Muziek / Album

Geen bling, wel kwaliteit

recensie: Lyrics Born - Same !@#$ Different Day

De Amerikaanse rapper Lyrics Born (echte naam Tom Shimura) haalde goede kritieken met zijn debuutalbum Later That Day. ‘Kwaliteitshiphop’ was een veelgehoorde term, maar van een wereldwijde doorbraak was geen sprake. Om dat te veranderen verschijnt nu de cd Same !@#$ Different Day met remixes van Later That Day die door medewerking van grote namen (onder andere DJ Shadow, KRS-One en Morcheeba) voor wat meer aandacht moet zorgen. Als hij dit krijgt, zal dat niet alleen door de grote namen komen. De nummers swingen allemaal de hiphoppan uit met mompelende maar vlijmscherpe raps en dansbare beats. Pure hiphop die blingbling-gangstarappers degradeert tot snotneuzen.

~

Na Hello, een swingend welkom, haalt Lyrics Born voor Pack Up jeugdidool KRS-One van stal. Dit levert een knallende hiphopdanstrack op in de stijl van The Beatnuts, Big L. of de late Rakim. Oké, we zijn warm. Het vervolg van de cd biedt je haast geen moment de kans om af te koelen, de swingende nummers volgen elkaar in hoog tempo op. Bijvoorbeeld Do That There, een funky, zomers nummer met een snelheid en een ritme in de raps die je achterover doen slaan. En wat te denken van I Changed My Mind, voorzien van een lekker dansritme dat doet denken aan Get Myself Connected van Stereo MC’s. Geen wonder, want de MC’s hebben het geproduceerd, lees ik later.

DJ Shadow

Zo halverwege de cd volgen de twee bijdragen door turntablegoeroe en topproducer DJ Shadow. The Last Trumpet is een spannend, duister nummer, monotoon maar allesbehalve saai. Het klinkt als Massive Attack in een hiphop-mix en mondt uit in een extase die zijn weerga niet kent. Hierna volgt Over You, een ijzersterke soulvolle ballad, prachtig ingezongen door Joyo Velarde. In The Bay neemt Lyrics Born het productieroer over van waarde collega en dit resulteert in een vreselijk funky basloopje overgoten met mompelende raps, een ode aan de Bay Area waar hij opgroeide. De laatste helft van de cd staat vol met dit soort funky nummer en meeslepende raps.

Echte hiphop

Het is jammer dat sommige sterke nummers met een lullige fade-out worden afgesloten, want dit zorgt bij een paar tracks voor een nare nasmaak. Daarnaast zijn niet alle nummers even goed. Zo zijn het slome I Can’t Wait For Your Love en het funk-rockachtige Shake It Off zeker geen hoogtepunten. De rest van de cd maakt echter meer dan duidelijk waarom Lyrics Born deze herkansing verdient. De nummers zijn swingend, de raps meeslepend en in deze remixes zit meer muziek en afwisseling dan de originelen. Same !@#$ Different Day is vreselijk goed geproduceerd, vol waar het vol moet zijn en clean en minimalistisch waar dat passend is. Een absolute aanrader voor iedereen die zijn buik vol heeft van de patserhiphop a la 50 Cent en zoekt naar echte hiphop.

Film / Achtergrond
special: Een interview met regisseur Pawel Pawlikowski

‘In de zomer worden de mensen een beetje raar’

Zijn film My Summer of Love wordt al de beste Britse film van het afgelopen jaar genoemd en ook tijdens het Rotterdamse filmfestival waren de reacties van het publiek overwegend positief. Een kort interview met regisseur Pawel Pawlikowski.

Vanwaar de keus voor twee meisjes die zó verschillend zijn? Had het verhaal niet minstens zo goed gewerkt zonder deze extreme tegenpolen?

~

“Voor mij is het juist dat extreme dat het verhaal zo aantrekkelijk maakt. Sociaal gezien zijn ze heel erg verschillend. Tamsin heeft een heleboel vergaarde kennis dankzij haar opleiding en reisjes met haar ouders. Ze heeft gezien wat er in de wereld te koop is, maar haar kennis is heel oppervlakkig. De ander, Mona, heeft geen kennis op welk gebied dan ook, omdat ze altijd vast gezeten heeft in de vallei waar ze woont. Wat zij wel heeft is verbeeldingskracht en binnen haar beperkte wereld smacht en verlangt ze naar andere dingen. Ze worden zowel aangetrokken door elkaars wereld als door elkaars persoon. Daarbij spelen ze met de verwachtingen die ze hebben van elkaar. Ze vertrouwen elkaar nooit volledig. Er is altijd een klein element van wantrouwen. Zelf sympathiseer ik het meest met Mona. Ik houdt meer van haar karakter. Toch was het een stuk makkelijker om de teksten voor Tamsin om papier te krijgen dan die van haar. Misschien omdat ze meer pretentieus zijn. Ik kan heel goed pretentieus zijn (lacht).”

