Boeken / Fictie

Geluk zoeken is van alle tijden

recensie: Ton Brand – Zoektocht naar geluk

Geluk zoeken lijkt iets van alle tijden en ook in onze drukke moderne tijd houdt het onderwerp velen bezig. Ton Brand pretendeert hiervoor nu een gids te schrijven. Brand laat een heel eigen licht schijnen op wat werkelijk geluk voor hem inhoudt en neemt je als lezer mee op een inspirerende leesreis met een boodschap.

Het boek Zoektocht naar geluk is het eerste boek van de Eindhovenaar Ton Brand die in het dagelijks leven werkt als projectleider en adviseur van on site dienstverlening van kleine tot grote en complexe bouwprojecten. Bij Brand kroop het bloed waar het niet gaan kan en hij greep naar de pen om zijn visie op geluk zoeken en vinden op te schrijven.

Leesboek en geen leerboek

Het boek verscheen inmiddels een jaar geleden in het Nederlands – bij zijn eigen uitgeverij – en Brand laat het nu ook in het Engels vertalen. Een goede aanleiding om er alsnog aandacht aan te besteden.

Het boek wil vooral een leesboek zijn en geen leerboek. Toch staat het boek vol met levenslessen. De schrijver gebruikt – zonder referentie – ideeën uit de psychologie en filosofie om zijn verhaal te schrijven. Een verhaal waarmee hij het groeiende aantal mensen met psychische klachten wil inspireren om het geluk niet in het grote, maar juist in het kleine in het leven te zoeken. Wie met psychische klachten kampt zou in het boek een handvat kunnen vinden om eruit te raken en/of eruit te blijven. Een verhaal met een les dus.

Een ander leven

De schrijver signeert – foto: Joost Festen

Brand is gezegend met een fijne verhaalstijl die je direct grijpt en die je door het boek heen sleurt omdat je geboeid blijft lezen. Het centrale verhaal van het boek speelt zich af in de Gobiwoestijn in Mongolië. We krijgen hier een inkijk in het leven van de nomaden die daar leven in de prachtige natuur. Ze leven op een manier die ze al eeuwen doen en doorgeven van generatie op generatie. Dit verhaal is, zo hoorden we van de schrijver, puur fictief, maar wel gebaseerd op het echte leven van de nomaden.

Hoofdpersoon Ben vindt de stam in de woestijn na een gedroomde overlevingstocht en wordt zeer warm welkom geheten door de nomaden. Omdat hij sterk verzwakt en vervuild is door zijn barre tocht in de hitte, krijgt hij te eten en drinken en wordt hem schone kleding aangeboden. Daarmee is een begin gemaakt met zijn opname in het leven van de stam.

Ben valt van de ene nieuwe ervaring in de andere en laat zich de gastvrijheid en vrijgevigheid van mensen die hem omringen welgevallen. Mensen die hem zorg schenken zonder vragen te stellen en die hem onderwijzen in de leer van hun eigen leven. Weliswaar gaan ze soms ook even voorraden halen en handelen in de moderne wereld, maar altijd keren ze dan weer snel terug naar hun eigen leven en oase van rust. Een leven dat zich vooral focust op wat echt belangrijk is in het leven: verbinding en zorg voor elkaar. Alles daarbuiten is vaak niet nodig voor een gelukkig leven. Deze stam wil niet veranderen, niet verrijken, niet moderniseren.

Toch keert Ben terug naar zijn vrouw en kinderen nadat hij in een visioen tijdens een meditatie zijn gezin ziet opduiken. Het verlangen om terug te keren naar zijn gezin groeit waardoor hij zich voorbereidt op een afscheid en een weerzien. Op een bijzondere manier keert hij terug in zijn eigen gezin en neemt een ervaring mee terug die zijn leven voor altijd zal veranderen.

Film / Serie

Wonderlijk piratenavontuur in nieuw jasje

recensie: ONE PIECE (seizoen 1, 2023)

De populaire Japanse stripserie over piraten heeft de transitie van zwart-witte pagina’s naar een kleurrijke Amerikaanse live-actionproductie gemaakt. De reis van de zachtaardige piratenbende is duidelijk met veel liefde voor het originele werk gemaakt. De vermakelijke karakterdynamieken, ongekende worldbuilding en een hoop humor zorgen voor een sterke adaptatie.

Het epische verhaal van manga-artiest Oda Eiichiro begint wanneer de meest beruchte piraat van de wereld vlak voor zijn executie meldt dat al zijn rijkdommen en bezittingen op één plek opgeborgen zijn. Een nieuwe golf aan ontdekkingsreizigers raakt geïnspireerd om de schat, genaamd de one piece, te claimen. Geremd door een corrupte overheid, gevaarlijke zeeën en rivaliserende piratenbendes, lijkt er in jaren niemand een stap dichter bij de al dan niet bestaande prijs te komen. De jonge Monkey D. Luffy (Iñaki Godoy) beweert dat hij de one piece zal vinden. Alles wat hij nodig heeft is een schip, de juiste bemanning en een kaart die hem de weg wijst.

Een hartstochtelijke vaart

De bestverkochte mangaserie One Piece, die vanaf 1997 tot na de publicatie van deze recensie wekelijks wordt uitgebreid met een nieuw hoofdstuk, zou té langdradig en té absurdistisch zijn voor een ‘realistische’ televisieserie. De lust naar avontuur sijpelt echter succesvol door in elk van de acht afleveringen. Piraat zijn gaat volgens Luffy over ultieme vrijheid, wat betekent dat als iemand in de weg staat van jouw dromen, het uitgevochten zal moeten worden. De passie van Luffy is aanstekelijk en in zijn kinderlijk enthousiasme weet hij anderen te overtuigen om mee te gaan in zijn Odyssee, een sentiment dat ook de kijker raakt.

