Film / Achtergrond
special: Karsu - I hide a secret

De geboorte van een ster

Hoe vaak komt het voor dat een documentairemaakster aan de wieg staat van een grote muzikale carrière? Het overkomt Mercedes Stalenhoef. Zij volgt het talent Karsu Dönmez uit Amsterdam van zingende puber met mooie dromen tot zelfbewuste vrouw die haar dromen werkelijkheid laat worden.

Stalenhoef at regelmatig in het Turkse restaurant Kilim waar Karsu haar carrière begon. Zij merkte op dat Karsu wel eens heel groot kon worden en besloot haar drie jaar lang te volgen. De documentaire begint dan ook in datzelfde restaurant, waar we Karsu haar eigen nummers horen zingen. Vanaf daar wordt de kijker meegenomen op de weg die ze bewandeld, de weg naar succes. De climax daarvan is het optreden in de beroemde Carnegie Hall, gevolgd door het tekenen van een platencontract. Stalenhoef weet van Karsu een intiem portret te maken waarin we haar steeds beter leren kennen. Ze laat goed zien hoe de aanloop naar een muzikale carrière eraan toe gaat en laat ons een kijkje nemen achter de schermen.

Intiem portret


~

Het feit dat we Karsu steeds beter leren kennen, is niet het enige wat Karsu tot een intiem portret maakt. Het lijkt tegelijkertijd een coming-of-age film te zijn waarin pubermeisje Karsu op zoek is naar zichzelf en haar weg probeert te vinden in zowel de Turkse als de Nederlandse cultuur. Stalenhoef heeft ervoor gekozen om veel beelden te laten zien van de ouders en de traditionele grootouders uit Turkije. Dat geeft een heus familiegevoel wat zorgt voor een aantal hartverwarmende scènes. 

Het blijft alleen wachten op het ‘secret’ uit de titel. De vraag of de liedjes die Karsu schrijft betrekking hebben op haar eigen leven komt geregeld terug. Hierdoor lijkt het of er gesuggereerd wordt dat dat Karsu’s geheim is. Karsu zelf weet echter niet vaak genoeg te benadrukken dat haar teksten verzonnen verhaaltjes zijn. Verzonnen verhaaltjes of niet, aan het eind van de film voel je een lichte hunkering naar het horen van meer liedjes van Karsu.

Film / Films

Zelfkant van het leven

recensie: Ne me quitte pas

Drank en zelfmoordoverpeinzingen brengen de Vlaming Bob en Waal Marcel dichter bij elkaar. In de documentaire Ne me quitte pas wordt het tweetal gevolgd in voor- en tegenspoed, immer vergezeld van bier, wijn en rum.

De film begint met het breekpunt van Marcels relatie. Zijn vrouw verlaat hem en neemt de kinderen en een groot deel van de inboedel mee. Hij smeekt haar of ze nog een keer seks met hem wil, maar nee.

Dan volgt de instorting. Door de gestrande relatie ziet Marcel geen lichtpuntjes meer in zijn leven. Samen met zijn vriend Bob bespreekt hij plannen om een einde aan zijn leven te maken. Ideeën waar Bob zich in kan vinden, zolang ze het samen doen. Het idee is er eerst nog een feestje van te maken en er daarna getweeën een einde aan te maken op een mooie plek in het Ardense bos. Wanneer Bob de plek laat zien is zijn favoriete boom helaas gekapt. Een wrang maar ook hilarisch gegeven, waarmee de toon voor de film gezet is.

Verbonden door drank

~

De twee hoofdpersonen vormen een vreemd stel. Marcel is het meest open van de twee, zwelgend in zijn ellende, maar met een tragikomische noot. Bob, de man met de hoed, lijkt zijn tragiek enkel weg te lachen. Wanneer Marcel het besluit neemt af te kicken van de drank, vindt hij dat hij niet veel bezoek krijgt in de kliniek. De verpleegster wijst hem op zijn vriend die toch altijd voor hem komt, waarop Marcel matjes zegt: ‘De man met de hoed? Die lacht alleen maar’.

Maar ondertussen zijn de twee, Marcel verslaafd aan zijn wijn en bier en Bob aan zijn rum, toch op elkaar aangewezen. De vriendschap gaat gepaard met een soort ruige eerlijkheid, zonder elkaar te willen veranderen. Hoewel Bob er voor Marcel is wanneer hij een eerste poging tot afkicken waagt, schenkt hij hem bij zijn ontslag net zo goed wijn of rum. Er zijn geen goedbedoelde adviezen, geen wijze levenslessen. Het leven van Marcel en Bob wordt impulsief en op het randje geleefd.

Rauw en eerlijk

~

De documentairemakers volgden het tweetal enkele seizoenen en schromen niet dat ‘randje’ in beeld te brengen. Zoals Marcels zucht naar drank, terwijl dat zijn dood kan betekenen. Wanneer Marcel na een bezoek aan Bob dronken op zijn motorfiets naar huis rijdt, volgen Lubbe Bakker en Van Koevorden hem in hun auto, de koplampen uit, zodat slechts die donkere weg met een zichtbaar dronken bestuurder in beeld is. Op miraculeuze wijze weet de zigzag slingerende Marcel zich veilig thuis te begeven.

Ne me quitte pas is de eerste samenwerking tussen Lubbe Bakker en Van Koevorden, van wie laatstgenoemde eerder de documentaire Ik stond erbij (2012) maakte. Van Koevorden kende Bob al voordat het filmen plaatsvond. Bobs vriendschap met de eveneens aan lager wal geraakte Marcel vormde een mooi uitgangspunt voor deze documentaire, waarin zowel de tragische, pijnlijke als humoristische kanten van hun leven getoond worden. Een troosteloos België en een troosteloos leven, die mooi door de realistische cameravoering van Van Koevorden (Lubbe Bakker was verantwoordelijk voor het geluid) gevangen worden.

Ne me quitte pas, verdeeld in hoofdstukken, is een ode aan de vriendschap tussen de twee mannen. Een vriendschap gestoeld op drank en de zelfkant van het leven, waarin plaats is voor donkere humor en een traan. Een film waarna je niets liever wil dan even meedeinen op die golf van melancholie. Met een flinke slok rum, uiteraard. 

Boeken / Fictie

Een lege woestenij

recensie: Alon Hilu (vert. Sylvie Hoyinck) - Ver weg

Hoe het leven te leven? Die vraag moet de Israëlische Alon Hilu zichzelf gesteld hebben voordat hij met het schrijven van Ver weg begon. Hij onderzoekt die vraag door twee uitersten tegenover elkaar te plaatsen.

