Tag Archief van: rotterdam

Muziek / Concert

Ahoy ondergedompeld in extase

recensie: 5SOS Take My Hand World Tour

De Australische band 5 Seconds of Summer (5SOS) toerde voor het laatst in 2018. Hun Take My Hand World Tour (voorheen No Shame Tour), werd door de pandemie helaas uitgesteld. Op 22 april staat het viertal voor het eerst in Rotterdam. De ellenlange rij fans staat te popelen om naar binnen te mogen. Het belooft een spectaculaire show te worden.

Na bijna drieënhalf jaar kan de show ein-de-lijk doorgaan. De sfeer zit er in ieder geval goed in. Van zingen in een kooi tot de illusie van een sterrenhemel, de mannen van 5SOS halen alles uit de kast. Net als de trouwe garde fans die luidkeels meezingt en gekleed gaat in de vroegere stijl van de band – een klassiek zwarte ‘ripped skinny jean’ en ‘graphic tee’.

Take My Hand Tour begint sterk

Als de lichten uitgaan is de spanning om te snijden. 5SOS verschijnt tussen de rook en flitsende lichten op het podium. Het is te merken dat ze lang hebben kunnen nadenken over de tour en productie. Aan gave lichten en achtergrond-beelden ontbreekt het vanavond niet. Het publiek wordt versteld met wrede gitaarriffs en solo’s om alle nummers vlekkeloos in elkaar over te laten lopen. De fans kijken vol bewondering toe en gaan door het dolle heen bij de overgangen. Dit kan niet anders dan een indrukwekkend optreden worden. De mannen worden in ieder geval daverend verwelkomd in Ahoy.

Luke Hemmings, de voorman van de band, houdt de energie hoog terwijl hij over elke centimeter van het podium springt. Hij is bijna niet te missen in zijn fel groene blouse en witte laarzen, zelfs niet als het podium zich vult met rook en flitsende lichten.

Wie de vier Australiërs al langer volgt, ziet gelijk dat de mannen ontzettend gegroeid zijn. De nieuwe muziek heeft een volwassen randje gekregen en ze hebben een sterke aanwezigheid op het podium. Toch is er ook tijd om tussendoor grapjes met elkaar te maken. Hoe dan ook zien ze er comfortabeler uit dan voorheen en lijken ze een goed idee te hebben van wie ze willen zijn als band. Waar ze voorheen bij hun rock-roots bleven, leerden ze met hun album Youngblood dat ze prima konden experimenteren. Hun laatste album CALM is dan ook perfect in balans met het oude en nieuwe geluid.

5SOS verbluft het publiek in Ahoy

De productie en lichten zijn al indrukwekkend genoeg, maar de setlist is misschien wel een van de beste door de jaren heen. Ze hebben een goede balans gevonden tussen gouwe ouwe nummers en nieuwe hits. Er is zelfs plek voor niet uitgebrachte muziek. Overigens is de setlist ook de langste tot nu toe. Fans kunnen anderhalf uur lang genieten van het waanzinnige optreden. Maar dat is niet alles. De fans staan pas echt versteld als ze de akkoorden van ‘Disconnected’ horen. Dit nummer is een favoriet onder fans, maar heeft sinds 5SOS hun eerste tour niet meer op de setlist gestaan. Het valt op dat er aanzienlijk minder telefoons boven het publiek zweven. In plaats van filmende telefoons is er een zee van zwierende handen boven het publiek te zien. Tijdens het couplet overstemd het enthousiaste publiek de band zelfs bijna.

