|
Adri Schrover |
In Het zwijgen draait het om een moordlied dat in het begin van de twintigste eeuw in Drenthe werd gezongen. Dit soort moordliederen werden toen, bij gebrek aan kranten, televisie en radio, van deur tot deur voor een cent voorgezongen. Zo bleef men op de hoogte van de nieuwste misdaden op de Drentse veengronden. Het moordlied uit de film bezingt een onopgeloste drievoudige moord in Koekange. In 1909 werd daar op de heide veehandelaar Bakker, zijn huishoudster en een schaapherder vermoord.
Originele tekst
De muziek speelt een belangrijke rol in Het zwijgen en is speciaal voor de film gecomponeerd. “Het moordlied waar onze film over gaat is een bestaand lied. Het originele liedblad ligt ook echt in het Meertens Instituut. We hebben de originele tekst van het lied gebruikt, alleen het laatste stuk hebben we zelf bedacht. De moordliederen werden vroeger op hele eenvoudige wijsjes gezongen, altijd-is-kortjakje-ziek-melodietjes. Dat werkt natuurlijk niet in een film waar het lied zo’n belangrijke plek inneemt. Daarom hebben we Ferry Heine van de band de Kift gevraagd om de muziek voor het moordlied te componeren.”
Archiefbeelden
Schrover werkte al eerder succesvol samen met De Kift. In 2003 maakte Schrover, toen nog in de hoedanigheid van cameraman, samen met André van der Hout de speelfilm De Arm van Jezus. De Kift was toen verantwoordelijk voor de filmmuziek en de bandleden speelden bovendien bijna alle rollen in de film. De arm van Jezus trok indertijd de aandacht door de grote rol van de muziek, maar ook door het opmerkelijke gebruik van archiefmateriaal, onder meer van de kolenindustrie en het vooroorlogse Rotterdam. “In De arm van Jezus werd een groot deel van het verhaal verteld door middel van archiefbeelden. In Het zwijgen hebben we ook archiefmateriaal gebruikt, maar veel minder. Deze keer hebben we het oude filmmateriaal vooral gebruikt om een sfeer neer te zetten en het spel met de tijd te versterken. De film speelt in het heden, maar gaat over het verleden. Archiefbeelden kunnen dan heel goed werken om de tijd tastbaar en voelbaar te maken. Daarnaast geeft dit soort beelden een documentair karakter. We laten bijvoorbeeld archiefbeelden van een begrafenis zien, die zeggen: ‘kijk maar daar is de kist, hij is dood, het is echt gebeurd'”.
Moord en Mythe
|
Scène uit Het zwijgen |
Het is ook allemaal echt gebeurd. De moord op veehandelaar Bakker, de vrouw en de herdersjongen. De moordenaar sneed hun kelen door en verdween. Maar wie was het? “Die puzzel is voor ons zeker niet het belangrijkste element. Het magische, het mysterieuze in de film; dat is waar het wat ons betreft om gaat. De wie-vraag zit er onder. De mythische elementen zijn er eigenlijk langzaam ingeslopen. Het is niet zo dat we vanaf het begin van plan waren een film te maken met mythische en sprookjesachtige elementen. Zo is de veerman er eigenlijk toevallig ingekomen. We deden mee met De Oversteek, een project van de VPRO en het Fonds voor de Film, waarin jonge filmmakers de kans krijgen een film te maken. Door De Oversteek kwamen we op de veerman, die met zijn pont heen en weer vaart tussen de twee oevers van een kanaal met aan de ene kant het dorp en aan de andere kant het kerkhof. Natuurlijk zit daar een verwijzing in naar de Griekse mythologie, maar die is er dus en passant in gekomen. Hiernaast zijn er al de sprookjes uit je jeugd, die toch ergens blijven hangen en die je kunt gebruiken voor een film. Ik geloof dat ik wel het meest van de sprookjes ben. André komt altijd met de archiefbeelden; de mythische, sprookjesachtige elementen zijn meer mijn inbreng.”
Samenwerking
Adri Schrover ontmoette André van der Hout jaren geleden bij Noorderlicht, het televisieprogramma over wetenschap van de VPRO. Het klikte meteen. Samen maakten ze verschillende films, zowel documentaires als speelfilms. Het zwijgen is de eerste film die ze helemaal samen hebben gemaakt. “André had jaren geleden een plan geschreven voor een documentaire over Drentse moordliederen. Maar tijdens de research stuitte hij op problemen. Er waren bijna geen mensen die de moordliederen nog kenden, het was simpelweg te lang geleden. Het plan verdween in de kast en pas jaren later hebben we het weer te voorschijn gehaald. Vanaf dat punt hebben we het hele script met z’n tweeën geschreven. Deels in Drenthe, waar we een paar weken een huisje hebben gehuurd. Het was er nogal Spartaans, een beetje zoals het huisje in de film, maar het werkte erg goed.”
