We kunnen vragen om cookies op uw apparaat te plaatsen. We gebruiken cookies om ons te laten weten wanneer u onze websites bezoekt, hoe u met ons omgaat, om uw gebruikerservaring te verrijken en om uw relatie met onze website aan te passen.
Klik op de verschillende rubrieken voor meer informatie. U kunt ook enkele van uw voorkeuren wijzigen. Houd er rekening mee dat het blokkeren van sommige soorten cookies van invloed kan zijn op uw ervaring op onze websites en de services die we kunnen bieden.
Deze cookies zijn strikt noodzakelijk om u diensten aan te bieden die beschikbaar zijn via onze website en om sommige functies ervan te gebruiken.
Omdat deze cookies strikt noodzakelijk zijn om de website te leveren, heeft het weigeren ervan invloed op het functioneren van onze site. U kunt cookies altijd blokkeren of verwijderen door uw browserinstellingen te wijzigen en alle cookies op deze website geforceerd te blokkeren. Maar dit zal u altijd vragen om cookies te accepteren/weigeren wanneer u onze site opnieuw bezoekt.
We respecteren volledig als u cookies wilt weigeren, maar om te voorkomen dat we u telkens opnieuw vragen vriendelijk toe te staan om een cookie daarvoor op te slaan. U bent altijd vrij om u af te melden of voor andere cookies om een betere ervaring te krijgen. Als u cookies weigert, zullen we alle ingestelde cookies in ons domein verwijderen.
We bieden u een lijst met opgeslagen cookies op uw computer in ons domein, zodat u kunt controleren wat we hebben opgeslagen. Om veiligheidsredenen kunnen we geen cookies van andere domeinen tonen of wijzigen. U kunt deze controleren in de beveiligingsinstellingen van uw browser.
Deze cookies verzamelen informatie die in geaggregeerde vorm wordt gebruikt om ons te helpen begrijpen hoe onze website wordt gebruikt of hoe effectief onze marketingcampagnes zijn, of om ons te helpen onze website en applicatie voor u aan te passen om uw ervaring te verbeteren.
Als u niet wilt dat wij uw bezoek aan onze site volgen, kunt u dit in uw browser hier uitschakelen:
We gebruiken ook verschillende externe services zoals Google Webfonts, Google Maps en externe videoproviders. Aangezien deze providers persoonlijke gegevens zoals uw IP-adres kunnen verzamelen, kunt u ze hier blokkeren. Houd er rekening mee dat dit de functionaliteit en het uiterlijk van onze site aanzienlijk kan verminderen. Wijzigingen zijn pas effectief zodra u de pagina herlaadt
Google Webfont Instellingen:
Google Maps Instellingen:
Google reCaptcha instellingen:
Vimeo en Youtube video's insluiten:
De volgende cookies zijn ook nodig - U kunt kiezen of u ze wilt toestaan:
U kunt meer lezen over onze cookies en privacy-instellingen op onze Privacybeleid-pagina.
Disclaimer en privacybeleid
Dapper willen worden
De Nederlandstalige jeugdopera Lennox heeft wat weg van het aloude droste-effect: de opera is gebaseerd op het kinderboek Lennox en de gouden sikkel. En dat is dan weer gebaseerd op een echt gebeurd verhaal. Drie verhalen die je, zoals op het blik cacao van Droste, op een presenteerblaadje worden aangereikt.
Het boek, een debuut, is geschreven door Zindzi Zevenbergen en geïllustreerd door Hedy Tjin en Brian Elstak. De opera is een compositieopdracht en coproductie van De Nationale Opera en RIGHTABOUTNOW INC.
Sikkelcelziekte uitgelegd
Het verhaal gaat over Lennox Babel, die graag dapper wil worden. ‘En het liefst zo snel mogelijk’. Zijn buurmeisje Aya is minder bang uitgevallen en haalt hem over op zijn vaders laptop in te breken. Zijn vader heeft namelijk zijn geluksketting vergeten toen hij voor controle naar het ziekenhuis moest. Hij heeft een onzichtbare ziekte die zijn ouders voor Lennox geheimhouden. Misschien vinden hij en Aya in de computer de datum waarop vader Babel naar het ziekenhuis moet en dan kunnen ze meteen gaan om hem de ketting terug te geven. En omdat ze wel eens wat meer te weten willen komen over die onzichtbare ziekte.
De vader (in het boek de moeder, die overigens in de opera een grotere rol heeft dan in het boek) vindt het te vroeg om over zijn ziekte, sikkelcelziekte, te praten. Lennox trekt zo nóg meer naar zijn vader toe dan in het boek. Lang verhaal kort (er spelen nog allerlei spannende nevenintriges rond Glimmerik die houdt van alles dat bling bling is): nadat iedereen in het ziekenhuis van de verbazing is bekomen dat Lennox en Aya ook arriveren, legt de dokter ze alles rustig uit en dan blijkt dat Lennox er eigenlijk best klaar voor is.
© Bart Grietens
De bedoeling van het boek is primair om kinderen vanaf zo’n 8-9 jaar in verhaalvorm meer te vertellen over sikkelcelziekte, die gepaard gaat met onder meer erge pijn, medicijngebruik en vaak ook ziekenhuisopnames. Een ziekte die onder zwarte mensen voorkomt. In het Amsterdams Medisch Centrum (AMC) is een Sikkelcentrum dat gespecialiseerd is in de behandeling ervan. De behandelend arts heet dr. Biemond (in de opera Miebond, een vrouw).
De bedoeling van de opera ligt niet alleen in het verbreiden van kennis over de ziekte onder kinderen, maar – misschien sterker nog dan in het boek – ook in het oproepen van meegevoel. En net als in het boek gaat het natuurlijk over moed (‘en het liefst zo snel mogelijk’), vriendschap en dingen te weten komen. Veel kinderen in het publiek zullen ongetwijfeld een klas- of buurtgenootje met de ziekte kennen en sommigen hebben het misschien zelf.
Het verhaal verbeeld, gezongen en gespeeld
Een jongetje dat het operagebouw binnenkwam begon, toen hij het grote videoscherm zag met scènebeelden, overdreven een opera-aria na te doen. Zat hij ernaast? Niet helemaal.
De componist put weliswaar uit jazz, gospel, afro en hiphop met soms heerlijk groovy passages in vooral het combo, maar er klinkt wel degelijk aan de klassieke opera herinnerende zang. Begeleid door keyboard met klavecimbel- en pianoklank en een soms zoet klinkende viool.
Met name Nienke Nasserian (mevrouw Babel, dokter Miebond, tramconducteur, receptioniste) heeft het vibrato van een klassieke operastem. Zij is dan ook zowel geschoold in jazz- en musicalrepertoire als in klassieke zang. De andere rollen zijn allemaal raak gecast: Jonathan Eduardo Brito (Lennox die steeds dapperder wordt), Charlene Sancho (een ondernemende Aya), Ayrton Kirchner (meneer Babel) en last but not least een geweldige Gustav Borreman als Glimmerik.