Dat er uit volle borst wordt meegezongen met een oude favoriet, is geen verrassing. Want ondanks dat 5SOS bekend staat om een slechte smaak in hun eigen muziek, weten ze stiekem heel goed wat voor setlist de harten van fans veroverd. Hoe vaak fans ook zeggen dat klassiekers als ‘Amnesia’ en ‘She Looks So Perfect’ niet op de setlist horen, zijn dit wel de nummers waarbij het hardst wordt meegezongen. Ook de solo’s en soepele overgangen verdienen een pluim. Het publiek is namelijk door het dolle heen als drummer Ashton Irwin een lange solo krijgt en helemaal alleen op het podium staat. Tijdens zijn solo wordt hij extatisch toegejuicht door het publiek. De spanning wordt opgebouwd met de bloedrode en flitsende witte lichten. Ineens verschijnt de rest van de band weer en loopt de solo over in ‘Red Desert’. De fans in het publiek beginnen te gillen en kijken hun ogen uit. Ze zingen nog nét niet harder dan de band.

Al met al zijn de mannen van 5SOS de drukte en het geld dubbel en dwars waard. Het is een avond ultiem genieten van een spectaculair optreden en energiek publiek. Een ding is zeker: na een avond 5SOS ga je tevreden naar huis. Al dan niet met vermoeide benen van al het dansen en een schorre stem van het zingen. De vier Australiërs weten hoe ze het publiek een avond om nooit te vergeten geven.

 

 

Muziek / Concert

Ahoy ondergedompeld in extase

recensie: 5SOS Take My Hand World Tour

De Australische band 5 Seconds of Summer (5SOS) toerde voor het laatst in 2018. Hun Take My Hand World Tour (voorheen No Shame Tour), werd door de pandemie helaas uitgesteld. Op 22 april staat het viertal voor het eerst in Rotterdam. De ellenlange rij fans staat te popelen om naar binnen te mogen. Het belooft een spectaculaire show te worden.

Na bijna drieënhalf jaar kan de show ein-de-lijk doorgaan. De sfeer zit er in ieder geval goed in. Van zingen in een kooi tot de illusie van een sterrenhemel, de mannen van 5SOS halen alles uit de kast. Net als de trouwe garde fans die luidkeels meezingt en gekleed gaat in de vroegere stijl van de band – een klassiek zwarte ‘ripped skinny jean’ en ‘graphic tee’.

Take My Hand Tour begint sterk

Als de lichten uitgaan is de spanning om te snijden. 5SOS verschijnt tussen de rook en flitsende lichten op het podium. Het is te merken dat ze lang hebben kunnen nadenken over de tour en productie. Aan gave lichten en achtergrond-beelden ontbreekt het vanavond niet. Het publiek wordt versteld met wrede gitaarriffs en solo’s om alle nummers vlekkeloos in elkaar over te laten lopen. De fans kijken vol bewondering toe en gaan door het dolle heen bij de overgangen. Dit kan niet anders dan een indrukwekkend optreden worden. De mannen worden in ieder geval daverend verwelkomd in Ahoy.

Luke Hemmings, de voorman van de band, houdt de energie hoog terwijl hij over elke centimeter van het podium springt. Hij is bijna niet te missen in zijn fel groene blouse en witte laarzen, zelfs niet als het podium zich vult met rook en flitsende lichten.

Wie de vier Australiërs al langer volgt, ziet gelijk dat de mannen ontzettend gegroeid zijn. De nieuwe muziek heeft een volwassen randje gekregen en ze hebben een sterke aanwezigheid op het podium. Toch is er ook tijd om tussendoor grapjes met elkaar te maken. Hoe dan ook zien ze er comfortabeler uit dan voorheen en lijken ze een goed idee te hebben van wie ze willen zijn als band. Waar ze voorheen bij hun rock-roots bleven, leerden ze met hun album Youngblood dat ze prima konden experimenteren. Hun laatste album CALM is dan ook perfect in balans met het oude en nieuwe geluid.

5SOS verbluft het publiek in Ahoy

De productie en lichten zijn al indrukwekkend genoeg, maar de setlist is misschien wel een van de beste door de jaren heen. Ze hebben een goede balans gevonden tussen gouwe ouwe nummers en nieuwe hits. Er is zelfs plek voor niet uitgebrachte muziek. Overigens is de setlist ook de langste tot nu toe. Fans kunnen anderhalf uur lang genieten van het waanzinnige optreden. Maar dat is niet alles. De fans staan pas echt versteld als ze de akkoorden van ‘Disconnected’ horen. Dit nummer is een favoriet onder fans, maar heeft sinds 5SOS hun eerste tour niet meer op de setlist gestaan. Het valt op dat er aanzienlijk minder telefoons boven het publiek zweven. In plaats van filmende telefoons is er een zee van zwierende handen boven het publiek te zien. Tijdens het couplet overstemd het enthousiaste publiek de band zelfs bijna.