Er zijn nogal wat films waarin jonge meisjes worstelen met hun seksualiteit. Wat maakt dit verhaal meer de moeite waard dan ieder ander verhaal rond dit thema?
“Mensen zeggen wel eens dat My Summer of Love iets weg heeft van Heavenly Creatures, maar die film is een stuk theatraler van opzet. Een homoseksuele affaire was in de jaren vijftig nog een big deal. Maar de wereld uit Heavenly Creatures is een heel andere wereld dan die van My Summer Of Love, een heel andere manier van filmen zelfs. Ik denk niet dat ik ooit eerder een film als My Summer Of Love heb gezien. Natuurlijk zijn er meer films over tienermeisjes, maar overal zijn al films over gemaakt. Het gaat niet zozeer om het onderwerp, maar om hoe je het brengt. Het allerbelangrijkste is dat je personages hebt waarvan je kunt houden, waardoor je verrast wordt. Er is geen film ter wereld die een verhaal vertelt dat ik nog niet ken, maar er zijn maar weinig films die met zo’n verhaal toch iets bijzonders en origineels weten te maken. Tegenwoordig zie je maar weinig films met rijke, gelaagde, paradoxale personages zoals Tamsin en Mona.”

De hele film schreeuwt haast zomer. Van de sproeten in het gezicht van Mona, tot de zonnige belichting en de groene glooiende heuvels. Was het overbrengen van een zomergevoel zo belangrijk?
“In Engeland zijn zomers geen echte zomers. Slechts één keer in de zoveel jaar is het eens echt zonnig en warm en dan worden mensen meteen ook een beetje raar. Er gebeurt iets met ze, ze staan meer open voor andere dingen en ze durven meer te dromen. Er is bijna sprake van een soort anarchie. Dat gevoel was voor mij erg belangrijk om over te brengen.
Daarnaast had ik de zomer nodig om het landschap op de juiste manier weer te geven. Ik wilde niet de zoveelste typisch Engelse grijs/bruin/groenige film. Ik wilde primaire kleuren en ruime landschapsshots; een manier om Engeland te vervreemden, om het land eens heel anders in beeld te brengen dan mensen gewend zijn.”

Muziek / Album

Obscure indie

recensie: Enon - Lost Marbles and Exploded Evidence

Vraag het de heren en het meisje van Enon wanneer je de oplossing wilt weten van het raadsel: hoe kan een band met een briljante plaat onopgemerkt blijven? Zij maakten namelijk in 2003 de ultieme indiepopplaat Hocus Pocus en zijn door bijna alle boekers van de zogeheten betere festivals onopgemerkt gebleven. Dat dit te maken met de lage verkoopbaarheid van het uit New York afkomstige Enon, klinkt niet geheel onwaarschijnlijk, want het principe ‘voor alle fans’ is bij festivals al jaren uit het oog verloren. Toch is de slecht te marketen lo-fi-disco-gitaar-synthy-pop een genot voor elke liefhebber. Voor deze Enon-liefhebbers is er nu, als kleine pleister op de wonde, de obscure b-kantjes verzamelaar Lost Marbles and Exploded Evidence.

~

Het verhaal van Enon is eentje van jaren. In 1991 werd Enon, na een periode als geesteskindje van John Schmersal, ex-Braniac, een driemanformatie. Met uitvalsbasis Brooklyn opereerde Schmersal vanaf toen met Toko Yasuda, ex-Blonde Redhead en ex-The Lapse, en Matt Schultz die je zou kunnen kennen van The Lab Partners. De taken werden zo verdeeld dat John verantwoordelijk werd voor het gitaarwerk en deels voor de vocalen. Toko nam de bas, de keyboards en het andere deel van de zang voor haar rekening, terwijl Matt het drumstel onder zijn hoede nam. Na de eerste plaat High Society begonnen de opnamen van het hierboven genoemde, uiterst diverse en coole Hocus Pocus. Rondom deze twee platen zijn er heel veel nummers opgenomen, maar veel daarvan hebben nooit een van de twee gehaald. Deze zijn nu op Lost Marbles and Exploded Evidence verzameld.