Michaël en zijn neef Nadav zijn deze twee uitersten. Michaël leeft in vrijheid en reist dankzij een erfenis van een rijke oom uit Amerika de wereld over – van Australië tot Canada, van Brazilië tot Spanje. Nadav is twee weken later dan zijn vrienden aan zijn dienstplicht begonnen, omdat zijn vader hem een concentratiekamp wilde laten zien. Eenmaal in dienst verzet Nadav zich tegen zijn meerderen en belandt hij als straf op een basis diep in de woestijn, de meest troosteloze van Israël.

Langs elkaar heen communiceren
De twee mannen – geen bloedverwanten, Michaëls ex-vrouw is Nadavs tante – e-mailen elkaar zo’n drie jaar lang. De roman is opgebouwd uit de e-mails die ze elkaar sturen. Deze vorm houdt de twee personages op afstand van de lezer, en van elkaar: zo gaan ze niet altijd in op wat de ander schrijft. Ze praten zelfs opvallend veel langs elkaar heen. Zo zijn daar Michaëls adviezen aan zijn neef Nadav om positief te blijven denken, die hij bijvoorbeeld zo verwoordt:

Vergeet niet dat we zonder de pijn van slechte tijden, in goede tijden het genot niet op juiste waarde kunnen schatten! De pijn van vandaag bestaat zodat we ons die herinneren op andere dagen, bij een glas bier aan het strand, omgeven door goede vrienden, als we volmondig lachen en we misschien met enige weemoed terugdenken aan die moeilijke periode.

Het is een pijnlijke raad voor iemand die het niet naar zijn zin heeft in het leger. Nadav wekt dan ook niet de indruk dat wat zijn oom zegt echt bij hem landt, en schrijft vooral terug over zijn ontberingen op de basis. Soms wijst hij zijn oom terecht, wanneer die weer eens een avontuurtje met een vage vrouw heeft beleefd bijvoorbeeld. Van deze berispingen trekt Michaël zich weinig aan, hij volgt een spirituele mantra om in het moment te leven. Doordat ze zich allebei niet zo veel van de gegeven adviezen aantrekken werkt het lezen van de roman nogal op de zenuwen. Waarom blijven zij elkaar doorschrijven?

Formuleringsproblemen
Op andere momenten wordt er juist te veel gezegd. Nadav schrijft aan zijn oom in Canada: ‘Ik heb je laatste brief ontvangen, en het bijbehorende pakketje (een scherf van de spiegel die een straaltje zon had opgevangen […], een servetje doordrenkt met een restje crème brûlée uit het restaurant in het natuurreservaat…).’ Michaël weet dit, hij heeft het immers opgestuurd. Overbodig.  

Er zijn meer elementen in de roman die niet goed werken. Nadav reageert in de aanhef van zijn e-mails op hetgeen zijn oom hem daarvoor verteld heeft. Na diens deelname aan een seance schrijft Nadav aan zijn ‘zeer geliefde Michaël-het-Medium’, en later begroet hij met ‘hallo daar man der zielen.’ Allicht dat dit grappig bedoeld is, maar het komt eerder onhandig over. Datzelfde gevoel komt naar voren wanneer Michaël zichzelf op de borst klopt wanneer hij een computer- of ‘formuleringsprobleem’ overwonnen heeft. In de herhaling schuilt verveling. Over het algemeen heeft het proza van Ver weg geen last van dergelijke problemen, al is het soms dus wel wat knullig.

Onwaarschijnlijk
De titel van het boek draagt een dubbele betekenis. Als Michaël en Nadav e-mailen, zijn ze altijd in twee verschillende landen. Als Michaël een keer terug is in Israël wordt er gelijk niet meer gecorrespondeerd. Ze bellen, of ontmoeten elkaar. Dit wordt dan later, als ze weer van elkaar verwijderd zijn, in de e-mails gememoreerd. Daarnaast bestaat er ook een mentale afstand tussen de mannen, die niet nader tot elkaar komen.

Des te verrassender is dan ook de ontknoping in de epiloog, waarin de mentale afstand tussen Michaël en Nadav overbrugd blijkt te zijn. Dat de twee mannen naar elkaar gegroeid zijn, komt uit de lucht vallen. Er is geen sprake geweest van toenadering in de voorafgaande jaren (en dus e-mails), dus is deze wending niet alleen verrassend, maar ook onverwacht en zelfs onwaarschijnlijk. Met één klap stort alles wat de roman eerder opgebouwd had in elkaar.

Een leegte
De vraag hoe een mens zijn leven moet of kan leven, is in elk tijdsgewricht zeer prangend. Het is dan ook de grondkwestie in veel romans en verhalen. Zo is er de treurige en tegelijkertijd prachtige herhaling van de tijd in romans als Mrs Dalloway van Virginia Woolf en Michael Cunninghams The Hours. Of neem de melancholieke bespiegelingen over de tijd en verlies van de hoofdpersonages in romans van Cees Nooteboom zoals Rituelen en Allerzielen.

Waar die romans vertrekken vanuit de ontwikkeling van een hoofdpersoon, heeft Hilu in Ver weg een idee als uitgangspunt genomen: het in contact brengen van de spirituele oom met de nuchtere neef. Omdat de twee briefschrijvers zo weinig op elkaar reageren bloedt deze opzet al snel dood. Al hebben ze begrip voor elkaar, ze zijn uiteindelijk alleen maar met zichzelf bezig. Dat begrip wordt nooit beïnvloeding en daardoor ontwikkelt geen van beide personages zich tot iets anders dan ze al waren – en als na al dit stilstaande water de epiloog volgt, is dat een ontgoocheling. Dat maakt deze roman tot een leeg boek, gelijk de lege woestenij rondom Nadavs basis.

Film / Achtergrond
special: IDFA 2013

IDFA: Deel 4

In het vierde deel een reeks interviews met Hongaarse bejaarden, een Cubaans rapduo met maatschappijkritische teksten en een tweetal documentaires over de Cambodjaanse Khmer Rouge.

DEEL 1 | DEEL 2 | DEEL 3 | DEEL 4 | DEEL 5 | DEEL 6

Inhoud: Stream of Love | Viva Cuba Libre: Rap is War | S21, The Khmer Rouge Killing Machine/The Missing Picture

Liefde is van alle leeftijden

Stream of Love
Agnes Sós • Hongarije, 2013
4.0

~

In een Hongaars sprekend dorpje in Transsylvanië volgt filmmaakster Agnes Sós bejaarde inwoners die openlijk vertellen over liefde en verlangens. Het levert bijzondere taferelen op, zoals verhalen over vroeger, maar ook over hoe passie in het nu beleefd wordt. Opvallend is dat de inwoners hier eerlijk en zonder gêne over vertellen. De intieme beelden, vaak vergezeld van humor, gaan gepaard met mooie beelden van het landschap.

