Boeken / Fictie

Een herhaling van de geschiedenis

recensie: Simon Urban (vert. Herman Vinckers) - Plan D

.

Het is 2011, maar de Berlijnse Muur is nooit gevallen. De Oost-Duitse rechercheur Martin Wegener is belast met het onderzoek naar de daders van een politieke moord die belangrijke onderhandelingen tussen Oost- en West-Duitsland tegenhoudt. Omdat West-Duitsland leden van de Stasi verantwoordelijk houdt voor de moord en Oost-Duitsland wijst naar de politieke tegenstanders van het regime, besluit men om de handen ineen te slaan. Wegener krijgt hulp van de West-Duitse rechercheur Richard Brendel om het onderzoek zo objectief mogelijk te laten verlopen.

Paranoia
Martin Wegeners persoonlijke sores en paranoia hebben echter hun weerslag op het onderzoek. Hij heeft nog steeds last van het plotselinge verdwijnen van zijn voormalige partner Joseph Früchtl, die waarschijnlijk dood is of opgesloten zit in een Stasi-gevangenis, wil zijn ex-vriendin terug die een belangrijke functie vervult bij de onderhandelingen tussen Oost- en West-Duitsland en gelooft dat al zijn collega’s eigenlijk informanten van de Oost-Duitse geheime dienst zijn.

Enerzijds is Plan D een spannende thriller met een complex plot waarbij niets is wat het lijkt. Iedere keer als het onderzoek tot een bevredigend einde lijkt te komen, duikt er weer nieuwe informatie op of gebeuren er weer onvoorziene dingen die het onderzoek een geheel andere richting in sturen. Net als Wegener vraagt de lezer zich constant af welke personages te vertrouwen zijn. Al snel wordt duidelijk dat het maar het beste is om – net als Wegener – niemand te vertrouwen in een land waarin de regering alles in werking stelt om haar burgers constant in de gaten te houden.

Politieke boodschap
Anderzijds kan Plan D ook gezien worden als een roman met een duidelijke politieke boodschap die misschien vooral duidelijk wordt aan het motto waar Urban voor gekozen heeft. Dit motto is een citaat van de filosoof George Santayana en luidt: ‘Wie de geschiedenis niet kent, is gedoemd haar te herhalen.’ Urban geeft geschiedenisles, plaatst deze geschiedenis in een hedendaagse context en lijkt op deze manier te willen waarschuwen voor een mogelijke herhaling van deze geschiedenis.

In het licht van onder andere de onthullingen van Edward Snowden afgelopen jaar is Plan D dan ook een uiterst interessante en relevante roman. Toch is het leesplezier niet altijd even groot. De schuld hiervan zijn vooral de paranoïde, pseudo-filosofische hersenkronkels van Wegener, die vaak pagina’s lang doorgaan, terwijl de boodschap al na enkele zinnen duidelijk is. Gelukkig wordt dit punt van kritiek gecompenseerd met de spanning van het verhaal, waardoor de lezer niet snel geneigd is Plan D naast zich neer te leggen.

Muziek / Achtergrond
special: Sean Nicholas Savage - Bermuda Waterfall

Vervelend cheesy

.

Other Life van de Canadese singer-songwriter Sean Nicholas Savage was de grootste guilty pleasure van vorig jaar. Bermuda Waterfall is echter niet fout genoeg om indruk te kunnen maken.

Wie Other Life voor het eerst opzet, barst spontaan in lachen uit. Wie nog niet in een deuk ligt om de mengelmoes van de zwoelst mogelijke r&b en foutst mogelijke synthesizerdeuntjes, zal zeker niet meer bijkomen wanneer Sean Nicholas Savage begint te zingen. Met veel pathos en niet zelden vals bezingt hij de geneugten en verschrikkingen van de liefde.

Oorworm


Toch gaat onder al die kitsch heel aanstekelijke popmuziek schuil. Wie één keer ‘Chin Chin’, ‘Other Life’, ‘More Than I Love Myself’ of een willekeurig ander nummer op Other Life hoort, heeft een heuse oorworm te pakken die dagen rondzwerft in je hoofd. Op Bermuda Waterfall zijn het slechts ‘The Rat’ en ‘Heartless’ die dit effect bewerkstelligen.
 