De goed gevulde zaal met kinderen en hun begeleiders volgt alles aandachtig. Stil (zoals in de geladen stilte nadat Lennox en Aya door de dokter is verteld wat sikkelcelziekte is) en zacht commentaar leverend. ‘Wat naar’, zegt een jongetje. En op de vraag ‘Ben ik een dief?’ van Glimmerik is het antwoord van een meisje zachtjes ‘Ja’.
Maar ook op uitnodiging van de cast om woorden te herhalen (‘hard, harder!’) of mee te klappen op het ritme wordt gretig ingegaan. Slechts een enkele keer als een gedeelte van de doorgecomponeerde voorstelling wat te lang dreigt te worden, verslapt de aandacht even. Maar dat is maar even, want de vaart zit er het hele uur dat de voorstelling duurt helemaal in. Net als in het boek. Lennox en de gouden sikkel. Mooi is dat.
Tournee vanaf 12 januari t/m 6 april 2025.
Libretto: Maarten van Hinte
Componist: Bnnyhunna (Benjamin Ankomah) i.s.m. Neo Muyanga
Dramaturg Wout van Tongeren
Decor: John Lippens en Koen Jantzen
Video: Wes Broersen
Kostuums: Iris Elsrodt
Lennox
Regie: Marjorie BostonArtiest: Nienke Nasserian, Jonathan Eduardo Brito, Charlene Sancho, Ayrton Kirchner, Gustav Borreman
Gezien op maandag 28 oktober 2024 in De Nationale Opera & Ballet / Studio Boekman, Amsterdam
Nog te zien tot zondag 03 november 2024
Misschien ook iets voor u
Smakelijke verrassingsbonbon van Maarten Heijmans en Kamerata Zuid
Meezingers kent iedereen, maar veel prachtige liedjes uit de Nederlandse en Engelstalige ‘songbooks’ raken snel in de vergetelheid bij het grote publiek. Niet als het aan Maarten Heijmans en orkest Kamerata Zuid ligt. Tijdens Maarten zingt van alles bundelen de twee hun muzikale krachten om de onontdekte pareltjes van de Nederlandse kleinkunst ten gehore te brengen aan degenen die er nog nooit van hebben gehoord. Op 25 oktober 2024 vond de première plaats in de Schouwburg Concertzaal Tilburg.
Het Tilburgse orkest Kamerata Zuid heeft al jaren als missie om het grote publiek kennis te laten maken met klassieke muziek. Dit doen zij door samenwerkingen aan te gaan met verschillende artiesten, van Jett Rebel tot Karin Bloemen. Dit najaar staan ze samen met zanger en acteur Maarten Heijmans op het podium. Heijmans werd bekend bij het grote publiek door zijn vertolking van Ramses Shaffy in de serie Ramses van Michiel van Erp. Sindsdien is de muziek van Shaffy verbonden met Heijmans, met een album van Shaffy nummers met modernere arrangementen als kers op de taart. Daarnaast blijkt Heijmans een zeer goede imitator, onder andere in tv-programma De TV Kantine, en speelt hij regelmatig in Nederlandstalige films en tv-series.
Van kleine liefdesliedjes tot theatrale uitspattingen
De avond trapt af, na een prachtig instrumentaal intro van Kamerata Zuid, met een serene versie van ‘Nature Boy’ van Nat King Cole. Dit wordt gevolgd door een snelle beatbox versie van ‘Goon’ van Maarten van Roozendaal. De toon van de avond is gezet. Veel Nederlandstalige kleinkunstnummers, afgewisseld met enkele Engelstalige, relatief onbekende klassiekers. De setlist varieert ook in toon: van lieve liefdesliedjes, zoals ‘En nu ben ik verliefd’ van Theo Nijland, tot aan gekke theatrale uitspattingen als ‘Trouw zijn’, wederom van Maarten van Roozendaal, en ‘Business Time’ van Flight of the Conchords. Heijmans is zichtbaar het meest in zijn element in de laatstgenoemde categorie. Hij schreeuwt, rent overstuur door het publiek en imiteert nonchalant de dansstijl van wijlen Michael Jackson, gevolgd door een keiharde grap over diens verleden. Heijmans weet feilloos zijn stem aan te passen aan ieder nummer. Een nummer van Michael Jackson klinkt Jackson-achtig, een lied van Ramses Shaffy klinkt Shaffy-esque. De avond wordt afgesloten met twee toegiften die zelfs menig zelfbenoemd kleinkunstkenner totaal zou verrassen.
Een knusse avond
De arrangementen, gecomponeerd door de jonge Enrico Ferri, zijn indrukwekkend te noemen. Zeker wanneer er niet eerder uitgebracht werk van Ramses Shaffy (i.e. het nummer ‘Je mag me niet ontkennen’) ten gehore wordt gebracht, geëxtraheerd uit opnames van oude cassettebandjes die Heijmans van de pianist van Shaffy had gekregen. De theatrale, soms sarcastische Heijmans en de gelaagde orkestrale muziek ondersteunen elkaar op een prettige manier, geen van beiden neemt de overhand. De simpele setting, alle strijkers tezamen met Maarten in het midden achter een microfoon onder een aantal rokerige spots, geeft het geheel een knusse sfeer.
Maarten zingt van alles is een aanrader voor de liefhebber van de Nederlandstalige kleinkunst, die weleens een onbekend pareltje wil (her)ontdekken dat in een symfonisch jasje is gestoken. Heijmans kondigde de avond al aan als een ware ‘verrassingsbonbon’, en dat bleek meer dan terecht.
Maarten Heijmans en orkest Kamerata Zuid
Gezien op donderdag 24 oktober 2024 in Schouwburg Concertzaal, TilburgMisschien ook iets voor u
Niet alle wegen leiden naar Rome
Op de middelbare school was een van de klassieke leerboeken Spoorzoeken in de bonte wereld van geloven en denken. Het boek beschrijft de hoofdstromingen in de religie in de meest ruime zin van het woord en gaat dieper in op de grote religies.
De associatie komt op wanneer je door de tentoonstelling Zoeken naar zingeving in het Kröller-Müller Museum loopt. Niet alleen vanwege de vergelijkbare titels van het boek en de expositie, maar ook omdat beide qua inhoud overeenkomsten vertonen. Al zijn er natuurlijk ook verschillen.
