Boeken / Kunstboek

Beeldige kunst

recensie: Marcel van der Vlugt - Beauty And Other Secrets

.

Fotografen komen in veel hoedanigheden voor: je hebt de beruchte paparazzo, de journalistiek fotograaf, de modefotograaf en ga zo maar door. En dan is de fotograaf die zijn stiel gebruiken om kunst te creëren, om te schilderen met de camera. Tot die categorie behoort Marcel van der Vlugt.

De 51-jarige, in Naaldwijk geboren Van der Vlugt woont en werkt momenteel in Amsterdam, vooral als mode- en reclamefotograaf. Voor veel van zijn nationale en internationale reclamecampagnes kreeg hij erkenning, onder meer in de vorm van drie ADCN Lampen voor Beste Fotografie en een Golden Lion. Geen kleine jongen dus.De prachtig vervaardigde monografie Beauty and other secrets, dat bij de gelijknamige tentoonstelling hoort, geeft een overzicht van Van der Vlugts werk en laat goed zien waarvoor hij staat en wat hij allemaal in huis heeft als fotograaf. Dat is heel wat, al was het maar vanwege de prachtige modellen die hij gebruikt, de zorgvuldige beeldvoering of de fantasierijke settings. Ook op technisch inhoudelijk gebied is het duidelijk dat we hier met een vakman te maken hebben. Compositie, kleurstelling, scherptediepte, belichting…: alles is tot in de puntjes verzorgd.

Van der Vlugts werk bestaat voor een groot deel uit humoristische erotiek; maar niet alleen de schaars geklede vrouwelijke modellen, ook diverse etenswaren, bloemen en planten spelen hierin een belangrijke rol. Zo wordt in het begin van het boek op de linkerpagina een model met ontbloot bovenlijf getoond, terwijl we op de pagina ernaast een foto zien van een bloem die de suggestie van een ander lichaamsdeel van de vrouw opwekt. Naast de losse foto’s in het boek wordt wel vaker gebruik gemaakt van dergelijke tweeluiken, een methode die aan de betekenis van de twee samen getoonde afbeeldingen een derde toevoegt. Er komen verbanden of contrasten naar voren die anders niet meteen evident zouden zijn, hoewel de foto’s uiteraard ook prima op zichzelf zouden kunnen staan.

Rustig aan


Van der Vlugt is iemand die zijn tijd neemt, hij is geen flitsende fotograaf die verschillende foto’s per seconde schiet. Hij analyseert de situatie, maakt een foto, analyseert de foto, bespreekt de foto met het model, kiest een richting, analyseert de situatie, maakt een foto, enzovoort. Langzaam en doordacht gaat hij te werk, dat zie je ook in het eindresultaat. Er is niets aan het toeval overgelaten en oneffenheden vallen er niet te ontdekken.
Beauty and other secrets is een visueel spektakel. Elke nieuwe pagina schotelt je een ander prachtig beeld voor. Het is een ware lust voor het oog, die grote, kleurrijke foto’s die van het dikke, glossy papier springen. Door dit boek kan je dan ook niet vluchtig bladeren, elke foto vraagt, smeekt haast om aandachtig bekeken te worden. En dat geldt niet alleen voor de prachtig vastgelegde modellen, maar ook voor de atmosferische plaatjes of de foto’s van verwelkte bloemen uit de serie Buds. Objecten en modellen waar je je blik niet direct van af kunt wenden, omdat alles een surrealistische schoonheid uitademt. Zelfs als er sprake is van verval. Of misschien juist daarom wel.

Interessant, sterk én mooi


Van der Vlugt noemt in z’n boek de verschillende wijzen waarop mensen zijn beelden beoordelen: wanneer ze het ‘interessant’ noemen, vinden ze het eigenlijk waardeloos; wanneer ze de beelden ‘erg sterk’ noemen, begrijpen ze de beelden waarschijnlijk niet of gaat het hun petje te boven; wanneer ze de afbeeldingen ‘echt mooi’ noemen, dan weet je dat je met een klassieker te maken hebt. In Beauty and other secrets staan alleen maar echt mooie foto’s.

Theater / Achtergrond
special: Daniëlle van de Ven en Joëlke Sanderse - Wraakoefening

De zoektocht naar eigenheid

.

In de serie Blind date gaat iedere maand een voorstelling van beginnende, nog onbekende theatermakers, geselecteerd door het Theater Instituut Nederland, op tournee door Nederland. Theatermakers krijgen zo de kans om een groter publiek kennis te laten maken met hun werk. Wie of wat precies speelt, wordt pas kort van tevoren bekend gemaakt om de verrassing niet te vroeg te verklappen. De derde voorstelling in deze verrassingsserie is Wraakoefening van Daniëlle van de Ven en Joëlke Sanderse. 8WEEKLY sprak met Daniëlle van de Ven over de voorstelling.

And I a smiling woman
I am only thirty
And like the cat I have nine times to die.
Sylvia Plath, Lady Lazarus

Wraakoefening is gebaseerd op het werk van de Amerikaanse dichteres Sylvia Plath, die op dertigjarige leeftijd een einde aan haar leven maakte. Makers Daniëlle van de Ven en Joëlke Sanderse, die elkaar voor het eerst tegenkwamen tijdens hun theateropleiding in Arnhem, delen een fascinatie voor de schrijfster, wier meest geprezen dichtbundel, Ariel, na haar dood verscheen. “Ik las De glazen stolp (Plaths bekendste, semi-autobiografische roman, red.) jaren geleden voor het eerst en ik was meteen gefascineerd door de manier waarop Plath het contrast tussen de innerlijke leefwereld en uiterlijk vertoon omschrijft”, vertelt Van de Ven. “Ook in haar gedichten draait het vaak om het conflict tussen haar buitenkant, die zich wilde conformeren, en haar binnenkant, die woest en gewelddadig bleek. Die innerlijke strijd verteerde haar; haar authenticiteit vond ze alleen in het schrijven, en in verhouding was het echte leven kaal, leeg en onecht.”

Bijzondere vorm

~

Hoewel Plaths werk dus een sterk autobiografisch karakter heeft, en de makers ter voorbereiding ook de gepubliceerde dagboeken van Sylvia Plath hebben gelezen, wilden Van de Ven en Sanderse niet per se Plaths levensverhaal verbeelden. “Juist de thematiek in haar werk spreekt me aan; we willen een eigen verhaal vertellen dat eigenlijk door Plaths blik gefilterd wordt.” Dat filter is het duidelijkst aanwezig in de vorm van een bandopname van de dichteres, die uit haar werk voorleest. De andere teksten in de voorstelling zijn echter niet van de schrijfster: “Helaas kregen we geen toestemming om Plaths werk in Wraakoefening te gebruiken. In plaats daarvan hebben we teksten uit Phèdre van Racine gebruikt en zelf stukken geschreven.”

De voorstelling kent een bijzondere vorm. “Om het stuk spannend en onvoorspelbaar te houden ligt de volgorde niet vast. Alleen begin en einde zijn altijd hetzelfde; de rest van de voorstelling ontstaat door te improviseren met de bestaande scènes. Zelfs onze eindregisseur Sam Bogaerts kan het verloop beïnvloeden door licht- of muziekcues in te zetten. Die onvoorspelbaarheid dwingt je als speler tot een enorm hoge concentratie, en het zorgt er ook voor dat je niet in routine vervalt.”