De samenwerking tussen André van der Hout en Adri Schrover gaat überhaupt heel goed. “Als we ergens andere ideeën over hebben, voelt de uiteindelijke oplossing nooit als een compromis. Het wordt altijd beter. Daarnaast zijn we allebei op zoek naar dezelfde dingen. We willen een verhaal vertellen waar mensen echt helemaal in worden meegenomen. Een verhaal dat in het hoofd van de kijker gaat zitten. Zodat mensen in een soort droomtoestand in de bioscoop zitten.”
Het regisseren smaakt naar meer. En ook de samenwerking tussen Van der Hout en Schrover zal in de toekomst worden voortgezet. “We zijn nu bezig met een korte speelfilm, Het Zaad van Dennenbomen. Verder zeg ik er nog niets over.” Maar Schrover wil ook als cameraman blijven werken en andere projecten doen. “De regie is ontzettend leuk, maar nu ik zelf heb meegemaakt hoeveel er bij komt kijken, heb ik wel heel veel respect gekregen voor regisseurs. Aan de andere kant is het natuurlijk fantastisch om een film te regisseren. Je bedenkt alles zelf, die film is jouw droom. En als die droom wordt gerealiseerd dan voelt dat als een enorm privilege.”
Zie ook de recensie van Het zwijgen
Besmettelijke nieuwsgierigheid
.
~
Charismatische schrijver
In Capote wordt er weinig aandacht besteed aan de daadwerkelijke moorden en gaat alle aandacht naar de persoon Truman Capote en de manier waarop In Cold Blood zijn leven heeft beïnvloed. Capote blijkt een ingewikkeld en interessant persoon te zijn, die aan het einde van de film nog steeds niet volledig te doorgronden is. Philip Seymour Hoffman kroop in de huid van de charismatische schrijver en zette hem neer als een intelligente, egocentrische en veelzijdige persoonlijkheid met een controversieel gevoel voor humor. Dit lijkt een afweermechanisme tegen de vooroordelen die men over hem heeft op basis van zijn vreemde stemgeluid en overduidelijke homoseksualiteit. Capote deinst er niet voor terug om mensen te manipuleren en vaak onthult hij iets persoonlijks om er informatie voor terug te krijgen. Voor een goed verhaal heeft hij veel over; zijn nieuwsgierigheid blijkt keer op keer sterker te zijn dan zijn angst en geweten. Hij lijkt zelfverzekerd, maar vraagt constant om aandacht en bevestiging. Het feit dat er van Capote geen eenduidig beeld geschetst wordt, maakt de film interessant.
Ingetogen
~
Vragen
Wat Capote ook tot een bijzondere biopic maakt, is de kritische houding ten opzichte van het hoofdkarakter. In films als Ali en Ray worden zo nu en dan ook de mindere kanten van de hoofdpersonen getoond, maar uiteindelijk worden deze toch neergezet als sympathieke legendes. In Capote is het minder duidelijk hoe de filmmakers willen dat je denkt over de hoofdpersoon. Truman Capotes nieuwsgierigheid is besmettelijk, maar roept ook veel vragen op. Hoe ver kun je gaan? Hoe behandel je een moordenaar die overduidelijk schuldig is, maar ook menselijk genoeg om je mee te kunnen identificeren? De antwoorden moet de kijker zelf invullen, waardoor Capote nog lang door het hoofd blijft spoken.
Capote
Regie: Bennett MillerJaar: 2024
Misschien ook iets voor u
Voor u geselecteerd door de auteur:
De definitieve naamsverandering
Pink Floyd; klinische pielmuziek of compositorische genialiteit? Deze boude vraag verwoordt een tegendraads gevoel dat al jaren in mij woedt. Om nog maar te zwijgen over de vraag waar deze band momenteel uit bestaat. Op beiden heb ik vorige week een klip en klaar antwoord gekregen. Want toen kwam On an Island uit, de derde soloplaat van Gilmour. David Gilmour ís Pink Floyd. En hij maakt nog steeds magistrale, klinische pielmuziek.
Gilmour is één van de beste en meest karakteristieke gitaristen van de wereld. Punt. Geen discussie over mogelijk. De langgerekte, welbekende symfonische en psychedelische solonoten. Dat heldere snerpende distortiongeluid zonder kraakjes. Het klinkt werkelijk fantastisch. Maar die oeverloze perfectie leverde hem minstens zoveel vijanden op. Die vinden het allemaal maar saaie gitaarsolomuziek.