De ruiten staan nog steeds op springen wanneer Sean Nicholas Savage begint te zingen, maar het voelt inmiddels wat misplaatst. Muzikaal is het namelijk allemaal wat langzamer en vooral wat minder fout geworden. Dit betekent overigens niet dat de pop van Savage helemaal vrij van kitsch is. Bermuda Waterfall is nog steeds ontzettend cheesy, maar nu op een vervelende manier — niet spannend en overdreven genoeg meer om er plezier aan te kunnen beleven.

Film / Films

Ze lijken sprekend!

recensie: Dawn of the Planet of the Apes

Dawn of the Planet of the Apes is een topper in de serie, in het genre en in de effecten, maar het is nog altijd net niet de beste film die deze serie zou kunnen voortbrengen.

Tien jaar na de apenopstand en de uitbraak van een dodelijk virus begint de ‘planet of the apes’ al aardig vorm te krijgen. Zo zijn de steden overwoekerd met bomen en planten en bouwen de apen aan een gemeenschap in de jungle. Het geringe aantal, voor het virus immune, mensen hebben het in deze wereld lastig om te overleven door een groot gebrek aan energie. Een confrontatie tussen de twee groepen lijkt onvermijdelijk, waarbij de keuze tussen oorlog of vrede gemaakt dient te worden.

Vocabulaire


~

Visueel is het weer een prachtwerk geworden. De apen (onder andere chimpansees, gorilla’s en orang-oetans) zien er hyperrealistisch uit en kunnen allerlei subtiele emoties in hun gezichten en prachtige ogen leggen. Aan de basis hiervan ligt wederom uitstekend acteerwerk met motion-capture topartiest Andy Serkis (Gollum in The Lord of the Rings) als Caesar. Ditmaal krijgen de apen echter ook letterlijk meer te zeggen. Na de vier woordjes die Caesar kon spreken in Rise of the Planet of the Apes (2011)  is het vocabulaire inmiddels sterk uitgebreid en beginnen de andere apen ook langzaamaan te praten. Dit voelt in het begin nogal jammer aan – de manier waarop Serkis en anderen de emoties en gedachten van de apen non-verbaal konden overbrengen was immers fantastisch in het eerste deel – maar na verloop van tijd stoort het steeds minder. Wel blijft het vreemd hoe de apen onderling willekeurig schijnen te wisselen tussen gebarentaal en gesproken taal.

Met de mensen is het verhaaltechnisch een stuk treuriger gesteld. Jason Clarke (

~

Daar moet vervolgens wel bij worden gezegd dat er met deze actie en sensatie weinig mis is. De eerste gewelddadige confrontatie tussen apen en mensen is een fantastische actiescène die de toon zet voor alles wat ons als toeschouwer in het verloop van de film te wachten staat. De aanleiding hiertoe ligt in een vrij standaard subplot over een machtslustige vertrouweling dat weinig origineel, maar goed uitgevoerd is. De actie en uitstekende opbouw en tempo staan in contrast met de dialogen, die (zowel bij de apen als de mensen) vooral in het begin erg onnatuurlijk en onnodig uitleggend zijn en tegen het einde aan weinig doel of impact hebben buiten het voortduwen van het plot.

Dawn of the Planet of the Apes is vooral visueel een goed gemaakte film. Een film die de thema’s en sociale commentaren van de oude reeks uit de jaren ’70 op deze manier zou uitwerken, zou een ongeëvenaarde bioscoopervaring zijn. Wat dat betreft is er – nu er twee films zijn gewijd aan het introduceren van deze nieuwe wereld – veel potentie en goede hoop voor het volgende vervolg (gepland voor 2016). Tot die tijd kunnen we genieten van een film die ondanks af en toe wat simplistische elementen een fantastische rit is.

