Film / Films

Cloaca

recensie: Cloaca

Cloaca is de tragikomische verfilming van het gelijknamige toneelstuk dat geschreven werd door Maria Goos. “Cloaca”, wat letterlijk een riool of het uiteinde van het darmkanaal bij dieren betekent, is een oude kreet van vier studievrienden, die in het begin gebruikt wordt als begroeting en als afscheid, maar tegen het eind meer een verraderskreet wordt.

~

Vier oude studievrienden zijn door omstandigheden weer even op elkaar aangewezen. Wanhopig proberen ze de oude vriendschap te herstellen. Politicus Joep (Gijs Scholten van Aschat), die uitzicht heeft op een ministerpost, zit middenin een huwelijkscrisis. De eens zo bevlogen student kunstgeschiedenis en nu gemeenteambtenaar Pieter (Pierre Bokma) zit diep in de problemen op zijn werk. Jarenlang heeft hij voor zijn verjaardag een schilderij mogen uitkiezen uit het nuldepot, een gemeentearchief waar afgeschreven kunst wordt opgeslagen. Nu blijken de schilderijen veel waard te zijn en wil de gemeente ze terug. De aan cocaïne verslaafde topadvocaat Tom (Peter Blok) heeft in een ontwenningskliniek gezeten en wordt door Pieter opgevangen in zijn huis. De vierde vriend Maarten (Jaap Spijkers) staat vlak voor de premiere van zijn nieuwe theaterstuk, waarin Joeps 18-jarige dochter, met wie hij tussen de bedrijven door een relatie heeft, een rol speelt. Hij en Joep willen Pieter helpen met zijn problemen op het werk, maar het zo zorgvuldig opgebouwde plan van Tom om Pieter uit de brand te helpen valt volledig in duigen als blijkt dat de wankele balans die Joep in zijn leven gevonden heeft bedreigd wordt. Ze laten elkaar vallen als bakstenen en kiezen elk voor hun eigen hachje. De oude vriendschap blijkt niet bestand tegen het egoïsme dat de mannen typeert. Pieter blijft hulpeloos en alleen achter.

Tragi-humor

~

De eerste helft van de film is een aaneenschakeling van humoristische dialogen en tragische monologen. Het is duidelijk dat regisseur Willem van de Sande Bakhuyzen door middel van hilarische scènes en de daaruit voortvloeiende tragische omslag een gezicht probeerde te geven aan de tot vergetelheid gedoemde vriendschappen. En toegegeven, al is Cloaca geen optimistische film, in het begin is hij toch erg grappig. De vier hoofdrolspelers proberen de kijker door middel van de dialogen en de monologen aan het lachen te brengen. Een voorbeeld daarvan is Joep, die zich afvraagt wat er nog over is van zijn huwelijk. Je kunt het niet laten om te lachen als je ziet hoe de hockeysticks van de kinderen op Joeps hoofd vallen terwijl hij net zijn koffers aan het pakken is om zijn vrouw te verlaten, hoe schrijnend de situatie ook is. De tweede helft raakt in een stroomversnelling, waarbij je goed moet opletten om vooral niets te missen. De humor slaat om in tragische beelden, die zeer goed neergezet worden door de acteurs. Het is duidelijk dat de acteurs gewend zijn aan hun rollen, waarbij ze niets aan spontaniteit verliezen. Mindere acteurs zouden waarschijnlijk nep overkomen, maar de types die neergezet worden zouden zo uit het echte leven gegrepen kunnen zijn.

Monotoon gezeur

Helaas wordt Joeps monoloog op den duur monotoon gezeur dat aan je voorbij trekt zonder ook maar enige inhoud te hebben. En denk je net dat hij uitgepraat is, dan begint hij weer opnieuw. Mede dankzij dit soort scènes ben ik geen grote fan van deze film. Een ander probleem dat ik met de film heb is dat ik me als vrouw van een kwart eeuw oud moeilijk een voorstelling kan maken van de midlife-crisis die de heren in de film plaagt. De oude vriendschappen, die even herleeft worden en dan als een droom vervagen, is ook iets waar ik me niet verbonden mee voel. Daar moet je toch iets ouder voor zijn, heb ik het idee. Er was met name in de eerste helft van de film geen doorkomen aan. De tweede helft maakte redelijk wat goed. Vooral de laatste paar scènes zijn zo schrijnend dat het kippevel je over de armen loopt. Voor sommigen, zoals ik, is de film geen blijvertje, maar voor anderen kan de film een weerspiegeling zijn van een wereld die dan net zo dichtbij komt als de close-up van het doucheputje dat de film uitleidt.

Film / Films

Videotapes op een schijfje

recensie: Editie oktober 2003

Het is zo jammer dat sommige dvd-makers nog steeds denken dat een schijfje niet veel meer is dan een platte en ronde videoband. Er worden nog steeds dvd’s op de markt gebracht waarop alleen de film staat. En dat terwijl andere dvd’s vol staan met leerzaam audiocommentaar, lachwekkende bloopers, diepzinnige documentaires en andere leuke extra’s. Een dvd met ‘niks’ erop kan haast niet meer. Langzaamaan dringt dat ook tot distributeurs door. Er duiken steeds vaker trailers, featurettes en behind the scenes op. Het gaat de goede kant op. Als nu de kwaliteit van het gebodene ook nog beter wordt, kunnen we met gerust hart een punt zetten achter deze rubriek: videotapes op een schijfje.

The Hours (RCV)

~

Een fascinerende, complexe film met drie overdonderende actrices in drie even ontroerende verhaallijnen. The Hours is gebaseerd op het gelijknamige, bekroonde boek van Michael Cunningham dat de levens van drie vrouwen belicht aan de hand van Mrs. Dalloway van Virginia Woolf. In de jaren twintig zien we hoe Woolf (een onherkenbare Nicole Kidman) worstelt met haar saaie leven en haar nieuwe roman, in de jaren vijftig volgen we Julianne Moore, een huisvrouw die zich probeert los te trekken van haar bekrompen omgeving en rond de millenniumwisseling loopt het leven van Clarissa Dalloway (Meryl Streep) parallel met dat van haar naamgenoot uit het boek.