~
Dé gitaar
Het instrumentale Castellorizon is het eerste nummer van On an Island, dat overigens mede werd geproduceerd door Phil Manzanera van Roxy Music en Chris Thomas: het zijn de sfeervolle, filmische klanken die zich samenmengen tot een mooie opbouw. Richard Wrights hammond orgel ronkt als vroeger. Dan na twee minuten: dé gitaar. Het nummer vloeit vervolgens mooi over in de titeltrack die ook als single gedoopt is. Het eerste dat daar opvalt, is dat er veel aandacht aan de zang is besteed. Voor het nummer On an Island riep Gilmour de hulp in van het achtergrondkoor David Crosby en Graham Nash. In The Blue, waarvoor Polly Samson, Gilmours vrouw, de tekst schreef, soleert Gilmour zeer geraffineerd met een octaver-effect. Toegegeven, dit nummer heeft een buitengewoon saaie drumbegeleiding. Heel veel songs op dit album trouwens. Even wenste je dat Nick Mason ingehuurd was. Hij zou zich er niet zo gemakkelijk van afgemaakt hebben. Maar goed, dan had de band net zo goed weer Pink Floyd kunnen heten, zal Gilmour gedacht hebben.
De zanglijn van Take a Breath doet, inclusief het gebruikte effect, denken aan The Dogs of War. Gilmours slide in Smile, klonk sinds Seamus op het Pink Floyd-album Echoes niet meer zo mooi. Red Sky at Night is een instrumentaal nummer dat de sfeer van de Syd Barrett-eerbetoon Shine on You Crazy Diamond ademt. De sax wordt door de meester zelf gespeeld.
Bij Then I close my eyes sluit ik eerbiedig m’n ogen. Ik besef me dan meteen dat er twee werelden zijn die nooit samenkomen; de Pink Floyd-haters en de Pink Floyd-liefhebbers. Ja, Gilmours derde klinkt een beetje degelijk en een beetje cheasy. Maar hier is onmiskenbaar een meester aan het werk. Die op zijn zestigste nog zin heeft om een verrassend divers album uit te brengen. En daar verblijdt hij sowieso een hele grote schare Pink Floyd-fans mee. Hoe klinisch die pielmuziek ook klinkt.
David Gilmour
Album: On an IslandMisschien ook iets voor u
Tussen sprookje en archief
/ 0 Reactiesdoor: Carien Westerveld / beeld: Carien Westerveld 0 Sterren.
In Het zwijgen draait het om een moordlied dat in het begin van de twintigste eeuw in Drenthe werd gezongen. Dit soort moordliederen werden toen, bij gebrek aan kranten, televisie en radio, van deur tot deur voor een cent voorgezongen. Zo bleef men op de hoogte van de nieuwste misdaden op de Drentse veengronden. Het moordlied uit de film bezingt een onopgeloste drievoudige moord in Koekange. In 1909 werd daar op de heide veehandelaar Bakker, zijn huishoudster en een schaapherder vermoord.
Originele tekst
De muziek speelt een belangrijke rol in Het zwijgen en is speciaal voor de film gecomponeerd. “Het moordlied waar onze film over gaat is een bestaand lied. Het originele liedblad ligt ook echt in het Meertens Instituut. We hebben de originele tekst van het lied gebruikt, alleen het laatste stuk hebben we zelf bedacht. De moordliederen werden vroeger op hele eenvoudige wijsjes gezongen, altijd-is-kortjakje-ziek-melodietjes. Dat werkt natuurlijk niet in een film waar het lied zo’n belangrijke plek inneemt. Daarom hebben we Ferry Heine van de band de Kift gevraagd om de muziek voor het moordlied te componeren.”
Archiefbeelden
Schrover werkte al eerder succesvol samen met De Kift. In 2003 maakte Schrover, toen nog in de hoedanigheid van cameraman, samen met André van der Hout de speelfilm De Arm van Jezus. De Kift was toen verantwoordelijk voor de filmmuziek en de bandleden speelden bovendien bijna alle rollen in de film. De arm van Jezus trok indertijd de aandacht door de grote rol van de muziek, maar ook door het opmerkelijke gebruik van archiefmateriaal, onder meer van de kolenindustrie en het vooroorlogse Rotterdam. “In De arm van Jezus werd een groot deel van het verhaal verteld door middel van archiefbeelden. In Het zwijgen hebben we ook archiefmateriaal gebruikt, maar veel minder. Deze keer hebben we het oude filmmateriaal vooral gebruikt om een sfeer neer te zetten en het spel met de tijd te versterken. De film speelt in het heden, maar gaat over het verleden. Archiefbeelden kunnen dan heel goed werken om de tijd tastbaar en voelbaar te maken. Daarnaast geeft dit soort beelden een documentair karakter. We laten bijvoorbeeld archiefbeelden van een begrafenis zien, die zeggen: ‘kijk maar daar is de kist, hij is dood, het is echt gebeurd'”.