Hoewel de serie het kind in de televisiekijker probeert aan te spreken, is de onderliggende thematiek van tijd tot tijd vrij zwaar. Onderdrukking en racisme zijn terugkerende motieven, hoewel deze niet direct opvallen vanwege de fantasy setting. De serie weet het over het algemeen luchtig te brengen, maar is niet bang om sterk op de gevoelens van de kijker in te spelen. Veel personages verbergen wrok, leed en trauma achter hun glimlach. De momenten waarop Luffy hier doorheen weet te prikken zijn de sterkste en meest memorabele momenten in deze serie.

Originele casting

De 25 jaar oude (en groeiende) stripserie wordt gedragen door de expressieve en interessante personages. De Straw Hat Pirates – Luffy en zijn bemanning – zijn figuren waar kenners van de serie al jaren fan van zijn. Het is dus een zware taak voor acteurs om in de schoenen van deze geliefde personages te stappen. De vier eerste leden die in dit seizoen worden verzameld, Roronoa Zoro (Mackenyu Arata), Nami (Emily Rudd), Usopp (Jacob Romero Gibson) en Sanji (Taz Skylar), worden vertolkt door vrij onbekende acteurs. Zij lijken echter te zijn geboren om deze rollen te vervullen. Van indrukwekkende stunt-choreografie naar gezellig gekibbel, van ontroerende evenementen tot inspirerende monologen, de vijf jonge acteurs weten keer op keer de spijker op de kop te slaan. Ook de vele bijrollen, met name Mihawk (Steven Ward) en Buggy the Clown (Jeff Ward), spatten van het scherm.

Het gevoel van een wereldwijd avontuur wordt versterkt door de diverse cast. Ook de voertaal, Engels, is uiteenlopend door de afkomst en bijbehorende accenten van de acteurs. Schots, Zuid-Afrikaans, Mexicaans en Amerikaans zijn deel van de myriade aan klanken die de fictieve vier zeeën te bieden hebben.

Adembenemende sets

Een andere klus die showrunners Matt Owens en Steven Maeda te doen stond om de live-action serie levendig te maken, is het nabouwen van de vele uiteenlopende sets waarin het verhaal zich afspeelt. Elke set is tot in de details uitgedacht en aangekleed met verborgen referenties uit de serie. Van de enorme schepen, een functionerende circustent tot het landhuis van een miljonair, het lijkt alsof je door verschillende attracties van Disneyland of de Efteling loopt. Combineer dit met de magische soundtrack door Giona Ostinelli en Sonya Belousova en het plaatje is compleet.

Duivels fruit

In de wereld van ONE PIECE groeien zeldzame stukken fruit, devil fruit, die voor een hoge prijs op de zwarte markt verkocht kunnen worden. Op jonge leeftijd eet Luffy de Gum-Gum fruit, die ervoor zorgt dat hij zijn ledematen tot komische lengtes kan strekken. Je kan je voorstellen dat zulke vervormingen van het lichaam het goed zouden doen in een cartoon, maar iets lastiger te realiseren zijn met échte armen en benen. De met computer bewerkte beelden ogen meermaals niet fraai in combinatie met de rijkelijk aangeklede sets. Ook zijn de Fishmen (half vis, half mens), die een groot deel van de tweede helft van het seizoen bevolken, een doorn in het oog. De vreemde kostuums van deze meermannen kunnen bijdragen aan hun imago als bad guys, maar ook afbreuk doen aan het kijkplezier.

Het onbegonnen werk wordt vervolgd

Het eerste seizoen raast met een topsnelheid door het verhaal dat ongeveer de eerste honderd hoofdstukken van de bijna elfhonderd hoofdstukken lange manga omspant. Ook al moet er her en der wat van het originele materiaal overgeslagen of ingekort worden, ONE PIECE doet eer aan het gelijknamige bronmateriaal. Binnen een maand na de releasedatum maakte Oda bekend dat Netflix een tweede seizoen zal produceren. Zoals vele andere producties kan er echter pas aan gewerkt worden wanneer de tv-, theater- en streamingstakingen af zijn gelopen.

Behalve dat het publiek geduld moet hebben voor een tweede seizoen, is het duidelijk dat het volledige verhaal van One Piece nog lang niet verteld kan worden. Zelfs al heeft het eerste seizoen met haar wereldwijde première meer kijkers bereikt dan kijkcijferkanonnen Stranger Things en Wednesday, niemand kan voorspellen of ONE PIECE deze kijkers kan blijven boeien in seizoen twee, laat staan in de hypothetische vervolgseizoenen. Kijk zelf op Netflix of je wel of niet aan boord gaat voor het avontuur van Luffy en de Straw Hat Pirates.

Theater / Voorstelling

Alex Klaasen, het enige paradepaard van stal

recensie: No Ponies - Alex Klaasen

Na zijn succesvolle reeks van Showponies staat Alex Klaasen nu solo op het toneel in No Ponies. Hij wil even wat tijd voor zichzelf nemen, zonder het gehinnik en de druk van de andere paarden. Weet deze eenmansrevue nu ook te boeien?

In No ponies gooit Alex Klaasen het dus over een andere boeg door alleen op het podium te staan. Hij loopt rustig het podium op en laat ons ook meteen weten dat de avond anders gaat zijn dan wij tot nu toe van hem gewend waren.

Het einde aan het begin en het begin aan het einde

In het kader van verwachtingsmanagement wil Klaasen aan het begin het eindapplaus horen, zo komt hij niet voor verrassingen te staan. Het publiek klapt er meteen op los. Dit zet meteen de toon van de show, waarin hij op zoek is naar wat hij écht wil. Het publiek mag vaker even meedoen met de gedachtekronkels van Klaasen en dat doet het met enthousiasme.

De rode draad van de show is de zoektocht naar zichzelf, die voor Klaasen begon in New York vorig jaar. Hij wilde daar rustig een paar maanden wonen om een musical te schrijven, maar dit liep allemaal toch anders dan verwacht en mondde uit in die zoektocht naar zichzelf. Ook in de korte sketches is dit een belangrijk en terugkerend thema voor de personages, van de treinconducteur tot de pierrot en van de zanger tot de spoken word artist.

