Boeken / Fictie

Grenzen vervagen

recensie: Rattawut Lapcharoensap - Sightseeing

Sommige namen vergeet je nooit meer; anderen wil je daarentegen zo snel mogelijk uit je geheugen bannen; en enkele probeer je er met alle macht in te krijgen, zonder dat het wil lukken. Rattawut Lapcharoensap is een voorbeeld van het laatste. Zijn naam wil maar niet blijven plakken, zijn verhalen daarentegen des te meer.

~

De Thais-Amerikaanse schrijver Rattawut Lapcharoensap (lees hier het interview dat we met hem hadden) valt niet alleen op door zijn bijna onuitspreekbare naam, maar ook door zijn jeugdige leeftijd: hij is pas vijfentwintig. Een leeftijd die je niet uit zijn verhalen zou kunnen opmaken. Deze stralen namelijk een grote volwassenheid uit. Ze zijn doordrenkt met zoveel psychologisch inzicht en inlevingsvermogen, dat je verwacht dat ze door een stokoude, wijze man geschreven zijn. Hooguit geeft het feit dat de hoofdpersonen voornamelijk jongeren zijn aanleiding om iets anders te denken.

Controle

In Sightseeing zijn zes korte verhalen en een novelle opgenomen. De meeste verhalen hebben betrekking op de problemen en uitdagingen van opgroeiende jeugd in een oneerlijke wereld, waarin het kwade niet per definitie door het goede wordt overwonnen. Een plaats waarin vriendschap niet alle tegenslagen overleeft. Maar ook een plek waarin de hoofdpersonen, ondanks dit besef, blijven zoeken naar een wijze waarop ze met de dingen om kunnen gaan zonder zelf aan deze moeilijkheden toe te geven. Rattawut beschrijft een wereld die niet zomaar veranderd kan worden, maar waarin het individu wel de controle over zichzelf blijft behouden. Hoe lastig het hem ook gemaakt wordt.

Mopperaar

Een voorbeeld van een verhaal waarin de kracht van de schrijver sterk naar voren komt is Laat me hier niet sterven. Het vertelt het verhaal van een oude, Amerikaanse man die na een hersenbloeding gehandicapt is geraakt en door zijn zoon in huis wordt opgenomen. De zoon is getrouwd met een Thaise vrouw en woont in Bangkok. De overgang van Amerika naar Thailand is voor de oude man, die nog niet aan zijn handicap gewend is, een ware schok. De wijze waarop een vijfentwintigjarige man een oude, gehandicapte, naar zichzelf zoekende mopperaar neerzet is erg sterk. Vanaf het eerste tot het laatste woord weet het verhaal je te overtuigen, waardoor je volledig meeleeft met de zoektocht van de man naar zijn eigen waardigheid.

Kippengevechten

De novelle Kemphanen gaat over een jong meisje dat zich staande probeert te houden in een onrechtvaardige wereld. Opnieuw wordt je op geraffineerde wijze meegesleept in een werkelijkheid die je als Westerse lezer nauwelijks kent, maar die in deze bundel voor je ogen gestalte krijgt. Een andere omgeving, met een andere cultuur en gewoonten, maar door Rattawut zo goed gekenschetst dat de grenzen tussen de Nederlandse en Thaise samenleving totaal vervagen. Hoewel kippengevechten hier niet zo ingeburgerd zijn kun je jezelf wel inleven in de wijze waarop dit invloed kan hebben op een fanatiek beoefenaar. Wij hebben tenslotte voetbalfans.

Dikke Duitsers

Rattawut laat in Sightseeing zien dat, ondanks de verschillen, de mensen overal ter wereld met dezelfde problemen worstelen. Net zoals wij de ligkuilen in onze stranden hebben, hebben ook zij te dikke Duitsers op bezoek. Zoals wij asielzoekerscentra hebben, hebben zij hun Cambodjaanse vluchtelingen. Zoals wij onze Lonsdalejongeren hebben, hebben zij jongeren die hun weg proberen te vinden in een maatschappij die onrechtvaardig en hard is. En ook in Thailand neemt niet iedereen de juiste beslissingen.

Overtuigend

Rattawut weet op overtuigende manier de strijd van de mens met zijn omgeving neer te zetten. Zijn karakters komen tot leven en veroveren je hart. Hij is een schrijver waar we nog veel van gaan horen. Als hij tenminste de kans krijgt, want zoals hij zelf al beschrijft het gaat er niet altijd rechtvaardig aan toe. Je hebt het tenslotte niet allemaal zelf in de hand. Voor je het weet ben je het slachtoffer van een kwaadwillende uitgever en zul je de strijd met jezelf aan moeten gaan om te overleven in dit boze, maar wonderschone oord. De eerste slag heeft hij echter in ieder geval glorieus gewonnen.

Boeken / Achtergrond
special: Een interview met een gespleten persoonlijkheid

Elke dag bidden in de tempel van de literatuur

De schrijver met de onuitspreekbare naam, Rattawut Lapcharoensap, was twee dagen in ons land. Een uitgelezen kans dit jonge talent eens aan de tand te voelen over zijn veelgeprezen verhalenbundel Sightseeing.

~

Rattawut Lapcharoensap zag zesentwintig jaar geleden het levenslicht in de Amerikaanse stad Chicago. Na drie jaar vertrokken zijn ouders naar Bangkok in Thailand. Lapcharoensap ging uiteraard mee om vervolgens op zijn zevende weer naar Amerika terug te keren. Ook dit verblijf duurde echter niet lang, want op zijn tiende verliet hij Amerika weer om wederom in Bangkok te gaan leven. Vervolgens is hij voor zijn opleiding aan de universiteit weer teruggekeerd naar de Verenigde Staten. Tegenwoordig woont hij met zijn vriendin June in het Engelse Norwich.

