Film / Films

Een goed jaar voor Woody Allen

recensie: Blue Jasmine

Sinds 1982 brengt Woody Allen jaarlijks een film uit. Je kan de klok erop gelijk zetten. En dit jaar is een goed jaar.

Jasmine (Cate Blanchett) is gelukkig en heeft alles wat haar stenen hartje begeert. Ze leeft een luxueus leven, wordt verwend door manlief Hal (Alec Baldwin) en doodt de dagen met hangen in het zwembad onder het genot van een cocktail. Werken doet ze niet, neerkijken op het gepeupel wel.

Hal blijkt echter niet zo’n toffe vent als hij doet voorkomen. Zijn gladde praatjes verdoezelen veel, maar wanneer de FBI hem oppakt voor grootschalige zwendelpraktijken, moet Jasmine van het ene op het andere moment op eigen benen staan. En daar is ze niet zo goed in. Ze wordt gedwongen bij haar zus Ginger (Sally Hawkins) in te trekken, een persoon die Jasmine nog niet zo lang onder het kopje ‘gepeupel’ schaarde. Dat Hal het vermogen van Ginger en haar toenmalige man Augie (Andrew Dice Clay) heeft doen verdampen met zijn malafide investeringen is voor Jasmine geen issue, maar daar denken anderen anders over.

Familiedrama’s en affaires

~

Het omvangrijke oeuvre van Woody Allen kenmerkt zich door familiedrama’s in alle soorten en maten. Vaak zijn het affaires die ten grondslag liggen aan het drama. De films blijven echter luchtig en vervallen zelden in louter doffe ellende. De mix van humor en drama – beide aspecten komen in Allens goede films volledig tot hun recht – is wederom op prachtige wijze aanwezig in Blue Jasmine, absoluut een van zijn betere films.

Blue Jasmine draait volledig om Jasmine. Andere castleden vervullen (vaak komische) bijrollen en kennen, afgezien van de naïeve Ginger, geen subplots. Waar vaak in voorgaande films allerlei verhalen door elkaar heen lopen, kiest Woody Allen dit keer bewust voor een hoofdpersoon met een verhaal. Het feit dat Cate Blanchett gecast is als Jasmine is goud.

Cate Blanchett steelt de show

Cate Blanchett zet een machtige rol neer als neerbuigende, egoïstische en neurotische ‘trophy wife‘. Ze houdt niet op met praten over Hal (‘Hal always used to…’) en zelfs wanneer er niemand in de buurt is praat ze hardop in zichzelf. Jasmine zoekt haar toevlucht in leugens, glazen sterke drank en luxeartikelen, maar wordt snel gedwongen te werken. In aanraking met de alledaagse realiteit komt ze echter nooit, daarvoor heeft ze te lang in weelde geleefd en is haar werkelijkheid te bekrompen.

~

Tot aan het einde toe blijft Jasmine boeien. Dat is knap, want van een aimabel karakter is weinig sprake. Cate Blanchett speelt echter zo fascinerend en naturel, dat je met haar te doen hebt. Ook opvallend is dat hoe slecht Jasmine er ook aan toe is, ze altijd een bepaalde aantrekkingskracht blijft houden in haar mantelpakjes van Chanel en met tasjes van Vuitton. Cate Blanchett is zelfs mooi als ze een emotioneel wrak is. Het is maar weinigen gegeven.

Naast Cate Blanchett valt er te genieten van het niet-chronologisch vertelde verhaal en de mooie, melancholische muziekjes zoals Blue Moon, het liedje dat Jasmine op het lijf geschreven is. Woody Allen levert dit jaar een klein meesterwerkje af, net zoals hij dat twee jaar geleden ook al deed met Midnight in Paris. Momenteel filmt hij zijn film voor 2014, al zal dit jaar overtreffen nog een hele opgave zijn.

Boeken / Fictie

Grillig boek over grillig Milaan

recensie: Giorgio Faletti (vert. Marieke van Laake) - De vrouwenverkoper

Bravo probeert als pooier in Milaan zijn hoofd boven water te houden. Wanneer er een bloedbad plaatsvindt op een seksfeestje van een vooraanstaand politicus, valt de verdenking op hem. Dan blijkt dat hij niemand kan vertrouwen en op zoek moet naar de waarheid.

Vanaf de eerste bladzijde windt Giorgio Faletti er geen doekjes om. Het karakter Bravo, vanuit wiens perspectief het verhaal wordt verteld, introduceert zichzelf als volgt: ‘Ik heet Bravo en ik heb geen lul.’ Zo eerlijk en direct wordt Faletti hierna niet meer, want wat volgt is een onnavolgbaar, duister verhaal over de Milanese onderwereld.

Bravo is een succesvolle pooier, die zijn meisjes aan de rijke bovenklasse van Italië prostitueert. Hij heeft een aantal kennissen maar geen echte vrienden. Met zijn blinde overbuurman Lucio komt hij nog het dichtst in de buurt van vriendschap: elke dag dagen ze elkaar uit met het oplossen van cryptogrammen.

Bunga bunga

Wanneer Bravo een nieuw meisje onder zijn hoede neemt, lijkt dat een goede zet; Carla valt erg in de smaak bij de klanten. Maar de ochtend na het bloedbad tijdens het seksfeestje – de link naar de bunga bunga-feestjes van Berlusconi is snel gelegd – blijken alle aanwezigen gedood. Behalve Carla, zij is spoorloos.

De band tussen Bravo en vrouwen is bijzonder omschreven: vanwege een verboden relatie is hem zijn penis afgesneden. Dat hij seksueel nooit meer kan presteren weerhoudt hem er niet van zijn inkomen met vrouwen te verdienen. Zij blijven een belangrijke rol spelen in zijn leven. Naarmate het boek vordert wordt meer en meer uit de doeken gedaan over de gebeurtenissen die hem, letterlijk, hebben gevormd tot de man die hij nu is.