No ponies is een vlotte voorstelling met cabaret, zang en dans, zoals we van alleskunner Klaasen gewend zijn. Met kostuums en decor pakt hij ook redelijk uit, want elke sketch heeft weer wat anders nodig. Na zeer snelle quick changes zet Klaasen feilloos allerlei typetjes neer en word je als publiek weer gegrepen door een nieuw verhaaltje.

Aan het einde van de show haalt hij een vergelijkbare truc uit als in het begin en dan vallen de stukjes van zijn show en zoektocht op zijn plek. Het is hierdoor een humoristische show, die hier en daar even tot nadenken aanzet.

Zonder ponies

De dynamiek is zonder andere ponies natuurlijk anders, maar het blijft een vlotte voorstelling. Met meer mensen zet je sneller meer grappen of grappige situaties neer. De komische sketches worden nu zorgvuldig en wat langzamer opgebouwd, maar de humor is er niet minder om.

Ook zonder ponies, solo, blijkt Alex Klaasen sterk en weet het publiek te boeien en aan het lachen te krijgen. Zoals Klaasen aan het begin van de show al aangaf, het is iets anders dan wat we van hem gewend zijn. Ook met één paradepaard is de show van Klaasen de moeite waard.

Kunst
special: Een selectie uit zijn werk

Ode aan Erwin Olaf (2 juli 1959 – 20 september 2023)

De veel te jong overleden fotograaf Erwin Olaf is misschien wel de beste fotograaf die Nederland gekend heeft. Zijn veelzijdigheid, durf en het zoeken naar totale perfectie hebben hem tot grote hoogte doen stijgen. Olaf werd vooral bekend door zijn geënsceneerde, bijna schilderachtige settings waarbij geen detail onbelicht bleef. De beeldredactie van 8WEEKLY selecteerde enkele foto’s die de ontwikkeling die hij als fotograaf en als mens heeft doorgemaakt prachtig weergeven.

Erwin Olaf, Squares- Joy, 1985. Copyright Erwin Olaf. Courtesy Galerie Ron Mandos, Amsterdam.

De eerste twee foto’s behoren tot de bekendste werken uit zijn beginperiode, een tijd waarin de jonge fotograaf wilde choqueren. De naakte man met de spuitende champagnefles (1986) is zeer esthetisch in beeld gebracht. De tweede foto toont een model met parels in de mond (1986). Het was Olafs aanklacht tegen de overdaad aan luxe en weelde, het altijd maar meer willen.

Erwin Olaf, Squares- Pearls, 1986. Copyright Erwin Olaf. Courtesy Galerie Ron Mandos, Amsterdam.

 

Vanaf de jaren 2000 gaat Olaf verder de kant op van de geënsceneerde fotografie. Dit zie je mooi in foto’s drie en vier. Hij maakt de serie Berlin (2012) die teruggaat naar de periode van het interbellum. Zijn werk gaat over de relatie tussen kind en volwassene. Wat als kinderen de baas zouden zijn over volwassenen? De foto’s lijken net schilderijen. Hij heeft daarna nog vervolgseries gemaakt met Shanghai (2017) en Palm Springs (2018).

Erwin Olaf, Berlin – Freimaurer Loge Dahlem – 22nd of April, 2012. Copyright Erwin Olaf. Courtesy Galerie Ron Mandos, Amsterdam.

Erwin Olaf, Berlin – Stadtbad Neukölln – 23rd of April, 2012. Copyright Erwin Olaf. Courtesy Galerie Ron Mandos, Amsterdam.

Erwin Olaf, Im Wald – Der Schwan, 2020. Copyright Erwin Olaf. Courtesy Galerie Ron Mandos, Amsterdam.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ook de zwartwit serie van Im Wald (2020) waarbij je in een soort surrealistische donkere omgeving terechtkomt, is werkelijk prachtig. Het laat zien hoe veelzijdig hij als kunstenaar is. De foto’s zijn genomen in de Duitse Alpen. Dit is uniek voor Olaf die eigenlijk vooral in de studio werkt.

 

Koning Willem-Alexander, Koningin Máxima en hun kinderen de Prinses van Oranje, Prinses Alexia en Prinses Ariane, 2018. Beeld: ©RVD – Erwin Olaf

Olaf maakte ook schitterende portretten. Meest bekend zijn die misschien wel die van het koningshuis. Deze reportage laat de koninklijke familie op een hele andere manier zien. Geen statische foto’s maar een lachende koning en koningin en wapperende haren bij de prinsessen (2018). Olaf kreeg er internationaal veel lof voor en de serie ging de hele wereld over.

 

 

 

 

 

 

 

Erwin Olaf, April Fool 2020 – 11.05am, 2020. Copyright Erwin Olaf, Courtesy Galerie Ron Mandos, Amsterdam.

Tenslotte een blik op zijn bijzondere zelfportretten. Olaf, die aan een longziekte leed, heeft zijn achteruitgang op indrukwekkende wijze vastgelegd (2009), zie de uitgelichte afbeelding bovenaan. Zo kun je zien dat hij op de eerste foto nog vitaal is en op de laatste foto zuurstof krijgt toegediend. Ook hiernaast geeft de fotograaf treffend weer wat hij doormaakt tijdens de corona-pandemie. De serie April Fool (2020) verbeeldt de angst en situatie waarin hij en wij gevangen zaten. De zelfportretten van Olaf als een neerslachtige clown met puntmuts die triest de camera inkijkt geven op geniale wijze uitdrukking aan het gevoel van veel mensen in deze periode.

We sluiten af met de foto uit de Berlin fotocollectie (2012). Je ziet hoe Erwin Olaf met de camera in zijn hand de trappen oploopt naar het licht. Hij wilde dat dit zijn afscheidsfoto zou worden. Een foto die alles samenvat in één beeld: bedankt voor alles, het is mooi geweest. Een betere foto had Olaf niet kunnen kiezen.

