Muziek / Interview
special: St. Tropez over muzikale visie
St Tropez

Pop-up Studio St. Tropez

Tijdens de maand mei was er op Amsterdam Centraal een merkwaardig winkeltje te vinden. Een pop-up store van de band St. Tropez, of wellicht beter, een pop-up studio. De band voerde hier als het ware performance art uit; muziek vanuit het niets, met het idee “waarom niet?”, tot de verbazing van menig voorbijganger die niet wist wat het hier mee aan moest. Of gewoon haast had. 8WEEKLY zocht de heren van de band op bij hun thuisbasis in Amsterdam om een praatje te maken over de laatste ontwikkelingen en ideeën van St. Tropez.

In een pand aan het IJ is een roestige deur de toegang tot een bijzonder hok. Direct naast de deur zijn alle effectpedalen en drumaccessoires uitgestald. De deur naar de studio verderop staat open, maar er wordt niet gespeeld. Bassist Lars zit daarentegen op de computer met een mixprogramma open en draait muziek van de band Spiritualized. Teun schenkt koffie in en komt erbij zitten. “Zo, dat was een heftig maandje vol met toffe dingen,” zegt hij, en daarmee begint een boeiend gesprek over muzikale inspiratie en de gebeurtenissen in de pop-up studio.

Pop-up Sudio, gedurfd experiment

Teun: “Het was ook wel een absurd idee, maar daardoor kwamen ook veel mensen kijken ook al wisten veel mensen het niet. Veel toeristen en voorbijgangers keken van: ‘waarom is hier een band?’ We stonden ook gewoon in een dezelfde hal waar bijvoorbeeld een fietsenwinkel zat en beddengoed verkocht werd. Overdag draaide het vooral om sessies koffie drinken en ouwehoeren, ’s avonds werd alles aan de kant geschoven, werd er herrie gemaakt en veranderde de locatie in een soort mini venue van de kleine zaal in Paradiso.”

Een groot deel van de tijd op Amsterdam Centraal stond in het teken van opnemen. Teun: “Na drie dagen ben je weer vergeten wat je daarvoor gedaan hebt. We hebben geprobeerd om alles bij te houden, maar zijn nu nog materiaal aan het bewerken.” Bovendien was het voor de heren interessant om te zien wat de werkwijze is van andere bands. Lars: “Leuk om te zien hoe de dynamiek in elke band anders werkt. En vooral om dat met mensen te delen, want iedereen kon het zien.”

In zekere zin is deze actie een groot gedurfd experiment van St Tropez, wat een natuurlijk vervolg is op de omschakeling die de band heeft gemaakt. Teun: “We hadden geen verwachtingen, dus dan kan het ook niet misgaan. Ik had niet verwacht dat het zo makkelijk zou gaan: vanuit het niets iets doen met rare dingen als resultaat die we zelf niet zouden maken.” En volgens Lars kon je alles doen wat je wilde, ook als voorbijganger. “Met Jungle By Night waren we bijvoorbeeld urenlang aan het spacen toen er opeens iemand langs kwam, vroeg of er een microfoon was en begon spontaan mee te zingen.”

Zinloos?

Volgens Lars past deze actie zeker wel bij de band. Het is niet te doordacht en niet echt zinvol, maar wel enorm leuk. “Bepaalde paden in het Nederlandse muzieklandschap hebben we natuurlijk al bewandeld [met Goo Back to the Zoo] en het is leuk dat we nu juist dit soort andere, gekke dingen kunnen doen. Zoals dus een maand lang op Centraal Station zitten en muziek maken. Een spannende uitweg zoeken, de uitdaging aan gaan.”

Die uitdaging zoeken de heren eveneens op met een ruw en ongepolijst geluid op het tweede album en de bijbehorende muziekvideo’s. Op een minimalistische manier zien we in elke video de band een gat graven op een strand, waarbij de video’s elkaar opvolgen. Lars: “Een zinloze handeling verheffen tot mythische proporties; daar kun je allerlei dingen bij denken. Dat vier mensen een gat graven, zegt voor mij meer dan sigaretten roken op het podium, crowdsurfen of feesten. Dat is niet waar het album om draait of het beeld wat je hoort te zien als je het album luistert. We willen iets maken wat iedereen aanspreekt op verschillende denkniveau’s, wat abstracter en op een andere manier betekenisvoller.”

Verwarring zaaien, maar iedereen is welkom

De keuze van de bandnaam en de benaming van het genre (zij noemen het yachtpunk) speelt een grote rol bij de beeldvorming en de conceptuele benadering van de muziek. Lars: “We beseffen ons dat muziek in een bepaalde context hoort, maar dat willen we eigenlijk ondermijnen en proberen te verbreden, we willen groter zijn dan dat. Garagerock en pop vinden we cool, maar we willen ook op stations spelen dus verzinnen we gewoon zelf iets wat nergens op slaat. Het mag best een beetje verwarrend zijn, dan biedt het veel ruimte om daar zelf iets van te vinden en over na te denken.”

De heren zijn nog steeds aan het zoeken wat werkt. Lars: “Het album is reflectief op de maatschappij, maar het is ook een persoonlijke plaat qua muziek en qua tekst. Sommige ideeën komen voort uit een soort creativiteit die gefrustreerd was. Als mens of artiest wordt je elke dag beter als je ervoor werkt, daar geloof ik in. Een soort noodzakelijke vooruitgang. En dan is altijd iemand anders die nog geïnspireerd is of iets tegen komt.“ Teun voegt tot slot nog toe: “We willen super graag voor mensen spelen en de mogelijkheid krijgen of creëren om ons eigen ding te kunnen doen. Daarbij willen we laten zien dat iedereen welkom is.”

22 juni was er een evenement gepland in het SkateCafe te Amsterdam, waarin veel artiesten en bands die langs zijn geweest in de pop-up studio gastoptredens verzorgden. In overleg met deze bands is besloten om materiaal van het project online uit te brengen. Via deze link kun je nog eens terug luisteren wat zich afgelopen mei heeft afgespeeld op Amsterdam Centraal: A Month at Amsterdam Central Station.

Livedata:
11 augustus – Planet Oedipus, Amsterdam
25 augustus – Poldergoud, Haarlem
1 september – Merleyn, Nijmegen
7 september – Mezz, Breda
8 september – VestiVolt, Hoorn
13 september – Nieuwe Nor, Heerlen
14 september – Zwarte Ruiter, Den Haag