Desondanks is het moeilijk om grip te krijgen op het verhaal. Gebeurtenissen volgen elkaar in willekeurige volgorde op, waardoor je als lezer steeds weer moet opstarten. Dit haalt het ritme uit het boek en maakt het een cryptogram die je – net als Bravo en zijn overbuurman – moet oplossen. Het is een spannend verhaal, maar verliest zijn kracht omdat het op een te onduidelijke wijze wordt verteld.

Gebrek aan keuze

Dit is niet het eerste boek van Faletti; hij schreef eerder Ik dood en Ik ben God, die goed werden ontvangen. Het zijn zelfs bestsellers in Italië en worden mogelijk verfilmd. Faletti is echter niet alleen schrijver maar ook autocoureur, acteur, advocaat en reclameman. Het lijkt of hij teveel tegelijk wil, wat zijn weerslag vindt in De vrouwenverkoper. Faletti kan geen keuze maken in vertelwijze en flitst heen en weer tussen chronologie en in flashbacks, waardoor de samenhang ontbreekt. Bovendien worden de terugblikken slecht ingeleid.

De vrouwenverkoper is een goed verhaal, maar mist doortastendheid van de schrijver om het goed te vertellen.

Muziek / Achtergrond
special:

Lowlands 2013: de zondag

.


De kater wordt achtergelaten op de camping, en hoewel het rond een uurtje of één minder druk is dan op dezelfde tijd een dag eerder, loopt het terrein toch al aardig vol. Voor de echte vroege vogels is er in de ochtend al Tai Chi in de Lima, maar de meeste spieren worden pas een paar uur later warm gemaakt in de X-Ray. De energieke electropop van het in Stockholm gevestigde Kate Boy galmt uit de bunker. Met beatklappers als ‘Northern Lights’ en ‘In Your Eyes’ weten ze menig Lowlandsbezoeker uit hun brakke roes te halen. Hoewel Kate Boy ook niet op een wat later tijdstip had misstaan, krijgen ze de X-Ray flink aan het dansen op het toch nog vroege tijdstip.

Wegdromen met Kodaline, Mt. Wolf en Bonobo
In de Grolsch staan vlak na Kate Boy de mannen van Kodaline. Hoewel de slaap er net een beetje uitgedanst is, komt deze een beetje terug in de Grolsch. Niet dat de show slecht is, absoluut niet, maar de lieflijke songs met romantische teksten slaan nog niet echt aan in de halfvolle tent. Kodaline maakt prima muziek om nog even bij weg te dromen.

Mt. Wolf

Mt. Wolf

Dit geldt ook voor de droomfolk van Mt. Wolf in de X-Ray, de vervanger voor XXYYXX. Met gemakkelijke psychedelische elektronica en de sprookjesachtige stem van zangeres Kate Sproule brengt dit Engelse viertal de nogal weinige aanwezigen in vervoering. Vooral het nummer ‘Cry Wolf’ doet het goed. Omdat niet alles helemaal goed gaat (het geluid van de microfoon valt enkele keren weg) valt het op dat de leden van Mt. Wolf (nog) niet helemaal op elkaar ingespeeld zijn. Hoewel het hier en daar niet professioneel overkomt, is Mt. Wolf zeker een bandje met potentie.

Onderweg naar de Grolsch voor niemand minder dan Bonobo zien we bezoekers zichzelf inchecken bij een oranje paal van bedrijf Nedap met een speciaal Nedap polsbandje. Het Nederlandse bedrijf heeft zich dit jaar gevestigd op het festival met een speciaal doel: de mogelijkheid om door middel van een polsbandje met chip je vrienden terug te vinden op het festival. Hoewel de polsbandjes binnen no time op waren, zijn er veel bezoekers met een oranje bandje naast hun Lowlandspolsbandje. Ook bij Bonobo hebben tientallen bezoekers zich ingecheckt. De set van Bonobo met zang van Szjerdene moet er flink in komen. De meeste bezoekers wiegen nog net niet hun heupen op de dromerige dance van de Britse producer en zijn al gauw afgeleid van waar het eigenlijk om draait dat moment. De wat meer ritmische nummers slaan overduidelijk meer aan dan de rustige, experimentele dance.

Gitaarmuziek
Omdat de ogen toch echt open gehouden moeten worden, wordt de weg vervolgd naar een van de uiterste puntjes van het terrein: de Charlie. Hier staan de mannen van de Schotse indierock band Frightened Rabbit. De Charlie barst bijna uit haar voegen en al gauw blijkt dat deze sfeervolle tent aan het water te klein is voor de Schotten.

Noah and the Whale

Noah and the Whale

Midden in de set wordt er flink gedanst op ‘Old Old Fashioned’ en vol aandacht geluisterd naar ‘My Backwards Walk’ en de band kan hun geluk niet op. Hoewel de zang van Scott Hutchison niet altijd verstaanbaar is, blijft deze band een genot om naar te kijken en te luisteren. De band zal de volgende keer absoluut niet misstaan in een grotere tent, zoals de India. Net als Noah and the Whale zullen zij zeker de tent bijna vol krijgen. Noah and the Whale, die een paar jaar terug nog in de grotere Grolsch (!) stond, opent met een instrumentale versie van ‘Bohemian Rhapsody’ van Queen zonder dat ze daarbij zelf op het podium staan. De lichten en de muziek doen hun werk en mensen zingen enthousiast mee. Wanneer de band hun eerste nummer in zet, valt de karakteristieke stem van zanger Charlie Fink op. Zijn zware stem is perfect voor de lome nummers van de band. De folky popmuziek van de Engelsmannen is verder behoorlijk veilig met hier en daar een paar uitschieters, zoals het hitje ‘L.I.F.E.G.O.E.S.O.N.’ en de cover ‘Digital Love’ van Daft Punk. Kwalitatief zetten ze een goede show neer, maar gezien het dalende enthousiasme van het publiek lijken de gouden tijden van de band in Nederland toch echt een beetje voorbij te zijn.

