Film / Films

De kunst van durven

recensie: Jeux d'Enfants

Wat moet je doen als je als kind een spelletje “durf je of durf je niet” – in het Frans “Cap ou pas cap” – hebt verzonnen waar je niet mee kunt stoppen? Doorgaan natuurlijk! Dromerige decors, de roze wolk die over de hele film zit, en het volledige gebrek aan realiteitszin kenmerkt Jeux d’Enfants. En dat doet mij natuurlijk denken aan die andere Franse film, die nu al twee jaar in de bioscopen draait.

~

Het is onmogelijk om geen vergelijking te trekken tussen Yann Samuells Jeux d’Enfants en Jean-Pierre Jeunets Le Fabuleux Destin d’Amélie Poulin uit 2001. Beide films lijken uiterlijk veel op elkaar, dat kan niemand ontkennen. Maar terwijl Amélie lief en schattig van toon was, laat Jeux een veel sadistischere versie van het spel der liefde zien. Krijg je vlinders in je buik van de manier waarop Amélie de pasfotoverzamelende Nino probeerde te vertellen dat ze van hem hield, in Jeux d’Enfants ontbreekt die realiteitzin vrijwel en wordt het ultieme haat-liefde spel gespeeld.

Carousel

~

De achtjarige Julien (Thibault Verhaege) en Sophie (Joséphine Lebas-Joly) zijn vriendjes door dik en dun en maatjes voor het leven. Ze spelen samen het spelletje, waarbij de een, die een blikken doosje met carousel op de zijkant in handen heeft, mag zeggen wat de ander moet doen. Het spelletje begint onschuldig met wat kattekwaad op school. Zo plast Julien in bijzijn van de directeur op de grond, zodat hij het doosje weer in handen kan hebben. Maar de speelse rivaliteit wordt met de jaren wreder. Zo laat de volwassen Julien (Guillaume Canet) Sophie (Marion Cotillard) in haar studententijd haar slipje over haar broek heen dragen, waardoor ze een examen niet haalt. Het spel wordt steeds serieuzer tot het punt waarop Julien voor het altaar staat en Sophie zijn bruiloft verpest. Hij zet haar neer op rails, waar een paar minuten later een trein langs zal komen. Natuurlijk durft ze niet te blijven staan en daarmee is het spel uit. Het wordt tijd om volwassen te worden. Jaren later denken ze nog steeds aan elkaar en hopen ze elkaar nog eens te zien. Beide zijn ingezakte volwassenen geworden, die op zoek zijn naar een beetje spanning in hun leven. De ultieme uitdaging ligt te wachten.

Dromerig

Samuell gebruikt eenzelfde dromerige en sprookjesachtige sfeer zoals we die van Amélie kennen. Hij gebruikt felle kleuren en mooie special effects, waaruit je zou kunnen concluderen dat hij Jeunets succes probeert te evenaren door eenzelfde film te maken. Maar niets is minder waar. De tekenfilmachtige decors in Jeux d’Enfants laten de klap van de realiteit harder aankomen dan ooit. Ze laten duidelijk zien hoe de gekte toeslaat bij de twee hoofdpersonen, zeker als ze wat ouder worden.

Roze wolk

Jeux d’Enfants begint als een schattig liefdesverhaal, waarbij een jongen een meisje redt van een groep bullebakken. Het laat zien hoe een spelletje twee kinderen bij elkaar kan brengen. Maar een spelletje kan dusdanige vormen aannemen, dat er een soort roze wolk onstaat. Bij Amélie was de roze wolk in de film vrij ongevaarlijk, omdat Amélie de verklaring van de liefde als haar belangrijkste taak zag. Bij Jeux krijgen we een pervers geheel te zien waarbij het spel belangrijker wordt dan het echte leven. Hoe verder je in de film komt, hoe donkerder de scènes worden en hoe erger de gekte wordt. De roze wolk verdwijnt langzaam.

Realiteit

Jeux d’Enfants
is een prachtige film. Samuell heeft zijn uiterste best gedaan om een wereld weer te geven waarin het volledige gebrek aan realiteitszin pijnlijk duidelijk wordt. De wereld van Julien en Sophie laat zien hoe een spelletje kan omslaan in een obsessie en hoe liefde kan omslaan in haat, maar tegelijkertijd de ultieme liefdesuiting kan zijn. De acteurs laten zich van hun beste kant zien in dit verhaal over liefde en haat. Jeux d’Enfants lijkt een lolletje van begin tot eind, tot je ineens gaat nadenken over hoe morbide het spel der liefde soms kan zijn.

Film / Films

Geen vals sentiment

recensie: My Life Without Me

Het leven is kort, probeer van elke seconde wat te maken. Dat is de niet bijster originele boodschap van de film My Life Without Me, die echter verpakt wordt in een ontroerende, maar nergens oversentimentele film.