In het boek zijn aan het begin – zoals het wordt genoemd – ‘heerbanen’ uitgelicht: hindoeïsme, boeddhisme, andere Chinese godsdiensten (waaronder confucianisme, taoïsme), jodendom, islam en christendom. Daarna komen ‘primaire wegen’ zoals rooms-katholicisme, protestantisme en lutheranisme en even verderop ‘tertiaire wegen’ zoals spiritisme en theosofie.
In de tentoonstelling komen ze ook allemaal aan de orde, maar dan gerelateerd aan de zoektocht van Helene Kröller-Müller (1869-1939) naar zingeving als de drijvende kracht achter haar verzameling kunstwerken. ‘Haar eindbestemming is’ – volgens het persbericht:
Kunstenaars apart
Er is voor gekozen om de diverse kunstwerken uit de verzameling van Helene Kröller-Müller per kunstenaar te tonen, aangevuld met latere aankopen in haar geest, met werk van James Lee Byars, Nam June Paik en Shirazeh Houshiary. In die opzet wringt de schoen. Er worden op deze manier namelijk twee sporen gevolgd: aan de ene kant Helene Kröller-Müllers zoektocht naar andere vormen van spiritualiteit en zingeving dan ze tijdens haar lutherse opvoeding in Duitsland had meegekregen, en de ontwikkeling van de kunst vanaf voornamelijk het realisme vanaf 1860 tot het eindpunt daarvan met Moeder en kind van Bart van der Leck aan de andere kant.
Eigenlijk is er ook nog een derde spoor: de vraag om te proberen je te verplaatsen in de beweegredenen van Kröller-Müllers aankopen en in de werken die je ziet. Tweezitbankjes in kleine houten ruimtes nodigen hiertoe uit. Een uitgangspunt dat is ingegeven door een zinsnede uit 1909 van Helene Kröller-Müller aan het begin van de tentoonstelling:
Dit slaat op Mand met citroenen en fles van Vincent van Gogh, geplaatst naast een Christuskop uit de dertiende eeuw die Kröller-Müller als spinoziste Spinoza-Jezus noemde.
© Marjon Gemmeke
Heerbanen en aftakkingen daarvan
Dat verplaatsen gaat misschien makkelijker als een soortgelijke volgorde zoals in Spoorzoeken, het boek, was aangehouden. Dan krijg je de ‘heerbanen’ hindoeïsme (Theo van Doesburgs Danseressen), boeddhisme (Odilon Redons Le Sacré Coeur (Le Boudha), Zen for Film van Nam June Paik en James Lee Byars’ The Path of Luck, de Chinese traditie (zogenaamde filosofenstenen), jodendom (Ossip Zadkines beeld Rebecca), islam (werk van Houshiary met een maansikkel) en christendom dat wordt onderverdeeld in de ‘primaire weg’ met rooms-katholicisme (Anrea Mantegna) en protestantisme (Saenredam).
Op de ‘tertiaire weg’ zouden we tenslotte werk tegenkomen van de theosoof Mondriaan (Compositie 10 in zwart wit, dat in het aankoopboek Kerststemming wordt genoemd).
Natuurlijk vallen niet alle kunstenaars in dergelijke hokjes te stoppen. Soms vallen ze in meerdere onder te brengen, zoals Jan Toorop of in een overkoepelende mystiek, zoals de Vlaming George Minne.
Zelf spoorzoeken
Of de zeven vraaggesprekken die de filosoof en schrijver Desanne van Brederode voerde en als audiotour vallen te beluisteren daarbij nu behulpzaam kunnen zijn, is nog maar de vraag. Ze kunnen (rationeel) namelijk ook in de weg zitten. Want om La Madeleine au désert (Méditation) van Pierre Puvis de Chavannes nu een collage te noemen, gaat wat ver. De mooiste zin is misschien dat je het mysterie het mysterie moet laten. Zelf spoorzoeken, kijken, ervaren en interpreteren.
Zoeken naar zingeving - Kröller-Müller Museum
Gezien in: Kröller-Müller Museum, OtterloNog te zien tot: zaterdag 11 mei 2024
Link: audiotour
Misschien ook iets voor u
De dansvloer als plek voor ontmoeting
Tijdens het Amsterdam Dance Event (ADE) ging in het DeLaMar Theater de voorstelling Gabbers waren we in première. Bij dit event wordt Amsterdam voor even één grote dansvloer voor feestgangers uit de hele wereld. De voorstelling van Olivier Diepenhorst sluit goed aan bij de sfeer van het ADE, waar mensen hun dagelijkse routines verruilen voor de vrijheid van de dansvloer. Naast de vrolijkheid toont het ADE ook de grimmigere kanten van de dancescene, die vooral in de vroege uurtjes naar voren komen: verwijde pupillen, uitgeputte lichamen. In Gabbers waren we voel je beide kanten: het feest én de vlucht. Wanneer slaat het hakken om van vieren naar verdoven?
Hereniging na 25 jaar
De drie hoofdpersonages, Ben, Monica en Alexandra, ontmoeten elkaar in de jaren negentig in de Energiehal in Rotterdam, een iconische thuisbasis voor gabbers. Het decor van de voorstelling weet de sfeer van een hakfeest goed te vangen. Het is simpel maar effectief: negen witte gaasgordijnen hangen vanaf het plafond en functioneren later als afscheidingen op het podium. Achterop het podium draait een dj live keiharde gabberhouse. De setting roept zowel de hitte van een stampend hakfeest als de leegte van een energiehal op.
In Gabbers waren we blikken Alexandra en Monica 25 jaar later middels dialoog terug op de dood van hun vriend Ben. Ondanks hun verschillende achtergronden vonden Ben, Monica en Alexandra elkaar in de jaren negentig in feesten, hakken en drugsgebruik. Terwijl Monica en Alexandra terugblikken, danst Ben in hun herinneringen rond op het toneel.
Na 25 jaar lijkt er echter weinig over van de gedeelde geschiedenis van de personages, maar voeren hun verschillende achtergronden de boventoon. Herhaaldelijk wordt genoemd dat Alexandra destijds op het gymnasium zat, terwijl Monica de mavo deed, en dat Ben een strafblad kreeg. De enige overeenkomst tussen de ex-gabbers lijkt nog hun Nike Air Max-sneakers.
Ongemakkelijke podcast
foto: Fleur Mulder
Dat het weerzien tussen Alexandra en Monica, die uit duidelijk verschillende milieus komen, ongemakkelijk is, komt door Alexandra’s plannen om een podcast te maken over hun overleden gabbervriend Ben. Het wringt dat juist Alexandra na al die jaren een verhaal wil maken over hun verleden. Vijfentwintig jaar eerder eindigden de drie vrienden na een nacht feesten op het politiebureau. Alleen Alexandra werd echter opgehaald door haar ouders en naar een afkickkliniek gestuurd. Ze keek niet meer om naar Ben en Monica. Hoewel ze elkaar destijds vonden op de dansvloer, werpt de voorstelling de vraag op hoe diep hun vriendschap werkelijk ging.
