Muziek / Album

Nieuwe ‘Shaker’ kan niet bekoren

recensie: Kula Shaker - Strangefolk

Kula Shaker kennen we vooral van de Joe South-‘megacover’ Hush uit 1997. Naast deze hitsingle, die de tweede plaats in Engeland bereikte, bracht de groep rond zanger Crispian Mills sinds 1996 twee volwaardige albums en een handvol ep’s en compilaties uit. Onlangs verscheen na een afwezigheid van acht jaar het derde album, Strangefolk. Een plaat die niet als onmisbare titel de muziekhistorie zal ingaan.

In 1996 debuteert Kula Shaker zeer verdienstelijk met het album K. Het levert de groep met Tattva, Hey Dude en Grateful When You’re Dead een aantal bescheiden hits op en maakt de band in een klap ‘hot’. De mix van rock, psychedelica en groove in een oosters klinkend jasje slaat aan. Drie jaar later verschijnt met Peasants, Pigs and Astronauts de licht teleurstellende opvolger. Het album kan geen vervolg bieden op het succes van het zo fris klinkende debuut. Later dat jaar besluit de band het voor gezien te houden. Na deze breuk waaieren de leden van de groep uit over muziekland. Toetsenist Jay Darlington sluit zich aan bij Oasis, Crispian Mills komt in 2000 zonder succes met een solo-album. Twee jaar later brengt hij met zijn nieuwe band The Jeevas het vlot klinkende 1,2,3,4 uit. In 2005 komt Kula Shaker echter weer bijeen, hetgeen direct het einde van The Jeevas betekent.

Opvulnummers

~


Na een afwezigheid van acht jaar waren de verwachtingen voor het comeback-album hooggespannen. Verwachtingen die de groep slechts ten dele inlost. Strangefolk klinkt slechts hier en daar zo sprankelend en fris als het debuut elf jaar eerder. Kula Shaker weet zich vrijwel nergens te vernieuwen ten opzichte van vorige platen. Het album voegt derhalve weinig tot niks toe aan het oeuvre. Super CB Operator en de eerste single Second Sight laten het hoge niveau horen dat Kula Shaker kan bereiken. Helaas wordt dit niveau verder slechts zelden gehaald. Op Super CB Operator klinkt de groep als een debuterend jong bandje; fris, ongeremd en zonder al te veel poespas. Echt slecht wordt het overigens nergens op Strangefolk, maar te veel tracks klinken als ‘opvulnummers’ tussen de betere songs.

Progressie?

Wat ik persoonlijk erg kan waarderen in de muziek van Kula Shaker is de vaak rommelige, ietwat ingewikkelde songstructuur. Kula Shaker heeft bovendien een zeer eigen geluid. Naast de nog steeds aanwezige oosterse invloeden, valt vooral het ‘strakke’ gitaarspel van Mills op, de soepele solo’s incluis. De jaren zeventig zijn op het hele album weer duidelijk voelbaar. Echt spannend wordt het echter nergens; enige vorm van progressie in acht jaar was zeker welkom geweest. In de tijd waar de reünies je om de oren vliegen en zelden écht indruk maken, kan ook de hereniging van Kula Shaker mij niet bekoren. Het zal, mijns inziens, niet lang duren voordat de band weer het loodje legt.

Film / Achtergrond
special: 8WEEKLY's Filmfestivalagenda

Drie maanden filmfestivals

.

Welke festivals waar, wanneer en hoe? We zetten de filmfestivals van de komende drie maanden op een rijtje in 8WEEKLY’s Filmfestivalagenda.

 

In het humor-hoofdprogramma draaien komedies als Il va pleuvoir sur Conakry, over manipulatie en religie in Guinée en Juju Factory, over België’s koloniale geschiedenis in Congo. Ook zijn er extra programma’s als Gay Africa, en naast de vertoningen in hoofdlocatie Rialto worden er ook avonden georganiseerd in filmtheaters in Den Bosch, Rotterdam, Breda, Nijmegen en Den Haag. En er zijn openluchtvoorstellingen door het hele land.

 

Cinebrasil

10 tot en met 15 september 2007, het Tropentheater, Amsterdam

~

Organisatoren Luca Clark en Ligia de Almeida zijn vastbesloten als een soort zendelingen de zegeningen van de Braziliaanse cultuur over het Nederlandse publiek uit te storten. Voor de tweede maal op rij organiseren de twee daarom in samenwerking met de Brasil Art Factory Foundation het Cinebrasil Filmfestival, een filmfestival helemaal in het teken van Brazilië.

Openingsfilm is Cao Hamburgers The Year My Parents Went On Vacation (O Ano em que Meus Pais Saíram de Férias), waarin het jongetje Mauro gedropt wordt bij zijn grootmoeder. Het is 1970, het jaar van het WK Voetbal (Pélé!), en van grote politieke onzekerheid – Brazilië is dan nog een dictatuur. Mauro’s ouders laten geen adres of telefoonnummer achter, en de kleine jongen moet zichzelf zien te redden …

Regisseur Fabiano Maciel geeft acte de presence en beantwoordt vragen over zijn documentaire Oscar Niemeyer: A Vida é um sopro (Life is But a Breath). Oscar Niemeyer was architect en ontwierp ondermeer gebouwen voor Brasilia, de nieuwe hoofdstad die eind jaren vijftig op bevel van president Juscelino Kubitschek werd gebouwd.

Houd de website in de gaten voor meer informatie.

 

Film by the Sea

14 tot en met 23 september 2007, Cinecity, Vlissingen

~

De speciale competitie zorgt er al negen jaar voor dat Film by the Sea echt op een eigen karakter bogen: alle films die meestrijden om die felbegeerde Film by the Sea-award zijn literatuurverfilmingen. Een heel filmfestival vol literatuurverfilmingen, dat klinkt misschien een beetje ver gezocht – een ruwe zeventig procent van alle films zijn literatuurverfilmingen – maar de programmeurs weten er doorgaans toch een interessante week van te maken. Elk jaar programmeren zij commerciële publiekstrekkers naast arthouse-films, terwijl het geheel altijd zeer harmonieus aandoet.

Voor de jury strikt men hoge omes. Naast voorzitter-voor-het-leven Rinus Ferdinandusse jureren ditmaal onder andere regisseur Alex van Warmerdam, actrice Sylvia Kristel en schrijver Peter van Straaten. Er is altijd veel aandacht voor randactiviteiten als muziek, en dit jaar opent het festival zelfs met de muziekfilm van Zeelands eigen Bløf. Een Manier Om Thuis Te Komen: Umoja Live gaat over de wereldreis van de band en de vruchten die dat afwierp in termen van muzikale ontwikkeling. Filmhatende familieleden of partners komen toch aan hun trekken: op nog geen drie minuten lopen van de hoofdlocatie ligt het Scheldestrand!

Houd de website in de gaten voor meer informatie.

 

Cinemaztlán

18 tot en met 23 september, verschillende locaties, Amsterdam

“Waarom,” moeten mensen bij de Melkweg, De Balie en de UvA gedacht hebben, “waarom behandelen we Alejandro Iñárritu, Guillermo Arriaga en Alfonso Cuarón als op zichzelf staande gevallen? Waarom wensen we ze los te zien van de vruchtbare voedingsbodem die Mexico is?” Verdaderamente, lezer, waarom? Mexico heeft al zoveel jaren zoveel interessante films te bieden!

De organisatoren zetten zich aan het werk, ploegden door bergen Mexicaans materiaal uit de jaren vijftig en zestig, vonden antieke cult en vulden daarmee het exclusieve retrospectief Madmex. Maar er is meer. Er is een kortfilmprogramma, waarvoor regisseur Elisa Miller, Cannes-winnares in de categorie kortfilm, speciaal wordt ingevlogen. En onder de lange films mogen we onder andere de openingsfilm scharen, Mezcal van Ignazio Ortez, over het dorpje Parian waar drop-outs en drenkelingen van innemen weten.

Houd de website in de gaten voor meer informatie.

 

Iraans filmfestival

21 tot en met 23 september, Louis Hartlooper Complex, Utrecht

Tijdens deze tweede editie van het Iraans filmfestival ligt de nadruk op Mainline, de roadmovie van Rakhshan Bani-Etemad, waarin moeder en heroïneverslaafde dochter naar een ontwenningskliniek reizen. Mainline is de hoofdfilm, en zou als geen andere film de tegenstellingen neerzetten die in het streng-islamitische Iran spelen. Maar uiteraard zijn er ook andere films, en verscheidene kleinere programma’s, bijvoorbeeld over jongerencultuur, en politiek.