Bejaarde vrouwen die picknicken op een heuvel blikken terug op hun seksuele ervaringen van vroeger, waarbij de betreffende heuvel ook een rol innam. De tijden zijn veranderd en dat beseffen ook deze oude inwoners. Ze durven hun verlangens meer uit te spreken, zoals seksuele bevrediging en of hun man al dan niet aan hun verlangens kon toegeven. Ook de mannen blikken terug, sommigen nostalgisch ten aanzien van de liefde voor hun overleden vrouw en anderen bij wie liefde opnieuw kansen krijgt.

Dat Sós het vertrouwen won van de inwoners is goed merkbaar. Tijdens de Q&A vertelt ze dat ze altijd geïnspireerd is geweest door ouderen. Ze filmde eerst alleen en dit leverde de meest intieme en eerlijke beelden op, waarvan de meeste terug te zien zijn in haar film. De setting, waar de tijd heeft stilgestaan en voornamelijk nog bejaarden wonen, is goed gekozen. De rustieke sfeer, waar nog met paard en wagen rondgetrokken wordt, levert ook een van de mooiste uitspraken op.

Een bejaarde man vertelt dat de zon voor hem nooit voor niets is opgegaan. Heden ten dage probeert hij dan ook de harten van de oude inwoonsters te veroveren door hen te verrassen met versgeplukte bloemen uit een idyllisch landschap. Stream of Love is een klein pareltje op het IDFA, waarbij eens en te meer duidelijk wordt dat passie en liefde van alle leeftijden is en dat ouderen weer even jong kunnen zijn. (Suzan Groothuis)
Terug naar boven 

Muziek als protest

Viva Cuba Libre: Rap is War
Jesse Acevedo • Cuba/VS, 2012
4.0

~

Los Aldeanos, een Cubaans rapduo, bezingt de huidige situatie in Cuba. Het tweetal is kritisch ten aanzien van het politieke klimaat dat wordt gekenmerkt door armoede, corruptie en onderdrukking. Hoewel het duo aan populariteit wint, moeten ze hun cd’s in het illegale circuit verspreiden en kunnen ze optredens niet openlijk aankondigen. Een schrijnend voorbeeld van hoe er in Cuba om wordt gegaan met vrijheid van meningsuiting, is de arrestatie van twee broers die opgepakt worden na het beluisteren van een cd van Los Aldeanos.

Ondanks het gevaar gearresteerd te worden, deinst het rapduo er echter niet voor terug om Cuba de waarheid te vertellen. Het levert grimmige beelden op, ondermeer van een tocht door een krottenwijk die voor toeristen verborgen gehouden wordt. Dat de overwegend arme Cubaanse bevolking zich niet openlijk durft uit te spreken uit angst voor represailles van de regering, maakt van Los Aldeanos met hun stem tegen het communistisch bewind een voorvechter voor democratie en zeggenschap.

Regisseur Acevedo legde de documentatie illegaal vast. Zo werd er met iPhones vanaf de heup gefilmd, om zo min mogelijk de aandacht op zich te vestigen. Acevedo was in Cuba voor het filmen van een ander project, waarvoor hij toestemming had van de Cubaanse regering, en kon op deze manier Viva Cuba Libre: Rap is War maken. Undercover dus, waarbij met uiterste voorzichtigheid te werk moest worden gegaan. Zijn film is een moedige aanklacht tegen het moderne Cuba, waarin ontluisterende beelden te zien zijn van pure armoede en de straatcultuur. Met Los Aldeanos als onverwoestbaar en strijdlustig middelpunt. (Suzan Groothuis)
Terug naar boven 

Cambodjaanse terreur

The Khmer Rouge Killing Machine/The Missing Picture
Rithy Panh • Cambodja/Frankrijk, 2003/2013
4.0

~

De Cambodjaanse regisseur Rithy Panh werd dit jaar in retrospectie geëerd op het IDFA. Zijn S21, The Khmer Rouge Killing Machine geeft een inkijkje in de werkzaamheden in strafkamp S21, waar gevangenen op wrede wijze ondervraagd werden en uiteindelijk de dood vonden ten tijde van het bewind van Pol Pots Khmer Rouge.

Vann Nath, een van de overlevenden van het kamp, en een aantal bewakers worden met elkaar geconfronteerd in het voormalige strafkamp. Nath stelt kritische vragen aan de bewakers, die aangeven dat ook zij slachtoffer waren en moesten doen wat hen werd opgedragen. De ontmoetingen vinden in kale registraties plaats, waarbij zowel de bewakers als Nath vertellen over de gruwelijkheden die in S21 hebben plaatsgevonden. Ontmoetingen die niet uitdraaien op wat Nath had gehoopt: de bewakers lijken anno 2003 nog steeds geïndoctrineerd. Dit is vooral zichtbaar wanneer ze het dagelijkse reilen en zeilen in S21 naspelen. Er is geen sprake van menselijkheid, maar een machinale routine zonder emotie.

Nath is slechts een van zeven overlevenden, wat een waar wonder genoemd mag worden. S21 bood namelijk geen ontsnapping. Het was een manier van de Rode Khmer om de vijand te elimineren. Met de ondervragingen dwong de Khmer bekentenissen af, die vaak nergens op gestoeld waren, of namen van de vijand. Uitputting en wrede martelingen leidden uiteindelijk tot de dood.

S21, The Khmer Rouge Killing Machine is een confrontatie met een wreedheid die nog maar recent plaatsvond. De vragen die Nath stelt worden niet beantwoord. Waarom de gevangenen zo wreed werden behandeld, waarom de bewakers de bevelen klakkeloos opvolgden en bovenal, wie de vijand eigenlijk was. Hoewel Panhs film op gegeven moment repetitief wordt in het naspelen van routines in het kamp en het opsommen van alle wrede handelingen die werden uitgevoerd, is het een noodzakelijk document. De schilderijen van Nath, waarin zowel de bewakers als de cellen met gevangenen met oog voor detail zijn vastgelegd, vormen daarbij een stille ooggetuige.