Wat je nog niet had

Verzamelaars als deze zijn vaak niet meer dan collector’s items voor de echte fan. Maar het punt bij de verzamelplaat van Enon is, dat de kans uiterst klein is dat de nummers allemaal al oude bekenden van je oren zijn. De singles die de band in het verleden op de markt heeft gebracht, zijn allen in zo’n beperkte oplage verschenen dat je een schouderklopje verdient, wanneer je het nummer in je platenverzameling hebt. Daardoor moet deze plaat eerder gezien worden als een aanvulling op hetgeen eerder in Nederland is verschenen. Als extra hebben de heren en dame een videogedeelte met clips van vorige singles op de cd laten persen.

Hoog kaliber

De nummers die Lost Marbles and Exploded Evidence bevat, zijn verre van irrelevant en het is soms de vraag waarom ze nooit op een van de twee platen zijn verschenen. Want ook nu zijn er schitterende composities en hier en daar begenadigd songwriterschap te horen. Luister eens naar het funky Knock that Door, het gevoelige Fly South of het indietronische Kanon. Het zijn toevallig niet de drie uitschieters van de plaat, want ook het vrolijke gedeunde Grain of Assault, de in gekte gedompelde Tilt You Up en het singer/songwriter-achtige Blow Infinite Ways zijn behoorlijk sterk. Het wordt hoog tijd dat er weer eens een kluis met nieuwe pareltjes van Enon aan de man gebracht gaan worden, want van dit soort kaliber kunnen er niet genoeg zijn.

Muziek / Album

Slim maar teleurstellend

recensie: Isolation Years - Cover the Distance

De band Isolation Years lijkt inmiddels een patent te hebben op een bijzondere stijl: een soms melancholieke, soms psychedelische mengeling van country, akoestische folk en vrolijke popmuziek. De Zweden bieden met Cover the Distance meer van hetzelfde, maar het sobere album blijkt een lichte teleurstelling.

~

Echt anders dan zijn voorgangers klinkt Cover the Distance niet: aan de succesformule van Isolation Years worden hooguit een achtergrondkoortje (op Michael (If You Cannot Row) – een kitscherige kunstgreep die niet iedereen zal waarderen) en het spaarzame gebruik van elektronische instrumenten en strijkers toegevoegd. Verder volgt de muziek het pad dat uitgestippeld werd op de eerste twee platen: compacte, slim uitgewerkte nummers die akoestisch gespeelde akkoorden met fraaie melodieën verweven. De teksten van zanger Jakob Moströms – soms ironisch, soms half poëtisch – wijken ook niet van zijn karakteristieke stijl af.

Nuances

De muziek van Isolation Years is op zijn best wanneer de band een speelse, simpele melodie weet uit te buiten tot een catchy nummer met kop en staart. De meeste tracks op Cover the Distance klinken weer bedrieglijk eenvoudig, maar zitten stiekem vol subtiele nuances. Een nummer als Nurse Hands (de eerste single van het album) lijkt met zijn eenvoudige akkoordenpatroon op het eerste gehoor niets bijzonders, maar na een paar keer luisteren blijven er flarden van in je hoofd doorspoken, zodat je het opnieuw wilt horen – een teken van intelligente muziek. Ook Look What I’ve Done biedt met schijnbaar simpele middelen een onweerstaanbaar nummer dat zangmelodieën met majeurakkoorden en een bluesachtig gitaarpatroon verweeft. Van zulke tracks zijn er echter weinig te vinden, en al na een kwartier slaat een indruk van verveling toe: zeurende refreinen, spanning en intensiteit die onder de oppervlakte blijft en nergens pakkend tot uiting komt.

Niemendalletjes

De melancholie en de nadruk op refreinen die soms zo meeslepend waren op voorgangers Inland Traveller en It’s Golden blijven hier grotendeels achterwege: Cover the Distance bevat te veel stuurloze, snel vergeten nummers, niemendalletjes zoals de openingstrack Dyslexic en Leaning. Uitschieters bevat het album niet: de twaalf tracks, hoe fraai en technisch geslaagd ook, blijven te veel op het zelfde tempo en in dezelfde sfeer hangen. Zelfs het afsluitende titelnummer kabbelt voorbij zonder dat het ooit echt op gang gekomen is. De muziek wekt uiteindelijk bijna onverschilligheid op: Cover the Distance blijkt het minst geslaagde album van een begaafde band.

Muziek / Album

Live in je huiskamer

recensie: Peter Pan Speedrock - Spread Eagle

Spread Eagle heet het nieuwe album van Peter Pan Speedrock, een titel die geïnspireerd lijkt te zijn op de coverillustratie in tegenstelling tot het vaak voorkomende omgekeerde. Hoe het ook zij, de jongens uit “Never Never Land” (het schijnt rond Eindhoven te liggen) hebben een nieuwe cd uit en dat mag men weten. Met een nieuwe producer achter de knoppen klinkt alles een stuk professioneler dan voorheen. Een plaat waar alleen maar meer toekomst uit spreekt.