De ongetwijfeld vele verwijzingen naar het leven en werk van Virginia Woolf zijn mij grotendeels ontgaan, en de dvd-uitgave van de film was een perfecte gelegenheid geweest alle feiten uitgebreid te belichten. Maar dat er alleen een trailer te vinden is op deze dvd is tegelijk jammer en toepasselijk, want een film die zo doordrenkt is van literatuur nodigt je uit om je televisie eens uit te zetten en een bibliotheek of boekhandel binnen te stappen voor drie boeken: Cunninghams roman, een biografie van Woolf en natuurlijk Mrs. Dalloway.

Narc (Bridge Entertainment)

~

Eindelijk weer eens een politiefilm die het niet moet hebben van agenten die verzuchten “too old for this job” te zijn, lachwekkende criminelen of wereldwijde misdaadkartels. Narc is een grimmige, realistische film die wat verhaal en sfeer betreft eerder thuishoort in de jaren 70, maar door de manier van filmen zeer modern overkomt. Het verhaal gaat over Nick Tellis, indrukwekkend gespeeld door Jason Patric (waarom zien we deze topacteur niet vaker in films?), die de moord op een jonge undercoveragent op moet lossen. Hij wordt gekoppeld aan diens partner, Henry Oak (opnieuw een prima rol van Ray Liotta), die meer weet van de zaak dan hij op het eerste gezicht laat merken. Narc blijft spannend tot het einde, en verdient het door een groot publiek gezien te worden.

Helaas zullen de extra’s weinig liefhebbers over de streep trekken, want de “interviews” met de drie hoofdrolspelers (ook rapper Busta Rhymes doet mee), regisseur Joe Carnahan en producent Tom Cruise (groot vermeld op de hoes) dragen weinig bij aan de kwaliteit van de film. Gelukkig is Narc overal verkrijgbaar en niet duur, dus kopen die schijf!

Spider (Dutch Filmworks)

~

David Cronenberg, regisseur van klassiekers als Videodrome, The Fly, Crash en eXistenZ, levert met Spider een deprimerende film af die qua sfeer en impact nog het meest doet denken aan zijn meesterwerk Dead Ringers uit 1988. Ging die film over een uit de hand gelopen driehoeksverhouding tussen een gyneacologentweeling en hun wederzijdse vriendin, Spider graaft diep in de psyche van de schizofrene man die vroeger Spider werd genoemd en nu door het leven gaat als Dennis Clegg. In de Londense achterbuurt waar hij ooit opgroeide beleeft hij de ene flashback na de andere en komen we stapje voor stapje achter de traumatische gebeurtenissen uit zijn jeugd.

Het mooie en tegelijk verwarrende aan Spider is dat Spider-het-personage helemaal geen betrouwbare verteller is; hij herinnert zich dingen die hij logisch gezien helemaal niet meegemaakt zou kunnen hebben, en de flashbacks lijken gaandeweg meer op koortsdromen dan echte herinneringen. Spider is een film die je makkelijk een paar keer achter elkaar kunt zien, want bij elke kijkbeurt zal de betekenis weer wat veranderen.

Little Buddha (Dutch Filmworks)

~

Een van de eerste voorbeelden van een grote regisseur (Bertolucci) die flirt met het boeddhisme. Later zouden Oliver Stone (Heaven & Earth), Martin Scorsese (Kundun) en Jean-Jaqcues Annaud (Seven Years in Tibet) volgen. Little Buddha vertelt als enige van de genoemde films ook daadwerkelijk het verhaal van prins Siddhartha (een bijna onherkenbare Keanu Reeves), die uiteindelijk de Boeddha zou worden. Helaas legt Bertolucci hierbij de nadruk op de wonderbaarlijke kanten van het verhaal, waardoor Siddhartha’s verlichting vooral lijkt op een sprookje. Gelukkig is de hedendaagse raamvertelling waarbinnen Siddhartha’s verhaal wordt verteld een stuk beter te pruimen: hierin krijgen de negenjarige Jesse uit Seattle en zijn ouders te horen dat de jongen wel eens de reïncarnatie van een oude Boeddhistische meester zou kunnen zijn.

Van de rijke production design en Vittorio Storaro’s meesterlijke camerawerk blijft op deze dvd helaas weinig heel: hoewel de film in breedbeeld op de schijf staat, lijkt het wel alsof er een slechte DivX-kopie van het internet is gehaald en daarvan de dvd’s zijn geperst. Het is nog net geen VHS, maar het beeld bevat veel te weinig detail en contrast en de pixels vliegen je door de slechte compressie om de oren. Een ware teleurstelling.

The Scarlet Pimpernel (Dutch Filmworks)

~

Zorro, maar dan in de achttiende eeuw en in het Frankrijk van net na de revolutie, zo kun je The Scarlet Pimpernel het beste omschrijven. De Pimpernel redt veroordeelde aristocraten van de guillotine en smeedt een plan om kroonprins Louis uit de kerkers te bevrijden. In het dagelijks leven is de Pimpernel echter de ongelofelijke dandy Bakely, een Britse baron die zijn oog laat vallen op de schone actrice Marguerite. Marguerite heeft echter ook banden met de burgerpolitiechef Chauvelin, en wanneer Bakely en Marguerite trouwen, komt het geheim van de Pimpernel in gevaar.

The Scarlet Pimpernel is een leuke, spannende en goed in elkaar zittende avonturenfilm van het genre The Count of Monte Cristo en The Man in the Iron Mask, maar dan al flink wat jaren ouder. De film stamt uit 1982. De rol van Marguerite wordt vertolkt door een prachtige Jane Seymour (inderdaad, Dr. Quinn) en Ian McKellen (Gandalf) speelt een hele, hele goede rol als Chauvelin, die stiekem ook verliefd is op Marguerite en niet kan begrijpen wat zij ziet in die idiote fat. Maar de show wordt gestolen door de Pimpernel zelf: een onbekende Anthony Andrews (nog immer onbekend, overigens) die met een mud aardappelen in zijn keel gedichten voordraagt over zijn eigen alter ego: “They seek him here, they seek him there, they seek him everywhere. Is he in heaven? Is he in hell? That cunning Scarlet Pimpernel!