Verwoede strijd

Tijdens het maakproces kwamen er wat interessante vragen bovendrijven. “Plath was zo op zoek naar authenticiteit dat deze verwoede strijd haar uiteindelijk tot zelfmoord dreef. Dat roept de vraag op of je zelfs je meest duistere kant moet accepteren. Tegenwoordig lijkt er steeds meer de neiging te zijn om alle scherpe kantjes van de persoonlijkheid weg te moffelen of zelfs met medicijnen te behandelen, maar ook daar zijn vraagtekens bij te zetten. In onze voorstelling willen we de pijn niet verdoezelen, maar de schreeuw die ten grondslag ligt aan de zoektocht naar authenticiteit zo eerlijk en open mogelijk tonen. Juist door de vinger op de zere plek te leggen, kun je troost bieden, denk ik. De troost van de gedeelde pijn.”

Wraakoefening is een poëtische voorstelling geworden, waarin we onze persoonlijke zoektocht naar aanleiding van de thematiek die Plath aansnijdt vorm hebben gegeven. Ik heb niet precies dezelfde levensopvatting als Sylvia Plath, maar ik hoop wel te kunnen laten zien dat het ook mij erom gaat de eigenheid te vinden en trouw te blijven aan mijn eigen visie.”

Wraakoefening ging op 17 februari 2007 in première in Theater Frascati in Amsterdam. De voorstelling is nu voor het eerst weer te zien op 1 februari in Schouwburg Almere, en gaat daarna op tournee door heel Nederland. Kijk hier voor de speellijst.

Lees ook de andere specials over de Blind date voorstellingen:

Fantasten – Fantasten

Keren Levi – The Prize Piece

BARR Theatergroep – Het innerlijkste hart

Koning Carlos – Roert!

Theater / Voorstelling

Kleine kamers, grote dromen

recensie: Toneelgroep Amsterdam in coproductie met De Noorderlingen en Grand Theatre - Mighty Society 5: Hoe ook ik verlangde naar een nieuwe utopie

.

Om een antwoord te kunnen geven op deze vraag, interviewde de Vroedt de jonge acteurs die meewerkten aan deze productie. Al snel kwam hij erachter dat jongeren geen utopie hebben, ze geloven niet in een ideale samenleving. Sterker nog, ze staan volgens hem ver van de samenleving af. Wel hebben ze vaak een eigen privé-utopie. Met de persoonlijke drijfveren en dromen van de jongeren in het achterhoofd schreef de Vroedt de tekst voor zijn theaterinstallatie.

~

Vreemdsoortige intimiteit
Elf jonge personages bewegen zich door een ruimte waarin acht verschillende kamers zijn gebouwd. Elke kamer, volledig afgetimmerd, geverfd en ingericht, is het privé-domein van één of meerdere jongeren. In hun kamers trekken zij zich terug in een eigen droomwereld. De persoonlijke verhalen van deze jongeren spelen zich simultaan af. De toeschouwer kan de kamers inlopen en aldaar plaats nemen op een bankje, of van buitenaf de kamers in gluren via een raampje. Wie aan pauze toe is, kan vrij de ruimte uitlopen voor een drankje. Er is geen begin of eind: de toeschouwer bepaalt zelf welke verhalen hij wil zien en hoe lang hij blijft.

Eenmaal binnen in één van de kamers, die niet groter zijn dan twee bij drie, wordt de toeschouwer meegezogen in de leefwereld van de jongere. De kleine ruimte, die compleet is afgesloten, schept een grote intimiteit. Overal waar je komt hangt er een andere, vaak triestige sfeer, hebben de muren een ander kleurtje en staat er een andere ‘realiteit’ centraal. Elke bewoner draait zijn eigen muziek op een platenspeler, stereo, laptop of i-pod. De toeschouwer zit zeer dicht op de spelers; zelfs het zachtste gemompel is goed te horen. Sprake van interactie is er echter niet. De bewoners trekken een vierde wand op en zijn volledig met zichzelf bezig. Als toeschouwer kom je weliswaar op bezoek, maar voel je je in een dergelijk privé-domein niet uitgenodigd. Als een voyeur kijk je stiekem naar de personages in al hun kwetsbaarheid.

Onvolmaakte utopieën
Wie zijn de bewoners van deze kamers en waar houden ze zich mee bezig?
Shawn leeft een teruggetrokken bestaan op zijn kamer en gaat compleet op in de online-computergame World of Warcraft. Lena en Leon zijn ondertussen druk bezig met het oefenen van diverse erotische standjes voor een homemade pornofilm, terwijl Angel in haar kamer vertelt wat ze allemaal aan haar lichaam heeft laten verbouwen.
Kidult gaat op zoek naar de ideale internetdate. Boven haar bureau hangen tientallen profielen van jongens die zichzelf op internet aanbieden en een mogelijke match zouden kunnen zijn. Hitomi houdt er een ander liefdesleven op na: haar zelfgecreëerde robot is niet alleen haar hulp in de huishouding, hij bedrijft ook de liefde met haar.

In al deze kleine utopieën speelt technologie een belangrijke rol. Zo fungeert de virtuele wereld als vervanger van de echte en maak je via internet nieuwe vrienden. Het is mogelijk om alles aan je lichaam te laten verbouwen en de ideale vriend bestaat uit bits en bytes. Eigenlijk is alles maakbaar: het lichaam, de mens, de liefde en uiteindelijk zelfs de wereld.
De personages proberen hun eigen dromen na te jagen en zichzelf ervan te overtuigen dat ze best gelukkig zijn. Juist dat gedrag voorspelt dat dit niet helemaal goed zal aflopen. Eén heftige gebeurtenis brengt alle spelers bij elkaar. Er vallen schoten, een bewoonster ligt op de grond. Samen raken de bewoners in een kortdurende extase. Dan dringt het tot hen door dat ze optreden als collectief en trekken ze zich weer terug in hun eigen kamers.

~

De leefwijze van deze jongeren blijkt zeker niet zaligmakend. Bestaat de ideale wereld dan inderdaad niet en moeten we er niet meer naar op zoek gaan? Volgens filosoof John Gray, inspiratiebron voor de Vroedt bij het maken van deze installatie, bestaat dé utopie niet. Verschillende mensen willen nu eenmaal verschillende dingen op hetzelfde moment.
Maar dat geeft niet, vindt hij. Het gaat uiteindelijk om de zoektocht naar de utopie, zoals we bij deze jongeren zien. Dat is de utopie zelf. Wellicht heeft hij gelijk, want geen enkele utopie in deze installatie is volmaakt te noemen. Juist het naast elkaar bestaan van de onvolmaakte privé-utopieën maakt het geheel interessant. Hoewel de sfeerbeelden in deze installatie mistroostig zijn, worden er werelden geschapen die fascineren en waarin je best een tijdje wilt blijven.

Mighty Society: de totaalervaring
Met Mighty society 5 levert De Vroedt wederom een interessante productie af. Hij bevestigt opnieuw dat hij een maatschappelijk thema op een verfrissende manier kan brengen. De keuze voor een theaterinstallatie, waarin elke toeschouwer zijn eigen voorstelling ziet, is bijzonder te noemen. Wie alle kamers wil bezoeken, mag er wel twee dagen voor uittrekken, want elk afzonderlijk verhaal duurt zo’n dertig minuten. En dan is er ook nog de side-show waarin Eric de Vroedt en Sarah Meuleman (Vrij Nederland) in gesprek gaan met dromers, utopisten, kunstenaars en intellectuelen. Wie al die tijd kan vrijmaken, moet zeker een kijkje gaan nemen.

Boeken / Strip

Kroniek van een befaamde studio

recensie: Ronald Grossey - Studio Vandersteen: Kroniek van een legende 1947-1990

.