~

Op het eerste gezicht is de 23 jarige Ann (Sarah Polley) maar een gewone vrouw. Ze is schoonmaakster op een universiteit en moeder van twee dochtertjes. Samen met haar man Don (Scott Speedman) die bouwvakker is, woont ze in een verotte stacaravan in Vancouver. Haar dromen zijn niet uitgekomen, maar ze is niet verbitterd. In tegenstelling tot haar klagende moeder die tegenover haar woont.

Ongepland verliefd

Ann leeft dus niet in de meest vrolijke situatie die je maar kunt bedenken. Dan krijgt ze ook nog eens van de dokter te horen dat ze kanker heeft aan beide eierstokken. Ze heeft nog maar twee tot drie maanden te leven. Ann neemt het bijzondere besluit om het aan niemand te vertellen. In plaats daarvan schrijft ze tien punten op die ze nog gedaan wil hebben voor haar dood. De kinderen elke dag vertellen dat ze van hen houdt, cassettebandjes opnemen voor hun verjaardagen en haar vader opzoeken in de gevangenis. En ze wordt ongepland nog een keer echt verliefd…

Milli Vanilli

~

De Spaans-Canadese co-productie My Life Without Me had heel makkelijk een oversentimentele film kunnen worden. Zo’n Amerikaans RTL4-drama doordrongen van vals sentiment. Knap genoeg is dat niet het geval. In de film zijn opvallend weinig tranen te zien. Voor zware emoties heeft Ann geen tijd. Ze wil haar laatste twee maanden zo mooi mogelijk leven. Ann wordt wakker uit een droom en beseft opeens: ik moet nu echt gaan leven. Het leven van veel mensen is in haar ogen opeens nep, Milli Vanilli.

Geen espresso

Regisseuse Isabel Coixet baseerde haar flm op het boek Pretending the Bed Is a Raft van Nanci Kincaid. Ze vertelt het verhaal op een langzame wijze, maar niet te langzaam. Vooral heeft ze veel oog voor de details die een mooi geheel vormen. Zoals een klant in een café die loopt te zeuren over dat er geen espresso meer is. Of Ann haar vriendin die alleen maar bezig is met afvallen. Ann ziet in dat dit niet de belangrijke dingen in het leven zijn.

Ingehouden

Sarah Polley, die eerder schitterde in eXistenZ en Go weet de rol van Ann perfect neer te zetten. Ze speelt haar als een op het eerste gezicht heel normaal meisje, dat van de een op de andere dag zwaar nieuws te horen krijgt. Hoe ze daar emotioneel mee omgaat, speelt Polley ingehouden. Weinig tranen, maar blauwe ogen die haast verraden dat ze een afschuwelijk geheim bij zich draagt.

Discussie

De film biedt daarnaast ook nog interessant discussiemateriaal. Heeft Ann inderdaad het recht om de rest van haar omgeving niet te vertellen dat ze kanker heeft? Haar man en kinderen hebben tenslotte niet de kans om afscheid van haar te nemen. Aan de andere kant blijft hen een heleboel ellende bespaard. Een interessant vraagstuk.

Humor en hoop

My Life Without Me is een dramatische film: het verhaal zal weinig mensen onberoerd laten. Toch is de film niet vervelend zwaar geworden, hoe heftig het verhaal ook is. Dit komt doordat de nadruk in de film niet gelegd is op het sentiment of eventuele depressie. Er is ook ruimte voor humor en hoop. Daarnaast is er bij het einde ruimte voor de kijker gelaten om de toekomst in te vullen: hoe ziet mijn leven er uit zonder mij?

Muziek / Album

Lichte muziek met zware woorden

recensie: Travis - 12 Memories

Een zwembad van een hotel in Frankrijk maakte in de zomer van vorig jaar een onverwacht einde aan de stroomversnelling in de carrière van Travis. Drummer Neil Primrose dook hier namelijk in zonder zich over de diepte van het bad zorgen te maken en brak drie nekwervels. Lang was het onzeker of hij nog wel zou kunnen lopen, maar Neil gebruikte het drummen juist als therapie om er weer bovenop te komen. De rest van de band laste noodgedwongen een pauze in en kwam tot nieuwe inzichten. Ze beschouwen zelf 12 Memories dan ook als hun beste album tot nog toe. De grote vraag is of wij de stap van Travis van onschuldige liedjes, naar songs met een verhaal kunnen waarderen of dat dit de band nodeloos zwaarmoedig maakt.

~

Travis ontstond in het Schotse Glasgow, uit een andere band met de naam Glass Onion. De band nam al in 1997 haar eerste album Good Feeling op. Maar het echte succes kwam pas met de plaat The Man Who (1999), een CD die direct op nummer één in de hitlijsten terecht kwam. De opvolger The Invisible Band brak nog meer records. Het nummer Why Does it Always Rain on Me? bijvoorbeeld zal iedereen direct in het gehoor springen. Heerlijk zorgeloze muziek.

