Film / Films

Olie is overal

recensie: Syriana

Misschien sleept hij deze week nog een Oscar in de wacht voor zijn bijrol als doorgewinterde CIA-agent. Maar George Clooney zei het bij de première van Syriana zelf al: “De echte ster van deze film is het script dat Stephen Gaghan heeft geschreven.” En inderdaad, het verhaal van Gaghan (tevens regisseur) kan met gemak opboksen tegen de prestaties van de cast.

~

Voordat de eerste helft van de film goed en wel op gang is gekomen, begin je je af te vragen waar je dit eerder hebt gezien. Wanneer blijkt dat Gaghan ook het scenario voor Traffic heeft geschreven, wordt alles duidelijk. Ook nu volgen we verschillende personen, die meer met elkaar gemeen blijken te hebben dan je aanvankelijk zou denken. En hoewel het centrale bindmiddel nu geen drugs is maar aardolie, is de boodschap van de film vergelijkbaar. Syriana maakt op treffende wijze duidelijk dat ook olie voor de westerse wereld niets minder is dan een verslaving, iets waar uiteenlopende partijen van profiteren.

Boorrechten, moord en concurrentie

Met vier verhaallijnen probeert Gaghan de betekenis van het zwarte goud voor onze samenleving in kaart te brengen. Prins Nasir, de troonpretendent van een rijk olieland in het Midden-Oosten, probeert samen met een energieanalist uit Genève (gespeeld door Matt Damon) zijn land om te vormen tot een westerse democratie. De raffinaderijen van het koninkrijkje worden bemand door straatarme Pakistani als Wasim, die wat geld voor in het thuisland proberen te verdienen. Als gastarbeiders worden ze niet voor vol aangezien. Ondertussen moet een CIA-agent (Clooney) in Beiroet vuile zaakjes opknappen en volgen we de praktijken van een ambitieuze advocaat uit Washington (Jeffrey Wright) die een fusie tussen twee Amerikaanse oliegiganten moet realiseren. Gaandeweg wordt steeds duidelijker wat de relatie is tussen al deze personen, met als hoogtepunt een grimmige finale.

Internationale setting

~

Hoewel het een onoverzichtelijk allegaartje van gebeurtenissen lijkt, komt de complexe verteltrant de film ten goede. De verhaallijnen laten goed zien welke verschillende belangen er wereldwijd aan de olieproductie zijn gekoppeld. De camera schippert tussen verschillende continenten, maar de beelden van het Midden-Oosten maken de meeste indruk. Cameraman Robert Elswit, die ook meewerkte aan het veelgeprezen Good Night, and Good Luck., weet door het gebruik van handcamera’s een realistische toon te treffen.

Familieperikelen

Is het vertellen van vier verschillende verhalen al een ambitieuze opgave, Gaghan doet er nog een schepje bovenop. De dramatiek van de film zit hem namelijk vooral in de problemen tussen de hoofdpersonages en hun familie. In feite zijn er dus acht verschillende verhaallijnen die moeten worden afgehandeld. Ook voor een ervaren scenarist grenst dat aan het onmogelijke, en dat zie je. De knelpunten in de familierelaties worden slechts aangestipt; het lijkt Gaghan aan tijd te ontbreken om er veel verder op in te gaan. De regisseur komt ermee weg omdat hij de centrale lijn van het verhaal niet vergeet, hij weet de aandacht van de kijker vast te houden.

Oscar?

Het belang dat aan het scenario is toegedicht, zou een oorzaak kunnen zijn van de kleine rollen. De personages zijn over het algemeen niet echt uitgewerkt. Dit wil echter niet zeggen dat ze niet overtuigend genoeg zijn. Wright is sterk als advocaat, Chris Cooper (bekend van de The Bourne-films), zet een foute oliemagnaat neer, en Clooney, met baard en vijftien kilo zwaarder, weet als CIA-agent een interessante mix van medelijden en afgunst over zich uit te roepen. Of het genoeg is voor een Oscar? De kans dat Clooney er eentje krijgt voor zijn andere geëngageerde film, Good Night, and Good Luck., lijkt iets groter.