De laatsten van Lowlands 2013
In de Bravo is het tijd voor een show met grote verwachtingen, die van James Blake. De tent staat afgeladen vol en het is er snikheet, maar iedereen is vol verwachting wanneer de snoeiharde bas van ‘I Never Learnt To Share’ in wordt gezet. De toon voor de rest van de show is gezet. Blake combineert perfecte, interessante elektronica met breekbare vocals en houdt gedurende zijn hele show alle ogen strak op zich gericht. Oké, na ‘Limit to Your Love’ gingen hier en daar wat mensen naar buiten, maar dat mag de pret niet drukken. Magische show.

~

Op het terrein staat richting de Pressbarn een opvallend interactief kunstwerk, ‘De Kop van Poetin’, met een hamer en een heldenmeter er naast. Degene die het hardst kan meppen voor de vrijheid is een superheld. Met op Poetin hameren voor de vrijheid van de medemens laat Lowlands zien achter de actuele acties tegen de controversiële uitspraken van de Russische president te staan. Dat scoort zeker punten. Na een verfrissend biertje in de Pressbarn staat Foals in de Grolsch op het programma, een van de betere indierockbands die geprogrammeerd staan in deze tent. Na een uitzinnig intro laat deze band zien dat ze live nog sterker zijn dan op de plaat. Wat opvalt is dat ze ook een stuk harder rocken, wat een aangename verrassing is. Een van de hoogtepunten is ‘Spanish Sahara’, een nogal rustig nummer dat in een hoogstaand muzikaal orgasme eindigt. Raggende gitaren, toch nog een ingetogen zanger Yannis Philippakis en een meer dan enthousiast publiek. De energieke band bedankt het dansende publiek ‘dat toch al drie dagen aan het feesten is’ en sluit af met het luide ‘Two Steps, Twice’, waarin met een uitgebreide instrumentale outro nogmaals duidelijk wordt gemaakt wat de mannen in huis hebben. Tijdens deze show zijn de beruchte (veel Poolse) festivalgangers die plastic bekers rapen voor het eerst ronduit vervelend. We stonden bijna vooraan en zelfs daar duwen ze je nog net niet aan de kant om met een lichtje op hun hoofd de grond af te struinen naar lege bekers. Foals is absoluut een van de hoogtepunten deze dag, misschien wel van het hele festival.

Bij Franz Ferdinand wordt er in de Alpha lekker verder gerockt. De band maakt meer veilige indierock dan Foals en dat is te zien aan het aantal bezoekers in de Alpha. De tent staat lekker vol en het publiek is klaar om te feesten met de Schotten. De ultieme knaller is, en blijft, het oude vertrouwde ‘Take me Out’. Het enthousiasme van de bandleden steekt het publiek aan om ook na deze hit te blijven dansen. De nieuwe single ‘Love Illumination’ wordt dan ook uiterst goed ontvangen en de avond lijkt voor het merendeel van de aanwezigen niet meer stuk te kunnen. Franz Ferdinand zet een solide en toegankelijke set neer en heeft alles tot in de puntjes uitgedacht. De band geeft door de kracht van de show al een soort afsluitend gevoel van de Alpha op Lowlands 2013, waar toch nog echt Nick Cave & the Bad Seeds moeten optreden.

Met The Knife als afsluiter van de Grolsch tent heeft het festival een interessante naam te pakken. Omdat zij eerder een nogal vreemde show weggaven in Paradiso in Amsterdam waren de verwachtingen nogal verschillend voor de set op Lowlands. Misschien dat de Grolsch daarom juist stampvol staat met belangstellende bezoekers. Hoewel de show wordt geopend, of eigenlijk wordt opgewarmd, door een opvallende mannelijke en schreeuwende verschijning (“Waarom in godsnaam?” staat op veel gezichten gedrukt) valt het optreden in alle opzichten behoorlijk mee. De dansers in de blauwe pakjes zijn zo gek nog niet, de vocals zijn prima en de show zit er in. Het is kwalitatief gezien zeker niet de beste act van Lowlands, ook al zou je dat met zo’n naam in het rijtje van de elektronische programmering misschien wel verwachten, maar interessant is het wel. Misschien is het rumoer rondom hun liveshows juist wel goed voor de act, je weet nooit wat je moet verwachten.

Met nog eerst een paar dansjes in de Hacienda, de vervanger voor de Groovetube waar deze avond voornamelijk dertigplussers met een cocktail in hun handen met de voetjes van de vloer gaan, sluiten we Lowlands 2013 af in de Bravo met TNGHT en Noisia. Benieuwd wat Lowlands 2014 ons gaat bieden!

Film / Films

Echte helden

recensie: Kick-Ass 2

Hoewel de alternatieve superheldenfilm Kick-Ass 2 zoveel mogelijk clichés onderuit probeert te halen, ontsnapt dit tweede deel niet aan het grootste cliche van allemaal: het maken van een vervolg zodra de eerste film succesvol is. Gelukkig blijft Kick-Ass 2 trouw aan de originaliteit en grafische opmaak van deel een.

Kick-Ass (2010) was op filmgebied een van de grootste verrassingen van de afgelopen jaren; een realistische parodie op de vele superheldenfilms die de box office bevolken, met een sprankelende cast, cynische humor en een verbazingwekkende hoeveelheid geweld. Zoals gebruikelijk in superheldenland liggen er altijd meer strips op de plank om een vervolgfilm te maken. In het geval van Kick-Ass is het vervolg bijna net zo goed als het origineel, en dat is eigenlijk alles waar een vervolg op kan hopen.