Uitzonderlijk divers zijn de randactiviteiten: een klezmerband, een dj en een Iraanse band die blues mengt met traditionele muziek; er is een expositie van het werk van fotografe Giti Entezami (“Iraanse vrouwen in folkloristische kleding in een polderlandschap”); er worden inleidingen gegeven bij films; en ’s Neerlands eigen knuffel-Iraniër Bahram Sadeghi, de beroemde programmamaker, leidt een discussie over de toestand van Iraanse filmkunst.

Houd de website in de gaten voor meer informatie.

 

 

Nederlands Filmfestival

26 september tot en met 6 oktober, verschillende locaties, Utrecht

Er zijn wel andere filmfestivals in Nederland, maar er is maar één Nederlands filmfestival. En dat is van 26 september tot en met 6 oktober in Utrecht. Alle groten van de Nederlandse film zullen wel weer van de partij zijn, acteurs en regisseurs, scenaristen die met een glas champagne en een servetje in de hand hun pitches afvuren op producenten – glamour, mensen, glamour, dat kan het Nederlands filmfestival ook zijn. Misschien overdrijf ik. Maar de Gouden Kalveren worden uitgereikt, en dat zijn toch wel de belangrijkste prijzen in dit kikkerland.

Burny ‘Ko de Boswachter’ Bos is Gast van het Jaar, en zijn vervolg op het succesvolle Het Paard van Sinterklaas, getiteld Waar is het Paard van Sinterklaas? gaat op het festival in première. Er wordt een Canon van de Nederlandse film gepresenteerd, en Bert Haanstra staat In The Picture; zo heet althans het aan hem opgedragen retrospectief dat in samenwerking met het Bert Haanstra-festival wordt georganiseerd. Ook mogen we de nieuwe film van Erik de Bruyn verwachten, in 2000 beroemd om het bejubelde Wilde Mossels, waarna hij voor geen enkel nieuw intiatief nog kapitaal verzameld kreeg. Openingsfilm is Duska, van Jos Stelling (eerder al verantwoordelijk voor De Vliegende Hollander (1995)). Bob is “verslaafd aan film, bezocht als criticus diverse festivals en werkt nu aan een eigen scenario.” Maar als hij verliefd wordt op de kassière van de bioscoop, begint het gelazer.

Houd de website in de gaten voor meer informatie.

 

 

B-Movie, Underground & Trash Filmfestival (BUTFF)

27 tot en met 30 september, Electron, Breda

~

Wansmaak is kitsch en kitsch is grappig en grappig is op zichzelf al een filmfestival waard. Maar met die karakterisering doen we de inzet van BUTFF tekort. Het Bredase festival moet een tehuis bieden aan alle “van het gangbare afwijkende films”. Experimenteel, porno, onaf, kunstzinnig, troep: alles dat normaal gesproken nooit de bioscoop inkomt, mag eindelijk eens op het grote scherm. En ook naast het scherm, in de vorm van optredens en kunst.

Maar wat voor invulling krijgt B.U.T. dan precies in Breda? De Duitse ‘regisseur’ Wenzel Storch wordt geëerd met een retrospectief, en kijkers met sterke magen worden uitgenodigd kaartjes te kopen voor het ‘Extreme’-programma. B-kenner Jack Stevenson is uitgenodigd om een lezing te geven over het fenomeen grindhouse, een Amerikaanse formule van bioscoopexploiteurs: de bezoeker kon naar twee voorstellingen van de slechtst verkrijgbare pulp voor de prijs van één. (Zulks natuurlijk in verband met de nieuwe Tarantino/Rodriguez-dubbelaar, getiteld Grindhouse.) Uiteraard is er ook aandacht voor de Nacht van de Wansmaak.

Houd de website in de gaten voor meer informatie.

 

Bert Haanstra Festival

27 september tot en met 10 oktober, verschillende locaties, Overijssel

De in 1997 overleden filmer Bert Haanstra is enige tijd uit de belangstelling geweest, maar nu, tien jaar na zijn dood, worden zijn klassiekers weer uit de archieven gehaald en vertoond. En wel in heel Overijssel (en aan een handvol gelukkigen in Utrecht, tijdens het voor hem georganiseerde retrospectief tijdens het Nederlands Filmfestival). Afijn, we moeten eigenlijk blij zijn met deze kans, en allen retourtjes Zwolle, Almelo, Raalte of Oldenzaal kopen, aanruilen, verzamelen, oppotten.

Op meerdere locaties dus, dit prijzenswaardig initiatief, en met gerestaureerde kopieën van klassewerk als Alleman (1963), Fanfare (1958) en Bij de Beesten Af (1972). Verder zijn er nieuwe soundtracks gemaakt voor de fenomenale, Oscar-winnende documentaire Glas (1958), en er worden openluchtvertoningen georganiseerd.

Houd de website in de gaten voor meer informatie.

 

Filmfestival Gent

9 tot en met 20 oktober, verschillende locaties, Gent (B.)

Als ze in Gent iets organiseren, doen ze het ook goed. De vier belangrijke bioscopen doen mee, evenals cultureel centrum Vooruit; en voor de gelegenheid stellen de talloze filmclubs en film-art-hobbygroepjes eigen programma’s samen. Het thema van dit jaar is Argentinië, naar verluidt omdat deze kwalitatief vaak hoogstaande films in de regel maar moeilijk een distributeur zouden kunnen vinden. Niet dat er alleen maar films uit Argentinië te zien zijn – vaak vinden allerlei interessante producties van over de hele wereld hun weg naar de Gentse doeken.

Wat Gent onderscheidt van andere filmfestivals is de aandacht voor filmmuziek. De World Soundtrack Awards worden dit jaar voor de zevende keer uitgereikt, en traditioneel gaat die waardering voor filmmuziek gepaard met lezingen en voordrachten over het onderwerp – die ook nog eens goed bezocht worden door talloze experts en filmschoolstudenten!

Houd de website in de gaten voor meer informatie.

 

 

Leids Filmfestival

31 oktober tot en met 4 november, verschillende locaties, Leiden

~

Het Leids Filmfestival wordt dit jaar voor de tweede keer georganiseerd. Dit keer is alles net even een slagje groter: het festival is twee dagen langer, de universiteit haakt in met lezingen, er worden exposities gehouden. De competitie voor jonge filmmakers, Hollandse Nieuwe, vindt opnieuw doorgang met als hoofdprijs de Ijzeren Haring.

Ook is er nog een aparte wedstrijd, Visualising Music, waarbij jonge enthousiastelingen films moeten maken bij de muziek van gevestigd filmmuziekschrijver en ex-Doe Maar-bassist Henny Vrienten. Daarnaast is er dit jaar opnieuw aandacht voor Russische en Japanse film, in twee extra programma’s. Vorig wisten de organisatoren grote titels als Babel en The Departed te pakken te krijgen – films die toen nog niet eens in première waren gegaan in Nederland. Hopelijk krijgen ze dat dit jaar weer voor elkaar, want zulke films zijn natuurlijk enorme publiekstrekkers.

Houd de website in de gaten voor meer informatie.

 

Cinema South Africa

7 tot en met 11 november, Filmtheater Rialto, Amsterdam

Een moeilijk verleden, economische verdeeldheid, en voldoende talent. Geen wonder dat Zuid-Afrika scoort: Tsotsi won in 2006 de Oscar voor beste buitenlandse film, en al daarvoor kwam er een gestage stroom uitstekende producties uit Afrika’s hoorn. Films als Boy Called Twist en Forgiveness, over zwarte armoede en blanke schuld, getuigen van een sociaal geëngageerde filmindustrie die de artistieke aspecten evenmin uit het oog verliest.

Het is dus niet zonder reden dat de organisatoren van Cinema South Africa er voor gekozen hebben speciale bijprogramma’s samen te stellen: één met die zogenaamde Tsotsi-films, en één over de verarmde blanke minderheid. Voeg daarbij een hoofdprogramma van twintig speelfilms, evenzoveel kortfilms en q & a’s met jonge Zuid-Afrikaanse regisseurs en je hebt eigenlijk geen reden meer om thuis te blijven.

Houd de website in de gaten voor meer informatie.

 

Noordelijk Filmfestival

7 tot en met 11 november, verschillende locaties, Leeuwarden

Al 29 jaar lang vindt in Leeuwarden het Noordelijk Filmfestival plaats, het grootste filmfestival van de drie noordelijk provincies. Een degelijke verzameling films, interviews met de makers, workshops: op zichzelf zou dat al voldoende reden zijn om te gaan. Maar je kunt ook nog, tegelijkertijd, naar het Noordelijk Amateurfilmfestival, van dezelfde organisatie. Ik bedoel: Leeuwarden is gewoon de filmhoofdstad, het Cannes of Hollywood van het Noorden! En alsof dat allemaal nog niet genoeg is, heeft het festival een monsterverbond gesloten met Oerol: tijdens de jongste editie van dat succesvolle theaterfestival op Terschelling konden bezoekers ook naar een dependance van het Noordelijk Filmfestival. Dat de NMa nog niet heeft ingegrepen!

