Muziek / Album

Muzikale Coronacreativiteit

recensie: I Am Oak – Odd Seeds & Jack Poels – II

Thijs Kuijken alias I Am Oak zat, zoals zoveel artiesten, thuis en stond zeker niet op het podium gedurende de coronacrisis. Dit geldt ook voor Jack Poels die in maart nog zijn eerste soloalbum uitbracht. Een tijd van inkeer en zeker ook herbezinning. Soms levert dat heel mooie, verstilde muziek op en hoor je de eenzaamheid weerklinken.

Odd Seeds is het album van I Am Oak en is een selectie uit vijftig van zijn liedjes, die heel zijn oeuvre overdekken. Het album is alleen verkrijgbaar op vinyl of op de streamingdiensten.

Jack Poels ontvouwde zich op Blauwe vear, zijn eerste soloplaat, als een begenadigd singer-songwriter. De feestmuziek van Rowwen Hèze was ver weg. Op II is het niet heel anders.

I Am Oak

De albums van I Am Oak laten zich kenmerken door muziek, die in alle rust het mooiste is te beluisteren. Ze breken de stilte langzaam open en vragen alle subtiliteit van de luisteraar bij het consumeren van deze muziek voor fijnproevers. Geen van zijn liedjes blinkt uit in uitbundigheid maar ze blinken juist uit in ingetogenheid.

Op Odd Seeds zijn de liedjes teruggebracht tot de meest rudimentaire vorm die je je maar kunt voorstellen. Van de vijftig liedjes zijn er zesentwintig terechtgekomen op deze dubbel- lp. Eén van de composities is een nieuw liedje, dat de titel ‘That’s That’ kreeg, maar feitelijk luisteren alle liedjes in deze verstilde uitvoeringen als nieuwe liedjes. Kuijken begeleidde zichzelf alleen op een akoestische gitaar, banjo of orgel in samenhang met zijn kenmerkende zang. Op de hoesfoto achterop het album is het bureau van Kuijken te zien met alle instrumenten en de computer waarmee het album is opgenomen. De sfeer van het album is heel klein en ademt de eenzaamheid van deze muzikale coronaperiode. Feitelijk zouden deze opnames ook geluisterd kunnen worden als de demo’s of oerversies van de uiteindelijke liedjes. Het is misschien ook daarom wel een te grote schotel aan verstilde liedjes om alle zesentwintig in één keer tot je te laten komen. Wat dat betreft is het medium vinyl ook een hulp bij het luisteren naar dit album. Pak één lp per keer. Ook op bijvoorbeeld Spotify zien we dat I Am Oak een deel één en een deel twee heeft neergezet. Laten we hopen dat een volgend album weer een echt band-album mag worden want dan is Thijs Kuijken samen met andere instrumentalisten op zijn best. Tot die tijd kunnen we in de lockdown ons prima vermaken met deze soundtrack van het coronajaar.

 

Jack Poels

Het is heel bijzonder dat we nog geen jaar na het eerste soloalbum van Jack Poels al een tweede krijgen voorgeschoteld. Blauwe vear verscheen toen de coronapandemie nog maar net over ons werd uitgestort. Poels schreef het album dan ook toen er nog geen virus in de lucht was. Toch voelde het album toen al als passend voor de muzikale stilte, die ging volgen op de festivalterreinen. Met II hebben we al meteen een tweede soloalbum te pakken. Heel bewust schrijft Poels niet het cijfer 2 of de letters twee, maar een II. Dat symbool kennen we allemaal ook als het pauzeteken. Zo beleeft Poels de periode van nu dan ook. In deze pauzeperiode heeft hij opnieuw liedjes geschreven, die passen in de stijl van zijn eerste soloalbum en hij heeft ze ook solo gespeeld. Met recht noemt hij het werkstuk dan ook een corona-album. Als alles gewoon open was gegaan dan was er nu zeker nog geen II geweest. Voor de echte liefhebbers van Rowwen Hèze is dit gezapige werk van Poels niet echt waar ze op zaten te wachten. Deze liedjes graven dieper. Sommigen zeggen dat het wel bij zijn leeftijd past. Het album II bevat wederom mooie liedjes, maar toch is de verrassing er een beetje af. Daar waar het eerste soloalbum als een warm bad voelde, is deze tweede een album dat ook na vele keren draaien doet terugverlangen naar het eerste soloalbum. Misschien is het te snel of hebben de liedjes net wat meer tijd nodig. Wel spreekt het grote vakmanschap, waarmee Jack Poels het album heeft gemaakt, absoluut in zijn voordeel. Ook dit is een album dat ons door een zware tijd moet slepen, want het is nog niet voorbij, die pauze (II).