Film / Films

Gangs of New York

recensie: Gangs of New York

Regisseur Martin Scorsese had in zijn jeugd tenminste twee obsessies: film en het katholieke geloof. Deze kwamen op elfjarige leeftijd mooi samen toen hij storyboards tekende voor een film over het leven van Jezus. Scorsese moest ruim dertig jaar wachten voor hij die film, The Last Temptation of Christ, eindelijk kon maken.

~

Ook Scorseses meest recente film, Gangs of New York, kent een dergelijke lange ontstaansgeschiedenis. Al in 1970 las hij het gelijknamige boek van Herbert Asbury over de bendes die de stad New York in de negentiende eeuw onveilig maakten. Alles en iedereen boog onder de terreur van de bendes met namen als de Bowery Boys, de Natives en de Dead Rabbits en de corruptie tierde welig. New York was niet de metropool die we tegenwoordig kennen, maar een paar rijke straten met bakstenen huizen omringd door vele achterbuurten waar de mensen in houten huisjes en hutten leefden. Gangs of New York speelt zich tegen deze achtergrond af.

Slap verhaal

Het is een raadsel waarom Scorsese in al die jaren geen beter verhaal heeft weten te bedenken dan dat van de jonge Amsterdam Vallon (Leonardo DiCaprio), die zijn vader ziet sterven onder de handen van Bill the Butcher (Daniel Day Lewis) en zestien jaar later wraak op hem neemt. Als hij dan ook nog verliefd wordt op de dievegge Jenny (Cameron Diaz), die ooit Bills liefje is geweest, zijn de rapen gaar. Het slappe verhaaltje wordt bijna de ondergang van Gangs of New York. Bijna, want er is gelukkig nog genoeg om van te genieten.

Complimenten

~

Er mag geen onduidelijkheid over bestaan dat Gangs of New York er meesterlijk uitziet; in drie maanden tijd werd een groot deel van het oude centrum van New York levensecht nagebouwd in de Cinécittastudio’s in Rome. Scorsese en zijn acteurs overladen production designer Dante Feretti met complimenten op de extra’s van deze dvd en dat is volkomen terecht: decors als deze zullen we waarschijnlijk niet vaak meer tegenkomen in een film.

Visuele overdaad

Maar hoewel het gefilmde dus meer dan in orde is, is de manier van filmen minder indrukwekkend. Martin Scorsese staat bekend als een visueel genie, die van elk verhaal iets bijzonders weet te maken met imposante camerabewegingen, prachtige kadreringen en een meesterlijke montage. Films als Casino, Kundun en persoonlijke favoriet The Age of Innocence trekken je met hun visuele overdaad moeiteloos de wereld van de film binnen en zijn meteen als een “Scorsese Picture” te herkennen, terwijl dat in Gangs of New York gek genoeg niet zo is. Sterker nog: de hele eerste helft van de film had ook gemaakt kunnen zijn door een andere regisseur. Gelukkig trekt het in de resterende helft wel bij, maar ik had na dertig jaar voorbereiding eerlijk gezegd iets meer verwacht.

Encyclopedie

~

De dvd van Gangs of New York gaat vergezeld van een mooie rits extra’s, die voor het grootste deel op de tweede disc zijn te vinden. Behalve natuurlijk Scorseses commentaar tijdens de film, dat alleen een audiocommentaar in de technische betekenis van het woord is: het spoor is samengesteld uit interviewfragmenten met de regisseur, die bekend staat om zijn afkeer zijn eigen werk te willen analyseren. Ook tijdens Gangs of New York horen we relatief weinig over zijn voorbereiding voor de film en de opnamen, en focust Scorsese zich met name op de verhalen en de geschiedenis achter de film. Na al die jaren van research is hij een levende encyclopedie van New York geworden, en dat is te horen. Obscure feiten worden afgewisseld met beschrijvingen van het alledaagse leven in de stad en daarbuiten. Hierdoor is het commentaar minder leuk voor de filmliefhebbers maar dubbel zo interessant voor geschiedenisfans. Gelukkig kan ik mijzelf tot beide groepen rekenen.

Waarom geen…?

De overige extra’s richten zich vooral op het uiterlijk van de film en stellen aan het eind van de rit enigszins teleur. Natuurlijk is er niets mis met featurettes over decor- en kostuumontwerp, zeker niet bij een film waarbij deze afdelingen van levensbelang zijn, maar er is meer over een film te vertellen dan dit. Wordt het niet bijvoorbeeld eens hoog tijd voor een goede documentaire over Thelma Schoonmaker, die inmiddels al meer dan twintig jaar elke film van Scorsese heeft gemonteerd? Waar zijn Scorseses storyboards en shot-ontwerpen? Waarom geen interview met Robbie Robertson, goede vriend van Scorsese en ooit zanger van The Band, die vijf jaar lang op zoek was naar passende (volks-)muziek voor de film?

Net als de hiaten in het verhaal vallen ook de weggelaten extra’s meer op dan wat er wel is; maar alleen al het feit dat Scorseses filmdroom op dvd uit is, is genoeg reden voor gejuich. Zo kunnen zijn fans nog jaren lang studeren op de delen van de film die wel zijn gelukt.

Muziek / Album

Eigen muziek

recensie: Machine Head - Through The Ashes Of Empires

.

~

Machine Head begon in 1994 haar kunsten te vertonen met het album Burn My Eyes. Het was een van de best verkochte albums op het Roadrunnerlabel en de band liet daardoor direct een stevige impressie achter. De band maakte indruk met agressieve muziek, die toch lekker in het gehoor ligt. Tijdens de volgende jaren verschenen nog drie studioalbums die eigenlijk voortborduurden op het debuut. Drummer Dave McClain ziet de breuk met Roadrunner (waar overigens nog wel een livealbum, (Hellalive) werd uitbracht) dan ook als een kans om eindelijk de muziek te gaan maken die de band zelf wil maken. De muziek is minder gericht op het scoren van een hit en meer op de muzikale inspiratie van Machine Head zelf.

