Film / Films

Zoektocht naar vergeten herinneringen

recensie: Waltz with Bashir

.

Tijdens het kijken van Waltz with Bashir dringt de vraag zich op of de film ook zo krachtig zou zijn geweest in de vorm van een normale documentaire, zonder de schitterende animatie die de film nu zo bijzonder maakt. Die vraag moet ontkennend worden beantwoord, maar dat doet niets af aan de kwaliteit van deze film, aangezien de vorm minstens zo belangrijk is als de inhoud.

~

De film opent erg sterk met een droomscene, waarin een man door de straten van een schemerige stad achterna wordt gezeten door een horde agressieve honden die voor niets anders oog hebben dan hun prooi. De man vertelt Ari Folman, de regisseur, dat deze nachtmerrie hem al dagen achtervolgt en te maken heeft met het conflict in Libanon in 1982, waarbij het Israëlische leger de andere kant op keek toen christelijke falangisten iets verderop een slachtpartij aanrichtten in de Palestijnse vluchtelingenkampen Sabra en Shatila en waar hij als soldaat bij betrokken was. Als Folman dit verhaal hoort, beseft hij dat de hele herinnering aan zijn bijdrage aan het conflict in Libanon uit zijn geheugen is gewist. Hij besluit op onderzoek uit te gaan en zijn verloren herinneringen weer boven water te halen.

Indruk

Die zoektocht vormt de kern van Waltz with Bashir en de film is dan ook te zien als een soort therapiesessie voor regisseur Folman, die in 1982 zelf soldaat was. Hij wilde door middel van deze documentaire achterhalen wat er precies is gebeurd in Libanon, wat zijn aandeel daarin is geweest en waarom deze herinneringen uit zijn geheugen zijn verdwenen. De film is echter veel meer dan een eenvoudige therapiesessie en een essay over de mysteries van het geheugen. Vooral door middel van de animatiestijl (videobeelden zijn frame voor frame overgetrokken) heeft Folman een nieuwe impuls gegeven aan een oud genre, de anti-oorlogsfilm. De animatie stelt Folman in staat de gruwelen van de burgeroorlog niet alleen met woorden te beschrijven, maar ook werkelijk te tonen aan zijn publiek. Scènes waarin Israëlische soldaten onder een groot portret van de Libanese president Bashir een kogelregen proberen te ontwijken en het leger in een boomgaard stuit op een Libanees jongetje met een bazooka maken veel meer indruk op beeld dan in de verhalen van betrokkenen.

~

Het gevaar van de therapiesessie die Waltz with Bashir bij vlagen is, schuilt in de vervreemding van de toeschouwer die weinig opheeft met de persoonlijke problemen van regisseur Folman. Het sterkst is Waltz with Bashir dan ook als de film zich slechts in beeld concentreert op de gruwelijke gevolgen van de oorlog. Vooral tijdens het slot, als het filter van de animatie even wegvalt en de wanhoop van de betrokkenen van de slachtpartij in de Palestijnse vluchtelingenkampen getoond wordt, komt de oorlog wel heel dichtbij. Dat beeld maakt meer indruk dan alle intellectuele bespiegelingen in de film en behoort tot de indrukwekkendste momenten van het afgelopen filmjaar.

Kunst / Achtergrond
special: Damien Hirst - For the Love of God

Moderne visie op de dood

.

Damien Hirst is in het Rijksmuseum! Hirst, de Engelsman die met zijn kunstwerken multimiljonair geworden is, is de komende zes weken in het Rijksmuseum te zien met zijn beroemde For the Love of God, ook wel bekend als de diamanten schedel. Het is wellicht het meest bekende kunstwerk van een kunstenaar die in veel van zijn werk zijn fascinatie voor de dood etaleert. Hirst veroorzaakt graag herrie. “Maar de kunst moet wel het belangrijkste blijven”, aldus multimiljonair Hirst. Gezien de enorme rijen voor de ingang van het Rijksmuseum is zijn komst naar Amsterdam niet onopgemerkt gebleven.

Damien Hirst met For the Love of God, 2008

Damien Hirst met For the Love of God, 2008

Damien Hirst (Bristol, 1965) werd bekend in 1988 met de door hem samengestelde tentoonstelling Freeze en werd hiermee de frontman van de invloedrijke Engelse kunstenaarsgroepering Young British Artists. De groep werd zo invloedrijk dankzij de aankopen die kunstverzamelaar Charles Saatchi hier deed. De daaropvolgende jaren ontwikkelde Hirst zich mede door Saatchis steun tot kunstenaar van wereldfaam. Vooral zijn The Physical Impossibility Of Death In The Mind Of Someone Living, de haai op sterk water, geniet wereldfaam.