Tweespalt

Aan het vele heen en weer reizen heeft Lapcharoensap bijna een gespleten persoonlijkheid overgehouden: “Het is als het reizen tussen twee verschillende planeten. Er zijn vele verschillen tussen de twee plaatsen. Taal is daar een van. Ik vergat voortdurend mijn talen: mijn Engels en mijn Thai. Ik moest mijn talen steeds opnieuw leren spreken. Ook veranderde bij elke verhuizing onze economische status weer. In Chicago stond mijn ouders, doordat ze immigranten waren, maar een beperkt aantal banen ter beschikking. Hierdoor hadden we nauwelijks genoeg inkomsten. We hadden in de VS altijd financiële moeilijkheden, terwijl geld in Thailand nauwelijks een rol speelde. Daar hadden we een mooi huis en een eigen auto. Voor mij was het echt alsof ik twee verschillende personen was, die elk hun eigen leven leidden. Als kind is dit heel vreemd. Ik wist bijvoorbeeld altijd wat de wisselkoers was tussen de Thaise baht en de Amerikaanse dollar. Het is toch niet normaal om je daar als kind van bewust te zijn.”

Botsing

Lapcharoensaps verhalen in Sightseeing zijn geïnspireerd door zijn ervaringen met het heen en weer reizen tussen twee culturen. “Met Sightseeing heb ik geprobeerd mijn jeugd van me af te schrijven. Als ik schrijf kan ik me heel goed inleven in de problemen waarmee de karakters uit mijn verhalen te maken krijgen, het waren zaken die mij ook bezig hielden. Ik probeer, zoals waarschijnlijk elke schrijver dat doet, de dingen die me bezighouden om te zetten naar het papier en ze om te vormen tot symbolische handelingen. Het betreft kwesties die me bezighielden en die ik niet zo zeer wilde beantwoorden of oplossen, maar vooral wilde onderzoeken. Met als belangrijkste thema: de bewustwording van tegenstrijdige wereldvisies en van het leven tussen twee culturen in. Het gevoel dat je loyaal wilt zijn aan twee verschillende werelden die elkaar in feite uitsluiten.”

Menselijk

~

Lapcharoensap wil niet alleen de verschillen tussen de diverse culturen beschrijven, maar wil ook duidelijk maken dat er vele overeenkomsten te vinden zijn: “Ik wilde de menselijke kant van de Thaise bevolking laten zien. In de westerse literatuur worden ze vaak alleen maar op de achtergrond gesitueerd. Ik wilde laten zien dat het ook gewoon mensen zijn. Als een schrijver van korte verhalen wil je over het menselijke aspect vertellen en over de innerlijke conflicten van de mens, ongeacht nationaliteit, ras of kleur. Het mooie van fictie is nu juist dat je de overeenkomsten tussen mensen kunt laten zien.”

Korte verhalen

Lapcharoensap ziet zichzelf vooral als een schrijver van korte verhalen: “Op dit moment weet ik hoe je een kort verhaal schrijft en ik houd ervan om het te doen. Ik werk momenteel wel aan een roman, maar dat is een heel andere zaak. Ik denk dat ik toch vooral een schrijver van korte verhalen ben, want daarvan weet ik zeker dat ik het kan. Van het feit dat ik me een schrijver mag noemen, ben ik touwens nog steeds nauwelijks bewust. Een lezer ben ik overigens altijd al geweest. Literatuur is voor mij als liefhebber zoiets als een religie. Ik bid nog elke dag in de tempel van de literatuur: ik lees elke dag en hou van ontmoetingen met andere lezers. Mijn behoefte om te schrijven kwam voort uit mijn liefde voor het lezen.”

Serieus

Maar de stap van lezer naar schrijver bleek voor hem toch een grote stap te zijn: “Ik ben pas echt serieus met schrijven begonnen rond mijn twintigste, zo’n zes jaar geleden. Toen probeerde ik voor het eerst echt te schrijven en ik faalde en faalde en faalde, telkens opnieuw. Ik kwam er achter dat schrijven echt hard werken is en dat je het er niet zomaar even naast kunt doen. Er is geen engeltje dat in je oor fluistert wat je op moest schrijven en hoe je dat moet doen. Je moet uren aan een bureau zitten en het is volstrekt niet zo sprankelend als ik gedacht had. In eenzaamheid zit je naar de muur te staren, terwijl je overdenkt hoe je de dingen uit moet werken. Een beetje geestelijk gezonde schrijver doet het ook niet voor de glamour en het geld, want zoveel is er daarvan nou ook weer niet voorradig. Ik had nooit gedacht dat het zo hard werken is. Ik zie mezelf dan ook niet als een geboren schrijver, maar ik geloof ook niet dat dergelijke schrijvers bestaan. Het concept ‘geboren schrijver’ is vermoedelijk onze eigen uitvinding, die we alleen maar gedaan hebben om onszelf daarmee te kunnen kwellen.”