Ronald Grossey schreef zijn kroniek deels uit nostalgie. Eenmaal schudde hij de hand van Willy Vandersteen, toen hij hem, samen met striptekenaar Marc Van Oppen, zijn bewerking van de Rode Ridder (Red Knight) toonde. Willy Vandersteen keurde de strip goed en Grossey was en is daar trots op. Gewoon omdat hij het plezierig vond om terug te duiken in de tijd dat hijzelf als kleine jongen naar de boekwinkel ging om er de nieuwste uitgaven van Suske en Wiske, de Rode Ridder en Bessy te ondekken. Daarnaast was hij zelf een tijd actief binnen de studio en had hij verschillende medewerkers vele verhalen horen vertellen over hun vak, waardoor hij steeds meer bewondering voor Vandersteen en zijn medewerkers had gekregen. Al te vaak werd het studiowerk afgeschilderd als puur lopende bandwerk. Dat was verre van waar, want de medewerkers van Studio Vandersteen waren en zijn stuk voor stuk vakmensen.

Vaderfiguur

Eigenlijk wilde Grossey Willy Vandersteen buiten deze Kroniek laten om te voorkomen dat het zou lijken op de zoveelste Vandersteenbiografie, maar dat lukte hem niet. Willy Vandersteen was immers de motor die alles in gang zette en zijn medewerkers de kunst van het striptekenen aanleerde. Velen droomden er van om bij Studio Vandersteen te komen werken maar niemand wist dat ze op dat ogenblik striphistorie aan het schrijven waren.

Ronald Grossey

Ronald Grossey

Elke medewerker van toen kijkt nog altijd met veel respect terug naar wat Willy Vandersteen voor hem of haar heeft gedaan. In de jaren vijftig en zestig was hij echt de baas van de studio. Toen moesten de heren nog allemaal in maatpak en de vrouwen in een mantelpak rondlopen. Na 1968 veranderde dat en werd hij meer en meer een vaderfiguur voor zijn medewerkers. Hij was zelf in armoede opgegroeid en nu gaf hij aan veel mensen de zekerheid van een vaste baan. Vandersteen hoefde nooit iemand te ontslaan want met de productie van Bessy, Jerom, de Rode Ridder en Suske en Wiske kwamen ze op de studio steeds handen tekort. Het moet dan ook verre van gemakkelijk voor hem zijn geweest toen hij de studio, met meer dan dertig medewerkers, eind 1984 verkocht aan de Standaard Uitgeverij.

Eerbetoon

Twee jaar lang interviewde Grossey zo’n 60 medewerkers voor zijn boek. Om het uiteindelijk allemaal op te schrijven nam hij verlof van zijn vaste baan als redacteur van een boekenuitgeverij en vertrok voor zes maanden met een volle koffer met interviews, boeken en artikelen naar het zuiden van Frankrijk. Het boek is een eerbetoon aan de vele vaak anonieme medewerkers van de grootste striptekenstudio die Europa ooit heeft gekend. Het is ook een boek geworden vol met anekdotes. Een mooie anekdote komt uit de tijd dat de originele geïnkte pagina’s van strips nog met de post naar Brussel werden gestuurd om in de krant gepubliceerd te worden. Op een dag moet zo’n pakket uit de wagen van de postbode zijn gevallen. Op de brug van Brasschaat lagen een halve geïnkte pagina van Suske en Wiske, twee meter verder een halve pagina van de Rode Ridder en verderop Bessy enz… Het toeval wilde dat juist toen Ron van Riet, tekenaar van Bessy en Robert en Bertrand, met de fiets op weg naar zijn schoonmoeder, dezelfde brug over reed en de striptekeningen van de ondergang kon redden.

Hoewel het boek absoluut als een eerbetoon mag worden gezien, voor zowel Willy Vandersteen als voor zijn medewerkers, heeft Grossey zeker zijn ogen niet gesloten voor de vele kritische artikelen en interviews die in de afgelopen vijftig jaar over het werk van Vandersteen zijn gepubliceerd. Kritiek die natuurlijk ook naar voren kwam in zijn eigen interviews, waarbij ook de interne conflicten niet onbesproken bleven. Als hij dat niet had gedaan, zou het boek zijn geloofwaardigheid verliezen en was al het werk voor niets geweest. Achter in het boek vermeldt hij dan ook trouw alle artikelen en interviews die hij als informatiebron heeft geraadpleegd. Naast een illustratieverantwoording besluit hij zijn boek met korte biografieën van de belangrijkste studiomedewerkers. Ook zeker niet onbelangrijk. Met meer dan 450 pagina’s vol met citaten, anekdotes en andere details is Studio Vandersteen: Kroniek van een legende 1947-1990 geen boek voor de gemiddelde Suske en Wiske of Rode Ridder lezer, maar een boek voor de echte stripliefhebber en de vele stripmakers die, net als Ronald Grossey zelf, met het werk van Willy Vandersteen en zijn studio zijn opgegroeid.

 

Film / Achtergrond
special: Deel 2

IFFR 2008

.

~

DEEL 1 | DEEL 2 | DEEL 3 | DEEL 4 | DEEL 5: Shorts | DEEL 6 | DEEL 7

Inhoud: Andalucia | L’avocat de la terreur | Dagen zonder Lief | Diary of the Dead | Estômago – A Gastronomic Story | Ploy | [REC] | Small Gods | Stellet licht | The Best of Times

De melancholie van hotelkamers
Ploy – Sturm und Drang
Ratanaruang Pen-ek • Thailand, 2007

~

Ratanaruang Pen-ek is een Thaise cineast die door een zeer nauwgezette esthetische stijl opvalt. Last Life in the universe was een prachtige lofzang op de melancholie van mysterieuze reizigers in een vreemd land; in Invisible Waves doolde een melancholieke buitenstaander door een onwerkelijke omgeving. In Ploy toont Pen-ek nog steeds dat hij een fascinatie heeft voor non-descripte en anonieme plekken, die hij stijlvol en minimalistisch weet te vangen in voorzichtig opgebouwde en schilderachtige composities. Een echtpaar komt aan in een luxe hotel in Bangkok, en het vele zwijgen van het stel hint al naar de impasse die hun relatie heeft bereikt. Via verschillende andere personages, waaronder het hippe meisje Ploy, wordt er een spanning opgebouwd die in verschillende subplots wordt uitgewerkt. Veel van deze verhaallijnen hebben wensbeelden en dromen als hun uitgangspunt, en gaandeweg krijgt het luxe hotel met zijn minimale interieurs het aura van een onwerkelijke plek. Dit motief kwam al eerder terug in Pen-eks eerdere films, waarin zijn personages zich als in trance voortbewegen door verlaten landschappen en gebouwen. Qua thematiek is Pen-ek in zijn melancholie vergelijkbaar met Kar-wai Wong, maar Ploy is niet geheel bevredigend. De verschillende plots en vermenging van genres (die variëren van romantisch drama tot thriller) zijn niet overtuigend gekoppeld, ondanks een visuele stijl die herkenbaar blijft. Er zijn wat scènes die je weten te raken met hun pure melancholie, maar Ploy mist een pakkend verhaal en beter uitgewerkte personages. (George Vermij)
Terug naar boven | Deze film op site IFFR

De machtsgreep van een kok
Estômago – A Gastronomic Story – Sturm und Drang
Marcos Jorge • Brazilië/Italië, 2007

~

Raimundo Nonato (João Miguel) stapt in Sao Paulo uit een bus, zwerft wat rond en belandt hongerig in de snackbar van Zulmiro. Die zet hem direct aan het werk, want een goedkope kracht is altijd handig. Al snel wordt duidelijk dat Nonato een groot kooktalent is, en zijn snacks trekken flink de aandacht. Zo ook van de lokale prostituee Iria, en de restauranteigenaar Giovanni. Deze laatste verleidt Nonato bij hem in dienst te komen, en zo klimt hij op de ladder. In een parallelle vertelling wordt Nonato’s verdere leven uit de doeken gedaan. Hij zit in de gevangenis, en ook hier moet hij onderaan beginnen. En ook nu blijken zijn kookkunsten deuren te openen.