Boeken / Fictie

Het doel heiligt de middelen

recensie: Robin Sloan (vert. Jacques Meerman) - Het geheim van Penumbra's boekwinkel

Een queeste die van een stoffige boekhandel in San Francisco leidt naar het state of the art onderzoekscomplex van Google. Traditionele print ontmoet digitale vooruitstreving. Daaruit voortgekomen is een heerlijk boek.

Clay Jannon, vormgever, marketeer en semiprogrammeur, heeft een baan nodig. Hij wordt aangenomen bij boekwinkel Penumbra – voor de nachtdienst, want deze winkel is 24 uur per dag open. Penumbra is geen gewone boekhandel. Een selecte groep klanten komt regelmatig een versleuteld boek lenen, waarvan de inhoud al even cryptisch en nietszeggend is als de titel. ‘Gewone’ boeken worden nauwelijks verkocht. Is het een sekte, een uit de hand gelopen hobby, een eewenoud geheim genootschap?

De kracht van de digitalisering
Het geheim van Penumbra’s boekwinkel is een 007-waardige speurtocht met vervalsingen en gadgets, maar dan zonder de wereldvernietigende schurken. De superhelden zijn onvertrouwd en eigenaardig, maar zeer sympatiek. En werkelijk briljant, ieder op zijn of haar eigen manier, met een eigen set uiteenlopende vaardigheden en trucjes. Vriendinnetje Kat doet datavisualisatie bij Google, Neel heeft supersonische borstensoftware ontwikkeld, en Mat maakt levensechte miniatuurbouwerken. Clay is eigenlijk nog het normaalst van het stel en moet het vooral hebben van zijn doortastendheid en socialiteit. De personages zijn nerdy en geniaal, maar niet ‘onvolgbaar’. Het boek gaat dan wel over de Grootse Mogelijkheden van de computer, maar technische nitwits hoeven zich geen zorgen te maken het verhaal niet te kunnen volgen.

Penumbra’s boekwinkel is een cultboek in uitvoering, maar dan wel een heel toegankelijk, voor ieder wat wils verhaal. Excentriek en absurdistisch, maar ook fris, positief, enerverend en zo ontzettend geloofbaar. Bijzonder voor een boek dat eigenlijk een mix is tussen een avonturenroman, een feelgoedboek en een fantasyverhaal. Sloan schrijft beeldend en heeft een groot gevoel voor detail. Het boek leest alsof je naast Clay staat achter de kassa, achter hem aankimt de ladder op. De auteur heeft ook een subtiele humor waar je snel overheen leest: ”Hoe dan ook, volgens mij kunnen we over een week of twee klaar zijn. Twee weken vanaf nu.’ Ze knikt energiek. […] werkt hier al vijf eeuwen aan. Nu zetten we het voor een vrijdagochtend op de agenda.’ Ga daarom niet als een dolle de ontknoping tegemoet, hoe verleidelijk dat ook is.

Het maakt niet uit hoe je het leest
Het boek is een kreet om de vooruitgang toe te juichen, om technologie voor je te laten werken. Maar het oude wel te blijven eren. Google heeft bijvoorbeeld een big box waarin een kopie van het hele wereldwijde web wordt gehuisd. Toch is een megagroot deel van de menselijke, traditionele, oude kennis (nog) niet gedigitaliseerd. En wat is de digitale gigant jaloers op die kennis. De kracht van het conventionele en traditionele is nog steeds sterk. Sloan leidt je dan ook in sneltreinvaart langs de geschiedenis van het boek: van het begin van de boekdrukkunst tot digitale ontwikkelingen die nog in de prototypefase zitten. Maar in Het geheim van Penumbra’s boekwinkel speelt veel meer: geloof. En een vleugje magie. En dromen en ideeën. Meer kun je als lezer niet wensen. Hoe deze emoties de lezer bereikt – vanaf papier of een scherm of op een andere manier – maakt dan bepaald niet uit.

Film / Films

Intiem ongemakkelijk

recensie: Fading Gigolo

Het is geen complete ramp, maar een slecht geschreven script en ongemakkelijk acteerwerk limiteert Fading Gigolo in de potentiële impact.