Vanzelfsprekend

Voor Lacharoensap is het nooit vanzelfsprekend geweest om in het Engels te schrijven: “Als je zoals ik telkens van de een op de andere taal overschakelt, dan is taal niet langer iets natuurlijks voor je. Er ontstaat een zekere afstand tot de taal. Als je naar een andere taalgebeid overgaat wordt de manier waarop je eerder over de werkelijkheid sprak voor je nieuwe omgeving volstrekt onnavolgbaar. Om die reden zouden Amerikanen zich ook meer bewust moeten zijn van het feit dat niet de hele wereld Engels spreekt. Het kunnen spreken van meer talen is volgens mij essentieel in deze tijden. Je begrijpt dan beter hoe je eigen taal en cultuur geconstrueerd zijn, maar ook hoe dat bij andere talen en culturen in elkaar steekt.” Dat zijn ware woorden, maar gelukkig is er voor degenen die geen Engels lezen nu toch een Nederlandse vertaling van Lacharoensaps verhalenbundel Sightseeing. Meertalig kun je daarna nog altijd worden. Handig voor je vakantie naar Thailand.

Theater / Voorstelling

Met het water aan de lippen

recensie: De kortste eeuw (Orkater)

Een groepje feestelijk uitgedoste gasten verzamelt zich op de hoogste verdieping van een wolkenkrabber om het oude jaar groots uit te luiden. Maar terwijl de bigband lustig speelt, begeeft de lift het en blijkt de buitenwereld te zijn getroffen door een alles vernietigende zondvloed. Het einde der tijden is aangebroken en alle gasten hebben zo hun eigen manier om dit onder ogen te zien. Orkater brengt De kortste eeuw, geschreven door Gijs Scholten van Aschat in regie van Gijs de Lange.

~

Het stuk wordt opgevoerd in het Transformatorhuis van de Westergasfabriek in Amsterdam. De indrukwekkende industriële locatie, ingrijpend verbouwd sinds Toneelgroep Amsterdam een paar jaar geleden het pand verliet, biedt leuke extra’s. Voorafgaand aan de voorstelling kun je een galgenmaal nuttigen op het Westergasterras, en op zaterdagavond kan er na afloop gedanst worden in het decor op muziek van de gelegenheids-Orkaterband. Mooi detail is ook dat je door de ‘liftkoker’ de zaal hebt betreden, en de spelers vervolgens juist op deze plek wanhopig naar een uitgang zoeken. De illusie dat je ook als toeschouwer van de buitenwereld bent afgesneden wordt hierdoor versterkt.

Scala aan stijlen

De muziek, gecomponeerd door Vincent van Warmerdam die ook als gitarist meespeelt, is prachtig en krijgt zoals altijd een prominente plaats bij Orkater. Een scala aan stijlen passeert de revue, van een a capella gezongen hymne tot een bigband die losgaat, van slepende jazz tot een kinderliedje. De uitbundige dansjes doen vaak aan een musical denken, en op verstilde momenten verspreiden de muzikanten zich soms over het podium als luisterende engelen.

Maskers af

~

De personages zijn al even kleurrijk. Ze verschijnen ten tonele in hun bizarre feestkostuums, maar de maskers gaan langzaam af. Het vrijheidsbeeld (Wimie Wilhelm) blijkt een oudere vrouw, gevangen in haar moederrol. Haar als agent verklede zoontje (Gable Roelofsen) ontpopt zich tot een echte dictator. Een smetteloos witte paus (Pierre Bokma) blijkt een uitgerangeerde leraar te zijn die van zijn geloof is gevallen. Een acteur (Peter Blok), de schone kunsten toegewijd, heeft enkel een rol als kinderentertainer bemachtigd. En een stel (Jeroen van Koningsbrugge en Tina de Bruin), waarvan hij een trotse Idols finalist, vraagt zich af wat hun liefde voor elkaar nog te betekenen heeft. Verder speelt auteur Scholten van Aschat (De Methode Ribadier) zelf de raadselachtige ceremoniemeester, bijgestaan door twee serveersters.

Houvast

Iedereen lijkt houvast te zoeken met het water aan de lippen. Illusies begeven het en worden misschien wel even snel weer geschapen. Er ontstaat wanhoop, strijd, geloof, ongeloof, liefde, gelatenheid, geldingsdrang, verraad en verdriet. De teksten van Scholten van Aschat zijn actueel, rijk aan betekenis en er zijn mooie woordspelingen. (“Wie ben ik?” “Je bent alles voor me.”) En de dilemma’s zijn, ondanks de verwijzingen naar de bijbelse apocalyps heel herkenbaar. Want zoeken we niet altijd houvast oog in oog met onze sterfelijkheid en nietigheid? Aan het mooie lichte einde van de voorstelling is er toch nog een heel onverwachte rol voor God weggelegd.

Som der delen

Een mooie tekst, prachtige muziek, een inspirerende ruimte en sterk spel van met name Bokma en Scholten van Aschat in een bizarre mix van revue. rampenscenario en religie. Maar waar Orkater vaak absurde associatieve verhaallijnen tot een sprankelend geheel weet te smeden, lukt dat in deze productie vreemd genoeg maar af en toe. Scholten van Aschat heeft tot een paar dagen voor de première nog ingrijpende veranderingen aangebracht, maar de voorstelling lijkt nog steeds niet echt op zijn plaats te zijn gevallen. Het is moeilijk te duiden waar dat dan precies in zit. Misschien mag god het wel weten, waar die mysterieuze magie te vinden is die van het geheel zoveel meer kan maken dan de som der delen.

De kortste eeuw is nog te zien tot en met 25 juni 2005.