Dat er uit volle borst wordt meegezongen met een oude favoriet, is geen verrassing. Want ondanks dat 5SOS bekend staat om een slechte smaak in hun eigen muziek, weten ze stiekem heel goed wat voor setlist de harten van fans veroverd. Hoe vaak fans ook zeggen dat klassiekers als ‘Amnesia’ en ‘She Looks So Perfect’ niet op de setlist horen, zijn dit wel de nummers waarbij het hardst wordt meegezongen. Ook de solo’s en soepele overgangen verdienen een pluim. Het publiek is namelijk door het dolle heen als drummer Ashton Irwin een lange solo krijgt en helemaal alleen op het podium staat. Tijdens zijn solo wordt hij extatisch toegejuicht door het publiek. De spanning wordt opgebouwd met de bloedrode en flitsende witte lichten. Ineens verschijnt de rest van de band weer en loopt de solo over in ‘Red Desert’. De fans in het publiek beginnen te gillen en kijken hun ogen uit. Ze zingen nog nét niet harder dan de band.

Al met al zijn de mannen van 5SOS de drukte en het geld dubbel en dwars waard. Het is een avond ultiem genieten van een spectaculair optreden en energiek publiek. Een ding is zeker: na een avond 5SOS ga je tevreden naar huis. Al dan niet met vermoeide benen van al het dansen en een schorre stem van het zingen. De vier Australiërs weten hoe ze het publiek een avond om nooit te vergeten geven.

 

 

Muziek / Reportage
special: MOMO 2022 Rotterdam

5 tips voor Motel Mozaïque 2022

Motel Mozaïque. Het kan een beetje hectisch zijn voor degene die Rotterdam niet in zijn broekzak heeft zitten. Waar ligt in vredesnaam Roodkapje? Wat is WORM? Wie zijn al die artiesten? Verslaggevers Rose Heliczer en Priya Wannet doken voor je in het diepe en kwamen met een best-of Motel Mozaïque 2022.

Het was niet makkelijk kiezen. Duikel je binnen in kerk Arminius voor een intiem concert met Belgisch nu-folktalent Meskerem Mees, loop je halverwege weg om toch naar Rotown te gaan voor Britse ontdekking Katy J. Person en krijg je beide concerten maar half mee? Misschien. Maar als je eenmaal in het festivalwezen geland bent en eens een keer stil blijft staan krijg je de muzikale wind van voren.

Famous

Bij de band Famous, bijvoorbeeld: de driekoppige formatie die tot nu toe vooral beroemd is in de Londense underground scene. De zanger, wiens naam redelijk lastig te achterhalen is als je op “famous band London” zoekt, schudt handen met het publiek tijdens de soundcheck. “Nice to meet you”, zegt hij. Een beleefde opening voor iemand met teksten als “I wish I was dead or at least in someone elses head”, of: “I wake up dead in my bed while she wakes up next to somebody else”. Een nerveuze muzikale rant over liefde, dood, en alle random associaties die erbij horen. Klinkt als een distorted versie van Bright Eyes meets Joy Division.

Grooves in de kerk

De grootste verrassing kwam echter van Goya Gumbani, bijna gemist door het spektakel in Rotown. Maar voor degene die onmiddellijk na Famous haar tas greep om naar de kerk Arminius te marcheren lukte het nog nèt om een kwartier mee te pakken. Nogmaals: enigszins jammer van de programmering, want het is een verademing om na de goede, maar intense wanhoopsact van Famous, in deze groove van Gumbani te vallen. De Londense rapper met New Yorkse roots brengt een live-band mee. Ze weten een warme, ontspannen sfeer te creëren, waarin de ease in de stem van Gumbani goed tot zijn recht komt.