In Panhs nieuwste film, The Missing Picture, draait het ook om Cambodja eind jaren zeventig, waar Pol Pots Rode Khmer de scepter zwaaide. Maar in tegenstelling tot S21, The Khmer Rouge Killing Machine is The Missing Picture een persoonlijk document. Uniek hierin is het gebruik van kleien figuurtjes, die zowel Panhs familie, medegevangenen als bewakers uitbeelden. De vraag die centraal staat, is wat het missende plaatje is. Panh, ook overlevende, heeft alle plaatjes echter als herinneringen in zijn hoofd zitten. Onverwoestbare herinneringen aan mooie, maar ook gruwelijke tijden. Herinneringen die verbeeld worden aan de hand van de kleien figuurtjes, die in verschillende ensceneringen worden gebruikt. Bijgestaan door een enkele foto, bewaard en gespaard gebleven.

Als jongetje was Panh gelukkig. Totdat de Khmer Rouge-dictatuur zijn intrede deed en de vijand ofwel in strafkampen belandde, ofwel te werk werd gesteld op het land. Zoals met Panh en zijn familie gebeurde.  In voiceover vertelt Panh over hun lotsbestemming, maar ook over het ware plaatje. De footage die uit die tijd stamt was namelijk propaganda voor de Khmer Rouge.  Harde werkers die met het gezicht in de plooi het land bewerkten werden op camera vastgelegd. Waarmee een soort trotsheid gesuggereerd werd. ‘Wij hebben graan, wij hebben harde werkers’. De werkelijkheid die erachter stak werd verborgen gehouden. De armoede, uitputting en dood. In poëtische overpeinzingen verhaalt Panhs voiceover van de ware geschiedenis. De kleien figuurtjes en het geënsceneerde landschap doen daarbij levensecht aan. De honger, uitputting en dood worden letterlijk in het klei gebutst.

Net als in S21, The Khmer Rouge Killing Machine kent The Missing Picture een repetitief karakter. Naar het einde toe verhaalt Panh vooral over het valse plaatje dat de Rode Khmer het land voorhield en de werkelijke intentie die erachter stak. Een wat kortere speelduur had de film niet misstaan, maar dat is de enige kritiek op een bijzonder origineel en persoonlijk document. Een document waarin Panh nogmaals schetst dat de Rode Khmer een bloederige en onvergetelijke bladzijde uit de geschiedenis vormt. (Suzan Groothuis)
Terug naar boven 

Film / Achtergrond
special: Sylvia Hoeks

‘Geoffrey Rush wilde mij hebben’

Is er veel verschil in voorbereiding tussen een korte en lange film?Een speelfilm heeft een langere lijn en een langere rode draad, dus je bent er veel meer met de regisseur over aan het praten. Er zit ook meer ontwikkeling in, denk ik. Bij een korte film zit een zelfde soort ontwikkeling, maar in een korter tijdsverloop. Het is bij beide soorten films gewoon belangrijk om te weten wat je personage voor persoon is, wat voor beslissingen ze neemt, wat de catharsis is, et cetera.

Is het moeilijker om in korte tijd een overtuigend personage neer te zetten?Nee, niet per se. Het ligt er heel erg aan hoe het script is geschreven of het moeilijk is of niet (lacht). En hoe de regisseur kan regisseren.

Jim Taihuttu zei in een interview met cinema.nl dat hij de korte film meer ziet als een demonstratie van je kunnen. Zie jij dat ook zo?

~

Ik heb twee korte films met Jim gemaakt, dus in dat opzicht ben ik het wel met hem eens (lacht wederom). Hij heeft daarin laten zien wat hij kon en ik vond de films heel erg mooi. Deze korte film van Bram Schouw is een internationale korte film, een samenwerking met Amerikaanse acteurs en crew. Ik ben de enige Nederlandse actrice en de film draagt een internationale boodschap uit, iets universeels. Ik hoop dus dat het meer wordt dan alleen een demo, maar ik heb alle vertrouwen in Bram. Hij is gewoon een goede regisseur.

Van toilet naar toilet

8WEEKLY ontmoet Sylvia Hoeks op het Neude tijdens het Nederlands Film Festival. Ze heeft zich net opgemaakt (in het toilet van het antipastirestaurant) en loopt gekleed in grote wollen trui en spijkerbroek het terras op. Het zomerjurkje ‘voor de yuppen’ moet maar in het toilet van de bioscoop aangetrokken worden, waar ze iets later op de avond het tweede seizoen van Overspel zal promoten. Daar is het nu te koud voor. Maar eerst nog een hapje eten. Tijdens het eten praten we verder over The Best Offer van regisseur Giuseppe Tornatore, een film die genomineerd is voor ‘Beste Europese film’ en ‘Beste Europese regisseur’ van de European Film Awards. Daarin speelt Sylvia de mysterieuze en mensenschuwe Claire die langzaam een band opbouwt met veilingmeester Mr. Oldman.

Hoe kreeg je de rol van Claire?Giuseppe kon heel lang niemand vinden en zei toen tegen Geoffrey dat hij ook best mocht helpen met zoeken. Het ging immers om zijn tegenspeelster en het is zijn grote rol. Geoffrey kwam uiteindelijk bij mij uit, belde Giuseppe van ‘die wil ik’ en toen kreeg ik daarna een telefoontje dat Geoffrey Rush mij eigenlijk wel wilde als zijn tegenspeelster. Ik dacht: ‘Oke, dat lijkt me wel een goed idee.’ (lacht) Ik sprong natuurlijk een gat in de lucht. Vervolgens ben ik naar Rome toe gegaan voor audities met Giuseppe, en het was helemaal fantastisch om hem te ontmoeten en verhalen te horen over zijn films. Ik heb die nacht het script gelezen en de dag erna moest ik wat scènes opnemen. Het was echt een enorme wirwar in mijn hoofd, maar drie dagen daarna hoorde ik dat ik de rol had. Een week later stond ik al op de set.

Hoe waren de repetities?We repeteerden afgelopen Pasen op een prachtige locatie genaamd Chivita. Dat ligt net buiten Rome. Een heel mooi uit de grond opgestegen eiland, omdat het omringend gebied door een aardbeving is vernield. Het is echt een soort eiland –  er zijn ook geen auto’s, het is bizar. We zaten daar drie dagen lang te repeteren in alle stilte.

En toen draaien.

Sylvia Hoeks begon haar acteercarrière, na een modellencarrière, met het televisiedrama Staatsgevaarlijk, waar ze samen met Romijn Conen en Pierre Bokma speelde. Al snel volgde een kleine rol in Gooische Vrouwen en een hoop korte films. Sinds Duska, waarvoor Sylvia een Gouden Kalf ontving, is ze bekend bij het grotere publiek. Daarna had ze onder meer hoofdrollen in De Storm, Tirza en De Bende van Oss.