Film / Films

Een frontale botsing tussen twee Denen

recensie: Dear Wendy

Wat gebeurt er als de twee grootste Deense filmmakers hun handen ineenslaan? Dat konden we vorig jaar zien in The Five Obstructions, waarin Lars von Trier zijn collega Jørgen Leth uitdaagde diens kortfilm De perfecte mens (1967) in vijf verschillende versies te herdraaien, iedere keer met andere handicaps. Leth kwam als morele winnaar uit de strijd; de hem opgelegde beperkingen bleken voordelig uit te pakken.

~

Je gaat je bijna afvragen of Von Trier het zichzelf heeft verboden Dear Wendy, waarvoor hij het scenario schreef, te regisseren. Hij besteedde de regie zelfs uit aan een grote filmische tegenpool, zijn landgenoot Thomas Vinterberg. Behalve dat ze de belangrijkste opstellers van het Dogma-manifest waren en allebei één Dogmafilm maakten, hebben de twee weinig gemeen. Von Trier is een man van het verstand, Vinterberg van het gevoel. Dat blijkt wel uit hun laatste (niet-Dogma) films, respectievelijk Dogville (2003) en It’s All About Love (2003). Het maakt Dear Wendy tot een minstens zo interessant experiment als The Five Obstructions. Hoe pakt de confrontatie tussen deze talentvolle Denen uit?

Dandies

~

Von Trier heeft, zoals te verwachten viel, het grootste stempel gedrukt op het eindproduct. Dear Wendy is een beetje de stiekeme want niet-officiële opvolger van Dogville, het eerste deel van zijn Amerika-trilogie. Hoe moeten we dit verhaal waarin wapens door hun bezitters worden vereerd anders interpreteren? De vijf hoofdpersonen zijn de losers in het mijnstadje waar de film gesitueerd is, en dat met zijn grauwe aanblik aan soortgelijke oorden in westerns doet denken. Om zichzelf te emanciperen richt het stel een schietclub op in een oude mijn, waar het schieten hun zelfvertrouwen moet helpen te vergroten. Ironisch, want eigenlijk zijn The Dandies, zoals ze zichzelf noemen, pacifisten. Lang kan het dus niet goed gaan, zeker niet als ze echt gaan geloven dat hun pacifisme onaantastbaar is.

Zwaard van Damocles

De manier waarop het uiteindelijk uit de hand loopt is lastig te duiden: het lijkt een kwestie van toeval, maar hebben The Dandies het niet zelf in de hand gewerkt? Of hing er al vanaf het begin een zwaard van Damocles boven hun hoofd? Von Trier wil maar zeggen dat wie speelt met wapens, er vroeg of laat toe gedwongen wordt deze daadwerkelijk te gebruiken – een verwijzing naar de dagelijkse Amerikaanse praktijk. Dat een oud vrouwtje dat bang is om over straat te gaan de weg naar het einde inluidt, is een staaltje typisch Von Trier-sarcasme.

Superhelden

Maar de echte grap van Dear Wendy is de toegankelijke wijze waarop Vinterberg het scenario verfilmde, met gelikt camerawerk, luchtige sixties popmuziek en aanstekelijke intermezzo’s (waarin The Dandies en hun wapens worden voorgesteld als de superhelden van een jeugdserie). Vinterberg drijft het spel met genreconventies – met name die van de western – tot op de spits door de film zelf er als een genrefilm uit te laten zien. In Von Triers handen was Dear Wendy nooit zo los van stijl geworden; eerder sarcastisch en drammerig, een ondertoon die nu wel in het scenario zit maar door Vinterberg wordt omgewerkt tot een haast milde ironie. De frontale botsing komt er dus, maar betekent in dit geval pure winst.

Boeken / Kunstboek

Een bedachtzame action-painter

recensie: Bert Schierbeek - Willem de Kooning: een portret

In 1967 nam de dichter Bert Schierbeek (1918-1996) op Long Island een interview af met de van oorsprong Nederlandse schilder Willem de Kooning (1904-1997). Schierbeek behoorde, samen met onder anderen Karel Appel, tot de Nederlandse tak van de zogenaamde Cobra-groep. Deze groep kan beschouwd worden als de tegenhanger van het Amerikaanse abstract-expressionisme waarvan Willem de Kooning de ongekroonde leider was.

~

Opdrachtgever voor het interview was uitgeverij Meulenhoff die een boekje wilde uitgeven over De Kooning in de reeks Beeldende kunst in Nederland. Om onduidelijke reden werd het oorspronkelijk in het Engels geschreven stuk nooit gepubliceerd. Slechts enkele delen ervan verschenen in een catalogus van het Stedelijk Museum Amsterdam bij een tentoonstelling van De Kooning in 1969. Het manuscript is jaren lang verloren gewaand totdat het in 1998, twee jaar na de dood van Schierbeek, alsnog werd teruggevonden. Nu, zo’n zeven jaar later, is het stuk dan toch nog uitgekomen, in een tweetalige versie met een Nederlandse vertaling van Jean Schalekamp.