Mirjam Manusama

Op zaterdag gaan we langs bij de Rotterdamse ontwerper Mirjam Manusama die met haar slow fashion label Manusama Nuance taboes rondom genderstereotypen wil doorbreken. Zodra je de donkere ruimte van het Ubik Theater binnentreedt wordt je aandacht meteen getrokken naar een groot scherm. Hierop zijn twee dansers te zien die in vloeiende cirkels om elkaar heen bewegen. De kleding valt prachtig over hun lichamen en samen lijken ze met elkaar te versmelten. Na de bewegende beelden volgt de rest van Manusama’s collectie op de paspoppen: een serie Japanse kimono’s die opvallen door hun minimalistische eenvoud. De tassen die ze speciaal voor deze collectie heeft ontworpen zijn met kettingen aan het plafond opgehangen. Ook ligt her en der de vloer bezaaid met houtsnippers wat de eenvoud van haar design nog eens extra benadrukt.

“Sioh Maluku”

Van Mirjam Manusama gaan we naar de Arminiuskerk voor de Molukse familie Lekranty-Lo’ko. Meteen vanaf het begin is het concert een puur spektakel: de familie komt gezamenlijk op met dansers. De dansers gekleed als molukse krijgers slaan hun stokken tegen elkaar en maken sierlijke bewegingen. Vanaf de kerkbanken beginnen mensen enthousiast mee te klappen en te joelen. Echter slaat de stemming direct om zodra de dansers de vloer verlaten en de band begint te spelen. “Sioh Maluku” (NL: O Moluku) klinkt door de zaal, die onmiddellijk stilvalt. Ons vaderland Maluku. Zo ongelofelijk mooi gezongen, dat het kippenvel tot op je enkels staat. 

VACUUM

De naam zegt het al: VACUUM. Luchtledig, zonder sturing of duidelijk doel. Bijna een uur lang kijk je naar een video waarbij beelden zich langzaam lijken te vervormen. Je hebt geen idee waar je naar zit te kijken. In de beschrijving lees je alleen maar: ‘een concertervaring die allesbehalve typisch is’. Nou dat hebben we geweten. De voorstelling begint met een dansperformance waardoor je als toeschouwer meteen al op het verkeerde been wordt gezet. Want zodra de danser uit beeld is gekropen start er een ellenlange beeldmontage. De muziek is voortdurend op de achtergrond te horen en geeft de voorstelling een extra dimensie. Al met al een zeer bijzondere en geslaagde voorstelling die het zeker waard was te bezoeken. 

 

En zo kunnen we natuurlijk nog pagina’s volschrijven over het overvolle festivalprogramma. Er is zoveel te zien en te beleven. Voor wie de “Early Bird” tickets voor de volgende editie al in huis heeft en niet zo bekend is met Rotterdam: huur een OV- fiets! Sommige locaties liggen ver uit de buurt en de programmering is behoorlijk strak. Afgezien daarvan was Motel Mozaïque ook dit jaar weer een zeer geslaagd en divers festival. Wij kijken alvast uit naar de volgende editie!

Film / Films

Vijf films die je absoluut moet kijken op het IFFR

recensie: International Film Festival Rotterdam
Hold Me Tight FilmIFFR

Het International Film Festival Rotterdam wordt dit jaar online uitgezonden tot en met 6 februari. We missen het pluche, en op je laptop komt de cinematografie natuurlijk een stuk minder sterk uit dan op een groot bioscoopscherm. Voordeel is wel dat je alle films kan kijken die je wilt. Tegelijk maakt het ontbreken van een blokkenschema de keuze wel heel moeilijk. Hoe word je wegwijs in zo een groot aanbod? Rose Heliczer deed het vuile werk voor je en kwam tot deze best-of selectie.