Wat direct opvalt zodra het eerste nummer uit de speakers klinkt is het geluid. Waar de voorgaande cd’s van de Eindhovenaren nog een behoorlijk dof geluid hadden, klinkt dit album alsof ze live in je huiskamer staan te spelen. Alle instrumenten zijn helder en goed afzonderlijk van elkaar te horen zonder dat dit het totaalgeluid schaadt. Daar waar op voorganger Lucky Bastards het geluid nog klonk alsof het opgenomen was in een donkere oefenruimte (dit had natuurlijk te maken met het feit dat deze platen ook “live” opgenomen werden), is er hier qua geluid een grote stap voorwaarts gemaakt.

Zweden

Nu is de cd ook niet door de minste persoon opgenomen. Voor Spread Eagle is het trio afgereisd naar de Sunlight-studio’s van Tomas Skogsberg in Zweden. De beste man produceerde ook al albums voor Entombed en Gluecifer. Niet zomaar de eerste de beste om achter de knoppen te hebben dus. Ondanks de voor Peter Pan Speedrock onconventionele manier van opnemen (Skogsberg stond erop de instrumenten apart van elkaar op te nemen) denk ik dat gesteld mag worden dat de band trots mag zijn op het geluid van deze plaat. Zowel de ronkende baslijnen als de scherpe gitaarhooks zijn perfect te horen en de plaat blaast stevig door de speakers.

Rock ’n Roll

De muziek zelf spreekt ook voor zich: lekkere rock ’n roll waar de bandleden zelf waarschijnlijk nog het grootste plezier in hebben. “Het belangrijkste is dat we er zelf ontzettend hard op kunnen gaan,” vertelde zanger/gitarist Peter aan LiveXS en dat klinkt absoluut door in de muziek. De nummers worden met overtuiging gebracht en het kan niet anders dan dat de nummers ook live van het podium afspringen. Verschillende invloeden zijn te horen in de nummers, maar naast de te verwachten vergelijkingen met bijv. Motörhead of AC/DC neigt het nummer Pay the Bill (Or Die) juist meer naar een band als de Dropkick Murphys (zonder de folk-invloeden welteverstaan). Niet in het minst door het lekker rauwe stemgeluid van zanger Peter dat zeker doet denken aan dat van Al Barr.

Kort gezegd levert Peter Pan hier een lekker solide album af. Of Tinkerbell de hint in de titel zal volgen valt nog te bezien, maar het kan niet anders dan dat er weer zalen plat gespeeld gaan worden met dit album.

Muziek / Album

Live toch beter

recensie: Sioen - Ease Your Mind

Naar aanleiding van See You Naked werd Sioen twee jaar geleden door 8WEEKLY nog omschreven als “een naar Stef Kamiel Carlens klinkende singer-songwriter die een band rond zich heeft verzameld.” Ook werd er destijds gerefereerd aan de eigenzinnige Belgenpop van Sharko. Geen misselijke namen dunkt me. Toch werd het album door de vaderlandse pers bijna unaniem als te braaf en te steriel aan de kant geschoven en zelfs Frederik Sioen schijnt er tegenwoordig zijn bedenkingen bij te hebben. Inmiddels is Sioen opgepikt door Excelsior en heeft de band als live-act op festivals als Werchter de nodige indruk gemaakt. We zijn onderhand toch benieuwd geworden of ze het livegevoel dit keer hebben weten te vertalen naar de plaat.

~

Nieuweling Ease Your Mind ligt in het verlengde van zijn voorganger, doch met de nadruk iets minder op het ‘grote gebaar’ en meer op het rockgeluid. Iets meer bandalbum dan soloplaat. Dat neemt niet weg dat Sioen in de kern nog steeds die hese Gentse zanger met piano is die doet denken aan Tom Waits (Who Are You), Das Pop en – inderdaad – Stef Kamiel Carlens, en die vooral tot zijn recht lijkt te komen in een rokerige nachtclub. Hier en daar heeft de muziek vanwege de zigeunerviool van Jeroen Baert (tevens Zita Swoon) en de korte hoekige gitaarriffs ook wel iets weg van de laatste van Masters of Reality. Nerveuze drumsalvo’s en dreigende gitaarpartijen, maar dan helaas zonder dat intrigerende rauwe MOR-randje en zonder ook maar ergens uit de bocht te schieten, zoals dEUS. Toch laat Sioen hiermee zien het rockhart op de juiste plaats te hebben.