De lichaamstaal van het hakken
De grootste kracht van Gabbers waren we ligt in de indrukwekkende fysieke performance van Ben. Terwijl de dialogen tussen Monica en Alexandra aan de oppervlakte blijven en soms zelfs tegen clichés aanleunen, brengt Ben diepgang en mysterie in de voorstelling. Als een herinnering, een geest, beweegt hij over het toneel. Gedurende de hele voorstelling danst hij zijn hakchoreografie zonder een woord te zeggen of contact te maken met de andere personages.
Met zijn kale hoofd, zware ademhaling en kenmerkende gabberoutfit straalt Ben een ietwat angstaanjagende energie uit. Zijn lichaam lijkt samen te vallen met de muziek. Aan het begin van zijn performance beweegt hij nog vol energie, maar steeds meer lijken zijn bewegingen moeizamer, geforceerder. Met elke dansscène lijkt er een stukje van zijn personage te verdwijnen. Wat is Ben weg aan het hakken? Ondanks Alexandra’s pogingen om zijn dood te verklaren, blijft het onduidelijk of Ben zichzelf naar de afgrond feestte, of zijn einde een ongeluk was, of dat deze zelfs opzet was.
Hoewel we als publiek weinig van Ben weten, voelen we met hem mee. Dit wordt versterkt door de live muziek, die ervoor zorgt dat de zaal letterlijk meetrilt op 160 BPM. In de fysieke uitputting van Bens lichaam op het toneel ligt de essentie van de voorstelling: de eenzaamheid van een lichaam dat tot het uiterste wordt gedreven, dat zichzelf ‘op’ danst.
Concept en tekst: Emmie Kollau
Regie: Olivier Diepenhorst
Tekst: Vera Morina
Spel: Sophie Höppener & Linda Zijl
Dans: Nestor Matytchak
Muziek: Koen van de Wardt & Jasper Meurs
Choreografie: Simon Bus & Alesya Dobysh
Lichtontwerp: Yuri Schreuders
Scenografie: Ruben Wijnstok
Decor: De Man met de Hamer
Kostuumontwerp: Bonnie Zita Brandt
Productieleiding: Lena Meijer
Productie-assistent: Lieve Fikkers
Technische productie: Dave Ruigrok
Lichttechniek: Sven Shevtzhoff & Christiaan Schreuder
Geluidstechniek: Jan Schenk & Fokke de Wit
Publiciteit: Saskia de Ruiter
Uitvoerend producent: Thomas Bruining
Producent: Aldus’ Producties & Miscellaneous Experts
Tourneeplanning: Theaterbureau de Mannen
Met dank aan: Cultuurfonds, Fonds21 en het Amsterdams Fonds voor de Kunst
Gabbers waren we - Olivier Diepenhorst
Regie: Olivier DiepenhorstGezien op vrijdag 18 oktober 2024 in DeLaMar, Amsterdam
Nog te zien tot zaterdag 18 januari 2025
Misschien ook iets voor u
Een odyssee die leidt naar een leven in vrede
Wraak. Dat is de aanleiding voor conflicten die uitmonden in oorlogen. Jij hebt mijn dierbare kwaad gedaan? Dan steek ik jouw huis in de fik. Jij steekt mijn huis in de fik? Dan… enzovoort: escalatie volgt op escalatie. Branden van Toneelschuur Producties en Theater Oostpool is een aangrijpende, half-actuele, deels-mythologische aanklacht tegen oorlogen.
Van gewapende conflicten zijn altijd de burgers het slachtoffer. Anonieme, gezichtsloze burgers, die alleen aandacht krijgen wanneer aantallen doden en gewonden worden genoemd. Burgers verdwalen op de vlucht, verliezen elkaar uit het oog. De Libanees-Canadese schrijver Wajdi Mouawad (1968) haalt die burgerslachtoffers uit de anonimiteit, geeft ze een naam een gezicht. En hij laat zien dat het slachtofferschap zich niet beperkt tot één generatie, maar dat de kinderen het automatisch ook met zich meedragen.
Universeel
Toneelschuur Producties en Theater Oostpool brengen Mouawads stuk Branden, in de regie van Abdel Daoudi. Branden is het anti-oorlogsdeel van een vierluik van Mouawad. Het vierluik heeft als overkoepelend thema de zoektocht van mensen naar hun wortels. De schrijver maakt zijn tekst universeel en tijdloos door oorlogsscènes te combineren met elementen uit de Griekse mythologie.
Testament
In Branden worden die wortels opgepakt bij Nawal Marwan (Malou Gorter). Nawal is onlangs overleden. Zij heeft tegen haar volwassen tweeling Janna en Simon, opgegroeid in een vreedzaam land, altijd gezwegen over hun komaf. Maar Nawal heeft bij de notaris die haar testament beheert merkwaardige aanwijzingen voor haar kinderen gedeponeerd. Die instructies gaan zowel over haar uitvaart, als over een zoektocht die moet leiden naar de verdwenen vader van de kinderen en naar een oudere broer van wie ze nog nooit hebben gehoord.
foto: Sanne Peper
Hier begint een niet-lineair verteld verhaal over moeder Nawal, háár moeder en grootmoeder, over de tweeling Janna (Hajar Fargan) en Simon (Shahine El-Hamus). Aangevuld met personages die bepalend zijn geweest voor hun levensloop. De vertelling laat onder andere Nawal en haar verboden liefde zien. Ze laat de kinderen zien, boos en verward na de dood van hun zwijgzame moeder.
Moeder Nawal maakt een tocht door oorlogsgebieden, op zoek naar veiligheid. De kinderen moeten in diezelfde gebieden op zoek naar hun roots, om via via het verhaal van hun moeder alsnog te achterhalen.
Spektakel
Regisseur Abdel Daoudi maakt er een indrukwekkend spektakel van. In een even sober als slim decor (scenografie: Marloes en Wikke) laat hij zijn personages dolen, ruzie maken, de oorlog ontvluchten met behulp van een serieus rookgordijn. In zijn regie gebruiken personages lichaamstaal en mimiek niet om hun tekst te benadrukken, ze leveren daar non-verbaal juist commentaar op. Prettig-naturel is ook dat Daoudi de personages elkaar in de rede laat vallen, door elkaar heen laat praten, waardoor conflicten levensecht worden.
Loepzuiver
Vooral Malou Gorter schittert in de rol van Nawal. Kreunend van de pijn kruipt ze over de grond als barensweeën de komst van een kind aankondigen. Gorter heeft een aantal indrukwekkende monologen, waaronder een over een aanslag op een stadsbus vol burgers. Dankzij haar heldere tekstbehandeling zie je de gebeurtenissen voor je.