Tienerfeestje voor volwassenen

~

Aangezien superheld Kick-Ass (Aaron Taylor-Johnson) in zijn eerste film vaker klappen opliep dan ze uitdeelde, besluit hij om het in Kick-Ass 2 anders aan te pakken: hij vraagt Hit Girl/Mindy (Chloë Grace Moretz) om hem te trainen. Helaas vindt Mindy’s voogd Marcus (Morris Chestnut) het tijd om haar pak aan de wilgen te hangen en te proberen een normale tiener te zijn. En dus moet Kick-Ass op zoek naar nieuwe leden voor zijn team. Tot zijn geluk stuit hij op ‘Justice Forever’, een team superhelden dat geleid wordt door Colonel Stars en Stripes (Jim Carrey), een bekeerde crimineel. Kick-Ass kan opgelucht ademhalen, want in dit zootje bijeengeraapte mislukkelingen is zijn geelgroene duikpak verreweg het meest geavanceerde kostuum.

Ondertussen gaat het helemaal niet goed in huize D’Amico, waar Red Mist/Chris sinds zijn vaders dood nog waanzinniger is dan hij daarvoor al was. Aangezien mama D’Amico zijn pak heeft weggegooid, veroorzaakt hij kortsluiting in haar zonnebank en trekt hij een nieuw zwart punkpak aan. Hij doopt zichzelf om tot de eerste superschurk van de wereld: ‘The Motherfucker’. Na een matig verlopen eerste boksles besluit hij dat zijn kracht vooral ligt in het omkopen van mensen en dus koopt hij een team schurken bestaande uit Black Death, The Tumor, Genghis Carnage en de meest imposante schurk van allemaal, Mother Russia, gespeeld door een Oekraïense bodybuilder. Fantastisch. Met zijn emo-rockband zweert The Motherfucker wraak op Kick-Ass voor het afvuren van een bazooka op zijn vader en hij maakt handig gebruik van social media om zijn schurkenteam te promoten.

Bruut en eerlijk

~

Net als in deel een staat de agressieve toon in de film in schril contrast met de vrolijke kauwgomballenkostuums. Jim Carrey weigerde om die reden zelfs de film te promoten toen hij terugzag wat hij had aangericht op het witte doek. Kick-Ass is een realistische superheld en dus loopt hij nog steeds vooral klappen op, en wanneer zijn puberhormonen opspelen duikt hij de toiletten in met een van zijn Team Justice-leden. Hit Girl gebruikt haar vechtchoreografie tijdens de audities voor het cheerleaderteam.

Tot nog toe kreeg de film vooral slechte recensies op bekende websites als Rotten Tomatoes, maar eenieder die klaagt over het al te bloederige geweld of het feit dat Kick-Ass 2 toch een mindere versie van deel een is heeft het niet goed begrepen. Ja, het script lijdt aan teveel ambitie, met te weinig tijd om alle nieuwkomers goed uit te diepen. Nee, de grappen zijn niet meer zo verfrissend als in het origineel; tenslotte hebben we een aantal ervan al eens eerder gezien, en het is zeldzaam om een tweede keer omver geblazen te worden. Maar dat is niet waar het om draait in Kick-Ass 2. De film levert precies dat af wat Kick-Ass zo goed maakte: echte mensen met een mespuntje fantasie, een plens nerdhumor en een scheut geweld dat van het scherm af spat, graphic novel style.

Nog iets dat Kick-Ass 2 van andere superheldenfilms heeft opgepakt is een scène na de credits met stof voor deel drie, dat volgens regisseur Jeff Wadlow het laatste gaat zijn. Zitten blijven dus!

Film / Films

Meedogenloze adrenalinerush

recensie: You're Next

Vastgegrepen bij je keel word je tegen de muur gedrukt. Je probeert te zien wat er aan de hand is. Welke onvoorziene kracht houdt je zo stevig in deze wurggreep? Je hart bonst tegen de hand die je vasthoudt en je wordt je gewaar dat de greep steviger wordt. Heel af en toe verslapt deze echter, waarin je gauw je benodigde zuurstof insnakt. Langzaamaan wordt je beeld helder en krijg je in de gaten wat hier aan de hand is. Gelukkig is er een afstand tussen jou en het bioscoopscherm.

De nieuwste film van Adam Wingard weet te overtuigen en houdt de kijker zonder mededogen gedurende de hele film in een wurggreep van angst en horror. De stijl die hij in deze film hanteert, verschilt van zijn experimentelere eerdere films zoals Popskull en A Horrible Way To Die. Wel grijpt hij terug op acteurs die ook in deze films spelen. Het gebruik van heldere filmtaal, zonder zijn vroegere blurs, spikkels en stroboscopen maakt deze film toegankelijk voor een groter publiek. Een publiek dat getrakteerd gaat worden op een eigenwijze horrorfilm. Natuurlijk zitten de gebruikelijke clichés erin, maar Wingard weet op subtiele wijze humor door zijn film te vervlechten en houdt de spanning voortdurend hoog. Mede dankzij het gebruik van de handheld camera.

Uitgedachte horror

~

De film zit intelligent in elkaar. Aan elk detail is gedacht en niemand ontkomt ‘zomaar’. Deze elementen zorgen ervoor dat je je als kijker veel beter kunt inleven in het drama dat zich voltrekt. Ook gevoelens van angst, machteloosheid of een beslissing als fight or flight worden bijna tastbaar. Tot slot wordt de setting goed uitgebuit: een afgelegen landhuis vol onbekende kamers, gangetjes en ramen die open kunnen. Gecombineerd met het ongewisse van de hoeveelheid maniakken maakt dat werkelijk alles verdacht wordt.

In You’re Next wordt een familiefeest op uiterst brute wijze verstoord, wanneer een aantal moordzuchtige maniakken stelselmatig de familieleden beginnen af te slachten. Als kijker heb je evenmin een idee vanuit welke hoek de terreur gaat toeslaan. We hebben als kijker slechts het voordeel dat we aan de muziek het onheil kunnen vermoeden. Een sterke troef hierin is dat lang niet elke onheilspellende deun direct tot een nieuw lijk leidt.

