Muziek / Album

Een nostalgische wandeling

recensie: Roxy Music - Roxy Music Live

Doordacht, romantisch, sexy en warm zijn de termen die horen bij de ‘art rock’ van Roxy Music. Het laatste echte album van de band, Avalon, stamt uit 1982, waarna de individuele bandleden zich vanaf 1983 storten op een eigen carrière. Toch komt de groep, echter zonder Brian Eno, in 2001 weer bij elkaar om op wereldtournee te gaan. Het nieuwe dubbelalbum dat recent is uitgekomen, is een live-registratie van die 50 Date World Tour.

~

De release van dit album volgt dus pas twee jaar na de bewuste tournee, maar op een tijdsbestek van zo’n 20 (!!) jaar sinds de vorige live-registratie doet dat er natuurlijk niet zo veel toe. Waar het uiteindelijk om gaat is de muziek. En pure muziek is wat je als luisteraar krijgt voorgeschoteld op dit album. Dat kan ook haast niet anders, want de band ging in 2001 in vrijwel de complete originele bezetting op tournee. De enige opvallende afwezige was Brian Eno, die slechts op de eerste twee albums uit 1972 en 1973 van Roxy Music te horen is. In totaal worden er 22 nummers gespeeld door zanger Bryan Ferry, gitarist Phil Manzanera, drummer Paul Thompson en saxofonist/pianist Andy Mackay, ondersteund door vijf andere muzikanten.

Strak

De songs op dit album zijn afkomstig uit 16 verschillende steden verspreid over de wereld. Er werden in totaal 49 complete optredens opgenomen, waaruit later een selectie is gemaakt. Dat een band na zoveel jaren zonder nieuw materiaal uitgegeven te hebben, toch een wereldtournee op kan zetten, getuigt van de kwaliteit van de muziek van Roxy Music. Alle nummers worden strak gespeeld, zijn compleet en het enige minpunt is eigenlijk dat, zoals wel vaker met live-albums, het geheel soms wat mat klinkt. Dat is verder niet hinderlijk, zeker niet als er gekeken wordt naar de nummers die uiteindelijk het album gehaald hebben.

~

Klassiekers van de band, afkomstig van alle 9 albums, sieren de dubbelaar. Op het eerste album zijn dat onder andere Remake/Remodel, Ladytron en Oh Yeah. Maar CD 2 is feitelijk het schijfje met de meeste publiekslievelingen. More Than This, Avalon, Dance Away, Jealous Guy, Virginia Plain en Love is the Drug zijn de bekendste hits op deze plaat.

Het moeilijke alleen met een live-album is altijd: wat moet je er nu mee? En dat geldt zeker voor een band die al jaren niets nieuws heeft uitgebracht. Dit album is niet meer dan wat je er van kunt verwachten: een verzameling oude liedjes die voor leeftijdgenoten van de bandleden waarschijnlijk een bepaalde nostalgische waarde heeft. Het geheel klinkt lekker, je hoort dat de muzikanten nog steeds goed op elkaar in zijn gespeeld en dat ze waarschijnlijk ontzettend veel lol op de verschillende podia hebben gehad. Maar vergeet niet, ze hebben er ook ontzettend veel geld mee verdiend! Dit album heeft dus de schijn mee dat er twee jaar na de betreffende tournee nog stiekem geprobeerd wordt een extra graantje mee te pikken.

Links

www.roxymusic.co.uk
www.roxyrama.com

Boeken / Fictie

Je bent veertig en je wilt wat

recensie: Rafaella Barker - Groen gras

Je bent jong en je wilt wat. Tegenwoordig is deze slogan niet meer aan een bepaalde leeftijd verbonden. Tussen je veertigste en je vijftigste begint je leven namelijk opnieuw en kun je ook nog van alles willen. Niet alleen de Margriet en Libelle laten zien dat het leven niet over is na je dertigste. Er wordt tegenwoordig ook boeken over geschreven.

~

Raffaella Barker voegt nog maar eens een werk toe aan deze categorie boeken. De formule is wel makkelijk: een vrouw is zat van het leven dat ze nu leidt met haar op zichzelf gerichte echtgenoot en het liefst een paar puberende kinderen. Ze doet iets ‘raars’ en komt een jeugdliefde tegen. Het einde is vaak te zoet voor woorden: ze keert gewoon terug naar haar echtgenoot, die eigenlijk niets meer goed kon doen. Eind goed, al goed.

Geen eigen leven

Zo ook Laura Sale, de hoofdpersoon in Groen gras. Ze leeft samen met kunstenaar Inigo. Ze wonen in Londen en hebben en tweeling van 14 jaar oud. Inigo maakte de kunstwerken en Laura helpt daarbij. Toch zint het Laura maar niets. Ze heeft geen eigen leven en iedereen doet maar waar ze zelf zin in hebben, behalve zij zelf. Niemand houdt rekening met haar. Ze vertrekt naar een huisje op het platteland. Daar komt ze haar jeugdliefde tegen, wiens vrouw net is weggelopen. Voor Laura nog meer reden om te gaan twijfelen aan het leven dat ze nu leidt.