Herkenbaar geluid

De muziek is sinds The Invisible Band eigenlijk niet erg veel veranderd. Het geluid van Travis is nog steeds herkenbaar, vooral door de luchtigheid van de begeleiding. De muziek dartelt vrolijk door tijdens het hele album. Speciaal Quicksand en Somewhere Else vallen hierdoor direct op. Het is muziek waar je vrolijk van wordt, het maakt daarbij eigenlijk niet uit welke tekst de zanger ten gehore brengt. Het voelt als was je een vrolijk kwispelende hond. Het maakt niet uit wat je baasje zegt, de toon waarop het gezegd wordt is een stuk belangrijker.

Leed van de wereld

~

De teksten van Travis zijn echter wel volwassen geworden. De band heeft relatief ‘makkelijke’ emoties als liefde en het bijkomende verdriet grotendeels losgelaten en is zich het leed van de wereld gaan aantrekken. Dit leidt soms tot een flinke dosis cynisme in The Beautiful Occupation met de tekst “I’m just wasting my time / Half a million civilians gonna die today.” Heerlijke Schotse nuchterheid. Maar Travis is meer dan nuchterheid. In het nummer Peace The Fuck Out roepen ze eenduidig op om onze stem te verheffen en niet stilzwijgend akkoord te gaan met de oorlogen in de wereld. Gebrek aan nuchterheid is soms ook zo mooi.

Een echte Corbijn

Toen ik deze CD voor het eerst zag dacht ik eerst maar een ding: “Eindelijk weer een echte hoes van Anton Corbijn”. Je ziet zo vaak goedkope namaakhoezen van fotografen die proberen op ongewone plekken scherp te stellen en dat op bruin bromide papier af drukken, om dezelfde sfeer te krijgen. Het doet dan ook goed om de mooie hoes van Travis te zien. Mooie foto’s met de klasse van de originaliteit van de meester zelf.
Verder is de muziek heerlijk lichtzinnig, maar aan de andere kant ook diepzinnig. De band combineert simpele teksten met lichte muziek, maar geeft ondertussen wel een mooie boodschap mee. Daardoor kom je makkelijk in de muziek en luister je ook eerder naar de betekenis van de woorden.

Denken

Travis heeft duidelijk een flinke ontwikkeling doorgemaakt. Na een lange afwezigheid laat 12 Memories een mooie nieuw geluid horen. De muziek is zeker niet erg veranderd en stroomt nog steeds over van muzikaliteit. De verandering zit hem vooral in de teksten, die inmiddels een stevige boodschap meegeven. Dit leidt echter niet tot zwaarmoedige beschouwingen, maar de band zet je gewoon aan het denken. Meer is er niet nodig. Samen met het uiterlijk zorgt dit er voor dat Travis een erg toegankelijk album heeft neergezet. Een lust voor het oog en het oor.

Link:

Officiele homepage: www.travisonline.com

Boeken / Fictie

Emoties die wat te hoog oplopen

recensie: Sarah Rayner - Gelijk spel

.

~

In Gelijk spel vormen Orianna en Ivy een team. Ze werken veel samen als art director en copywriter op het reclamebureau Green, dat is gevestigd in Soho. Buiten het werk zijn de twee ook bevriend, maar dat verandert als Oraina een relatie krijgt met Dan, hoofd financiën. Ze houden dit eerst geheim voor hun colleges en zelfs voor Ivy. Dit vindt Ivy niet leuk. En als Orianna dan ook nog een career move maakt en creatief directeur wordt, gaat haar wraakcampagne van start.

Trouwen

Ivy speelt iedereen tegen elkaar uit en dat alleen om er zelf beter van te worden. Ze verzint dingen, vertelt halve waarheden en meer van die dingen. Gelukkig verklaart de schrijfter wel waarom ze dat doet. Ze heeft een nare jeugd gehad. En dan doe je zulke dingen, dus. Echter in dit verhaal waar ‘slecht’ heel slecht is en ‘goed’ heel goed, komt alles op z’n pootjes terecht. Ivy wordt door iedereen verlaten en Dan en Orianna komen weer bij elkaar en trouwen zelfs! Eind goed al goed.

Het verhaal is compleet met karakters die niet uitgewerkt worden, maar waarvan een fijne stereotypering wordt gegeven, zoals de homoseksuele sportinstructeur, die voor Dan valt en de aan winkelen verslaafde artdirectors en copy writers. Ivy is een mooie roodharige en Oriana een gevoelige ronde Italiaanse in wier ogen telkens tranen wellen, of zoals de schrijfster zegt: druppen of rollen. Doordat de meeste personages veel te lang werken, reageren ze soms nogal overtrokken, zoals Orianna wanneer Dan het horloge verloren heeft, dat ze hem gaf.

