Boeken / Fictie

Onsympathieke kameleon

recensie: Sofi Oksanen (vert. Marja-Leena Hellings) - Als de duiven verdwijnen

Edgar is nooit erg geschikt geweest als militair, maar hem wordt ‘veel vergeven omdat hij goed van de tongriem gesneden was’. Hij kan elke situatie goedpraten en weet ook steeds bij de juiste mensen in een goed blaadje te komen. Of dat nou Russen of Duitsers zijn, hij weet zich als een kameleon steeds aan te passen. Dat hij daarom nooit echte vriendschappen of relaties zal hebben, lijkt hem niet te deren. Het komt hem eigenlijk wel goed uit, want zo hoeft hij nooit iets uit te leggen.

De neven Edgar en Roland zijn trotse Estse jongemannen en vechten in de jaren dertig tegen de Russische overheersing in hun land. Als de Duitsers Estland bevrijden van het bolsjewisme, is de vreugde groot. Voor Edgar is er geen twijfel mogelijk, ze moeten zich aansluiten bij het Duitse leger. Roland wil echter blijven strijden voor een onafhankelijk Estland en verdwijnt van de radar.

Edgar verduitst zijn naam en verhult zijn achtergrond, alles om aan een goede functie te komen. Hij noemt zich vanaf dat moment niet meer Edgar Vörst, maar Eggert Fürst, de naam van een vroegere kennis. Een nieuwe naam alleen is niet voldoende, hij neemt zijn nieuwe identiteit zeer serieus: ‘[Hij had] er van begin af aan rekening mee gehouden dat Eggert Fürst linkshandig was geweest. Dat maakte dat de groet er wat minder zeker uitzag omdat hij vanuit de schouder langzamer inzette.’

Metamorfose

Edgar doet onderzoek naar de communistische sympathisanten in Estland en geeft regelmatig verslag aan zijn Duitse meerderen. Zijn ster lijkt rijzende, maar halverwege de jaren veertig moet het Duitse leger zich steeds verder terug trekken door het opkomende Russische leger en in 1944 trekt het Sovjetleger Estland in. Weer ondergaat Edgar een metamorfose; zijn Duitse naam verdwijnt en ook zijn arbeidsgeschiedenis verdoezelt hij. Vanaf dan gaat hij door het leven als kameraad Parts.

In opdracht van ‘het Bureau’ (de KGB, de geheime dienst van de Sovjet-Unie) schrijft hij aan een boek over de geschiedenis van het hitlerisme in Estland. Een geschiedenis waar hij zijn eigen aandeel zo klein mogelijk in moet maken, en die van iemand anders juist moet uitvergroten, om zelf niet verdacht te worden. Dan komt de naam van zijn neef Roland weer opduiken in een oud dagboek dat hij tijdens archiefonderzoek vindt. Wie kan hij dan beter tot zondebok maken in zijn boek dan zijn doodgewaande neef?

De half-Finse, half-Estse Sofi Oksanen (1978) heeft met Als de duiven verdwijnen een spannende, grootse roman geschreven, over een land en een geschiedenis waar je verder niet veel over hoort. Bovendien heeft ze de literatuur er een bijzonder onsympathiek personage bij gegeven. Gelukkig zijn die het boeiendst.

Film / Films

Overweldigende acteerprestaties in ruig meesterwerk

recensie: Out of the Furnace

Out of the Furnace is een grauw en soms opvallend rustig misdaaddrama dat op vrijwel elk punt excelleert. De film wordt vooral gedragen door de fenomenale acteurs.

acteurs.

Russell Baze (Christian Bale) is een rasechte Amerikaan. Hij werkt hard in een staalfabriek, zorgt voor zijn oude vader, drinkt zo af en toe een biertje in zijn stamkroeg en gaat herten jagen met zijn oom. Zijn broer Rodney (Casey Affleck), een Irak-veteraan, heeft het wat minder goed voor elkaar. Hij probeert zijn geld te verdienen met illegale bokswedstrijden, wat op een gegeven moment ontzettend mis gaat. Het is aan Russell om uit te zoeken wat er aan de hand is en alles weer recht te zetten. Regisseur Scott Cooper (Crazy Heart) werkt het plot, met bekende thema’s en concepten, vakkundig uit. Hij doet dit zo goed dat hij twee uur lang weet te overweldigen.

Topcast

~

Het sterkste punt van deze uitstekend gemaakte film is de cast. Naast Bale (
The Dark Knight) en Affleck (Gone Baby Gone) zijn er rollen voor Woody Harrelson (The Hunger Games), Forest Whitaker (The Last King of Scotland), Willem Dafoe (Spiderman) en Zoë Saldana (Avatar). Iedereen levert een sterke prestatie, zowel individueel als in het samenspel. Daarnaast weten de bijrolacteurs zich zo op te stellen dat ze zeker iets toevoegen aan de beleving. Er is een goede balans tussen alle spelers en zo versterkt uiteindelijk de hele cast elkaar. Maar, de absolute acteertop in deze film bestaat uit Bale en Harrelson. Harrelson zet een kalme, doch gevaarlijke vijand neer, met precies dat juiste tintje Amerikaanse hillbilly dat hem zowel geloofwaardig en mysterieus als ongelofelijk dreigend maakt.