Onverwacht grappig

~

Omdat het boek in medias res begint, zijn er veel flashbacks. Deze stijl leest altijd makkelijk weg en dat doet het boek van Barker ook. Groen gras kent ook best grappige scènes, die vooral om de onverwachtheid er van wel leuk zijn. De stukken over het maken van het werk van Inigo zijn soms grappig. Maar van kritiek op de manier waarop de kunstwereld werkt is ook weer geen sprake. Daarvoor zijn de gedeeltes daarover te kort en te weinig uitgewerkt.

Het perspectief in het verhaal is apart. Eigenlijk springt de schrijfster constant over van auctoriaal naar personeel vertelperspectief en weer terug. Misschien is dat speels bedoeld, maar het maakt een rommelige indruk. Doordat wisselde perspectief is Laura vaak ook de persoon, die alles meemaakt. Dit is natuurlijk ideaal voor de ‘zichzelf respecterende’ vrouw van middelbare leeftijd. Zou een lezeres zich op bank zitten te verbijten? (‘nee Laura, doe het niet, zeg dat je het niet wilt!‘)

Groots en meeslepend

Het boek is niet meer dan dit verhaal. Er zitten geen diepere betekenissen in het boek. Het gaat gewoon over Laura en haar leven, dat niet saai is, maar blijkbaar ook niet interessant genoeg voor een boek. Of eigenlijk leek het leven van een kunstenaarsvrouw me leuker om te lezen dan een vrouw die terug wil naar een eenvoudige levensstijl. Misschien willen vrouwen van veertig wel niet meer groots en meeslepend leven.

Boeken / Fictie

The plot thickens…

recensie: J.K. Rowling - Harry Potter and the Order of the Phoenix

.

~

Ja. Harry Potter is Harry Potter en het jongetje is nu eenmaal een enorme hype, vooral met die twee films en allerlei goodies er omheen. Maar de basis van de hype blijft nu eenmaal het boek. Dit vijfde deel, Harry Potter and the Order of the Phoenix, is voorlopig alleen in het Engels te lezen. Het duurt nog een maand of vijf voordat ook de Nederlandse vertaling in de winkel ligt, en Nederland echt opnieuw Pottergek wordt. Maar voor de nieuwsgierige aagjes hieronder alvast een tipje van de sluier.

Te lang

Laat ik beginnen met de opmerking dat 766 bladzijden voor een jeugdboek veel te veel is, zelfs al is het Harry Potter en wordt het ook gelezen door volwassenen. Rowling is niet direct een meester in de beperking. The Order of the Phoenix had met gemak tweehonderd pagina’s korter kunnen zijn. Veel uitweidingen, beschrijvingen en terzijdes zijn niet direct van belang voor het plot. Al die sidelines zorgen echter wel voor een heel kleurrijke schets van de magische wereld van Harry Potter.

Wanneer je eenmaal de eerste honderdvijftig pagina’s door bent (die zijn wat traag, daar kom ik zo op terug), vliegt het verhaal echter voorbij. De drie vrienden Harry, Ron en Hermione arriveren op school en vinden -als vanouds- problemen op hun weg. Een nieuwe leraar Defence Against the Dark Arts heeft niet veel goeds in de zin, en Hagrid is op raadselachtige wijze verdwenen. Dumbledore de hoofdmeester wil Harry niet meer spreken en Harry krijgt een aantal vreemde dromen. Het zijn de eerste tekenen van wat zich in de laatste honderdvijftig bladzijden zal ontrollen.

Show, don’t tell

Het eerste stuk van The Order of the Phoenix is moeilijk door te komen. Er lopen vele personages rond die je allemaal al tegengekomen bent in de vorige boeken, maar hun achtergronden zijn na een pauze van drie jaar wel wat vervaagd. Deel drie en vier nog een keer lezen is dan ook raadzaam voordat je begint aan dit vijfde deel.
Het eerste deel barst van de dialogen tussen half schimmige personages, maar er gebeurt hoegenaamd niets. De slogan ‘show, don’t tell‘ uit de filmwereld gaat blijkbaar ook op voor The Order of the Phoenix. Pas wanneer de kids naar school gaan begint het verhaal op gang te komen.

Chagrijnig

Een geweldige verbetering ten opzichte van de vorige vier boeken is het veranderde klimaat in tovenaarsland. Harry is door een uitgekiende lastercampagne niet langer de koene held en ‘The Boy Who Lived’. Het geeft ruimte voor kritiek op Potter, en eveneens ruimte voor verrassingen. Want jongens die alles goed doen zijn niet interessant.
Dat moet Harry’s moeder Rowling ook aangevoeld hebben, want Harry krijgt in The Order of the Phoenix last van slechte buien, chagrijn, jaloezie en woede. Kortom: de jongen begint te puberen. Dat is een geweldige opluchting. Niet langer is Potter een perfect schatje. Rowling hoedt zich er echter wel voor om Potter al te onaardig te maken. Op de cruciale momenten toont hij natuurlijk dat hij het hart op de juiste plaats heeft zitten.