Het recht van de sterkste

~

You’re Next is een meedogenloze slasher. Aanvankelijk vooral een film waarin haast op cynische wijze de een na de ander afgeslacht wordt, maar gaandeweg komt er iets meer plot in de film, hetgeen de film een bittere en zwartgallige tint meegeeft.

De film hint aan The Strangers uit 2007 en het home invasion-horrorgenre. De films hebben gemeen dat ogenschijnlijk weerloze burgers in een afgelegen huis ten prooi vallen aan een stel maniakken. Een formule in dit soort films is dat er meestal wel iemand tussen zit die wat taaier bleek dan vooraf gedacht. Jammer voor de maniak, leuk voor de kijker. Zeker in You’re Next, waarin dit gegeven op effectieve manier wordt uitgebuit. De voortdurende verrassingen die de film rijk is, het creatieve spelen met clichés en de zwarte humor maken deze film uitermate kijkenswaardig. Ook voor de doorgewinterde horrorfan!

Film / Films

Pornografische biopic

recensie: The Look of Love

In The Look of Love werkt Michael Winterbottom opnieuw samen met zijn protégé Steve Coogan. Die zet met veel verve zijn rol neer. Ditmaal kruipt hij in de huid van sexbaron Geoffrey Quinn, beter bekend als Paul Raymond. Een film met een heerlijke swing, feelgood sixties/seventies feel, die je meeneemt naar de louche (of pluche) wereld van de ‘Moulin Rouge’ van Soho, Londen. Sit back and relax.

Paul Raymond werd uitgeroepen tot de rijkste man van Groot-Britannië, de King of Soho bezat vele nachtclubs, onroerend goed en lanceerde het mannenblad Men Only, waar menig pornoschandaal uit voortkwam. Hij leefde in een voortdurende roes van sex, mooie vrouwen en drugs. Zijn relatie met zijn zoon Derry verwaarloosde hij en zijn huwelijk met Jean mondde uit in de duurste echtscheiding tot dan toe in Engeland.

~

Een flamboyante persoonsgeschiedenis, die in goede handen is bij Michael Winterbottom. Met bijbehorende korrelige seventies-filters weet hij de sfeer van die tijd authentiek neer te zetten. Daarbij kiest Winterbottom ervoor om gaandeweg steeds meer intieme details te onthullen van Raymond. De man wordt aldus ontbloot en de film laat zich met enige fantasie als een pornografische biopic omschrijven.

Steve Coogan is geknipt voor de rol van Paul Raymond. Eerder speelde hij Tony Wilson, een tegenpool van Raymond, een minder geslaagde magnaat in 24 Hour Party People. Waar Tony Wilson zegt: ‘I’m a minor player in my own life‘, is Raymond het tegenovergestelde. Hij is degene die zich door niets of niemand de les laat lezen, ook niet door zijn vrouw Jean.

Naakt en eindeloze weelde
In enkele verloren momenten lijkt het karakter Raymond samen te vallen met een nonchalante Coogan, wat illustratief is voor een man wiens leven zich als een roes voltrekt. De vraag rijst evenwel of dit een gemakzucht is, ofwel een bewuste keuze. Het verhaal begint namelijk vanaf het moment dat Paul Raymond het al gemaakt heeft in onroerend goed en de nachtclubs. Het kan dan alleen nog maar beter worden. Beter in materiële zin. Toch lijkt er geen venijnige ondertoon van kritiek op een dergelijke leefstijl in de film aanwezig. Eerder een geromantiseerd, zwierig en swingend portret, dat in detail is uitgewerkt en waarin de acteerprestaties gepast zijn in de lange dans die deze film is.

~

Ergens lijkt het een jongensdroom, om je voortdurend omgeven te weten door prachtige naakte vrouwen en eindeloze weelde. Maar zoals altijd wordt het paradijs al gauw saai. Zo went de kijker al vrij gauw aan de alomtegenwoordigheid van naakte vrouwen. Er dient voortdurend iets nieuws gezocht te worden. Drugs, nieuwe shows, nieuwe uitdagingen. Een show die succesvol is ruikt al gauw muf, een show die flopt geeft nieuw leven, want of een show nu succesvol is of volstrekt flopt; het is Raymond om het even. Juist in deze extremen komt het publiek toch wel kijken. Het enige verschil is dat een flop verliesdraaiend is, zoals de show waarin zijn dochter hoopt te gloreren.

Rauwe roes
Op een zeker moment, als een natuurwet, sijpelt de realiteit binnen. Doorgaans op een rauwe wijze. In contrast met de extravagante leefstijl van Raymond gebeurt dit uiterst wrang. Zijn verwende dochter, die ten prooi viel aan de cocaïne, glijdt steeds verder af. Niemand lijkt in staat het tij te keren. De verdovende middelen bemiddelen. Het is een kritiek op deze levensstijl die zich niet laat weerleggen. Anders dan de stand-up comedian die Raymond op de hak neemt en ontslagen had kunnen worden. In het onbegrensde leven, die Winterbottom hier geschapen heeft, is dit rouwende kleurverschil nodig om de karakters vlees en bloed te geven.

Boeken / Non-fictie

Moskouse inkt

recensie: Dido Michielsen - Moscow Times: Het Russische avontuur van Derk Sauer en Ellen Verbeek

.

‘Het is er episch, intens en extreem’ zegt Derk Sauer over Rusland in Moscow Times. ‘Héél goed, maar ook héél slecht.’ Die politieke, zakelijke en emotionele achtbaan vormt de rode draad van Dido Michielsen’s biografie van Sauer en zijn vrouw, Ellen Verbeek.

Sauer en Verbeek, allebei van huis uit journalist, verhuisden in 1990 van het veilige Amsterdam naar Moskou, waar met de teloorgang van de Sovjetunie alle zekerheden waren weggevaagd. Het doel: gebruik te maken van de ruimte die na de val van het Sovjetapparaat was ontstaan en een Engelstalig tijdschrift op te zetten. De markt was een ‘reusachtig braakliggend terrein’, en de kansen lagen in zowel journalistiek als zakelijk opzicht voor het oprapen. Eenmaal in Moskou ontwikkelt Sauer zich tot hoofd van zijn eigen uitgeverij, Independent Media, die naast de kritische en onafhankelijke krant The Moscow Times ook tijdschriften publiceert, waaronder de Russische Cosmopolitan, dat jarenlang door Verbeek geleid wordt.