Menage a trois

Hoogtepunt is het gevoelige Nervous Little One, niet geheel toevallig een van de weinige ingetogen liedjes met een glansrol voor piano en zang. Dan blijkt ook meteen waar Sioen goed in is, namelijk de kleine popliedjes, de prima (doch wat kleurloze) band ten spijt. In No One’s Interest is er nog zo een, een heerlijke menage a trois tussen piano, trompet en stem. Helaas staan er weinig van dat soort nummers op Ease Your Mind.

Hinkend op te veel gedachten

Dat neemt niet weg dat dit nieuwe album een grote stap voorwaarts is ten opzichte van het debuut. Er is duidelijk meer zorg besteed aan de instrumentele balans, met dank aan producer Dennis Moulin. De vraag blijft alleen of Frederik Sioen toch niet beter af is zonder band. Op Ease Your Mind lijkt hij muzikaal vooralsnog op te veel gedachten te hinken. Het zweeft ergens tussen een singer/songwriter met piano, typische arty Belgenpop en Amerikaanse stonerpop, hoewel de drums voor dat laatste genre dan weer net iets te braaf zijn. Tekstueel valt er ook nog wel het een en ander op de plaat aan te merken. Het is nog net iets te veel van het niveau “You kiss me softly, you gently touch my face / You hold me tight, I’m lost in your embrace” (In No One’s Interest). Op afsluiter Sleaping Beast blaast Toots Thielemans nog een deuntje mee, wat het einde betekent van een onevenwichtig tweede album. Sioen blijft voorlopig toch vooral een live-band.

Film / Films

Toekomstrealisme

recensie: Code 46

De maker van science-fictionfilms heeft twee mogelijkheden om zijn futuristische universum vorm te geven. De eerste is door het aantal verwijzingen naar de ‘echte’ wereld tot een minimum te beperken en een geheel eigen werkelijkheid te creëren. Maar hij kan juist ook de overeenkomsten tussen de wereld van de kijker en die van de film benadrukken. Michael Winterbottom kiest in zijn ongemakkelijke toekomstvisie Code 46 voor een tussenoplossing. Hij geeft de kijker precies genoeg aanknopingspunten om zich te kunnen identificeren, met als effect dat de verschillen al snel mogelijkheden worden van hoe het ons in de toekomst zou kunnen vergaan.

~

In Code 46 leeft de mens in een totaal geglobaliseerde wereld. Er is maar één taal overgebleven, een mix van Spaans, Frans en (hoofdzakelijk) Engels. Toch bestaat er een diepe verdeeldheid binnen de wereldbevolking, die zich door een ruimtelijke scheidslijn laat tekenen. De kansrijken wonen in de steden, en zij wanen zich extreem beveiligd omdat ze tegen alles verzekerd zijn. Op het platteland, een uitgestrekte woestijn, vinden we de mensen die een te groot risico vormen voor de verzekeringsmaatschappijen. Zij zijn polis- en daarmee kansloos.

Verboden liefde

Middenin deze verzakelijkte wereldorde vindt een love story plaats die zo puur is als een liefde maar kan zijn. Twee mensen die elkaar tegenkomen, aankijken en op slag verliefd worden. Alleen is hun liefde voor de wet verboden. Maria Rodriguez (Samantha Morton) heeft namelijk dezelfde genen als de moeder van William Geld (Tim Robbins), wat niet zo vreemd is in een maatschappij waarin klonen en IVF-behandelingen eerder regel zijn dan uitzondering als het gaat om voortplanting.

Mokerslag

~

Code 46 werkt verradelijk – het eerste deel is gefilmd als een meeslepende droom, in het tweede komt de dreiging die daarachter schuilgaat meedogenloos aan het licht. De film komt daardoor, net als In This World, Winterbottoms semi-documentaire over de reis van twee vluchtelingen naar het westen, aan als een mokerslag.

Manipulaties

Het is moeilijk de film niet te bekijken als een maatschappijkritische toekomstnachtmerrie. Het engagement, al ligt dat hier in de toekomst, is ook wat Code 46 gemeen heeft met In This World. Winterbottom schotelt de kijker een ver uitgewerkte versie voor van het Amerikaanse maatschappijmodel, in combinatie met het mogelijke resultaat van ontwikkelingen als globalisering en klimaatverandering. In hoeverre kunnen we mensen nog vrij noemen als ze niet eens hun eigen geliefde mogen kiezen? En die verzekering biedt wel zekerheid, maar wie wil er in een wereld leven waarin ieder risico, hoe klein ook, uitgesloten wordt? Wat te denken van manipulaties van menselijk lichaam en geest, in de vorm van het wissen van herinneringen en het klonen van mensen?