Opvallend sterk is Shahine El-Hamus als de gefrustreerde zoon Simon. Hij schreeuwt zijn woede uit, tegen huilen aan. El-Hamus is kwaad, cynisch, en tegelijkertijd liefdevol tegenover zijn tweelingzus.
Yara Brand is loepzuiver en overtuigend als het zingende, naïeve meisje Sawda, dat door Nawal op sleeptouw wordt genomen tijdens de odyssee die moet leiden naar een leven in vrede.
Minpunt
Uiteindelijk spelen zeven acteurs alle rollen, wat op zich al een prestatie is in deze monstervoorstelling die ruim twee uur duurt. Dat is meteen het enige minpunt: Branden duurt echt te lang. Vooral sommige monologen zijn erg lang, een aantal scènes kan probleemloos korter zonder aan betekenis in te boeten, en een wiskundige verhandeling over het getal 1 is ook wat veel van het goede.
Overigens zit je als toeschouwer vrijwel de volledige speelduur op het puntje van je stoel. Als ergens duidelijk wordt dat een paar oorlogszuchtige mannetjes de rest van de bevolking het leven onmogelijk maken, is het tijdens deze voorstelling.
Tekst: Wajdi Mouawad
Regie: Abdel Daoudi
Spel: Mohammed Azaay, Yara Brand, Shahine El-Hamus, Hajar Fargan, Malou Gorter, Heleen Kamperveen, Alwin Pulinckx
Scenografie: Marloes en Wikke
Kostuumontwerp: Dymph Boss
Lichtontwerp: Casper Leemhuis
Fotografie: Sanne Peper
Branden – Toneelschuur Producties & Theater Oostpool
Gezien op donderdag 24 oktober 2024 in De Schuur, HaarlemNog te zien tot zaterdag 14 december 2024
Misschien ook iets voor u
Feestelijk groene familiemusical
Elke prinses droomt van een prins op het witte paard, maar in deze musical blijkt de prins een groen monster en ook de prinses heeft iets te verbergen. Shrek De Musical vertelt het verhaal van sprookjesfiguren die in opstand komen. Is deze musical net zo grappig als de legendarische animatiefilm?
In 2001 werd de tegendraadse animatiefilm Shrek een enorm succes, later volgden er nog twee delen. De film drijft de spot met de klassieke (Disney) sprookjes en is tot op de dag van vandaag nog inspiratie voor diverse memes, door de sarcastische opmerkingen van de groene oger. In 2012 was Shrek al eens als musical in de Nederlandse theaters te zien en nu weer, in een geheel vernieuwde versie.
Vlot verhaal en mooi moeras
Het rustige leven van oger Shrek (René van Kooten) wordt ruw verstoord wanneer alle sprookjesfiguren verbannen worden naar zijn moeras. Heer Farquaad (Darren van de Lek) wil namelijk geen misbaksels in zijn rijk. Shrek komt klagen bij de heer en krijgt een opdracht: als hij samen met Ezel (Qshans Thodé) de draak (Annefleur van den Berg) verslaat en prinses Fiona (Linda Verstraaten) redt dan krijgt hij zijn moeras terug.
Het verhaal wordt vlot verteld en er is nauwelijks een moment van rust, we vliegen van de ene scène en het ene nummer naar het andere. De energie van Qshans als Ezel spat echt van het podium en ook Linda Verstraaten, prinses Fiona, is een heuse wervelwind op het toneel. René van Kooten als Shrek moet een beetje op gang komen en bloeit pas op in de tweede helft, al past dit ook wel bij zijn karakter.
foto: Wim Lanser
De zang is van hoge kwaliteit en dat is ook wel nodig met de vele uithalen in de musical, die overigens bestaat uit andere nummers dan in de film. Alleen in de finale kunnen we meeswingen op ‘I’m a believer’. Vocaal valt de prachtige draak op, Annefleur van den Berg knalt het nummer er echt uit. Ook Darren van de Lek als de kleine Heer Farquaad springt eruit, want hij heeft de lachers op zijn hand.
Het decor is mooi, je waant je echt in het moeras en sprookjeskasteel Dulok. Het spektakelstuk is wel de draak. De kostuums zijn hier en daar wat minder geslaagd, sommige sprookjesfiguren, denk aan de biggetjes of het eendje, lijken zo uit een feestwinkel te komen.
Een echte familiemusical
De producent Van Hoorne Studios richt zich met zijn succesvolle shows doorgaans op zeer jonge kinderen en gezinnen, denk aan shows als Woezel & Pip, Fien & Teun en sprookjesmusicals als De Kleine Zeemeermin en Assepoester. Met Shrek probeert Van Hoorne Studios voor het eerst een wat breder publiek aan te spreken, maar of dat helemaal geslaagd is blijft de vraag. De musical staat als een huis, is feestelijk, heeft een snel tempo, een duidelijke boodschap, leuke grapjes en ook af en toe een grap gericht op volwassenen. Niet zozeer een kindermusical, als een familiemusical waar je met het hele gezin van kunt genieten.
foto: Malin Hollaar
Maar voor de inmiddels volwassen Shrekfans van het eerste uur zal deze uitvoering toch wat tegenvallen, want deze musicalversie kan niet tippen aan de legendarische film uit 2001. Het verhaal is daarvoor nu iets te gepolijst en braaf, iets minder ‘memeable’. De Nederlandse musicalversie uit 2012 was een half uur langer, waardoor er iets meer ruimte was voor de tegendraadse kracht uit de film. Dat neemt niet weg dat er ook in deze versie diverse knipogen in zitten, verwijzingen naar bijvoorbeeld Wicked of grapjes over het formaat van heer Farquaad. Deze nieuwe versie is met de inkorting en nieuwe vertaling echt gericht op gezinnen.
Kortom, Shrek de musical is een vlot feestje met een belangrijke boodschap: iedereen mag zichzelf zijn. Ook al ben je een groen monster dat scheten laat en in een moeras woont: ‘Shrek is groen en daar moet je het maar mee doen’.
Shrek De Musical
Regie: Bas GroenenbergArtiest: René van Kooten, Linda Verstraten, Qshans Thode, Darren van der Lek, e.a.
Gezien op zondag 20 oktober 2024 in Nieuwe Luxor Theater, Rotterdam
Nog te zien tot zondag 22 juni 2025
Misschien ook iets voor u
Leren broek aan en gaan!
Toen frontman Luke Spiller van The Struts hun tour met Barns Courtney aankondigde met de woorden dat hij niet kon wachten om met zijn ‘partner in rock’ op pad te gaan, wisten rockliefhebbers dat ze iets bijzonders te wachten stond. Tijdens de Grand Union Tour delen de Britten Barns Courtney en The Struts hun plek als headliner. Op 9 oktober streken ze neer in poppodium 013 in Tilburg, dat die avond omgetoverd werd tot een walhalla voor fans van oldskool rock ’n roll.