Sauer en Verbeek komen naar voren als hardnekkige optimisten, die samen met een klein groepje trouwe medewerkers tegen de klippen op een journalistiek emporium opbouwen. Vooral Sauer, die zich door niemand, of het nou een gewapende crimineel is of een apparatsjik van de regering, laat intimideren, maakt indruk. Michielsen slaagt er daarnaast behoorlijk goed in om een beeld te schetsen van de sfeer in Moskou. Waar begin jaren negentig een vrijheid, blijheid-gevoel de overhand heeft, komt later de mafia op en beginnen de Russen met hun net verworven rijkdommen te smijten, wat het geheel er niet leuker op maakt.

Die sfeerschets is mede goed gelukt doordat Michielsen veel gepraat heeft, niet alleen met Sauer en Verbeek (en ze inzage kreeg in hun dagboeken en persoonlijke correspondentie), maar ook met de mensen die jarenlang met hen hebben samengewerkt. Een nadeel hiervan is wel dat het beeld van Independent Media, en de invloed die Sauer en Verbeek op het Russische medialandschap hebben gehad, wat eenzijdig blijft. Niet dat hun medewerkers kritiekloos zijn – verre van, gelukkig. Maar een wat wijdere blik aan de kant van Michielsen had misschien meer inzicht gegeven in niet alleen de indruk die Sauer en Verbeek van Moskou hebben, maar ook andersom.

Muziek / Album

De repeatknop als enige mogelijkheid

recensie: Fuck Buttons - Slow Focus

Het Engelse electroduo Fuck Buttons bereikte met hun nieuwe album Slow Focus zowaar een plek in de Engelse album top 40. Een kleine verrassing, want de met noise, postrock en industrial doordrenkte electro van deze heren staat haaks op de muziek die doorgaans de hitlijsten domineert.

Toch is het succes van Slow Focus niet zo onverwacht als het lijkt. Het feit dat de nummers ‘Surf Solar’ en ‘Olympians’ van hun vorige album Tarot Sport gedraaid werden tijdens de openingsceremonie van de Olympische Spelen van vorig jaar, heeft dit duo geen windeieren gelegd. Het bleek het ideale instapmoment voor nieuwe liefhebbers. Een jaar later levert het duo met Slow Focus immers hun beste album tot nu toe af.

Catchy
Als je je bedenkt welke invloeden terug te horen zijn in de muziek Fuck Buttons, is het onvoorstelbaar dat Slow Focus en eerdere albums niet verzanden in een ontoegankelijk experiment. Toegegeven, dit is geen standaard popmuziek, maar het is toch ook niet verrassend dat men besloot de voortstuwende, opzwepende beats van beide heren een plekje te geven tijdens het grootste sportevenement. Fuck Buttons brengt bevreemdende elementen samen tot een (gek genoeg) bijna catchy geheel dat de luisteraar in zijn greep houdt.

Net als de groten uit de postrock maakt Fuck Buttons muziek waarbij men alle tijd neemt om een nummer op te bouwen. Zware, repetitieve beats denderen voort terwijl noisy, krijsende melodielijnen langzaam naar een climax toewerken. Nieuwsgierigen hebben genoeg aan het openingsnummer ‘Brainfreeze’. Wie deze acht en een halve minuut zonder kleerscheuren doorkomt, kan zich waarschijnlijk onder de groep van liefhebbers scharen. Het nummer zet namelijk de toon voor een album dat beukt, schuurt en hypnotiseert.

Donker en kil
Dat Fuck Buttons beukt, schuurt en hypnotiseert is niets nieuws. De nummers op zowel Street Horrrsing (2008) als Tarot Sport (2009) waren uit hetzelfde hout gesneden en doen niet onder voor de nummers op Slow Focus. De vooruitgang van dit album ten opzichte van deze twee eerdere albums zit hem echter in de onderlinge samenhang van de nummers. Slow Focus is consequent duister en is daarmee nog meer in staat de luisteraar mee te voeren dan de voorgaande albums.

Wie na het beluisteren van ‘Brainfreeze’ nog niet overtuigd is van de donkerte en kilheid van dit album, verwijs ik graag door naar ‘Sentients’. Het is met zijn krappe zes en een halve minuut een van de kortste nummers op het album, maar dat blijkt lang genoeg te zijn om de luisteraar onder de huid te kunnen kruipen. Ook de afsluiter ‘Hidden XS’ weet met een ijzersterke opbouw de luisteraar niet los te laten. Het is precies de kracht van Fuck Buttons en de reden dat het album in eigen land opgepikt is door een groter publiek: het is zo vreemd en fascinerend tegelijk dat de repeatknop de enige mogelijkheid is.

Muziek / Achtergrond
special:

Lowlands 2013: de zaterdag

Mozes and the Firstborn uit Eindhoven in de India. Dat wordt terugrennen naar het begin van het terrein. De jonge band hebben een strak repertoire, waar veel ervaren Nederlandse rockbands nog wat van kunnen leren. ‘Headache’ is een van de absolute toppers van de set waarin het talent van de jonge honden het best naar voren komt. Totaal iets anders is de show van The Opposites in de Alpha. De verbazing over de keuze om deze gasten in de grootste tent van Lowlands te programmeren werd al gauw weggenomen toen de hele Alphatent nokkievol stond met feestende mensen. Niet helemaal mijn ding, maar eerlijk is eerlijk: The Opposites zijn deze dag de eerste act die een feestje weten neer te zetten!