~

‘Ik denk dat ik het op de sportschool heb laten liggen’, gaf hij toe.
‘Op de sportschool?’, krijste Oriann met een mengeling van boosheid en schrik. ‘Waar op de sportschool?’
‘Dat weet ik niet meer precies.’ Dans gedachten waren één grote warboel. ‘Waarschijnlijk in de kleedkamer.’
‘Maar dan heeft iemand het misschien wel gestolen!’ jammerde Orianna. ‘O, Dan!’ De tranen begonnen over haar wangen te rollen.

Shakespeare zou zich omdraaien in zijn graf. Gelijk spel zou een moderne Othello zijn. Goed, iemand neemt wraak op iemand anders, maar verder kunnen het verhaal en de dialogen niet tippen aan de middeleeuwse variant. De titels boven de hoofdstukken zijn bedoeld als moderne varianten op Shakesperiaanse zinnen, bijvoorbeeld Had ik jou niet lief de chaos is compleet. Maar ze zijn flauw en passen niet goed in het boek.

Verliezen

Doordat er veel dialogen zijn leest het boek snel, maar dat is nog geen teken van kwaliteit. Er zit een kleine spanningsboog in, zeker wanneer er ook nog een fraudezaak is, maar het is allemaal wat te zoet. De emoties lopen hoog, doet het persbericht me geloven, maar de personages stellen zich misschien wat te veel aan. Als ze iets minder overdreven reageerden, was er lang niet zo veel aan de hand geweest. Misschien is het boek leuk voor in de metro, maar als je het toevallig verliest bij het overstappen, is dat ook niet zo’n probleem.

Boeken / Strip

Driftig geëxperimenteer

recensie: Swah?

‘Opmerkelijk’ is een woord dat door je hoofd schiet als je voor het eerst het werk van Johan van Zanten onder ogen krijgt. Want dat zijn tekenstijl afwijkt van die van andere tekenaars, behoeft geen betoog. Het is niet voor het eerst dat er driftig geëxperimenteerd wordt met kaderlijnen, wel dat dit zo consequent gebeurt. Het is dan ook even wennen als je het eerste album van deze 28-jarige bouwkundige doorbladert. Toch zal hij voor velen geen onbekende zijn. Al enige tijd is zijn werk dagelijks te bewonderen in het Noord-Hollands Dagblad.

~

Deze ongebruikelijke vormgeving brengt toch ook een gevaar met zich mee: de tekeningen eisen regelmatig te sterk de aandacht op, waardoor de clou genoegen moet nemen met een bijrol. Hieruit blijkt duidelijk de onervarenheid van de tekenaar. Het is dan ook zaak hier de komende tijd meer aandacht aan te schenken. Er dient een evenwichtige dialoog te ontstaan tussen woord en beeld. De acteurs zijn er om het verhaal te vertellen, niet om zichzelf te presenteren.
Het goede nieuws is dat Johan van Zanten een auteur is met een eigen smoel. Nu is het zaak hier een meer volwassen invulling aan te geven.

Actualiteit

~

Op zijn eigen website pretendeert de auteur met een ‘scherpe blik naar allerhande situaties uit het menselijk bestaan te kijken’ en in te haken op de actualiteit. Dit laatste gaat hem goed af. Zo mogen onder meer de bijdragen over de oorlog in Irak en de perikelen omtrent het Kyotoverdrag gerust een hoogtepunt worden genoemd. Op een creatieve en prikkelende wijze worden deze onderwerpen in beeld gebracht.
Toch is dit te weinig om het album himmelhoch jauchzend in te halen. Te vaak blijven de grappig bedoelde passages steken in flauwiteiten en neigen de serieus getinte scènes naar oppervlakkigheid.

Desondanks is het verfrissend een tekenaar aan het werk te zien die eigenwijs genoeg is om de platgetreden paden te negeren en een eigen route uit te stippelen. Of hem dit eeuwige roem zal opleveren, is uit dit debuutalbum nog niet op te maken. Veel zal afhangen van zijn bereidheid zichzelf en de wereld om hem heen met een zekere onbevangenheid tegemoet te treden. Alleen dan zal hij zich verder kunnen ontwikkelen als observator en cartograaf van het menselijk bestaan in al zijn facetten.

Theater / Voorstelling

Schitterend theater

recensie: Het licht in de ogen

.

~

En dat zeg ik niet om hen te plezieren, maar omdat het echt zo is. Ze zetten een schitterend spel neer. Hij met z’n – soms wat voor de hand liggende – grappen, maar met een mimiek waardoor je wel in de lach schiet. En zij met haar bedenkende gezicht, ze is goed in het dramatische spel. Nieuwenhuijzen en Croiset vullen elkaar perfect aan. Elke acteur mocht willen dat hij na 50 jaar, net als deze twee, nog zo op de planken staat.

Warmte

Het licht in de ogen gaat over een oud theaterechtpaar. Het toneel heeft hen niet meer nodig en daarom zitten ze thuis te klagen en te dromen. Zij droomt van tropische warmte, hij van warme aandacht. Ondertussen gunnen ze elkaar het licht niet meer in de ogen. Als op een dag de telefoon rinkelt en zij het goede nieuws krijgt om aan een come back te beginnen, neemt hun leven een radicale wending.