Houd de website in de gaten voor meer informatie.

 

Joods Filmfestival

7 november tot en met 11 november, Het Ketelhuis, Amsterdam

Tijdens de zesde editie van het Joods Filmfestival staat Latijns-Amerika centraal. Mexicaanse documentaires, Uruguayaanse fictie, Surinaams spektakel op deze zogeheten ‘pampa-editie’, maar ook Israëlische films – waarbij dan gelet is op de Zuid-Amerikaanse toevoeging. Zoals Columbian Love, over drie Israëlische vrienden wiens zoektocht naar liefde waarschijnlijk op een of andere manier in relatie staat tot de Zuid-Amerikaanse bananenrepubliek Columbia. Na het vijfdaags verblijf in Amsterdam gaat het Joods Filmfestival op reis, en doet filmhuizen aan in onder andere Arnhem, Groningen en Maastricht.

Houd de website in de gaten voor meer informatie.

 

International Documentary Filmfestival Amsterdam (IDFA)

22 november tot en met 2 december, verschillende locaties, Amsterdam

~

Twintig jaar bestaat het IDFA, zegt de organisatie. Sinds de eerste editie in 1988 (sic!) voltrok zich het festivalspektakel op en rondom het Leidscheplein, maar ter gelegenheid van de zogenaamde verjaardag verhuist het hele festival dus naar het Rembrandtplein.

Maar laten we geen haren kloven: het IDFA is er in ieder geval weer, het bekendste documentairefestival van Nederland, met de vertrouwde competities. Zoals daar zijn: de VPRO/Joris Ivens Competitie voor avondvullende documentaires (vorig jaar gewonnen door The Monastry – Mr. Vig & The Nun), de Zilveren Wolf Competitie voor kortere documentaires, de Zilveren Welp Competitie voor documentaires korter dan dertig minuten, en de First Appearance Award voor debuutdocumentaires. En sinds dit jaar kunnen documentaire-liefhebbers hun eigen top-20 samenstellen.

Houd de website in de gaten voor meer informatie.

 

 

Film / Achtergrond
special: Eddy Terstall over SEXTET

Pleitbezorger van vrijzinnige cultuur

SEXTET is de tweede film van het drieluik dat filmmaker Eddy Terstall maakt over de Nederlandse samenleving. Momenteel zit hij middenin de opnames van het derde deel, Vox Populi, een politieke komedie die Den Haag op zijn grondvesten moet laten schudden. Simon behandelde eerder onder andere het homohuwelijk en euthanasie.

SEXTET is het lichtste deel van het drieluik, hoewel ook deze ‘goedkope seksfilm’ een duidelijke boodschap heeft.

SEXTET bestaat uit zes losse verhalen, die verbonden worden door een raamvertelling over een Vlaamse filmacademie. De verbitterde docent laat de film zien als een rampzalig voorbeeld van hoe een regisseur zich te buiten kan gaan aan makkelijke trucs en mooifilmerij. En dan zitten er ook nog eens veel te veel niet functioneel naakt en ongelofelijk slechte grappen in, aldus de docent.

Eddy Terstall © Spagetthi Film
Eddy Terstall © Spagetthi Film

Waarom heb je voor de raamvertelling gekozen?
Ik had als eerste het idee om zes losse filmpjes op te laten nemen door verschillende regisseurs. Uiteindelijk heb ik de filmpjes allemaal zelf geschreven en gemaakt. Voor het scenario van Flirt, dat eveneens uit verschillende verhaallijnen bestaat, had ik de raamvertelling van de Vlaamse filmacademie bedacht, maar regisseur Jaap van Eyck heeft die structuur eruit gelaten. Dat gaf mij de mogelijkheid om het alsnog voor SEXTET te gebruiken. Het geeft de zes filmpjes een onderling verband. Bovendien vind ik het een leuk gegeven dat je een film tussendoor kunt stilzetten. Het gaf me ook de mogelijkheid om bijvoorbeeld over te schakelen op een tekenfilmscène.

Waarom speelt het zich af op een Vlaamse filmacademie?
Omdat ik van buitenaf naar de Nederlandse film en de Nederlandse cultuur wilde laten kijken. Op deze manier is de film toch (bijna) geheel in het Nederlands. Bovendien wilde ik graag de Vlaamse acteur Gene Bervoets de rol van bittere filmdocent laten spelen.

Je zou de film ook kunnen beschouwen als een parodie
op de Nederlandse film. Daar wordt immers altijd over gezegd dat er teveel naakt in zit. Was dat je
bedoeling?

Het idee dat er teveel bloot in Nederlandse films zit, is nog een overblijfsel uit de jaren zeventig. Als je naar Franse of Spaanse films kijkt, dan zijn Nederlandse films in vergelijking eigenlijk heel preuts. Seks is toch leuk? Als het mooi gefilmd is, is het toch prettig om naar te kijken? Je hoort mensen nooit klagen over teveel geweld in films, maar wel over teveel seks.
Iets dat leven geeft, mag niet, maar iets dat leven neemt, wel. Ik wil daar in mijn film op wijzen.

“Alles kan in Nederland, behalve met kinderen en dieren” wordt in de film gezegd. Is SEXTET bedoeld om te zorgen dat dat zo blijft?
We hebben steeds meer te maken met de invloed van machoculturen, zoals de Islam en de Carribische bling bling-cultuur, waarin vrouwen door nogal wat mannen uit die culturen als een soort ding worden gezien. Buiten het vrijzinnige cultuurgebied, West-Europa en Noord-Amerika, is het helaas vaak zo dat vrouwen en mannen op ongelijke voet staan. Ik wil ervoor waken dat die invloed onze vrijheid aantast.

Een van de thema’s die in SEXTET naar voren komt, is dat vrouwen altijd op hun uiterlijk beoordeeld worden, of ze dat nou willen of niet. Het mooie meisje Rozemarijn (Esmarel Gasman) blijft een mysterie, bezien door de ogen van mannen. Je had er ook voor kunnen kiezen om haar een voice-over te geven in plaats van Dirk Zeelenberg. Waarom heb je dat niet gedaan?
Net zoals ik alleen vanuit mijn eigen cultuur kan werken, kan ik ook alleen maar schrijven vanuit mijn eigen visie. Het blijft een verhaal over hoe een man naar vrouwen kijkt, daar is niets aan te doen.

Je had ook een vrouwelijke scenarioschrijfster op de voice-over van Rozemarijn kunnen zetten?
Ik kan dat niet uit handen geven. Schrijven, regisseren en monteren hoort voor mij bij elkaar. Ik gebruik ook nooit andermans scripts. Een film is voor mij één geheel.

SEXTET is soms ronduit pamflettistisch, zoals wanneer gezegd wordt: ‘Het is in Nederland niet aan de vrouw om zich zedig te kleden, maar aan de man om zijn poten thuis te houden.” Waarom vond je het nodig om zo’n duidelijke moraal aan te brengen?
Er dreigt op dit moment iets nadrukkelijks verloren te gaan, namelijk de verworvenheden van de seksuele revolutie. Dan is het ook nodig om dat nadrukkelijk duidelijk te maken.

Terstall tijdens de opnames voor Vox Populi
Terstall tijdens de opnames voor Vox Populi

Simon had ook zijn pamflettistische kanten, maar hij bleef wel subtiel.
SEXTET moest vooral een soort vrolijke kerstboom worden. Het is de minst zware film van het drieluik, omdat ik na Simon zin had in lichtere kost. Tegelijkertijd vind ik seks een belangrijk thema. Aan de manier waarop er met seks wordt omgegaan, kun je iets aflezen over de staat van het land. Hoe beter het gaat met de cultuur en de samenleving, hoe vrijer mensen met seksualiteit om kunnen gaan. Dan heb ik het overigens niet over kinderporno of vrouwenhandel, waarbij er sprake is van dwang. Ook naar prostitutie mag veel kritischer gekeken worden. Geen vrouw wordt hoer voor de lol.

Maar het is een goede zaak als homo’s in alle straten vrij hand in hand kunnen lopen en als vrouwen topless in het park kunnen zonnen zonder lastig gevallen te worden. Als mensen een dreiging voelen wanneer ze dat doen, lopen we de kans dat we die verworvenheden kwijt raken.

Als je niet actief dingen blijft benoemen en mensen eraan blijft herinneren, moet je er rekening mee houden dat je het langzaam weer verliest. Maar SEXTET is ook gewoon grappig bedoeld, met politiek incorrecte humor zoals je die ook in de kroeg hoort.