Moord en Mythe
Het is ook allemaal echt gebeurd. De moord op veehandelaar Bakker, de vrouw en de herdersjongen. De moordenaar sneed hun kelen door en verdween. Maar wie was het? “Die puzzel is voor ons zeker niet het belangrijkste element. Het magische, het mysterieuze in de film; dat is waar het wat ons betreft om gaat. De wie-vraag zit er onder. De mythische elementen zijn er eigenlijk langzaam ingeslopen. Het is niet zo dat we vanaf het begin van plan waren een film te maken met mythische en sprookjesachtige elementen. Zo is de veerman er eigenlijk toevallig ingekomen. We deden mee met De Oversteek, een project van de VPRO en het Fonds voor de Film, waarin jonge filmmakers de kans krijgen een film te maken. Door De Oversteek kwamen we op de veerman, die met zijn pont heen en weer vaart tussen de twee oevers van een kanaal met aan de ene kant het dorp en aan de andere kant het kerkhof. Natuurlijk zit daar een verwijzing in naar de Griekse mythologie, maar die is er dus en passant in gekomen. Hiernaast zijn er al de sprookjes uit je jeugd, die toch ergens blijven hangen en die je kunt gebruiken voor een film. Ik geloof dat ik wel het meest van de sprookjes ben. André komt altijd met de archiefbeelden; de mythische, sprookjesachtige elementen zijn meer mijn inbreng.”
Samenwerking
Adri Schrover ontmoette André van der Hout jaren geleden bij Noorderlicht, het televisieprogramma over wetenschap van de VPRO. Het klikte meteen. Samen maakten ze verschillende films, zowel documentaires als speelfilms. Het zwijgen is de eerste film die ze helemaal samen hebben gemaakt. “André had jaren geleden een plan geschreven voor een documentaire over Drentse moordliederen. Maar tijdens de research stuitte hij op problemen. Er waren bijna geen mensen die de moordliederen nog kenden, het was simpelweg te lang geleden. Het plan verdween in de kast en pas jaren later hebben we het weer te voorschijn gehaald. Vanaf dat punt hebben we het hele script met z’n tweeën geschreven. Deels in Drenthe, waar we een paar weken een huisje hebben gehuurd. Het was er nogal Spartaans, een beetje zoals het huisje in de film, maar het werkte erg goed.”
De samenwerking tussen André van der Hout en Adri Schrover gaat überhaupt heel goed. “Als we ergens andere ideeën over hebben, voelt de uiteindelijke oplossing nooit als een compromis. Het wordt altijd beter. Daarnaast zijn we allebei op zoek naar dezelfde dingen. We willen een verhaal vertellen waar mensen echt helemaal in worden meegenomen. Een verhaal dat in het hoofd van de kijker gaat zitten. Zodat mensen in een soort droomtoestand in de bioscoop zitten.”
Het regisseren smaakt naar meer. En ook de samenwerking tussen Van der Hout en Schrover zal in de toekomst worden voortgezet. “We zijn nu bezig met een korte speelfilm, Het Zaad van Dennenbomen. Verder zeg ik er nog niets over.” Maar Schrover wil ook als cameraman blijven werken en andere projecten doen. “De regie is ontzettend leuk, maar nu ik zelf heb meegemaakt hoeveel er bij komt kijken, heb ik wel heel veel respect gekregen voor regisseurs. Aan de andere kant is het natuurlijk fantastisch om een film te regisseren. Je bedenkt alles zelf, die film is jouw droom. En als die droom wordt gerealiseerd dan voelt dat als een enorm privilege.”
Zie ook de recensie van Het zwijgen
Tussen sprookje en archief
Regie: Adri SchroverJaar: 2024
Misschien ook iets voor u
Moord op de Drentse heide
.
Het zwijgen is de nieuwe film van André van der Hout en Adri Schrover. De twee werkten eerder samen aan De arm van Jezus, een film die in 2003 op het IFFR werd genomineerd voor de Tiger Award. In De arm van Jezus werd veelvuldig gebruik gemaakt van archiefbeelden en muziek, elementen die ook een prominente rol spelen in Het zwijgen. De oude opnames van de veenkolonies tonen een begrafenis, vrouwen die in witte gewaden dansen en dampende heidelandschappen waar hardwerkende arbeiders turf steken en bomen kappen. Een vervlogen tijd, die wordt teruggehaald en vervlochten met het heden. De archiefbeelden, afgewisseld met de prachtige shots van het Drenthe van nu, worden begeleid door de weemoedige klanken van het moordlied waar de film om draait.