Schetsen met woorden

~

Schierbeek verbleef in 1967 gedurende enkele dagen bij Willem de Kooning in zijn huis en atelierwoning op Long Island. Tijdens dit verblijf praatten ze met elkaar over De Koonings kunst. Bovendien was Schierbeek er getuige van de totstandkoming van het schilderij The Visit (nu in de Tate Gallery te Londen). In mooie, beeldende bewoordingen schetst Schierbeek hoe de schilder verf op het doek brengt, het er weer afschraapt en hoe hij heel tevreden is met een heel dun en transparant laagje verf dat overblijft. Deze werkwijze is opvallend aangezien De Kooning tot de Action Painters wordt gerekend, een groep schilders die met veel actie de verf soms letterlijk op het doek smijt. In tegenstelling tot de drip-painter Jackson Pollock, die deze methode wel hanteerde, blijkt De Kooning veel bedachtzamer te werk te gaan. Door het langzame proces van De Kooning is het logisch dat Hans Namuth in 1950 tijdens de hoogtijdagen van het abstract-expressionisme niet een documentaire aan De Kooning wijde, maar aan Pollock. De Koonings werkwijze leent zich veel meer voor een kleurrijke en beeldende beschrijving op papier, zoals Schierbeek dat in zijn boekje heeft neergezet.

Amerikaan uit Nederland

De Kooning blijkt tussen het schilderen door een gezellige prater. Dat dit gepaard gaat met flinke hoeveelheden drank is niet verbazingwekkend gezien De Koonings reputatie. De schilder vertelt de schrijver over zijn persoonlijke geschiedenis, zijn werk, zijn zelfontworpen atelier en laat hem de kuststreek The Hamptons zien, waar zijn atelier staat. Dit stuk van de Amerikaanse oostkust blijkt veel weg te hebben van de Nederlandse kuststreek, met duinen en stranden. Daardoor voelt De Kooning zich er erg thuis. Hoewel hij een echte Amerikaan geworden is, die zelf vrijwel alleen nog Engels spreekt, draagt hij nog altijd een stukje van Nederland met zich mee.

Nieuwe inzichten

Willem de Kooning: een portret geeft een goed beeld van een van de belangrijkste kunstenaars van de twintigste eeuw. Schierbeek heeft maar weinig pagina’s nodig om dit portret natuurgetrouw neer te zetten. Vooral zijn inzichten in de werkwijze van De Kooning zijn interessant, omdat men er bij abstract-expressionistische schilders vaak van uitgaat dat ze bij het schilderen met veel snelheid en expressie te werk gaan. De Kooning blijkt juist uiterst bedachtzaam te werk te gaan, net als de Frans/Duitse schilder Hans Hartung. Deze twee voorbeelden laten zien dat het bestaande kunsthistorische beeld van de schilders uit de jaren vijftig moet worden aangepast.

8WEEKLY

Het einde van de democratie

Artikel: NNT speelt D66-congres over Paasakkoord na

.

~

Met de bijna integraal nagespeelde versie van het debat wil het NNT de structuren van de democratie blootleggen; los van de sturende media-invloed beluisteren en bekijken hoe de democratie functioneert. Molendijk denkt dat los van de waan van de dag nieuwe inzichten mogelijk zijn. De uitkomst van het stuk staat echter al vast: het NNT is kritisch, zeer kritisch.

Eenheidsworst

“Na afloop van het congres zei Boris Dittrich steeds hoe trots hij was. Wij vragen ons af of er eigenlijk wel iets is om trots op te zijn. 2500 jaar geleden gingen de stukken over het begin van een democratische traditie, wij bekijken nu wat die 2500 jaar ons hebben gebracht. We hebben met veel politici en kenners van de politiek gesproken en iedereen is het met ons eens dat momenteel de middelmaat regeert. Het gaat alleen om de helft-plus-één, waardoor de minderheid wordt ondergesneeuwd.” Eenheidsworst is het gevolg, maar een goedwerkend alternatief ziet niemand: “Het is de minst kwade mogelijkheid.”

Geen Kopspijkers

De vraag is natuurlijk hoe serieus zo”n analyse is. Zeker met medewerking van cabaretiers dreigt het naspelen van politici al gauw in Kopspijkers-onderbroekenlol te verzanden. Daar is Molendijk echter niet bang voor: “Iedereen heeft expliciet de opdracht gekregen zijn rol serieus te nemen.” Sommige gedeeltes zullen weliswaar lachwekkend blijken, maar dat ligt dan aan de politici zelf. “We willen duidelijk geen karikatuur neerzetten.”

Inzichten

Een diepgaande analyse van de hedendaagse politiek lijkt het stuk echter evenmin te bieden. Door het congres bijna letterlijk na te spelen (van de originele 4 uur en 12 minuten blijven ruim drie en een half uur over), blijft er weinig ruimte voor interpretatie. Het lijkt vooral een eerste aanzet in het denken over de vorm van de politiek. Eventuele nieuwe inzichten die tijdens het naspelen boven komen worden na afloop ook niet verder besproken. “Nee, we hebben niets georganiseerd, maar we hopen dat de mensen die naar de voorstelling komen in het gebouw blijven. In samenwerking met de andere voorstellingen moet het een geheel vormen, waardoor discussie in de wandelgangen kan ontstaan. Daarnaast zal cultuurfilosoof Henk Oosterling zaterdag en zondag spannende lezingen houden. Zondag sluit hij aan bij de voorstelling.”

De partij

Binnen D66 is enthousiast gereageerd op de plannen van het NNT. “Het is een leuk initiatief, en ik denk dat veel prominenten wel komen kijken,” vertelt Arjen de Wolf die betrokken was bij het overleg met het NNT. “Ikzelf ga er zeker ook naar toe, maar ik verwacht niet dat we er iets van kunnen leren. Er zal kritisch worden gekeken naar het functioneren van debatten en de democratie, maar kunst is toch heel iets anders dan de politieke praktijk. Daartussen kun je geen parallellen trekken, maar bel me anders maandag even weer.”