In de scène over de lesbiennes die hun Marokkaanse buurvrouw uitnodigen voor koffie, worden er achter elkaar vooroordelen onderuit gehaald. Toch eindigt de scène met een allochtoon buurjongetje dat ‘vieze lesba’s’ op de deur kalkt. Wat wil je daarmee zeggen?
Dat het allebei waar is. Er is niet één moslim. Er bestaat misschien geen liberale islam, maar er zijn wel liberale moslims, die het prima vinden als hun lesbische buren gaan trouwen. Ik wil aangeven dat de waarheid gewoon niet zo zwart-wit ligt.

Ik vond de film eigenlijk verrassend scherp en negatiever over moslims dan ik had verwacht. Aan het begin van de film laat je de voice-over ook zoiets zeggen: Misschien is het niet verstandig om hier verder op in te gaan… Ben je zelf niet bang voor negatieve reacties?
Dat is dan zo. Het verbaast me niets als dat zou gebeuren. We leven nu eenmaal in een agressieve maatschappij, waarin om de haverklap dreigmails naar politici worden verstuurd en sites als Geenstijl mensen de grond in trappen. Dat betekent niet dat je je in moet houden. Als kunstenaar kun je dat gewoon niet doen.

Op de set van Vox Populi
Op de set van Vox Populi

SEXTET bevat nogal veel, bijzonder grappige, politiek incorrecte grappen. Botst dat niet met jouw politieke ambities?
Ik vind dat je de dingen zo scherp mogelijk moet benoemen. Mensen denken altijd dat je op je vingers getikt wordt bij politieke partijen als je iets zegt dat niet in het partijprogramma staat. Misschien dat het bij de SP zo werkt, maar de Partij van de Arbeid is een clubje mensen met allemaal verschillenden ideeën, dermate los dat ik echt niet verwacht dat iemand me die grappen kwalijk neemt.

In één verhaallijn wordt een bijbelverhaal verfilmd door een stel vloekende acteurs die voorstellen om het Lam Gods te veranderen in de Geit Gods. Ook christenen zouden volop aanstoot kunnen nemen aan SEXTET.Is deze film gemaakt om aan het buitenland te laten zien wat er in Nederland kan?
Ja, al denk ik niet dat SEXTET op veel plekken buiten Europa en Noord-Amerika vertoond kan worden, omdat hij daarvoor misschien inderdaad wat ver gaat.

Ik denk dat Amerikanen er ook van zouden schrikken.
In het zuiden wel ja. Aan de andere kant, mijn vrienden vinden dat het niveau van de politiek incorrecte grappen nog wel verder had kunnen gaan.

Je bent momenteel, na veel vertragingen, Vox Populi aan het draaien. Als het drieluik straks compleet is, wat zegt het dan over de Nederlandse samenleving?
Als het drieluik af is, moet er een completer beeld geschapen zijn van wat in sommige landen als Sodom en Gomorra bekend staat. Uit het drieluik blijkt ook dat het helemaal niet zo Sodom en Gomorra is als men denkt. Vox Populi wordt een politieke komedie, een uithaal naar politiek correct links en populistisch rechts. Als het goed is, komt hij volgend jaar uit.

Tijdens Vox Populi
Tijdens Vox Populi

En dan is alles gezegd over Nederland wat er te zeggen viel. Wat ga je daarna maken?
Geen idee. Ik ben heel erg aan het denken. Ik heb wel zin in iets spectaculairs. Naarmate ik ouder wordt, krijg ik meer wilde haren. Mijn films worden minder vrijblijvend, omdat er nu eenmaal veel op het spel staat. Ik blijf graag een pleitbezorger van de vrijzinnige cultuur.

foto’s Eddy Terstall © Spagetthi Film. SEXTET gaat op 13 september in première.

Kunst / Expo binnenland

Geluid en beeld face-to-face

recensie: Diverse kunstenaars - Off Screen

Istanbul, 03:00 uur ’s nachts. Een auto, hoorbaar met motorproblemen, doorkruist de zwoele stilte. De laatste muziek vanuit de bars en discotheken is reeds weggestorven in het vredig gonzen van de nacht. Ochtendgeluiden komen in Rome een stuk later op gang dan in een metropool als Parijs, en alleen het vroege getjilp van vogels begint over de gehele wereld rond eenzelfde uur.

Justin Bennett, Sundial, 2003-2007
Justin Bennett, Sundial, 2003-2007

De composities – of soundscapes – in Sundial (2003-2007), een geluidskunstwerk van de Brit Justin Bennett, luiden de tentoonstelling Off Screen in het Nederlands Instituut voor Mediakunst in. In Bennetts compilaties klinken steeds de geluiden van één dag; vierentwintig ineen geperste uren uit steeds weer een andere stad.

Ook de tentoonstelling heeft een sterk internationaal karakter. In Off Screen komt een gevarieerd aanbod van hedendaagse mediakunst bijeen en hoewel er ook gekeken dient te worden, is het nu eens het gehoor dat als belangrijkste zintuig wordt aangesproken. De tentoonstelling bewerkstelligt een frisse manier van het ervaren van geluid in een anders zo op beelden ingestelde wereld of, zo stelt de curator, een ervaring van juist ‘de discrepantie tussen beeld en geluid’.

Inderdaad wordt in veel van de aanwezige werken gebruik gemaakt van het onderscheid tussen horen en zien. In het nét iets te krappe trappenhuis van het pand aan de Amsterdamse Keizergracht loopt in de videoloop Prelude (2000) van de Canadees Michael Snow de geluidsopname een flink stuk voor op de bijbehorende video. Of mogelijk áchter, gezien de voortdurende herhaling van het drieëneenhalve minuut durende fragment. De in de film gevoerde haastige eettafelgesprekken beschrijven steeds weer andere delen van een eigen verhaal, om het laatste restje synchroniciteit te doen verdwijnen. Ook de Brit Imogen Stidworthy maakt gebruik van een merkbaar verschil tussen afgespeelde opnames. Via een Dolby 5.1 opstelling horen we hoe de bevolking van Peking haar dagelijkse ochtendgymnastiek doet. Een video toont daarnaast deze horde mensen die in het Tian Tan Park in exotische oefeningen verwikkeld is. Hoewel het zo ruimtelijke geluid bij de beelden past, is het alsof alleen dingen te horen zijn die steeds net even buiten beeld vallen. Ritmisch geklap, af en toe een onverstaanbare kreet, geritsel van bomen – steeds doet een vluchtig gevonden aanknopingspunt tussen video en surround-sound zichzelf evenzogoed weer teniet.

Technisch vernuft

Michael Snow, Prelude, 2000
Michael Snow, Prelude, 2000

In een expositie die zo zeer op geluid is gericht worden als vanzelf manieren en technieken van het opnemen en weergeven hiervan belangrijk. Naast de installatie van Stidworthy wordt in een ander werk gebruik gemaakt van ‘binaural‘ opnames. Deze techniek – in wezen een normale stereo-opname waarbij beide microfoons zich nu op de oren van een persoon bevinden – leidt tot de auditieve variant van het uit horrorfilms zo bekende first-person camerastandpunt. Dat Janet Cardiff en George Bures Miller in hun video Hill Climbing (2002) behalve voor de binaural geluidsopnames ook nog voor dit inmiddels cliché geworden camerastandpunt hebben gekozen is dan ook jammer. Het maakt hun opnames van de beklimming van een witbesneeuwde heuvel uiteindelijk tot een vooral voorspelbare video waarin weinigzeggend beeldmateriaal overheerst.

Janet Cardiff en George Bures Miller, Hill Climbing, 2002
Janet Cardiff en George Bures Miller, Hill Climbing, 2002

Ouderwets mono-geluid is ook vertegenwoordigd, en wel op een vrij basale manier. De Amerikaan Mark Bain maakte met zijn Headphone (2007) een site-specific werk, dat de Nederlandse 230-volt wisselstroom als een oorverdovend gezoem hoorbaar maakt, door een koptelefoon rechtstreeks op het stopcontact aan te sluiten.

Verrassend zijn de normaal ongehoorde klankstructuren van de Deen Jacob Kirkegaard, zorgvuldig voorzien van tekst en uitleg. De geluid- en video-opnames die hij voor AION (2006) in verschillende ruimtes in het verlaten gebied rondom de voormalige kernreactor in Tsjernobyl maakte, speelde hij vervolgens in precies deze ruimtes weer af om dit resultaat weer vast te leggen, af te spelen en zo voort. Het opgenomen geluid raakt meer en meer verdicht tot iedere ruimte haar eigen pompende, mysterieuze boventonen laat klinken. Kirkegaards indringende klanken leiden in combinatie met de verstarde beelden van een verlaten stad tot een rijk doch enigszins hermetisch resultaat, dat zich niet zonder meer door te luisteren laat doordringen, maar zich pas werkelijk ontsluit wanneer men bekend is met dit vernuftig procédé.

