Tag Archief van: landscape

Theater / Voorstelling

20 jaar lang aanstormend cabarettalent

recensie: Cabarestafette (Diverse cabaretiers)

Cabarestafette viert dit jaar het 20-jarig jubileum. Het publiek heeft in deze jaren kennis kunnen maken met zo’n 140 cabaretiers onder wie Bert Visscher, Hans Teeuwen, Theo Maassen en Sanne Wallis de Vries. De avond is opgebouwd uit drie optredens en is meer een festival dan een wedstrijd, zoals vaak ten onrechte wordt gedacht. Iedere avond komen er allerlei vormen en stijlen van cabaret aan bod. Vanavond staat de meer traditionele vorm van Micha Wertheim, de kleinkunst van GEEN FAMILIE en de meer gedurfde vorm van Ilse Warringa op het programma.

De presentatie is zoals altijd in handen van de spitsvondige Jan J. Pieterse. Hij draagt tussen ieder changement kort voor uit eigen werk. Zijn frisse en grappige poëzie over het alledaagse leven past goed bij de avond. Na een gedicht te hebben voorgedragen gooit hij zijn boek als cadeau het dankbare publiek in. “Laat dat voorlezen maar, gooi meteen maar weg!”, aldus Pieterse.

Ilse Warringa

Ilse Warringa. Foto: Diana Wildschut
Ilse Warringa. Foto: Diana Wildschut

Het spits wordt afgebeten door Ilse Warringa, finalist van Cameretten 2003. Vanavond laat ze ons scènes zien uit haar avondvullende programma Bye Bye Blackbird. Ilses stijl is wrang en verwarrend. In een hoog tempo volgen bizarre sketches elkaar op met een duidelijke poging te shockeren. Helaas werkt dit soort confronterende humor hier meestal averechts. Het ligt er te dik bovenop en de onderwerpen zijn niet gelukkig gekozen. Deze lopen uiteen van een rampoefening met Moslims (gaap, haal de Moslims er maar weer bij) tot sekslessen voor kinderen. Het is allemaal erg platvloers, maar dat is duidelijk een bewuste keuze. Ze doet tussendoor een dansje met een klarinet, zingt hier en daar een liedje en vertelt het verhaal van de Kussenman. Dit laatste stuk is ook al zo’n vreemde eend in de bijt. Een tragisch verhaal, tussen al deze ludieke stukken. Ook is het geen verrassend verhaal als je dit theaterstuk van Martin McDonagh al kent.

Het publiek reageert niet erg enthousiast; een klein lachje kan er zo nu en dan wel af, maar echt schuddebuiken zit er niet in. Warringa is wel sterk in stemmetjes en typetjes; van kakmadam tot kindsmeisje en van clown die sekslessen aan kinderen geeft tot vals kreng. Ook heeft ze een goede zangstem, maar ze kan even goed vals zingen en dat is knap. Ze gaat voor verwarring, maar dat is meteen ook het slechte eraan: de coherentie is hierdoor verdwenen. Ilse Warringa lijkt nog zoekende naar haar eigen stem en stijl.

Bye Bye Blackbird is nog tot en met 19 mei te zien in de theaters.

Micha Wertheim

Micha Wertheim. Foto: Felix Kalkman
Micha Wertheim. Foto: Felix Kalkman

Micha Wertheim begint zijn show met een goochelact waarin hij hondjes van ballonnen maakt – en dan ook alleen maar hondjes. Wertheim won in 2004 het Leids Cabaret Festival. Al snel ontpopt hij zich op het podium als een arrogante artiest wiens roem naar zijn hoofd is gestegen. Dit is allemaal gespeeld, en ondanks de irritante zelfgenoegzaamheid blijft hij toch innemend. Al gaat dit trucje – want dat wordt het na verloop van tijd – wel op den duur vervelen omdat het de hele tijd terugkomt. Zo mag het publiek met zijn gewonnen beker op de foto (ja, hij heeft hem meegenomen en betast hem alleen met witte handschoentjes) en citeert hij uit lovende persberichten. Wertheim mag best laten zien dat hij meer in huis heeft en geen one trick pony is. Goochelen is bijvoorbeeld een terugkerend thema in zijn optreden en de show krijgt ook kracht door de vaart en de energie die de man uitstraalt. In het midden van de show zakt het heel even een beetje in, maar gelukkig herstelt hij zichzelf snel. Het publiek is enthousiast en Wertheim mag het meeste applaus van de avond in ontvangst nemen.

Micha Wertheim staat nog tot en met 31 maart in de theaters.

GEEN FAMILIE

GEEN FAMILIE
GEEN FAMILIE

GEEN FAMILIE bestaat uit Niels van der Laan en Jeroen Woe. In april 2005 won het duo het Concours om de Wim Sonneveldprijs. GEEN FAMILIE maakt voorstellingen die het midden houden tussen cabaret, toneel en muziektheater. De twee mannen zijn kleinkunstenaars in hart en ziel, en erg studentikoos. Je houdt ervan of niet en de teneur in de zaal is dan ook verdeeld. Ze zingen liedjes die wel erg in de buurt komen van Acda & De Munnik. Hier en daar hoor ik wel een hitje, zoals het nummer Dikke Doerak.

GEEN FAMILIE vertelt deze avond een verhaal over de boze Ralph. Ralph leidt een teruggetrokken bestaan in het huis van de nieuwe vriend van zijn moeder. Naast Ralph en de vriend komen er nog wat personages langs. Heel leuk gevonden is de rol van Toelichter, een personage dat tussendoor uitlegt wat er nu eigenlijk gebeurt. En dat is geen overbodige luxe, want het is allemaal erg versnipperd en qua verhaalstructuur niet echt boeiend. Gelukkig komt het verhaal aan het einde wel mooi samen, maar echt strak gebeurt het niet. Het is wel erg afwisselend; soms serieus, dan weer ludiek en zo nu en een liedje. Leuk, maar het kan allemaal wel wat gekker en meer overdreven. Het komt nu wat bescheiden, rommelig en bij vlagen zelfs knullig over.

GEEN FAMILIE gaat met een nieuwe voorstelling op tournee in het seizoen 2006/2007.

De Cabarestafette trekt door het hele land en is nog te zien tot en met 8 juni 2006. Elke avond is uniek, omdat er uit een bestand van 25 deelnemers steeds drie andere optredende cabaretiers met hun eigen stijl en vorm worden gekozen.

Theater / Voorstelling

20 jaar lang aanstormend cabarettalent

recensie: Cabarestafette (Diverse cabaretiers)

Cabarestafette viert dit jaar het 20-jarig jubileum. Het publiek heeft in deze jaren kennis kunnen maken met zo’n 140 cabaretiers onder wie Bert Visscher, Hans Teeuwen, Theo Maassen en Sanne Wallis de Vries. De avond is opgebouwd uit drie optredens en is meer een festival dan een wedstrijd, zoals vaak ten onrechte wordt gedacht. Iedere avond komen er allerlei vormen en stijlen van cabaret aan bod. Vanavond staat de meer traditionele vorm van Micha Wertheim, de kleinkunst van GEEN FAMILIE en de meer gedurfde vorm van Ilse Warringa op het programma.