Geen woede zonder rust

~

De woede die de muziek van Machine Head al jaren kenmerkt, komt ook duidelijk terug in Through The Ashes Of Empires. Het sterke van het album is vooral dat de band snapt dat zacht niet bestaat zonder hard, en woede niet kan bestaan zonder rust. Het gevolg is dat de muziek heel dynamisch is, en zeker niet eentonig. De band heeft het lef om rustig met een nummer te beginnen voordat de muur aan geluid opgetrokken wordt. De zorgt ervoor dat de grote variëteit in deze climax van het nummer, zoals de afwisselende solo’s en mooie loopjes, extra goed tot zijn recht komt. De muziek staat stevig in haar schoenen. Een genot.

Sambal

De teksten van de band zijn eveneens gepeperd als sambal. “No fucking regrets / Fuck these chains / No God damn slave” uit het nummer Imperium is daar een goed voorbeeld van. Of bijvoorbeeld “Fuck you, you cocksucker / Fuck you, you whore”, uit Left Unfinished om nog maar een doorsnee zinnetje te noemen. Blijkbaar wil de band geen enkele moeite doen om het Amerikaanse publiek naar de mond te praten. Hulde daarvoor, al komt het soms enigszins overdreven over.

Braakpartij

De band is misschien niet even subtiel in het uiten van haar woede en frustraties, maar dit maakt het niet minder mooi. Het zijn woorden die uit de keel rollen als kots tijdens een braakpartij. De band zit met veel frustraties over de huidige maatschappij en weet dit op een typische, maar toch aangename manier te verwoorden. We kunnen zeker blij zijn met dit soort teksten, omdat het dan niet eens enkel over de dood gaat, zoals je in de toch nog metal vaak ziet.

Een goed boek

Als je een plaat van Machine Head opzet, hoor je stevige muziek, met passie gebracht. Dat hoor je aan alles. Machine Head heeft ons iets te vertellen en daardoor komt elke song er duidelijk uit, en verveelt de muziek niet snel. Het is als een goed boek, je wordt van begin tot aan het einde door de muziek heengeleid.

Dus?

Machine Head heeft duidelijk met Through The Ashes Of Empires haar eigen muziek neergezet. Stevige teksten en degelijke muziek zorgen voor erg goede composities. Het worden absoluut geen hits, maar dat hoeft ook zeker niet. Met dit album kan de band zeker ook haar frustraties over de wereld kwijt.

Links

Officiële homepage

Film / Films

Catch Me If You Can

recensie: Catch Me If You Can

Frisse kleuren en een vrolijk, luchtig verhaal: Catch Me If You Can is in alle opzichten een stijlbreuk voor Steven Spielberg, want nooit eerder maakte hij zo’n lichtvoetige film. Met behulp van Leonardo DiCaprio, Tom Hanks en zijn vaste groep medewerkers filmde hij in recordtempo dit waargebeurde kat-en-muisspelletje.

~

“Uw zoon heeft weken lang de plaats van de docent ingenomen,” krijgen pa en ma Abagnale aan het begin van de film te horen van het hoofd van de middelbare school waarop zoonlief zit. “Hij heeft huiswerk opgegeven, proefwerken nagekeken en strafwerk uitgedeeld.” Deze stunt is het begin van een verbijsterende carrière waarin Frank Abagnale Jr. (DiCaprio) achtereenvolgens piloot bij een grote luchtvaartmaatschappij, geheim agent, arts en advocaat wordt, en dat allemaal voor zijn eenentwintigste verjaardag.

Puistige puber

De film is gebaseerd op het levensverhaal van de echte Frank Abagnale, die ook als technisch adviseur op de titelrol staat. Met een grote dosis geluk, bluf en doorzettingsvermogen ziet de jongen de ene deur na de andere voor zich geopend worden. De rol van de gladde maar zeer aimabele Frank Abagnale is Leonardo DiCaprio op het lijf geschreven; hij speelt net zo gemakkelijk de puistige puber aan het begin van de film als de gewiekste oplichter die hij vijf jaar later is geworden. Om enige lijn in het episodische karakter van het verhaal te brengen, bedacht schrijver Jeff Nathanson FBI-agent Carl Hanratty, gespeeld door Tom Hanks, die Abagnale al die jaren lang op de hielen zit.

Sprankelend

~

Hoewel DiCaprio tijdens de hele opnameperiode griep had (overgehouden van de opnamen van Gangs of New York), is aan alles te merken dat de makers een hoop lol hebben gehad aan Catch Me If You Can: de hele film is gedompeld in heerlijk zomerse kleuren die doen denken aan de films van de jaren zestig, en de luchtige toon van de film wordt nog eens extra licht door de sprankelende jazzy score van vaste Spielberg-componist John Williams. Het is onmogelijk om aan het einde van de film geen glimlach op je gezicht te hebben.

Frustrerend

Catch Me If You Can is een film van Steven Spielberg, en dat betekent een ruim gevulde dvd. Maar net als zijn voorgaande films Minority Report en Artificial Intelligence: AI hebben de makers van de dvd gekozen voor een grote hoeveelheid losse featurettes, die gemakkelijk samengevoegd hadden kunnen worden tot een lange documentaire. Zeker omdat er geen “Play All”-functie aanwezig is, is het behoorlijk frustrerend om steeds terug te moeten naar het menu voor de volgende paar minuten.

