Boeken / Fictie

Pourriez-vous nous dire où nous nous trouvons exactement?

recensie: Pol Hoste - Montréal

.

~

De tijd dat de wereld, het leven, gevat kon worden in een rechtlijnig verhaal, waarin de auteur en God-in-het-diepst-van-zijn-gedachten duiding en zingeving kon geven, is – goddank – lang vervlogen. (Dat zou je hopen, de wereld is vergeven van romantische zielen, zei de pessimist). De (post)moderne wereld bestaat uit duizenden beelden, miljoenen citaten en miljarden verhalen. Op één dag krijg je talloze indrukken te verwerken; Israël staat op de stoep en Montréal ligt in je achtertuin.

Wirwar

Hoe moet een auteur hiermee omgaan? Kiest hij een verhaal en kent hij dit verhaal symboolwaarde toe? Of laat hij de gefragmenteerde wereld zien zoals die kan zijn? Pol Hoste kiest duidelijk voor het laatste. Zijn boeken zijn een wirwar aan verhalen (een plas een zee een chaos, zou Louis Paul Boon gezegd hebben) die elkaar in sneltreinvaart opvolgen. Het is een voortdurende gedachtestroom die de lezer heen en weer slingert tussen het heden in Montréal en herinneringen in Lokeren, Gent, Brussel of waar ook ter wereld. Van het ene moment op het andere verkeer je in de jeugd van de schrijver, of Passant zoals hij ook wel heet, en ben je getuige van kleine Pols ridicule vertaling van de communistische overtuiging van zijn vader. En je weet: hier zijn we getuige van een tedere deconstructie van die ideologie. In de (post)moderne tijd bestaat dè waarheid, of hèt verhaal, immers niet (integendeel, de wereld bestaat uit miljarden verhalen, dat zei je net zelf).

Taalstrijd

~

Waarom dan naar Montréal gevlogen en waarom het boek dan opgedeeld in hoofdstukken? Is er dan wel sprake van structuur en symboliek in Montréal? (Maar natuurlijk, anders zou je die vragen niet stellen, zei de oplettende lezer.) Traveller en Passant (geen alledaagse namen) reizen van België (grofweg in tweeën gedeeld) naar Canada (ze spreken er Engels en Frans) en de parallellen beginnen te dagen. Maar ook de verschillen treden naar voren. Wordt er in België niet vooral door de Nederlandstaligen geijverd voor een eigen staat? En voelen niet juist de Franstalige Canadezen zich achtergesteld?

In Montréal verdwijnen de problemen. De wereld is groter. De mens is opgesloten in taal. Hij zit gevangen in het Nederlands, Engels en Frans en ploetert in het Spaans. In al die talen bestaan er verhalen en al die verhalen doen ter zake, maar het individu, Passant, geraakt er niet uit. Hij gaat er inderdaad aan voorbij, hij is een reiziger in de wereld, in dit boek, die slechts kan toezien en registreren. Zijn reis heeft een begin, een verblijf en een einde, maar geen doel. Wat er wel is, zijn de indrukken en de herinneringen en daar blijft het bij, want om het met de laatste zin van het boek te zeggen: ‘Pourriez-vous nous dire, moidemoiselle, s’îl vous plaît, où nous nous trouvons exactement?’