Fioravante (John Turturro; Barton Fink) is een doodgewone man die een baan heeft in een bloemenwinkel. Tenminste, dat is zo tot op het punt dat hij het gigolobestaan inrolt omdat zijn oude vriend Murray (Woody Allen) hem aanbeveelt bij zijn dermatologe. Dit bevalt hen vrij goed totdat Fioravante een Joodse weduwe ontmoet en Murray onder scherp toezicht staat door de lokale Joodse wijksurveillance.

Woody Allen

~

De grootste attractie van deze film is de casting van filmlegende Woody Allen, die bijna nooit in films van andere regisseurs verschijnt. Het is echter geen uitzonderlijke toevoeging. Allen kan acteren en weet humor in zijn spel te leggen, maar het wordt snel duidelijk dat zijn diversiteit gelimiteerd is. In zijn eigen films speelt Allen vaak de Joodse, ietwat ongemakkelijke intellectueel die hij in het echte leven ook is. Dit werkt goed als hij ook zijn eigen dialogen schrijft. Maar wanneer hij wederom datzelfde typetje speelt met andermans werk komen de beperkingen daarvan naar voren en voelt het meer alsof we naar Woody Allen kijken dan de pooier Murray. Daarnaast speelt hij een hoofdrol terwijl zijn personage beter geschikt zou zijn als bijrol en kan hij de dialogen niet goed laten klinken.

Dat is een probleem dat meer voorkomt. Het script bestaat uit een reeks onnatuurlijke teksten die altijd net de plank misslaan om poëtisch of verklarend te zijn. De acteurs kunnen hier niet goed mee omgaan, waardoor elke scène ongemakkelijk aanvoelt en elke emotie maar ten dele overkomt. Het zijn de enkele stille momenten die de meeste indruk maken. Deze kunnen echter ook niet een diepe indruk achterlaten aangezien er constant tussen drie verhaallijnen wordt gesprongen, die uiteindelijke alledrie op niets uitlopen. Aan het eind van de film is het niet direct duidelijk welke reis de hoofdpersonen hebben doorgemaakt en wat de bedoeling was van alle voorgaande gebeurtenissen.

Mooie vrouwen

~

Verder weet Fading Gigolo de personages nauwelijks een achtergrond te geven. Turturro (naast acteur ook regisseur en scriptschrijver) springt direct het verhaal in, waardoor Fioravante en Murray nogal nietszeggend zijn wanneer de eerste plotpunten voorbij komen, wat vooral voor ongeloof of verwarring zorgt. Hoe is Murray – een oude boekverkoper – zo succesvol als pooier? Waarom is Fioravante zo’n succes bij de vrouwen? Het is immers op zich geen lelijke, maar niet bijster knappe man die in zijn gigolobestaan op de een of andere manier alleen de heetste stoten ter wereld tegenkomt, zoals Sofia Vergara (Modern Family) en Sharon Stone (Basic Instinct).

Toch heeft Fading Gigolo een bepaalde charme. Turturro legt in zijn gigoloverhaal de nadruk op intimiteit in plaats van seks, wat een veel sterkere impact heeft. Zo af en toe sluipt er wat humor of een leuke monoloog door het script heen (vaak van Allen) en de film weet het verhaal in een setting vol Joods-orthodoxe gebruiken te plaatsen die toch voor iedereen begrijpelijk blijft. Fading Gigolo is dan ook geen uitstekende film, maar weet zich als eigenzinnig kunstprojectje best te verkopen.

Film / Films

Muzikaal prachtwerk

recensie: Begin Again

Begin Again is een heerlijke film waarin sfeer, muziek en acteerwerk samenwerken om een opliftende muziektocht door New York te creëren, wat levensplezier inspireert bij zowel de personages als het publiek.

Dan (Mark Ruffalo; de Hulk in The Avengers) en Gretta (Keira Knightley; Pirates of the Caribbean) zijn twee eenzame mensen in New York op een punt in hun leven waar alles tegenzit. Hij is zijn baan kwijt en kan moeilijk contact leggen me zijn dochter; zij is net gedumpt door de mooie jongen met wie ze hiernaartoe was gekomen. Maar zij komen elkaar tegen en besluiten samen een muziekalbum op te nemen waardoor ze beiden weer de zin in hun leven terugvinden.