Meligheid

Jacob Kirkegaard, AION, 2006
Jacob Kirkegaard, AION, 2006

Naast een brede selectie van hedendaagse kunstenaars putten de samenstellers in enkele gevallen uit de eigen collectie die het instituut sinds haar ontstaan in 1978 heeft opgebouwd, al heeft deze keuze in het geval van Record Players (1984) enigszins tot een ‘filmpje uit de oude doos’ geleid. In deze korte video van de New Yorkse Christian Marclay maakt een groep jongeren door schuren, krassen en doormidden breken ‘muziek’ met vinylplaten. Doordat de jaren tachtig van de videobeelden afspatten krijgt dit werk temidden van de technisch volwassen overige werken helaas een hoog meligheidsgehalte.

Hoewel in de begeleidende tekst ietwat geforceerd de eigenheid van geluid wordt benadrukt, is Off Screen geen tentoonstelling speciaal ingericht om te horen. Desondanks word je als bezoeker, ook zonder kennis van Deleuze en de biologie van het gehoor, gedwongen om opnieuw en anders te gaan luisteren. Als vanzelf raak je door deze selectie van werken geconfronteerd met de spanningen tussen beeld en geluid, want vaak genoeg wordt door deze geluidskunstenaars juist het visuele opgezocht. Krachtig aan Off Screen is dat, in plaats van het geluid in haar pure schoonheid af te zonderen, het face-to-face met de grote rivaal van het zo alomtegenwoordige beeld wordt geplaatst. Hoewel het beeld hier zeker niet het onderspit delft, is het goed te horen hoe het is nu het zwaartepunt eens gekeerd is.

Film / Films

Apartheid voor beginners

recensie: Goodbye Bafana

Voor wie zich niet de eindeloze beelden van rellen in Soweto en andere Zuid-Afrikaanse townships voor de geest kan halen. Voor wie niet mee kan zingen met Free Nelson Mandela van The Specials. Voor wie zich Ruud Gullit – met snor en rastahaar – niet voor de geest kan halen als ambassadeur tegen de apartheid. Voor wie denkt dat RaRa een spelletje is. Kortom iedereen die de jaren tachtig niet bewust heeft meegemaakt en zich niet kan voorstellen hoezeer de strijd tegen het apartheidsregime in Zuid-Afrika het nieuws in die jaren domineerde. Voor die mensen lijkt Goodbye Bafana, een film die terug gaat naar die donkere periode, een uitgelezen kans om hier meer over te leren.

De film is gebaseerd op het boek Goodbye Bafana: Nelson Mandela, My Prisoner, My Friend van James Gregory. Hij was vanaf de jaren zestig gevangenisbewaker op Robbeneiland, een geïsoleerde gevangenis in de buurt van Kaapstad, waar ANC-leider Nelson Mandela de bekendste politieke gevangene was. Omdat Gregory en Mandela meer dan twintig jaar met elkaar opgetrokken hebben, zou de film de bijzondere vriendschap tussen hen (én op microniveau het apartheidsstelsel en de langzame de onttakeling daarvan) mooi in beeld kunnen brengen.

Censor

~

James Gregory (Joseph Fiennes) komt in de jaren zestig met zijn gezin op Robbeneiland aan. Hij heeft zijn baan voornamelijk te danken aan zijn kennis van het Xhosa, een van Zuid-Afrika’s talen. Als klein kind had hij namelijk een Xhosa-vriendje, en omdat hij die taal kent is hij van onschatbare waarde om de politieke gevangenen, en met name Mandela (Dennis Haysbert), in de gaten te kunnen houden. Hij is als censor verantwoordelijk voor het controleren van alle correspondentie en is tevens aanwezig bij de schaarse persoonlijke bezoeken. Langzaamaan begint Gregory steeds meer vraagtekens bij het apartheidsysteem te zetten en ontstaat er een band tussen bewaker en gevangene. Die band is zelfs zodanig dat Mandela Gregory als bewaker vraagt als de anti-apartheidsstrijder naar een minder zwaarbewaakte gevangenis wordt overgebracht. Hij zou tot aan Mandela’s vrijlating in 1990 zijn bewaker blijven, hoewel aan het einde eigenlijk alleen nog in naam.

Hoe mooi het verhaal ook is, er hangt helaas een luchtje aan. Want Gregory heeft het in zijn boek niet zo nauw met de waarheid genomen. Anthony Sampson, Mandela’s vriend en biograaf, schreef in Mandela. The Authorised Biography dat Gregory zijn rol als censor had misbruikt door privégegevens van Mandela te publiceren, en Gregory zou ook hebben toegegeven enige vrijheid in zijn beschrijvingen te hebben gebruikt. Mandela zelf heeft gezegd dat Gregory had ‘gehallucineerd’, en hoewel hij werd aangespoord om gerechtelijke stappen te ondernemen nam hij uiteindelijk genoegen met het feit dat het gevangeniswezen afstand deed van het boek.

Peinzende blik

~

Op zich hoeft dit een goede film niet in weg te staan, maar helaas is dat regisseur Bille August (Pelle the Conqueror, The House of Spirits) niet gelukt. Zuid-Afrika ziet er fantastisch uit, maar de film raakt je nergens emotioneel en dan is een speelduur van twee uur wel erg aan de lange kant. Het doet allemaal heel erg braaf aan, om niet te zeggen saai, en wordt geplaagd door wel heel erg uitleggerige dialogen.

Joseph Fiennes verwart – niet voor de eerste keer in zijn carrière – een peinzende blik met emotionele diepgang, en ook zijn constante gebruik van het woordje ‘ach’ gaat irriteren. Dennis Haysbert heeft fysiek en stemmatig een overwicht die past bij een rol als deze. Hij doet bovendien niet overdreven zijn best om een perfecte imitatie van Mandela te geven, en dat werkt eigenlijk het beste. Maar aan hem kleeft ook onlosmakelijk zijn rol als president Palmer in de serie 24, waardoor je je soms onbewust afvraagt waar Jack Bauer is als je hem nodig hebt. Ook het fysieke ouder worden van de hoofdrolspelers is verre van overtuigend. Fiennes krijgt een foute snor opgeplakt, terwijl het lijkt alsof er bij Haysbert plukjes watten in het haar zijn gedaan om hem grijzer te laten lijken.

Toegegeven, als kijker krijg je aardig wat te weten over de recente geschiedenis van Zuid-Afrika. Het is alleen jammer dat het gebeurt aan de hand van een emotioneel lege film, gebaseerd op een dubieuze bron. Leuk als ‘Waargebeurd Verhaal’ op RTL, maar niet meer dan dat.

Film / Films

Pompende adrenaline

recensie: Crank

.

~

Zonder introductie zien we huurmoordenaar Chev Chelios (Jason Statham) wakker worden met een bijzonder soort Chinees gif in zijn aders, ingespoten door zijn aartsrivaal Verona. Voor dit goedje bestaat geen tegengif, en de effecten ervan kunnen alleen geremd worden door een hoog niveau adrenaline. Ten dode opgeschreven gaat hij op zoek naar zijn moordenaars, terwijl hij lang genoeg probeert te overleven.

Chev moet de meest waanzinnige dingen uithalen om zijn adrenaline te laten pompen. Dat leidt tot geweldige taferelen, zoals uitgelokte vechtpartijen, overvallen, verschillende soorten drugs, een wanhopige zoektocht naar epineferine in het ziekenhuis, met een grote snelheid over de weg scheuren en een potje seks midden in Chinatown.

Enorme korrel zout

Jason Statham (Snatch, Lock, Stock and Two Smoking Barrels) is als vanouds goed op dreef als sympathieke crimineel en Amy Smart doet het leuk als zijn mutserige, niet echt meewerkende vriendin Eve, terwijl Chev haar ook nog uit de handen van zijn vijanden moet proberen te houden. De stereotype louche onderwereldtypes waar Chev constant mee te maken krijgt zijn ook zeer amusant. Deze film dient met een gigantische korrel zout genomen te worden; de geloofwaardigheid is ver te zoeken en de meligheid en zwarte humor voeren de boventoon. Voor diegenen die zinloos geweld schuwen is dit al helemaal geen aanrader.