De Dood toen en nu

For the Love of God is een kunstwerk waar iedereen direct een mening over zal hebben, net zoals Damien Hirst een kunstenaar is waar iedereen een mening over heeft. De titel van het werk verwijst naar de uitspraak die Hirsts moeder deed, toen hij haar vertelde wat hij ging maken: een platina afgietsel van een echte menselijke schedel, bezet met 8601 diamanten. Sinds 30 augustus 2007 is het duurste kunstwerk van een nog levende kunstenaar, toen het voor 75 miljoen euro verkocht werd aan een anonieme groep investeerders.

Damien Hirst, For the Love of God, 2007

Damien Hirst, For the Love of God, 2007

Het Rijksmuseum heeft deze superster van de hedendaagse kunst voor een periode van zes weken in huis gehaald, als eerste stop van een wereldtournee van het kunstwerk. Op het eerste gezicht lijkt dit een uiterst vreemde combinatie, een moderne kunstenaar in een museum met een kunstcollectie van voornamelijk zeventiende eeuwse kunst. De schedel van Hirst heeft echter wel degelijk overeenkomsten met werk uit de collectie van het Rijksmuseum, zoals ook blijkt uit de selectie die Hirst hieruit gemaakt heeft.

Betreed de tempel

De schedel is tentoongesteld in een donkere zaal van het Rijksmuseum. Spotlichten beschijnen het fonkelende kunstwerk, dat continu door twee bewakingsmedewerkers geflankeerd wordt. Slechts vijftien bezoekers mogen per keer deze tempel van de hedendaagse kunst binnentreden, wat resulteert in lange wachtrijen om zaal 11 te mogen betreden. Wanneer je als bezoeker dan eindelijk tot het heiligste van het heiligste doorgedrongen bent, valt de schedel op het eerste gezicht een beetje tegen. For the Love of God is namelijk kleiner dan je verwacht, zeker na de enorme posters met de schedel bij de ingang. Toch is het een mysterieus en intrigerend kunstwerk, dat enorm fonkelend het absolute middelpunt van de zaal is. Het is geplaatst in een vierkante vitrine, zodat je als bezoeker het kunstwerk van vier zijden kunt bekijken. Dat moet je ook snel doen, want door de enorme drukte word je na enkele minuten door een van de museummedewerkers resoluut naar de volgende zaal verwezen.

Abraham Bloemaert, Eierenkoopvrouw, 1632, 76x58 cm, Collectie Rijksmuseum Amsterdam

Abraham Bloemaert, Eierenkoopvrouw, 1632, 76×58 cm, Collectie Rijksmuseum Amsterdam

In deze volgende zaal is een selectie van zestien schilderijen te zien, die door Hirst zelf geselecteerd zijn op basis van het thema Dood. Deze selectie is deels op formele gronden verricht, maar vooral ook op inhoudelijke overeenkomsten. Bij ieder schilderij is een opmerking geplaatst door Hirst, waarin hij zijn visie op het werk geeft en de relatie daarvan met de dood en met Hirsts kunst. Een voorbeeld is een schilderij van Cornelis Saftleven, Satire op de berechting van Johan van Oldebarneveldt, waar Hirst over stelt: “Wordt het de hemel of de hel? U mag het zeggen, Het lijkt erop alsof hij teveel paddo’s gegeten heeft. Hoe dan ook, het lijkt erop alsof hij er lol in heeft”. Een ander werk is Heraclitus van Hendrik ter Bruggen. Te zien is een man met een kale schedel, die fysiek veel uiterlijke kenmerken gemeen heeft met Hirsts schedel. Abraham Bloemaert De Eierenkoopvrouw laat een vrouw zien die een ei goedkeurend in haar hand houdt. Hirst observeert de overeenkomsten tussen het ei en een kale schedel, en attendeert je op de opvallende in doeken gehulde schedel van de koopvrouw. De commentaren van Hirst zijn grappig om te lezen, maar bieden weinig diepgaande reflectie op de kunstwerken.

Memento Mori

Cornelis Saftleven, Satire op de berechting van Johan van Oldebarneveldt, 1663, Collectie Rijksmuseum Amsterdam

Cornelis Saftleven, Satire op de berechting van Johan van Oldebarneveldt, 1663, Collectie Rijksmuseum Amsterdam

Dood, ziel, hiernamaals, leven, lichaam, aards genot. Dit waren bij uitstek thema’s die in de 17de-eeuwers bezighielden. Dit zijn ook met name thema’s die Damien Hirst bezighouden. Wanneer je naar de traditie kijkt, past For the Love of God nog het beste in de traditie van de vanitas-schilderijen, die in de zeventiende eeuw enorm populair waren. Deze wijzen de mens op de vergankelijkheid van het leven en de zinloosheid van aardse bezittingen. In die zin lijkt For the Love of God een antithese van dit vanitasdenken. Het wijst juist op aardse bezittingen, ter waarde van vele miljoenen zelfs. De schedel is enorm patserig en megalomaan, maar toch blijft de existentiële wanhoop bestaan wat je ook doet, hoe rijk je ook wordt, de dood is niet te ontlopen. Voor niemand niet. Memento mori lijkt Hirst te zeggen, gedenk te sterven, maar geniet wel met volle teugen van het aardse bestaan. To Hell with Death!