Moordlied
~
Mythisch
Het zwijgen is een film vol mythische symboliek. De veerman uit de film vertoont sterke gelijkenissen met de nurkse Charon en zijn rivier de Styx. Met zijn pont vormt de veerman de verbinding tussen enerzijds het dorp en het leven en anderzijds het kerkhof en de dood. Een andere verwijzing naar de Griekse mythologie is Geesje, de schippersvrouw, met haar schip de Sirene. Af en toe verdwijnt de Sirene met onbekende bestemming. Maar steeds duikt ze weer op, in de vaart bij het kerkhof, in de sluis, of langzaam voorbijglijdend langs het jaagpad. Aan het roer de zingende Geesje. Deze mythische beelden geven de film een diepere laag en versterken de ogenschijnlijke tijdloosheid van het verhaal. Want sommige personages uit de film lijken de wetten van de tijd aan hun laars te lappen. De herdersjongen die ten tijde van de moord leefde, zwerft nog steeds over de heide. En ook andere dorpelingen lijken niet vatbaar te zijn voor de tand des tijds. Zo wordt Het zwijgen een sprookjesachtige film.
~
Geen thriller
Hoewel Het zwijgen werd aangekondigd als een whodunitmysterie en de film op papier alle kenmerken heeft van een meeslepende thriller, is Het zwijgen als film zeker meeslepend, maar absoluut geen thriller. Misschien is het vooral door de gematigde acteerprestaties dat de film niet echt spannend wordt. Of wellicht waren de makers er helemaal niet op uit een spannende film te maken. Misschien is Het zwijgen bovenal een sprookje, dat vertelt over het gevaar van graven in een afgesloten verleden. Of dit sprookje goed af loopt, valt te bezien. Ondanks de paar minpunten hebben de makers een prachtige film gemaakt; de muziek, het veen en het zwijgen blijven nog lang nazingen in je hoofd.
Lees ook het interview met regisseur Adri Schrover
Het zwijgen
Regie: André van der Hout, Adri SchroverJaar: 2024
Misschien ook iets voor u
Forget the name Fame
.
~
Geen vaart
Iedereen die aan deze musical deelneemt doet zijn best om de ingestudeerde danspasjes, platte grappen en teksten op tijd te laten zien of uit te spreken. Dat gaat iedereen wel goed af, maar gevoel komt er amper aan te pas. Daarbij komt ook nog eens dat na bijna elk liedje of scène even wordt gepauzeerd, zodat het publiek de tijd heeft om te klappen. Hierdoor mist deze musical de vaart die eigenlijk wel welkom is.
~
Talentvol?
Het verhaal van Fame heeft genoeg ingrediënten in zich om er een goede musical van te maken. Je ziet wel dat er over na is gedacht hoe je verschillende verhalen door elkaar kan weven en wie je wanneer prominent laat zien. Maar de regie van Stanislav Mosa laat te wensen over. Of zijn de studenten/acteurs toch niet zo talentvol als we denken? Die valse noten bijvoorbeeld zo nu en dan… Nee, die komen niet uit de gouden strotjes van een van de zangers; die zijn afkomstig van de violist. Op het podium wel te verstaan, en niet in de orkestbak. Of hoort het bij het spel, en was het juist de bedoeling dat de jongen als een echte student het vak nog moet leren?!
Fame the musical is nog tot en met 9 april in Nederland te zien. Klik hier voor een uitgebreide speellijst.
Fame the musical
Gezien op zaterdag 18 maart 2006 in World Forum Convention Center, Den HaagMisschien ook iets voor u
Dromen van een revolutie
Dromen zijn misschien bedrog, maar daar kom je in het Tabir Serail maar beter niet mee aandraven. Dat dromenpaleis is het belangrijkste ministerie van het Ottomaanse rijk in Ismail Kadare’s gelijknamige roman. Hier analyseert een heel leger ambtenaren nauwgezet alle dromen van de onderdanen van het rijk. Die kunnen namelijk belangrijke aanwijzingen bevatten over geplande opstanden, staatsgrepen of andere gevaarlijke geheimen die het gezag van de staat ondermijnen.