~

Na The Order of the Phoenix komen nog twee delen. Het wordt tijd dat er wat eindjes aan elkaar geknoopt worden en we meer ontdekken omtrent het raadsel van Harry en zijn connectie met Voldemort. Op de achterkant van het boek staat een piepklein stukje dat je -natuurlijk- razend nieuwsgierig maakt:

Dumbledore lowered his hands and surveyed Harry through his half-moon glasses. ‘It is time,’ he said, ‘for me to tell you what I should have told you five years ago, Harry. Please sit down. I am going to tell you everything.’

Om eventuele frustratie te voorkomen: dit stukje komt uit de laatste dertig bladzijden. Het duurt dus nog een hele tijd voordat je te weten komt wat Harry al die tijd al had moeten weten.
Wat je wel al eerder ontdekt is waarom Potions-leraar Snape en Harry niet goed met elkaar overweg kunnen. De rol van Snape wordt heel mooi uitgediept en en passant komen we ook het een en ander te weten over Harry’s vader.

De kus en de dood

En dan de twee dingen waarover Rowling al een tipje van de sluier had opgelicht: de eerste kus en de dood van een personage. Ik moet heel eerlijk zeggen dat beide een beetje tegenvielen. Die zoen is vooral nat en wordt niet eens echt beschreven. Wel mooi is de aanloop ernaar. Harry en de vlinders in zijn buik dartelen door de pagina’s.
De dood van een van de personages zou vreselijk moeten zijn. In een interview vertelde Rowling hoe ze moest huilen toen ze hem/haar ‘vermoordde’. Ik zat daardoor te wachten op een uiterst dramatische sterfscène, maar helaas. Misschien was ik er ook niet goed op voorbereid. Laat ik zeggen dat het belangrijk is dat je je (opnieuw) ingelezen hebt. Deel drie en vier zijn bijna verplichte kost.

~

The Order of the Phoenix zit -op het eerste stuk na- vlot in elkaar. De verhoudingen tussen goed-kwaad worden niet alleen scherper, ook dieper. Dat is goed, want het geeft HP5 extra cachet. Maar daarmee begint The Order of the Phoenix ook een beetje te lijken op die twee andere epische verhalen: The Lord of the Rings en Star Wars. Het goed-kwaadthema heeft van beide verhalen wel iets weg. Wat precies kan ik natuurlijk niet zeggen.

Exponentieel dikker

Na het lezen van deel vijf kun je maar één ding doen: wachten op deel zes. Hoe lang dat zal duren is nog onduidelijk. Tot nu toe zijn de boeken overigens bij elk deel bijna exponentieel dikker geworden. Ik hoop dat Rowling zich een beetje in weet te houden, anders hebben we straks een Harry Potter and the Moment of Truth van bijna tweeduizend pagina’s.

In de tussentijd kunnen alle Harry-Potterlezers zich vermaken met discussies over wie met wie gaat trouwen, wie er nog meer het loodje legt en wat Harry gaat doen wanneer hij eenmaal afgestudeerd is, vooropgesteld dat hij dan nog leeft… Ik gok dat Harry nog lang en gelukkig leeft met Ginny Weasley, en dat er tussen Ron en Hermione ook nog wel wat moois opbloeit. De rol van Snape mag van mij nog een stuk groter worden en ik wil ook meer McGonagall. Dat Quidditch mag van mij wel afgelopen zijn en, en, en, en! Het wachten is op deel zes.

8WEEKLY

Kijk nou eens

Artikel: Major Fraud en Lotto Weekend Miljonairs

.

~

“Aanstaande zondag kijkt Mark naar Lotto Weekend Miljonairs. Niet om te kijken of hij op z’n boerenfluitjes een miljoen zou kunnen binnenslepen, maar omdat het programma gewijd is aan de oplichters uit de Britse versie Weekend Miljonairs. Familieleden in het publiek gaven het goede antwoord door met behulp van kuchjes. Kijk voor een voorproefje vast op een aardige parodiesite op de show.”

Mark was echter niet in staat te kijken. In een overmoedige bui melde ik tijdens een redactie vergadering dat ik het betreffende programma wel had gezien. Ik zou dat stukje wel eens eventjes uit de welbekende mouw schudden. Dat is nu al weer meer dan een maand geleden. Het Spijt Me!

Sukkel

~

Waar ging het om? Een Britse militair had in de eerste ronden van Who wants to be a Millonaire behoorlijk bedroevend gespeeld. In deze quiz moet één kandidaat een aantal vragen beantwoorden. Bij elk goed antwoord verdubbelt zijn geldbedrag. Bij een fout antwoord is het over. Als je alle vragen goed beantwoord verdien je 1.000.000 pond! Mocht de kandidaat het niet weten, dan kan hij drie keer een hulplijn gebruiken welke hem van een hint voorziet. Zoals gezegd speelde de goede man vrij slecht. Niemand gaf een cent voor zijn kansen. De uitzending liep af toen hij nog maar 1000 pond bijeen had gesprokkeld, en hij had al twee hulplijnen verspeeld.

Uche!