Tenenkrommend

Op zich was dit nog wel te vergeven als de kwaliteit van de featurettes wat beter was geweest, maar de hele tweede disc van deze set is eigenlijk net zo luchtig als de film zelf. En voor de duidelijkheid: dat is geen compliment. Behind the Cameras is de beste van de rij, met een interessante kijk op de snelle werkwijze van Spielbergs goed op elkaar ingewerkte team, maar bij de acteursinterviews (onder de tenenkrommende titel Cast Me If You Can) gaat het fout. Acteurs vormen bijna per definitie het minst interessante deel van een film en ook hier hebben ze zeer weinig te vertellen. Gelukkig is de echte Frank Abagnale een stuk leuker: het is fantastisch om te horen hoe de film die je net hebt gezien vrijwel volledig door hemzelf is beleefd.

Een van Spielbergs leukste films sinds tijden gaat op dvd vergezeld van een paar teleurstellende extra’s. Gelukkig kan de film prima voor zichzelf spreken, en deze dvd is dan ook zeker een kijkje waard.

Boeken / Achtergrond
special: Interview met Daniël Dee, dichter van de nieuwe generatie

‘Voordragen is een feestje’

Daniël Dee is een all-round artiest, maar vooral een dichter van de nieuwe generatie, die het gebruik van expliciete en harde woorden als “pik”, “duivenstront” en “kut” niet schuwt, maar ook niet verheerlijkt. Hij kijkt uit naar de publicaties van zijn nieuwe bloemlezing Kutgedichten en zijn nieuwe solo-dichtbundel, beide in 2004. Hoewel zijn liefde voor het schrijven zich in het verleden vooral gericht heeft op poëzie, probeert Dee meer te zijn dan alleen dichter. Tekeningen, kunstwerken en sinds kort ook proza zorgen ervoor dat Dee niet stilzit. Voor Dee is writer’s block een onbekende term; hij loopt over van de inspiratie, zegt hij zelf. De thema’s in zijn gedichten zijn vooral Weltschmerz en zijn kijk op een verrotte vergankelijke wereld. Met zijn werk neemt Dee onder andere een kijkje in de farce van ons bestaan.

~

Twee tekeningen van eigen hand sieren de gang, waaronder een van Southpark. Een van de wanden van de woonkamer is gesierd met een witte plastic overall, hangend aan punaises. Centraal in zijn woonkamer staat een boekenkast. Het is een uitpuilend geheel. Zijn huis is rommelig maar knus. In de werkkamer staat de computer centraal in het midden van de achterwand.

Vol

Een aarzelend begin met een sigaret en een kop koffie in de hand siert de 27-jarige dichter Daniël Dee. Zijn boekenkast puilt uit met boeken van allerlei pluimage, van Gerard Reve tot Stephen King. Naast de boekenkast staan twee stapels boeken. Over de uitpuilende boekenkast zegt hij: “Als ik er eindelijk aan toe kom, wil ik een grote boekenwand maken. Nu staan er nog allerlei boeken in dozen overal en nergens.” Zijn bibliografie doet vermoeden dat er voor Dee te weinig uren in de dag zitten: hij schreef drie solobundels en werkte mee aan een groot aantal bloemlezingen en bundels uit samenwerkingsprojecten. Bovendien heeft hij een ontelbaar aantal publicaties op zijn naam staan in tijdschriften en op internet.

Dee is geboren in Zuid-Afrika. Als baggeraar kreeg zijn vader vanuit Rotterdam een tijdelijke baan aangeboden in Zuid-Afrika. Daarna, na een aantal jaren in allerlei wereldsteden te zijn geweest, waaronder Singapore en Hamburg, verhuisde Dee met zijn ouders terug naar Rotterdam. Dee: “Ik heb die grote steden zoals Singapore en Hamburg niet bewust meegemaakt, want daar was ik te jong voor.” Na de havo deed Dee sociaal pedagogische hulpverlening op het hbo. Op zijn 23e begon hij aan een studie Nederlands aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij maakte zijn studie niet af, omdat hij na drie jaar Nederlands kon leven van zijn werk als dichter.
Dee gebruikt voor zijn meestal plots opkomende inspiratie blanco notitieboeken, zoals die door kunstenaars wel gebruikt worden om te kunnen tekenen. Hij neemt ze bijna overal mee naartoe, om zijn ideeën in op te schrijven. “Ik neem ze alleen niet mee naar de kroeg, dat gaat me te ver.”

Serieuze grap

In het studiejaar 2000-2001 werd Dee samen met Petra Else Jekel verkozen tot eerste huisdichter van de RUG. Het huisdichterschap was een initiatief van de Groningse Universiteitskrant UK. Dee: “Het was een uitdaging om in opdracht te schrijven over onderwerpen die te maken hadden met de universiteit. Eigenlijk zag ik het huisdichterschap als een grote grap, maar wel een serieuze grap. Ik ben er echt serieus mee bezig geweest.” Zoals nu gebruikelijk is geworden hoort bij het huisdichterschap ook een bundel met alle gedichten die tijdens de functie zijn geschreven. Dee en Jekel brachten de bundel Dubbelblind uit. Dubbelblind betekent dat twee wetenschappers hetzelfde experiment los van elkaar doen.

Het huisdichterschap heeft Dee geen windeieren gelegd. Hij kreeg naamsbekendheid, die iedere dichter natuurlijk wil hebben. Toch is het Dee niet naar het hoofd gestegen. Ondanks de publicaties na het huisdichterschap is Dee niet bezig met het feit dat hij bekend is in de wereld van de poëzie, maar eerder met de verhouding tussen hem en de wereld. Naast de serieuze gevolgen die het huisdichterschap Dee hebben opgeleverd, leverde het ook grappige situaties op. “Ik werd bijvoorbeeld een keer geboekt door iemand die alleen maar wist dat ik de eerste huisdichter van de Universiteit was. Die man dacht dat ik heel oud was, van voor de oorlog, of zo.”