Het tweede deel van het stuk is sterker dan het eerste deel. Die radicale wending wordt op een gegeven moment dramatisch en daar kan Nieuwenhuijzen zich prima in uitleven, een lust voor het oog. Terwijl zij in het eerste deel meer op de achtergrond bleef. Daarentegen komt Croiset, zelf ook regisseur bij het Toneel Speelt, in het eerste deel meer tot z’n recht en moet hij daarna een stapje terug doen. Goed geregisseerd door Gijs de Lange.

Het Milieu

~

Ger Thijs schreef de teksten. Goed, kort en raak. Met een minpuntje: er kwamen wel erg veel grappen over de toneelwereld voorbij, die waarschijnlijk toch bij een deel van het publiek (dat minder met het theatermilieu bekend is) niet aankomt. Soms kwamen er teveel namen van recensenten en regisseurs voorbij. Uiteraard is het een afweging geweest, omdat het wel bij de beleving van dit uitgerangeerde theaterechtpaar hoort, maar het had nog iets meer beperkt kunnen worden.

Het licht in de ogen is gewoon een lachwekkend, maar ook wel verdrietig stuk over het leven, ijdelheid, jaloezie en liefde.

Speelperiode: tot en met 29 april 2004
Meer informatie: www.hettoneelspeelt.nl

Muziek / Album

Music for the morning after the day I forgot

recensie: Pete Yorn - Day I Forgot

.

~

En inderdaad, er is niet veel nieuws onder de zon. Day I Forgot bestaat uit dertien typische Yorn-liedjes, drie bonustracks, een videoclip en een oermelige ‘making of’. Het reguliere deel van het album klinkt zeer constant en kent zowel weinig uitschieters omhoog als omlaag. Eigenlijk net als Musicforthemorningafter. Het grote verschil is echter dat het niveau van die laatste toch wel een stap hoger ligt. Day I Forgot bereikt slechts zelden dezelfde intensiteit als zijn voorganger.

De handtekening van Pete Yorn is onmiskenbaar aanwezig op deze plaat. Het probleem is echter dat zijn nummers dit keer steeds net niet dat extra beetje spanning geven. De eerste single Come Back Home kent een aantal aanstekelijke coupletten, het refrein is echter ronduit vervelend en het zeurderige All At Once heeft toch wel heel veel weg van een standaard Creed-ballad. Jammer, want op Musicforthemorningafter waren de nummers honderd procent goed.

R.E.M.

~

Natuurlijk herbergt het album wel een paar juweeltjes. Met name het breekbare Turn Of The Century en het snellere When You See The Light zijn prachtig. Ook is het ultieme popliedje Man In Uniform de moeite van het vernoemen waard, alleen al doordat de mandoline door niemand minder dan Peter Buck van R.E.M. wordt bespeeld. Yorn speelde eerder dit jaar geregeld in het voorprogramma van de grootheden uit Athens, die zonder meer een grote invloed hebben gehad op het werk van Pete Yorn. De heren van R.E.M. behoren toch tot de beste songwriters ter wereld, nietwaar?

Het is opvallend dat de drie bonustracks misschien wel het interessantst zijn. Het punky Drive Away laat eens een andere kant van Yorn zien en het prachtige Seventeen (aan de productie te horen afkomstig uit dezelfde tijd als Musicforthemorningafter) is naar mijn mening het hoogtepunt van Day I Forgot. Het album maakt de verwachtingen niet waar en dat is jammer, want Yorn heeft zonder meer het talent om nog veel mooie platen te maken. Net als R.E.M. al decennialang doet.

Link:

http://www.peteyorn.com

Muziek / Album

Betere teksten dan liedjes

recensie: Heather Nova - Storm

.

~

In 1968 werd Heather geboren in Bermuda. Ze werd volwassen op een boot, en hield eigenlijk altijd haar muzikale gave voor zichzelf, totdat in 1993 haar officiële debuutalbum Glowstars uitkwam, slechts tien jaar geleden dus. Haar carrière nam pas echt een vlucht met een hit die ze in 1995 scoorde met het legendarische Maybe an angel, wat als veel meer een rocksong was dan de nummers op Glowstars. Na die tijd is ze echter steeds meer teruggegaan naar haar ‘roots’ van de simpele sing-songwriter zonder te veel ondersteunende muzikanten.

Karig

De muziek is dan ook een stuk simpeler dan op bijvoorbeeld haar hitalbum Oyster (1995) of Siren (1998). Geen overdreven violen, of orkestrale support. Ze laat zich ondersteunen door in totaal drie muzikanten, en ik hoor ook niet meer dan drie instrumenten tegelijk haar stem ondersteunen. De muziek is dus erg puur, maar als je het negatief beziet is het allemaal wel erg karig geproduceerd. Ik had zelf liever wat meer muzikale diepgang gehoord, aangezien dit de stem van Heather meestal tot grote hoogten brengt. Enkel haar stem en een piano is net een beetje te weinig.