Coldplay

Naast de vragen die de film oproept, durft Code 46 je ook aan te spreken op je gevoel. De slotscène van de film (die ik hier verder niet zal verklappen), begeleid door een liedje van Coldplay, spreekt in dat opzicht boekdelen. Winterbottom is sowieso een regisseur die houdt van de directe aanpak. Het liefst filmt hij op locatie, met de handheld camera in de aanslag. Dat Londen, Shanghai, Hongkong en Dubai hier zowel herkenning als vervreemding oproepen, maakt Code 46 zo beangstigend. Dit is toekomstrealisme. Zo zou onze wereld er over veertig jaar uit kunnen zien.

Film / Films

Een zotte verliefdheid

recensie: My Summer of Love

Een groot, wit paard vult driekwart van het beeld. Op zijn kop, schuin van onder gefilmd. Vanaf zijn rug buigt een meisje zich in het shot. De zon is fel en zorgt ervoor dat het een vaag beeld is, omlijnd met licht. Het geeft de eerste ontmoeting van de in de berm slapende Mona – letterlijk gezien door haar ogen – met Tamsin tegelijkertijd iets vervreemdends en iets sprookjesachtigs.

~

My Summer of Love is het verhaal van een amour fou op het Engelse platteland. Tamsin (Emily Blunt) en Mona (Natalie Press) herkennen elkaars eenzaamheid en voelen zich gevangen in de lege wereld van het dorp. Ze weten allebei dat deze vriendschap, die vrij abrupt verandert in een verhouding, eindig is. De rijke Tamsin zal na de zomer teruggaan naar kostschool en de eenvoudige Mona blijft achter in het dorp. Dat ze zich desondanks vol overgave in de affaire storten, voelt toch logisch. Er is niets te verliezen.

Draaimolen

Met desoriënterende beelden brengt de Pools-Engelse regisseur Pawel Pawlikowski de waanzin van een zotte verliefdheid heel dichtbij. De meisjes dompelen zich onder in een wereld van alcohol, lome zomermiddagen, sigaretten, seks en drugs. Gezichten worden gefilmd in close-ups, soms met een voorbij flitsende achtergrond. Alsof je in een draaimolen zit, gefocust op één persoon, met een licht tintelend gevoel in je buik.

Menopauze

~

Tegelijkertijd is het contrast tussen de meisjes voortdurend aanwezig, al vanaf de eerste ontmoeting. Tamsin, op wit paard, met dure, rode, goedzittende kleding. Mona, op brommer zonder motor, met een goedkoop, roze, typisch anita-achtig topje. Het klassenverschil is geen échte issue: het is er, maar wordt met subtiele humor behandeld. Als Tamsin Mona vraagt hoe haar toekomst eruit ziet, schetst ze een beeld van een bullebak van een echtgenoot, een reeks kinderen met problemen, lange, zware dagen tijdens een baan in een abattoir en dan wachten op de menopauze, of kanker.

Schimmige roes

Als de beloftes en obsessies groeien en de wereld om hen heen steeds meer inkrimpt, krijgt de draaikolk waarin de meisjes zich laten meevoeren iets onheilspellends. Mona’s broer Phil (Paddy Considine) – een fanatieke new-born Christian – ziet in hun ‘vriendschap’ het werk van de duivel. En geleidelijk krijgt de roes iets schimmigs: hoe puur is deze zomerliefde eigenlijk? Bij gesprekken schokt de camera soms even, bijna alsof het per ongeluk is. Het dwingt je te focussen op de gezichten, op hun uitdrukkingen en op wat zij proberen te verbergen: waar eindigt de waarheid en begint de leugen? Pawlikowski zet je voortdurend op het verkeerde been.

BAFTA

Leugens en waarheid, niets te verliezen en tegelijkertijd alles, passie en verveling, angst en onbezorgdheid: dit spel met paradoxen leverde een BAFTA op voor beste Britse film. Het is een ontsporende droom, My Summer of Love. Een prettige, een enge, maar vooral een fascinerende.

Lees ook het interview dat we hadden met regisseur Pawel Pawlikowski.

Theater / Achtergrond
special: Interview met Nathalie Baartman

“Ik wil ze met mijn gekte om de oren slaan!”