De presentatie is zoals altijd in handen van de spitsvondige Jan J. Pieterse. Hij draagt tussen ieder changement kort voor uit eigen werk. Zijn frisse en grappige poëzie over het alledaagse leven past goed bij de avond. Na een gedicht te hebben voorgedragen gooit hij zijn boek als cadeau het dankbare publiek in. “Laat dat voorlezen maar, gooi meteen maar weg!”, aldus Pieterse.

Ilse Warringa

Ilse Warringa. Foto: Diana Wildschut
Ilse Warringa. Foto: Diana Wildschut

Het spits wordt afgebeten door Ilse Warringa, finalist van Cameretten 2003. Vanavond laat ze ons scènes zien uit haar avondvullende programma Bye Bye Blackbird. Ilses stijl is wrang en verwarrend. In een hoog tempo volgen bizarre sketches elkaar op met een duidelijke poging te shockeren. Helaas werkt dit soort confronterende humor hier meestal averechts. Het ligt er te dik bovenop en de onderwerpen zijn niet gelukkig gekozen. Deze lopen uiteen van een rampoefening met Moslims (gaap, haal de Moslims er maar weer bij) tot sekslessen voor kinderen. Het is allemaal erg platvloers, maar dat is duidelijk een bewuste keuze. Ze doet tussendoor een dansje met een klarinet, zingt hier en daar een liedje en vertelt het verhaal van de Kussenman. Dit laatste stuk is ook al zo’n vreemde eend in de bijt. Een tragisch verhaal, tussen al deze ludieke stukken. Ook is het geen verrassend verhaal als je dit theaterstuk van Martin McDonagh al kent.

Het publiek reageert niet erg enthousiast; een klein lachje kan er zo nu en dan wel af, maar echt schuddebuiken zit er niet in. Warringa is wel sterk in stemmetjes en typetjes; van kakmadam tot kindsmeisje en van clown die sekslessen aan kinderen geeft tot vals kreng. Ook heeft ze een goede zangstem, maar ze kan even goed vals zingen en dat is knap. Ze gaat voor verwarring, maar dat is meteen ook het slechte eraan: de coherentie is hierdoor verdwenen. Ilse Warringa lijkt nog zoekende naar haar eigen stem en stijl.

Bye Bye Blackbird is nog tot en met 19 mei te zien in de theaters.

Micha Wertheim

Micha Wertheim. Foto: Felix Kalkman
Micha Wertheim. Foto: Felix Kalkman

Micha Wertheim begint zijn show met een goochelact waarin hij hondjes van ballonnen maakt – en dan ook alleen maar hondjes. Wertheim won in 2004 het Leids Cabaret Festival. Al snel ontpopt hij zich op het podium als een arrogante artiest wiens roem naar zijn hoofd is gestegen. Dit is allemaal gespeeld, en ondanks de irritante zelfgenoegzaamheid blijft hij toch innemend. Al gaat dit trucje – want dat wordt het na verloop van tijd – wel op den duur vervelen omdat het de hele tijd terugkomt. Zo mag het publiek met zijn gewonnen beker op de foto (ja, hij heeft hem meegenomen en betast hem alleen met witte handschoentjes) en citeert hij uit lovende persberichten. Wertheim mag best laten zien dat hij meer in huis heeft en geen one trick pony is. Goochelen is bijvoorbeeld een terugkerend thema in zijn optreden en de show krijgt ook kracht door de vaart en de energie die de man uitstraalt. In het midden van de show zakt het heel even een beetje in, maar gelukkig herstelt hij zichzelf snel. Het publiek is enthousiast en Wertheim mag het meeste applaus van de avond in ontvangst nemen.

Micha Wertheim staat nog tot en met 31 maart in de theaters.

GEEN FAMILIE

GEEN FAMILIE
GEEN FAMILIE

GEEN FAMILIE bestaat uit Niels van der Laan en Jeroen Woe. In april 2005 won het duo het Concours om de Wim Sonneveldprijs. GEEN FAMILIE maakt voorstellingen die het midden houden tussen cabaret, toneel en muziektheater. De twee mannen zijn kleinkunstenaars in hart en ziel, en erg studentikoos. Je houdt ervan of niet en de teneur in de zaal is dan ook verdeeld. Ze zingen liedjes die wel erg in de buurt komen van Acda & De Munnik. Hier en daar hoor ik wel een hitje, zoals het nummer Dikke Doerak.

GEEN FAMILIE vertelt deze avond een verhaal over de boze Ralph. Ralph leidt een teruggetrokken bestaan in het huis van de nieuwe vriend van zijn moeder. Naast Ralph en de vriend komen er nog wat personages langs. Heel leuk gevonden is de rol van Toelichter, een personage dat tussendoor uitlegt wat er nu eigenlijk gebeurt. En dat is geen overbodige luxe, want het is allemaal erg versnipperd en qua verhaalstructuur niet echt boeiend. Gelukkig komt het verhaal aan het einde wel mooi samen, maar echt strak gebeurt het niet. Het is wel erg afwisselend; soms serieus, dan weer ludiek en zo nu en een liedje. Leuk, maar het kan allemaal wel wat gekker en meer overdreven. Het komt nu wat bescheiden, rommelig en bij vlagen zelfs knullig over.

GEEN FAMILIE gaat met een nieuwe voorstelling op tournee in het seizoen 2006/2007.

De Cabarestafette trekt door het hele land en is nog te zien tot en met 8 juni 2006. Elke avond is uniek, omdat er uit een bestand van 25 deelnemers steeds drie andere optredende cabaretiers met hun eigen stijl en vorm worden gekozen.

Film / Films

Nieuwe dvd’s

recensie: El Abrazo Partido // Unborn but Forgotten // The Edukators // The Hillside Strangler

.