De volgende uitzending was de kandidaat echter weer vol vertrouwen. Hij wist dan wel niet veel, maar hij hoopte op vechtlust door deze kennisquiz te komen. Elke vraag weer dacht hij diep en lang na over het antwoord. Al snel ontwikkelde de man een vast patroon; bij elke vraag ging hij alle antwoorden hardop bij langs. Na veel gedoe leek hij steeds maar te gokken. Maar tot de stomme verbazing van publiek en programma makers gokte hij elke keer goed. Veel mensen hadden echter snel door dat bepaalde kuchjes uit het publiek tijdens het opdreunen van de mogelijke antwoorden als leidraad werden gebruikt. Eenmaal ontdekt bleek het bedrog eigenlijk zonneklaar. De kuchjes waren niet eens subtiel te noemen. Het mooist van de hele documentaire waren toch de beelden van de vrouw van de kandidaat. De nogal bazige vrouw bestierf het toen ze zag hoe slecht haar man de boel bedroog. De militair, een majoor, zou als Major Fraud de geschiedenis van BBC televisie in gaan.

Media-aandacht

Is zoiets nou echt erg? Eigenlijk niet, naar mijn mening. De Britten hebben er een spannende TV-avond en vervolgens nog eens een sappig verhaal aan overgehouden. Het programma hoefde uiteindelijk niks uit te keren en hield er bovendien veel media-aandacht aan over. Iemand die zo overduidelijk en weinig subtiel de boel probeert te flessen, daar kan ik alleen maar medelijden mee hebben, want ’t zal ‘m Nooit lukken. Zoals de Amerikanen zeggen: “Don’t quit your dayjob!”

~

En dan is het nu aan mij om het vonnis te voltrekken. Waar zal ik boekenredacteur Els eens naar laten kijken? Gezien het feit dat we als kijker met de gewraakte komkommertijd te maken hebben is het kiezen van een leuk programma nog een behoorlijke opgave.
Dan valt mij oog op de comedyserie Jesse. In de hoofdrol zien we namelijk Christina Applegate, beter bekend als Kelly Bundy uit Married With Children. De producers van deze serie zijn ook nog eens de breinen achter de hitserie Friends. Voor beide partijen is Jesse de kans om te laten zien dat ze meer zijn dan een one hit wonder. Is Jesse ook een leuke comedy, en verdient de serie meer aandacht in Nederland? Aan Els het laatste oordeel…

Jesse

Zaterdag, 16:35-17:00u, RTL 4

Film / Films

De Tweeling

recensie: De Tweeling

Al vanaf de stijlvolle begintitels is het duidelijk: De Tweeling is een bijzondere film. Acht jaar namen de voorbereidingen in beslag om van de bestseller van Tessa de Loo de best mogelijke film te maken – en dat is te zien.

Anna en Lotte, de tweeling uit de titel, worden op jonge leeftijd uit elkaar gehaald. Het is het eind van de jaren dertig en Anna blijft achter in haar Duitse geboortedorp waar ze van haar tirannieke oom de varkens moet voeren en niet naar school mag. Lotte groeit daarentegen op in een beschermd Hollands milieu, leert zingen en pianospelen en gaat studeren.

Alleen slachtoffers

We volgen de beide zussen tijdens de oorlogsjaren en langzaam worden de thema’s uitgevouwd. Lotte heeft verkering met een Joodse jongen en walgt van de opvattingen van de Duitsers. Anna is zich ondertussen van geen kwaad bewust en trouwt zelfs met een SS’er. De Tweeling laat haarscherp en op een briljante, ingetogen wijze zien dat er geen goede of slechte zijden in een oorlog zijn: er zijn alleen slachtoffers.

~

Het is moeilijk originele bijvoeglijke naamwoorden te vinden om uit te drukken hoe goed De Tweeling is. Alles aan de film is met zoveel liefde gemaakt en uitgebeeld dat het bijna tastbaar wordt. De aankleding is subliem, het camerawerk perfect en de acteurs spelen de beste rollen van hun leven. Het label ‘on-Nederlands goed’ kan op elk aspect van de film geplakt worden en is daarmee in één klap overbodig geworden.

Extra’s

De hoeveelheid extra’s op de dvd van De Tweeling stelt een beetje teleur: er is geen commentaartrack, geen diepgravende documentaire over bijvoorbeeld het mooie camerawerk en helaas ook geen verborgen naaktfoto’s van hoofdrolspeelster Nadja Uhl. Wel bijgeleverd zijn een aantal verwijderde scènes (jammer genoeg zonder commentaar of inleiding zodat het onduidelijk is waarom een bepaald gedeelte moest verdwijnen) en een prima ‘making of’ die aan de hand van twee sleutelscènes uit de film het verhaal samenvat en de verschillende onderdelen van de productie aan bod laat komen. Het mooiste materiaal wordt bewaard tot het einde, als een tot tranen toe geroerde Thekla Reuten na afloop van de première vertelt hoe mooi ze de film vond. Eén opmerking over de menuschermen: waarom zijn deze in hemelsnaam in het Engels?

Wie de film al in de bioscoop zag, weet zelf wel waarom hij deze dvd moet aanschaffen. Degenen die De Tweeling nog niet hebben gezien moeten maar van mij aannemen dat ze met deze schijf een stukje Nederlandse filmgeschiedenis in huis halen.