Maar hoe goed Harrelson en de rest ook spelen, Christian Bale steelt absoluut de show. De man verdwijnt in zijn rol van Russell Baze en stroomt daarin moeiteloos van emotie naar emotie, zij het blijdschap, liefde, woede, angst of verdriet. Maar het mooiste is hoe hij zijn personage als een gewone man weet neer te zetten. Een doodnormale man die elke dag van negen tot vijf werkt en elke zaterdagavond in het plaatselijk café te vinden is. Wat misschien nog wel overtuigender werkt: hij zet hem neer als iemand die niets meer wil dan dat. Daarnaast valt op hoe Bale zelfs de film op gang weet te houden in scènes waar in principe niet veel gebeurt. Zijn acteerwerk houdt de aandacht vast en daarmee bouwt hij langzaam de spanning op.

Nadruk op personages

Natuurlijk hadden deze acteurs de film niet zo goed kunnen dragen zonder een script van kwaliteit. Het scenario excelleert vooral in goed geschreven en uitgewerkte personages. Het zijn de personages die het hart van deze film vormen, waardoor het plot soms wat dunner wordt. Het verhaal komt pas vrij laat echt op gang, omdat de eerste helft voornamelijk wordt gebruikt om Russell goed neer te zetten. Ook worden een aantal narratieve elementen niet goed uitgelegd, waardoor sommige delen aanvankelijk wat verwarrend kunnen overkomen. Maar, zodra het verhaal eenmaal is ingezet, is het een enorme spanningsrit die je tot de laatste minuut boeit.

De film ademt een grauwe sfeer, die af en toe doet denken aan No Country for Old Men. Met rustig camerawerk, fantastische muziekkeuzes en harde, maar zorgvuldig uitgezette dialogen zet Cooper de sfeer in vanaf het eerste shot en laat deze niet los tot de laatste letters van de aftiteling. Het is een film die een compleet eigen aanpak van klassieke thema’s hanteert, die spectaculair goed werkt en op een eigenzinnige manier erg ingetogen is. Het eindproduct is een hoogtepunt in het oeuvre van iedereen die meewerkte en niets minder dan een absoluut genot om te mogen aanschouwen.

Boeken / Fictie

Postuum succes

recensie: John Williams (vert. Edzard Krol) - Butcher's Crossing

Nadat John Williams’ lang vergeten roman Stoner vorig jaar maandenlang boven aan de Nederlandse bestsellerlijsten stond, kon een vervolg niet lang op zich laten wachten. Uitgeverij Lebowski bracht daarom ook zijn tweede roman, Butcher’s Crossing, opnieuw uit.

John Williams beschouwde Butcher’s Crossing (1960) zelf overigens als zijn eerste roman, aangezien hij Nothing but the night uit 1948 later nietig verklaarde. De stijl van de roman is dan ook minder gepolijst dan die van het veelgeprezen Stoner, dat vijf jaar later zou verschijnen, maar nog altijd sterk gebalanceerd en boeiend in zijn eenvoud.

Bildungsroman

Butcher’s Crossing is een Bildungsroman die zich focust op de twintiger Will Andrews, die aan het eind van de negentiende eeuw Harvard verlaat om af te reizen naar het jagersdorp Butcher’s Crossing in Kansas. In die tijd floreert de bizonjacht en een goede huid levert vier dollar op. Veel soeps is de tijdelijke nederzetting niet.

Het is nooit helemaal duidelijk waarom Will zijn comfortabele leventje achter zich laat, ‘om op je bek te gaan’, suggereert huidenkoper McDonald. ‘Misschien wel, eerst,’ antwoordt Andrews hem. Hij slaat McDonalds aanbod voor een baan af en sluit zich in plaats daarvan aan bij jager Miller, die zijn herinneringen deelt over een enorme kudde bizons in een verborgen vallei. Andrews besluit de expeditie te sponsoren van een erfenis. Miller neemt zijn vaste maatje Charley de Hoge mee als kok en zoekt een viller. Gevieren gaan ze op zoek naar de vallei die Miller tien jaar daarvoor heeft ontdekt.

American Dream

Dit is de ‘American dream’ in een van zijn vele variaties, waar, veel meer nog dan het grote geld, de belofte lokt. Williams grossiert in het omschrijven van niets, want wat doet het viertal nu helemaal? Het maakt een wekenlange reis door een kaal landschap, om vervolgens in de vallei een massale slachting aan te richten en er, gedreven door Millers wil om álle duizenden bizons van hun huiden te ontdoen, maandenlang ingesneeuwd te raken.

De slachting is van barbaarse proporties; alleen de huiden zijn geld waard en de vallei vult zich al snel met duizenden bizonkarkassen. De western wordt daarmee ontdaan van zijn romantiek. ‘De wind en de zon zullen je gezicht verharden. Je handen zullen niet langer zacht meer zijn,’ vertelt een van de hoertjes uit Butcher’s Crossing aan Andrews. Na  zijn reis zal hij inderdaad nooit meer dezelfde zijn.