Op zondagmiddag 17 april in Theater Frascati stond de jury van de talentenjacht voor jong theatertalent Voor de Leeuwen voor de moeilijke taak een winnaar te kiezen. Vijf geselecteerde voorstellingen waren allemaal van hoge kwaliteit en erg verschillend. De verfrissende en verrassende kleinkunstvoorstelling Stam van Nathalie Baartman kreeg uiteindelijk de meeste stemmen. De hoofdprijs: spelen op de openingsavond van ITs op 23 juni en deze zomer mee met festival de Parade. De 31-jarige goedlachse en lekkere melige Nathalie Baartman is intens blij en trots en zweeft nu nog op een grote, roze wolk. Eerder won ze al de persoonlijkheidsprijs op Cameretten. Nathalie is derdejaars studente aan de Koningstheateracademie in Den Bosch en wil met een avondvullend programma Nederland veroveren.

~

Nathalie, wat kunnen mensen verwachten van jouw voorstelling?
Ik vind het leuk om het publiek al vertellend, zingend en dansend mee te nemen in mijn belevingswereld. Die is soms wat vreemd, maar ik ben er heilig van overtuigd!

Hoe is in jouw belevingswereld het programma Stam uiteindelijk ontstaan?
Heel praktisch: Ik heb uit bergen materiaal mijn favorieten gekozen en deze aan elkaar verbonden. Het gaat meestal over dat ik de realiteit nogal met verwondering bekijk en niet goed weet hoe ik daar dan in pas. Maar ja, dat zie ik pas als ik het eerst schrijf en ook zelfs nu ontdek ik nog steeds nieuwe dingen in het programma. “O, gaat het daar over!” denk ik dan. Het heeft wel iets te maken met vroeger voel ik: Stam, stamboom, wortels…

Waarom denk je dat de jury jou gekozen heeft?
Ik stond er echt en wilde dat publiek. Ik had er zin in. Als je voor de leeuwen gaat, moet je jezelf ook een leeuw voelen, anders overleef je het niet. Dat is voor mij de grote uitdaging van het podium. Wat ik maak, komt echt uit mij. Het is iets dat onaangepast is, iets dat boos is, iets dat onschuldig is, iets dat het niet weet! Laatst dacht ik ineens: “Ik wil ze met mijn gekte om de oren slaan!” Als me het lukt om ongegeneerd plezier te maken, dan heb ik goed gespeeld.

~

Waar moet je denk je nog aan werken?
Als ik schrijf laat ik mijn fantasie de vrije loop. Er komt steeds meer in mijn hoofd op en op een gegeven moment weet ik het zelf niet meer wat ik eigenlijk wilde zeggen. De absurditeit vind ik dan belangrijker dan wat ik echt meen of voel en dat vind ik jammer. Om helder neer te zetten wat ik ergens van vind of voel, is soms moeilijk.

Voel je nu meer druk om te presteren?
Nee, niet echt. Ik voel me eerder uitgedaagd om verder aan mijn voorstelling te werken. Daar ben ik sowieso de hele tijd al mee bezig. Misschien als ik straks in de Paradetent het Paradepubliek buiten zie lopen, dat ik dan allemaal vervelende dingen ga denken als: “O, het lukt vast niet!” Dat denk ik namelijk wel vaker, maar ik heb geleerd dat ik aan dat soort gedachten niet echt veel heb. Dan ga ik liever even heel hoog springen op mijn trampoline.

Ben je zelf een vaste bezoeker van De Parade?
Twee jaar geleden ben ik heel veel in heel het land naar de Parade gegaan. Vorig jaar ben ik alleen naar Rotterdam geweest.

Welke voorstelling van vorig jaar is je bijgebleven en weet je ook waarom?
Ik vind het erg, maar ik kan me het niet meer herinneren. Van het jaar daarvoor, is Servaes Nelissen me bijgebleven. Hij speelde een vrouw. Ik heb hem nog gezegd dat ik thuiszorggevoelens bij zijn voorstelling kreeg. Dat was een compliment. Maar dat begreep hij, geloof ik, niet.

Wat of wie inspireert je?
Mensen zijn bijzonder in wat ze zeggen en wat ze doen. Daar geniet ik van. Ik kom vaak in grappige situaties terecht, ik sta er ook wel open voor. Vorige week bijvoorbeeld liep ik ’s middags een bruine kroeg in om naar het toilet te gaan. Meestal roept er dan wel iemand: “Geef die dame wat te drinken!” Dan zit ik daar als enige met thee en een gevulde koek en kijk ik mijn ogen uit naar al die types. Dat inspireert me, ze maken me nieuwsgierig. Of de man van de cafetaria in Den Bosch die een net iets te lange monoloog houdt over de kwaliteit van zijn frieten. Daar luister ik graag naar, dat vind ik grappig. Ook haal ik veel uit dansen op wereldmuziek, zoals je in mijn voorstelling wel kunt zien. De tentoonstelling Alles Dali heeft me ook heel erg geïnspireerd. Ik kan urenlang kijken naar surrealistische kunst. Ik zeg wel eens: “De realiteit, van mij had het niet gehoeven!”