Nonato is aanvankelijk een verlegen en naïef man, maar door zijn kookkunsten stijgen zijn zelfvertrouwen en trots en hij leert dat macht (net als eten) een krachtig afrodisiacum is. Estômago is een ambitieuze fabel over macht, sex en vooral eten. Soms te ambitieus: het script had wel wat strakker gemogen en niet alle personages zijn even goed uitgewerkt. Joao Miguel zet echter overtuigend de overgang neer van nederig naar ambitieus, naïef naar alwetend, afwachtend naar assertief. Regisseur Marcos Jorge weeft een dik tapijt van cinefiele verwijzingen. Uiteraard naar andere films over eten (bv Tampopo, Bella Martha, Babette’s Feast, La grande bouffe), maar via Iria ook naar de vrouwen in films van Fellini, en met de muziek naar het werk van Sergio Leone en Ennio Morricone. Maar ook zonder deze referenties te herkennen valt er genoeg te ontdekken in dit filmbuffet. (Erik Kersten)
Terug naar boven | Deze film op site IFFR

Lyrisch, maar overvol debuut
Small Gods – Sturm und Drang
Dimitri Karakatsanis • België, 2007

~

Een jonge vrouw rijdt haar auto expres tegen een stapel omgezaagde bomen aan. Haar zoontje overleeft het niet, maar zelf heeft ze nauwelijks een schrammetje. Wat zette haar aan toe zelfmoord? Er moet een reden zijn. Het kan toch immers niet zo zijn dat een moeder haar zoontje zomaar, lichtzinnig de dood injaagt? Het zijn vragen die zowel de kijker als het hoofdpersonage overvallen in de poëtische roadmovie Small Gods, de debuutprent van de Belgische regisseur Dimitri Karakatsanis. Een gedurfd en overvol drama dat zijn charme voornamelijk ontleent aan een krachtige beeldenrijkdom en de rauwe emoties die het weet op te roepen. Minpuntjes zijn de overdaad aan dramatiek en de vele religieuze verwijzingen die in de film opduiken. Een grotere mate van eenvoud was de lyriek van deze film ten goede gekomen en zou voorkomen hebben dat de kijker overvoerd werd.

In het begin van de film treffen we de jonge vrouw, Elena (mooi, breekbaar gespeeld door Steffi Peeters), aan in het ziekenhuis. Een jongen, David (Titus De Voogdt), staat over haar heen gebogen en neemt haar mee. Samen met de emotioneel beschadigde Sarah, die ze een paar dagen later oppikken, reizen ze in een camper door een kaal landschap van asfalt en verloedering dat zich nietig aftekent tegen een onmetelijke hemel. Een mythisch landschap dat herinnert aan een droom (sterk camerawerk van Nicolas Karakatsanis, de broer van de regisseur). De film ontrolt zich in retrospectief, terwijl Elena haar verhaal vertelt aan de advocaat die haar verdediging op zich heeft genomen.

Naarmate de film vordert neemt het wantrouwen toe. Is Elena wel een betrouwbare verteller? Het verhaal dat ze vertelt is zo explosief en zit zo vol onwaarschijnlijkheden dat de kijker zich gaandeweg gaat afvragen of het verhaal zich niet voornamelijk in het hoofd van Elena afspeelt. Alsof haar emoties met haar aan de haal gegaan zijn en ze een complex raamwerk heeft verzonnen waarbinnen ze zowel haar wraak- als haar schuldgevoelens een plaats kan geven. Even lijkt de film met een twist a la Fight Club dit vermoeden te bevestigen, maar Karakatsanis weet zich te beheersen en scheept zijn kijkers niet met een gemakzuchtige oplossing af. De verbeelding wint en het subtiele evenwicht tussen werkelijkheid en fantasie, tussen waanzin en begrip blijft intact. (Martijn Boven).
Terug naar boven | Deze film op site IFFR

Prikkelende herkenbaarheid
Dagen zonder Lief – Sturm und Drang
Felix van Groeningen • België, 2007

~

Zwarte Kelly, inmiddels blond maar voor de rest nog haar oude zelf, keert na een New Yorks avontuur (tijdelijk?) terug naar haar roots. Via haar leren we een groep eind-twintigers kennen die voorheen een hechte vriendengroep vormden. Kurt (een ex van Zwarte Kelly blijkt later) en blonde Kelly (jaja) hebben een zoontje en een hond. Kurts beste vriend Frederic zit onder de plak bij zijn rijke vriendin. Nick is het feestbeest dat geen spat is veranderd, en Patrick is nog slechts een herinnering aan wat is geweest. De terugkomst van zwarte Kelly werkt als een katalysator op de groep: ze halen herinneringen op, blazen hun dromen nieuw leven in, confronteren elkaar en roepen dingen die jaren verzwegen zijn. Kortom, de zoekende personages stevenen regelrecht op een conflict af. Met hun verleden, elkaar, zichzelf en met hun ambities.

De ambiguiteit die haar terugkeer oproept wordt door de personages sterk neergezet. Onder leiding van een fascinerende Wine Dierickx (Wunderbaum en Maybe Sweden) creeert de ensemblecast een mooi sjabloon voor een generatie in verwarring. Wonend in een saaie provinciestad lijken ze alles in eerste instantie prima voor elkaar te hebben, maar door de komst van Kelly worden de barsten in het glazuur duidelijk. Provinciestad Sint-Niklaas fungeert als achtergrond, en de leegheid van haar ambiteuze stadspleinen contrasteert prachtig met de ‘ons kent ons’ aard van de bewoners. De vele luchtshots en beelden van rotondes geven de film een poetische laag mee en illustreren de zoektocht die de personages ondergaan. Via sterke dialogen, vaak zeer grappige situaties, en een bruisende soundtrack (piano èn trance) schetst Felix van Groeningen een sterk portret van jongvolwassenheid en de keuzes die daarin gemaakt moeten worden. Vrienden groeien onvermijdelijk uiteen, een pijnlijke ervaring voor de groep rond Zwarte Kelly maar vanwege de herkenbaarheid ook voor de kijker. (Erik Kersten)
Terug naar boven | Deze film op site IFFR

Vermakelijke zombies, vage boodschap
George A. Romero’s Diary of the Dead – Rotterdämmerung
George A. Romero • VS, 2007

~

Een groepje filmstudenten is bezig met het maken van een mummiefilm, als er berichten binnenkomen over doden die herrijzen en mensen aanvallen en opeten. De cameraman besluit vervolgens alles wat er vanaf dat moment gebeurt te filmen en de beelden op internet te zetten. Het is het uitgangspunt van alweer deel vijf van Romero’s zombiereeks, waarin hij – door de aandacht te richten op een klein groepje overlevenden en hun belevenissen – min of meer terugkeert naar de basis.