El Abrazo Partido

(Daniel Burman, 2004 • Paradiso)

~

Ariel (Daniel Hendler, Leche uit 25 Watts) is een jongeman van zo’n 25 jaar wiens hele leven zich lijkt af te spelen in een overdekt winkelcentrumpje in Buenos Aires, waar hij met z’n moeder een lingeriezaakje runt. Hij is, wat je noemt, zoekende. Zoekende naar zijn roots, naar zijn vader die hen in de steek heeft gelaten, naar zijn identiteit (Argentijns? Joods? Pools?). Hij slentert door het leven, zonder eens stil te staan en zonder te versnellen. Zijn enige doel lijkt te zijn om Pools staatsburger te worden zodat hij weg kan uit Argentinië. Tot zover het verhaal, over naar de stijl. Een van de meest opvallende kenmerken van El Abrazo Partido is dat de film erg onrustig is gefilmd. Anderhalf uur lang wordt de camera in de hand gehouden en er zitten erg veel jump-cuts in: de stijl die Godard bij het grote publiek heeft geïntroduceerd. Deze onrustige, onvaste belden staan in directe relatie met het onrustige en worstelende gevoel Ariel. El Abrazo Partido is een fijne film: klein, intiem, gezellig. Een klassieker zal het niet worden. Of, zoals Ariel zelf aan het begin van de film al zegt: “een verhaal dat niet wereldschokkend is maar wel de moeite van het vertellen waard is”. (Harrie de Vries)

Unborn but Forgotten (Hayanbang)

(Chang-jae Lim, 2002 • Total Film)

~

Dat een zwangerschap en een bevalling pijnlijk kunnen zijn is alom bekend. Maar dat een afgebroken zwangerschap even pijnlijk is en zelfs een dodelijke afloop kan hebben, wordt in Unborn but Forgotten duidelijk. Nadat diverse vrouwen bij een abortuskliniek hun vrucht hebben laten afdrijven sterven deze vrouwen 15 dagen later onder verdachte omstandigheden. Deze film is een van de vele varianten op The Ring. Dit keer geen videobanden die dood en verderf zaaien, maar een internetpagina van een abortuskliniek. Bezoek de site en binnen 15 dagen leg je het loodje. Unborn but Forgotten levert een mooi donker sfeertje met angstige stiltes en huiveringwekkende achtergrondmuziekjes. En niet zoals in de Amerikaanse tegenhangers een van voor tot achter uitgekauwd verhaaltje. Je blijft aan het eind met net genoeg vraagtekens achter om je nog even bezig te houden totdat het vervolg wordt uitgebracht. (Erik Mijers)

The Edukators (Die Fetten Jahre sind Vorbei)

(Hans Weingartner, 2004 • Homescreen)

~

Voor iedereen die deze goed onthaalde film van Hans Weingartner niet in de bioscoop heeft gezien, verschijnt The Edukators nu op dvd. Even het geheugen opfrissen: Jan, Peter en Jule breken in bij luxe villa’s, herschikken het meubilair en laten een boodschap achter. Deze boodschap (“De vette jaren zijn voorbij.” of “Je hebt te veel geld.”) moet de rijken aan het denken zetten over hun weelde en andermans armoe. Sympathieke film met frisse jonge acteurs. De dvd bevat aardig wat extra’s, onder meer een aantal verwijderde scènes. Zoals vaak snap je waarom ze niet in de film hoefden: ze voegen weinig toe. Het alternatieve einde is in principe ook een verwijderde scène; de film gaat gewoon vijf minuten langer door. Dit had wat mij betreft wel in de originele versie gemogen, want het is net een iets fijnere, soepelere afloop. Verder nog een niet al te interessante making of en een leuk item over de perikelen rondom de premièrevertoning in Cannes. Het zijn relatief leuke extra’s, maar zoals bij alle goede films is de dvd ook zonder al de moeite van het huren of kopen waard. (Harrie de Vries)

Lees hier onze uitgebreide bioscooprecensie.

The Hillside Strangler

(Chuck Parello, 2004 • Lime Lights)

~

Maakte het moordende duo Henry en Otis uit Henry: Portrait of a Serial Killer het al behoorlijk bont, de wurgmoordenaar uit de titel van deze film (jaren 80-idool C. Thomas Howell in een bijzondere rol) en zijn neef doen er in dit ranzige werkje nog een schepje bovenop. Chuck Parello (wiens carrière bestaat uit het draaien van goedkope seriemoordenaarsfilms) is dermate toegeweid aan de kunst van het schockeren, dat zijn laatste film voor de liefhebber een zeer vermakelijk, ongegeneerd bruut stukje moordcinema werd. Vergeet Parello’s pretenties van autenticiteit (benadrukt door een op de dvd toegevoegde documentaire)- The Hillside Strangler biedt zijn selecte publiek met zijn jaren 70-sfeer en Howell’s hilarische vertolking meer dan genoeg fout vermaak. (Paul Caspers)

Boeken / Strip

Liefdesgeschiedenissen in Macedonië

recensie: Quintett 1 – Het verhaal van Dora Mars // Quintett 2 – Het verhaal van Alban Meric

Frank Giroud, vooral bekend van de door hem geschreven serie De Tien Geboden, is zoals hij al eerder deed een serie begonnen die per album een andere tekenaar kent. Quintett zal, wat de naam al doet vermoeden, uit vijf delen gaan bestaan. Het eerste deel werd getekend door Cyril Bonin, het tweede door Paul Gillon.

Het verhaal van Dora Mars

~

Tijdens een feestje wordt Dora Mars, een Franse zangeres die carrière probeert te maken, versierd door Armel, een piloot uit het Franse leger. Ze beleven een wilde nacht, maar als Dora ’s ochtends wakker wordt ontdekt ze dat Armel op het punt staat te vertrekken naar een basis in Macedonië. Na zijn vertrek schrijft ze hem vele brieven, waar ze echter geen antwoord op krijgt. Toch blijft ze geloven in zijn liefde voor haar. Als ze wordt uitgenodigd door het leger om voor een basis naar keuze op te treden laat ze die kans dan ook niet liggen en reist ze naar Pavlos, Macedonië, de basis waar Armel zit. Hier merkt ze dat hij ondertussen alweer een ander meisje heeft. Dora geeft de hoop echter niet op en probeert indruk op hem te maken, in de overtuiging dat hij uiteindelijk ook van haar zal gaan houden.

Introductiealbum

In dit eerste album van de Quintett-reeks worden diverse personages geïntroduceerd die we vermoedelijk terug zullen zien in de verdere albums uit deze serie. Elk album kent zijn eigen centrale figuur, en steeds is dat een van de leden van het kleine orkest dat op de legerbasis in Pavlos speelt; het quintett uit de titel. In het verhaal rond Dora ontmoeten we vluchtig de andere leden van het orkest, die in andere albums een grotere rol zullen spelen. Gezamelijke belevenissen van het quintet die we nu van de kant van Dora ervaren, zullen in andere delen van de serie vanuit andere perspectieven beschreven worden.

Plotwendingen

Tekenaar Bonin heeft een realistische stijl, maar wel met een geheel eigen karakter. De gezichten van de personages zijn helaas nogal vreemd getekend, wat ervoor zorgt dat het moeilijk is met ze te sympathiseren. Voor de rest zijn de tekeningen echter zeer goed: de landschappen en gebouwen worden prachtig in beeld gebracht en ook de vliegtuigen zijn een lust voor het oog. Met dank aan de documentatie van Giroud wordt alles zo veel mogelijk historisch correct in beeld gebracht.