Acteerplezier en goede muziek

~

Het is niet correct om te zeggen dat het acteerwerk deze film draagt; daarvoor zijn de andere aspecten te sterk uitgewerkt. Maar Ruffalo en Knightley spelen met zichtbaar plezier fantastische rollen. Vooral Ruffalo als viezige, alcoholische platenbaas speelt een luchtige, humoristische rol die perfect wordt aangevuld door Knightley’s Britse muziekmeisje. De bijrollen worden capabel ingevuld door onder andere Hailee Steinfeld (True Grit) en Adam Levine (zanger van Maroon 5). De enige die een beetje buiten de boot valt is zanger Cee Lo Green, wier acteerwerk op zich niet slecht is, maar zijn rol voegt buitengewoon weinig toe aan de film en voelt meer aan als een ongeïnspireerde cameo in een muziekfilm.

Naast het acteerwerk neemt de muziek een belangrijke plaats in. Knightley blijkt een verrassend aangename stem te hebben die perfect past bij de singer-songwriter-achtige muzieknummers die ondanks een overkoepelende stijl allemaal verschillend klinken en heerlijk zijn om naar te luisteren. Regisseur John Carney (Once) weet de uitvoeringen hiervan zo in beeld te brengen dat ze bovendien ook visueel niet vervelen. Elk optreden voelt aan als een goed gemaakte videoclip of concertregistratie, waarbij beeld en geluid elkaar aanvullen en versterken.

Eigenzinnig goed uitgevoerd

~

Het script zit uitstekend in elkaar. De film neemt de tijd om gebeurtenissen en de achtergronden van personages uit te leggen, maar blijft het geheel in balans houden met het overkoepelende verhaal; nooit voelt het alsof er een zinloos zijweggetje is ingeslagen. De dialogen zijn fris en het verhaal speelt als een eigenzinnige kijk op het romcom-genre, waarbij stereotiepe verhoudingen tussen personages zijn vervangen door meer genuanceerde en meer realistische weergaven van volwassen relaties.

Het uitgangspunt van Begin Again – een luchtige komedie over muziekproductie – is niet nieuw, maar zelden werd het zo goed en effectief uitgevoerd als hier. Met uitstekende casting, script, cinematografie, soundtrack en acteerwerk wordt een uiterst charmante sfeer gecreëerd waar andere films in het genre soms slechts van kunnen dromen.

Boeken / Fictie

Ervaar de wereld als nieuw

recensie: K. Schippers - Fijn dat u luistert

.

Alleen al de titel van de bundel, Fijn dat u luistert, is typerend voor K. Schippers, zo wordt duidelijk uit het titelgedicht waarin de ik-figuur naar de radio luistert: ‘”Fijn dat u luistert!”, zegt de omroepster.’ Een uitspraak ontleent aan de radiowereld: hier herkennen we de door Schippers veelvuldig gebruikte readymade. Maar, een dichtbundel wordt toch niet beluisterd? Het gedicht vervolgt: ‘Je hoort het niet, ik ook niet. De radio staat niet aan.’ Tussen deze regels klinkt de volgende vraag door: bestaan de woorden wel als ze niet gelezen/gehoord worden?

Geen zekerheid, geen samenhang

Schippers zet vraagtekens bij alles wat als vanzelfsprekend wordt gezien. Elke zekerheid wordt de lezer ontnomen, elk houvast onschadelijk gemaakt. Een treffend voorbeeld hiervan is te vinden in het gedicht ‘Wat er niet is’:

Dit is helemaal geen doos, het
is iets anders dat zich voor
doet als een doos. Er zit

Niet eens iets in. Gras ziet
er soms uit of het de rol
speelt van gras.

Het stelt zich aan en is
misschien iets onbekends
of zelfs dat niet.