Romero staat bekend om zijn subtiele verwerking van maatschappijkritiek in zijn films, en dit keer richt hij zijn pijlen vooral op de media en onze zucht naar informatie. Maar helaas is subtiliteit in Diary of the Dead ver te zoeken, waardoor zijn ‘boodschap’ nogal geforceerd overkomt. Los van het feit wat die boodschap nou eigenlijk is. Bovendien bestaat de cast voor het grootste deel uit standaard horrorfilmtieners die volledig inwisselbaar zijn, waardoor het lastig is je met hen te identificeren. Waar Romero wel in excelleert, is in het verzinnen van inventieve manieren om zombies definitief uit te schakelen. Dat zorgt voor erg vermakelijke momenten, maar is helaas niet genoeg om er een echt memorabele film van te maken. (Marcel Westhoff)
Terug naar boven | Deze film op site IFFR

Portret van een enigma
L’avocat de la terreur – Time & Tide
Barbet Schroeder • Frankrijk, 2007

~

Jacques Vergès, zoon van een Franse diplomaat en een Vietnamese moeder, studeerde in 1955 af als advocaat. Al tijdens zijn studententijd kwam hij uit voor zijn linkse sympathieen en sprak zich in sterke bewoordingen uit tegen het neo-kolonialisme en de rol die Frankrijk daarin speelde via de bezetting in Algerije. Die strijd bracht hem ook z’n eerste zaak toen hij ingehuurd werd om de Algerijnse activiste Djamila Bouhired te verdedigen, die terechtstond voor een bomaanslag in een cafe en uitgroeide tot het symbool van de vrijheidsstrijd. De publieke opinie onder de Fransen keerde zich tegen hem, maar al snel bleek dat Vergès juist floreerde als hij werd tegengewerkt. Zijn fascinatie voor de Algerijnse zaak en Bouhired in bijzonder ging uiteindelijk zo ver dat hij haar trouwde, direct na haar vrijlating. In de decennia daarna bewoog Vergès zich in en uit de publiciteit door vele controversiele zaken aan te nemen maar ook door een jarenlange verdwijning.

Via interviews met Vergès zelf, vele van zijn voormalige clienten, (ex)collegas en andere betrokkenen wordt een portret geschetst van een fascinerend en uiterst complex man. Hij wist zich met een lach uit de meest bizarre situaties te redden, en liet tegelijkertijd een grote emotionele betrokkenheid zien bij groeperingen en individuen die vochten tegen een koloniale bezetter. Het enige manco van de documentaire is de overdaad. In ruim 2 uur wordt zo’n berg aan informatie over de kijker gestort dat deze moeilijk te verwerken is. Maar de volhouder wordt beloond met inzicht in een man en een periode die (nogmaals) duidelijk maken dat vrijheidsstrijd en terrorisme de wereldopinie al veel langer beheersen dan sinds 9/11. (Erik Kersten)
Terug naar boven | Deze film op site IFFR | Homepage Film

Existentiële vertwijfeling
Andalucia – Sturm und Drang
Alain Gomis • Frankrijk, 2007

~

Het jammerlijke magische einde van Andalucia wordt voorafgegaan door een fascinerende collage over de verborgen levens en verblijfplaatsen van de Parijse marginalen. Alain Gomis geeft dat onbekend terrein doeltreffend vorm en zet daarmee overtuigend een andere kant van Parijs in het spotlicht zonder enig spoor van cynisme. Zwervers, gekken en ontheemden vullen s’nachts de parken in afwachting van de soep die Yacine (Samir Guesmi) hen uitdeelt. De zoon van een Algerijnse Pied Noir is niet veel anders dan hen. Ook hij heeft zich van alles onthecht en is op zoek naar innerlijke vrede. Hij zwerft van baan naar baan, woont in een caravan en zijn dag wordt bepaald door een aaneen geschakelde reeks van bizarre ontmoetingen met bekenden en vreemden. De kracht van de film ligt besloten in de acteerprestatie van de hoofdrolspeler; die als dolende dertiger soms grappig & teder, soms agressief de existentiële vertwijfeling weet te over te brengen. Een chronologisch verhaal is er nauwelijks. Wat in Andalucia overheerst zijn de flarden aan gevoelens van Yacine, die gevangen in tijd en vooroordelen probeert te ontsnappen aan de verstikkende macht van de menselijke zwaartekracht. (Antoinette van Oort)
Terug naar boven | Deze film op site IFFR

Aan liefde ten onder
Stellet licht – Sturm und Drang
Carlos Reygadas • Mexico/Nederland/Frankrijk 2007

~

Na het ochtendgebed blijft Johan alleen aan de keukentafel achter. Nog even legt Esther, zijn vrouw, een hand op zijn schouder, maar dan verlaat ook zij het huis. Langzaam wordt Johan overmand door verdriet. Hij gaat kapot aan de liefde. Niet voor zijn echtgenote, maar voor de andere vrouw in zijn leven, Marianne.
De liefdestragedie Stellet licht speelt zich af in een mennonietengemeenschap in Noord-Mexico. Ze leiden een religieus, afgezonderd bestaan en spreken Plautdietsch, een oud-Europese taal die qua klank het midden houdt tussen Duits, Scandinavisch en Amerikaans. Regisseur Carlos Reygadas (Japón, Batalla en el cielo) dwingt de kijker vanaf de eerste beelden te onthaasten, en de wereld die de film schetst over zich heen te laten komen. In bloedmooie takes legt hij de nadruk op de ongeforceerde spiritualiteit van zijn hoofdpersonages. De weidsheid van de Mexicaanse landschappen wordt echter ondermijnd door de begeerte die Johan en Marianne voor elkaar voelen.

Net als in zijn eerdere films werkt Reygadas in Stellet licht met ongetrainde spelers. Hun extreem ongeaffecteerde speelstijl werkt de hyper-realistische sfeer van de film in de hand, en maakt er een hypnotiserend geheel van. Door lange pauzes te laten vallen maken Reygadas en zijn cast ieder woord belangrijk, en wordt een tumultueuze gevoelswereld gesuggereerd. In een prachtige scène vertelt Johan zijn vader over zijn ontrouw. Met weinig woorden weten de twee spelers een compleet geloofwaardige familiale band neer te zetten.

Jammer genoeg maakt Reygadas aan het eind van de film een narratieve keuze die de zorgvuldig opgebouwde sfeer volledig verstoort. De spirituele ondertoon wordt hardhandig op de voorgrond geplaatst, en door die dwang wordt de betovering verbroken. Reygadas lijkt hiermee naar Carl Theodor Dreyers Ordet te verwijzen, maar het werkt in de context van deze film gewoonweg niet. Ondanks dat is Stellet licht alleszins de moeite waard is; een onversneden onderdompeling in de verbeelding van een visionair auteur (Marijn Lems).
Terug naar boven | Deze film op site IFFR | Homepage Film

Metafysisch liefdesdrama
The Best of Times – Film Maker in Focus
Svetlana Proskoerina • Rusland, 2008

~

Svetlana Proskoerina staat dit jaar in focus als filmmaakster. Haar volledige oeuvre inclusief de nieuwe film The Best of Times is dit jaar te zien. Proskoerina (1948) regisseert sinds 1981 en is naast haar eigen werk bekend door haar samenwerking met regisseur Alexander Sokurov. Zo schreef ze onder andere het script voor Russian Ark (2002). Proskoerina staat bekend om de Slavische melancholie die uit haar werk spreekt. Ook The Best of Times is geen lichtzinnige film. Het is een liefdesdrama waarin twee vrouwen van dezelfde man houden. De vrouwen bevechten elkaar hun leven lang om zijn affectie, en raken na zijn dood onlosmakelijk met elkaar verbonden. Heden, verleden, geheimen en herinneringen zijn verweven tot een gestileerde trage stroperige levensgeschiedenis. De vrouwen worden in verschillende leeftijdsfases gespeeld door verschillende actrices, die elkaar naadloos aanvullen. Vooral de actrices op latere leeftijd dragen de film die de driehoek van liefde en haat aan zee, en daar moet je van houden, metafysisch ontrafelt. (Antoinette van Oort)
Terug naar boven | Deze film op site IFFR

Überhorror
[REC] – Rotterdämmerung
Jaume Balaguéro, Paco Plaza • Spanje, 2007

~

Het is opvallend dat, negen jaar na The Blair Witch Project, er deze maand drie films te zien zijn die ook compleet vanuit het standpunt van de camera gefilmd zijn. Naast Cloverfield (deze week in de bioscoop) en Diary of the Dead (te zien op het IFFR) is dat ook het geval bij de Spaanse horrorfilm [REC]. Misschien dus niet helemaal origineel, maar mijn hemel, wat kan het een effectief stijlmiddel zijn. In [REC] maken een verslaggeefster en een cameraman van een lokaal tv-station reportages over wat er ’s nachts in de stad gebeurt. Dit keer verslaan ze de nachtelijke gebeurtenissen op een brandweerkazerne. Er gebeurt weinig spannends, tot er een melding binnen komt van een gillende vrouw die zichzelf in haar appartement heeft opgesloten. Eenmaal ter plekke aangekomen bijt de vrouw een politieman in de nek – en vanaf dat moment gaan het volledig los en valt er als kijker niets anders te doen dan een kwartier of vijf de film nagelbijtend te ondergaan.