 

 

 

Theater / Voorstelling

Onderhuidse spanningen drijven boven

recensie: Het Zuidelijk Toneel - Gewürztraminer

.

~

Niets leidt af van het verbale geweld dat vanaf minuut een wordt afgevuurd. De mise en scène is krachtig in zijn eenvoud: een betonnen muur, twee stoelen en een bijzettafeltje. Alle aandacht is daardoor gevestigd op het gesprek tussen Constance Kruis en Heike Wisse.

Veel praten, weinig luisteren


Constance ontvangt haar ontredderde vriendin Heike bij haar thuis. Heike heeft het even gehad met haar vriend die “maar wat lui op de bank zit”. Veel meer toelichting op wat het probleem van Heike nu eigenlijk is, krijgt de kijker niet. Want Constance luistert niet naar haar, maar is voortdurend zelf aan het woord. “Je moet niet denken, je moet naar mij luisteren!” Kruis speelt haar rol met verve: de spanning, frustratie, en onzekerheid stralen van haar gezicht. Met deze goede acteerprestatie is eigenlijk ook meteen de grote kracht van Gewürztraminer benoemd. De wijze waarop ze haar medespelers overrompelt met haar scherp geformuleerde monologen is boeiend van het begin tot het eind.

Stront met je kerel?


~

Berkel is de vriend van Constance, en wordt overtuigend gespeeld door Dimme Treurniet. Berkel heeft wat trekken van het prototype man: nuchter, en een beetje lomp. (“Zo, stront met je kerel?”) Berkel moet het dan ook zwaar ontgelden, maar heeft wel de sympathie van het publiek dankzij zijn open houding en neiging om te zalven en te steunen. Maar als dan halverwege het stuk ook zijn geduld opraakt (“Je behandelt ons als apen!!”), gaat het pas echt knetteren. En Heike staat er ondertussen apathisch bij, als figurant bijna. Want uiteindelijk blijkt dat Constance en Berkel hun onderhuidse frustraties over hun eigen relatie uiten over de rug van Heike.

De gedragingen en het verbale geweld in het stuk zijn af en toe net wat over de top. Ook is de thematiek, en de manier waarop die wordt belicht, bepaald niet origineel. Maar het plezier is er voor de kijker niet minder om. Gewürztraminer is een korte maar krachtige ervaring. Osterop kiest niet voor een echte apotheose of een verrassend einde. Wel lijken Constance en Berkel wat nader tot elkaar te komen. En de onzekere Heike zal zwaar in zich zelf moeten investeren om haar relatie te redden. Als Gewürztraminer een Hollywood-film was, zou je volgend jaar deel twee verwachten. Perfecte cliffhanger!

Gewürztraminer van Het Zuidelijk Toneel is nog te zien tot en met 18 december 2008. Zie speellijst.

 

 

Film / Films

Op en top Italiaans

recensie: Mio fratello è figlio unico

.

De combinatie politiek en familie is een geliefde in de recente Italiaanse cinema. Evenals in het succesvolle en vergelijkbare La meglio gioventu wil Mio fratello è figlio unico (2007) de recente Italiaanse geschiedenis weerspiegelen in de relatie tussen twee broers met verschillende politieke overtuigingen.

~

De jongste broer Accio (Elio Germano), een naam die etter betekent in het Italiaans, volgt in zijn jeugd een opleiding tot priester in een klooster maar moet door zijn temperamentvolle karakter de opleiding verlaten. Terug in zijn geboortedorp Latina raakt hij onder de invloed van de oudere Marco, een man die hem introduceert tot de denkbeelden van het fascisme. Marco heeft veel invloed op Accio en zonder dat hij lijkt te beseffen wat het werkelijk inhoudt, besluit Accio dat hij een fascist is. Dit in tegendeel tot de rest van zijn familie en vooral zijn oudere broer Manrico (Riccardo Scamarcio), een felle aanhanger van het communisme. De twee komen in hun latere leven in conflict met elkaar, zeker als ze ook nog eens verliefd worden op hetzelfde meisje, maar hun bloedband overstijgt deze problemen tot het eind.