Boeken / Fictie

Patrones van de hopeloze gevallen

recensie: Benito Pérez Galdós - Mededogen

Benito Pérez Galdós (1843-1920) geldt als de belangrijkste Spaanse auteur uit de negentiende eeuw. Met een gigantisch oeuvre van ruim honderd titels is hij een van de grondleggers van de moderne Spaanse roman. Zijn grote voorbeelden waren Dickens, Balzac en Cervantes: kwaliteitsschrijvers met wie Galdós zich prima kan meten. Het is dan ook geheel ten onrechte dat hij hier te lande minder bekend is. Daarom verdient het gedurfde initiatief van Menken Kasander & Wigman Uitgevers om een aantal boeken van deze schrijver in Nederlandse vertaling uit te brengen, wat mij betreft alle lof. De roman Mededogen komt uit deze reeks.

~

Mededogen (oorspronkelijke Spaanse titel: Misericordia) is geschreven in 1897. Het verhaal speelt zich af in Madrid, aan de zelfkant van de maatschappij. We bevinden ons in het illustere gezelschap van verpauperde bourgeoisie en krakkemikkige bedelaars. Zij die hun hand ophouden verblijven rondom de kerk van Sint-Sebastiaan, waar – zoals overal, dus ook bij de nederigste standen – een zekere hiërarchie heerst. Galdós beschrijft op geestige wijze hoe de ene arme de scepter zwaait over de andere. Daarbij hekelt de schrijver de kerk en andere ‘goede’ gevers, die het systeem in stand helpen houden zonder dat ze een poging wagen om de situatie van het bedelaarsgilde daadwerkelijk te verbeteren.

Christusfiguur

Te midden van het zooitje bedelaars leeft Benina. Haar naam betekent zoiets als ‘barmhartig’. Benina is een vrouw van een jaar of zestig die sprekend lijkt op Rita de Casia, patrones van de hopeloze gevallen. Kordaat als ze is, weet zij altijd wel iets te eten te ritselen voor haarzelf en de beduidend minder kordate anderen om haar heen. Benina gaat al slovend door het leven als een soort Christusfiguur die te goed is voor deze wereld. Zo is zij als dienstmeid de steun en toeverlaat van een in armoede vervallen, tenenkrommend lethargische mevrouw uit de bourgeoisie. Deze vrouw, Doña Paca genaamd, is dermate trots dat Benina niet durft op te biechten dat ze moet bedelen om haar de dagelijkse prak voor te kunnen zetten. Ze verzint een tweede betrekking bij een zekere priester, Don Romualdo. Als deze uit de duim gezogen figuur dan halverwege de roman echt komt opdagen, vloeien realiteit en droom op komische wijze in elkaar over. Er geschiedt een wonder. Een erfenis, waar de hoofdpersonen al jaren van dromen, maakt een einde aan alle geldzorgen. De schrijver laat echter zien dat niemand er gelukkig van wordt.

Achterklap

Galdós, een vurig adept van het naturalisme, wilde met het opvoeren van een groot aantal zeer uiteenlopende karakters een dwarsdoorsnede geven van de lagere regionen van de maatschappij. Hij geeft kleurrijke beschrijvingen van het innerlijk en uiterlijk van het bonte gezelschap en laat de personages in verschillende taalregisters spreken, wat de roman een levendig élan geeft. Bovendien heeft de auteur deze comédie humaine doorspekt met ironisch commentaar, waardoor je als lezer precies weet hoe hij over de situatie denkt. Dromen en roddelen, dat is alles wat de Spanjaarden volgens hem doen. Arme mensen zijn hierin gelijk met de rijken:

Wat dat betreft verschillen ze niet van de rijken: misschien zijn ze zelfs in het voordeel, want als ze van wal steken, worden ze niet in toom gehouden door de gangbare gespreksconventies, die een dikke korst van etiquette en spraakkunst aanbrengen tussen de gedachte en het woord, en zodoende het onuitsprekelijke genoegen van achterklap vergallen.

Galdós bekritiseert de maatschappij, maar zwaar op de hand wordt het gelukkig nooit.

Lamlendig

Door de kritiek die Galdós uit, is Mededogen te lezen als een allegorie over de Spaanse maatschappij in het fin de siècle. Het gaat over de potentiële veerkracht van de armenmassa, gepersonifieerd door Benina, versus de lamlendigheid van de aan lager wal geraakte bourgeoisie. Onder die laatste categorie vallen Doña Paca en vele andere personages. Spanje komt volgens Galdós nooit uit het slop omdat de kracht en inventiviteit van de onderklasse niet benut wordt. Er wordt – net als in de roman – een hoop afgedroomd, maar vier eeuwen na de ontdekking van Amerika zit het verarmde land nog steeds op de zilvervloot te wachten in plaats van de handen uit de mouwen te steken. En passiviteit, daar helpt geen enkele patroonheilige tegen.

Film / Films

Leuk voor grootvaders en soldaten

recensie: WO II op DVD

De Tweede Wereldoorlog is gelukkig voorbij en we leven al 60 jaar in vrede. In het kader van de zestigste verjaardag van de bevrijding brengt de BBC een aantal series op dvd uit. Killing Hitler, een docudrama over het plan om Hitler te vermoorden, Heroes of World War II, over het heldendom van burgers en Weapons of World War II, over de technische wapenwedloop gedurende de oorlog.