Ismail Kadare kun je gerust de ontdekking van 2005 noemen. Hoewel hij in literaire kringen al langer als de grootste Albanese auteur stond aangeschreven, genoot hij nog maar weinig bekendheid bij het grotere publiek. Daar kwam echter afgelopen zomer verandering in, toen Kadare werd onderscheiden met de eerste Man Booker International Prize. De jury van die nieuwe internationale literatuurprijs prees de manier waarop de auteur in zijn romans de cultuur en politiek van zijn land wist te vatten, en beschreef hem als een nieuw baken in een literaire traditie die met Homeros begon. Zo’n auteur liet uitgeverij Van Gennep zich niet ontzeggen: meer dan tien jaar na de eerste druk ligt de Nederlandse versie van Het dromenpaleis, één van Kadare’s bekendste romans, opnieuw in de winkels.
Twee werelden
~
Aanklacht
Zoals het juryrapport van de Man Booker International Prize al deed vermoeden, is politiek in Het dromenpaleis nooit ver te zoeken. Er is niet veel fantasie voor nodig om het Tabir Serail te zien als een symbool voor elk totalitair regime dat het leven van zijn burgers tot in de kleinste details controleert. Ebu Qerim verdwaalt letterlijk in de doolhof van die macht, waar mensen met bedreigende dromen worden gefolterd en burgers met een noodlot voorzienende blik de ogen wordt uitgestoken. Geen wonder dat dit boek verboden werd in Albanië, dat ten tijde van de eerste verschijning zo’n twintig jaar geleden nog zuchtte onder een totalitair bewind.
Toch is Kadare’s aanklacht minder expliciet dan je zou verwachten. Ebu Qerim veroordeelt wel de terechtstelling van onschuldige burgers, maar stelt zich nooit vragen bij de extreme controle die de staat uitoefent op het leven van zijn onderdanen. Daarnaast blijft ook de precieze rol van het geslacht Qyprilli onduidelijk: de familie wordt dan wel in een volksepos bezongen, het is moeilijk te geloven dat haar leden zich in de hoogste politieke regionen kunnen ophouden zonder ooit hun handen vuil te maken. Hun machtsspelletjes blijven in de roman echter buiten beeld. En ten slotte is er nog het allegorische en historische karakter van het verhaal, dat volgens Kadare’s critici dient om een politieke stellingname te verdoezelen.
Een vrijblijvende roman is Het dromenpaleis zeker niet. Kadare slaagt erin op een unieke wijze een totalitair regime te portretteren, en de greep die het kan uitoefenen op de levens van zijn burgers. Het resultaat is een beklijvende politieke allegorie die bij momenten leest als een thriller. Net als Ebu Qerim komt de lezer terecht in de bevreemdende wereld van het Tabir Serail, en geen van beiden zullen ze die gemakkelijk kunnen achterlaten.
Prijs: 12,50
Bladzijden: 183
ISBN: 9055156272
Misschien ook iets voor u
Renee van Bavel: een chansonnière onderweg
Als cabaretière ging ze tijdens de finale van het Leids Cabaret Festival van 2002 de strijd aan met Javier Guzman en Wim Helsen. Maar met haar avondvullende voorstelling Rood laat Renee van Bavel vooral zien talent te hebben voor het zingen van gevoelige en vermakelijke liedjes. Als chansonnière heeft ze nog een weg te gaan, maar in Rood laat ze al wel zien waar haar mogelijkheden liggen.
~
Sterkste kant
Alhoewel ze in 2001 de publieks- en persoonlijkheidsprijs won bij het Groninger Studenten Cabaret Festival en een jaar later de finale bereikte van het Leids Cabaret festival, lijkt Van Bavel toch steeds meer te kiezen voor zang. Terecht, omdat dit duidelijk haar sterkste kant is. Na Helder, haar vorige voorstelling, werd Van Bavel al vergeleken met zangeressen als Wende Snijders en Bette Midler. In Rood beschaamt ze die vergelijkingen niet: ze bezingt het leven in prachtige gevoelige liedjes. Hiermee geeft ze het publiek een kijkje in haar eigen leven, maar neemt hen ook mee naar de bergen van Bolivia en de zon op Cuba.
Geen duidelijke lijn
Helaas ontbreekt het de theatervoorstelling aan een heldere lijn. Vermakelijke liedjes worden nogal rücksichtlos afgewisseld met jazz, fado en andersoortige levensliederen. Hierdoor blijven de liedjes nogal op zichzelf staan. Een gevoelig liedje over een vluchteling – die door Van Bavel wordt meegenomen op een reis door Nederland, maar die ze uiteindelijk alleen in een rubberbootje achterlaat – krijgt hierdoor niet de waarde die het verdient. Dit geldt ook voor Negen maanden, waarin van Bavel zingt over een zusje dat haar dode broertje bezoekt in zijn kamer, zich niet realiserend dat hij dood is. Jammer, want het lied herbergt een krachtige emotie in zich:
Na een dergelijk ontroerend lied is de sprong naar een volgend nummer te groot, en helaas kunnen ook de humoristisch bedoelde verhaaltjes daar geen verandering in brengen. De cabareteske teksten zijn sowieso niet erg komisch en dragen niet bij aan een heldere lijn in de voorstelling. En dat heeft Rood toch wel nodig om echt te kunnen ontroeren.