 

Erwin Olaf, Berlin – Olympia Stadion Westend, Selbstporträt – 25th of April, 2012. Copyright Erwin Olaf. Courtesy Galerie Ron Mandos, Amsterdam.

 

 

Meer weten over Erwin Olaf en zijn werk? Ontdek onderstaand enkele recensies die in ons 25-jarig bestaan over de kunstenaar werden geschreven:

https://8weekly.nl/special/overdonderende-dubbeltentoonstelling/

https://8weekly.nl/recensie/kunst/erwin-olaf-regressive-heden-en-verleden/

https://8weekly.nl/recensie/film/michiel-van-erp-erwin-olaf-on-beauty-and-fall-angst-om-de-regie-kwijt-te-raken/

Kunst / Expo binnenland

Onverwacht en spannend

recensie: Stoel neemt stelling - Centraal Museum Utrecht

Het Centraal Museum bezit de meeste Rietveldstoelen ter wereld. Het is haar ambitie om een van de beste stoelenmusea van de wereld te worden. Deze missie wordt krachtig zichtbaar gemaakt in de tentoonstelling Stoel neemt stelling waarin ruim honderd makers figureren. Het Utrechtse museum brengt een ode aan de vormgeving van de stoel en belicht tegelijkertijd ook de symboliek en het maakproces aan de hand van de meest uiteenlopende ontwerpen.

Conservator Toegepaste kunst en vormgeving Natalie Dubois vond in ontwerper Joost van Bleiswijk de perfecte vormgever en medecurator van de tentoonstelling waarin ruim honderd stoelen bijzondere verhalen vertellen. ‘Stoel neemt stelling gaat niet alleen over bekende designstoelen, maar ook over gewaagde en experimentele stoelen, stoelen die een onverwacht verhaal vertellen en stoelen als kunstobject,’ zegt Bart Rutten, artistiek directeur van het museum. Naast recente aanwinsten worden ook bijzondere bruiklenen van verzamelaars en andere musea geëxposeerd.

Context

Gerrit Rietveld is het vertrekpunt. Met zijn grensverleggende ontwerpen brak hij met elke traditie. Je kunt in de tentoonstelling goed zien hoe makers zich door hem lieten inspireren. Er is ook ruimte voor een ander perspectief. Zo toont Victor Sonna dat iconen wat hem betreft plaatsgebonden zijn. Toen de Kameroens-Nederlandse kunstenaar in Mali was stonden de rietvelden in brand, een ecologische ramp waar niemand zich hier om leek te bekommeren. In Nobody gives a Shit about Rietveld in Mali (2018) bevraagt Sonna Rietveld met een voorstelling van diens stoel in een veld met riet.

Iconen

Er zijn mooie designklassiekers te zien van Michael Thonet, Charlotte Perriand en Eileen Gray. Het behang van de zaal sluit er naadloos op aan. De Wrapped armchair (1964-1965) van Christo en Jeanne-Claude is niet om op te zitten maar nog wel als stoel herkenbaar. Bruce Nauman zet de kijker aan het werk en laat met A Cast of the Space under my Chair (1965-1968) de stoel in zijn geheel weg. Het is niet meteen duidelijk waarom het goedkope plastic tuinmeubel zich mag mengen in dit illustere gezelschap. Lezing leert dat dit model door een non-profit organisatie werd verwerkt in maar liefst 1,3 miljoen rolstoelen. Zo maakt een stoel zonder naam ook geschiedenis.

Een nieuwe generatie

Anna Aagaard Jensen – A Basic Instinct, 2018
Collectie Centraal Museum, Utrecht
Foto: Ernst Moritz

De tentoonstelling biedt veel ruimte aan een nieuwe generatie ontwerpers. Voor Cross Cultural Chairs (2018) bezocht Matteo Guarnaccia de meest dichtbevolkte landen ter wereld. Met lokale makers vertaalde hij hun gewoontes, politiek en geschiedenis in acht stoelontwerpen, een artistieke reis die in een documentaire werd vastgelegd. Anna Aagaard Jensen’s sculpturale stoel uit 2018 is een fantastische aanwinst voor het museum. A Basic Instinct is een van de stoelen waarop je zelfs mag zitten, maar let op: alleen door wie zich als vrouw identificeert. Met haar ontwerp laat de Deense je vol zelfvertrouwen achteroverleunen en dat geheel wijdbeens zodat je de ruimte om je heen wel op moet eisen.

Houtflow

De tentoonstelling doet recht aan de creativiteit en experimenteerdrift van de kunstenaar. Aan de wand hangt de fotografische tekening The Chairs (2014), van de Britse alleskunner David Hockney. Hij bracht tweehonderd foto’s vanuit verschillende perspectieven samen in één compositie waarin de stoelen bijna tot leven komen. Tayeba Begum Lipi’s rolstoel van blinkende scheermesjes neemt op grillige wijze stelling tegen het geweld dat vrouwen in Bangladesh ondergaan. En Jeroen Junte ontwierp een stoel in Rietveld-stijl met het AI-programma Midjourney. Het werd uitgevoerd door Vakvrouwen en kreeg van ChatGPT de naam Houtflow mee.

Droog zitten

Diverse thema’s worden uitgediept waaronder duurzaamheid. Natuur en design komen prachtig samen in The Wiltshire chair (2000-2006) van het duo Alice en Gavin Munro, die letterlijk aan een wilgenboom groeide. De hoge poten van The Urge to Sit Dry (2018) van Boris Maas toont hoe hoog je nog droog kunt zitten wanneer de zeespiegel stijgt. Ook Kees Dekkers wil bewustzijn creëren. Hij laat het museumpubliek kiezen wat het meest ongemakkelijke afval is dat straks zijn transparante No Waste Chair mag vullen.