Sylvia Hoeks heeft een druk jaar achter de rug. Ze maakte een korte film met Bram Schouw en speelde in het tweede seizoen van het populaire Overspel. Daarnaast zitten de opnames van Bro’s Before Ho’s erop, de nieuwe film van New Kids-regisseurs Steffen en Flip. Ook was Sylvia de tegenspeelster van niemand minder dan Geoffrey Rush in het Italiaanse drama The Best Offer.

Celebrating life is het thema van de korte film die Sylvia maakte met Schouw, waarin ze een meisje speelt dat moet leren ‘om moeilijke momenten los te laten en ieder moment van het leven moet pakken.’

Is het moeilijker om in korte tijd een overtuigend personage neer te zetten?
Nee, niet per se. Het ligt er heel erg aan hoe het script is geschreven of het moeilijk is of niet (lacht). En hoe de regisseur kan regisseren.

Jim Taihuttu zei in een interview met cinema.nl dat hij de korte film meer ziet als een demonstratie van je kunnen. Zie jij dat ook zo?

~

Ik heb twee korte films met Jim gemaakt, dus in dat opzicht ben ik het wel met hem eens (lacht wederom). Hij heeft daarin laten zien wat hij kon en ik vond de films heel erg mooi. Deze korte film van Bram Schouw is een internationale korte film, een samenwerking met Amerikaanse acteurs en crew. Ik ben de enige Nederlandse actrice en de film draagt een internationale boodschap uit, iets universeels. Ik hoop dus dat het meer wordt dan alleen een demo, maar ik heb alle vertrouwen in Bram. Hij is gewoon een goede regisseur.

Van toilet naar toilet

8WEEKLY ontmoet Sylvia Hoeks op het Neude tijdens het Nederlands Film Festival. Ze heeft zich net opgemaakt (in het toilet van het antipastirestaurant) en loopt gekleed in grote wollen trui en spijkerbroek het terras op. Het zomerjurkje ‘voor de yuppen’ moet maar in het toilet van de bioscoop aangetrokken worden, waar ze iets later op de avond het tweede seizoen van Overspel zal promoten. Daar is het nu te koud voor. Maar eerst nog een hapje eten. Tijdens het eten praten we verder over The Best Offer van regisseur Giuseppe Tornatore, een film die genomineerd is voor ‘Beste Europese film’ en ‘Beste Europese regisseur’ van de European Film Awards. Daarin speelt Sylvia de mysterieuze en mensenschuwe Claire die langzaam een band opbouwt met veilingmeester Mr. Oldman.

Hoe kreeg je de rol van Claire?
Giuseppe kon heel lang niemand vinden en zei toen tegen Geoffrey dat hij ook best mocht helpen met zoeken. Het ging immers om zijn tegenspeelster en het is zijn grote rol. Geoffrey kwam uiteindelijk bij mij uit, belde Giuseppe van ‘die wil ik’ en toen kreeg ik daarna een telefoontje dat Geoffrey Rush mij eigenlijk wel wilde als zijn tegenspeelster. Ik dacht: ‘Oke, dat lijkt me wel een goed idee.’ (lacht) Ik sprong natuurlijk een gat in de lucht. Vervolgens ben ik naar Rome toe gegaan voor audities met Giuseppe, en het was helemaal fantastisch om hem te ontmoeten en verhalen te horen over zijn films. Ik heb die nacht het script gelezen en de dag erna moest ik wat scènes opnemen. Het was echt een enorme wirwar in mijn hoofd, maar drie dagen daarna hoorde ik dat ik de rol had. Een week later stond ik al op de set.

Hoe waren de repetities?
We repeteerden afgelopen Pasen op een prachtige locatie genaamd Chivita. Dat ligt net buiten Rome. Een heel mooi uit de grond opgestegen eiland, omdat het omringend gebied door een aardbeving is vernield. Het is echt een soort eiland –  er zijn ook geen auto’s, het is bizar. We zaten daar drie dagen lang te repeteren in alle stilte.

En toen draaien.
Ja, de repetities waren al heel inspirerend en toen zijn we de week daarop gaan draaien. Toen heb ik drie maanden rondgereisd met de hele groep.

In Nederland is de film nog niet uit, vind je dat jammer?
Nou, hij komt binnenkort in België uit. Hij gaat in 2014 in Amerika draaien en misschien komt de film ook nog in Nederland uit. Nederland is toch vaak een van de latere landen. Het begon in Italië, waar de film zes Italiaanse Oscars won, en was daarna een succes in Spanje, Duitsland en volgde de oversteek naar Azië. Dat resulteert in allemaal grappige posters. Maar in al deze landen draaide een gedubte versie (nagesynchroniseerd), dus pas toen de film in Australië uitkwam zagen mensen voor het eerst het origineel. Pas toen hebben Amerika en België de originele film gekocht.

En vervolgens acteer je in Bro’s Before Ho’s. Dat is een behoorlijke overgang, lijkt me.

~

Ja (lacht). Ik wilde die film gewoon heel graag doen. Ik had daar gewoon heel veel zin in. Ik denk dat het voor een acteur ook wel leuk is om verschillende dingen te doen. Ik heb zoveel drama gedaan en ik hou ook erg veel van drama. Ik vind het prachtig om te spelen, maar ik wilde ook graag iets anders. Steffen en Flip belden mij en zeiden dat ze een rol voor me in gedachten hadden en vroegen of ik het script wilde lezen. Ik las het script en moest vervolgens keihard lachen. Dus ik dacht: ‘ik doe het gewoon.’

In hoeverre gaat Bro’s Before Ho’s verschillen van New Kids?
Bro’s Before Ho’s wordt toch wel heel anders. Die vorige films waren over de top, met een enorm accent en deze film is qua acteerwerk wat subtieler en heeft geen accent.

Je speelt Anna, het meisje dat uiteindelijk tussen de twee broers in komt te staan nadat blijkt dat beide broers haar leuk vinden. Hoe begerenswaardig is Anna?
(lacht). Ja, dat moet je niet aan mij vragen. Ik kan niet voor andere bedenken of ze grappig is. Ik kan alleen zelf bedenken of ik haar geloof. Het is gewoon een heel leuk meisje, dat op een leuke manier naïef is tegenover mannen. Ze heeft niet zozeer in de gaten dat ze soort van gewaardeerd wordt. Het is een meisje met een goed hart, ze werkt met autisten en mensen met het syndroom van Down. Dat is haar passie. En beide jongens worden er verliefd op, dus in dat opzicht is het een hele vrolijke film. Ze is leuk, aardig, ze lacht veel, ze is verliefd op de autisten.

De lompe grappen komen niet van haar kant?
Nee, maar ze reageert er wel heel leuk op. Af en toe komt er trouwens wel een grap van haar kant.