Eind van de rit

Net als zijn voorganger doet ook Butcher’s Crossing het uitstekend in de bestsellerlijsten. Volledig verdiend, want Williams schrijft prachtig: ingetogen en sober. Hij beschrijft de zanderige verveling van de eindeloze woestenij waar Andrews en zijn compagnons doorheen trekken net zo nauwgezet als de spanning van de jacht of de uitzichtloosheid van een ingesneeuwde winter. Vakmanschap.

Veel schrijvers bereiken nooit de roem, maar Williams krijgt na zijn dood een nieuwe kans, waar hij bij leven slechts enkele duizenden boeken verkocht. De auteur heeft nog één ander boek geschreven dat uitgeverij Lebowski aan zijn postume opmars kan toevoegen. In Augustus, chronologisch zijn laatste roman, schrijft hij over het Romeinse keizerrijk. Het is te hopen dat dit tweede leven voor zijn romans langer voortduurt dan hun eerste. Het is hem gegund.

Film / Achtergrond
special: IFFR 2014

IFFR: Deel 5

.

DEEL 1 | DEEL 2 | DEEL 3 | DEEL 4 | DEEL 5 | DEEL 6 | DEEL 7DEEL 8 | DEEL 9

Inhoud: L’amour est un crime parfait | Sorrow and Joy | Fish and Cat | Ping Pong Summer

In dit 5e deel wordt een vrouwenverslindende professor in verband gebracht met de verdwijning van een studente, laat een Deense film zien hoe een relatie ondanks een pijnlijke gebeurtenis standhoudt, is er Iraans duister surrealisme in de bossen en worden de eighties gevangen tijdens een pingpong-vakantie.

Rokkenjager in de Alpen

Het verhaal? We zien twee onverzorgd uitziende mannen bij een louche restaurant in een verder verlaten landschap. Ze krijgen onverwachte bezoekers, die verkeerd gereden zijn. De mannen weren hen op dreigende wijze van hun terrein af en volgen dan hun eigen weg. In één take genomen volgt de camera de twee mannen die gewapend met een zak vlees het bos ingaan. Dan verspringt de camera naar een vader en zoon die zich op dezelfde plek bevinden. De vader is altijd in zijn zoons kielzog, maar moet nu afscheid van hem nemen omdat hij gaat kamperen. Dan vertrekt de zoon met zijn vlieger naar een campingterrein vlakbij het bos, waar hij de anderen ontmoet. Het is de jaarlijkse vliegerwedstrijd, waar jongeren zich verzamelen en de nachtelijke hemel in een wonderbaarlijk schouwspel zal veranderen.

Ondertussen is een van de jongeren verdwenen. De camera volgt diverse bezoekers van de camping, die uiteindelijk in aanraking komen met de mannen van het restaurant. Hierbij worden sommige scènes en ontmoetingen vanuit een ander perspectief herhaald en wordt op ingenieuze wijze met het aspect tijd gespeeld. De dialogen zijn licht absurd en poëtisch van aard, maar altijd met een menselijk karakter, zoals een relatie die gestrand is of twee jongens die elkaar niet kennen maar zeker weten dat ze hun dialoog al eerder gevoerd hebben.

De film werkt uiteindelijk toe naar de verdwijning van het meisje, een scène die zowel beeldschoon als gruwelijk is. Fish and Cat is geen gemakkelijke film en zal zeker niet iedereen aanspreken, maar wie tot het einde blijft zitten heeft op zijn minst een originele kijkervaring achter de rug. Deze mengeling van vreemde ontmoetingen, surreële sferen en duistere krachten vergeet je niet snel.
Terug naar boven

Jaren tachtig niemendalletje

Ping Pong Summer
Michael Tully • VS, 2014
2.5

Het is 1985. De tijd van old school hip hop, hoog opgestoken kapsels en Nikes. De dertienjarige Rad gaat samen met zijn ouders en zus naar een vakantieoord in Ocean City, Maryland. De vrije tijd die hij daar heeft spendeert hij met zijn twee grote passies: pingpong en breakdance. Rad ontmoet Teddy, die ook weg is van Run DMC en wiens vader een indrukwekkende ghettoblaster heeft.  Maar de jongens krijgen het niet gemakkelijk: op het campingterrein lopen namelijk ook de verwende pestkoppen Lyle en Anthony rond, die het al snel op Teddy en Rad voorzien hebben. Niet fijn, als je in het kielzog van mooie meisjes vernederd wordt.

Er is voor Rad maar een oplossing om de mooie Stacy Summers voor zich te winnen: Lyle uitdagen voor een pingpongwedstrijd. Maar daar heeft hij wel de hulp bij nodig van zijn vreemde buurvrouw Randi Jammer.