Onderweg
Uit alles blijkt wel dat de Brabantse chansonnière nog op zoek is naar haar plek in het theaterwereldje. Eigenlijk verwoordt ze het zelf het beste in het lied Ik ben onderweg, waarmee ze haar voorstelling afsluit. Alhoewel ze de keuze voor zang al gemaakt heeft, moet ze misschien net als Wende Snijders of Nynke Laverman ook kiezen voor een bepaald genre. Of tenminste zorgen voor een sterkere lijn in haar programma. Met haar prachtige stem – waarmee ze zachtjes in je oor kan fluisteren om daarna weer flink uit te halen – en haar muzikale talenten op piano en mondharmonica, heeft ze in ieder geval de potentie om een publiek een avond lang te ontroeren.
Rood is nog tot en met 3 juni 2006 te zien. Een uitgebreide speellijst vind je hier
Rood (Renee van Bavel)
Artiest: Renee van BavelGezien op dinsdag 14 maart 2006 in Cultuurcentrum De Oosterpoort, Groningen
Misschien ook iets voor u
Futuristische maaltijd smaakt naar meer!
Het uitgangspunt is even bizar als verrukkelijk. Wat zou er gebeurd zijn als de Italiaanse futurist F. T. Marinetti en de Amerikaanse danseres Isadora Duncan elkaar ontmoet hadden? Het antwoord wordt gegeven in de vermakelijke kameropera The Voluptuous Tango van de Britse componist Dominic Muldowney.
~
Live fast, die young
Koster speelt, zingt én danst de rol van Isadora Duncan, een van de pioniers van de moderne dans. Duncan deed veel stof opwaaien met voor het begin van de twintigste eeuw gewaagde kostuums en haar dansen op blote voeten. Haar motto had ‘live fast and die young’ kunnen zijn, en ze kwam in 1927 dan ook om bij een auto-ongeluk.
Snel leven stond ook centraal bij de Italiaanse futuristen. Zij omarmden alles dat modern was. Het draaide daarbij vooral om snelheid, verandering, machines en vitaliteit. Geen wonder dat de Italiaanse futuristen openlijk flirtten met het fascisme van Mussolini. De dichter F.T. Marinetti wordt gezien als de oprichter van het futurisme doordat hij in 1909 het futuristische manifest publiceerde in Le Figaro. Tot zijn bekendste geschriften behoort La cucina futurista, een provocerend kookboek waarin onder andere de pasta verboden wordt.
~
Sterke solisten
Maar niet voor het publiek. Zoals gezegd is Marieke Koster fenomenaal in haar rol: vulgair en verleidelijk, zwoel en gereserveerd. De Britse tenor Alan Belk, die ook in het oorspronkelijke hoorspel de rol van Marinetti op zich nam, overtuigt eveneens, maar blijft meer Brits dan Italiaans. De twee solisten worden bijgestaan door een vierkoppig koor, dat op hilarische wijze de gedachten en het geweten van Marinetti speelt en zo commentaar op de handeling geeft.
Een orkest ontbreekt in deze voorstelling; er wordt gebruik gemaakt van een vernuftige elektronische collage van Ian Dearden, waarin straatgeluiden afgewisseld worden met flarden tango. The Voluptuous Tango is echter geen tango-opera, ook de invloeden van Kurt Weill en Hanns Eisler zijn hoorbaar, terwijl aan de ‘Habanera’ uit Bizets Carmen het centrale muzikale thema is ontleend.
Het resulteert in een zeer vermakelijke voorstelling, die het midden houdt tussen opera en muziektheater. Jammer genoeg is na een klein uur is de voorstelling alweer voorbij, want deze futuristische maaltijd smaakt naar meer!
Stichting Vulkanen
Album: Dominic Muldowney – The Voluptuous TangoGezien op vrijdag 03 maart 2006 in Schouwburg, Arnhem
Misschien ook iets voor u
Toen was disco heel gewoon
Zo begin jaren tachtig leek de dagelijkse realiteit de redding voor de muziek. Thatcher regeerde met ijzeren vuist en de kruisraketten vroegen om fanatieke demonstraties. De toenmalige discogeneratie hield niet van spandoeken of negeerde maatschappelijke issues en maakte plaats voor de postpunkers. Disco leek compleet van de aardbodem verdwenen. Léék verdwenen, want zie daar, het is 2006 en A Brand probeert met Hammerhead het genre voorzichtig nieuw leven in te blazen.