Hoog tempo

Mio fratello è figlio unico is een door en door Italiaanse film, met alle voor- en nadelen die daar bij horen. In een onwaarschijnlijk hoog tempo raast de film door twintig jaar Italiaanse geschiedenis en doet dat op zo’n sympathieke wijze dat het moeilijk is voor de kijker om er niet in mee te gaan. Het is dan ook pas na afloop van de film dat duidelijk wordt dat er nergens echt ruimte is voor reflectie of bezinning. De gebeurtenissen volgen elkaar in razend tempo op, waardoor er nergens echte diepgang te vinden is. Naast dit hoge tempo en de grote emoties en gebaren die de Italiaanse cinema zo kenmerkt, springt ook de zeer fysieke acteerstijl in het oog. De personages stoeien en vechten erop los en in combinatie met het onrustige handheld camerawerk, zorgt dat voor een prettige dynamiek.

~

Hoewel er in Mio fratello è figlio unico uitgebreid wordt stilgestaan bij het onrustige Italiaanse verleden en de politieke stromingen die daarbij tegenover elkaar kwamen te staan, draait het zoals altijd in zulke politieke drama’s vooral om het persoonlijke. De relatie tussen de broers vormt dan ook het hart van de film. Hoewel die relatie lijdt aan het eerdergenoemde euvel van oppervlakkigheid, weten acteurs Germano en Scamarcio toch te ontroeren. Het zijn echter de vrouwelijke personages die in hun kleine bijrollen de meeste indruk achterlaten. De schoonheid van nieuwkomer Diane Fleri weet niet alleen de twee broers, maar ook het publiek te betoveren, maar het is de moeder van de familie die voor de mooiste momenten zorgt. Deze Angela Finocchiaro, die net als hoofdrolspeler Elio Germano een Italiaanse Oscar won voor haar rol, maakt indruk als de moeder die al jaren wacht op een nieuw huis dat haar door de politiek beloofd is en lijdzaam moet toezien hoe het haar kinderen vergaat als die de wijde wereld ingaan. Soms kwaad, dan weer teleurgesteld, maar altijd het beste voorhebbend voor haar kinderen.

Muziek / Album

Best of both worlds

recensie: Primal Scream - Beautiful Future

.


Het donkere, psychedelische, weirde, agressieve is er een beetje af. Die sound die de afgelopen jaren bij deze band domineerde lijkt te zijn vervangen door een luchtige, soulvolle, soms zelfs uiterst melodieuze variant die de tijden van Give Out But Don’t Give Up doet herleven. Toch kantelt dat geluid halverwege het album toch weer naar de angstige en mysterieuze fuck up-rock die Primal Scream zo onderscheidend maakt. Dit album van Primal Scream is een hallucinatie, met daarin ‘the best of both worlds‘.

Het negende album Beautiful Future dat al weer een tijdje uit is, zorgt bij deze band dus letterlijk voor een goede toekomst. Primal Scream lijkt lekkerder dan ooit in zijn vel te zitten en wil de muzikale toekomst hoorbaar veilig stellen door toegankelijker te worden. De depressies, het lugubere knip en het plakwerk, de lome, schurende beats, de vernieuwende surrealistische triprock, dat tijdperk van innovatie is een beetje voorbij. De Schotse band is veranderd, meer relaxed en maakt meer eenduidige muziek. De bandleden hebben die innovatie klaarblijkelijk niet echt meer nodig en willen ‘gewone’ songs schrijven, met een kop en een staart. Terwijl verandering feitelijk het credo is van Primal Scream. Want als je denkt ze te kennen, dan komen ze ineens weer op een compleet andere manier uit de hoek.

Singles

~


Hijgerige gastbijdrage

Maar dan. De donkere kant van Primal Scream steekt de kop op. Angstige soundscapes en een lyrische gitaarrif maken de luisteraar bijna bang. Dit lijkt de onvermijdelijke bad trip die niet uit kon blijven na het innemen van de drugs die Primal Scream heet. Het kale, industriële voortstampende ‘I Love to Hurt (You Love to Be Hurt)’ is hypnotiserend. De hijgerige gastbijdrage van Lovefoxxx, zangeres van Cansei de Ser Sexy, is daarvoor een perfecte aanvulling. De Fleetwood Mac-cover ‘Over & Over’ wordt van de dood gered door een andere prachtige gastbijdrage. Hier is het namelijk folkzangeres Linda Thompson die er in haar eentje voor zorgt dat die zeer hinderlijke, naar valsheid neigende, gitaarpartij niet een te prominente indruk achterlaat. Snel vergeten, want het om een Josh Homme-riff heen tollende nummer ‘Necro Hex Blues’ is een heerlijke afsluiter. Alhoewel, afsluiter, de band trakteert de luisteraar eerst nog even op de vrijwel identieke singleversie van ‘The Glory of Love’. Te veel van het goede, want zoals gezegd, die albumversie had heus óók al overduidelijke singlekwaliteiten. Neen, dan liever die andere extra’s die je krijgt als je de cd in je computer stopt. Naast een interview en een nummer van een optreden in Glasgow wordt daar een redelijk dampende uitvoering van het Hawkindnummer ‘Urban Guerrilla’ weggegeven. Een lekkere bonus bij een gevarieerd album. Beautiful Future is een prima staalkaart van Primal Scream anno 2008.