The Struts en Barns Courtney delen een basis in rock met invloeden van glamrock en classic rock. Maar waar The Struts uitblinken in meeslepende nummers vol theatrale flair, kiest Barns Courtney voor een iets rauwere sound met inspiratie uit zowel punk als blues. Het voorprogramma verzorgen van deze muzikale powerhouses zal geen gemakkelijke taak zijn, maar het is aan de Amerikaanse singer-songwriter James Bruner om die klus te klaren.
Een korte warming-up
Als Bruner – voor velen een nog onbekende artiest – om 19:00 uur zijn set begint, is de zaal nauwelijks halfvol. De zanger begint rustig, zijn gezang alleen ondersteund door zijn eigen gitaar. Maar schijn bedriegt en rustig blijft het zeker niet: de voltallige band voegt zich bij de zanger, de muziek wordt ruiger en de zaal stroomt vol. In amper een halfuur tijd zorgen de Amerikanen voor een bruisend optreden, waar al een tipje van de sluier wordt opgelicht voor een ouderwets potje rocken.
Krachtige podiumuitstraling en hilarische publieksinteracties
Zodra de eerste co-headliner het podium betreedt, wordt vrij gauw duidelijk dat de voorraad Duracel-batterijen nog lang niet op is. Sterker nog, deze voorraad is nog nauwelijks aangebroken. Barns Courtney en zijn band stormen het podium op en trappen de avond af met het aanstekelijke ‘Fun Never Ends’. Vanaf de eerste noot weten ze de aandacht van het publiek te grijpen, niet alleen door hun opvallende outfits, maar vooral door hun krachtige podiumuitstraling. De energie van Barns Courtney lijkt onuitputtelijk: op het ene moment staat hij boven op het drumstel te poseren, om vervolgens het publiek in te duiken voor een ronde crowdsurfen. Zelfs zijn microfoon wordt onderdeel van de theatrale act, wild rondgezwaaid aan zijn kabel en meermaals door de lucht gesmeten.
Gitarist Andrew Martin (vooraan) met zanger Barns Courtney die op het drumstel is geklommen.
De show is een aaneenschakeling van onverwachte momenten en verrassende interacties. Zo laat Courtney een man uit het publiek op het podium komen om polaroidfoto’s te maken en zorgt een dame met duidelijke interesse in zijn drummer voor de nodige hilariteit. Barns Courtney weet precies hoe hij de menigte moet bespelen, en het publiek reageert daar luidkeels op. Hits als ‘Glitter & Gold’ en ‘Fire’ krijgen de grootste reacties, maar zelfs degenen die niet echt bekend zijn met de band, verlaten als nieuwe fans de zaal – inclusief ondergetekende.
Ondanks de speelse publieksinteracties draait de avond in de eerste plaats om een strakke muzikale show. Zeker de chemie tussen zanger Courtney en gitarist Andrew Martin springt in het oog en voegt nog meer energie toe aan het optreden. Deze avond bewijst één ding: de muziek van Barns Courtney klinkt goed op CD, maar komt pas écht tot leven op het podium.
Charismatische primadonna en frontman
Zanger Luke Spiller en bassist Jed Elliot
Na de explosieve set van Barns Courney zou je verwachten dat de energie in de 013 niet meer verder op te voeren is, maar The Struts doen dit met gemak. De band opent met de knaller ‘Primadonna Like Me’ en weet daarmee direct de vonk op het publiek over te laten slaan. In hun matchende zwart-paarse kleding, afgewisseld met leer en glitter, speelt de band hit na hit en krijgt de zaal mee in zowel zang als dans. Als verrassing kijgt de zaal zelfs een voorproefje van de nog niet uitgebrachte single ‘Can’t Stop Talking’. Hoewel meezingen met een onbekend nummer een uitdaging lijkt, weet zanger Luke Spiller de zaal razendsnel de tekst te leren, zodat iedereen in no-time uit volle borst mee kan zingen.
The Struts weten van de hele avond een ware glamrockshow te maken, zonder dat het geforceerd aanvoelt. Spiller is een geboren showman en de theatrale poses rollen daar natuurlijk uit voort, wat zeker tijdens nummers als ‘Dirty Sexy Money’ en ‘Too Good At Raising Hell’ naar voren komt. Met zijn unieke maniertjes, energieke bewegingen, poses en krachtige zang wordt hij dan ook wel vergeleken met grootheden als Freddie Mercury en Mick Jagger. Daarbij is ook hij een ster in publieksinteractie, wat tot een hoogtepunt komt tijdens de sing-off bij het nummer ‘Put Your Money On Me’.
Gitarist Adam Slack
Spiller nodigde het publiek al bij eerdere nummers uit om mee te zingen door verschillende kanten van de zaal aan te wijzen, maar bij deze sing-off komt hij zelf de zaal in. Hij splitst de zaal in tweeën en laat beide helften tegen elkaar op zingen. Terug op het podium geeft hij aan dat veel bands de energie van hun publiek meten aan het volume van hun geschreeuw, maar hij vindt dat het tegenovergestelde eigenlijk bijzonderder is. Hij start een stilte-experiment en weet hiermee binnen een seconde de hele zaal te bevriezen, om die vervolgens op zijn teken weer helemaal los te laten barsten. Op zulke momenten maken The Struts duidelijk dat hun shows niet alleen om hen draaien, maar dat juist het publiek een essentiële rol speelt in de gehele concertervaring.
Het enige minpunt van zo’n avond is: we willen meer! Een concert met co-headliners betekent twee steengoede acts, die ieder slechts 75 minuten kunnen spelen. Hoewel de combinatie van The Struts en Barns Courtney goed gevonden is, zijn deze bands het ieder waard om een volledige eigen show te spelen. En hoewel de bands onderling duidelijk verschillen, vinden ze elkaar in liefde voor glamrock en de bijbehorende extravagante outfits en poses. Een avond met The Struts en Barns Courtney is een avond vol oldskool rock ’n roll. Bij twijfel, trek gewoon je leren… eh, glitterbroek aan en ga! Het wordt gegarandeerd een groot feest.
The Struts en Barns Courtney
Prijs: €39,80 tot €143,00Gezien op woensdag 09 oktober 2024 in 013, Tilburg
Link: Website Barns Courtney
Link: Website James Bruner
Misschien ook iets voor u
De kunst van het herinneren
Omringd door de memorabilia van je familie, kun je niet anders dan nadenken over wat je voorouders met die spullen deden. In Maria Stepanova’s In Memory of Memory onderzoekt ze hoe herinneringen worden gevormd en hoe we er later op terugkijken.