Terug naar de X-Ray is het tijd voor een feestje van een ander kaliber: hardgaan met de goedbesnorde mannen van het Utrechtse John Coffey. De bunker, waar voorheen vaak alleen elektronische underground acts werden geprogrammeerd, barst al bijna uit haar voegen wanneer we aankomen. Wat opvalt, is de variatie van mensen die naar de opzwepende en zeker snoeiharde liveshow is gekomen: van stoere rockers tot lieve meisjes. Allemaal zijn ze razend enthousiast en schreeuwen ze mee. Helemaal wanneer zanger David Achter De Molen in een opblaasboot over het publiek heen zoeft. Één ding is zeker: John Coffey rockt de X-Ray tot een losbandig en zwetend gekkenhuis en bewijst hiermee dat de bunker niet alleen bedoeld is voor elektronische muziek.

~

Tijd voor avondeten betekent tijd voor een rasechte Lowlandshamburger! Of nou ja, eigenlijk van de LaPlace, maar wel speciaal voor Lowlands gemaakt. Na het bestellen van een broodje goddelijkheid blijkt het een andere burger te zijn dan dé Lowlandsburger die jarenlang de brakke bezoeker een uiterst goede dienst heeft geleverd. Desalniettemin is het alsnog een prima broodje die genoeg energie geeft voor een sensatieshow van Empire of the Sun in de Grolsch-tent. Met vier danseressen, een over the top decor en zonder Nick Littlemore (iets met niet uit zijn bed willen komen voor minder dan een miljoen) komt de Australische Luke Steele met veel bombarie èn in glitterpak op. De hits zijn sterk, ‘We are the People’ en ‘Walking on a Dream’ doen nog net iets onder voor de allernieuwste: ‘Alive’. Het is nog even de vraag of deze wel gespeeld wordt, wanneer Steele plots na een “thank you” van het podium verdwijnt. De begintune wordt even later ingezet en de Zonnekoning van Lowlands is terug. Al met al lijkt de show van Empire of the Sun net op een goed in elkaar gezette videoclip. Aan elk detail is gedacht; de robotesque danseressen, het uitgebreide decor en die bekende Empire of the Sun sound. Misschien is het hier en daar tevens een beetje fout te noemen, met die overdaad aan glitters, maar het past bij de show. Zonder Littlemore heeft Steele een prima optreden geleverd, dus laat die Littlemore maar lekker in zijn bedje liggen voor dat geld.

Chvrches in de India staat reeds te trappelen om te beginnen. Een jonge band waarbij vooral het instrumentale aspect heel sterk is. Jaren ‘80 synth beats wisselen af met ritmische drums. Het stemgeluid van zangeres Lauren Mayberry is op de schelle uithalen na an sich goed aan te horen, maar wanneer Doherty (synth) haar voor een nummer overneemt, blijkt dit een aangename afwisseling te zijn. Chvrches levert dansbare electropop met hier en daar een donker wavetintje, een relaxed bandje voor het begin van de avond. Even later in de Grolsch heeft het publiek duidelijk zin in een feestje. Niet zomaar één, maar in een feestje met Major Lazer.

De laatste jaren gaat er geen editie van muziekfestival Lowlands voorbij zonder dat het binnen no time is uitverkocht. Niet een maand van tevoren, niet twee maanden van tevoren, maar al een half jaar van tevoren en ook nog eens binnen enkele uren. Lowlands is hot. uit Eindhoven in de India. Dat wordt terugrennen naar het begin van het terrein. De jonge band hebben een strak repertoire, waar veel ervaren Nederlandse rockbands nog wat van kunnen leren. ‘Headache’ is een van de absolute toppers van de set waarin het talent van de jonge honden het best naar voren komt. Totaal iets anders is de show van The Opposites in de Alpha. De verbazing over de keuze om deze gasten in de grootste tent van Lowlands te programmeren werd al gauw weggenomen toen de hele Alphatent nokkievol stond met feestende mensen. Niet helemaal mijn ding, maar eerlijk is eerlijk: The Opposites zijn deze dag de eerste act die een feestje weten neer te zetten!

Terug naar de X-Ray is het tijd voor een feestje van een ander kaliber: hardgaan met de goedbesnorde mannen van het Utrechtse John Coffey. De bunker, waar voorheen vaak alleen elektronische underground acts werden geprogrammeerd, barst al bijna uit haar voegen wanneer we aankomen. Wat opvalt, is de variatie van mensen die naar de opzwepende en zeker snoeiharde liveshow is gekomen: van stoere rockers tot lieve meisjes. Allemaal zijn ze razend enthousiast en schreeuwen ze mee. Helemaal wanneer zanger David Achter De Molen in een opblaasboot over het publiek heen zoeft. Één ding is zeker: John Coffey rockt de X-Ray tot een losbandig en zwetend gekkenhuis en bewijst hiermee dat de bunker niet alleen bedoeld is voor elektronische muziek.

~

Tijd voor avondeten betekent tijd voor een rasechte Lowlandshamburger! Of nou ja, eigenlijk van de LaPlace, maar wel speciaal voor Lowlands gemaakt. Na het bestellen van een broodje goddelijkheid blijkt het een andere burger te zijn dan dé Lowlandsburger die jarenlang de brakke bezoeker een uiterst goede dienst heeft geleverd. Desalniettemin is het alsnog een prima broodje die genoeg energie geeft voor een sensatieshow van Empire of the Sun in de Grolsch-tent. Met vier danseressen, een over the top decor en zonder Nick Littlemore (iets met niet uit zijn bed willen komen voor minder dan een miljoen) komt de Australische Luke Steele met veel bombarie èn in glitterpak op.