Goed begin

Met dit album wordt een goed begin gemaakt voor een eventueel interessante serie. Het is echter wachten op de latere delen om te zien of er ook echt een centrale plot achter zit, of dat het vijfdelige verhaal niet meer dan een verkooptruc is om ons een serie te slijten.

Het verhaal van Alban Meric

~

In dit verhaal volgen we Alban Meric, luitenant in het Franse leger. Eigenlijk zou hij helemaal niet willen meedoen aan de oorlog, en dankzij zijn kennis van de Byzantijnse kunstgeschiedenis weet hij zichzelf gelukkig het ergste te besparen. Hij mag een oud standbeeld restaureren en houdt op die manier veel vrije tijd over. Hij krijgt een relatie met de jonge Griekse herder die hem als ordonnans is toegewezen. Helaas voor Alban werd homoseksualiteit ten tijde van de Eerste Wereldoorlog niet geaccepteerd, en het feit dat zijn Griek minderjarig is hielp ook niet mee. Op een dag wordt Alban benaderd door een man die foto’s genomen heeft van hem en zijn herder, en vanaf dat moment nemen de problemen toe…

Extra laag

Een van de attracties van deze serie is dat gebeurtenissen uit een album gevolgen hebben in de andere albums; dit geeft een extra laag aan het verhaal en Giroud weet dit goed uit te buiten. De tekeningen van Gillon zijn in realistische stijl en passen goed bij het verhaal. Pikant detail is dat een aantal tekenaars weigerde dit verhaal te tekenen in verband met de homoseksuele scènes. Maar ondanks het feit dat Gillon geen eerste keus was brengt hij het er zeer goed vanaf. Dankzij de schetsen van Bonin die hij als basis gebruikte voor zijn tekeningen lijken alle personages en omgevingen ook nog op die uit deel 1.

Ontknopingen

Dit verhaal maakt de belofte van deel 1 deels waar, en er worden toespelingen gemaakt op verdergaande plotwendingen in latere delen. Als we de persberichten mogen geloven wordt alles pas verklaard in deel 5. Als dat echter niet het geval is, zijn deel 1 en 2 in ieder geval leuk om als one-shots te lezen: beiden bieden een interessant liefdesverhaal, vol met situaties die vaak anders in elkaar blijken te steken dan je op het eerste gezicht zou denken.

Quintett 1 – Het verhaal van Dora Mars • Frank Giroud en Cyril Bonin • Uitgeverij Dupuis – Impressie(s) • ISBN 90-314-2709-8 • € 6.95

Quintett 2 – Het verhaal van Alban Meric • Frank Giroud en Paul Gillon • Uitgeverij Dupuis – Impressie(s) • ISBN 90-314-2710-1 • € 6,95

Boeken / Fictie

Harry Potter voor insiders

recensie: Harry Potter and the Half-Blood Prince/ Harry Potter en de halfbloed prins

De officiële uitreiking van de nieuwe Harry Potter vond plaats in het kasteel van Edinburgh. Een select groepje kinderen en de enthousiaste beheerders van de twee meest succesvolle fansites ontvingen, klokslag middernacht, het boek uit handen van J.K. Rowling zelf. Overal ter wereld konden gewone stervelingen het boek op datzelfde tijdstip aanschaffen, zodat ze er die nacht direct in konden beginnen.

In de vroege uurtjes, na een nacht stug doorlezen, mochten de volwassenen de schrijfster interviewen. Ze vroegen haar of ze na boek 7 nog een boek over Harry Potter zou schrijven:

The most likely thing, I’ve said this a few times before, would be an encyclopaedia in which I could have fun with the minor characters and I could give the definitive biography of all the characters.

J.K. Rowling heeft thuis namelijk dozen vol background story, met onder andere de favoriete kleuren van de hoofdpersonen en de vorm van Rons patronus: een Jack Russell.

Niet alleen voor fanatici

~

Zo’n encyclopedie is niet alleen leuk voor fanatici, hij is inmiddels wel haast noodzakelijk om het verhaal te kunnen blijven volgen. J.K. Rowling neemt aan dat haar lezers de toverwereld nu wel goed genoeg kennen om het zonder uitleg te kunnen stellen. Twee jaar is echter een lange tijd om een Profetie woord voor woord te onthouden, laat staan de vertakkingen van Sirius’ stamboom of de precieze werking van het pensieve! Het valt daarom aan te raden eerst boek 5 nog een keer te lezen, voordat je aan boek 6 begint.

Fudge

Desondanks leest Harry Potter and the Half-Blood Prince snel weg. Het is vlot en beeldend geschreven, waardoor het verhaal zich voor je ogen afspeelt. Dit geldt zeker voor de openingsscène op Nr. 10 Downing Street, waar de Engelse Prime Minister en Minister for Magic, Cornelius Fudge, overleg plegen. In de vorige boeken is Fudge (niet alleen het Engelse woord voor toffee, maar ook een werkwoord dat betekent ‘vaag, onduidelijk en onhandig bezig zijn’) neergezet als een typische bazige bureaucraat. Hier blijkt dat de Muggle Minister niet veel beter is, want: ‘It was precisely this sort of behaviour that made him dislike Fudge’s visits so much. He was, after all, the Prime Minister, and did not appreciate being made to feel like an ignorant schoolboy.’

Terroristisch gevaar

Het probleem is echter zo groot dat beide Ministers over hun ego moeten stappen, want Voldemorts activiteiten zijn niet meer te verbergen voor de Muggle-wereld. De problemen in de wereld van Harry Potter doen denken aan het huidige, terroristische gevaar. J.K. Rowling was oorspronkelijk van plan op het kasteel in Edinburgh het eerste hoofdstuk voor te lezen, maar na de aanslagen van 7 juli in Londen, vond ze een verhaal over een massale Muggle-moord ongepast. In plaats daarvan las ze Harry’s bezoek aan de grappenwinkel van Fred en George Weasley voor, misschien wel het beste (en zeker het inventiefste) hoofdstuk van het hele boek.

Post 9/11?

Dit is echter geen Harry Potter post-9/11. J.K. Rowling heeft eerst het hele plot van de serie bedacht en is daarna pas gaan schrijven. Dit is ook duidelijk te merken in de ontwikkeling van de boeken. Langzaam maar zeker wordt er toegewerkt naar een climax, en worden alle puzzelstukjes in stelling gebracht om in boek 7 naadloos op hun plek te vallen. Nadat in de vorige boeken Harry’s leven uit de doeken werd gedaan, pluizen hij en Dumbledore in deze aflevering het verleden van Voldemort uit. Zij hopen hier de sleutel tot zijn ondergang te vinden.

