gevoel van onder water te vertoeven te vangen.

Als het gaat om onderwaterwerelden, zodra je naar Pandora bent geweest, kun je nergens anders meer naartoe.

Live action versie heeft meer diepgang

Eric (Johah Hauer-King) voelt zich onrustig in zijn paleis en verlangt naar avontuur buiten zijn eilandnatie. Hij wordt beperkt door de regels van zijn moeder, wat een directe parallel vormt met Ariel’s verhaal. Ariel wil ontsnappen aan de controlerende regels van haar vader, zeker wat de liefde betreft. Hoewel de iconische uitspraak ‘Papa, ik hou van hem!’ niet voorkomt in deze versie, voelt Ariel zich begrepen door Eric en ziet ze in hem meer een zielsverwant dan alleen een geliefde.

Ariel en Eric hebben in deze film meer tijd om elkaar echt te leren kennen. Ze ontdekken dat ze beiden gepassioneerde nerds zijn als het gaat om hun interesses, en ze verlangen ernaar om hun passies te delen met iemand anders. Hoewel Ariel nog steeds niet kan praten als gevolg van Ursula’s betovering, neemt ze actief deel aan de interactie door Eric haar schatten uit de zee te laten zien en zijn kaarten enthousiast te bestuderen.

Deze herinterpretatie biedt een diepere en meer betekenisvolle ontwikkeling van hun relatie. Hun gedeelde verlangen naar vrijheid en begrip maakt hun band sterker en hun connectie geloofwaardiger. Deze versie van hun verhaal geeft de kijkers reden om te geloven in hun liefde en om hen aan te moedigen op hun reis naar een nieuw avontuur.

Muziek / Concert

London Calling is een roep om muzikaal indie & punk avontuur

recensie: Festivalverslag: London Calling in Paradiso Amsterdam
Bibian Bingen

Als er een festival is waar je onbekende punk en indie bands uit het buitenland kunt ontdekken, dan is het London Calling. Tweejaarlijks wordt Paradiso omgetoverd tot een smeltkroes aan talent, veelal uit Engeland, Amerika, en Australië. Slechts voor de ingewijden van post-punk en aanverwante genres zal een korte blik op de line-up voor herkenning zorgen. Maar voor herkenning moet je niet bij dit festival zijn. Het bezoeken van London Calling is een kans om elk uur een presentje uit te pakken in de vorm van een korte auditieve trip. De spanning zit hem in het aangaan van het onbekende. Zoals Forrest Gump ooit al treffend zei: ‘Life is like a box of chocolates, you’ll never know what you’re gonna get’.

Pootje badend het festival in

Kate Davis en band mogen het festival aftrappen. Tijdens het wachten scharrelt de half lege zaal nog wat onrustig heen en weer, en babbelt wat met elkaar. De meeste bezoekers komen net uit hun werk en moeten nog even op een andere golflengte komen. Kate Davis komt op met band en zet in. De band zoekt naar een houding en het publiek evenzeer. Na een tijdje is de schroom er vanaf en kunnen we mee in een ingetogen indierock ervaring vol melodieuze zang en passende harmonieën. Dit fenomeen herhaalt zich in de Grote Zaal bij de folkrock van Sylvie. De zaal is hier ook nog halfvol, en de focus van het publiek is nog tam. Sylvie schotelt desondanks een dromerig pallet voor dat zachtjes heen en weer doet wiegen. Het doet denken aan een mengeling van de seventies, Pink Floyd en George Harrison. All things must pass, dus applaus en door.

Australische surfpunk

Langzaam begint Paradiso vol te stromen en dat is maar goed ook, want the Grogans spelen een mengeling van rokerige blues, punk en surfrock die enkel gepast is bij een stomende zaal. Deze drie jongens spelen zo te horen al jaren samen, want regelmatig klikt het in elkaar als de raders van een uurwerk. De nummers zijn qua songwriting nog van wisselende kwaliteit, soms is het te vlak en simpel. Maar het vermoeden rijst dat hier een act in de Kleine Zaal staat die over enkele jaren grote zomerfestivals kan platspelen. Ze besluiten de set met een garagerock knaller die in vorm en inhoud doet denken aan Buddy Holly’s ‘Oh Boy’. Zodoende bewijst rock ’n roll zich weer tijdloos.

Licht en ontwapenend

In de Grote Zaal aangekomen zien we Hamish Hawk aan het werk met een indierock geluid dat hier en daar refereert aan de jaren 80. Hamish zijn laatste album Angel Numbers heeft stormachtige internationale recensies gekregen, dus het doet benieuwen wat er live gaat gebeuren.