In Memory of Memory vertelt op een indirecte manier verschillende verhalen. Stepanova vertelt haar eigen verhaal, waarin ze beschrijft hoe ze verschillende documenten in haar appartement in Moskou vindt en onderzoekt, hoe ze begint met het schrijven van dit boek en hoe ze zich verhalen uit haar kindertijd herinnert. Tegelijkertijd vertelt ze het verhaal van haar familie aan de hand van deze documenten. Zo zijn er in het boek brieven uit verschillende periodes opgenomen, waaronder correspondenties tussen moeders en zonen, liefdesbrieven, en een hoofdstuk waarin foto’s worden beschreven. Daarnaast schrijft Stepanova over het leven van verschillende historische figuren. Een heel hoofdstuk is gewijd aan Charlotte Salomon en het verhaal achter haar werk Life? Or Theater? en aan Osip Mandelstam en het antisemitisme dat hij ervaarde.
Genre bending
Het boek speelt met uiteenlopende genres, variërend van essays en historische documenten tot literatuurkritiek. Deze diverse genres dienen als bouwstenen die feit en fictie combineren. Dit versterkt de diepgang van het werk doordat de verhalende stukken en historische documenten elkaar ondersteunen en samen zorgen voor een dieper inzicht in de levens van de beschreven mensen. Naast het vertellen van verhalen reflecteert Stepanova aan de hand van essays over de betekenis van herinneren en over hoe men herinnerd kan worden. Dit doet ze door in dialoog te treden met werken van geleerden zoals Roland Barthes, Susan Sontag, en Jacques Rancière. De thema’s van deze essays variëren sterk; sommige bespreken de functie van foto’s en dagboeken in het proces van herinneren, terwijl andere ingaan op het idee dat Joden in het verleden vaak hun identiteit moesten verbergen of er zelfs beschaamd over waren.
Hoewel het boek fragmentarisch is en een zekere lineariteit mist, lijkt dat opzettelijk. In een van de eerste hoofdstukken bespreekt Stepanova hoe herinneringen vaak onbetrouwbaar zijn, omdat we dingen bijverzinnen of ons slechts fragmenten herinneren. Ze past deze theorie toe op de structuur van het boek. Door brieven door het boek heen te verspreiden, wordt de lezer gedwongen het gefragmenteerde aspect van herinneren als leesproces te ervaren. Op deze manier ontdekt de lezer stukje bij beetje de geschiedenis en moet hij zelf de verschillende fragmenten samenvoegen tot een verhaal. Bovendien is het boek niet alleen gericht op de verschillende genres, maar ook op de denkprocessen van Stepanova zelf. Dit zei ze in een interview met de International Booker Prize in 2021, toen ze voor dit boek en zijn vertaling op de shortlist stond.
Duale identiteit
Het boek legt ook een sterke nadruk op vrouwelijkheid en vrouwelijke figuren, wat gezien de Joodse moederlijntradities geen toeval is. In het begin van het boek merkt Stepanova op: ‘The men in this family are barely illuminated, as if history consisted only of heroines, and couldn’t quite stretch to heroic men’ (‘De mannen in deze familie worden nauwelijks belicht, alsof de geschiedenis alleen uit heldinnen bestond en zich niet helemaal kon uitstrekken tot heldhaftige mannen’). Ze beschrijft hoe ze ’the line of transmission’ (‘de lijn van overlevering’) ziet als iets dat van moeder op dochter wordt doorgegeven, waarbij elke dochter de kans heeft ’to be the single teller of the tale’ (‘de enige verteller van het verhaal te zijn’). Deze passages zijn cruciaal voor de rest van het boek omdat ze verklaren waarom Stepanova het zo belangrijk vindt om het verhaal van haar familie te vertellen. Deze vrouwelijke focus komt vooral naar voren doordat de meeste documenten afkomstig zijn van haar grootmoeder of overgrootmoeder.
Naast haar vrouwelijkheid staat de Joodse achtergrond van de auteur vaak centraal in Stepanova’s werk. De Joodse geschiedenis in Rusland wordt vaak over het hoofd gezien of vergeten, hoewel het een belangrijk deel uitmaakt van het culturele erfgoed. Helaas zijn er tegenwoordig weinig Joden in Rusland die hun verhaal kunnen vertellen, waardoor een terugblik op het verleden des te relevanter is. Stepanova’s focus op haar familiegeschiedenis belicht niet alleen het leven van Joden in Rusland, maar ook de aanhoudende problemen van antisemitisme, zowel in Rusland als wereldwijd.
In memory of memory
Schrijver: Maria StepanovaUitgever: Fitzcarraldo Editions
Prijs: 13,75
Bladzijden: 510
ISBN: 9781804270585
Misschien ook iets voor u
Meesterlijk kostuumdrama over zusterschap in een mannenwereld
Het historische drama Firebrand draait om de zesde vrouw van Hendrik VIII. De film is gebaseerd op het boek Queen’s Gambit van Elizabeth Fremantle. De ritmische montage voegt kracht toe aan het al sterke acteerwerk. De Braziliaanse regisseur Karim Aïnouz houdt met deze film de aandacht vast tot in de laatste momenten. Van een stoffig kostuumdrama is beslist geen sprake.
De geschiedenis van Hendrik VIII (1491-1547) is een donkere. Vijf vrouwen zijn Catharina Parr (Alicia Vikander) al voorgegaan als ze huwt met de notoire koning Hendrik (Jude Law). Het lot van zijn eerdere vrouwen is geen geheim. Als Hendrik enkele maanden in Frankrijk verblijft om oorlog te voeren, benoemt hij Catharina tot regent. Na een ongeluk is de koning ziek en heeft geïnfecteerde benen. Als hij bij terugkeer steeds zieker en paranoïde wordt, moet Catharina steeds meer vechten voor haar eigen voortbestaan.
Ritmische montage
Firebrand is geen duf kostuumdrama, alleen al door de dynamische montage. Zo maakt Aïnouz bij een dansscène gebruik van ‘rythmic editing’. Tijdens de scène danst Catharina met edelman Thomas Seymour (Sam Riley). Het beeld vibreert tegelijkertijd met bombastische muziek, een scène waar je als filmliefhebber van kan smullen. Daarbij lijkt de setting van de film geregeld de grillen van Hendriks stemming af te schilderen. Donkere wolken met grimmige muziek tegenover plots een helderblauwe lucht.
Imponerend acteerwerk
Law en Vikander zijn aan elkaar gewaagd. Jude Law staat voor menig kijker bekend als de hunky acteur uit films als The Holiday (2006) en Closer (2004). In Firebrand bewijst hij dat de rol van kwaadaardige en onbehouwen koning hem eveneens goed past. Vikander doet absoluut niet onder voor Law. Zij speelt haar rol als berekenende echtgenote feilloos. Hendrik wordt gedurende het verhaal tergend onvoorspelbaar en voert de spanning van de film op. De koningin is gehaaid en weet waar de kwetsbaarheden van haar echtgenoot zitten. Er zijn scènes met Law en Vikander in dezelfde ruimte die je uit je comfortzone trekken, lang nadat de aftiteling is geweest.