Tijd voor het eindspel

Boek 6 en 7, heeft Rowling al eens laten vallen, vormen sámen het sluitstuk van de serie. Dat is te merken. Harry Potter and the Half-Blood Prince is niet de spannendste Harry Potter, maar is wel een noodzakelijk onderdeel in de compositie. Nog één keer wordt alles op een rijtje gezet, nog één keer gaat Harry naar Hogwarts om daar te leren wat hij zal moeten weten om zijn – zelfgekozen – lot te vervullen. De informatiedichtheid is hoog, maar gelukkig wordt dat afgewisseld met romantische interludes, goede Fred en George grappen en de allerlaatste Quidditch-wedstrijd. Alle kaarten liggen nu op tafel, het is tijd voor het echte eindspel: boek 7.

De Nederlandse vertaling van Harry Potter and the Half-Blood Prince (Harry Potter en de halfbloed prins) is op 19 november bij uitgeverij De Harmonie verschenen.

J.K. Rowling • Harry Potter and the Half-Blood Prince • Uitgever: Bloomsbury (import: Penguin Benelux) • Prijs: € 22,50 (gebonden) • 607 bladzijden • ISBN 0747581088

Nederlandse vertaling: J.K. Rowling • Harry Potter en de halfbloed prins • Vertaling: Wiebe Buddingh • Uitgever: De Harmonie • Prijs € 19,50 (paperback) • 528 bladzijden • ISBN 9061697662

Boeken / Fictie

Ongelukkige levens aan de lopende band

recensie: Michel Krielaars - vanillevla met frambozen

Een boek vol met personen met wie de lezer zich niet wil identificeren, is op zijn zachtst gezegd ongewoon. De nieuwe verhalenbundel van NRC-redacteur Michel Krielaars, vanillevla met frambozen, is zo’n boek. Zijn uiteenlopende personages vechten tegen een bestaan dat ze niet willen leiden, huilen om verloren liefdes of blijven steken in hun zelfgekozen ongeluk. Ontrouw, ongeluk en dood staan centraal in Krielaars nieuwste werk, maar dat is niet het enige dat bij het lezen van dit boek voor een nare nasmaak zorgt.

~

Van een schrijver met een loopbaan als die van Michel Krielaars zou je grootse verhalen verwachten: hij heeft aan de Universiteit van Amsterdam geschiedenis en Ruslandkunde gestudeerd en bracht veel tijd door in Oost-Europa als correspondent bij het actualiteitenprogramma NOVA. Voor vanillevla met frambozen koos Krielaars er echter voor om over alledaagse thema’s te schrijven, en hij bleek meer dan genoeg dramatische teksten in zijn hoofd te hebben. De bundel bevat maar liefst zesentwintig verhalen verdeeld over honderddrieënzeventig pagina’s, en het langste verhaal telt vijftien pagina’s. Alle verhalen van Krielaars zijn van geringe omvang en complexiteit, helaas ontstaan daardoor enkele ongewenste neveneffecten. Sommige personages leer je namelijk zo oppervlakkig kennen dat je hun beweegredenen niet goed kunt volgen en dit zorgt logischerwijs voor irritatie tijdens het lezen.

Vreemd is meer

In de bundel worden mensen zonder ruggengraat en vreemde vogels afgewisseld met ‘normale’ mensen, herkenbare personen in herkenbare situaties. Sommigen maken verkeerde keuzes waar ze vervolgens een groot deel van hun leven voor moeten boeten, anderen komen juist in de problemen omdat ze geen keuzes maken. Ze komen hoe dan ook in de problemen. Met hun levensverhalen lijkt Krielaars dan ook niets anders te willen doen dan het benadrukken van het ongeluk in de wereld. Niet zelden wil je de personages een schop onder hun kont geven en ze zeggen dat ze niet zo veel medelijden met zichzelf moeten hebben. Sommige personages hebben zware psychische problemen, wat ze luguber genoeg bijzonder interessant maakt voor de lezer. Een goed voorbeeld hiervan is te vinden in het ultrakorte titelverhaal, waarin het verhaal wordt verteld van een verwarde man die in vanillevla met frambozen een goedkoop medicijn ziet. Hoewel dit verhaal erg kort is, valt het op prettige wijze uit de toon bij de verhalen over zwakkelingen en saaie personen.

Veel over niets

vanillevla met frambozen zou een stuk vermakelijker zijn als óf de personages wat beter uitgewerkt zouden zijn, óf er wat meer zou gebeuren in het boek. In veel van de verhalen gaan de hoofdpersonen op bezoek bij oude kennissen, vrienden, liefdes of onbekenden, waarna blijkt dat ook zij slechts in het verleden leven. Nu hoeft een boek uiteraard niet volgestouwd te worden met achtervolgingen, maar er moet wel iets zijn dat de aandacht van de lezer vasthoudt. Hier zou overigens tegenin gebracht kunnen worden dat Krielaars, zoals uit de beschouwing op de achterkant van het boek blijkt, de lezer juist wil confronteren met ‘normale’ mislukkingen in het leven. Met vanillevla met frambozen laat hij echter vooral zien dat hij het talent heeft om de lezer met simpele woorden te deprimeren.

Om het boek te lezen heb je geen uitgebreide woordenschat nodig en ook niet veel verbeeldingskracht. Eenvoud staat centraal in vanillevla met frambozen en helaas is het boek voornamelijk kort en nauwelijks krachtig. De personages zijn veelal simpel en persoonlijke kenmerken worden alleen uiteengezet als ze direct van belang zijn in het verhaal. De lezer wordt geconfronteerd met de zwartere kant van het leven, maar dan wel constant begeleid door Krielaars. De deprimerende thema’s in vanillevla met frambozen hebben zeer zeker potentie, maar op Krielaars’ uitwerking ervan valt nog wel het één en ander aan te merken.

Muziek / Album

Geen frisse herhaling

recensie: Röyksopp - The Understanding

Bijna één miljoen exemplaren gingen er van hun in 2001 verschenen debuutalbum Melody AM over de toonbank. Deze eerste cd van het Noorse Röyksopp werd nog voor een groot deel met geleende instrumenten gemaakt, maar inmiddels hebben Torbjørn Brundtland en Svein Berge meer dan genoeg geld op de bank. De heren hebben goed geboerd en zetten hun muzikale verhaal voort met het nieuwe album The Understanding. Je zou bijna wensen dat ze weer platzak waren, want het nieuwste album van de twee Noren is lang zo goed niet als hun debuut.

~

Toen Röyksopp in 1993 begon, haalden ze instrumenten bij de plaatselijke muziekwinkel, om ze een paar dagen later weer terug te brengen met de woorden “toch niet helemaal wat we zochten”. Ondertussen hadden Torbjørn Brundtland en Svein Berge dan met die geleende instrumenten een nieuw nummer in elkaar geflanst. Dit resulteerde uiteindelijk in het hitalbum Melody AM. Vooral in Engeland (waar ze alleen al 500.000 cd’s verkochten) is het Noorse duo wereldberoemd. Maar ook in de rest van de wereld kennen ze de loungy electropop van Röyksopp, dankzij hits als Poor Leno, Remind Me en Eple. Wie het opvallende fluitmelodietje van dat laatste nummer hoorde, had het de rest van de dag in zijn of haar hoofd zitten. Dat was ook de grote kracht van Röyksopp: opvallende nummers met een geheel eigen identiteit. Lekker freaky, fris en anders.