De hits zijn sterk, ‘We are the People’ en ‘Walking on a Dream’ doen nog net iets onder voor de allernieuwste: ‘Alive’. Het is nog even de vraag of deze wel gespeeld wordt, wanneer Steele plots na een “thank you” van het podium verdwijnt. De begintune wordt even later ingezet en de Zonnekoning van Lowlands is terug. Al met al lijkt de show van Empire of the Sun net op een goed in elkaar gezette videoclip. Aan elk detail is gedacht; de robotesque danseressen, het uitgebreide decor en die bekende Empire of the Sun sound. Misschien is het hier en daar tevens een beetje fout te noemen, met die overdaad aan glitters, maar het past bij de show. Zonder Littlemore heeft Steele een prima optreden geleverd, dus laat die Littlemore maar lekker in zijn bedje liggen voor dat geld.

Chvrches in de India staat reeds te trappelen om te beginnen. Een jonge band waarbij vooral het instrumentale aspect heel sterk is. Jaren ‘80 synth beats wisselen af met ritmische drums. Het stemgeluid van zangeres Lauren Mayberry is op de schelle uithalen na an sich goed aan te horen, maar wanneer Doherty (synth) haar voor een nummer overneemt, blijkt dit een aangename afwisseling te zijn. Chvrches levert dansbare electropop met hier en daar een donker wavetintje, een relaxed bandje voor het begin van de avond. Even later in de Grolsch heeft het publiek duidelijk zin in een feestje. Niet zomaar één, maar in een feestje met Major Lazer. Een aantal jaren terug nog te zien in de Bravo, maar nu blijkt zelfs de Grolsch te klein te zijn voor de dansbare hits van de dancehall dj. In de tent is het sowieso veel te druk en ook buiten de tent valt er amper te lopen. Volgende keer de Alpha?

We verkiezen Moderat boven de klappers van Major Lazer. De toon wordt reeds bij opener ‘This Time’ gezet. Na een uur lang adembenemende minimal droomtechno (is dit een begrip? vanaf dit weekend wel) in een tent vol genietende mensen is het meer dan de juiste keuze geweest om naar Moderat te gaan. Bij ‘Bad Kingdom’ lijkt een groot deel van het publiek echter wat in te kakken, evenals bij de rest van de wat tragere songs. Terwijl bij dit soort minimale tracks juist je aandacht wordt getrokken om er met alle concentratie naar te luisteren. Persoonlijk kwam juist bij deze nummers de puurheid van de muziek goed naar voren. Hard dansen doen we later wel.

Hard dansen? Jazeker, bijvoorbeeld bij dj Koze in de X-Ray vlak na Job Jobse. Een megavolle bunker met dansende en zwetende mensen. Buiten de lijntjes house om je vingers bij af te likken. Een perfecte afsluiter van de Lowlandszaterdag.

 

Boeken / Fictie

Breekbare zoektocht

recensie: Willy Vlautin (vert. Rik van Erkelens) - Noordwaarts

Een onzeker meisje gaat ervandoor wanneer ze inziet hoe troosteloos haar relatie is. Ze zoekt haar heil in de woestijnstad Reno. Langzaam maar zeker komt ze er bovenop, met hulp van vriendelijke mensen en acteur Paul Newman.

Het zit Allison Johnson niet mee. Haar vriendje is een neonazistische lapzwans die feestjes afloopt, veel drinkt en losse handjes heeft. Ze is ongelukkig met haar leven in Las Vegas, maar weet niet goed wat ze dan wel wil. Uit wanhoop nuttigt Allison zelf ook de nodige alcohol, met black-outs en een beschaamd vriendje tot gevolg. Om aan deze vicieuze cirkel te ontsnappen neemt ze na een woestijnfeestje de benen. Ze is op dat moment zwanger.

Van een vrachtwagenchauffeur krijgt ze een lift naar Reno. Het is de bedoeling dat ze hier maar even blijft, om de baby te krijgen en daarna verder te reizen, noordwaarts. Weg van haar ex, weg van haar problemen. Nadat ze is bevallen staat ze haar kindje af ter adoptie. Van het geld dat ze hiervoor krijgt kan ze een tijdje rondkomen. Daarna neemt ze verschillende baantjes als serveerster en callcentermedewerkster.

Echte en denkbeeldige vrienden

Onderweg en eenmaal in Reno komt Allison verschillende mensen tegen. Elk van hen weet haar op een bepaalde manier verder te helpen. Zoals Penny, die haar aan een baantje als telefonisch verkoopster helpt. Of Dan Mahony, een vaste klant in een café waar ze ’s nachts werkt. Zij laten haar inzien dat het leven lang zo slecht niet is en dat ze het waard is om van te houden. Ook is er altijd een man op wie ze tijdens moeilijke momenten terug kan vallen: acteur Paul Newman. In haar hoofd speelt ze hele gesprekken met hem af. Hij is haar moreel kompas.

In Noordwaarts beschrijft Willy Vlautin de zoektocht van een verward, aan alcohol verslaafd jong meisje naar een beter leven. Het verhaal is rauw en realistisch, maar wordt op een haast lieflijke manier verteld. Dit komt doordat het vanuit de naïeve belevingswereld van Allison wordt beschreven. Hoewel ze een allesbehalve onschuldig personage is, beschrijft Vlautin haar gedachtes zo eerlijk en oprecht dat het moeilijk is haar niet te omarmen.

Begeleidende muziek
De roman wordt vergezeld door een cd. De bijbehorende veertien liedjes zijn geschreven en uitgevoerd door Vlautin: met de cd op kan de lezer zich nog meer verplaatsen in het leven van het hoofdpersonage. De muziek is een leuke toevoeging, maar niet meer dan dat. Zonder de muziek is het boek net zo indrukwekkend en meeslepend.

Verhalen waarin de hoofdpersoon obstakels moet overwinnen om sterker uit de strijd te komen zijn populair, en Noordwaarts heeft alle ingrediënten in huis om een geliefd boek te worden. Het is een boek over beloftes: de belofte dat alles op z’n pootjes terecht komt, dat Allison haar leven weer op de rit krijgt, liefde vindt en vrede sluit met haar verleden. Mooi is dat Vlautin het boek geen happy ending geeft, maar enkel de illusie dat het goed komt.