Door elke vanzelfsprekendheid op te heffen, wordt ruimte gecreëerd voor een nieuwe kijk op de wereld. Het is een oproep aan de lezer om de dingen te zien zoals ze zijn, zonder veronderstelde betekenis, om ongestoord te kunnen zien. Hoewel dat natuurlijk onmogelijk is, geeft Schippers ook toe in het gedicht ‘Nuttige dingen’. Maar: ‘de wens blijft’.

De blik van een kind

Dit verlangen naar het kijken met ongestuurde blik is typisch Schippers. Dit thema mag dan niet bepaald vernieuwend zijn in zijn poëzie, de gedichten zelf zijn dat wel – wat misschien ook niet heel verwonderlijk is met een dergelijk thema, indien goed uitgevoerd. En dat is het: niet zelden roept deze poëzie twijfels op over de wereld zoals we hem denken te kennen en slaagt er daarmee in de lezer wakker te schudden. Het is alsof je de wereld weer voor het eerst ziet. Hiermee is Schippers’ poëzie bij vlagen kinderlijk te noemen, maar zeker niet kinderachtig: het zijn juist de kinderlijke inzichten die onze vastgeroeste ideeën op losse schroeven zetten, zoals in het gedicht ‘1e pers. enk.’:

Ze wijst naar een stapel van
dezelfde boeken.

En ze denkt dat die stuk voor stuk
door iemand zijn geschreven.

Alles is anders, zonder meervoud,
van niets bestaat een kopie.

K. Schippers lijkt de visie dat alles anders is, te willen delen. Hij probeert de werkelijkheid te beschrijven, maar omdat die niet te benoemen is en altijd verandert, lijkt zijn inspiratiebron onuitputtelijk. Vanwege deze veranderlijke blik is de poëzie van K. Schippers na vijftig jaar nog altijd een succes te noemen en daarom kan zijn poëzie een uitstekende helpende hand bieden voor wie een poging wil doen de wereld als nieuw te ervaren.

Film / Films

Onderhoudende thriller wil te veel vertellen

recensie: Zwei Leben

De onderhoudende thriller Zwei Leben verbindt twee beruchte tijdperken uit de Duitse geschiedenis: Nazi-Duitsland en de DDR. Uitgangspunt voor de film is het mysterieuze Lebensborn-project.

~

SS-leider Heinrich Himmler richtte in 1935 de Lebensborn-vereniging op, om de geboorte van zoveel mogelijk Arische kinderen te stimuleren. Alleenstaande moeders konden in goede omstandigheden in de speciale klinieken hun kinderen baren. Niet alleen Duitse moeders en hun baby’s waren welkom. Er was ook veel vraag naar kinderen van Noorse vrouwen en Duitse soldaten. In het belegerde Noorwegen kwamen romances met de bezetter veelvuldig voor. Na de oorlog kregen deze Noorse vrouwen en hun ‘kinderen van schaamte’ het zwaar te verduren.

Een kijkje in het verleden
Katrine Evensen (Juliane Köhler) uit Zwei Leben is zo’n Lebensborn-kind, voortgekomen uit de romance tussen de Noorse Ase Evensen en een Duitse soldaat. Na haar geboorte werd ze van haar moeder gescheiden en naar Duitsland gestuurd. Pas toen ze meerderjarig was ontdekte ze haar ware identiteit. Ze ontvluchtte de DDR naar Noorwegen om haar moeder te vinden en werd daar herenigd met Ase (Ingmar Bergman-actrice Liv Ullmann). De film start in 1990, als Katrine en haar moeder al vele jaren een goede band hebben. Katrine heeft zelf een fijn gezin en lijkt de zaken goed op orde te hebben. Het verleden wordt echter weer opgerakeld als de jonge advocaat Sven Solbach opduikt, die de Noorse regering inzake de Lebensborn-praktijken wil vervolgen. Katrine weigert om mee te werken, maar daar heeft ze een andere reden voor dan dat de confrontatie met het verleden te pijnlijk is.