Volgesmeerd

Met het nieuwe album in aantocht, loopt menigeen zich al te verheugen op zomerse, herkenbare melodietjes om mee te neuriën. Helaas, deze mensen komen bedrogen uit. Op The Understanding is er namelijk minder ruimte voor de bekende freaky melodietjes en meer voor de echte songs. Torbjorn Brundtland en Svein Berge leerden echte pop-dance liedjes schrijven. Om de liedjes op te leuken, vroegen ze Dive-zangeres Karin Dreijer, Chelonis R Jones en de onbekende Kate Havnevik om de vocalen voor hun rekening te nemen. Verder lijkt het alsof de heren een hele berg nieuwe synthesizers van het met Melody AM verdiende geld hebben gekocht. En dat is goed te merken: The Understanding is van onder tot boven vol gesmeerd met geluid. Af en toe op het bombastische af, zoals op de huidige single Only This Moment.

Met deze nieuwe koers van lekker in het gehoor liggende electropop heeft Groove Armada er ineens een geduchte concurrent bij. Dezelfde ronde beats, dezelfde zoete melodieën en net zo rijk gearrangeerd. Toch is het brave The Understanding maar matig geslaagd. De scherpe kantjes (zoals op het bijzondere Eple) zijn er af. En echt goede liedjes ontbreken. Hierdoor ontstijgt The Understanding nergens het niveau van een gemiddelde pop-danceplaat en komt het bij lange na niet in de buurt van het frisse, vernieuwende Melody AM. Blokkeer de bankrekening maar en laat ze maar weer provisorisch knutselen!

Kunst / Expo binnenland

Een gebroken belofte

recensie: James Dean, Forever Young

Magnum fotograaf Dennis Stock schenkt de bezoeker een intieme blik in het leven van de cultlegende James Dean, die met zijn indringende blik en zwaarmoedige diepe karakter talloze fans in zijn ban hield. Op 30 september 1955 kwam deze beroemde acteur in zijn Porsche Spyder in Californië om het leven. Zijn dood sloot de kortste en meest spectaculaire filmcarrière ooit gekend af. Nu, vijftig jaar later, is James Dean nog steeds een icoon, de personificatie van de eeuwige rusteloze jeugd. Fotograaf Dennis Stock publiceert in dit jubileumjaar zijn boek James Dean: Fifty Years Ago. Samen met James Dean reisde hij in 1955 langs plaatsen die voor James van betekenis waren en legde hun tocht zorgvuldig vast. De kunsthal presenteert deze foto’s in de tentoonstelling James Dean, Forever Young.

The old classroom, USA, 1955. © Copyright: Dennis Stock / Magnum Photos
The old classroom, USA, 1955. © Copyright: Dennis Stock / Magnum Photos

Dennis Stock is magnum fotograaf sinds 1951. Zijn foto’s zijn in veel collecties van musea over de hele wereld te bewonderen. Ook zijn ze veel bij mensen thuis op posters te zien. Stock heeft ruim zestien boeken geschreven, waaronder California Trip, Jazz Street en James Dean: Little Boy Lost, de definitieve Dean biografie. Direct na Deans sterven, was hij de eerste auteur die de toestemming kreeg van de familie van de acteur om over hem te schrijven. Als Dean overlijdt wordt duidelijk dat 1955 het belangrijkste jaar van zijn leven was en krijgen Stocks foto’s van de acteur uit dat jaar een diepere betekenis. Nu vijftig jaar na Deans dood hebben de foto’s nog steeds hun magische bezieling en spreekt de acteur met de doordringende blik nog immer tot de verbeelding.

Pretentieloze jongeman

Dennis Stock maakte op een feestje van de Hollywood-jetset kennis met de enigmatische James Dean. De brildragende jongenman stond stil in een hoekje. Onder het genot van een drankje raakte het tweetal aan de praat en er ontstond de basis voor een vriendschap. Dennis Stock werd uitgenodigd bij de preview van East of Eden en het duurde enige tijd voor hij in de hoofdpersoon de pretentieloze jongeman herkende die hij had ontmoet op het feest. Jimmy’s bescheiden voorkomen stond volgens Stock in schril contrast tot zijn sprankelende optreden in de film. Het was voor Dennis Stock vanaf dat moment duidelijk dat hij iets met de acteur moest ondernemen.

Stock had dit goed aangevoeld. James Dean werd plotsklaps beroemd en speelde in één jaar tijd in drie films. Zijn rol als Cal in East of Eden betekende zijn doorbraak, en kort daarop speelde hij in publieksfavorieten Rebel Without A Cause en Giant. Nog geen twee weken na het voltooien van die laatste film vond James Dean zijn dood. Dean’s rol in Rebel Without A Cause wordt ook wel één van de meest invloedrijke optredens in de filmgeschiedenis genoemd. Zijn rol als Jim weerspiegelt voor velen de eenzaamheid, frustratie en boosheid van de generatie van naoorlogse tieners.

Het boek en de tentoonstelling

De foto’s van Dennis Stock gaan verder dan gewoon plaatjes van een beroemdheid. Ze zijn ontdaan van alle opsmuk en laten de mens achter de ster zien. Het boek en de tentoonstelling bestaan uit tachtig zeldzame licht korrelige zwart-wit foto’s. Te beginnen in New York waar James Dean acteerlessen volgt, gevolgd door een bezoek aan de plaats waar hij is opgegroeid, Fairmount, Indiana, voordat de acteur en fotograaf terugvlogen naar Hollywood om daar Rebel Without A Cause te filmen. Ook zijn alle zeven macabere doodskist-foto’s te zien waarin James Dean poseert in een doodskist. Stocks korte memoires – mooi geschreven, uitdagend, verhelderend en soms verrassend- begeleiden de foto’s en vertellen over zijn bevindingen en vriendschap met Dean. De foto’s op de tentoonstelling zijn onderverdeeld in drie categorieën: New York, Fairmount en Hollywood. Deze foto’s ademen allemaal weer een hele andere sfeer uit en laten een andere James Dean zien.