A seat at the table

Stil wordt het bij de stoel die pijnlijk leeg blijft. Jaarlijks zetten nabestaanden van de MH17-slachtoffers 298 lege stoelen neer voor de Russische ambassade in Den Haag. Ze eisen opheldering over wat er werkelijk gebeurd is. Met de krachtige NEIN chair uit 2017 ageert Tessa Koot tegen artistieke onderdrukking. De stoel die niet wordt aangeboden is het onderwerp van Spoken Word kunstenaar Roziena Salihu. Ze liet zich inspireren door Shirley Chisholm, de eerste vrouw van kleur die lid werd van het Amerikaanse congres. Ze eiste een plek op aan de tafel van het publieke debat en sprak de krachtige woorden: ‘If they don’t give you a seat at the table, bring your own folding chair’.

Kunstroof

Thierry Oussou, Impossible Is Nothing, 2016
Foto: Denise Hermanns

Symboliek speelt ook een rol in Impossible is Nothing (2016), een installatie van Thierry Ousso. Centraal staat de troon van de laatste koning van Dahomey, het huidige Benin. Dit symbool van macht werd in 1892 door Frankrijk geroofd en speelt nu een rol in een diplomatiek geschil. Ousso nam op onconventionele wijze deel aan het debat over geroofd erfgoed en authenticiteit. Hij liet in zijn geboorteland in het geheim een replica ingraven om deze een half jaar later met nietsvermoedende studenten kunstgeschiedenis en archeologie weer op graven. De troon is nog steeds onbereikbaar, zoals ook de replica die nu in het museum achter een muur van kijkgaten staat opgesteld.

 

Stoel neemt stelling is tot en met 14 januari 2024 te zien in het Centraal Museum in Utrecht.

 

Film / Films

Een glansrijk debuut

recensie: Past Lives - Celine Song

Past Lives is de debuutfilm van schrijver en regisseur Celine Song. Het verhaal gaat over twee jeugdvrienden wiens levens innig doch gecompliceerd met elkaar verstrengeld raken. De film werd onthuld op het Sundance Film Festival en heeft sindsdien alleen maar lof gekregen. Nu is de vraag: is dit romantisch drama zo overtuigend als wordt beweerd? De film doet haar reputatie eer aan.

Onbekend terrein

Koreaanse films zijn fundamenteel anders dan producties van westerse makelij. De culturele verschillen schijnen door in de manier van bijvoorbeeld verhaalvertelling, de editing, en de cinematografie. Films in dit genre vallen vaak in de categorie arthouse. Dit komt erop neer dat alle lagen van het format zorgvuldig worden vormgegeven, waarbij er dikwijls wordt afgeweken van de bekende en verwachte standaardontwerpen. Dergelijke films kunnen daardoor onwennig aanvoelen en wellicht niet bij iedereen in de smaak vallen. Past Lives komt hierin zowel kenners en nieuwkomers tegemoet. De film is tegendraads genoeg om af te wijken van de reguliere blockbuster, maar weet ook de doorsnee kijker mee te nemen in de thematiek en verhaalvertelling.

Subtiel en prikkelend

De romantiek staat centraal in Past Lives. Hoofdpersonages Hae Sung en Nora kennen elkaar van kinds af aan en zijn ervan overtuigd dat ze voor elkaar gemaakt zijn. Het lot trekt de twee uit elkaar. De film volgt het traject van beide levens, waarbij de vraag wat ze nu voor elkaar betekenen voortdurend onder de oppervlakte ligt. De chemie is onmiskenbaar tussen de twee leads (briljant vertolkt door Greta Lee en Teo Yoo), maar het karakter van hun band blijft onduidelijk. Hierin vindt de film haar kracht. Hoewel de twee hoofdpersonages niet continu met elkaar in contact zijn, blijft hun band een overkoepelend thema, zonder dat de dialoog te veel weggeeft. De film volgt beide personages in hun levens en weet de aandacht van de kijker voortdurend vast te houden.

Perfect afgestemd

De productie sluit naadloos aan bij de toon van de film. De editing geeft de film een kalme hartslag, precies genoeg om te kunnen genieten van de rustgevende maar scherpe cinematografie. Het is echter niet zo langzaam dat het begint te sukkelen. Dit alles wordt gedragen door de zwoele soundtrack van Christopher Bear en Daniel Rossen, met etherische tinten die perfect passen bij de filosofische elementen van de film.

Arthouse voor een breed publiek

Met Past Lives heeft opkomend schrijver/regisseur Celine Song een vliegende start gemaakt. Hoewel de stijl wat onwennig kan voelen voor mensen die opgegroeid zijn met westerse producties, weet de Koreaans-Canadese filmmaakster een prikkelende portie magie op het scherm te toveren. Een aanrader voor zowel de kritische als de doorsnee filmkijker.

Film / Films

Het beklimmen van sociale ladders in achttiende-eeuws Frankrijk

recensie: Jeanne du Barry - Maïwenn
Filmstill Jeanne du BarryFilmdepot

Geboren uit een buitenechtelijke affaire zal Jeanne Bécu (later Madame du Barry) uitgroeien tot de maîtresse-en-titre (de officiële maîtresse) van koning Lodewijk XV. Haar verhaal blijft een bron van inspiratie voor kunstenaars. Zo ook voor de Franse actrice en filmmaker Maïwenn. Haar nieuwe film Jeanne du Barry opende het 76ste Filmfestival van Cannes met een staande ovatie van zeven minuten.

Maïwenn zelf speelt Jeanne. Hierdoor speelt ze niet alleen de mooiste vrouw aan het hof van de Franse koning Lodewijk XV, maar is ze tevens de regisseur, schrijver en producent van de film. Ze wordt bijgestaan door Johnny Depp, wiens rol als Lodewijk XV zijn eerste volledige Franse rol is. Dat Depp Frans spreekt, zou niet moeten verbazen. Hij is immers jarenlang getrouwd geweest met de Franse zangeres en model Vanessa Paradis.