Lees ook ons interview met de makers van De Tweeling.

Boeken / Fictie

Mutaties doen Zuidwal geen goed

recensie: Sytze van der Zee - Zuidwal

Een meisje verdwijnt tijdens schooltijd. Een ijzingwekkend onderzoek begint. Zuidwal is een confrontatie met het absolute kwaad. Het op ware feiten gebaseerde relaas van een psychopaat.

~

Zo wordt Zuidwal op de site van de uitgever in een korte aankondiging omschreven. En deze aankondiging is beter en spannender geschreven dan het boek zelf. Vele malen beter zelfs.
Een relaas over de beruchtste seriemoordenaar van de lage landen zou garant moeten staan voor urenlange spanning. Helaas is Sytze van der Zee er niet in geslaagd dit gegeven op een pakkende manier aan het papier toe te vertrouwen.

Vlees noch vis

Het verhaal over Koos Hertogs, de in 1981 tot levenslang veroordeelde kindermoordenaar, komt in dit boek maar slecht tot zijn recht. Sytze van der Zee blijft namelijk steken tussen het opsommen van de feiten en het schrijven van een roman. Zuidwal is namelijk geen van beiden: geen opsomming en ook geen roman.
Het merendeel van het verhaal is gebaseerd op de gegevensverzameling en verhoren door de politie en in het bijzonder door rechercheur Bloem. Deze gegevens komen uit een journaal. In dit journaal houden de rechercheurs voor intern gebruik van dag tot dag chronologisch bij wat ze hebben gedaan of gaan doen. Het zijn in telegramstijl vervatte aantekeningen, mutaties genaamd.
Doordat Sytze van der Zee veel informatie uit deze mutaties in het boek heeft opgenomen lijkt hij ook beïnvloed door de stijl van deze mutaties. Het verhaal heeft voortdurend iets afstandelijks en gaat met horten en stoten vooruit.

Mutaties en andere anomalieën

Met grote regelmaat wordt naar de mutaties verwezen: “Zoals een mutatie vermeldt…” “Volgens een mutatie…“. Deze manier van verwerken van de oorspronkelijke politiegegevens in het verhaal helpt niet mee om het geheel vloeiend te laten verlopen. Integendeel, het gaat naar verloop van tijd juist heel erg irriteren als je voor de zoveelste keer wordt geconfronteerd met een verwijzing naar de mutaties. En Sytze vermeldt op een gegeven moment zelf dat de meeste agenten en rechercheurs een hekel hebben aan het papierwerk. Dat blijkt dan ook uit de manier waarop de mutaties geschreven zijn.

Daarnaast worden de hoofdpersonen vaak bij hun functie genoemd, in plaats van bij hun naam. Naar Koos Hertogs wordt vaak verwezen als de portier en de leider van het onderzoeksteam wordt, hoe gepast, de teamleider genoemd. Daarmee creëer je nou niet bepaald stevige karakters, waar je je als lezer mee kunt identificeren of je juist van af kunt zetten. Hier ligt tevens mijn grootste kritiek: de personages leven niet. Zowel de psyche van de dader Hertogs, van de rechercheur Bloem als van de slachtoffers en hun ouders worden minimaal belicht. Een onderwerp dat zo’n impact heeft als een pedofiele kinderverkrachter en -moordenaar zou psychologisch veel meer uitgediept kunnen worden. Sytze van der Zee laat dit echter totaal achterwege.

Nabestaanden

Misschien heeft Sytze van der Zee de gegevens niet willen romantiseren uit piëteit met de nabestaanden van de slachtoffers. Maar maak dan een samenhangend, neutraal verslag van de gebeurtenissen. Met een duidelijke tijdslijn en samenhang tussen de diverse gebeurtenissen. Ook dit is echter niet gelukt. De verschillende zaken waarbij Koos Hertogs betrokken is geweest – en dat zijn er nogal wat – worden onsamenhangend en niet chronologisch aangestipt of vermeld. Hierdoor doet het geheel heel rommelig aan.
En, hoe summier ook, Sytze van der Zee stopt toch bij tijd en wijle enkele romantiserende elementen in het verhaal. Daardoor is dus een niet te definiëren hybride vorm ontstaat tussen een feitelijk verslag en een roman, waarbij beide elementen te kort schieten.

Krant

Als je toch geïnteresseerd bent in het verhaal rondom de beruchtste seriemoordenaar van Nederland, zoek dan gewoon de oude krantenartikelen op. Dan heb je een goed overzicht dat je waarschijnlijk aanzienlijk meer kan boeien dan dit boek van Sytze van der Zee. Sytze zal het wel begrijpen, hij was tenslotte verbonden aan het NRC Handelsblad en Het Parool.

8WEEKLY

Midnight Club II

Artikel: Midnight Club II

Rockstar, die kennen we van de GTA-serie! De heren hebben deze keer een poging gedaan om een gewone racegame af te leveren. Toch konden ze het niet laten wat criminele ingrediënten toe te voegen. In Midnight Club II doe je namelijk mee aan illegale straatraces. Voor Nederland is dat natuurlijk een mooi actueel spel. En ook met het oog op de tweede Fast and the Furiousfilm kan deze game me alvast mooi in de stemming brengen.