Hoe ben je in het theater terecht gekomen? Is het iets dat je altijd al hebt willen doen of heb je hiervoor iets anders gedaan, je bent immers geen begin 20 meer?
Ja, ik heb hiervoor echt heel veel gedaan; van studente filosofie tot aerobicsdocente, van milieuactiviste tot dramatherapeute. En toen kwam ik in het theater. In het theater kan ik mijn idealisme en mijn creativiteit kwijt. Toneelspelen en schrijven heb ik heel mijn leven leuk gevonden, maar ik was wel een leergierig kind dat liever ging studeren dan spelen. Dus dat ben ik eerst gaan doen. Mijn vader en broertje zijn allebei ook erg grappig, het zit een beetje in de familie. Gek doen werd thuis getolereerd en zo heb ik mijn komisch talent ontdekt.

Waarom heb je voor kleinkunst gekozen?
Ik vind het een heel mooie vorm vanwege het contact met het publiek, die wisselwerking vind ik spannend. De humor, de relativering en de lichtheid bevalt me ook goed. Je staat er en je doet wat je wilt.

Welke doelen wil je nog bereiken?
Ik ga mijn programma uitbreiden en mijn droom is om met mijn avondvullende programma in de theaters door heel Nederland geboekt te worden. Ik ga er helemaal voor, negeer al mijn twijfels en ga het gewoon doen. Ik blijf alert, ga veel spelen, altijd weer opnieuw. Succes stel ik niet als hoogste doel, ik blijf mijn hart volgen.

Film / Films

Melodrama met een grote M

recensie: Dear Frankie

Frankies wereld speelt zich voornamelijk af in zijn hoofd. Letterlijk en figuurlijk. Door zijn handicap – hij is doofstom – hoor je alleen zijn ‘inner voice’. Hij droomt over een wereld onderwater en over de reizen die zijn vader per schip aflegt. Met vlaggetjes prikt hij de route nauwkeurig op een grote wereldkaart.

~

Dear Frankie is vooral een intieme film. Omdat Frankies moeder regelmatig verhuist, is de wereld aangenaam klein: hun kennissenkring in het kleine Schotse kustplaatsje bestaat uit een handjevol mensen. De afstanden zijn er kort: Frankie wandelt naar school en terug. Zijn moeder Lizzie reist naar een postzegelhandelaar. Daar schrijft ze in naam van Frankies vader brieven naar haar zoon, verzint ze de prachtigste avonturen en sluit ze de mooiste exotische postzegels in. Zo verbergt ze dat ze zijn echte vader halsoverkop heeft verlaten.

Nepvader

~

Een slim, charmant joch met een handicap, een moeder met een geheim, een serveerster in een fish-and-chips-zaak met een gouden hart: natuurlijk is het Melodrama met een grote M. Bovendien lijkt het alsof de scenarioschrijver Andrea Gibb met moeder Lizzie de greep op het gebeuren verliest. Als de door zijn moeder verzonnen boot Accra opeens echt bestaat, aanmeert in de stad waar Frankie woont én hij zijn vader uitnodigt voor een voetbalwedstrijd, is dat natuurlijk hét moment om met de waarheid te komen. Lizzie denkt daar anders over: zij huurt een man in die voor een dag de vader van Frankie moet spelen. Waarom? “Die brieven zijn de enige manier om zijn stem te horen.” De nepvader weet vervolgens niet van wijken en ondertussen duikt ook de echte vader van Frankie weer op. Ja ja.

Luchtje

Dat je het verhaal toch blijft geloven, ligt deels aan de prestaties van de acteurs. Jack McElhone is vertederd en ondeugend in één. Ook de andere karakters zijn overtuigend menselijk. Toch is het vooral de verdienste van regisseur Shona Auerbach. Ze neemt de kijker mee naar Schotland waar het altijd druilerig is en alles een bruin-groene zweem over zich heeft. Dat wordt versterkt door het camerawerk, dat feilloos speelt met de lijnen en de lichtval. Wie de herinneringen aan sterkere films met dezelfde sfeer (Young Adam, Wilbur Wants To Kill Himself) weet te verdringen, ziet hoe de prachtige vormgeving het absurde van het verhaal kan compenseren. Net zoals Frankie zich enthousiast voor de gek laat houden door zijn moeder: er zit een luchtje aan, maar het vóelt allemaal zo echt.