Ping Pong Summer is geheel in stijl van de eighties opgenomen: kapsels, kleding, muziek en de fletse kleuren ademen die sfeer. De camera zoomt regelmatig in op de Nikes en futuristisch rode broek van Rad, die nu overigens heel hip zouden zijn. De sfeer van de film is goed gevangen, maar inhoudelijk is Ping Pong Summer maar magertjes met zijn thematiek van ‘onzekere jongen wint mooi meisje voor zich’. Daarbij komt dat vooral de jonge acteurs vlak acteren en vrij eendimensionaal zijn neergezet. Susan Sarandon beurt de film dan wel weer wat op met haar leuke rol van outsider Randi Jammer.
Terug naar boven

Foto’s: International Film Festival Rotterdam

Film / Films

Het einde van originele science fiction?

recensie: Ender's Game

Het boek Ender’s Game (Orson Scott Card) staat op de leeslijst van Amerikaanse mariniers vanwege de lessen die het bevat over ethiek, leiderschap en militaire tactiek. De filmversie duwt al deze lessen naar de achtergrond om plaats te maken voor special effects en een clichématig verhaal.

In de toekomst wint de aarde ternauwernood een episch gevecht met de Formics, een insectachtig alienras. De volgende 50 jaar doet men er alles aan om klaar te zijn voor de volgende aanval, onder andere door kinderen te trainen tot soldaten en bevelhebbers. De jonge Ender (Asa Butterfield) toont al snel zijn tactisch inzicht en natuurlijk leiderschap, waardoor hij direct wordt geselecteerd om te trainen voor aanvoerder van de complete militaire vloot.

Voorspelbaar en onlogisch

~

Het verhaal is niet bijster origineel, maar biedt in principe ruimte voor verschillende interpretaties. Helaas kiest regisseur en scenarioschrijver Gavin Hood de makkelijkste route en hangt het geheel met clichés en voorspelbaarheden aan elkaar. Zouden we ooit nog iets te weten komen over die heldhaftige generaal die niemand echt zag sterven? Zou Ender het spel winnen waarbij hij het, met ongetrainde teamleden, tegen twee geoefende vijandige teams moet opnemen? Aan het begin van iedere scène wordt al vrij snel duidelijk waar het naartoe gaat en van de logische lijn wordt geen seconde afgeweken. De sporadische plotwendingen – sommigen beter uitgevoerd dan anderen – weten zo af en toe een beetje te verrassen, maar er is voornamelijk sprake van een verhaalstructuur van dertien in een dozijn.

Wel moet gezegd worden dat er goede ethische vragen worden gesteld bij de gedrevenheid van het leger en de rechtvaardiging van hun methodes. Jammer genoeg komen deze vragen maar weinig naar voren en hebben ze, buiten het antagoniseren van de leiding van de georganiseerde strijdmacht, geen functie. De boodschap van de film moge duidelijk zijn: het leger is doorgeslagen in zijn missie en Ender is briljant. In elke scène van de film wordt deze boodschap opnieuw uitgedragen, ook al laat de manier waarop alle wetten van logica en consistentie achterwege. Het belachelijke einde is hier misschien nog wel het meest schuldig aan. Het maakt niet uit wat er moet gebeuren: personages veranderen compleet van standpunt, zinloze concepten worden geïntroduceerd en direct weer vergeten. Daarnaast maakt Ender onnodig risicovolle beslissingen. Alles dient aan te tonen dat Ender de held is die de wereld nodig heeft: de nieuwe Neo.

Onorigineel en ongeïnspireerd

~

Daar houdt de vergelijking met andere films overigens niet op. In de film duiken meerdere grote en kleine details op, die sterk aan ander werk doen denken. De manier waarop de verwijzingen zijn ingezet en de mate waarin de film erop steunt, suggereren echter eerder ongeïnspireerd kopieerwerk dan een weloverwogen hommage. We zien onder andere verhaalelementen uit Harry Potter en The Hunger Games, trainingen uit Full Metal Jacket en de visuele stijl van Man of Steel, Pacific Rim en Alien voorbijkomen. Overigens zien de effecten er wel erg indrukwekkend uit, vooral de beeldvullende zwermen Formics. Maar het is, wederom, niets wat we nog niet eerder hebben gezien.

De acteerprestaties zijn ook niet uitzonderlijk. De cast bestaat grotendeels uit kinderen die op zich niet slecht spelen, maar ook niet uitblinken. Het is opvallend dat de twee hoofdpersonages veel beter hebben gespeeld in eerdere films van andere regisseurs (Asa Butterfield in Hugo en Hailee Steinfeld in True Grit). Harrison Ford (Star Wars en Indiana Jones) maakt een ontzettend verveelde indruk en Viola Davis (The Help) probeert het beste te maken van haar slecht gedefinieerde personage. De enige acteur die wel weet te overtuigen is Ben Kingsley (Iron Man Three) als Ender’s mentor, ook al ziet hij er compleet bespottelijk uit. Ender’s Game kan er als popcornvermaak nog net mee door, maar heeft verder absoluut niets nieuws te bieden.

Film / Achtergrond
special: IFFR 2014

IFFR: Deel 4

.