~

Door het gebruik van vliegensvlugge shots en montage ziet de film er lekker arty uit. Deze vorm van montage komt overigens wel wat bekend voor; het gebruik van splitscreens, stills en versnellingen zijn allang geen nieuwigheid meer. Wel voelt de film aan als een frisse uitschieter in het vrijwel doodgebloede actiegenre en blijft, op het laatste grote vuurgevecht na, bespaard van de bekende eindclichés.

Ook hebben de regisseurs een goed gevoel voor subtiele verwijzingen: de ringtone van Chevs telefoon past perfect in het thema van de film en op subtiele wijze wordt er tussen neus en lippen door gespot met de Amerikaanse angst voor terrorisme. Maar het sterkste punt van Crank blijft toch het tempo, dat simpelweg duizelingwekkend is. In combinatie met de opeenvolging van komische situaties levert dit een heerlijk luchtig verteerbare film op, die geen minuut te lang duurt.

Film / Achtergrond
special: Op de set van multicultureel Amsterdam

‘Film is voor eeuwig’

Niets maakt zoveel tongen los als de multiculturele samenleving. We zijn allemaal van elkaar afhankelijk, maar niemand heeft controle over wat de ander doet en denkt. Ook Amsterdam, de debuutfilm van toneelregisseur Ivo van Hove, brengt mensen uit verschillende culturen bij elkaar. In de film, als een illegale Marokkaan kennis maakt met Nederlandse zwervers en Duitse en Amerikaanse toeristen. Maar ook op de set, als Marokkaanse Nederlander Mimoun Oaïssa regieaanwijzingen krijgt van Vlaming Van Hove, terwijl Oscar-winnares Marisa Tomei ergens achteraf haar make-up laat doen. 8WEEKLY brengt verslag uit over het maken van een mozaïekfilm.

Achter in een conferentiezaaltje op de eerste verdieping staan crew-leden een kopje koffie te drinken. Daarstraks filmden ze in een hotel in een ander deel van de stad, en nu, aan het einde van de middag, wachten ze hier op de laatste scène van de dag. De set wordt nog opgebouwd, om de hoek. Mimoun Oaïssa zit voor een enorm raam en kijkt naar de mensen op straat die op een zonnige zaterdag door het centrum van Amsterdam wandelen.

<i>Foto: Jan Versweyfeld</i>

Stedelijke jungle

In 2001 zette Oaïssa een succesvolle theatercarrière in de koelkast. Hij wilde een interessante filmrol, en omdat die er zo weinig waren voor Marrokanen ontwikkelde hij samen met regisseur Albert Ter Heerdt Shouf Shouf Habibi. Toen Shouf Shouf uitkwam in 2004 stond Oaïssa meteen op de kaart als filmacteur. “Maar voor Shouf Shouf, Kicks, en Het Schnitzelparadijs, was ook nog een andere reden”, zegt hij. “Ik vind dat je je als acteur ook tot het maatschappelijke moet verhouden.” Dat geëngageerde kantje heeft Amsterdam ook, maar het is een veel serieuzere film dan Kicks of Het Schnitzelparadijs. “In Amsterdam zijn alle personages in contact met hun driften, de dierlijke kant. En dat geplaatst in de stedelijke jungle, dat kan volgens mij heel mooi werken.”

In Shouf Shouf en Kicks speelde Oaïssa ook wel jongens die iets moeten maken van hun leven, maar dit is anders: “Mijn personage, Khaled, is een echte buitenstaander, een illegaal die hogerop wil komen en trouwplannen heeft. Een illegaal wordt letterlijk en figuurlijk buitengesloten. Dan moet je overleven, hè. Je moet je aanpassen aan de situatie. Khaled wordt een kameleon. Al die verschillende mensen, een wervelstorm van contacten. Er zijn kansen en mogelijkheden, alles is in beweging. Hij wordt gezocht door zijn broertje. Hij ontmoet een lower class Hollands gezin. Een Frans homoseksueel stel. Twee Amerikanen, gespeeld door Marisa Tomei en Omar Metwally. Al die verschillende werelden komen bij elkaar in Amsterdam.”

<i>Foto: Jan Versweyfeld</i>

Luxe positie

Khaleds dierlijke kant komt naar boven als zijn huwelijksplannen worden gedwarsboomd. “Een dubbele klap”, zegt Oaïssa. “Niet alleen omdat dat de trouwerij niet doorgaat, maar Roos, zijn vriendin, is ook nog verliefd op een ander. Zijn hele leven ligt in duigen. Als ik zoiets moet spelen, sluit ik me voor iedereen af. In Nederland is het heel normaal dat je tussen de figuranten staat te wachten tot je mag opdraven, maar voor een intensieve scène moet je je goed kunnen voorbereiden. Ook geen fotografen of journalisten. Je kan er niet zomaar, hop, induiken. Tenminste: als je de scène intens wil maken. En daar is het ons natuurlijk om te doen. Waarom zou je naar de film gaan als het personage je niks kan schelen, nietwaar?” Het spelen in films bevalt Oaïssa goed, maar het theater begint toch ook weer te lonken. “Ik vond theater heel fijn. Ik heb altijd in een luxe positie gezeten: bij Toneelgroep Amsterdam, Het Zuidelijk Toneel. En nu – ik heb toneel gedaan, ik heb film gedaan – nu pas begin ik echt de ruimte te zien die nog open ligt. Er is nog zoveel gebied om te verkennen. Dat probeer ik nu allemaal een beetje uit te zoeken. Ik volg ook weer acteerlessen in Engeland. En na het ontwikkelen van Shouf Shouf – de film én de serie – wil ik misschien ook wel gaan schrijven.”

Maar eerst de scène van vanmiddag. Als het tenminste niet gaat regenen. “Als het regent, valt alles stil. Als het niet regent, ontvreemd ik vanmiddag op wederrechtelijke wijze de videocamera van Marisa Tomei, hahaha.” Aan de laatste scène zijn we vooralsnog niet toe; de set is nog niet klaar, en Van Hove is er nog niet. Het interview met de regisseur laat nog even op zich wachten, en iemand stelt voor dat ik de tijd wel kan doorbrengen met figureren. Daar even tekenen, kopietje van het paspoort. “De anderen zitten in de lounge.” En dat is dat: ik ben figurant.

Om het gebrek aan journalistieke onafhankelijkheid te compenseren, begin ik in de hotellobby de andere figuranten te observeren. Met z’n tienen bezetten ze de hele rechterzijde van de lounge, gezeten in lederen fauteuils rond glazen salontafeltjes. Twee meisjes in glittertruitjes hebben de benen over elkaar geslagen. Vier tieners lurken uitgelaten aan een fles rosé. Twee dames van middelbare leeftijd keuvelen wat met elkaar. Volgens het cliché bestaat filmen voor negentig procent uit wachten. Mevrouw A (rose trui, bril zonder fratsen) en mevrouw B (blonde coupe, gouden halssieraad, bescheiden decolleté) weten daar alles van. Ze figureren al jaren, in allerhande producties. “Soms sta je van acht tot acht op de set,” zegt mevrouw A. “Voor één loopje van dertig seconden zit je uren te wachten!” Mevrouw B valt haar bij. “Je bent twaalf uur in touw voor 35 piek. Of je filmt in leegstaande gebouwen. Dan is er helemaal niks. De toiletten zijn niet schoon, er is nog net stromend water, maar bijvoorbeeld geen zeep, geen handdoek, niets. Nee, op den duur ben je gepokt en gemazeld.”

<i>Foto: Jan Versweyfeld</i>

Ocean’s Twelve

“Wij moeten vaak afzien,” beaamt mevrouw A. “Mijn man verklaart me voor gek. Maar ik vind het leuk. Je komt op de gekste plekken. De ene keer zit je in een rondvaartboot, dan in een kasteel. Of bij Baantjer, dan zit je in een café in de Jordaan. Piet Römer, en hoe heet die jongen, Vledder, die zitten er gewoon bij. Heel sympathiek. Baantjer is echt een leuke serie.” Normaal televisie kijken is er niet meer bij. Mevrouw A kijkt alleen maar naar de achtergrond. “Of ik misschien bekenden zie. Drie jaar geleden deed ik mee aan Oceans Twelve, met Matt Damon, George Clooney en Brad Pitt. De heren liepen achter mij langs – ik stond bij zo’n klein winkeltje aan de Heiligeweg, hier achter. De halve stad werd afgezet, en ze lopen achter mij langs! Dat is gewoon kicken, dat je in zo’n film zit.”