 

 

 

 

 

 

 

 

Theater / Voorstelling

Nina de la Croix spettert van toneel

recensie: Nina de la Croix - Poldervrouw

Nina de la Croix. Iemand met zo’n naam komt uit Parijs, Las Vegas of Hollywood. Een artiest. Een ster. Een vrouw van de wereld. Maar niets is minder waar. Ondanks haar exotische uiterlijk komt Nina de la Croix uit Edam. Ze werkte op de kaasboerderij en kon alleen maar dromen van een bestaan als beroemdheid. Als ze maar Brel kon zingen, zo mooi als Wende Snijders.

Met een stemgeluid letterlijk als een sirene wordt het publiek gewaarschuwd voor gevaar. Maar te vrezen hoeven de toeschouwers niet. Nina de la Croix is een meisje dat onverschrokken de wereld in lijkt te kijken. Maar ze heeft ook haar onzekerheden. Want waarom valt ze nou altijd alleen op jongens die al een relatie hebben van twee jaar of langer? En als ze eens iemand tegenkomt die na een onveilige vrijpartij zo lief is de volgende ochtend mee te gaan naar de apotheek voor de morning-afterpil blijkt hij, eenmaal weer thuis, toch weer niet de ware prins op het witte paard als gedacht.

Vluchten voor

roots


~

Behalve in de liefde wil ook De la Croix’ carrière in Poldervrouw niet meewerken. Na de Amsterdamse Kleinkunstacademie te hebben afgerond schreef ze zich in bij verschillende castingbureaus. Daarna is het wachten. Wachten tot iemand iets in je ziet en je auditie mag komen doen. En dan doe je wel eens auditie voor een poppenserie waarin je in een konijnenpak een kip moet spelen. Uit onvrede met haar roots besluit ze te vertrekken. Weg uit de polder. Weg van de heersende gezapigheid en nutteloosheid. Op weg naar een nieuw leven. Op naar Parijs! Maar ook Parijs blijkt uiteindelijk niet de verandering te brengen waarnaar ze zocht.

De treffend neergezette verhalen zorgen, na een aftastend begin, voor een constante glimlach op de gezichten van het publiek. De la Croix zet haar verhalen, onder andere dankzij haar mimiek, erg beeldend en levendig neer. Je blijft geboeid luisteren naar zoveel onvermogen van iemand die zo graag wil, maar bij wie het allemaal net niet lukt.

Sprankelend


Poldervrouw is een relativerende cabaretvoorstelling met verrassende verhalen en liedjes. Vooral de liedjes zijn indrukwekkend, hebben mooie teksten en worden sprankelend uitgevoerd. Nina de la Croix wordt daarbij begeleid op gitaar door Maarten Ebbers. Dit doet hij verdienstelijk, al is het gitaarspel een enkele keer wat overheersend. Naast de gitaar begeleidt Nina zichzelf ook op piano. Met haar mooie, heldere stemgeluid spettert ze van het toneel. Cabaret met een glimlach, schaterlach en een snik. Poldervrouw is het waard bekeken te worden.

Nina de la Croix is met Poldervrouw nog tot en met 7 mei 2009 in het hele land te zien.

 

Theater / Voorstelling

‘Verdwijnen, als een waterijsje in de zon’

recensie: De Vogelfabriek - RAAF

.

De voorstelling werpt constant vragen op. Ze worden beantwoord en nieuwe vragen ontstaan. Wie is het meisje dat in de supermarkt met een videocamera vastlegt hoe Rico candybars jat? Waarom achtervolgt ze hem? Waarom gaat ze niet meer weg? Waarom wonen de twee jongens op het dak? Waarom gaan zij niet weg? Waar komen ze eigenlijk vandaan? RAAF is een bijzondere voorstelling. Het verhaal trekt je mee, je wilt meer weten van deze personen. Steeds meer. Meer dan dat er getoond wordt.