DEEL 1 | DEEL 2 | DEEL 3 | DEEL 4 | DEEL 5 | DEEL 6DEEL 7DEEL 8 | DEEL 9

Inhoud: Starred Up | Finsterworld | Blutgletscher | Ida

In dit 4e deel een blik op een explosieve vader-zoonrelatie in een Britse gevangenis, een Duitsland waar ongewone mensen worstelen met geluk en identiteit, een berglandschap waar gemuteerde wezens de dienst uitmaken en een Poolse novice die samen met haar tante haar familiegeschiedenis ontrafelt.

Koningen van de tralies

Starred Up
David Mackenzie • Groot-Brittannië, 2013
4.0

De 19-jarige Eric is overgeplaatst naar een gevangenis voor volwassenen, waar ook zijn vader Neville zijn straf uitzit. Dat Eric geen lieverdje is, wordt al in de eerste scene duidelijk. Vakkundig smeedt hij een scheermesje aan de steel van een tandenborstel en verstopt die in de plafondlamp van zijn cel. Een voorbode van een gewelddadige en uiterst bloederige actie met een medegevangene.

Er is weinig hoop op verbetering voor Eric. Hij is een extreem delinquente jongere, die in aanmerking kwam voor de Britse ‘Starred Up’-maatregel: ondanks zijn jonge leeftijd overgeplaatst worden naar een gevangenis voor volwassenen. Eric is een ettertje, een lastpak, een gewelddadige bom van energie die het reilen en zeilen en de hiërarchie van zijn afdeling al snel door heeft.

Een vrijwillige therapeut, zelf belast met een moeilijk verleden, wil Eric in zijn groep hebben in de hoop dat de jongen zijn woede-aanvallen leert te hanteren. De onconventionele methoden van deze therapeut zorgen echter voor vraagtekens bij de gevangenisdirectie. En dan is er nog de moeizame relatie tussen Eric en zijn vader, die net als zijn zoon beschikt over een explosieve ontvlambaarheid.

Starred Up onderscheidt zich van de conventionele gevangenisfilm door de vader-zoonrelatie als uitgangspunt te nemen en zich nauw te houden aan het gebruik van het Britse gevangenisjargon (in de ondertiteling voorzien van een vertaling), dat de realistische setting versterkt. De complexe karakters van Eric en Neville, uitstekend gespeeld door  Jack O’Connell (bekend van Eden Lake en This is England) en de Australische acteur Ben Mendelsohn (Killing Them Softly, The Place Beyond the Pines) weten ondanks hun harde voorkomen en geweldsuitspattingen gevoel van compassie over te brengen. Snoeihard gevangenisdrama, waarbij wanhoop, verdriet en liefde samenkomen in een slopende climax.
Terug naar boven

Ongrijpbare Duitse identiteit

Finsterworld
Frauke Finsterwalder • Duitsland, 2013
3.0

Finsterworld laat zich niet gemakkelijk definiëren. De film bestaat uit verschillende verhaallijnen, die licht absurdistisch van toon zijn. Een documentairemaakster worstelt met het vinden van een goed onderwerp voor haar nieuwe film, haar vriend die politieagent is heeft een voorliefde voor bont en scholieren zijn op weg naar een concentratiekamp, terwijl er hiërarchiekwesties in de groep spelen.  En dan is er nog het verhaal van een pedicure en een bejaarde dame, een echtpaar gewend aan luxe en een kluizenaar in het bos.

Het lijkt een willekeur aan personages en onderwerpen, maar gaandeweg ontstaat er een lijn in het verhaal en blijken de personages een persoonlijke of toevallige link met elkaar te hebben. Regisseuse Finsterwalder laat met haar Finsterworld een lichtkomische, bizarre en gevoelige blik op Duitsland zien, waarbij de identiteit van de hedendaagse Duitse burger en Duitsland ter discussie worden gesteld. Terwijl de documentairemaakster klaagt dat er niets interessant is om een film over te maken, gebeuren er meer maffe en ongewone dingen om haar heen dan ze voorzien had.  Waarmee Finsterwalder lijkt te zeggen: open je ogen, er gebeurt meer dan je denkt.

In zijn opzet is Finsterworld origineel, met zijn verschillende verhaallijnen en thematieken van geschiedenis, erbij horen of je eigen pad kiezen, liefde, eenzaamheid en identiteit. Het einde, waar de verhaallijnen tot elkaar komen, voelt echter wat bij elkaar geraapt en gekunsteld aan. Waarbij de vraag zich opdringt waar de regisseuse nou precies heen wil. Wonderlijk, lichtkomisch sprookje over het Duitsland van nu, of kritische aanklacht op een komische en absurdistische manier gebracht?
Terug naar boven

Bloed in de bergen

Blutgletscher (The Station)
Marvin Kren • Oostenrijk, 2013
3.5

In de Alpen is iets vreemds gaande. Wetenschappers ontdekken een gletsjer die een rode vloeistof afscheidt, alsof het besmeurd is met bloed. Wanneer ze op nadere verkenning uitgaan, blijkt het ernstiger dan verwacht. De rode vloeistof verandert de lokale dieren in bloeddorstige, muterende wezens. Een situatie die al snel uit de hand loopt wanneer de wetenschappers en hun hond met deze nieuwe populatie in aanraking komen.