Regisseurs Jaume Balaguéro (eerder verantwoordelijk voor visueel fraaie, maar weinig echt spannende films als Darkness en The Nameless) en Paco Plaza hebben een onvergetelijke zenuwslopende rollercoaster afgeleverd. En of de schrikmomenten letterlijk uit de lucht komen vallen of dat je ze mijlenver van te voren ziet aankomen: ze zijn allemaal even effectief. Een huiveringwekkend meesterwerkje, waarbij de programmeurs van het Amsterdam Fantastic Film Festival waarschijnlijk tandenknarsend hebben aangezien dat Rotterdam ‘m mocht vertonen. (Marcel Westhoff)
Terug naar boven | Deze film op site IFFR

Boeken / Non-fictie

Hoe ‘fout’ was Elsschot?

recensie: Matthijs de Ridder - Aan Borms: Willem Elsschot, een politiek schrijver

.

Over die paradox buigt Matthijs de Ridder (geen familie) zich in zijn essay Aan Borms: Willem Elsschot, een politiek schrijver. Matthijs de Ridder is recensent voor De Standaard en tevens verbonden aan het Louis Paul Boon-documentatiecentrum van de Universiteit Antwerpen. Aan Borms lijkt een voorzet te zijn voor het proefschrift over de activistische tegentraditie in de Vlaamse letteren waar hij momenteel aan werkt.

Engagement

De Vlaamse activist August Borms werd aan het einde van de Tweede Wereldoorlog geëxecuteerd op grond van collaboratie met de Duitse bezetter. Voor sommigen werd hij hiermee een martelaar voor de Vlaamse zaak. Een jaar na Borms’ executie schreef Elsschot het controversiële gedicht. In zijn boek weekt Matthijs de Ridder Willem Elsschot los uit het tot nu toe dominante literair-historische discours, waarin Elsschot tot een schrijver van ‘het menselijk tekort’ wordt gezien, de door Du Perron gebruikte vertaling van ‘la condition humaine’. Deze overheersende visie is dan ook een erfenis van Nederlandse cultuurcritici als Menno ter Braak en Jan Greshoff. Zij wilden, met alle geweld, Elsschot boven het Vlaamse uittillen en zijn schrijverschap een universeler karakter toedichten. Een lezing die volgens Matthijs de Ridder voorbijgaat aan de politieke achtergronden van Elsschots werk en de daarmee samenhangende verankering in de Vlaamse maatschappij in de eerste helft van de twintigste eeuw.

Door deze achtergronden tegen het licht te houden, is Matthijs de Ridder in staat om de paradox tussen enerzijds de ‘linksige’ schrijver Elsschot en anderzijds de auteur van het Bormsgedicht op te heffen. Volgens hem zijn in de romans Lijmen en Tsjip vele verwijzingen te vinden naar de Vlaamse maatschappij en haar ondergeschoven positie binnen België. Lijmen wordt gewoonlijk beschouwd als een parodie op de reclamewereld, Tsjip als een familieroman waarin een dochter gaat trouwen met een Pool. Zo op het eerste oog is dat inderdaad een groot verschil met het gedicht ‘Aan Borms’. Matthijs de Ridder ontwaart in het werk van Elsschot echter een rode draad, waardoor die tegenstelling opgeheven kan worden: de executie van Borms is in de ogen van Elsschot een daad van de Belgische staat tegen het Vlaamse volk en die onverenigbare tegenstelling vind je terug in verhalend werk van Elsschot. Misschien naïef van Elsschot, zo oordeelt Matthijs de Ridder, om Borms, zo vlak na de oorlog te verdedigen, maar men kan Elsschot daarmee nog niet beschuldigen van Duitsgezinde sympathieën.

Verdieping

In zijn artikel ‘Het Vlaamse vlakgom’ verwoordt Jeroen Brouwers zijn mening dat Willem Elsschot fout was ná de oorlog. Niet alleen het Borms-gedicht, maar ook brieven getuigen van een zekere sympathie voor collaborateurs. Maar ook die lezing doet tekort aan Elsschots oeuvre. En dat geldt eveneens voor De Ridders poging de onevenwichtigheid binnen Elsschots werk op te lossen. Zijn politieke lezing van het werk van Willem Elsschot berust maar op een smalle selectie van diens oeuvre. Zo worden romans als Villa des Roses, De Verlossing en Een ontgoocheling in dit boek buiten beschouwing gelaten. Matthijs de Ridder weet nergens inzichtelijk te maken waarom het model waarin Elsschot bij uitstek de auteur van het menselijk tekort is, vervangen dient te worden door een meer politieke lezing van het werk. Het is eerder een verdiepende uitwerking van een van de aspecten van Elsschots schrijverschap dan een werkelijke verschuiving. De Vlaamse politieke situatie kleurt de personages, maar bepaalt ze niet. Elsschots protagonisten worstelen eerder met hun idealen. Dat deze idealen ingebed zijn in een bepaalde periode en plaats is niet meer dan logisch, maar dat sluit een universeel karakter niet uit.

De Ridders nogal gezochte lezing van Elsschots oeuvre biedt geen nieuw perspectief voor een eventueel verder literair-historisch onderzoek. Daarvoor biedt het te weinig vernieuwende inzichten. Wellicht dat de langverwachte biografie van uitgever Vic van de Reijt een andere weg kan bieden.

Muziek / DVD

Meesterlijke gitarist doet weer van zich horen

recensie: Jimmy Rosenberg is Back

Er is al veel in superlatieven geschreven over gipsyjazzgitarist Jimmy Rosenberg. Laten we vaststellen dat hij een verdomd goeie gitarist is. Als zijn vingers in duizelingwekkende vaart over de snaren dansen is dat een lust voor het oog en het oor. Maar bij vingervlugheid blijft het niet. Ook harmonisch, melodisch en ritmisch toont hij zich een meester. Hoe rap hij de noten ook aaneenrijgt, het blijft muzikaal met een grote emotionele rijkdom.

~

Jimmy Rosenberg speelde op negenjarige leeftijd al briljant in de stijl en traditie van de legendarische Django Reinhardt met zijn Hot Club de France, de belangrijkste vertegenwoordiger van gipsyjazz in de eerste helft van de twintigste eeuw. Gedurende de jaren negentig en ook nog daarna was Rosenberg een graag geziene gastspeler bij onder andere Hot Club de Norvège en Hot Club de Suede en speelde hij samen met Biréli Lagrène en Angelo Debarre, met wie hij ook opnames maakte. Door grote druk en de omstandigheden waaronder hij opgroeide raakte hij helaas in de verkreukeling. Zijn kunst dreigde verloren te gaan, maar de menselijke geest kent een grote veerkacht en ook Rosenberg krabbelt uit het dal. In maart 2007 maakt hij zijn comeback op het podium van Paradiso, geregistreerd op de dvd Jimmy Rosenberg is Back. Het concert vindt plaats na de premièrevertoning van de bekroonde documentaire Jimmy Rosenberg, de Vader, de Zoon & het Talent, waarvan materiaal als bonus bij de dvd is gevoegd.