Asperger


~

Egbert-Jan Weeber speelt een erg knappe rol als Ravian, een jongen met het syndroom van Asperger. Ook als je de symptomen van het syndroom niet kent, zie je de problematiek die zoiets met zich meebrengt op basis van hoe Weeber zijn rol neerzet. Ravian is helemaal gek van het nest raven op het dak en identificeert zich met hen. Hij somt ook moeiteloos de lange lijst ingrediënten van een candybar op, is erg leergierig en moet wennen aan de nieuwe bezoekster op het dak. Hij flipt als Ronja (Sanne Vogel) haar tas op een dag op een andere plek zet dan normaal. Het gevolg is veel onbegrip van Ronja, een heftige woordenwisseling en Ravian die zich terugtrekt in zijn hutje. Ronja is een kwebbelkous. Ze wil ontsnappen aan haar vertrouwde leventje, waarin ze alles heeft, en wil doen en laten wat ze wil. Aandacht zoekt ze. Is het geen positieve, dan negatieve. Sanne Vogel laat ons een onverstoorbare Ronja zien. Wat er ook gebeurt of gezegd wordt, ze neemt er geen notie aan. Ronja wil leed meemaken en lijkt dat te vinden op het dak. Tot ergernis van Rico (Tygo Gernandt) die meer in zichzelf gekeerd is. Hij past op zijn broertje Ravian en zit niet te wachten op pottenkijkers. Ze redden het prima samen. Maar Ronja blijft komen en wint verrassend snel het vertrouwen van de jongens.

Vlot


Een groot projectiescherm toont afwisselend een strak blauwe lucht, de schemering van de avond en beelden van gebeurtenissen die zich buiten het dak afspelen, gefilmd door Ronja. Ook worden fragmenten getoond waarin Ravian door haar wordt geïnterviewd over de raven. Het publiek krijgt door deze spreekbeurt informatie over de raaf, die bekend staat als intelligent, mysterieus en zeldzaam. Raven worden gezien als verschoppelingen. Nadat de wolven hebben gegeten, mag de raaf de restjes oppeuzelen. De wisselwerking tussen scènes op het toneel en filmfragmenten zorgen voor een vlotte voorstelling. Maar waarom neemt Ronja eigenlijk met haar videocamera alles op?

Verdwijnen


~

Hoofdthema van het stuk is ‘verdwijnen’. Rico en Ravian wonen op het dak en willen niet gevonden worden. Ronja is van huis weggelopen omdat ze iets wil beleven. Iets verdrietigs, het maakt niet uit. Rico mag haar slaan als hij zich daar beter door voelt. ‘Je verleden kun je niet veranderen,’ zegt Rico. Je kunt er voor weglopen, maar het lost niets op. Dan dreigen Rico en Ravian ontdekt te worden. Ze moeten verdwijnen. ‘Verdwijnen als een waterijsje in de zon.’ Ravian wil echter bij de raven blijven. Tot ze uitvliegen.

Indruk


Tygo Gernandt, Egbert-Jan Weeber en Sanne Vogel zijn vooral bekend geworden door rollen in speelfilms als Van God los, Oesters van Nam Kee, Het Schnitzelparadijs en Alibi. Naast acteren, regisseert multitalent Vogel ook voorstellingen en is ze tevens de schrijfster van RAAF. Het verhaal is geïnspireerd door de song ‘Black Bird’ van Nina Simone. RAAF is de productie die dit vriendengroepje nog graag wilde maken. Het is een vermakelijke voorstelling geworden, met humor en misschien een paar losse eindjes. Want vragen zijn er na afloop nog steeds. Indruk maakt de voorstelling in ieder geval!

RAAF is nog tot en met 20 december 2008 in het hele land te zien.

Theater / Voorstelling

Angst van militairen grijpt naar de strot

recensie: Orkater - Kamp Holland

.

Het pantservoertuig is een metalen container midden op de speelvloer. De acteurs die de militairen spelen dragen grof ondergoed bij wijze van legeruniform. En het kabaal dat het voertuig maakt, wordt gemaakt door de musici op de speelvloer. Toch voelt het publiek de angst van de militairen mee, de zenuwen, de stroom adrenaline. Omdat Kamp Holland geen fictie is, maar een soort documentair toneelstuk.

Afko’s


~

Militairen communiceren op een idiote manier. Officieren schreeuwen tegen de manschappen. Lager geplaatste militairen zeiken elkaar voortdurend af. Iedereen praat in merkwaardige afkortingen. `Kikadewado’ is  `een kind kan de was doen’. Een `nukubu’ is een `nutteloze kutburger’. En een gesneuvelde is een KIA: `Killed in Action.’ Maar wanneer het erop aan komt, moeten ze blind op elkaar kunnen vertrouwen, in hun eentje zijn ze nergens. Dan moeten ze binnen seconden beslissingen nemen die een ander het leven kunnen redden. Daarvoor trainen ze elke dag snoeihard. Wie ooit Stanley Kubricks legerfilm Full Metal Jacket (1984) zag, kent de boodschap: het leger is de hel, maar wel een ongekend solidaire hel.