Open deuren en gesloten rollen

Het is opvallend dat het karakter van Lodewijk XV nagenoeg onuitgewerkt blijft, ondanks het inkijkje in zijn luxe leven dat de film biedt. Depp heeft nauwelijks tekst en krijgt niet de kans zijn karakter uit te diepen. Zo wordt hij in de film omschreven als een man die zijn lust voor het leven hervindt via Jeanne, maar dit komt niet lekker uit de verf. Voor het publiek blijft de koning even mysterieus als hij destijds voor zijn volk was.

Het gevolg is dat het moeilijk wordt om de liefde tussen de twee te begrijpen. Daar komt ook nog bij dat er tussen Maïwenn en Depp weinig chemie is. Het gevoel van romantiek is dus ver te zoeken. Dit bemoeilijkt het hebben van empathie voor de personages, waardoor het einde van de film niet de emotionele impact heeft die het had kunnen hebben.

Poging tot herinterpretatie van verwerpelijke geschiedenis

Maïwenn had al jaren het idee het verhaal van haar idool Du Barry naar het grote doek te vertalen. Het is duidelijk dat ze dit karakter probeert weg te zetten als vrijgevochten vrouw die voor zichzelf kan denken. Haar Jeanne is pienter maar tevens een rebel die door haar rebelse gedrag keer op keer wordt verstoten. Haar vrijgevochten karakter maakt haar uiterst modern, maar hoezeer Maïwenn ook probeert de rol van Jeanne te herinterpreteren, uiteindelijk was en bleef de historische Jeanne Bécu een prostituee die enkel in een voor sommigen nog altijd verwerpelijk beroep en enkel met behulp van mannen die sociale ladder kon beklimmen.

Daar komt dan ook een tweede historisch aspect bij dat tegenwoordig erg gevoelig ligt: Jeanne kreeg van Lodewijk XV een zwart jongetje cadeau, Zamor, dat zij tot page maakte. In de film worden een aantal opmerkingen gemaakt ten voordele van Zamor en rassengelijkheid. Zo staat Du Barry erop dat het hele hof de jongen bij zijn voornaam noemt en tolereert ze geen racistische of denigrerende opmerkingen. Het is echter onduidelijk of de historische Du Barry ook daadwerkelijk zo goedgezind was naar Zamor. De jongen liet haar namelijk tijdens de Franse Revolutie arresteren en executeren. De film neigt naar het projecteren van hedendaagse normen en waarden op een moeilijk en ongemakkelijk punt in de geschiedenis.

Zonneschijn in Versailles

De film is daarentegen wel een parel voor het oog, met name door de prachtige kostuums en het fantastische paleis van Versailles als decor. Ook het camerawerk is uitstekend: in de openingssequentie van de film wordt de kijker al direct verwend met mooie shots van het Franse landschap en later door prachtige shots van de tuinen van Versailles. De montage van de beelden trekt de film op een aangenaam ritme voort, terwijl ze tegelijkertijd de kijker de ruimte geeft om de exuberantie op het doek in zich op te nemen. Deze balans tussen rust en tempo maakt dat de film erg aangenaam is om naar te kijken.

De echte chemie in de film zit ongetwijfeld tussen Jeanne en La Borde (Benjamin Lavernhe), de bediende van de koning. Zij ontwikkelen gedurende het verhaal een oprechte vriendschap, waarbij de warmte van het doek afspat. Ook de drie dochters van de koning, die worden weggezet als venijnige stiefzussen uit een sprookje, brengen een zekere humor in het soms wat voorspelbare en statische verhaal.

Dit maakt dat de film nooit suf aanvoelt en ook de volledige twee uur kan boeien. Slaagt de film minder in het overbrengen van liefde, fungeert ze altijd nog als een boeiende geschiedenisles over een interessant historisch figuur.

Theater / Voorstelling

Swingende hommage aan tijdloos icoon

recensie: Amsterdams Kleinkunst Festival: Ramses90
Hommage Ramses Shaffy_(c)Anne van Zantwijk_preview-2Anne van Zantwijk

Ramses Shaffy is een van de bekendste Nederlandse zangers van de jaren 60 en 70. Zijn flamboyante persoonlijkheid en bijzondere teksten, soms diepgaand en emotioneel, soms ronduit onzinnig, maakten hem tot een waar icoon. Dit jaar zou hij 90 zijn geworden, wat gevierd wordt met een speciale hommage in het Koninklijk Theater Carré op 24 september en 23 oktober 2023, georganiseerd door het Amsterdams Kleinkunst Festival (AKF). Verschillende artiesten, van jong talent tot oude rotten in het vak, eren de chansonnier en zijn werk op hun eigen manier tijdens deze feestelijke avond.

De trein naar het Noorden

Ramses Shaffy werd geboren in 1933 in de Parijse voorstad Neuilly-sur-Seine. Als kind van een Egyptische consul en een Poolse gravin is zijn afkomst op zijn minst bijzonder te noemen. Toen zijn moeder tuberculose kreeg, verhuisde hij naar Nederland door tussenkomst van zijn Utrechtse tante en groeide verder op in een pleeggezin. De levensbepalende treinreis van Parijs naar Utrecht bezong hij in het lied ‘De trein naar het Noorden’. Ramses doorliep de toneelschool, werd acteur en beproefde zijn geluk in Italië met zijn liefde Joop Admiraal, maar had weinig succes. Toen hij samen met hartsvriendin Liesbeth List en Louis van Dijk als de groep Shaffy Chantate begon te toeren, nam zijn carrière ineens een flinke vlucht. De rest is geschiedenis en Ramses bracht gedurende zijn loopbaan vele nummers uit die in het geheugen van menig Nederlander staan gegrift, zoals ‘Sammy’, ‘Laat me’ en ‘Pastorale’. Kortom, voor de artiesten van het AKF is er een breed palet aan prachtige nummers om uit te kiezen.