Opgetrommeld

~

“Mag ik een warm welkom, ik hoop dat ie er is”. Zo introduceert Jeroen Berkvens, regisseur van Jimmy Rosenberg, de Vader, de Zoon & het Talent, de gitarist. Het publiek is opgetogen en opgelucht als de verloren zoon wel degelijk verschijnt en hij het publiek breed lachend begroet. De begeleiders zijn op het laatste moment opgetrommeld en behalve broer Nomy, kent Rosenberg ze net. Toch stelt hij ze voor als zijn vrienden, sympathiek. Even is er hilariteit als hij de achternaam van de bassist niet kan noemen. We zien op slaggitaar Nomy Rosenberg, aan de staande bas Arnoud van den Berg en als percussionist Maarten van Neerven. Tijdens het optreden is er af en toe even overleg, maar de enkele uren repetitietijd hebben hun vruchten afgeworpen.

Vervoering

~

De cameraman zoomt veelvuldig in op de handen van Rosenberg, uiteraard, want daar gebeurt het. Datgene waar menig gitarist van likkebaardt. Toch jammer dat de zaal en het publiek geheel buiten beeld blijven. De repertoirekeuze is niet bepaald avontuurlijk met voornamelijk standards, hoewel dat in dit genre wel gebruikelijk is. Kunst is juist om de nummers op geheel eigen wijze te interpreteren en dat doet Rosenberg op een speelse manier. Achteloos brengt hij eventjes met één beweging een snaar in de juiste stemming. Als afsluiter is er het solonummer Improvisation No.1 van de hand van Django Reinhardt, een stuk dat adembenemende virtuositeit vereist. Het publiek is dan al lang in vervoering geraakt.

Ten slotte, het geluid van de dvd is prima, maar de beeldkwaliteit is te contrastrijk. Een stel extra lampen had wonderen kunnen doen. De dvd-hoes ziet er verzorgd uit. De hoes laat een rijke fotocollage zien, die levendigheid uitstraalt en een opgewekte sfeer. Het bijgeleverde boekje biedt aanvullende foto’s en informatie over de totstandkoming van het concert. Jimmy Rosenberg is back, inderdaad, een verdomd goeie gitarist.

Boeken / Fictie

De laatste dagen van Tolstoj

recensie: Jay Parini (vert. Aukelien Weverling en Bart Kraamer) - Het laatste station

Vijfien jaar nadat het veelgeprezen The Last Station voor het eerst verscheen, is de roman eindelijk ook in Nederland gepubliceerd.

Uitgeverij Meulenhoff was slechts een van de dertien uitgeverijen die de rechten alsnog kocht. Zij willen waarschijnlijk een graantje meepikken van de aankomende boekverfilming met niemand minder dan Anthony Hopkins en Merel Streep in de hoofdrollen.

Parini, die ook de roman Benjamin’s Crossing (1996) over de Duitse schrijver Benjamin Walter en schrijversbiografieën over onder andere William Faulkner schreef, verdiepte zich deze keer in het laatste levensjaar van de negentiende-eeuwse auteur Lev Tolstoj. In het nawoord vertelt Parini dat niet alleen het werk van Tolstoj hem inspireerde, maar ook gepubliceerde dagboeken, brieven en literaire teksten van mensen uit Tolstojs directe omgeving. De Amerikaanse schrijver smeedde de historische figuren om tot fictieve karakters, maar gebruikte veel van hun eigen woorden. Tolstoj, zijn vrouw, dochters, secretaris, uitgever en dokter, ze komen afwisselend aan het woord in de roman. Hierdoor ontstaat een caleidoscoop aan perspectieven die het laatste levensjaar van de Russische auteur beschrijft.

Wanhoop

Op 82-jarige leeftijd wordt Tolstoj omringd door bewonderaars die elk woord van de schrijver heilig verklaren. Het is een verering met een desperaat randje; iedereen in het huishouden is zich bewust van het naderende einde van de oude man. Hoewel de belangen niet direct conflicteren, ieder heeft het beste met Tolstoj voor, heeft elk personage zo zijn eigen ideeën over wat dat beste precies inhoudt. Uiteindelijk blijkt niemand in staat te zijn Tolstoj te redden van zijn eigen plaaggeesten; de schrijvers afkeer tegen de rijkdom op zijn landgoed Yasnaja Poljana en het gedwongen samenzijn met zijn vrouw Sofja Andrejevna. Haar angst dat Tolstoj na zijn dood de literaire rechten vrij geeft, waardoor zij en haar familie de inkomsten voortkomende uit auteursrechten zullen mislopen, drijft haar tot paranoïde gedrag waarmee ze ieders leven in het huishouden zuur maakt, dat van Tolstoj voorop.

Kamer van Tolstoj op Yasnaja Poljana
Kamer van Tolstoj op Yasnaja Poljana

De uiteindelijke dood van de auteur vormt de climax van een wanhopige poging van de schrijver om aan zijn oude leven te ontsnappen. Na een treintocht komt zijn reis ten einde op een klein station. Om de inmiddels doodzieke schrijver is het als een bijenkorf vol zoemende bedrijvigheid; het zijn de leden van het huishouden, journalisten en geestelijken die ieder om een eigen reden de laatste levensstrijd van Tolstoj willen meemaken.

Sofja
Ook Sofja is haar man achterna gereisd om bij hem te zijn. Al hebben de meeste personages een afkeer van Sofja, de roman is geen zwart-wit vertelling geworden waarin zij de hoofdschuldige is voor het ongeluk van haar man. In de roman komt een vrouw naar voren wier huwelijk allesbepalend voor haar leven was. Je krijgt sympathie voor Sofja die alles doet om haar bestaansrecht als negentiende-eeuwse vrouw, haar man zelf en zijn werk als een afgeleide daarvan, uit de handen van derden te houden.

Parini geeft de fictieve karakters de ruimte waardoor ze stuk voor stuk overtuigen. Hierdoor ontstaat een goed beeld van het chaotische huishouden van de Russische schrijver, zonder dat de ingewikkelde sociale structuur verwarring schept. De grootste verdienste van Parini is echter de emotionele spanningsboog die naar het laatste station leidt. Deze zorgt ervoor dat niet alleen de personages met een snik afscheid nemen, ook als lezer moet je je ongewild losmaken van de grote Russische schrijver.

Theater / Voorstelling

Onderhoudend theater over passieloze politiek

recensie: Floris van Delft - De Verlichting is stuk

De politiek ontbeert passie, dus is het niet gek dat democratie het volk onverschillig laat. Balkenende behandelt de burgers alsof het ‘stoute onderdanen’ zijn en Mark Rutte krijgt regelmatig van zijn moeder te horen: “Jongen, hebben ze je weer gepest.” Democratie mag dan een thema zijn waarvoor je niet snel je bed uitkomt, maar theatermaker Floris van Delft maakte er een bijzondere theatervoorstelling over, die een week lang werd opgevoerd in het Utrechtse theater Huis aan de Werf.

Volgens Van Delft gaat het niet goed met Nederland. Hij kan ‘de politieke poppenkast’ niet meer aanzien. Voor hem was dat reden om een theatervoorstelling in elkaar te timmeren, die door drie acteurs werd gespeeld. Het is een bewonderenswaardig initiatief, want de Nederlandse samenleving is de laatste jaren flink in beroering (moord op Fortuyn en Van Gogh, opkomst Wilders en Verdonk), maar tot het theater is daar nog maar weinig van doorgedrongen.  Met De Verlichting is stuk, dat Van Delft omschrijft als een  “theatraal debat, moderne hagepreek en verzetsdaad in één”, lijkt de theatermaker dat in één klap goed te maken.