Mannen tegen vrouwen
Wat dit kostuumdrama onsubtiel aanstipt: de wereld is onverbeterlijk hard voor vrouwen. Hoewel we de geschiedenis kennen, blijft het shockerend om te zien. Eerdere echtgenotes aan het hof werden onthoofd of weggestuurd als het de koning zinde. Als je niet al voor een andere misstap was gestraft. Wat deze film anders doet en tegelijkertijd mooi benadrukt, is de vrouwenroedel om Catharina heen. Waar de verhalen zich vaak focussen op de koning als kwaadaardige tiran, gaat de aandacht nu uit naar de vrouwelijke bondgenoten in een mannenwereld. Aïnouz gebruikt daar prachtige beelden voor in Firebrand. En die beelden maken de film sterk om te zien.
Firebrand
Regie: Karim AïnouzDistributeur: MKB Productions – FilmNation Entertainment – Brouhaha Entertainment
imdb: https://www.imdb.com/title/tt15000156/
Misschien ook iets voor u
Voor u geselecteerd door de auteur:
Een familietragedie
De Netflix-serie Monsters: The Lyle and Erik Menendez Story duikt in een van de meest schokkende strafzaken uit de Amerikaanse geschiedenis. De brute moord op het schijnbaar gelukkige echtpaar Menendez in hun Beverly Hills-woning in 1989 onthulde niet alleen de gewelddaad van hun eigen zonen, maar ook een duister familiegeheim dat jarenlang verborgen bleef. De vraag die de serie stelt, is hoe twee jongens, die ogenschijnlijk alles hadden wat hun hartje begeerde, tot zo’n gruwelijke misdaad konden komen.
Waar velen dachten dat Lyle en Erik Menendez hun ouders uit hebzucht hadden vermoord, werpt deze serie een ander licht op het verhaal. Het motief van hun daad is niet geldelijk gewin, maar een afschuwelijk verleden van seksueel misbruik. Vanaf jonge leeftijd werden de broers systematisch misbruikt door hun vader, Jose Menendez. Hun moeder, die van het misbruik afwist, deed niks en hield Jose de hand boven het hoofd. Deze traumatische ervaringen worden op aangrijpende wijze verteld door de broers. Vooral aflevering 5, waarin Erik tijdens een gevangenisverhoor openhartig vertelt over het misbruik, blijft bij. De minimalistische setting – slechts één scène in dezelfde ruimte – zorgt ervoor dat je als kijker, net als Erik, geen kant op kunt. Het claustrofobische gevoel versterkt de impact van zijn verhaal en dwingt je bijna om medelijden met de broers te krijgen.
Sterke cast
De casting van de serie is uitstekend. Javier Bardem schittert in de rol van de tirannieke Jose Menendez. Zijn performance als Jose maakt het begrijpelijk voor de kijker dat Erik en Lyle hun vader als grootste vijand zagen. Nicholas Alexander Chavez en Cooper Koch, die respectievelijk Lyle en Erik spelen, weten op indrukwekkende wijze de kwetsbaarheid en complexiteit van hun personages over te brengen. Vooral in de eerste afleveringen, wanneer de broers nog proberen hun onschuld te bewaren, slaagt de cast erin je op het verkeerde been te zetten. En ook naarmate de afleveringen vorderen, word je als kijker door de regisseur, maar zeker ook door het verhaal zelf steeds meer aan het twijfelen gebracht. Wat is er werkelijk gebeurd in huize Menendez en wat is slim geconstrueerd door de broers zelf? Zeker als blijkt dat Lyle en Erik bang waren om zelf vermoord te worden door hun ouders, vraag je je als kijker af waarom ze niet naar de politie zijn gestapt.
Meerdere perspectieven
Een van de sterke punten van de serie is de manier waarop het verhaal vanuit verschillende perspectieven wordt verteld. Deze aanpak zorgt ervoor dat je als kijker voortdurend wordt uitgedaagd om je eigen oordeel te vormen. Elke aflevering voegt een nieuwe laag toe aan het verhaal, waardoor je inzicht krijgt in de complexe dynamiek tussen de personages. Zo draait bijvoorbeeld aflevering 4 om Jose Menendez. De kijker ziet hoe hij als jonge man vanuit Cuba in Amerika werk zoekt en verliefd wordt op Kitty. In deze aflevering wordt ook duidelijk dat Jose, een paar weken voor zijn dood, wil proberen om het gezin te ‘fixen’ en om een goede vader te zijn. Dit gebruik van wisselende perspectieven maakt de serie niet alleen meeslepend, maar laat je ook stilstaan bij de subjectiviteit van waarheid. Het zorgt ervoor dat je je afvraagt welke versie van de gebeurtenissen je kunt vertrouwen, en wie er echt schuldig is.
Ryan Murphy’s signatuur
De serie is ontwikkeld door Ryan Murphy, bekend van Glee en American Horror Story. Met Monsters zet hij een volgende stap in zijn anthologieserie na het succes van Dahmer – Monster: The Jeffrey Dahmer Story. Murphy is bedreven in het vertellen van verhalen over menselijke monsters, en ook hier wekt hij bij de kijker de vraag op of moordenaars altijd als monsters gezien moeten worden. De serie maakt het moeilijk om Lyle en Erik simpelweg te veroordelen. In een aangrijpende dialoog zegt Erik: ‘Misschien zijn we sociopaten, maar kun je ons dat kwalijk nemen als je weet wat ons is overkomen?’ Het is deze ambiguïteit die de serie krachtig maakt. Door de diepgaande focus op hun traumatische jeugd, roept Monsters op tot reflectie: was er voor de broers nog een andere uitweg?
Toch blijft het goed om te onthouden dat bepaalde aspecten zijn gedramatiseerd. Voor wie op zoek is naar een volledig waarheidsgetrouw beeld, biedt de documentaire over de Menendez broers, ook beschikbaar op Netflix, een diepere inkijk. In die documentaire doen de broers vanuit de gevangenis hun verhaal en delen ze hun versie van de gebeurtenissen. Toch blijft de vraag hangen: is dit wel de echte waarheid? Zelfs wanneer je hun eigen woorden hoort, blijft er een gevoel hangen van onzekerheid.
Monsters: The Erik and Lyle Menendez Story
Regie: Carl Franklin, Paris Barclay, Michael Uppendahl, Max Winkler, Ian BrennanDistributeur: Netflix
imdb: https://www.imdb.com/title/tt13207736/
Misschien ook iets voor u