Wordt de film net zo’n hit als New Kids, denk je?
Voor mij gaat het bij het maken van een film niet zozeer om het resultaat, het is meer het filmen zelf. Dat is voor mij al zo’n cadeau geweest bij hen, we hebben zo fijn gewerkt en het was heerlijk om met Theo Maassen, Daniël Arends, Tim en Steffen en Flip te werken. Ik heb daar zoveel lol gehad, dus ik heb ook wel vertrouwen in het resultaat.

Bro’s Before Ho’s verschijnt vanaf 5 december in de bioscopen. De uitreiking van de European Film Awards zijn twee dagen later, op 7 december, in Berlijn.

Muziek / Album

Niet alleen blues

recensie: Hamilton Loomis - Give It Back

.

Loomis wordt al snel in de blueshoek geschoven. Natuurlijk heeft zijn muziek veel blues in zich, maar al bij het openingsnummer ‘Stuck In A Rut’ krijgen we een heerlijke portie funk baslicks in zijn muzikale cocktail uitgeserveerd. Met Give It Back heeft Loomis zijn achtste album gemaakt. Maar Loomis geniet niet een dusdanige bekendheid dat er een grote schare fans op het puntje van de stoel zit te wachten op het nieuwe werk.

Moore en Michael

~

Het is bijna onontkoombaar om bij het beluisteren van Give It Back te denken aan een band als Level 42. Het ene moment steekt de poppy kant van Gary Moore de kop op om het andere moment weer helemaal een andere richting op te gaan. Het titelnummer ‘Give It Back’ zet je als luisteraar op het pop-/rock-spoor in plaats van de blues die je van Loomis zou verwachten. Het lichtvoetige ‘Everything I Have’ zit in dezelfde hoek. Dat Loomis ook een fijne ballad kan schrijven is te horen in ‘A Woman Like You’, wat door sommigen mogelijk te zoet gevonden wordt.

Met ‘High’ keert Loomis terug naar het bekende met blues doorspekte geluid, waarna in ‘Fool Sometimes’ zijn zachte kant prevaleert met een soul-sound. Met ‘One More Take’ lijkt Loomis op George Michael. Het nummer had zomaar door deze zanger gedaan kunnen zijn. Zelfs de koortjes uit de tijd van Wham! zitten erbij.

Zoeken naar pakkend liedje
Het is overduidelijk dat Hamilton Loomis op Give It Back niet alleen voor de blues kiest. Het gevolg is dat hij met een plaat die van vele markten thuis is ook niet voor een vaste groep luisteraars heeft gekozen. Loomis gokt op een plaatsje in de middenmoot van de muziekliefhebbers die van allerlei genres een beetje houden. Het haalt hem weliswaar uit de blues-hoek, maar bij zijn poging om een plaatsje te veroveren in een drukke vijver is het zaak om even boven het maaiveld uit te steken met bijvoorbeeld een heel pakkend liedje. Zo’n pakkend liedje is na een aantal draaibeurten niet uit de playlist gesprongen. Het album is lekker afwisselend, maar of het de harde strijd om de grote hoeveelheden luisteraars zal winnen is maar zeer de vraag.

Het kan Loomis niet ontzegd worden dat hij kwaliteiten heeft op vele vlakken. Maar juist die afwisseling zou hem hier wel eens het beoogde succes kunnen laten mislopen. Misschien dat hij live wel meer blues in zijn liedjes stopt.

Live in Nederland:
29 november De Piek, Vlissingen
30 november Witte Bal, Assen
12 december W2, Den Bosch
15 december Paradiso, Amsterdam

 

Boeken / Fictie

De smaak van afhankelijkheid en eenzaamheid

recensie: Elisabeth van Nimwegen - De smaak van ijzer

.

Marie heeft een vriendin die haar pusht, kleineert en manipuleert. Toch bewondert ze vriendin Fanny en heeft ze zichzelf aan haar vastgeklampt. Als Fanny afstand neemt, nadat zij niet door mag naar het volgende jaar van de toneelschool en Marie wel, wordt zichtbaar hoe eenzaam Marie eigenlijk is.

Fanny is het soort vriendin dat je hele leven opeist alvorens ze je inwisselt voor een ander. Een giftige, manipulatieve vriendschap die Marie alleen en eenzaam achterlaat. Maar dat wist ze eigenlijk al. Toch is ze er in meegegaan. Fanny noemt haar haar tweelingziel, en Marie wil maar al te graag geloven in deze zogenaamde hechte band. Tegelijkertijd haalt Fanny Marie constant naar beneden met sneren als:

Ik ben te eigenzinnig en te autonoom om op die school te blijven. (…) Mijn geest is niet te snoeien: ze kunnen me niet kneden zoals jou en al die andere brave madammekes!

En bedankt.

De orde van de yoni
De vriendschap tussen de twee balanceert op het zieke. Is het slechts bewondering of is er ook sprake van enige lust? De ‘zusters’ hebben elkaar geproefd, onder druk van Fanny, en zijn ‘zusters in de orde van de yoni’. Toch niet. De vriendschap is scheef. Marie mag geen geheimen hebben en moet Fanny altijd op de eerste plek hebben staan terwijl Fanny dagenlang verdwijnt en ‘oude vrienden’ heeft van wie Marie niets afweet, zoals Raf, voor wie Fanny Marie op het einde verlaat.

Van Nimwegen laat de aantrekkingskracht en de negativiteit van Fanny voldoende zien om als lezer te begrijpen waarom iemand haar grollen zou tolereren, maar ook om te begrijpen waarom Marie er op het cruciale moment van de roman niet is voor Fanny. Je zou haar zelf ook niet meer serieus nemen. De vriendschap heeft meer weg van een destructieve liefdesrelatie. Je bent blij dat Marie uiteindelijk voor zichzelf kiest.

Bittere nasmaak
De smaak van ijzer is een debuutnovelle die lekker wegleest. Toch is er meer nodig om het echt een aanrader te noemen. Op de momenten dat Marie opgaat in haar toneelspel en haar mannetje staat, wordt ze een interessant personage, maar daarbuiten is ze niet heel boeiend. Ook de plot is weinig verrassend. Maar de novelle laat wel zien dat van Nimwegen kan schrijven.

Vooral in de afsluitende hoofdstukken schrijft ze goed. Met een simpele ‘Ze past verdomme ook in elk decor’, laat Van Nimwegen Maries frustratie en Fanny’s wispelturigheid zien, geheel passend binnen de setting van de toneelschool. Simpel en doeltreffend. Hetzelfde gebeurt in de zin ‘Het laatste wat ik zie als ik nog een keer omkijk is Raf.’ Die Fanny die Marie kende, is er niet meer, op dit moment in het verhaal is Maries Fanny omgetoverd tot Rafs Fanny. Die zal ze blijven, tot ze ook hem zal inwisselen voor iemand anders.