Simpele uitvoering

~

Het is dan ook jammer dat dit karig uitvoeren van de muziek zich ook vertaalt in de uitvoering van de CD zelf. We krijgen de teksten niet meegeleverd (waarom toch die bescheidenheid?), en Heather is blijkbaar niet trots genoeg op haar eigen prestaties om te vermelden dat ze zowel de leading-vocals, als ook de backing-vocals voor haar rekening neemt (en wie weet wat nog meer?). Voor meer informatie, worden we doorverwezen naar haar website en het onlangs uitgegeven boek The Sorrowjoy. Ik vraag me dan echt af waarom je, als je zo veel tijd in de productie van een album hebt kunnen steken, niet trots genoeg bent om het mooi af te werken, met een mooie hoes.

Trots en wil

Mij persoonlijk heeft het lang gekost voordat ik Storm kon waarderen. Ik hou van de bombastische Nova die haar stem stevig lied ondersteunen door een vette gitaar, en een warm orkest. Ze lijkt nu nog bescheidener uit de hoek te willen komen dan op haar debuutalbum Glowstars. Ik mis heel duidelijk de trots en wil om de muziek uit te werken tot meer dan enkel teksten. Nu had ik er een week voor nodig om de muziek te gaan waarderen en zal het nooit tot mijn favoriete CD’s gaan behoren. Waarom moet ik de CD minstens tien keer gehoord hebben voordat ik de muziek lekker in mijn gehoor vindt liggen, terwijl dit met een beetje meer productie binnen twee keer was gelukt. Het is dus een album dat heel veel tijd nodig heeft om goed te gaan klinken en ik vrees dat dit een drempel is die voor velen te hoog is.

Beetje te veel teksten

Nova heeft zich dus duidelijk met dit album meer gericht op haar teksten dan op de muziek. De muziek is rustig en kabbelend als de zee waar ze opgegroeid is. Het is vaak moeilijk om een climax in de nummers te vinden, ondanks dat haar stem je aardig de weg wijst. Helaas gaat ze hiermee nog verder terug in de tijd dan haar vorige album South en klinkt eigenlijk nog simpeler dan haar debuut Glowstars. Ik mis hierbij duidelijk de warme muzikale ondersteuning die haar op de podia tot zo’n ster maakt. Ik hoop dat ze op haar volgende album toch wat meer instrumentalisten zal laten optrommelen. Het is helemaal niet erg om toegankelijke muziek te maken voor een breed publiek.

Links:

Officiele homepage Heather Nova

Boeken / Fictie

Pourriez-vous nous dire où nous nous trouvons exactement?

recensie: Pol Hoste - Montréal

.

~

De tijd dat de wereld, het leven, gevat kon worden in een rechtlijnig verhaal, waarin de auteur en God-in-het-diepst-van-zijn-gedachten duiding en zingeving kon geven, is – goddank – lang vervlogen. (Dat zou je hopen, de wereld is vergeven van romantische zielen, zei de pessimist). De (post)moderne wereld bestaat uit duizenden beelden, miljoenen citaten en miljarden verhalen. Op één dag krijg je talloze indrukken te verwerken; Israël staat op de stoep en Montréal ligt in je achtertuin.

Wirwar

Hoe moet een auteur hiermee omgaan? Kiest hij een verhaal en kent hij dit verhaal symboolwaarde toe? Of laat hij de gefragmenteerde wereld zien zoals die kan zijn? Pol Hoste kiest duidelijk voor het laatste. Zijn boeken zijn een wirwar aan verhalen (een plas een zee een chaos, zou Louis Paul Boon gezegd hebben) die elkaar in sneltreinvaart opvolgen. Het is een voortdurende gedachtestroom die de lezer heen en weer slingert tussen het heden in Montréal en herinneringen in Lokeren, Gent, Brussel of waar ook ter wereld. Van het ene moment op het andere verkeer je in de jeugd van de schrijver, of Passant zoals hij ook wel heet, en ben je getuige van kleine Pols ridicule vertaling van de communistische overtuiging van zijn vader. En je weet: hier zijn we getuige van een tedere deconstructie van die ideologie. In de (post)moderne tijd bestaat dè waarheid, of hèt verhaal, immers niet (integendeel, de wereld bestaat uit miljarden verhalen, dat zei je net zelf).