Terwijl het sneeuwlandschap en zijn bewoners worden bedreigd door het nieuwe fenomeen,  kondigt de minister van milieu haar komst aan.  De wetenschappers zijn het onderling oneens of ze haar moeten inlichten over het kwaad in de bergen. Daarbij komt ook dat de begeleidster van de minister de ex-vriendin is van een van de wetenschappers, wat de situatie nog complexer maakt.

Blutgletscher is een horror met een ecologisch tintje: namelijk hoe de mensheid het klimaat op negatieve wijze beïnvloedt en welke gevolgen dat uiteindelijk kan hebben.  De realistische sfeer van de film kent uiteindelijk een komisch en heldhaftig karakter in de rol van de minister, die onverschrokken een muterende embryo uit de buik van een jong meisje snijdt en de wezens op brute wijze te lijf gaat. Visueel doet de film denken aan John Carpenters The Thing, waarbij het hoogtepunt de hybride van een hond en mens is.  Geslaagde en vermakelijke ecologische nachtmerrie.
Terug naar boven

Onderdrukt verlangen

Ida
Pawel Pawlikowski • Polen, 2013
4.0

Ida is een jonge novice,  die van haar moeder-overste het bevel krijgt haar tante, haar enige overgebleven familielid, op te zoeken. Een contact dat in eerste instantie stroef verloopt: kordaat meldt haar tante dat haar nichtje van Joodse afkomst is en dat dit wel even voldoende is voor de kennismaking.

Een groter contrast dan de kettingrokende, zuipende en op seks beluste Wanda (een prachtige rol van Agata Kulesza) en de stille, devote Ida is niet denkbaar. Wanneer Ida te horen krijgt dat haar ouders omgekomen zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog, gaan zij en haar tante op onderzoek uit. Tijdens deze zoektocht naar de waarheid komen de twee dichter tot elkaar. Naast de ontrafeling van familiegeheimen is er ook de zoektocht naar identiteit, waarbij de jonge Ida voor de vraag wordt gesteld of zij haar leven wil dienen voor God, of dat zij voor zichzelf en de lusten en verlangens des levens kiest.

In prachtig zwart-wit geschoten toont Pawlikowski, wiens My Summer of Love in 2005 op het IFFR te zien was, een Poolse familiegeschiedenis. Zijn film kent een sereen karakter, waarbij de horror van een recent verleden, Ida’s zoektocht naar zichzelf en de manier waarop Wanda vorm heeft gegeven aan haar leven mooi samenkomen. Uitermate gebalanceerd en ondanks zijn tragische thematiek nergens te zwaar of gedramatiseerd. Een bescheiden meesterwerkje.
Terug naar boven

Foto’s: International Film Festival Rotterdam

Boeken / Fictie

Een handjevol literaire schoonheid

recensie: Martin Michael Driessen - Een ware held

.

Wie had gedacht dat een klein boekje als Een ware held zo’n groots verhaal zou bevatten? In de novelle van Martin Michael Driessen, dat nog geen kilo weegt en in je hand past, wordt het ongelooflijke verhaal vertelt van twee Italiaanse broers die er alles aan doen om hun lot te veranderen.

De broers Luigi en Beppo Fresci zijn tijdens de Eerste Wereldoorlog militair in het Italiaanse leger en gevangengenomen door hun eigen troepen. Het is hun peloton namelijk niet gelukt een bergpas te beschermen, waardoor deze nu in handen is gevallen van de Oostenrijkers. Om de militairen te straffen en een voorbeeld te stellen voor andere pelotons, worden de mannen op een rij gezet en elke vierde man gefusilleerd.

Terwijl de broers wachten op de komst van beul en generaal Cadorna, doet Beppo zijn uiterste best om ervoor te zorgen dat Luigi en hij aan de executie ontkomen.  Dat het lot zich echter niet laat misleiden, wordt duidelijk wanneer zijn plan niet uitpakt zoals hij had berekend.

Poëzie versus genadeloos leed

Met pijnlijke precisie beschrijft Driessen de grove schendingen van mensenrechten die werden begaan onder het bewind van generaal Cadorna. De angst van de mannen, de genadeloze beslissingen, de noodlottige wendingen van de levens van jonge mannen die de dood in de ogen kijken, alles is even mooi verteld.

Met prachtige volzinnen wordt een tragedie onthuld. De poëtische schrijfwijze van Driessen staat in schril contrast met het harde verhaal. Geen woord wordt verspild en de spanningsboog is groot. Hoe zal het met de broers aflopen?

Een ware held is de derde boekuitgave van Driessen, die ook bekend is als regisseur. Eerder vertaalde hij A Midsummer Night’s Dream van Shakespeare en schreef hij Vader van God. Met Een ware held heeft hij laten zien een grootse schrijver te zijn. Een ware held is een prachtig, literair juweel om te koesteren.

Boeken / Fictie

De subtiele schoonheid van een verwoestende jeugdliefde

recensie: Rob Waumans - De nacht van Lolita

.