Icoon in New York

James Dean with a friend at
James Dean with a friend at “Jerry’s Bar”, in front of the Ziegfeld Theater on 54th Street,New York City, USA, 1955.© Copyright: Dennis Stock / Magnum Photos

Op aanraden van zijn dramadocent in Los Angeles vertrekt Jimmy naar New York om daar als acteur aan de bak te komen. In New York voelt hij zich meer thuis dan in L.A. New York is dan ook in de jaren vijftig voor een aankomend acteur dè plaats om naar toe te gaan. Het theater bloeit, de televisie viert hoogtij en de acteursstudio van Lee Stasberg is op zijn hoogtepunt. James Dean is vaak op Times Square te vinden. De foto die op ieders netvlies gebrand staat is die van James Dean helemaal alleen op Times Squar, verlaten en verward. Het is één van de meest iconische foto’s van de twintigste eeuw. Ook geeft Stock ons een blik in de Actors Studio van Lee Strasberg. Dit is een unicum omdat Strasberg nooit fotografen toeliet tijdens zijn lessen. Eén van de meest aantrekkelijke foto’s uit de collectie is de foto van de acteur in een drukke Manhattan bar: Dean ligt er buiten bewustzijn bij, met een sigaret nog brandend in zijn mondhoek. Stock laat ons in de begeleidende tekst weten dat James Dean leed aan slapeloosheid. Om de slapende Dean staan meisjes met paardenstaartjes toe te kijken

Fairmount

Het gezamenlijke bezoek aan de plek waar de acteur opgroeide, Fairmount, bleek het laatste voor Deans dood te zijn. Als James’ moeder overlijdt als hij vijf jaar oud is, stuurt zijn vader hem naar Indiana. Hier wordt hij opgevoed door zijn oom en tante. Zij zijn Quakers en deze warme en degelijke omgeving beviel de kleine Jimmy Dean goed. Dean was er helemaal thuis. De lokale pers volgde zijn beginnende carrière en ook de televisie toonde belangstelling. De foto’s die Stock in Fairmount nam zijn haast surrealistisch. Bijvoorbeeld van Dean die op de bongo speelt voor een publiek bestaande uit koeien en varkens op de boerderij en de acteur die handtekeningen uitdeelt aan oud-klasgenoten. Ontroerend zijn de foto’s van James die met zijn kleine neefje speelt.

Fataal Hollywood

Terug in Hollywood probeerde Jimmy de oude routine weer op te pakken, maar de combinatie van plotselinge roem en zijn moeilijke persoonlijkheid maakte dat lastig. Anonimiteit behoorde tot het verleden, en ook zijn leven van armoede was voorbij. Jimmy kocht steeds grotere en snellere raceauto’s. Hij deed mee aan races en won ook bij de profs. Dat vroeg om meer en sneller… En dat werd hem uiteindelijk fataal.

De foto’s van Stock ademen een typische sfeer van de jaren vijftig uit. Een mooie ode aan een gedoemd icoon met een onvergetelijk gezicht. Het is een intieme kijk op de mens achter de legende. James Deans vragende doordringende blik kijkt de bezoeker aan. Iets in die blik fascineert, de diepte, soms de opgewondenheid in zijn ogen, maar vooral ook de uitputting. Dean lijkt vermoeid door het leven. Zou hij dan toch uitgeleefd zijn geweest?

Film / Films

Schatten en verderf in de woestijn

recensie: Sahara

.

~

Je zou Sahara kunnen zien als een Kameleon voor volwassenen. De kids gaan naar het tweede deel van de Friese tweeling, en pa en ma naar Sahara. In beide films kan er gelachen worden, komen er kwajongens in voor en moet er een probleem worden opgelost. Vooruit, dit is een extreme vergelijking, maar hij is wel nodig om je een idee te geven dat het niveau van deze film niet superhoog is: hij is gewoon vermakelijk.

Tempo

Het verhaal van deze film, dat gebaseerd is op boeken van Clive Cussler over beroepsavonturier Dirk Pitt, bestaat uit twee delen. Pitt (Matthew McConaughey), zoekt naar een schat terwijl arts Eva (Penélope Cruz) probeert te achterhalen wat de bron is van een dodelijke ziekte in Afrika. Uiteraard kruisen deze personen elkaars pad. Beide verhalen worden in het begin goed neergezet en mede door het hoge tempo van de film zit je er al snel in. Tot op een gegeven moment de spanning en het avontuur wat wegzakken, en naar het eind toe de verhaallijnen wat snel worden afgewerkt, wat een ontevreden gevoel geeft.

~

De meest wilde fantasieën zijn in het script uitgewerkt, dus de film gaat regelmatig over the top. Op een gegeven moment merk je ook dat er meer nadruk ligt op de grappen dan op het avonturenverhaal zelf. Dat zorgt voor een vreemde combinatie, want hoe serieus moet je de film nog nemen? Dat Sahara niet verzandt in een flauwe komedie is vooral te danken aan de acteurs, die eruit zien alsof ze echt in de woestijn thuis horen. Al zou je kunnen twijfelen over de beeldschone Penélope Cruz, die je niet meteen in zo’n zandbak zou verwachten. Zij is dan ook nodig om de liefde te laten kriebelen. Andere hoofdrollen zijn weggelegd voor Matthew McConaughey en Steve Zahn, die soms stoer, dan weer schattig als echte avonturiers door het beeld zoeven. Zij leggen allen hun ziel en zaligheid in deze film.

Avonturenfilm of komedie

Uiteraard roept een titel als Sahara natuurlijk meteen beelden bij je op. Landschappen die je gelukkig ook genoeg in de film terug ziet en die mooi in beeld zijn gebracht. Mede daardoor en dankzij de goede acteerprestaties geen onvoldoende voor deze wat vreemde avonturenfilm, waarvan je op een gegeven moment niet meer zo goed weet wat je er nou mee aan moet. Het was al stukken beter geweest als de makers duidelijker voor een genre hadden gekozen: een avonturenfilm of een komedie. Een kleine mix is zeker niet verkeerd, maar heeft in deze film niet de uitwerking gehad die hij had moeten hebben. Verder hadden de scriptschrijvers eigenlijk meer moeten durven kiezen voor één verhaallijn, want nu mis je een echt krachtig uitgewerkt verhaal en blijft het bij een vermakelijke, luchtige film.

Muziek / Album

Een grote man blijft overeind

recensie: Pajo - PAJO

Grote jongens in de wereld van de muziek hebben vaak de neiging om een andere afslag te nemen dan je van ze gewend bent. Lovenswaardig? Jawel. Applaus? Soms. Vreemde paden hoeven immers niet altijd beter te zijn. Vaak hebben dergelijke onverwachte wendingen eerder iets pretentieus. Met Neil Young als vaandeldrager van de uitzonderingen blijkt het vaak dat solerende mannen van bands uit vervlogen tijden vroeger een stuk succesvoller waren. Ondanks de duizenden die faalden, blijft de verleiding prikkelen en proberen vele muzikanten het alleen. Hoe dat uit gaat pakken bij de soloplaten van Billy Corgan, Frank Black en Bob Mould moet we maar afwachten. Nu David Pajo in zijn eentje een plaat heeft gemaakt, halen de critici echter zonder twijfel de pluimen uit het vet. Maar of ze terecht gegeven worden is dan de vraag.