Taalstrijd

~

Waarom dan naar Montréal gevlogen en waarom het boek dan opgedeeld in hoofdstukken? Is er dan wel sprake van structuur en symboliek in Montréal? (Maar natuurlijk, anders zou je die vragen niet stellen, zei de oplettende lezer.) Traveller en Passant (geen alledaagse namen) reizen van België (grofweg in tweeën gedeeld) naar Canada (ze spreken er Engels en Frans) en de parallellen beginnen te dagen. Maar ook de verschillen treden naar voren. Wordt er in België niet vooral door de Nederlandstaligen geijverd voor een eigen staat? En voelen niet juist de Franstalige Canadezen zich achtergesteld?

In Montréal verdwijnen de problemen. De wereld is groter. De mens is opgesloten in taal. Hij zit gevangen in het Nederlands, Engels en Frans en ploetert in het Spaans. In al die talen bestaan er verhalen en al die verhalen doen ter zake, maar het individu, Passant, geraakt er niet uit. Hij gaat er inderdaad aan voorbij, hij is een reiziger in de wereld, in dit boek, die slechts kan toezien en registreren. Zijn reis heeft een begin, een verblijf en een einde, maar geen doel. Wat er wel is, zijn de indrukken en de herinneringen en daar blijft het bij, want om het met de laatste zin van het boek te zeggen: ‘Pourriez-vous nous dire, moidemoiselle, s’îl vous plaît, où nous nous trouvons exactement?’

Muziek / Album

Grote Namen en het begin van het einde voor een platenlabel

recensie: Tsjaikovsky - Symfonieeën 4, 5 & 6

Het was ergens in 1943, in het neutrale Zweden. Een muzikaal festival,
orkesten uit zowel Engeland, de Verenigde Staten als Duitsland. Een unieke
gebeurtenis, waarbij muzikale coryfeeën als Malcolm Sargent, Adrian Boult,
Thomas Beecham en zo nog wat anderen probeerden de oorlog voor een moment
te doen vergeten. Sargent, een zachtaardige man van het type dat je alleen
in Evelyn Waugh-romans lijkt tegen te komen, werd na een succesvolle
uitvoering van Mahlers eerste symfonie benaderd door een Duitse collega
die hem toesiste dat hij op een vuurpeloton kon rekenen als Hitler Londen
had veroverd. Uit de hoge hoed van John le Carré? Nee, een glimpje op het
allerschattigste karakter van Herbert von Karajan (1908-1989).

~

Objectiviteit is natuurlijk een mythe – je doet je best om iets min of
meer afgewogen te beoordelen, maar elk verhaal is ongewild een
afspiegeling van je eigen vooroordelen. Soms kijk je over de
tekortkomingen van een favoriete schrijver, acteur of musicus heen, op
andere tijden zet je de negatieve kanten nog eens aan van iemand waar je
toch al een bloedhekel aan hebt. Elk woord van Harry Mulisch bevestigd
zijn imago van arrogante eigengeiler, Michael Schumacher heeft nog nooit
een overwinning gehaald zonder een achterbakse streek en natúúrlijk is
Bassie schuldig aan belastingfraude.

Ellebogen

O ja, en Herbert von Karajan is de meest perfide artiest die ooit de het
woord ‘musicus’ heeft mogen bezoedelen. Zal ik even opsommen? Karajan was
HEEL fout in de oorlog. Hij probeerde daarna waar hij kon anderen uit
belangrijke posities te ellebogen met geoorloofde maar heel vaak ook
ongeoorloofde middelen. Hij gaf het begrip egomanie een heel nieuwe
betekenis – zo stond hij erop om filmopnamen van zijn uitvoeringen zelf te
regisseren zodat hij er zeker van was dat hij minstens de helft van de
tijd in beeld zou zijn. En dan is er nog die allesverterende
zelfingenomenheid die je ook hier weer tegenkomt: Karajan in Rusland. Net
zoals die hoes met Karajan geleund tegen de neus van Zijn Vliegtuig en de
Karajan-editie, getooid met Janneke Brinkman-achtige waterverfjes van
mevrouw Karajan, die naar de foto te oordelen ooit begonnen moet zijn als
minstens veertig jaar jongere secretaresse. Het wordt allemaal net iets
te veel.

Acht keer Wagner

Maar het allerergste is wel dat Karajan zo’n beetje in zijn eentje
verantwoordelijk is geweest voor de volslagen belachelijke cultus die van
dirigenten sterren heeft gemaakt. Een status waar platenlabels dankbaar
van hebben geprofiteerd overigens, en die zeer ten koste is gegaan van de
rijkheid van het orkestrepertoire. Steeds minder dirigenten toerden rond
bij talloze orkesten met een heel klein arsenaal aan werken – waar een
‘ster’ als Hans Richter aan het einde van de negentiende eeuw elk seizoen
nog een groot aantal nieuwe stukken instudeerde, stelden dirigenten van de
generatie van Karajan zich tevreden met een overanderlijk, ijzeren
repertoire. In die tijd werd het ook normaal dat dezelfde dirigent vijf
keer een Beethoven-cyclus opnam of achtmaal Wagners opera’s integraal
mocht uitbrengen. Daar komt de laatste tijd goddank een beetje kentering
is, maar het heeft de klassieke muziek als creatieve kunstvorm
onnoemelijke schade toegebracht.