Defensie


Kamp Holland, een Orkater-voorstelling van theatermakers Geert Lageveen en Leopold Witte, is een zekere zin een Nederlandse versie van Full Metal Jacket. Lageveen en Witte hebben samen een aantal memorabele voorstellingen gemaakt, zoals Conijn van Olland, De Gouden Eeuw, IK en Bloedband. Deze keer wilden ze een voorstelling maken over de Nederlandse militaire missie in Uruzgan. Ze spraken met legio militairen over hun ijzingwekkende ervaringen. Voor de vorm dienden ze bij Defensie een verzoek in om toegelaten te worden tot de Nederlandse basis, Kamp Holland bij Tarin Kowt. Tot hun verrassing – en tot hun lichte schrik – kregen ze toestemming van Defensie om daadwerkelijk te gaan. Ze hoorden, zagen, roken, proefden, voelden dus wat de Nederlandse militairen daar voor hun kiezen krijgen.

Indringend geluid


~

Met eigen ervaringen en met de persoonlijke verhalen van militairen die ze zo verzamelden, stelden Lageveen en Witte de tekst van Kamp Holland samen. Gijs de Lange nam de regie voor zijn rekening. Acteur Kees Boot kwam erbij als lompe sergeant, en daarnaast acht markante jonge acteurs  die met volle overgave de militairen neerzetten. Orkater gaat in deze voorstelling bovendien terug naar zijn roots als bevlogen muziektheatergezelschap met de sterke vijfkoppige band Susies haarlok. Die zet een geluidsdecor neer dat de kijker kippenvel bezorgt. Juist door dat indringende geluid komt al wat de militairen overkomt hard binnen bij de toeschouwer. De Taliban die praat via de radio klinkt als een gekrijste rap. Het daverende geluid van het pantservoertuig tergt de trommelvliezen. Na een aanslag met een bermbom klinkt een angstaanjagende nagalm onder het gesproken verslag van de militairen. In die sfeer wordt de botte manier van met elkaar omgaan een overlevingsstrategie. Die is nodig, anders kunnen de militairen hun werk niet doen, in een land waarin zelfs de kinderen niet te vertrouwen lijken.

Pamflet


Kamp Holland is bijna geen theatervoorstelling meer, het is een pamflet. Een discussiestuk, misschien zelfs. En in dat discussiestuk staat niet: wij, Nederlanders, doen het helemaal goed, ons optreden in Afghanistan helpt de bevolking daar daadwerkelijk vooruit. Wij helpen echt met de wederopbouw. Het mag een wonder heten dat Defensie hardop trots is op deze voorstelling, want ondanks hun oprechte en uitdrukkelijke empathie met de uitgezonden militairen zetten Lageveen en Witte grote dikke vraagtekens bij het nut van de Nederlandse missie in Uruzgan. Daarbij is dit ook nog een ijzersterke theatervoorstelling. Niks gratuits aan, Kamp Holland grijpt de toeschouwer meedogenloos naar de strot.

Kamp Holland van Orkater is te zien tot en met 1 februari 2009. Zie speellijst.

 

Boeken / Fictie

Literaire klaagzang

recensie: Tahar Djaout (vert. Henne van der Kooy) - De laatste zomer van de rede

Als in 1991 islamisten de verkiezingen in Algerije dreigen te winnen, pleegt het leger een staatsgreep. Wat volgt is een sluipende en bloedige burgeroorlog. Tegen de achtergrond van dit conflict schreef Tahar Djaout zijn aanklacht tegen het opkomende fundamentalisme. De roman is tevens een hartstochtelijk en poëtisch pleidooi voor de kracht van literatuur en de verbeelding. Zijn boodschap bleef niet onopgemerkt: Tahar Djaout werd in 1993 vermoord.

De laatste zomer van de rede laat zich lezen als een duister en orwelliaans toekomstvisoen, waarin een samenleving op drift raakt. In een niet bij naam genoemd land maken we kennis met Boualem Yekker. Hij is boekhandelaar en muziekliefhebber, terwijl de abstracte Wakende Broeders slechts één boek erkennen en alle kunst als decadent en irrelevant van de hand doen. Als eenling probeert hij tegen de stroom in te gaan, maar hij raakt steeds verder geïsoleerd.

Fanatisme

Met Boualem wordt de lezer deelgenoot gemaakt van een gemeenschap die langzaam haar kleur en levenslust verliest. Wat rest is blind fanatisme. Terwijl de omgeving meer en meer verwordt tot een nachtmerrie, trekt de boekhandelaar zich terug. Een indringend beschreven proces van Innere Emigration toont het heden als lelijk en ellendig en de toekomst als verloren. Het verleden blijft over. Boeken zijn voor de boekhandelaar het laatste toevluchtsoord. Als zijn winkel wordt gesloten, lijkt het einde nabij.