De eerste smaak in Maries mond die de lezer meekrijgt is de smaak van Fanny’s fanny, de laatste die van het bloed uit de stukgebeten lip van haar docent die tussen haar en Fanny in is komen te staan – de smaak van ijzer. Marie bijt letterlijk van zich af als deze docent – die Fanny van school heeft gestuurd terwijl hij het bed met haar deelde – probeert van Marie zijn nieuwe liefje te maken. Het laatste wat Marie nodig heeft is nog zo’n destructieve relatie in haar leven. Dus hoewel de novelle sluit met een eenzame bittere nasmaak, is er ook een gevoel van vrijheid, want dat Marie beter af is zonder Fanny of deze docent moge duidelijk zijn.

Boeken / Fictie

Schetsen van de hedendaagse zelfkant

recensie: Justine le Clerq - Wegens geluk gesloten

.

In Wegens geluk gesloten dist Justine le Clercq een flinke handvol korte verhalen op, voornamelijk bevolkt door outcasts van diverse pluimage. Zijzelf is als voormalig dakloze bekend met die zelfkant. Ze keerde zich er niet van af om met een schone lei opnieuw te beginnen, maar blijft zich om haar vroegere lotgenoten bekommeren. Door het realisme heen is meedogen voelbaar zonder dat het zich opdringt.

Het gaat in de bundel meer om schetsen van situaties dan dat de figuren volop gestalte krijgen. Die blijven met alleen de hoognodige achtergrondinformatie op veilige afstand, ook de wisselende ik-figuren. Precies zoals ze gewoonlijk worden bekeken door wie het geluk heeft niet aan lager wal te zijn geraakt. Op afstand kan er enige sympathie voor ze gevoeld worden. We zijn trouwens met ze bekend uit menige documentaire bron. Waardering voor de verhalen zelf stijgt waar Le Clercq literair het nodige, maar ook weer niet te veel weet toe te voegen.

Onnadrukkelijk
Eerste zin van een verhaal: ‘Hij is dood.’ Laatste zin: ‘Eten we prei?’ Duidelijk moet intussen zijn dat iemands akelige dood (‘Aids kent geen elegante afscheidsfase’) niet in de kouwe kleren gaat zitten. Toch is tegelijk de vraag of de wasmachine van de overledene kan worden overgenomen. En of er straks prei gegeten wordt. De boodschap dat dat nu eenmaal zo gaat, is is tussen de regels door te lezen. Zoals ook in ‘Boutade’, waarin familieperikelen op de achtergrond meespelen, maar niet wordt uitgelegd welke. In ‘Giraffenblond’ begrijpt de oplettende lezer dat heden en verleden zich impliciet vermengen en wat er tussen de personages zoal speelt. De betere verhalen zijn die waarin zich geleidelijk ontvouwt wat er aan de hand is.

Door het schetsmatige en ook, ondanks alle ellende, door de redelijk opbeurende toon en het formuleerplezier (‘Ik ken geen boerinnen, maar dit lijkt me er een’, in een ziekenhuis ‘hing de geur van ziek vlees’, vrouwen werken ‘liederlijke gebakjes’ naar binnen) doen sommige verhalen aan Kronkels van een 21e-eeuwse Simon Carmiggelt denken, al had die meer op met alcohol als drug. Een verhaal als ‘Opa’ had door hem geschreven kunnen zijn. Le Clercq heeft laten weten dat ze inspiratie aan Bukowski ontleent, al heeft die een kwaadaardiger insteek. Le Clercq legt een lichte zweem van laconiek cynisme over haar verhalen. Dit verraadt iets over haar positie tussen haar vroegere bestaan en het burgermansbestaan, waar ze, zo begrijpen we, nooit veel mee op zal kunnen hebben.

Prachtig begin
De verhalen beginnen vaak beter dan ze eindigen, zeker als Le Clercq naar iets clou-achtigs heeft gezocht. Een voorbeeld van een prachtig begin is onderstaande passage:

Die dag was ik stervende. Het sterven duurde de hele middag, maar werd onverwacht afgebroken. Om zeven uur zat ik weer aan tafel; nog wel beduusd van het sterven, maar ook verrast door de geluiden van bakkend vlees en kletterend bestek.

Vanwege de beperktheid van het beschreven milieu, hoe uiteenlopend de types daarin ook zijn, lokt het niet aan de verhalen achter elkaar te lezen. Dan sorteren ze ook minder effect doordat ze uiteindelijk toch aan de buitenkant blijven cirkelen van wat er zoal gebeurt. Het heeft er alle schijn van dat Le Clercq uit aantekeningen van vroeger put. Wat valt er voor haar te schrijven als die op zijn?

Boeken / Achtergrond
special: Presentatie eerste exemplaar van de biografie van Willem Frederik Hermans

Mislukkingen gelukt, maar ook wraak zal lukken

.

~

Otterspeer heeft voor zijn twee- of driedelige biografie – De mislukkingskunstenaar is het eerste deel – volledige toegang tot het Hermans-archief, wat niet gold voor Hans van Straten. Die kwam al in 1999 met zijn biografie, een wat monomane opsomming van heel veel die in de kritiek keihard werd afgeserveerd. Otterspeer lijkt hoog de hemel in geprezen te worden, gezien ook de speeches in De Rode Hoed en de merkbare bijval. Een thuiswedstrijd, zoals de biograaf sportief opmerkte.

Het was Max Pam die als eerste De mislukkingskunstenaar besprak en wel in negatieve termen. Hij duidt het als ongerijmd dat Otterspeer het mislukkingsmotief op een schrijver toepast die zeer succesvol was. Nogal een enormiteit, want het motief heeft betrekking op het oeuvre, niet op de mens cq. schrijver Hermans. Ook heeft Pam al te gewillig zijn oor laten hangen naar zogeheten Hermans-deskundigen die weinig met Otterspeer op lijken te hebben. Men vermoedt oud zeer dat Pam goed uitkwam.

Hermans-kloon
Wie weet heeft Max Pam als een zelfbenoemde Hermans-kloon de vloer willen aanvegen met de biografie waarvan de auteur bij leven en welzijn niets moest weten. Postume dienst bewezen, maar niet bijster gelukt. Schrijver Tommy Wieringa kon het op de Hermans-avond niet laten Pam vilein in zijn hemd te zetten. De zaal genoot met volle teugen. Ook Otterspeer zelf kwam met een indirecte sneer toen hij opmerkte dat Hermans met zijn verhalen als een tumor in het brein van de lezer wilde doordringen. Bij sommige lezers is dat goed gelukt, voegde hij eraan toe.