~

Al snel blijkt dat Katrine er een verborgen agenda op nahoudt. Wat betekenen haar uitstapjes naar Duitsland, en waarom vermomt ze zich? Juliane Köhler speelt de mysterieuze en ongrijpbare Katrine mooi ingehouden. Toch leef je als kijker met haar mee, ook al zijn haar beweegredenen niet altijd helder of sympathiek. En dat is knap.

Goed opletten
Zwei Leben springt heen en weer tussen heden en verleden. Zeker tijdens de eerste helft van de film zit de vaart er goed in en moet de kijker opletten om geen aanwijzingen te missen. Langzamerhand ontvouwt zich een web van leugens, verpakt in een combinatie van een spionagethriller en een familiedrama. Geen van de verhaallijnen komt echter goed tot zijn recht; daarvoor wil de film te veel vertellen.  De verschillende verhaallijnen concurreren met elkaar in plaats van dat ze elkaar aanvullen tot een mooi geheel. Het intrigerende spel van Köhler en het tot de verbeelding sprekende onderwerp maakt Zwei Leben echter tot een onderhoudende film over de gevolgen van dubieuze praktijken uit het Duitse verleden. 

Boeken / Non-fictie

Fijn op stap met Bou

recensie: Boudewijn Büch - Rond de wereld in 160 eilanden

.

Terwijl schrijfster Eva Rovers gestaag doorwerkt aan de biografie van Boudewijn Büch, brengt ze als opwarmertje alvast een bundel eilandverhalen van de vermaarde boekenreiziger. Een feest om te (her)lezen maar hier en daar ook weer even stevig doorbijten.

Met de zekerheid veel liefhebbers op hun ziel te trappen, toch eerst in alle oprechtheid: Boudewijn Büch (1948-2002) was geen begenadigd fictieschrijver. Het succes van zijn romans – met name De kleine blonde dood (1985) – is vooral te danken aan een tranentrekkende sentimentaliteit. En aan het feit dat het ‘op waarheid berustende’ verhaal achteraf volledig uit de fabuleuze geest van een fantast bleek te zijn ontsproten. Qua schrijftalent heeft Büch weinig te zoeken in de wereld van de bellettrie en ook zijn poëzie is soms niet zonder kromme tenen te lezen.

Nee, het fenomeen Büch floreert met name in de beschrijvende literatuur. Zodra hij een favoriet onderwerp vastpakt, is de geest uit de fles en weet hij zijn publiek met bezieling te boeien. Of het nu gaat om Goethe, de dodo, de Amerikaanse Burgeroorlog, Rolling Stones, Napoleon, pinguïns, Robert Louis Stevenson, Andy Warhol, de Eerste Wereldoorlog of Gerrit Achterberg: álles waar zijn interesse naar uitgaat is doelwit van zijn onbegrensde kennisvergaring. Zo ook eilanden.

Morbus insulae
De flamboyante schrijver – die zichzelf graag afficheert als islomaan, eilandist, nesofiel en lijdend aan de ziekte morbus insulae – reist zijn halve leven de wereld rond om eilanden te bezoeken. Niet om de schoonheid van exotische stranden of de rust van dunbevolkte streken, Büch wordt gegrepen door de onbereikbaarheid die tegelijk eenzaamheid inhoudt, de aantrekkingskracht van haast vergeten plekken. Het is vooral de mythevorming die menig eiland omgeeft waar hij met ongeremde energie achteraan jaagt.

Dat hier prikkelende literatuur uit ontstaat, bewijst het verhaal Duivelseiland over de onschuldig veroordeelde Alfred Dreyfus die in 1895 gevangen zat op dit eiland voor de kust van Frans Guyana. Of over de laatste jaren van Napoleon op zijn verbanningseiland St. Helena. Ook de stukjes over de uitgestorven dodo op Mauritius en Réunion tonen Büchs meeslepende pen als het gaat over onderwerpen die hem na aan het hart liggen. Met een onbevangen spontaniteit strooit hij zijn wetenschap over ons uit; het is informatief, amusant en bij wijlen emotioneel.