Een indrukwekkende opening

Hommage Ramses Shaffy_(c)Anne van Zantwijk_preview-6_klein

© Anne van Zantwijk

Ramses 90 start met een eerbetoon aan Wimie Wilhelm. Zij had tot haar plotselinge overlijden de regie van deze theatershow in handen. Acteur Sabri Saad el Hamus is de presentator van de avond en vraagt het publiek om een staande ovatie voor Wimie Wilhelm.

Vervolgens opent de acteur de voorstelling. Gedurende de avond benadrukt hij de Egyptische achtergrond van Shaffy en die van hemzelf. Zo schetst hij parallellen tussen hun levens en vertelt hij passievol over een ontmoeting tussen hem en de zanger in een Amsterdamse kroeg tijdens een voetbalwedstrijd tussen Nederland en Egypte.

Ramses door jong en oud

De avond draait om adaptaties van Shaffy’s nummers door verschillende artiesten. Hierin is direct duidelijk hoe veelzijdig zijn oeuvre is. Maartje en Kine bijten het spits af met een swingende versie van ‘Hallelujah Amsterdam’. Flip Noorman vervolgt de show met een prachtige, kleine versie van ‘de trein naar het Noorden’ met behulp van een muziekdoosje. De nodige girlpower tijdens de show wordt verzorgd door Sarah Janneh met haar versie van ‘Zonder Bagage’ en Joy Wielkens met een zeer indrukwekkende versie van ‘Josje’. Naast alle jonge artiesten kunnen de ervaren Jenny Arean met ‘Sammy’ en het humoristische nummer ‘De een wil de ander’ en Richard Groenendijk met ‘Laat me’ op een extra luid applaus rekenen. Tenslotte zijn de spoken word performances van Gershwin Bonevacia en Luan Buleshkaj en de verassende zelfgeschreven ode aan Ramses én Wimie Wilhelm van het duo n00b zeer verfrissend tussen alle covers.

Een optreden door de meester zelf

Ramses zelf komt gelukkig ook voorbij. Tijdens de voorstelling worden er verschillende fragmenten uit de documentaire Ramses, oú est mon prince van Pieter Fleury getoond. Hierin zien wij een doorleefde Ramses, niet geheel helder door zijn beschonken toestand en een beginnende Korsakov, maar flamboyant en eigen als altijd. Zichtbaar emotioneel en fragiel zingt hij achter zijn piano ‘’t Is stil in Amsterdam’. Daarnaast wordt een fragment getoond van een jongere Ramses, die overenthousiast zijn Nederlandse paspoort mag ophalen na jarenlang de vreemdelingenstatus te hebben gehad. Hij schreeuwt het uit tegen de Amsterdamse ambtenaar: eindelijk hoort hij erbij!

Shaffy: voor alle leeftijden

Een blik in de zaal leert dat op een avond voor Ramses Shaffy gemiddeld een publiek op leeftijd afkomt. Een blik op het podium leert echter dat juist ook veel (relatief) jonge artiesten geïnspireerd zijn door de artiest. En terecht, hoewel de melodieën van de oorspronkelijke nummers tegenwoordig minder op de radio passen, zijn teksten zijn tijdloos en bewijzen dat telkens weer. Laat het maar aan artiesten als Maarten Heijmans, Sarah Janneh en Joy Wielkens over om de teksten te voorzien van een bijzonder arrangement en zo weer nieuw leven in te blazen. Arrangementen die dichter bij het origineel blijven, waaronder ‘Sammy’ uitgevoerd door Jenny Arean, laten het publiek ook niet onberoerd. Op verschillende plekken in Carré deint en zingt het publiek mee met de melodie, en mensen zijn zichtbaar geroerd door de vertolking van Arean. De hoop is dat de enkele jongvolwassene in de zaal zijn enthousiasme kan delen en dat er bij de tweede, tevens laatste, uitvoering van Ramses 90 in oktober een gemengder publiek in de zaal zit. Immers, thema’s die bezongen worden door Shaffy, zoals erbij willen horen, ongecompliceerde liefde en een nieuwe start maken, zijn tijdloos en generatie-overstijgend.

Theater / Voorstelling

Je kunt integreren wat je wilt, maar je kunt je afkomst niet verloochenen

recensie: Disgraced – Black Sheep Can Fly/Het Nationale Theater/Senf Theaters

Hoe integreer je als persoon met een Aziatische moslimachtergrond in het westen? Je laat je naam minder islamitisch klinken. Je camoufleert de geboortegrond van je ouders. Je trouwt een westerse. Maar ondanks dit alles wordt de transformatie van de islamitische topadvocaat Amir Kapoor voor zijn westerse omgeving nooit geloofwaardig in de rommelige voorstelling Disgraced.

Amir en Emily zijn een succesvol echtpaar in Disgraced van toneelschrijver Ayad Akthar (New York, 1970). Amir is topadvocaat bij een gerenommeerd Joods advocatenbureau, Emily is een avantgardistisch kunstenaar die op het punt staat door te breken. Ze wonen in een strak appartement op de elfde verdieping. Zijn omgeven door even succesvolle kennissen, zoals kunstkenner Isaac en collega-jurist Joy.

De enige merkbare dissonant is nichtje Aisha. Zij keert zich af van haar islamitische achtergrond, wil ‘Lotte’ genoemd worden. Oom Amir vindt het allemaal maar raar, hoewel hij zelf in feite hetzelfde heeft gedaan door zijn Arabische naam bij te vijlen en zijn Pakistaanse afkomst te verdoezelen door zich Indiaas te noemen.

Maar niets is wat het lijkt in dit stuk; gaandeweg kantelt alles, van het zelfbeeld van de personages tot de onderlinge verhoudingen. Tijdens een etentje met de kunstkenner en de collega-jurist vallen de maskers af.

Van naturalistisch naar slapstick

De Amerikaans-Pakistaanse toneelschrijver Ayad Akthar kreeg voor Disgraced (2012) de Pulitzer Prize. Met die kennis in het achterhoofd is de vraag waarom deze voorstelling maar niet wil gaan ‘vliegen’. Regisseur is Saman Amini, die ook advocaat Amir speelt; voor spelregie en eindregie tekent Eric de Vroedt.