Otterspeers redacteur Thomas van den Bergh vroeg hem of hij een andere kijk op Hermans heeft gekregen. Het antwoord luidde dat de bewondering alleen maar is toegenomen. Als mens was de schrijver een enorm orgel met een enorm register. Al was hij uitgesproken onhandig in het vasthouden van zijn kat, hij kon ook teder zijn. Toen zijn vrouw in het ziekenhuis op het punt stond voortijdig te bevallen, besefte ze helemaal geen babykleertjes bij zich te hebben. Meteen na de miskraam heeft haar man thuis alle sporen van de zwangerschap weggewist. Wat Otterspeer ook inzag was dat de zelfmoord van Hermans’ iets oudere zus Corrie, ondanks hun wanverhouding, het scharnier vormde in zijn oeuvre. En nu ook in de biografie.

Sadisme
Roemrucht is Hermans’ meedogenloosheid. Misbruik definieerde hij als mensen langer gebruiken dan je ze nodig hebt, medelijden als gemaskerd sadisme. Als publiek figuur lette hij erop hoe hij over wilde komen, op dat idee gebracht door foto’s van een misantropisch poserende Slauerhoff. Dat was te zien in een fragment van Literaire ontmoetingen uit 1969, waarin de auteur thuis in Haren werd opgezocht. Zijn optreden en teksten had hij nauwgezet voorbereid. Voor de beeldvorming mocht niets aan het toeval worden overgelaten. Tegelijk meende hij alles wat hij zei.

Een andere vraag was of Otterspeer in de De mislukkingskunstenaar niet al te veel in het teken van de mislukking heeft bezien. Maar de biograaf hanteert het motief louter als leidraad waaromheen uiteenlopende essays cirkelen. Aan de lezer om kritisch mee te lezen en eigen conclusies te trekken. De biografie in het algemeen is het genre van de twijfel. Hermans kon onmogelijk een figuur uit één blok worden. De wetten van fictie voor romans gelden ook voor de non-fictie van een biografie. Het beste zou nog zijn, zoals Graham Greene nu te beurt valt, om tegelijk vier biografen apart van elkaar aan het werk te zetten, zodat de bewijsvoering meer invalshoeken kent.

Wraak
De reden waarom De mislukkingskunstenaar zo dik heeft uitgepakt, is dat het doodzonde was om niet uitgebreid uit de schitterende brieven te citeren. Ook al omdat het archief nu voor dertig jaar op slot gaat, wat overigens door een betrokkene in de zaal werd weersproken: iedere aanvraag voor inzage wordt op zijn merites beoordeeld. Het eveneens omvangrijke tweede deel van de biografie draait om het wraakmotief. Wraak en rancune, waarvan Hermans’ verhalen zijn doortrokken, ziet Otterspeer als fundamentele emoties, zeker waar die tot grote kunst leiden.

Eind volgend jaar moeten we deel 1 uit hebben, zodat we naadloos aan deel 2 kunnen beginnen. Ook valt uit te zien naar het eindoordeel van Max Pam als hij ten langen leste tot bezinning is gekomen.

Boeken / Fictie

De underdogs van Hollywood

recensie: Patrick deWitt (vert. Saskia van der Lingen & Caroline Meijer) - Afwassingen

Voordat Patrick deWitt doorbrak met zijn alom geprezen De gebroeders Zusters werkte hij in een grimmige bar in Hollywood. Zijn ervaringen vormden de inspiratie voor zijn debuut Afwassingen, dat onlangs in een Nederlandse vertaling verscheen.

Het is niet het glamoureuze en succesvolle Hollywood dat DeWitt beschrijft, integendeel. De clientèle van de bar bestaat uit zwervers, junks, een cokedealer die soms zijn kinderen meeneemt, een in de vergetelheid geraakte kindster en alcoholistische juffen. Onder invloed van heftig drank- en drugsgebruik zitten de klanten hun dagen uit, terugverlangend naar betere tijden. De ondertitel van de roman, ‘Aantekeningen voor een roman’, verklaart de vertelsituatie die DeWitt hanteert. Afwassingen is namelijk geschreven vanuit de tweede persoon, een vertelvorm die steeds vaker gehanteerd lijkt te worden. Het hoofdpersonage blijft overigens naamloos.

Verknipte figuren

DeWitt heeft niet veel woorden nodig om zijn sneue personages treffend te schetsen. Dit gebeurt dan ook op een weinig flatteuze manier. Zo bezitten sommigen met lippenstift besmeurde grijze tanden of wasemen ze de geur van per uur verhuurde motelkamers uit. Schroom kennen ze niet of nauwelijks. De meeste stamgasten teren zo lang mogelijk op gratis drankjes van de hoofdpersoon, tot ze wakker worden in hun eigen braaksel.

Hoewel de hoofdpersoon zelf in de bar werkt, weerhoudt dit hem er niet van ook veel te drinken. Dit is immers het gebruik van al het barpersoneel en wordt zodoende getolereerd, of zelfs verwacht. Het is echter niet goed voor zijn huwelijk. Om zijn katers dragelijk te maken, slikt hij handenvol voor zijn vrouw verborgen aspirines. Ook is hij, naar eigen zeggen, een geoefend stille braker. Toch is de breuk tussen hem en zijn vrouw onontkoombaar. Deze is van mijlenver te zien voor de lezer, maar dringt pas tot de hoofdpersoon door als het te laat is.

Roadtrip

Om orde op zaken te stellen besluit de hoofdpersoon een auto te huren en af te reizen naar Las Vegas en de Grand Canyon. Wat volgt is het relaas van een bizarre trip die gekenmerkt wordt door oneindig veel drankstops bij tankstations, met veel moeite verkregen met blauwschimmelkaas gevulde olijven in het Bellagio hotel en huilbuien bij de Grand Canyon. Het opzwepende avontuur is een welkome breuk met de cafésetting, waar het gros van de roman zich afspeelt.

Afwassingen schetst beslist geen rooskleurig beeld van alcohol en haar gebruikers. Toch is het boek doorspekt van humor. Zwarte humor, welteverstaan. Dit is een gouden combinatie wat het boek een echte pageturner maakt, zonder de ernst van verslaving te ondermijnen. Afwassingen is niet voor lezers met een zwakke maag, maar liefhebbers van Trainspotting, Fear and Loathing in Las Vegas en Pulp Fiction kunnen hun hart ophalen.