Begrensde overzichtelijkheid
Toch laat Boudewijn Büch ook een andere kant zien, bijvoorbeeld in verhalen als Het ijspaleis: een stroperige verhandeling die uitentreuren doorzeurt over het al dan niet bestaan van het arctische eilandje Bouvet. Hier is de bibliothecaris annex landmeter aan het woord. Tientallen pagina’s over de exacte positie van het eiland, hoe dat in de literatuur is weergegeven en wat de juiste naamgeving is. De schrijver exposeert vol overgave zijn belezenheid en enorme boekenbezit en probeert de lezer te boeien met een overdaad aan oninteressante details.

Daarmee werpt hij zelf de vraag op in hoeverre Boudewijn Büch nu écht om eilanden geeft. Zijn passie lijkt zich vooral te concentreren op favoriete personages en onvergetelijke gebeurtenissen op desbetreffende eilanden. Zou het Griekse eiland Skyros voor Büch enige betekenis hebben gehad zonder het graf van dichter Rupert Brooke? En de Cook-eilanden zonder het bestaan van de dertienjarige schrijfster ‘Johnny’ Frisbie? Het is de begrensde overzichtelijkheid van menig steenklomp in een onmetelijke oceaan, door Büch naar de oppervlakte gehaald omdat het genoemd is door zijn helden en een rol speelt in zijn bibliotheek. Alleen zo kan de bibliofiel zich met recht een ontdekkingsreiziger voelen.

Bloody Ibiza
‘Every man is an island, and I’m bloody Ibiza’ beweert Hugh Grant in de film About a boy (2002). Een uitbarsting van masculiene onafhankelijkheid die Büch op het lijf geschreven zou zijn. Bou was een eiland waar niemand werkelijk op kon doordringen. Zowel in zijn tv-programma’s als in zijn boeken – die meestal een uitvloeisel waren van zijn reizen voor tv – trad hij op als een lichtelijk neurotische, zéér onderlegde en overenthousiaste kluizenaar.

Ik heb zelden de neiging iets ongezien te laten of slechts te willen kennen uit verhalen van anderen.

Rond de wereld in 160 eilanden is een ode aan een ondoorgrondelijk avonturier. De verhalen zijn een genot om te lezen, maar ook – net als de schrijver zelf – van een sympathieke betweterigheid en in een enkel geval irritant te noemen. Juist die ingrediënten maken het boek tot een fraai testament van een hartstochtelijk mens. Hij wordt gemist.

Film / Films

Bloed aan de paal

recensie: Goal of the dead

Na ruim een maand WK nog niet genoeg voetbal gezien? Liefhebbers van een pittig potje schuiven dan ter afsluiting Goal of the dead in de dvd-speler.

Deze Franse griezelkomedie geeft voetbaltermen als ‘kopbal’, ‘sudden death’, ‘gevaarlijk spel’ en ‘dode spelmomenten’ een nieuwe betekenis. De titel verraadt het al een beetje. Goal of the dead knipoogt hevig naar horrorklassiekers als Night of the living dead en Dawn of the dead én naar de meesterlijke Engelse parodie op de zombiecyclus van George A. Romero: Shaun of the dead. Dat niveau haalt Goal niet, maar net als het Franse elftal komt de film best een eind.

~

Traptechniek


Het draait allemaal om de verwende voetbalsterren van Olympique de Paris die denken het provinciale team van Caplongue wel even op te rollen. Een besmette dopinginjectie geeft de tegenstander echter onvermoede krachten. Het spul verandert de provinciaaltjes én de voetbalfans in een razende horde bijtgrage zombies. Het verslaan van deze levende doden vraagt nogal wat van de traptechniek.

Luis Suárez


De grapdichtheid in Goal of the dead ligt hoog en vooral de verwende sterspelers moeten het ontgelden. Het bloed sproeit de hele film kwistig in het rond. Toch is een lengte van twee uur wat veel van het goede voor deze moderne variant op de actie Bloed aan de paal. Een dergelijke slachtpartij moet te beslissen zijn binnen de reguliere speeltijd. En een vriendelijk verzoek: nooit aan Luis Suárez laten zien, deze film.