Killing Hitler

In 1944 planden de geallieerden onder de naam Operation Foxley een aanslag op Hitler, welke helaas niet lukte. In Killing Hitler zien we wat het plan was, hoe de voorbereidingen werden getroffen en hoe het zou zijn geweest voor de agenten die de executie hadden moeten uitvoeren. Het waargebeurde maar als speelfilm gepresenteerde verhaal wordt gecombineerd met authentieke beelden, interviews en discussies. Thriller meets documentaire. Killing Hitler is een informatief document van een Mission Impossible die de geschiedenis had kunnen veranderen maar door de knip– en plakformule van de verschillende narratieve vormen, is het geheel een ratjetoe die alleen de oprecht geïnteresseerden zal weten te boeien.

Heroes of World War II

De Tweede Wereldoorlog kende veel helden: soldaten, piloten, mariniers. Deze mensen aan het front werden gesteund door vele anderen die op hun manier een steentje bijdroegen aan de strijd tegen Nazi-Duitsland. In deze uitgebreide documentairereeks (10 documentaires van elk circa 25 minuten) zien we hoe deze ‘schaduwhelden’ zich inzetten door mee te werken aan technische ontwikkelingen, zoals het uitvinden van het radarsysteem en het ontcijferen / kraken van de Enigma. Ook de mensen die openlijk tegen Hitler opstonden en de bevrijders van Belsen komen aan bod. Deze serie laat met behulp van zeldzaam beeldmateriaal en moderne computeranimaties zien dat er behalve de duizenden soldaten vele anderen waren die, op uiteenlopende wijze, mee hebben geholpen bij de strijd tegen Hitler.

Weapens of World War II

Ook deze documentairereeks bestaat uit tien afleveringen van zo’n 25 minuten. In vier uur geeft de BBC een uitgebreid overzicht van de grootste wapenwedloop allertijden. Het verschil tussen de technische staat van de legers van voor en na de oorlog is enorm. De bewapening uit de jaren ’30 was armetierig: het paard en wagen en de lichte vliegtuigjes waren enkele jaren later waardeloos toen vliegdekschepen en raketten maakten de dienst uit. In de serie wordt de snelle vooruitgang van de nieuwe systemen en technieken getoond die in de Tweede Wereldoorlog ontwikkeld werden. Allerlei wapens en vlieg-, vaar- en voertuigen komen aan bod: van tanks tot bommenwerpers, van slagschepen tot machinegeweren, geen onderdeel blijft onderbelicht in deze documentaireserie met, wederom, erg veel authentiek beeldmateriaal.

Deze uitgebreide series bevatten een schat aan informatie en er zullen velen zijn die hier erg van kunnen genieten maar het is alleen voor de liefhebber: grootvaders en soldaten. Voor de overigen volstaat het om af en toe eens naar Discovery te zappen voor een half uurtje Tweede Wereldoorlog. Het BBC-materiaal mag dan zeldzaam zijn, er is inhoudelijk niet erg veel verschil met hetgeen er wekelijks op informatieve tv-zenders als Discovery wordt aangeboden of te vinden is in een van de duizenden boeken en websites over de Tweede Wereldoorlog.

Film / Films

Het einde van een sage

recensie: Star Wars Episode III: Revenge of the Sith

Aan alle sagen komt een einde, zo ook aan die van Star Wars. Met Episode III: Revenge of the Sith komt er een definitief antwoord op de grote vraag waar al bijna dertig jaar op werd gewacht: wat maakte Anakin Skywalker tot Darth Vader? Nu pas blijkt dat de eerste twee delen van de nieuwste trilogie, The Phantom Menace en Attack of the Clones, niets meer waren dan prologen om het verhaal van deze derde en afsluitende film te kunnen vertellen.

~

De Clone Wars, begonnen in de tweede episode, zijn nog steeds bezig, maar lopen ten einde. Senator Palpatine (Ian McDiarmid) is ontvoerd door de robot-alien General Grievous. Het is aan de Jedi’s Obi-Wan Kenobi (Ewan McGregor) en Anakin Skywalker (Hayden Christensen) om hem, en daarmee ook de Senaat en de Republiek, te redden. Palpatine heeft echter zijn eigen plannen en probeert Skywalker voor zichzelf en voor de Dark Side te winnen, om zo de eerste galactische Republiek op te kunnen richten en alle Jedi’s uit te moorden.

Subliem

Het achterliggende verhaal van Revenge of the Sith mag geen verrassing meer zijn. Het publiek weet al wie er dood gaan, wie er blijven leven en dat Anakin Skywalker inderdaad het pad naar de Dark Side op gaat. Nu pas echter weet het publiek waarom dit alles gebeurt. De eerste trilogie stond niet alleen bekend om zijn (voor die tijd zeker) spectaculaire gevechten, maar ook om het vaak verbijsterende plot. Revenge weet dat bijna te evenaren. De gevechten zijn als altijd weer subliem en, na twee tegenvallende delen op dat aspect, de verhaallijn is op zijn minst gezegd bijzonder.

Complexiteit

Anakin Skywalker was nog nooit zo complex en in tweestrijd als in dit laatste deel. Aan de ene kant is er zijn vriendschap voor Palpatine en zijn verboden liefde voor Padme Amidala (Natalie Portman). Aan de andere kant is er echter zijn trouw aan de Jedi Order en zijn broederliefde voor Meester Kenobi. Hayden Christensen weet deze complexiteit goed uit te voeren en is zichtbaar, en behoorlijk ook, in zijn rol gegroeid. Vooral als eenmaal de stap naar de Dark Side is genomen, krijg je gewoon de kriebels van hem. Zo intens slecht had niemand hem in de eerste twee films verwacht. Niemand had hem echter ook zo vol met liefde verwacht. Het moment waarop Anakin officieel tot Darth Vader wordt benoemd gaat zeker de geschiedenisboeken in. Memorabel is ook het opzetten van ‘dat’ masker.