Kersenpit

~

Een beetje te goed eigenlijk, want De Verlichting is stuk is allerminst theater waarbij je eens lekker achterover kunt leunen; als toeschouwer moet je je kersenpit er goed bij houden. En daar heb je op zaterdagavond niet altijd zin in. Toch heeft Van Delft een onderhoudende voorstelling gemaakt. De acteurs spelen het stuk met vaart en strooien er voldoende humor doorheen om het niet al te zwaar te maken. Vooral acteur Sanne den Hartog speelde een paar vermakelijke typetjes. En af en toe klonk er een belletje, waarna de voorstelling even werd stilgelegd om een bepaald begrip toe te lichten, als betrof het hier een vraag uit de televisiequiz 2 voor 12.

Het was ook een vondst om de acteurs in de pauze met flessen wijn en karafjes water rond te laten gaan, wat voor een intieme sfeer zorgde. Zoals het ook een aardig idee van de theatermaker was om tijdens de voorstelling al een verslagje te maken, dat op een groot doek werd geprojecteerd. ‘Drank uitdelen is goed’, citeerde hij Margreet Dolman, die had opgemerkt dat acteurs die drank uitdelen voor een leukere sfeer zorgen dan acteurs die dat niet doen. Voor elke avond had Van Delft namelijk een bekende gast weten te strikken, die de taak was toebedeeld om het verbale geweld af en toe te onderbreken met een snaakse samenvatting van het voorafgaande.

Man van de Straat

De voorstelling werd in de vorm van een waarheidscommissie gegoten. Iedereen mocht zijn verhaal doen en vertellen waarom hij wel of niet meedoet met de democratie. Behalve schreeuwlelijk Harry dan, een Man van de Straat, die vindt dat je alles mag zeggen. Maar in dat geblèr had de theatermaker even geen zin. Delft wilde met deze voorstelling vooral zijn eigen onvrede onderzoeken. ‘Zonder soft te worden, maar mèt stijl en graag een beetje humor’. Een elitair avondje dus, dat wel, maar wel een avondje met prikkelende analyses. Met name de protestgeneratie van de jaren zestig, die vond dat alles anders moest, maar haar idealen vergat toen ze zelf op het pluche was beland, kreeg er flink van langs.

Ook het referendum over de Europese grondwet werd verketterd. ‘Eerst roepen de politici dat Nederland genoeg heeft betaald aan Europa en vervolgens zeggen ze dat voor de grondwet moeten stemmen, anders gaat het licht uit.’  Voor Margreet Dolman was dat aanleiding om zich weer eens ouderwets lekker op te winden over ‘dictator Balkenende’, die zijn burgers als onmondige kinderen behandelde, omdat ze niet voor de grondwet wilden stemmen. ‘Oh, wat zijn mijn onderdanen stout!’ Om later overigens weer een draai van 180 graden te maken.

Pim Fortuyn

~

Dat leidde als vanzelf tot de vraag of je politici moet kunnen geloven of dat ze juist goed moeten kunnen acteren.  ‘Pim Fortuyn, dat wàs pas een acteur,’ riep Dolman enthousiast. ‘Hij meende geen reet van wat hij zei, maar vond het gewoon leuk om te provoceren.’ En Mark Rutte was ook een geweldig acteur. ‘Mark Rutte speelt zó goed een partijleider die zijn partij naar de ondergang wil helpen.’

Maar uiteindelijk mocht acteur Sanne de kernvraag  stellen: ‘Ik zie niet in wat ik heb te winnen als ik me inzet voor de democratie.’ Het liet hem allemaal onverschillig. Waarna het slotoffensief werd ingezet en het publiek allerlei vragen kreeg voorgelegd, die moesten testen wanneer ze in actie zouden komen om de democratie te redden. Democratie moest immers weer een kwestie van leven en dood worden. Of zoals Dolman het formuleerde: ‘Eigenlijk zouden we elke avond zo’n debat als dit op televisie moeten hebben, dat zou pas goed zijn voor de democratie.’

Klik hier voor meer informatie.

Film / Films

Allesverzengende liefde

recensie: Splendor in the Grass

.

~

Bud en Deanie beleven een schoolliefde in het Kansas van eind jaren ’20. Ze hebben grote moeite hun seksuele driften te beteugelen in een maatschappij die er nog van uit ging dat deze bewaard werden voor het huwelijk. Deanie’s puriteinse moeder waarschuwt haar dat een net meisje zich weet te beheersen, en Deanie doet dat dan ook. Buds vader, rijk geworden in de olie, heeft grootse plannen met hem waarin voorlopig geen plaats is voor Deanie. Hij erkent Buds behoeftes maar raadt hem aan die maar bij een niet zo net meisje te laten vervullen. De gevolgen van de breuk tussen de jonge geliefden zijn desastreus.

Splendor in the Grass is gebaseerd op persoonlijke ervaringen van scriptschrijver William Inge. Hij benaderde regisseur Elia Kazan met zijn eerste versie en al snel kwamen ze tot een overeenkomst. Inge kwam zelf met het idee om een jonge acteur te introduceren bij Kazan die nog geen films had gedaan. Kazan vond hem maar een arrogante jongeman maar zag ook de potentie die daarachter verborgen zat. Dus werd een jonge Warren Beatty voor de leeuwen gegooid, en met resultaat. Hij bleek een enorm succes, bij critici en publiek, en groeide uit tot een van Hollywoods grootste sterren.

Seksuele behoefte

~

Zijn tegenspeelster Natalie Wood was pas 22 maar acteerde al sinds haar 5e. In feite lag haar glorietijd al weer achter haar en ze had al een tijd geen fatsoenlijke film meer gemaakt. Ze werd als contractspeler echter aan Kazan opgedrongen, en hij had dan ook reserves. Maar bij hun ontmoeting raakte hij onder de indruk van haar breekbaarheid en onrustigheid, en hij zag in haar een ideale Deanie. Wood wierp zich ten volle in haar rol en ze laat een fenomenaal bereik aan emoties zien. Ze gaat van liefdesverdriet naar achterdocht, van ironie naar hysterie, van puberaal enthousiasme naar volwassen terughoudendheid. Als ze haar emoties uiteindelijk niet langer de baas kan haalt ze uit naar haar door maagdelijkheid geobsedeerde moeder in een prachtige scène in de badkamer. Als de meer dan galante Bud haar opnieuw afwijst moet ook hij het ontgelden. Ze kan haar verlangens nauwelijks controleren, en het gevoelige onderwerp van de vrouwelijke seksuele behoefte wordt hier duidelijk naar voren gebracht. Deanie personifieert de schittering in het gras, en als ze het gedicht van William Wordsworth (waaraan de film z’n titel ontleent) in de klas voorleest, is haar zenuwinzinking aangrijpend maar ook logisch.

De gebroken dromen en passies van Deanie en Bud worden op nationale schaal gespiegeld door de beurscrash van 1929, als gevolg waarvan Buds vader zijn complete fortuin verliest en die voorafging aan een jarenlange recessie. De overvloed en onschuld van de jaren ’20 worden subtiel veroordeeld in het wilde Nieuwjaarfeest dat in een grote domper eindigt voor alle betrokkenen.

HUAC

~

De film was het laatste grote success van zowel Inge als Kazan. Kazan was een icoon en heeft naast de klassiekers A Streetcar Named Desire, On the Waterfront en East of Eden nog wel meer sterke films gemaakt. Zijn getuigenissen voor het House Committee on Un-American Activities (HUAC), die hij deed om zijn carrière te redden, werden hem echter niet in dank afgenomen en uiteindelijk kwam die beslissing als een boemerang terug. Het werd hem steeds moeilijker gemaakt projecten van de grond te krijgen en hij heeft na Splendor in the Grass nog maar vier films in dertien jaar kunnen maken. In 1999 kreeg hij een ere-Oscar die deels gezien werd als eerherstel, maar uit de protesten bleek dat de HUAC-geschiedenis 50 jaar later nog steeds gevoelig ligt.