Kut- en klotegedichten

~

Op dit moment is Dee met een aantal dingen bezig. Begin januari 2004 komt de bloemlezing genaamd Kutgedichten uit. Daarin staan Nederlandse dichters die iets schrijven over het vrouwelijk geslachtsdeel. Als vervolg is het de bedoeling dat er een jaar later een bloemlezing genaamd Klotegedichten uit gaat komen. Dee: “Die bundel moet allerlei gedichten over kloten gaan bevatten. Vergeleken met Kutgedichten is die bundel moeilijker te vullen. Het bespreken van het vrouwelijk geslachtsdeel is blijkbaar meer ingeburgerd dan om kloten te bespreken.” De roman is nog niet zover gevorderd, en Dee kan er dan ook niet veel over uitweiden. Met de roman wil hij eens zien of hij ook proza kan schrijven. De nieuwe dichtbundel, die al grotendeels klaar is, komt hoogstwaarschijnlijk november 2004 uit. Het streven van Dee is om iedere twee jaar een gedichtenbundel uit te brengen. “In 2002 kwam mijn debuutbundel 3D – schetsjes van onvermogen uit, dus in 2004 wordt het tijd voor een nieuwe bundel”, aldus Dee.

In een aantal publicaties over Dee wordt gezegd dat hij een performance poet is. Dee: “Er bestaat helaas een hokjes-cultuur in onze maatschappij. Iemand die zijn poezie op het podium voordraagt, wordt vaak al snel een “performance poet” genoemd.” Zelf vindt Dee dat zijn gedichten het beste gelezen kunnen worden. Als hij het dan toch voordraagt, vindt hij dat hij de mensen moet vermaken, dus dan moet het ook goed voorbereid zijn. “Ik vind dat als je een gedicht voordraagt dat je dan niet je boekje voor je neus moet houden, maar dat je ook echt het publiek moet vermaken. Daar hebben ze tenslotte voor betaald. Voor mij is het voordragen van mijn gedichten een feestje. Je vermaakt je publiek. Je krijgt te eten en te drinken. Oh ja, je krijgt er ook nog eens voor betaald.”

Spontaan

Voor Dee is spontaniteit heel belangrijk. “Ik sta mezelf niet toe gekunsteld te zijn. Als ik bijvoorbeeld over iets uit mijn privé-leven op dit moment zou schrijven dan zou het gekunsteld en te gestileerd worden. Daarom put ik vaak uit ervaringen die ik eerder heb opgedaan.” Daardoor ontstaat een grote kloof tussen zijn privé-leven nu en de gedichten, zowel qua tijd als beleving.

~

In zijn bundel Waardeloos (2000) begint Dee met het gedicht Toe vertel een verhaal:

zal ik jullie vertellen
over mijn angsten en mijn eenzaamheid
gepaard gaande met mijn drankmisbruik

zal ik jullie vertellen
hoe verveling, zinloosheid en vergankelijkheid
mijn toekomst telkens weer in kaart brengen

zal ik jullie vertellen
over mijn clichés, waanzin en problemen
tot jullie oud en lelijk van het huilen zijn

zal ik dat vertellen
of zal ik maar weer gewoon
mijn pik laten zien?

~

Het gedicht gaat over de oppervlakkigheid van de maatschappij, zoals Dee het ziet. Dee: “Ik denk dat je zelf het leven zin moet geven, maar dat is natuurlijk ook nog maar een farce. Ik vind niet dat het slecht is om geen doel te hebben in je leven. Het kan juist erg bevrijdend zijn om gewoon even doelloos door het leven te gaan.” Volgens Dee wil de moderne maatschappij niet meer werken voor geluk. Men wil een extase bereiken zonder er al te veel moeite voor doen. Vandaar dat er veel house parties worden gegeven en pillen worden gebruikt. Dee: “Ikzelf schotel geen hapklare brokken voor aan het publiek. Ik probeer ze te vermaken, maar ook aan het denken te zetten.”

Shock value

Op de vraag of hij zijn expliciete woordkeus – “pik” in het bovenstaande gedicht – doet om te shockeren, antwoordt hij: “Ik dacht altijd dat ik in een afgestompte maatschappij leefde die niet meer te shockeren viel. Het gebruik van dat soort woorden doe ik niet uit shock value, maar gewoon omdat ze er horen. Ik ben niet iemand die met opzet woorden gebruikt om mensen te shockeren.”

8WEEKLY

Zwaar trainingsschema

Artikel: Pro Evolution Soccer 3

Pro Evolution Soccer 2 was volgens vele die hard gamers hét voetbalspel van vorig jaar. De concurrent FIFA was niet realistisch genoeg, terwijl PES2 de ultieme voetbalervaring zou bieden. Zelf was ik toch meer FIFA-fan, puur omdat deze game wat overzichtelijker, gebruiksvriendelijker en toegankelijker was voor mensen die niet 24 uur per dag gamen. Tenslotte wil je ook wel eens een potje spelen tegen een vriend, en bij PES2 was de drempel voor newbies gewoon te hoog.

~

In PES3 heeft men getracht het één en ander voor de ‘gewone’ gamers onder ons wat toegankelijker te maken. De trainingmodus is verbeterd. Niet alleen kun je hier de nodige vaardigheden en trucjes leren, maar ook PES-jes verdienen: punten waarmee je allerhande items kunt unlocken in de game. Om die PES-jes te verdienen moet je natuurlijk de diverse trainingsoefeningen met goed gevolg afleggen. Om PES3 in de vingers te krijgen is training onontbeerlijk. Anders dan FIFA beschikken de spelers over moves die tot in perfectie moeten worden uitgevoerd, anders gaat het mis en staat je speler mooi voor schut. Dit zorgt er voor dat Pro Evolution Soccer 3 over een zeer laag ‘pick-up-and-play’ gehalte beschikt.

Kaarten

~

Het voetbalgedeelte is prima, als je het spel eenmaal in de vingers hebt. Net als in het echt kun je het spel beïnvloeden door een enorm offensief aan te zwengelen, of als een broedende kip je voorsprong te gaan verdedigen. Bij FIFA vervalt het spel nog wel eens in herhalende aanvalspatronen, terwijl de mogelijkheden bij PES3 groter zijn. Er lijden dus nu meer wegen naar Rome. Wel is het uiterst moeilijk om een speler de bal af te pakken. Tackles moeten zeer precies worden ingezet, anders schop je zomaar een speler omver en heb je weer een gele kaart te pakken. Want wat kaarten betreft zijn de scheidsrechters in PES3 niet kinderachtig.