Djaouts toon is fel en poëtisch. Hij laat zien hoe een maatschappij volledig in vervoering raakt, waarbij extase en delirium nooit ver van elkaar liggen. De mens wordt hierbij gereduceerd, gekuist en gezuiverd. Wat overblijft zijn geketende slaven. Herinneringen, losse beelden, dromen en incidenten wisselen elkaar af in een prachtige en indringende stijl:

De stad met al zijn regenbogen, die vroeger danste op het schuim, als een tienermeisje omhuld door zon en een azuurblauwe jurk, is een veld geworden met onbarmhartige doorns. De schoonheid, een onthoofde bloem. De liefde ligt teneer, een dode boom. Te willen zingen betekent ballingschap.

Engagement

De kracht van De laatste zomer van de rede ligt in de zorgvuldige constructie die ten grondslag ligt aan de tekst. Zo wordt er een steeds sterkere tegenstelling opgebouwd tussen de sympathieke boekhandelaar en de religieuze krachten om hem heen. Djaout neemt echter niet expliciet positie in, waardoor de lezer de waarschuwing voor islamitisch fundamentalisme zelf in kan vullen. Een positieve identificatie met het hoofdpersonage volgt al snel, gevolgd door een gestuurd leesproces, om bij een sluitende interpretatie uit te komen.

Daarmee beweegt de schrijver zich op de grens tussen politiek en literatuur. Noem het engagement, maar wel engagement dat gebonden is aan een historische en politieke context. Het maakt het besluit om het boek vijftien jaar later te vertalen en zonder inleiding uit te brengen, opmerkelijk. Het werk is krachtig genoeg om een dergelijke sprong te maken en wegen naar nieuwe interpretaties te openen. Een deel van de oorspronkelijke zeggingskracht gaat er echter wel mee verloren.

 

Boeken / Achtergrond
special: Erotische poëzie op het Utrechts Literatuur Festival

Een aangenaam middagje literatuur in Utrecht

Als je uit een provinciestad als Haarlem komt, moet je naar een grote stad als Utrecht om eens een literair festival bij te wonen. Het Utrechts Literatuur Festival zag er op papier aardig uit en bleek inderdaad een prettige manier om de zondag van twee november stuk te slaan. Je komt onder de mensen en je hoort nog ’s wat.

uit en bleek inderdaad een prettige manier om de zondag van twee november stuk te slaan. Je komt onder de mensen en je hoort nog ’s wat.

Vuyysje, Haakman en Van het Reve

Vuyysje, Haakman en Van het Reve

Om te beginnen jonge exemplaren uit de families Van het Reve, Vuijsje, Haakman en Wolkers die met een roman debuteerden of muziek maakten, respectievelijk Jonathan, Robert, Floor en Tom (van de tweeling). Ze boden veel verstrooiend randintellectueel gekoeterwaal over banden en dwarsverbanden met opa, oud-oom of pappa, maar niets over hun werk. Ach, vooruit maar.

Vrijpostig

Ons aller Katja Schuurman las met vertaler Hafid Bouazza vrijpostig erotische verzen uit het oude Arabië. Katja in het Nederlands, Hafid in het Arabisch. Dit ter promotie van zijn Arabische lyriek, een driedelig werk met erotische Arabische poëzie uit de middeleeuwen. De twee lieten er geen misverstand over bestaan: ze lustten er destijds in de woestijnige contreien behoorlijk pap van. Kom daar nu nog maar eens om.

Hafid Bouazza en Katja Schuurman

Hafid Bouazza en Katja Schuurman

De hoogbejaarde, aan Alzheimer overgeleverde Ad den Besten werd, terugblikkend op zijn literaire verdiensten, in het zonnetje gezet door biograaf Wim Hazeu, specialist helaas in voorleesfouten. Dat werd alleszins goedgemaakt door het optreden van Den Besten-bloemlezer Breukers en het sympathieke speechje van een dochter Den Besten.

Sinterklaas

Je kunt op zo’n middag niet alles zien en horen, dus gemist werden dichteres Judith Herzberg, dichtende kinderen, cartoonist Gummbah, de schrijfwedstrijd, literaire herontdekking Frans de Geetere (1894-1968), een filmtheater en ook het Sinterklaasgedicht is erbij ingeschoten.

Het ouderwets knusse Louis Hartlooper Complex zorgde voor sfeer, evenals de prettige dagpresentator/cabaretier Jeroen van Merwijk. Hoewel de literaire lunch al meteen flink uitliep, werd achter het festival stipt om half zeven een punt gezet. Tot volgend jaar? Wel als het aan de Stichting Literaire Activiteiten Utrecht (SLAU) ligt.