~
In de disco
Disco is in tegenstelling tot het meer rockachtige debuutalbum 45 RPM nu dus als bestandslaag toegevoegd op deze opvolger met de titel Hammerhead. Die laag discokaas ligt er soms zo dik op dat je je afvraagt waar de grens tussen parodie en ernst ligt en of die niet bewust continu overschreden wordt. Eerlijk is eerlijk, de muziek klinkt hier en daar behoorlijk catchy, de gitaarloopjes en keyboardflarden zorgen voor een uiterst dansbaar sfeertje en gelukkig is er regelmatig een extra powerriffje aanwezig. Om de kitsch er toch wel in te houden wordt in Beauty Booty Killerqueen en Hammerhead zo’n typisch 70’s – achtig koordje toegevoegd. Foute boel, dus. En oh ja, over songteksten kunnen andere bands soms wel heel erg diepgravend doen, maar waarom niet gewoon zingen: “Your Toyota is fantastic!” of “Everybody! Clap your hands”. Wel zo makkelijk, hoor.
Binnen het drieminutenstramien doet A Brand dus wat het moet doen om een aardige hit af te leveren en zodoende de asgrauwe achterafzaaltjes te kunnen verruilen voor druk bezochte festivals. Het titelnummer van de cd zit zelfs zo uiterst geraffineerd in elkaar dat het in werkelijk élk circuit moeiteloos meekan. De krasse synthesizer start op het juiste moment, de ritmesectie springt zonder moeite van rock naar disco en staat helemaal in dienst van het aanstekelijke prijsnummer. “Prove I’m wrong girl”, zingen ze in koor. Menig hip discomeisje die hier de heup op zal laten wiegen. Hoezo, disco is uit?
De wereld draait door
Een aardig album dus. Niet meer, niet minder. De hitpotentie is wel degelijk aanwezig, maar voor een blijvertje is deze pretentieloze combinatie van glamrock en gladde elektronica toch net iets te laat uitgebracht. De wereld draait immers door. Dat geldt ook voor de muziekwereld en daarom druk ik deze cd dus nu uit.
A Brand
Album: HammerheadMisschien ook iets voor u
De beroemdste double bill uit de operageschiedenis
.
Er zijn weinig opera’s die zo tot het grote publiek zijn doorgedrongen als Pagliacci. Bovenstaand citaat komt uit een aflevering van Seinfeld, maar ook in een aflevering van The Simpsons wordt Leoncavallo’s opera nauwgezet gevolgd, en wie kent niet Smokey Robinsons The Tears of a Clown, met als cruciale regel: “Just like Pagliacci did, I try to keep my sadness hid”?
~
Straatrumoer
Verwonderlijk is dit niet. Beide opera’s behoren tot een genre dat een kortstondige bloeiperiode kende: het verisme, een soort roep om straatrumoer en alledaagse personages in het door mythische figuren gedomineerde operabedrijf. In zowel Cavalleria rusticana als Pagliacci draait het om overspel en jaloezie en in beide opera’s leidt dit tot bloedige wraak.
Het verisme was echter een kort leven beschonken. Hoewel Puccini er even mee flirtte, stierf het genre een snelle dood. Ook dit is niet echt verwonderlijk, want hoewel in de opera’s van Mascagni en Leoncavallo gewone mensen centraal staan, zijn de grote emoties waar de opera’s om draaien dezelfde als die in de opera’s van Mozart, Verdi en Wagner; het straatrumoer is niet maar dan een decor.
Eenheid
~
Die eenheid wordt nog eens versterkt door het vurige spel van het Nederlands Phiharmonisch Orkest en het enthousiaste koor. Ook de solisten zijn in beide opera’s uitmuntend gecast, en beschikken over het juiste temperament om een echt Italiaanse operasfeer op te roepen. Zo wordt de steraria ‘Vesti la giubba’ door Dennis O’Neill met een heerlijk dramatische snik in de stem gebracht.
Deze productie zal niet de geschiedenis ingaan als een van de spraakmakendste van De Nederlandse Opera, maar het speelplezier spat van het podium en werkt aanstekelijk: ‘Vesti la giubba’ kreeg ik dagenlang niet meer uit mijn hoofd.
De Nederlandse Opera, Nederlands Phiharmonisch Orkest o.l.v. Carlo Rizzi
Album: Ruggereo Leoncavallo – Pagliacci / Pietro Mascagni – Cavalleria rusticaneMisschien ook iets voor u