Licenties

PES2 moest het qua licenties, beeld en geluid afleggen tegen FIFA, en ook met PES3 is dat niet anders. De landenteams zijn redelijk in orde, maar er zijn echt veel te weinig clubteams in het spel aanwezig. En bovendien zijn de meeste ook nog enorme verbasteringen van bestaande clubteams. PSV en Ajax zijn terug te vinden onder vreemdsoortige fantasienamen, terwijl Feyenoord wel gewoon te spelen valt onder haar echte naam. Normaal gaan verbasteringen van spelersnamen vaak niet verder dan het veranderen van een paar klinkers, maar nu heeft men zich wel heel erg lopen uitsloven. Dat wordt dus weer klussen met de (zeer uitgebreide) editor.

Masters league

PES3 beschikt over een ‘Masters league’ waarin de die hards zich pas echt kunnen onderscheiden. Naast gewoon voetballen moet je hier de taken van een manager op je nemen, en je actief met spelersaan- en verkoop gaan bezighouden. Goede resultaten zorgen ervoor dat spelers wel oren hebben naar een positie in jouw team. Met mindere resultaten kun je je positie op zowel de ranglijst als de transfermarkt echter verspelen. Dit geeft het spelen van PES3 weer een extra dimensie, en het is een optie die eigenlijk gewoon in alle voetbalgames zou moeten zitten: puntje voor Konami!

Conclusie

PES3 is een behoorlijke verbetering geworden ten opzichte van het eerste deel. De drempel voor newbies om aan dit spel te beginnen is wat lager geworden, mits hij eerst in zijn eentje gaat oefenen. Daar staat tegenover dat het spel nog steeds niet geschikt is als ‘buddy game’. Een geoefend speler slacht een nieuweling nog steeds met kinderlijk gemak af, en daardoor is het spel niet echt geschikt voor casual gamers die een avondje met zijn allen willen gamen. Ben je naar zo’n spel op zoek, hou het dan bij FIFA. Zoek je een spel waarbij je het onderste uit de kan moet halen, dan is PES3 wel wat voor jou.

Film / Films

Superieure glimlachjes

recensie: Intolerable Cruelty

.

~

Na de schimmige wereld van fanatici in de bowlingcompetitie (The Big Lebowski) en het “buitenlandse” van het platteland (Fargo) vergroten de gebroeders Coen weer een stukje Amerika uit. Overdreven, natuurlijk. In het Beverly Hills van de Coens trouwt elke vrouw om te scheiden en is echtscheidingsadvocaat Miles Massey (George Clooney) de superster die mensen kan maken of breken. Net als de privé-detective die zijn vrienden zijn onthullende filmpjes laat zien tijdens de pauze van een sportwedstrijd.

Objection!

Het leuke aan de films van Joel en Ethan Coen is dat je telkens het gevoel hebt het al eens eerder gezien te hebben, maar niet zó. Intolerable Cruelty is een romantische komedie die zich soms wel, soms niet aan de regels van het genre houdt. Als Clooney voor de liefde kiest, compleet met een emotionele toespraak voor alle echtscheidingsadvocaten van het land, staat zijn leven een paar minuten later weer op zijn kop. De scènes in de rechtbank doen denken aan Grisham-verfilmingen en rechtbankseries op tv – vooral omdat de advocaat regelmatig opspringt met zijn “objection!”. Toch is het niet helemaal hetzelfde: de ene keer roept hij dat wegens het declameren van een gedicht door de advocaat, een andere keer wegens het wurgen van de getuige (de rechter: “I’ll allow it”).

~

Intolerable Cruelty past in het rijtje snellere films van de Coens – The Big Lebowski, Raising Arazona. Maar Clooney en Zeta-Jones hebben niet het domme en wereldvreemde van de hoofdrolspelers uit deze films. De spanning tussen Clooney, die vanaf het eerste moment zijn door vrouwen wereldwijd geroemde glimlach belachelijk maakt, en Zeta-Jones, als koele berekende femme fatale, is tegelijkertijd zinderend en grappig. Daardoor is Intolerable Cruelty toegankelijker dan zijn bij vlagen krankzinnige voorgangers.

Opstapje

Gelukkig is het bizarre nog steeds ruimschoots vertegenwoordigd. Door de hilarische dialogen en de allitererende of anderszins bijzondere namen kom je helemaal thuis in de vreemde wereld van de broers. Eigenlijk zou je alleen al naar de bioscoop moeten om kennis te maken met het nieuwe rijtje idioten dat ze introduceren: Howard D. Doyle van Doyle Oil (Billy Bob Thornton), de getuige Baron Heinz Krauss von Espy, Herb Myerson, de enge, hoogbejaarde oudste partner van het advocatenkantoor en Wheezy Joe, de huurmoordenaar met de inhaler. Daardoor zit er voor de hardcore fans van Joel en Ethan Coen voldoende gekte in om zich prima te vermaken; voor de beginneling is het net niet té gek, waardoor het een mooi opstapje vormt naar hun andere films.

Film / Films

Mystic River

recensie: Mystic River

“We zaten alledrie op de achterbank van die auto”. Zo eindigt deze film over trauma’s, schuld, onschuld en wraak, voortreffelijk geregisseerd door Clint Eastwood. We kennen Clint Eastwood vooral van z’n rollen in westerns, met als hoogtepunt de met vier oscars bekroonde Unforgiven, die hij zelf ook regisseerde. Elf jaar na die film komt hij nu weer met iets heel anders aanzetten. Mystic River, gebaseerd op het boek van Dennis Lehane.