De regiekeuzes hinken op verschillende gedachten: naturalistisch spel wordt afgewisseld met comedy en slapstick, en zelfs met nu en dan een dansje. Alsof de regisseur niet kan kiezen. Het ‘waarom’ van deze afwisseling wordt niet duidelijk, en bovendien leidt ze af.
Amini speelt Amir naturalistisch, met nu en dan een geinig terzijde. Charlie Chan Dagelet als Emily springt, lacht, schreeuwt, stuitert. June Yanez (Joy) zet afwisselend een koele, en een nogal geëxalteerde jurist neer. Rick Paul van Mulligen becommentarieert zijn eigen personage, kunstkenner Isaac, voortdurend met slapstick-achtige bewegingen; bij Van Mulligen werkt dat goed, deze vorm van ironie maakt van zijn personage iemand die het achter de ellebogen heeft.

Eigenlijk is het enige consistente personage het nichtje Aisha (Selin Akkulak), dat twijfelt over de keuze tussen een islamitische en een westerse identiteit.

De onderliggende boodschap van Disgraced levert acteurs en regisseur een paar lastige hobbels op. Acteurs krijgen lange lappen politieke en maatschappijkritische tekst voor de kiezen. En die teksten schieten van serieus naar komisch, naar clichématig, naar woedend.

Kleuren

Opvallend is het effectieve gebruik van kleuren in kostuums en decor (ontwerp: Dieuweke van Reij). De personages dragen witte, zwarte of grijze kleren en schoenen. Amir begint in lichtgrijs en wit, in zijn kleding sluipen steeds meer donkergrijze en zwarte elementen. Zijn vrouw Emily begint in een zwart kostuum, haar kleding wordt langzaam grijs tot wit.

De schaarse meubels zijn transparant. De witte touwen die het achterhoek vormen, worden heel langzaam zwart. Zo verandert de sfeer gaandeweg van lichtvoetig in grimmig. Zeer fraai.

Buitenstaanders

foto: Annemieke van der Togt

Bij alles wat minder goed gelukt is, blijft de boodschap van het stuk wel degelijk overeind: je kunt integreren wat je wilt, je kunt je afkomst niet verloochenen. De joods-christelijke samenleving eist min of meer van mensen met een islamitische achtergrond dat ze zich aanpassen. Maar zelfs wanneer ze dat serieus proberen, blijven ze buitenstaanders. Moslims komen in de knoop door hun pogingen zich te voegen in een wereld die ze niet met de paplepel ingegoten hebben gekregen. Dat is een serieus en oprecht dilemma: als we met elkaar willen samenleven, moeten we elkaar niet onze normen opleggen, maar iedereen in diens waarde laten.

 

Tekst: Ayad Akhtar
Concept en regie: Saman Amini
Spelregie, eindregie: Eric de Vroedt
Spel: Saman Amini, Charlie Chan Dagelet, Rick Paul van Mulligen, Selin Akkulak, June Yanez
Decor en kostuums: Dieuweke van Reij
Lichtontwerp: Stefan Dijkman
Muziek: Saman Amini
Fotografie: Annemieke van der Togt

 

Boeken / Fictie

Eigentijdse whodunnit

recensie: Ik heb een paar vragen voor je - Rebecca Makkai

True crime is een ongekend populair genre: als roman, film of serie én als podcast. Met pageturner Ik heb een paar vragen voor je speelt Rebecca Makkai in op deze hype en bekritiseert ze het genre tegelijkertijd.  

Makkai’s eerste roman sinds haar bestseller Een stralende toekomst speelt zich af op de Amerikaanse kostschool Granby. Alumnus Bodie Kane is een succesvol true crime-podcastmaker en keert als gastdocent graag terug naar het prestigieuze instituut, waar ze lessenreeksen over film en podcasts maken geeft. Haar interesse in (onopgeloste) moordzaken komt niet uit de lucht vallen; tijdens haar laatste schooljaar wordt haar kamergenootje Thalia vlak na de opvoering van een toneelstuk dood aangetroffen in het zwembad.  

Onderste kan boven

Hoewel al vrij snel de zwarte sportleraar Omar schuldig wordt bevonden, blijft het meer dan twee decennia later knagen aan Bodie. Is het wel terecht dat Omar, die zelf zijn schuld altijd heeft ontkend, hiervoor veroordeeld is? Of is er sprake van racistische vooroordelen en is de dader nog op vrije voeten? 

Bodie is niet de enige die twijfelt aan Omars betrokkenheid bij Thalia’s moord. Op internetfora speculeren amateurdetectives erop los aan de hand van online circulerend beeldmateriaal van de bewuste avond. Niet geheel ontoevallig raken ook Bodies studenten in de ban van deze zaak. Als onderdeel van de cursus beginnen ze een eigen podcast met als doel de waarheid boven tafel te krijgen.  

Thriller met een twist

Zoals het een detective betaamt, wil je als lezer vooral weten wie het gedaan heeft. Makkai voedt deze behoefte door tussen de hoofdstukken door verschillende potentiële daders en hun motieven te opperen, waarbij het ene scenario waarschijnlijker is dan de andere. Is Thalia’s toenmalige vriend, de manipulatieve Robbie Serenho, misschien te snel vrijgepleit? In veel gevallen moet de dader immers in de familiaire sfeer worden gezocht. 

Het is lastig om Ik heb een paar vragen voor je weg te leggen. Als het boek al een detective is, dan is het een moderne take op het genre, een die daarnaast de tijdgeest goed weet te vangen. Tegelijkertijd levert Makkai kritiek op het True crime-genre. Hoe gezond is het dat we zo massaal smullen van andermans leed? In het bijzonder wanneer dat leed jonge, knappe en veelal witte vrouwen wordt aangericht. Makkai zet ons een oncomfortabele spiegel voor.