Dus voor mij is het wat lastig om een opname van Herbert von Karajan ook
maar enigszins neutraal te beluisteren. Maar soms wordt je door het
noodlot een handje geholpen – deze heruitgave van DG stinkt aan alle
kanten, zelfs als je Karajans charmante persoonlijkheid erbij wegdenkt. De
constatering dat Von Karajan buitengewoon weinig voeling lijkt te hebben
met Russische muziek is nauwelijks nieuw en ik ben ook allerminst de
eerste die hem maakt, maar de puinhopen die verschijnen uit Pjotr Iljitsj
Tsjaikovski’s laatste drie symfonieeën zijn zelfs voor zijn doen wel
uniek.

Versies

~

Tsjaikovski’s laatste drie symfonieën goed brengen is verdomd moeilijk: de
interpretatie waaraan nog steeds alle andere getoetst dienen te worden is
die van Jevgeni Mravinski met het Leningrads Filharmonisch Orkest, maar
die is inmiddels toch ook alweer een dikke veertig jaar oud. Ik wil niets
afdoen aan de verder uitstekende prestaties van Janssons (Chandos) of
Pletnev (ook DG), maar dezelfde klasse halen ze toch niet helemaal. Ze
zijn echter nog altijd mijlen verheven boven de trage, ongeïnspireerde
(van zowel orkest als dirigent) en onverschillige versies die Karajan
meende te moeten maken. Hij zal ongetwijfeld geweldige Wagners, Brahmsen
en Beethovens hebben neergezet, maar van Tsjaikovski moet hij afblijven en
als iemand dat duidelijk maakt is hijzelf het hier wel. Wat is de
motivatie van DG om ze dan opnieuw uit te brengen? Karajans naam, neem ik
aan. Ik kan echt niet verzinnen wat het anders moet zijn.

De opnamen zijn net iets jonger dan die van Mravinski. Maar waar
Mravinski over bijvoorbeeld het tweede deel van symfonie nummer vijf 12
minuten doet, heeft Karajan daar ruim 15 voor nodig. Tsjaikovski schuwt
het sentiment toch al niet, en juist daarom is het zo belangrijk om hem
‘droog’ te spelen, zonder veel toeters en bellen. Vergelijk het laatste
deel van de vierde maar eens bij Mravinski en Karajan – bij de eerste spat
het con fuoco er van af, bij de laatste wordt het vuur al snel gedoofd.
Elders zijn de verschillen minder extreem, maar het is wel tekenend voor
de ongeïnteresseerdheid van Karajan: hij heeft geen zin in deze stukken,
heeft er ook geen gevoel voor, maar de naam op zich rechtvaardigt
blijkbaar deze heruitgave.

Weg avontuur

Daarmee geeft deze heruitgave nieuwe voeding aan mijn toch al niet
geringe twijfels over de huidige koers van de grote labels in het
algemeen en die van Deutsche Grammophon in het bijzonder. Nu stond het
toch al nooit bekend als buitengewoon vooruitstrevend of innovatief (zowel
in oud als nieuw repertoire), maar de laatste tijd heeft DG wel heel erg
veel aan avontuurlijkheid ingeboet. De recente Miaskovsky-uitgave onder
Järvi was een welkome uitzondering, maar afgezien daarvan hebben we weinig
originele dingen van het label mogen horen. Het is vooral meer van
hetzelfde: weer een stel Bach-partita’s, weer een Symphonie Fantastique of
Turandot, waarvan we er al minstens vijftig hebben. En waarvan DG vindt
dat we er nog eens twintig meer in heruitgaves nodig hebben. Nog steeds
wordt er sterk geteerd op grote namen: Mutter, Von Otter, Abbado, Karajan.
Maar dat gebeurt zonder dat er ook maar de geringste investering in de
toekomst wordt gedaan.

~

Eerlijk gezegd maakt het me uiteindelijk maar heel weinig uit of een stuk
wordt gedirigeerd door Bernard Haitink of Siebe van der Ploeg – het is de
muziek die je moet grijpen, niet de zogenaamd Grote Naam die toevallig het
voorrecht is gegund om voor het orkest te mogen staan. Grote labels gaan
naar het lijkt steeds meer voor de Sterren, voor -steeds minder-
verzekerde ‘return on investment’ van een bijzonder smal repertoire. Het
overzicht van releases voor de komende maanden ziet er niet veel
rooskleuriger uit en een paar afgezaagde en nogal geforceerde
crossover-pogingen zullen daar weinig aan veranderen. Naxos, Hyperion en
Chandos hebben bewezen dat het zowel artistiek als economisch kan lonen
verder te kijken dan ijzeren repertoire of sterrenstatus: als DG, EMI en
Philips willen overleven – al is het maar artistiek- zullen ze dat ook
moeten doen.