We worden opgehaald door de man die verantwoordelijk is voor de figuranten. In ganzenpas lopen we achter hem aan naar buiten: daar worden de verzamelde aanwezigen verdeeld over een bloemenkraampje. Hier een Duitse toeriste, in de hoek een jongen met foto-camera. Mevrouw A herkent een collega-figurante in de vele omstanders die een filmset-op-lokatie altijd trekt: “Die mevrouw daar, met dat groene hesje.” Ondertussen repeteren Mimoun Oaïssa, Marisa Tomei (met een enorme zonnebril) en Omar Metwally de scène met regisseur Ivo van Hove. Is dat dezelfde Oaïssa die we net spraken? Als je hem opeens niet meer kan benaderen, lijkt hij veel meer op de man die je kent van televisie. Ivo van Hove heeft uit de verte wel wat weg van Vlaams mode-ontwerper Raf Simons, met een licht postuur, het bruine haar piekfijn geknipt, eenvoudig maar zorgvuldig gekleed.

“Ja, Mimoun – nu!” Mimoun Oaïssa rent langs en grist een videocamera uit de handen van Marisa Tomei. “John…! John!”, krijst ze. “What, Donna? Come on, you know I hate sports,” reageert Metwally gespeeld koeltjes – wat een aardige indruk geeft van de relatie van het filmkoppel.
Zodra er cut is geroepen, komen de figuranten weer op gang. “Regel één”, sist mevrouw A me toe vanachter delfts blauw molentjes, “onthoud je eerste positie! En nooit in de camera kijken!” De dames beginnen opnieuw ervaringen uit te wisselen. “Laatst, die Koreaanse film, dat was spannend. Daar werd enorm in geschoten!” Mevrouw B knikt enigszins beteuterd. “Maar die zullen wij hier wel nooit te zien krijgen. Die draait vast alleen in Korea!”

Een paar takes later staat alles erop. De mevrouw in het groene hesje neemt foto’s van Oaïssa. Van Hove schudt een paar handen en loopt al naar zijn auto. Heeft hij nog tijd voor een kort interview? “Bel me maar even.” Morgenochtend? “Nee nu, straks – in de auto.” Hij holt weg.

<i>Foto: Paul Boon</i>
Foto: Paul Boon

Filmfreak

Van Hove regisseert al sinds 1981. Voor theatervoorstellingen reisde hij de hele wereld over, hij deed televisie, was een tijdlang directeur van het Holland Festival, draaide zijn hand niet om voor opera. (In 2007 nog Wagners Die Walküre). “In mijn jeugd keek ik zeer veel en zeer graag films, ik was een echte filmfreak. Toch heb ik het regisseren van een film zolang mogelijk uitgesteld. Het heeft ook heel lang geduurd voordat ik opera ging regisseren. Tot ik dacht dat ik er klaar voor was. Een regisseur wil nu eenmaal graag zeker weten dat hij een project aan kan, en nu heb ik het gevoel dat de tijd rijp is. Toen Jeroen Planting aan kwam zetten met het scenario heb ik direct ‘ja’ gezegd. Vervolgens ben ik met de cameraman om de tafel gaan zitten voor de decoupáge: je loopt de scènes door, bedenkt hoe je dat het beste in beeld kan brengen. Er kan altijd wel wat veranderen op de set, maar het grootste gedeelte van de montage bepaal ik van tevoren.”

Zo’n manier van werken verschilt sterk van theater maken. Maar Van Hove klinkt alsof hij niets anders meer wil: “Wat me vooral bevalt aan films maken, is dat je veel meer controle hebt dan bij een toneelstuk. Theater bestaat alleen op die ene avond. De ene keer is het zo, de andere keer zus. Terwijl een film – die wordt gemaakt in de montagekamer. Op de set vraag ik de acteurs om een specifieke intensiteit, die nemen we op, en die is dan altijd dezelfde. Film is voor eeuwig.”

Toen de Vlaming nog directeur was van het Holland Festival verdeelde hij (in een interview met Het Parool) eens het Nederlands cultureel klimaat in twee gebieden: Mondriaan of Turks Fruit. Mondriaan stond voor “de klare lijn”, en Turks Fruit voor onze obsessie met “de gore kant van de schoonheid”. Welke traditie heeft Amsterdam het meest beïnvloed? “Deze film heeft van beiden wat: iets zeer estethisch, maar ook vieze dingen, de onderkant van de maatschappij. Amsterdam krijgt een soort dirty esthetiek.”

Film / Films

Aanklacht na Katrina

recensie: When the Levees Broke

.

De trompettist is niet zo maar een jazzmuzikant die bereid was te figureren in een tranentrekkend shot. Het is Terence Blanchard, de vaste componist van de films van Spike Lee. Blanchard is geboren en getogen in New Orleans en hij is ook persoonlijk getroffen door de orkaan. Een paar maanden na de overstromingen bezoekt hij voor het eerst met zijn moeder het ouderlijk huis. “Wat is dat?”, jammert de bejaarde vrouw als ze zich een weg banen door de gang. “Dat is je porseleinkast,” antwoordt Blanchard. “Dat kan niet, die staat in de woonkamer!”

Ooggetuigen

~

Dit relaas van nog relatief klein leed is een van de vele ooggetuigenverslagen die Spike Lee heeft vastgelegd in zijn vier uur durende film. Ontroerend is bijvoorbeeld de oude man die zijn hele leven hard heeft gewerkt om een eigen huis te kunnen bouwen dat hij nu verwoest ziet. Hartverscheurend het verhaal van een jonge vrouw die haar dochtertje zag verdwijnen in de vloed. Vol zwarte humor de vrouw die bij terugkomst haar huis niet kon vinden, omdat het naar de overkant van de straat bleek te zijn gedreven: “Nu kan de overbuurman tenminste niet meer klagen dat ik hem nooit iets geef!”

In vier bedrijven neemt Lee ons mee terug in de tijd. Van het naderend onheil en de evacuaties via de gigantische storm en de overstromingen zelf tot de terugkeer van de vluchtelingen en de voorzichtige wederopbouw. Beelden van nieuwszenders worden afgewisseld met eigen beelden en pratende hoofden. Vele gewone inwoners van New Orleans, blank en zwart, arm en rijk, zijn geïnterviewd. Daarnaast komen journalisten, hulpverleners, waterbeheerders en bekende Amerikanen als burgemeester Nagin en dominee Sharpton aan het woord.

Aanklacht

Gaandeweg verandert When the Levees Broke van een indrukwekkend verslag van een majeure ramp in een keiharde aanklacht. Waarom waren de dijken zo zwak, en waarom kunnen een paar miljoen Nederlanders hun land wél beschermen (bij een werkbezoek van ingenieurs aan de Deltawerken gloeide mijn chauvinistische hart even op, de recente apocalyptische Journaalverslagen van Lex Runderkamp even vergetend)? En waarom kwam de hulpverlening zo traag op gang, terwijl de Amerikanen er na de tsunami in Azië als de kippen bij waren? Heeft dit alles te maken met het grote aantal arme zwarten dat in de laaggelegen gebieden woonde? Waarom werden de evacués over de hele natie verspreid en worden zij nauwelijks gestimuleerd om terug te keren en hun huizen weer op te bouwen? En natuurlijk die altijd weer terugkerende vraag: waar was president Bush?

~

Spike Lee, die zijn boosheid in zijn speelfilms nooit onder stoelen of banken heeft gestoken, heeft in deze documentaire niet de demagogische trucjes en beeldmanipulaties van Michael Moore nodig om te overtuigen. Door simpelweg de feiten te laten spreken (en zeggen 1600 doden in een welvarend land al niet genoeg?) en mensen aan het woord te laten die huis en haard verloren hebben. Let vooral op inwoonster Phyllis Montana LeBlanc, hét bewijs dat boze mensen erg grappig kunnen zijn.

Een hele zit

Blijft over de vraag of het niet allemaal wat korter had gekund. Vier aktes in vier uur tijd, tientallen geïnterviewden, bijkans elke straat van New Orleans lijkt gefilmd, is dat niet wat veel van het goede? Het antwoord is nee. Het is een hele zit, maar ik had geen beeld, geen persoon, geen verhaal willen missen. Dat Spike Lee al heel wat scènes had verwijderd uit het originele materiaal, blijkt uit het vijfde bedrijf dat aan de dvd is toegevoegd. De nog eens 97 minuten met nieuwe uitspraken van oude bekenden is wel degelijk overbodig. Om nog maar te zwijgen van het audiocommentaar.

Boeken / Non-fictie

Controversieel, maar broodnodig

recensie: Taner Akçam (vert. Gerrit Jan Zwier en Djuke Zwier-Houweling) - De Armeense Genocide: een reconstructie

.