~

Het verhaal draait om de drie jeugdvrienden Jimmy Markum (Sean Penn), Dave Boyle (Tim Robbins) en Sean Devine (Kevin Bacon). Ze speelden vroeger in een ruwe buurt in Boston. Als Dave op een dag wordt ontvoerd, verandert hun vriendschap. Hij zit vier dagen vast en wordt misbruikt, maar hij weet uiteindelijk te ontsnappen. Jaren later brengt de moord op de dochter van Jimmy de jeugdvrienden weer samen. Sean is inmiddels rechercheur geworden, en wordt op de zaak gezet. De hoofdverdachte blijkt niemand minder te zijn dan Dave, met zijn onverwerkte verleden. En ondertussen wil Jimmy, die geen lieverdje is, wraak.

Trauma’s

~

Er is genoeg tijd genomen om de karakters goed uit te werken, hoewel ze soms iets te vet worden aangezet. Je kijkt in de ziel van deze mensen, je voelt mee met het ongeloof en de agressie van Sean Penn (I Am Sam) en de trauma’s van Tim Robbins (High Fidelity), die zijn rol mooi neerzet. Hij wordt achtervolgd door herinneringen, die versnipperd in de film terug komen. Op zich hadden die herinneringen nog iets meer uitgewerkt kunnen worden, maar we moeten natuurlijk niet vergeten dat het in deze film ook draait om de zoektocht naar de dader.

Beklemmend

In de oplossing van het mysterie word je heen en weer geslingerd met oplossingen, maar niet op een vervelende manier. Het minpunt van de film is het slot, dat onbevredigend is, en door de carnavalsoptocht wel iets weg heeft van Van God los. De films zijn niet met elkaar te vergelijken, maar ze laten je allebei achter met een beklemmend gevoel.

Avondje detective

Dat gevoel wordt in deze film versterkt door de manier van filmen. Op de juiste manier in- en uitzoomen, prachtige sombere beelden, donkere taferelen: Boston leent zich uitstekend voor dit verhaal. Al met al is Mystic River een mooie film met een dramatisch, bitter randje. De sterke regie en de goede acteerprestaties zorgen ervoor dat je je niet verveelt en ook nog een avondje detective kan spelen.

Muziek / Achtergrond
special: Interview met Birgit Schuurman

Nieuw, maar toch zichzelf

In 2001 liet Birgit Schuurman van zich horen met haar debuut album Few Like Me. Met haar eigenzinnige sound en uitstraling liet ze zien dat ze meer was dan ‘het zusje van…’. Na de hits I Know, Few Like You en Lover bleef het echter stil. Ze verbrak het contract met haar eerste platenmaatschappij, er werd wat gewisseld in de band en ze ging naar Londen voor een songwriterworkshop. En ineens is ze weer terug, drukker dan ooit met haar single Everybody Wants To Be. 8WEEKLY had nog net tijd om haar na een optreden te strikken voor een paar vragen.

~

Je nieuwe single klinkt wat pittiger dan we van je gewend zijn. Is Birgit een andere weg ingeslagen?
“Het is weer een andere kant die ik van mezelf laat zien. Ik zou het zelf ook wel omschrijven als een andere richting, totdat je bij de bridge aankomt van het nummer. Dan barst het weer in alle hevigheid los en dan komt het weer in de buurt van wat ik hiervoor ook heb gedaan. Ik vind het wel een goede combinatie van vernieuwen, maar toch niet alle schepen achter me verbranden. Het is niet zo dat ik iets totaal anders ga doen, maar ik blijf wel bezig. Het volgende nummer wordt misschien wel een hele mooie gitaarballad.”

Wat kunnen we verwachten van je nieuwe cd?
“Een stapje verder. Het wordt een goede mengeling van verschillende stijlen, net als op mijn eerste album. Maar geen kopie!”

Je hebt in Londen een songwriterworkshop gevolgd. Wat heb je daar geleerd?
“Ze benaderen daar liedjes schrijven echt als een ambacht. Niet dat je gaat zitten wachten, nee: ‘we gaan zitten, we willen een liedje schrijven. En als het niet lukt, dan niet, maar we gaan het wel proberen te benaderen’.
Het is echt structuurwerk. Wat is je onderwerp waar je over wilt schrijven? Oké, we hebben dit akkoord in gedachten voor een nummer. Kun je hier iets mee met jouw tekst? Het is… ja, ik weet het niet. Ik denk dat mensen vaak te lang blijven wachten, en ik vind dat niet een verkeerde manier van schrijven, maar je moet niet blijven wachten totdat je genoeg inspiratie hebt.

~

Ik heb nu zoiets van: ik doe het gewoon en het hoeft geen goed liedje te worden, want dan gooi ik het weer weg. En ik ga niet zitten wachten op het liedje. Nee, ik ga door en maak er vijftien, en misschien is één van die liedjes dan helemaal te gek. Zoals met Everybody Wants To Be. Ik heb zeven songs in drie dagen geschreven, en daarvan ga ik er drie zeker gebruiken. En dat betekent toch dat je elke dag één te gek liedje hebt geschreven.”

Heb je favoriete onderwerpen om over te schrijven?
“Nee… Op de een of andere manier komt wel heel vaak terug dat iemand doet wat ze zelf wil. Iemand die niet zoveel wil, die misschien wel het een en ander doet, maar die zich niet zoveel wil aantrekken van de wereld om zich heen. In het ene liedje doet ze dat niet, in het andere wel. Het is altijd wel een soort eigenwijsheid die erin zit. Er mag van mij ook altijd wel een grapje inzitten.”

Hoeveel liedjes van je nieuwe album heb je zelf geschreven?
“De samenstelling van mijn nieuwe album is nog niet rond, maar ik denk dat meer dan de helft mijn eigen werk zal zijn. Misschien wel bijna helemaal, maar dat weet ik nog niet zeker. Er zijn een paar songs die ik helemaal te gek vind, geschreven door anderen, speciaal voor mij.”

Dan nog snel een blik in de toekomst… Je speelt de rol van Pi in de film Floris. Wat kunnen we binnenkort van je verwachten?
“Ik zit nu middenin de opnames van Floris, dus daar ben ik nog tot en met november zoet mee. Ik ben bezig met andere audities. En touren met m’n nieuwe album gaat ook zeker gebeuren!”

Link:

www.birgitmusic.com