Hamish wordt bijgestaan door een drietal muzikanten die zich vooral dienend naar hun frontman opstellen. Hamish oogt zelf in zijn fysiek jong. Hij dartelt, springt en huppelt over het podium als een kalf dat na een lange winter eindelijk de wei in mag. Hij heeft de performatieve intensiteit van Samuel T Herring, bekend als frontman van de synthpop band Future Islands. Het oogt eigen en oprecht. Zijn diepe bariton geeft een fijn contrast met het lichtvoetige werk. Het is enthousiasmerend, en ontwapenend. Wel mag hij zijn energie de volgende keer de hele zaal in projecteren. In zijn performance richt hij zich vooral op de eerste staande rijen.

Mentaal opfrismoment

Iedereen die bekend is met Paradiso weet dat de Kleine Zaal van een andere orde is dan de Grote Zaal. Het gebeurt dus ook regelmatig dat je bot vangt als je te laat naar de Kleine Zaal vertrekt, die dan al uitpuilt. Maar even bijkomen van alle muzikale prikkels is geen slecht plan. Er moet opgefrist worden voor er weer auditief op het gemoed gebeukt kan worden, want sommige acts sproeien emoties het publiek in alsof ze auditieve Jackson Pollocks zijn. Dan is een wit canvas op zijn plaats. Dus enkele frisse ademteugen vóór op de stoep zijn, naast bier en de pompoen curry die geserveerd werd in de Grote Zaal, de noodzakelijke benzine voor een dag London Calling.

Duistere gothsferen

In de Grote Zaal belandt het publiek vervolgens in een unheimische sfeer die ergens tussen gothic, dystopisch en emo valt. Heartworms krijst, schreeuwt, hijgt en fluistert, en geeft haar lichaam alle ruimte om die boodschap te versterken. Haar band is solide, en vervult diens rol zonder in clichématige partijen te verzanden. Daardoor blijft het geheel spannend. Wanneer Heartworms tegen het einde aan op de grond krioelt rent een fotografe vooraan als een bezetene eropaf om enkele foto’s te schieten. Tevreden en opgelucht laat het meisje de foto zien aan een omstander, want zo een plaatje vang je wellicht één keer op een dag.

Heartworms is bijna klaar met haar set, en tussen een nummer door geeft ze aan hoe blij ze is hier te mogen spelen en gooit ze een merchandise-tasje de zaal in. De vrolijke manier waarop ze dat doet is lichtelijk vervreemdend en in groot contrast met de duistere sfeer die zonet nog benauwend over de zaal hing. Het zij haar vergeven, want met haar ogenschijnlijk jonge leeftijd laat ze zien al een volwassen compositiebeheersing en podium presence te bezitten.

Woeste doch kwetsbare hooligan

Wat krijg je als je hooligans – die de  cursus ‘kwetsbaarheid voor gevorderden’ succesvol hebben doorlopen – een boel instrumenten in de handen duwt? Het stomende vijftal Vlure natuurlijk. Vlure brengt een mengeling van techno en postpunk die lijkt op een boze hulk versie van Faithless.  Dit collectief opgepompte muzikanten loopt als gorilla’s op hun naakte borst te trommelen en ontbloot grommend hun tanden. Deze bende aan Schotse hipsters – de heerlijke rollende tongval verraadt dat – oogt agressief zonder ons van zich te vervreemden. Ze schreeuwen over kwetsbaarheid, en kermen over pijn en verlies. Zodoende komen ze nader tot ons. Paradiso is een kerk, en het is fijn als we dan een prediker zien die het woord van liefde verkondigd, niet door te zingen, maar door als een gewonde hond te blaffen.

Een muzikaal dans duet

De dienst zit erop. Ik snel me naar de Kleine Zaal voor Cumgirl8. Maar ik ben murw gebeukt door het vele geweld dat ik deze dag gezien heb en neem niks meer op. Dat is de verdienste van een dag London Calling: je krijgt veel voor je kiezen en het meeste is bepaald niet lichtzinnig. Op herkenning kun je geen moment leunen. Je krijgt voortdurend nieuwe prikkels op je afgevuurd, nieuwe ideeën te verwerken, en nieuwe geluiden om op te bezinnen. Het festival vraagt wat van je. Dat is een noodzakelijke afwisseling in deze tijd van instant gratificaties die de streamingdiensten, Spotify-playlisten en radiozenders op ons bordje plempen. Het kijken naar al die veelal prille bands is geen vermaak: het is een dans. De bands begeleiden, en het publiek moet meebewegen, anders gebeurt er niks. Gelukkig is het publiek op veel fronten bereidwillig omdat ze voelen dat het een teameffort is. Moet er gemoshed worden? Dan doen we dat. Even uithijgen? Natuurlijk. Je wilt crowdsurfen? Kom maar op dan. Punk was nog nooit zo gebroederlijk.