~

Wat hebben Nederlandse streetracers niet, wat de collega’s in The Fast and the Furious wel hebben? Stijl, geld en looks. Straatracers in Nederland hebben meestal een opgevoerde Opel Manta en luisteren naar de naam Harry. Ze hebben vaak een matje, en vinden het stoer om de lelijkste stickers op hun Opel te plakken. Door The Fast and the Furious hebben ze het straatracen ontdekt. Net zoals ik vroeger na het zien van Ivanhoe Roger Moore nadeed, doen zij The Fast and the Furious na. Wil jij ook straatracen, maar dan wel met stijl, laat dan de snelweg liggen en pak dit spel ter hand.

Shortcut

~

In deze game krijgen we te maken met auto’s zoals God ze bedoeld heeft. Je begint met een middelmatig karretje, maar na het winnen van wat races komen er betere bolides vrij. In principe gaat de race volgens een parcours, maar aangezien je door de stad scheurt staat het je vrij om eens een zijstraatje in te schieten, of een shortcut te nemen via een winkelcentrum. Hierdoor kun je flink wat kostbare tijd besparen in de alles of niets wereld van het straatracen. Naast diverse auto’s is er ook een motor beschikbaar.

Terminator

Dit klinkt allemaal erg spectaculair, maar in de praktijk kan je je beter aan de aangegeven parcours houden. Zodra je ergens een zijstraatje neemt moet je zelf de weg zien te vinden, en in de chaos heb je vaak niet de tijd om de map eens te bestuderen. Daarbij zijn je tegenstanders ware Terminators, ze willen je koste wat het kost plat drukken tegen de muur, en vinden moeiteloos de weg door de stad. Daardoor gaat wel veel van het op zich leuke spelidee verloren.

Politiehelikopter

~

De wagens sturen verder wel prima, en het spel ziet er op zich uit. Jammer dat de weg vaak wat laat wordt aangegeven waardoor je wel over bijzonder goede reacties moet beschikken om een race de eerste keer te winnen. Verder is het soms zo donker dat je echt niets kan onderscheiden. De hoge snelheden, de politiehelikopter en het commentaar van je mede-straatracers zorgen wel voor het juiste sfeertje.

Conclusie

Midnight Club II is een aardige arcade racer die velen zeker zal kunnen bekoren. Het is zeker niet de makkelijkste game, en dus moet je er wel wat tijd in stoppen om de weg te leren kennen. Alleen dan kan je maximale lol uit deze game halen. Voor de echte snelheidsduivels onder ons een goede keuze.

Film / Films

Het resultaat van één brainstormsessie

recensie: Bruce Almighty

De Carrey-liefhebbers kunnen weer en masse naar de bioscoop. In Bruce Almighty krijgt Jim Carrey de gaven van God: hilariteit gegarandeerd, toch? Bovendien wordt de film geregisseerd door Tom Shadyac, die eerder met Carrey films maakte als Ace Ventura: Pet Detective en Liar Liar. Wat kan er mis gaan? Veel.

~

Laten we eerlijk zijn: we willen dat Jim Carrey zich als een complete idioot gedraagt. Hoe meer gekke bekken, hoe beter. Die standaard vijf zoete Amerikaanse minuten aan het einde van zo’n film neem je dan op de koop toe. Zo’n imago is natuurlijk lastig af te schudden. Bruce Nolan (Jim Carrey) heeft in de film hetzelfde probleem. Hij is een televisiejournalist die wordt ingezet omdat hij grappige items weet te maken over het bakken van reuzekoekjes en andere feelgood-items. Hij droomt van het serieuzere werk, maar wordt telkens gepasseerd.

Carrey-aans

Jim Carrey speelt in Bruce Almighty dus helemaal geen typetje. Goed, helemaal normaal is Nolan niet, maar de complete gekte van Lloyd Christmas (Dumb and Dumber) of Ace Ventura haalt hij niet. Na twintig minuten begint de zoetsappige muziek bovendien op de zenuwen te werken. Wanneer krijgt Carrey die goddelijke gaven dan? Pas na een waanzinnige woede-uitbarsting waarin hij God vervloekt, grijpt Hij (in de gedaante van Morgan Freeman) in. Het had niet langer moeten duren, voor Nolan én de kijker niet: als hij – half dansend op The Power van Snap – voor het eerst kennis maakt met zijn nieuwe krachten, komen Nolans leven en de film Carrey-aans op gang. Tijdelijk.

~

De vaart verdwijnt namelijk regelmatig uit de film. Doordat gesprekken tussen Carrey en God herhaaldelijk terugkomen, beperken de zoetige lesjes zich niet tot de laatste vijf minuten voor de aftiteling. Daarbij lijkt het alsof de makers, in tegenstelling tot die van de satire Dogma, zoveel respect hebben voor de Almachtige dat ze niet voluit durven gaan. Op een handjevol echt grappige momenten na, lijkt het erop alsof het team achter de film het na één brainstormsessie wel goed vond. De interessantste grappen zijn voor de oplettende kijker. Zo heet Nolans mailprogramma voor inkomende gebeden Yahweh! en verwijst God met een ‘Alllllrighty then!’ naar Ace Ventura.