De ‘Armeense kwestie’ gaat over de vraag wat er in de jaren 1915-1916 gebeurde met de Armeense bevolking van het uiteenvallende Ottomaanse rijk. De officiële Turkse lezing van deze dramatische gebeurtenis stelt dat de massamoord op de Armeniërs een bijproduct is van de Eerste Wereldoorlog. Maar die zienswijze wordt sterk bekritiseerd, steeds meer ook in Turkije. Zo moest de Turks-Armeense journalist Hrant Dink het gebruik van het woord genocide met zijn leven bekopen. Orhan Pamuk is voor zijn uitspraken omtrent dit gevoelige thema enige tijd ondergedoken geweest in het buitenland. Ook voor Taner Akçam is het leven niet eenvoudiger geworden sinds de publicatie van zijn boek. Na enkele doodsbedreigingen heeft hij zich onder extra bewaking moeten stellen. Zelfs Nederlandse politici van Turkse komaf moeten op eieren lopen, zo bleek bij de laatste verkiezingen voor de Tweede Kamer. Wat maakt die kwestie toch zo controversieel?

Minutieus te werk

Daarvoor moeten eerst de feiten op tafel komen. Taner Akçam is gaan graven in de Turkse archieven over dit onderwerp. Hij ontrafelt het spoor van de gebeurtenissen van 1915-1916 aan de hand van verslagen van Turkse parlementsbijeenkomsten, rechtszaken, krantenartikelen uit die tijd en herinneringen van diverse betrokkenen. Dat is meteen het sterkste punt van het boek. Akçam, die politiek asiel heeft gekregen in Duitsland, is een van de eerste Turkse historici die juist deze bronnen gebruikt om voorbij die uitwassen van de Turks-nationalistische ontkenning te geraken. Door minutieus te werk te gaan en allerlei bronnen te citeren, valt Akçam niet in de valkuilen van deze gevoelige discussie.

Taner Akçam
Taner Akçam

Akçam komt tot de conclusie dat de gebeurtenissen van 1915-1916 niet zo maar uit de lucht komen vallen, maar het resultaat zijn van binnenlandse en buitenlandse factoren. Het Ottomaanse rijk strekte zich in zijn hoogtijdagen uit van de Balkan tot aan het Midden-Oosten. Dat rijk was echter aan het krimpen; een proces dat al meer aan dan een eeuw bezig was. De Turken waren binnen dit Rijk de dominante en bevoorrechte bevolkingsgroep. Eeuwenlang konden moslims en christenen weliswaar met elkaar samenleven, maar altijd met dien verstande dat christenen tweederangs burgers waren. Doordat de Turkse positie onder druk kwam te staan en hun grondgebied op dramatische wijze was geslonken, voelden de Turken zich bedreigd. Deze angstgevoelens werden ook aangewakkerd door de buitenlandse mogendheden. Engeland, Frankrijk en Rusland, allen landen met christelijke bevolkingen, vergrootten de tegenstellingen tussen de verschillende bevolkingsgroepen in het Ottomaanse rijk. De Armeniërs, een overwegend christelijke bevolkingsgroep, werden van deze ontwikkeling het slachtoffer. Uit angst voor een eventuele versterking van de macht van de Armeniërs begingen de islamitische Ottomanen enkele anti-Armeense pogroms.

Ook van binnenuit

Naast deze buitenlandse inmenging was er ook een binnenlandse machtstrijd gaande. In 1908 werd de constitutionele monarchie en gelijke rechten voor alle onderdanen hersteld. In die tijd kwam de Partij voor Eenheid en Vooruitgang (PEV) aan de macht; een partij die aanvankelijk liberale ideeën nastreefde. In 1913 pleegde de extremistische vleugel van deze partij een staatsgreep, waardoor aanhangers van het idee een homogene Turkse natie te vormen de partij ging domineren. Alle Turken tussen de Bosporus en Centraal Azië moesten zich verenigingen onder de Turkse vlag. De Armeniërs werden hierbij als een belemmering beschouwd.

Dan is begin 1915. Het Ottomaanse rijk zit enorm in de knel. Aan beide kanten van het Rijk leden ze gevoelige verliezen. Het besluit tot de massale deportatie van de Armeniërs om zodoende een etnisch-homogene natiestaat te creëren werden in die omstandigheden genomen. Het moest een definitieve oplossing van de Armeense kwestie opleveren. De beslissing werd echter wel in het geheim genomen. Het Turkse leger was er niet bij betrokken. De uitvoering lag in handen van de Speciale Organisatie dat onder rechtstreeks gezag van de PEV stond. De plaatselijke bevolking werd medeplichtig gemaakt aan plundering op straffe van ophanging.

Nationale helden

Pas aan het einde van de Eerste Wereldoorlog wordt de omvang van de misdaden duidelijk. Hoewel Akçam geen juridisch bewijs van genocide heeft kunnen vinden – de besluiten werden immers in het geheim genomen – toont zijn werk hoe de overduidelijke veronachtzaming van de toenmalige autoriteiten voor de Armeense bevolkinggroep heeft kunnen leiden tot een dergelijke massale vernietiging. Hij verklaart eveneens waarom het huidige Turkije zo gepikeerd reageert op aantijgingen van genocide. Vele daders van de volkerenmoord speelden later een rol bij de Turkse onafhankelijkheidsoorlog. Een staat die nog zo jong is vindt het moeilijk zijn helden van het voetstuk te stoten.

De gevolgen van de gebeurtenissen hebben tot op de dag van vandaag hun repercussies. De Armeense kwestie blijft nog steeds een splijtzwam tussen de Europese Unie en Turkije. Ook in Nederland blijft het een moeilijke zaak. Om die reden is het belangrijk dat dit taboedoorbrekende boek verschenen is: het geeft inzicht in de kwestie en biedt nuance om over dit onderwerp vrijuit te kunnen discussiëren.

8WEEKLY

Numoon Lab TV

Artikel: Experiment op internet en televisie

8WEEKLY moedigt vanzelfsprekend experiment in nieuwe muziek-, beeld- en kunststromingen aan. Met name als dat experiment ook nog eens op originele en bijzonder toegankelijke wijze wordt gepresenteerd. Vandaar dat 8WEEKLY Numoon Lab TV graag ondersteunt met wat extra aandacht.

Numoon Lab TV is een multimediaal platform dat op ongeveer dezelfde manier werkt als het muziekprogramma Later With Jools (Holland) van de BBC. In vier opnamesessies komen tientallen interessante bekende en minder bekende artiesten aan bod in een televisieprogramma dat wordt uitgezonden door NPS Cultura (online), TV Rijnmond, TV West en AT5.

~

De organisatie karakteriseert het concept als volgt: “Centraal staat het stimuleren, produceren en registreren van onverwachte multimediale ontmoetingen. Een avontuurlijke mix van de meest uiteenlopende muziekstromingen en culturen (nu-jazz, soul, funk, electronische muziek, minimal, alternative hiphop, wereldmuziek) in combinatie met beeld (film, video, animatie), spoken word, dans, architectuur, installaties en live-painting. Het concept is uitgebreid beproefd tijdens de Numoon Laboratory Sessions“.

Numoon Lab TV bevat onder meer solo-optredens, diverse interviews, clip-, video- en filmbesprekingen en instant composing experimenten in samenwerking met The Numoon Orchestra. De gasten worden aan tafel ontvangen en geïntroduceerd door musicius en muziekjournalist Mark Ritsema en radiojournaliste (FunX) en spoken word artieste Shay Kreuger. De interviews krijgen de vorm van een performance met achtergrondmuziek en beeld op basis van samples uit het werk van de gast. Muzikale gasten zullen live en/of acapella aan tafel een fragment van eigen werk laten zien/horen.

De eerste opname vindt plaats op dinsdag 11 september in Lantaren Venster, Rotterdam – aanvang 20.00 uur en toegang gratis (reserveren via 010 277 2277). De uitzending is op vrijdag 14 september te zien bij NPS Cultura en op 15 september om 00.00 uur bij TV Rijnmond, TV West en AT5.

De onderwerpen op 11 september zijn:
Motion graphics by Tom Push (Jaap Drupsteen)
“10 years Robodock Festival”, presented by Maik ter Veer (founder)
Special dream car presentation by Olaf Mooij
Sabrina Starke, presenting her new single
2move Dancecompany
Senegalese singer Omar Ka about “the african roots of hip hop”
The Soul (pierce lohman) plays The Hang

Deze gasten worden bijgestaan door The Numoon Orchestra bestaand uit:
Joost Kroon (drums, New Cool Collective)
Silvano Matadin (bass, Urban Dance Squad)
Arthur Flink (trumpet, State Of Monc)
Ronald Kool (keys, Anouk)
Hielke Praagman (electronics, State Of Monc)
Hanyo van Oosterom (piano, guitars, percussion)
Oscar Petersen (guitars)
Colonel Red (vocals & poetry)

De volgende opnamen zijn op 9 oktober, 12 november en 27 november