Ontknoping

~

Ian McDiarmid steelt de show als Palpatine/de Keizer/Darth Sidious. Zijn transformatie van semi-goedaardige Senator naar de meest duistere Sith Lord is spectaculair en McDiarmid speelt het met erg veel plezier. Ook Ewan McGregor doet het weer erg goed als Obi-Wan Kenobi. Hij brengt vrijwel alle humor in de film. Helaas stellen vrijwel alle scènes met Natalie Portman er in een beetje teleur, het is net of ze minder zin had in dit deel dan in de andere films. Toch speelt haar karakter een erg grote rol in de ontknoping van de trilogie.

Allerbeste

Revenge is veel duisterder dan zijn twee voorgangers, veel volwassener ook. Het was de eerste Star Wars-film die een 13 jaar en ouder filmkeuring kreeg in Amerika, want er vallen doden. Heel veel doden, en niet allemaal op een lieve manier. Over veel sterfscènes gaat zeker nog lang nagepraat worden. Ook de actie in Revenge mag er weer zijn. Meer gevechten in de ruimte en een groot aantal lightsaber-gevechten. Het ultieme gevecht tussen Obi-Wan en Anakin is daarbij zonder twijfel de allerbeste en van grote klasse.

Waardige afsluiter

Het toch wat zoetsappige einde zal voor sommigen een domper zijn op een verder spectaculaire film, maar eigenlijk past het einde perfect bij het einde van één trilogie en het begin van de ander. Revenge haalt het niet bij het niveau van de eerste drie films, maar dat had ook niemand verwacht. Het maakt echter verschrikkelijk veel goed ten opzichte van delen 1 en 2. Een waardige afsluiter van een trilogie en ook een waardige afsluiter van een hele saga. Het zal even wennen worden, een universum zonder Star Wars.

Muziek / Album

Geen trucjes

recensie: Favez - Old and Strong in the Modern Times

“When we talked about how we wanted this album to sound, we decided that we definitely had to be able to make every song sound great with just one vocal, bass, drums, guitars. We didn’t want to rely on any studio tricks,” aldus zanger/gitarist Chris Wicky.

~

Inmiddels is Old and Strong in the Modern Times alweer het achtste studioalbum van het uit Lausanne (Zwitserland) afkomstige Favez, in 1990 opgericht als Favez Disciples (onder welke naam de eerste drie cd’s verschenen). Het schijnt dat de band is vernoemd naar een door Steve McQueen gespeeld karakter uit de film Le Mans (1971). De oplettende luisteraar zal in Favez’ songtitels vaker filmhelden tegenkomen.

Fanatiek

De meeste bands, hoe fanatiek ook, die voor maximaal een handje vol bezoekers in kleine rockclubs spelen, geven er na een aantal jaren de brui aan. Favez is de spreekwoordelijke uitzondering op de regel. Afgelopen maand nog deden ze Utrecht (Ekko) en Groningen (Vera) aan in hun poging te laten zien dat rocken niet enkel is voorbehouden aan tieners; het merendeel van de band is de dertig inmiddels gepasseerd. Met Old and Strong in the Modern Timeshebben ze het gelijk aan hun kant.

De sound

Van de oorspronkelijke bezetting zijn anno 2005 slechts Wicky en gitarist Guy Bee over. De muziek: een groovende, energieke mix van indierock, emopunk, stoner en metal. Geestverwanten: Get Up Kids, Open Hand, Helmet en Fugazi, hoewel die laatste beslist een stuk experimenteler is. De gemeenschappelijke factor: intelligente teksten (Old and Strong for the Modern Times gaat voornamelijk over de vraag hoe je zinvol invulling kunt geven aan de tijd die rest) en stevige rockmuziek. Favez’ eerste cd’s schijnen trouwens geheel akoestisch te zijn, volgens eigen zeggen omdat de toenmalige drummer nog niet zo hard kon meppen. De huidige drummer kent dat probleem duidelijk niet. Ondanks de tomeloze inzet – al spelen ze voor anderhalve man en een paardenkop, het dak gaat er af – en het aparte gevoel voor humor – zo willen ze elkaar bij optredens nog wel eens in de zeik nemen -, echt wild werden we er tot nog toe niet van. Dat komt voornamelijk door het toch wat beperkte bereik van vocalist Chris W (wiens stem doet denken aan Bush frontman Gavin Rossdale en Nada Surf zanger/gitarist Matthew Caws), die verdraaide vierkwartsmaat en de inwisselbare songs.

Bezieling

Desondanks haalt eigenlijk elk Favez album wel een voldoende. Voornamelijk door de bezieling waarmee de nummers worden gebracht. Old and Strong in the Modern Times is daarop geen uitzondering. Toch laat het gevoel van “waar-ken-ik-dat-ook-alweer-van?” je niet los, wat meteen het grootste manco vormt. De toppers zijn in dit geval Not Ready For The Wind, het iets ingetogener Marlon Brando Porches Hondas and Me (mooie filmtitel!), What Are You Going To Do With My Life en Desolation Blues (voor de Queens of the Stone Age-liefhebber). Het speelplezier straalt er vanaf. Rockmuziek zoals rockmuziek bedoeld is: ongecompliceerd en zonder pretenties.