Hilarisch

Het zal de Carrey-liefhebbers weinig doen. Voor hen is het een must-see, al is het maar omdat Carrey – sinds lange tijd – af en toe weer ongeremd idioot mag doen. Erg sterk is het moment dat hij zijn collega Evan Baxter (Steve Carell) live tijdens een nieuwsuitzending gekke bekken laat trekken. Tegelijkertijd zie je dan Carreys grote talent: onder zijn invloed kan zelfs de man met het meest serieuze standaardgezicht hilarisch zijn. Jammer alleen dat hij niet lang heeft nagedacht over zijn eigen tekst. Zo vraagt hij zijn chef grappend: “You want me to lower and debase myself for the amusement of total strangers?” Inderdaad, maar dan wel de hele film lang.

Theater / Voorstelling

Een appeltje voor de dorst

recensie: EQD - There is no Spoon

Leuke improvisatiegroepjes zijn in Groningen te tellen op de vingers van die welbekende ene hand. De laatste tijd gebeurt er echter van alles op de eerste etage van Sally O’Briens Irish Pub in Groningen. Afgelopen week kon het publiek kennis maken met EQD, een relatief nieuwe groep die hun derde optreden op de planken zette. Deze jonge Groningers zijn zeer enthousiast, en onder aanvoering van Mo Ajayi willen Jochem, Meike, Miriam en Susan eerst Groningen en vervolgens de rest van Nederland veroveren.

~

De act van EQD heeft wat weg van theatersport. Publieksparticipatie is erg belangrijk om de show gaande te houden. Met sketches, zang en dans wil EQD haar publiek echter meer bieden dan improvisatie alleen. Donderdag 19 juni voerde de groep haar show There is no Spoon op, en droeg de show op aan een vriend die de titel voor de show bedacht had. Door een ongeluk was hij helaas niet meer in hun midden.

Chemie

~

Het was mijn eerste kennismaking met EQD en ik zag een avond met twee gezichten. Het ene moment zag ik een groep die op het podium nog niet geheel ingespeeld was. Veel improvisatiestukjes leken niet lekker te lopen, en de acteurs lijken dan echt te zoeken naar een uitweg. Een goed voorbeeld hiervan is de ‘expert’-improvisatie. Drie acteurs doen zich samen voor als één persoon. Om de beurt mogen ze één woord zeggen, en de drie moeten zo proberen hele zinnen te maken. Het publiek mag hen van alles vragen. De groep zat tijdens deze act niet lekker in hun vel, en de act viel dan ook enigszins in het water. Ook bij sommige sketches is het nog flink zoeken naar de lach, maar vooral naar onderlinge chemie.

Imitaties

~

Gelukkig zag ik die avond vaak genoeg ook een ander EQD op het podium staan. Soms werd de geest uit de fles gehaald, en begon het te lopen. Een goed voorbeeld hiervan is The Crocodile Hunter Sketch. Jochem geeft hier met een moddervette knipoog een prima imitatie van Steve Irwin (de Crocodile Hunter van National Geographic) ten beste. Het publiek reageert vol enthousiasme, en Jochem gaat helemaal op in zijn rol. Imitaties zijn sowieso een positief onderdeel van EQD. Susan blinkt uit in een scène waarin zij een uiterst realistische Georgina Verbaan neerzet. De blik, het stemmetje, alles klopt. Jochem trekt in diezelfde scène een prima Brainpower-imitatie uit de kast.

Ambitie

EQD is vol van ambitie. Na een moeilijk begin in de groep tot een vaste kern van vijf acteurs geslonken. Deze groep oogt zeer hecht, dit is de samenstelling waarmee ze het de komende tijd gaan doen. Alle vijf zijn zeer ambitieus. De groep wil groeien in hun act door flink oefenen en meer optredens te geven. Mo droomt zelfs van een eigen TV show. Maar hoe realistisch is dat? EQD is zich zeker bewust van haar eigen grenzen, en probeert die steeds te verleggen. Momenteel bestaat het publiek vooral uit jongeren en studenten, maar de show is voor een breed publiek toegankelijk.

Groeien

De kar word gedurende de show behoorlijk getrokken door Mo. Waar de acts minder lopen trekt hij meermaals de boel weer vlot. Zijn leiderschap is gedurende de show duidelijk onaantastbaar. Daardoor is Mo in veel sketches vaak de gangmaker en waterdrager tegelijk. Voor EQD is het dan ook erg belangrijk dat de overige leden snel groeien in hun mogelijkheden. Vaak is het potentieel er wel, maar veel sketches moeten nog even rijpen om tot hun volle wasdom te komen. Pas dan zal de groep de vruchten van de gedane arbeid kunnen plukken. Groningen heeft in elk geval weer een appeltje voor de dorst.