In De nacht van Lolita beschrijft Waumans het leven van schrijver Luc Franzen. Hij is bezig aan zijn debuutroman, tevens De nacht van Lolita getiteld. Tussen het schrijven en slapen door brengt hij veel tijd door in zijn stamcafé, waar hij zijn vrienden, topschrijver Arthur en muzikant Meijer, ontmoet en vooral veel bier drinkt. Het wil niet echt vlotten met het schrijfproces. Zijn tochten naar het café en de middagen die hij hier doorbrengt zijn een vlucht. Een vlucht van de herinneringen aan zijn jeugdvriendinnetje Lou.

Ze daagt overal op in zijn gedachten. Overdag, in zijn slaap, tijdens het schrijven: Luc kan haar maar niet loslaten. Wat is er gebeurd? Waarom kan hij Lou maar niet uit zijn hoofd zetten? Via terugblikken naar het verleden wordt meer duidelijk over de jeugd van Luc en zijn liefde voor Lou. Luc zal moeten proberen zijn verleden achter zich te laten, maar hoe doet hij dat? Hij probeert het met alcohol, nietszeggende baantjes als glazenwasser en vooral door te schrijven. Zijn writers block wordt echter steeds erger.

Waumans maakt veel gebruik van schakelingen tussen heden en verleden. Via terugblikken op zijn jeugd leer je als lezer veel over de complexiteit van het karakter Luc. Hierbij komen drie belangrijke pijlers naar voren die met zijn ouders en Lou te maken hebben. Deze ontdekkingen worden langzaam maar zeker uit de doeken gedaan. Als lezer ben je steeds gebrand op het achterhalen van de waarheid. Waumans geeft je die waarheid, maar in zijn eigen tempo, met als gevolg dat het praktisch onmogelijk is dit boek weg te leggen.

Heftig einde

De beschrijvingen staan in schril contrast met het einde waar Waumans naartoe werkt. Die is heftig, plotseling en allesvernietigend. Het is gedurfd, en kent wellicht het beste einde van een roman in lange tijd. Het boek is een ritje in de achtbaan, er lijkt geen eind te komen aan de plotwendingen. De nacht van Lolita is een schoonheid.

Boeken / Non-fictie

Goed verzamel-item voor de muziekliefhebber

recensie: Brian Southall - De Beatles in 100 voorwerpen

De Beatles in 100 voorwerpen is een interessante manier om op een originele wijze de lezer kennis te laten maken met het verhaal van misschien wel de grootste band van de wereld.

Brian Southall heeft het net even anders gedaan dan auteurs van de meeste autobiografische boeken. Dat moet ook wel want er is immers al zoveel geschreven over de mannen van de Beatles. Southall besloot om zijn lezers een andere kant van John, George, Paul en Ringo te laten zien. Hoe kwamen bijvoorbeeld bepaalde songteksten tot stand? En wat droegen de heren tijdens opnames in Abbey Road? Met behulp van 100 specifieke persoonlijke items, van foto’s van kledingstukken tot aan toegangskaarten voor concerten, neemt Southall de lezer mee terug in de tijd.

De Beatles in 100 voorwerpen is een aardige verzameling met diverse spullen uit de gouden jaren van de popmuziek. Het boek is op chronologische volgorde geschreven, we beginnen bij de Antoria gitaar in 1957. Naast de foto van het desbetreffende instrument staat een uitgebreid stuk geschiedenis. Vanaf de gitaar komen we langs tourschema’s, George’s leren jas, gesigneerde tickets, Beatles-laarzen, concertflyers, Japanse singles en ga zo maar door. Hoewel de teksten naast de items in een chronologische lijn lopen, hoef je niet per se aan het begin van het boek te beginnen om een goed overzicht te kunnen krijgen van spullen die gerelateerd zijn aan de mannen. Dat is eigenlijk ook wel erg prettig, want sommige voorwerpen zijn interessanter dan andere.

Back to the sixties
We komen niet alleen op een leuke manier veel te weten over de vier persoonlijkheden, de lezer wordt tevens meegenomen naar de jaren ’60. Dit zijn de belangrijkste jaren als we kijken naar de komst van popmuziek. Het is tof om daadwerkelijk meer te kunnen zien over deze invloedrijke jaren, in plaats van er alleen maar veel over te lezen. Voor muziekliefhebbers is dit boek dan ook een prima overzicht van de ontwikkeling van het muziekgenre. Je hoeft dus niet per se een diehard Beatles-fan te zijn om dit boek te kunnen waarderen.

Een absoluut pluspunt aan het boek zijn de duidelijke afbeeldingen van alle voorwerpen. Zelfs de meest oude tickets en flyers zijn goed te bekijken en te lezen. Tevens heeft Southall -vaak tot in detail- op een toegankelijke wijze interessante stukken tekst geschreven. Je kunt goed merken dat hij lange tijd fan is geweest, de heren persoonlijk heeft ontmoet en ze stuk voor stuk heeft bestudeerd. Al deze research is goed terug te zien in het boek.

De Beatles in 100 voorwerpen is niet per se een absolute musthave, maar het is zeker een vermakelijk boekwerk om eens door te nemen met een goede kop koffie. Natuurlijk is er al heel veel geschreven over The Beatles en over het begin van de popcultuur, dus op een gegeven moment weet je als lezer wel waar het over gaat. Juist op die momenten is het handig dat je het boek weg kunt leggen, omdat alle voorwerpen apart beschreven zijn en dus apart te lezen zijn.