~

De naam Pajo klinkt in de underground als een sirene: bij deze naam let iedereen op. En niet voor niks, Pajo mag er immers wezen. Nadat hij in het begin van de jaren negentig met Slint een kleine muzikale aardverschuiving teweegbracht, verscheen hij steeds weer op eigenzinnige wijze aan het firmament. Zo schuwde hij het experiment niet met bands als Papa M, M en Aerial M, verstevigde bij tijd en wijle het geluid van onder andere Tortoise en Bonnie ‘Prince’ Billy, en werd hij ingehuurd door Billy Corgan om Zwan de nodige ‘underground-credibility’ te geven. Toch behield Pajo altijd zijn eigen smoel, bleef hij eerlijk tegenover zichzelf en deed hij wat hem goed leek. Hij is iemand waar critici het later over eens zullen zijn: “Die Pajo, dat was een hele grote.”

Knutselen met een laptop

Wie dacht dat alle kanten van Pajo waren belicht, wordt bij het beluisteren van PAJO voor de zoveelste keer verrast. Er worden opnieuw grenzen verlegd. Waarschijnlijk geïnspireerd door zijn samenspel met Will Oldham, test de man zijn singer/songwriters-kunsten, maar dan wel op een moderne manier. Met een akoestische gitaar onder zijn ene en een laptop onder zijn andere arm werd de zolder opgezocht; daar speelde hij de nummers van PAJO, die na vele jamsessies waren ontstaan, nagenoeg in een take op de laptop in. Zo hier en daar klinkt er wat ondersteuning van knisperende, soms compromisloze, elektronische beats of een drumcomputer, maar het is vooral de gitaar en ’s mans bedeesde stem die naar voren komen. Na de opnames is er wat gerommeld met alle mogelijkheden van het studioprogramma, waardoor het geluid meerdere dimensies heeft gekregen.

Spiderland

Pajo beweegt zich gedurende de plaat tussen wijlen Elliott Smith en Simon & Garfunkel, ten tijde van Bookends in, bijvoorbeeld in het schitterende Ten More Days en Manson Twins. De plaat kent over het algemeen rustige nummers en het tempo gaat eigenlijk alleen omhoog bij het fijne Baby, Please Come Home. Toch is dat kalme tempo niet storend. Nummers als Oh, No, No en Icicles zijn werkelijk pareltjes. Bijna de hele plaat houdt Pajo zijn moderne singer/songwriters-pet op, maar aan het einde blijkt het bloed te kruipen waar het niet gaan kan: het spannende Francie grijpt terug op Pajo’s beste dagen. Die dagen toen hij met Slint bezig was aan misschien wel de mooiste plaat van de jaren ’90; Spiderland. Is PAJO dan zo’n typisch ‘tussendoortje’? Neen, verre van. Werp de pluimen maar in de ring. Pajo heeft het weer eens geflikt.

Boeken / Fictie

De som der delen

recensie: Tineke Beishuizen - Als zand door mijn vingers

De literaire thriller is niet meer weg te denken uit de hedendaagse bestsellerlijsten. Het ene na het andere boek wordt onder deze noemer de markt opgebracht. Na het grote succes van o.a. Nicci French zijn het vooral debutanten die zich op het pad van de literaire thriller wagen. Deze keer heeft journaliste en columniste Tineke Beishuizen een nieuw boek aan het genre toegevoegd.

In Beishuizens debuutroman Als zand door mijn vingers maken we kennis met Emma van der Merwe die op verjaardagsbezoek gaat bij haar zus Floor. Tenminste dat was de bedoeling, daar aangekomen treft ze echter een leeg huis aan. De verdwijning van Floor is een volkomen raadsel. Is zij zelfstandig vertrokken of is iets niet in de haak? Emma heeft geen flauw idee, maar doet verwoede pogingen de waarheid te achterhalen.

Literaire thriller

Als we het genre literaire thriller onder de loep nemen dan vallen er een paar dingen op. Negen van de tien keer is er sprake van een vrouwelijke hoofdpersoon, en even zo vaak komt deze persoon plotseling in aanraking met de dood of een vermoedelijke dood. Verder staat deze vrouwelijke hoofdpersoon er grotendeels alleen voor en hecht niemand enige waarde aan haar visie op het gebeurde. Langzamerhand begint ze dan zelf ook te twijfelen aan haar opvattingen, waarbij ze ook het geloof in zichzelf dreigt te verliezen. Ondanks deze onzekerheid zet de hoofdpersoon toch door en uiteindelijk blijkt er inderdaad meer aan de hand dan de rest van de wereld aanvankelijk dacht. Als zand door mijn vingers voldoet aan al deze kenmerken.

Als de mate waarin genrekenmerken terugkomen in een boek bepaalt hoe goed dat boek is, dan hebben we hier te maken met een absolute topper. Helaas is het leven niet zo simpel. Het geheel vormt dan misschien in sommige gevallen meer dan de som van de delen. Af en toe is het ook wel eens minder. En in dit specifieke geval zitten we zo ongeveer in het midden. Het betreft hier geen wereldtopper, maar het debuut van Beishuizen is wel degelijk het lezen waard.

Daadkracht

Emma heeft zo haar problemen maar wordt niet, zoals in dit genre nog wel eens wil gebeuren, een besluiteloos en deerniswekkend personage. In literaire thrillers gaan de gebeurtenissen vaak met de hoofdpersonages op de loop, en ook hier is dat in zekere mate het geval. Maar uiteindelijk is het toch Emma zelf die de belangrijkste conclusies trekt en een heldhaftige daad verricht. Een dergelijke daadkracht tref je in andere thrillers maar zelden aan, het maakt van Emma een interessant en krachtig personage. Het is fijn om ook eens een literaire thriller te lezen waarin een vrouw zelf iets kan ondernemen en niet steeds meegesleurd wordt in de maalstroom van de ontwikkelingen om haar heen.

Butler

Een groot nadeel van deze roman is het plot. Zodra bekend is of Floor nu ontvoerd, vermoord of gewoonweg verdwenen is, wordt het je als lezer ook duidelijk wie daar dan verantwoordelijk voor is. Het duurt echter nog een tijdje voordat dit inzicht ook tot Emma is doorgedrongen. Het is maar goed dat er geen butler meedoet in dit verhaal, want dan zou het helemaal direct duidelijk geweest zijn wie ‘het’ gedaan heeft. Nu wordt je neefje van zes misschien nog verrast door de ontknoping.

Tineke Beishuizen heeft een ‘klassieke’ literaire thriller geschreven die vlotter wegleest dan gemiddeld. Een roman die qua personages menig liefhebber kan plezieren, maar die qua plot nogal teleurstelt. Als alle delen vervolgens opgeteld worden dan komt de som op een gemiddelde uit. Maar wiskunde was dan ook niet mijn sterkste kant.