Link:

www.eqd-comedy.tk/

Muziek / Concert

Winnaars op de autopilot

recensie: Interpol live

Interpol is de band die vorig jaar schijnbaar uit het niets vriend en vijand verraste met het door velen tot Plaat van 2002 gebombardeerde Turn On The Bright Lights. Afgelopen maandag speelde de band in een vrijwel uitverkocht Vera. Huis-DJ Ariën doet verslag…

~

De programmeur had diep in de buidel getast om de band te boeken. De jongens van Interpol behoren immers tot de elite van underground New York en Groningen is de stad in Nederland waar de meeste copies van Turn On The Bright Lights over de toonbank zijn gegaan. Een moetje dus.

Doorgestoomd

Elf uur daarvoor stond de band, volgens een technicus met wie ik aan de praat raakte, ergens op een grasveld in het zuiden van Duitsland. Meteen na het optreden in Vera zou naar Londen doorgestoomd worden. Nog één keer Europa pakken eer de hype begint te haperen. “We’re living the dream,” wordt gegrapt. Na het eind van het concert sta ik buiten met mijn platen in mijn tas een luchtje te scheppen. Naast mij houdt een maat van me een praatje met twee blondines, maar zij hebben meer aandacht voor de bandleden die af en toe langslopen met hun spullen op weg naar de grote tourbus tegenover het gebouw. Zij vragen zich serieus af bij wie zij de meeste kans maken.

Lullig

~

Maar het zijn drie meisjes van 17 die beet krijgen en een praatje aanknopen met de toetsenist. Een foto met z’n viertjes kan er zelfs van af tot hij heel opeens verveeld van ze wegloopt om zich bij de roadies een paar meter verderop te voegen. De meisjes blijven nog even bij de deur van de bus staan, twee van hen houden elkaars hand vast, nog niet zeker of hij het wel of niet lullig bedoelde. Enkele minuten voor dit tafereel klaagt de programmeur bij me over het toch nogal apathische publiek van de avond. Er had best een tweede toegift ingezeten als men wat enthousiaster was geweest. “Ik heb mijn taak gedaan en ze hier naartoe gebracht. Maar ja, als zij dan weer niks doen…” Ik vraag me af of de band wel genoeg materiaal had voor een tweede toegift.

Hipster ennui

Na het concert draai ik Exercise One van Joy Division, wat – jawel – toch uit de toon valt. Punt is dat het niet om dat Grote Desolate Gevoel gaat vanavond, ben je mal. Hits willen we. Radio 4 dan maar en de rest van de set hou ik ook vrolijk. Want lachen mag met Interpol, je kan immers weinig anders. De band heeft op het humane vlak toch geen potten weten te breken. Zij staat, zowel op de plaat als op het podium, meer voor hipster ennui dan voor urgentie. Meisjes zijn een dankbaar onderwerp maar uiteindelijk lopen er meer dan genoeg van rond, verder moet je haar goed zitten en mogen je peuken nooit opraken. Rock’n’roll is dat je aan het eind van de dag toch liever de bink op het feestje wil zijn dan dat je alleen thuis voor de TV zit en opeens besluit om je toch, zeg maar, te gaan verhangen ofzo.

Autopilot

~

Het charmante rijkeluiszoons-lachje van frontman Paul Banks sprak dan ook boekdelen. Hier stond hij, samen met zijn maatjes een niet te verliezen pot te spelen op autopilot. Doodmoe, maar wat deerde het. Banks’ stem schoot weleens tekort (je vraagt je echt af of dat zijn echte natuurlijke zangstem is of dat hij het expres aandikt, wat uiteindelijk toch ook hartstikke rock’n’roll is) en het spel miste grotendeels dat ene procent extra. Zal wel komen doordat ze die verdomde plaat onderhand wel spuugzat zullen zijn. En het klonk zo verdomde proper. Niks geen feedback. Zijn ze daar in NYC soms bang dat het aan de dure bloesjes van de meisjes gaat kleven? Ach, misschien is klinisch juist de mode, het klonk allemaal strak en tot in de puntjes uitgekiend, met een van de strakste ritmesecties die ik in tijden heb gehoord. En er waren momenten, zoals het altijd spannende middenstuk in PDA en het toch met vuur gespeelde Obstacle 1, aan het eind van de reguliere set. Het nieuwe nummer dat gespeeld werd viel ook prima in de smaak, al voegde het niets nieuws toe aan het repertoire.

Bakvisjes

Had Interpol in Vera zeggingskracht? Misschien wel bij de drie bakvisjes vooraan die mij na het concert lastig zouden vallen met verzoekjes voor Bis en The Faint, om later bij de bus hun slag te slaan bij de toetsenist. Memorabel was het dus zeker niet, maar het ging erom dat ze er hebben gestaan en dat jij en ik erbij waren. Rock’n’roll dus. Daar staat wel tegenover dat Turn On The Bright Lights momenteel voor dumpprijzen te koop staat bij de platenzaak. In Metropolis zijn ze zelfs helemaal gratis en voor niets te bewonderen. Dat heet devaluatie en is niet zo chique. Nog één keer volle bak draaien in Europa, zullen ze wel denken. Sommige bands hebben namelijk een houdbaarheidsdatum.

Dit artikel verscheen eerder deze week op de website van De Subjectivisten.