Boeken / Fictie

De tol van eigenzinnigheid

recensie: Pauline Genee - Duel met paard

Dieren laten rekenen: zou het kunnen? Het is een stille hoop of een idiote fantasie, afhankelijk van je standpunt. Voormalig diplomate Pauline Genee nam dit gegeven als uitgangspunt voor haar debuut Duel met paard, een roman die laat zien dat ze heel wat in haar mars heeft.

De mannen in Duel met paard zijn eigenwijze types. Wilhelm von Osten, voormalig docent, rentenier en amateur-frenoloog, is er van overtuigd dat zijn paard Hans kan rekenen. Emilio Rendich, failliet schilder en charmant verleider, is er van overtuigd dat hij ‘met de geschiedenis mee’ dient te schilderen. Realismus, zouden de inwoners van Berlijn zeggen, al valt dat woord niet in deze roman.

Von Osten wordt wereldberoemd wanneer een generaal, een vriend van een vriend bij wie Emilio inwoont, een artikel over ‘Kluger Hans’ schrijft voor een weekblad. Alle Berlijnse dagbladen, en zelfs The New York Times, schrijven over dit wonderpaard. Het jaar is 1904, wat de prestatie alleen maar groter maakt. Dag en nacht oefent Von Osten met zijn dier, om hem steeds moeilijkere sommen te laten oplossen en het publiek zo te kunnen betoveren. Emilio schildert onderwijl het paard en zijn meester en hoopt zijn naam te kunnen vereeuwigen middels deze historische gebeurtenis.

Fouten

Dat gaat natuurlijk een keer fout, en dat lot openbaart zich in verschillende vormen. Von Osten wordt vermalen in de raderen van de wetenschap: de twijfel die aan zijn ‘wetenschappelijke’ experimenten met Hans knaagt, ondergraaft de conclusie van een groep onafhankelijke wetenschappers. Toch blijft hij stug doorgaan met zijn paard trainen, omdat hij daar in gelooft.

Emilio, daarentegen, krijgt die kans niet. Hij wordt het slachtoffer van zijn eigen hartstochten en moet zijn fouten duur bekopen. Dat gaat niet eens over zijn schilderkunst, hoewel die ook niet meer aansloot bij de in zijn tijd heersende normen. Zijn schilderijen van Von Osten en Hans blijven onaf, alsof hij al die tijd niet bij de machte was ze volgens zijn eigen normen af te maken.

Eigenzinnigheid

Duel met paard is een roman over eigenzinnigheid. Ook wat betreft stijl en vorm is het boek eigenzinnig. Zo worden hoofdstukken afwisselend vanuit Von Osten en Emilio verteld, en lopen hun verhaallijnen in de tweede helft van de roman steeds verder uit elkaar. Zo heeft Emilio wel een hand in Von Ostens ondergang, maar omgekeerd is dat niet het geval. De roman is daardoor een liggende Y: lang gaan de twee verhaallijnen samen op, maar het einde hinkt op twee gedachten.

Genee heeft de dialogen levensecht willen weergeven. Soms werkt dat, zoals wanneer Emilio en de generaal door elkaar heen praten en dat de onderlinge verhoudingen perfect weergeeft:

‘Kent u Von Clausewitz? Ieder mens, met de juiste training…’
‘Fijn, Herr General, maar wilt u nu…’
‘… kan een wezenlijke schakel van een gigantisch kunstwerk. En waarvan hij zelf…’
‘… alstublieft, heel eventjes…’
‘… de omvang niet kan zien omdat het te groot is, te…’
‘… niet meer praten?’

Op andere momenten werpt Genee’s strategie minder vruchten af. Wanneer personages, en vooral Emilio heeft daar een handje van, twijfelen, wordt dat typografisch als ‘…’ of ‘Ehm…’ weergegeven. Het heeft iets filmisch: eerst de pratende conversant, gevolgd door korte shots van de zwijgende luisteraar. Geschreven belemmert dit echter de leeservaring.

Masculiene opschepperij

In een interview op de website van de uitgever zegt Genee dat Duel met paard voortkwam uit een novelle. Onder andere Frau Piehl, een buurvrouw van Von Osten, is in de roman meer uitgewerkt. Zij is een van de interessantste personages in de roman, die zich maar zijdelings met de actie bemoeit, maar des te vaker observeert wat er gebeurt. Met de hoofdstukken over Frau Piehls dagelijkse leven heeft Genee een mooie tegenkracht voor de masculiene opschepperij van Von Osten en Emilio gevonden.

De beslissing om Frau Piehl een grotere rol te geven in het verhaal is dan ook een goede geweest. Misschien had ze nog meer het centrum van de roman ingehaald moeten worden, maar dan was Duel met paard een ander boek geworden. Hopelijk gaat Genee dat nog schrijven. Ze vertelt immers gemakkelijk haar verhaal en kan zich goed inleven in haar personages, zo blijkt in de beste stukken van deze roman.