Stijlvolle film-noir

THE EXECUTION – Lado Kvataniva

Issa viert feest. Hij heeft na tien jaar een van de meest complexe moordzaken uit Rusland opgelost. Althans, dat denkt hij. Dan krijgt hij een telefoontje. Er is een nieuw slachtoffer, dat de aanval overleefd heeft. Hoewel de trailer veel bloed en geweld belooft, is dat niet de reden om deze film te kijken. The Execution is geen heldenfilm, maar een psychologische verkenning van de begrippen goed en kwaad en hoe de twee in elkaar verweven zijn. De film drijft op intelligente wendingen in het plot en een sterke opbouw. De relatie tussen de detective en verdachte wordt steeds persoonlijker. Aan het eind geeft dat, zoals een goede film-noir betaamt, vooral slachtoffers. De Etruskische executie, waarin de crimineel gestraft wordt door zijn eigen prooi, speelt een rol. 
Dankzij de goed gestileerde beelden (die sovjet-auto’s!) en een druppel zwarte humor is deze bij tijden bloederige film goed te verteren. Een prettig opgezet verhaal dat door heen en weer in de tijd te springen naar een verrassend einde toewerkt.

 

Liefde en verlies

HOLD ME TIGHT– Mathieu Amalric

Hoewel de cinematografie erg sterk is en er weinig gesproken wordt, is dit niet je standaard “weinig dialoog prachtige landscapes”- arthouse-film. We volgen Clarisse, die haar gezin verlaat in een prachtige oldtimer die al twee maanden stof stond te happen in de garage. Of dat denken we. Beelden van haar nachtelijke vertrek vermengen zich met hoe de rest van het gezin de volgende ochtend wakker wordt in een huis zonder moeder. Franse filmmaker Mathieu Amalric weet een geslaagd verhaal over liefde en verlies neer te zetten. Kundig speelt hij met tijd, realiteit en fantasie. Wie zit er in wiens hoofd? Wie verliet wie? Of verliet iedereen elkaar op een bepaalde manier? Zinnen als “I imagined that I left” of “I am tired of waiting on spring”, veranderen door de film heen van betekenis. Net als het beeld dat je vormt van deze weggelopen moeder, die indrukwekkend vertolkt wordt door Luxemburgse actrice Vicky Krieps. Een poëtisch getinte film waarbij na afloop pas de gebeurtenissen en uitspraken op hun plek dwarrelen.

 

Lippenstift en drugskartels

NOCHE DE FUEGO – Tatiana Huezo

Drugskartels in Mexico. Zijn we daar ondertussen niet op uitgekeken? Nou: Nee. Tatiana Huezo laat ons meekijken in het dagelijks leven van Ana, een jong meisje dat de oversteek naar adolescentie aan het maken is in een dorp dat beheerst wordt door een drugskartel. Als je op de papavervelden werkt beschermen ‘ze’ je. Maar ‘ze’ nemen ook jonge meisjes mee van huis. Daarom hebben Ana en haar moeder een kuil gegraven waarin Ana zich kan verstoppen als het nodig is. De moeder-dochterband speelt een grote rol in de film. Het wordt steeds begrijpelijker waarom Ana’s moeder zwaar aan de drank gaat, of razend wordt als ze ziet dat haar negenjarige dochter lippenstift draagt.

De meisjes worden gedwongen hun haren af te laten knippen tegen de luizen. Ana’s moeder verklaart dat het meisje met de hazenlip niet geknipt hoeft te worden omdat luizen alleen van zoet bloed houden, en dat van haar is bitter. De kijker weet wel beter. Ana is een dapper kind dat haar weg vindt in een verstoorde wereld. Die overigens in prachtige beelden en door knap acteerwerk (de blik van de jongere Ana!) vastgelegd is. Noche de Fuego is ook sonorisch erg aantrekkelijk. Er wordt veel nadruk gelegd op het gehoor, omdat de meisjes getraind worden om goed te luisteren waar welk geluid vandaan komt. Wiens hond blaft. Waar er geschreeuwd wordt. Welke auto op hun huis afkomt. Een film over vriendschap, moeders, en manieren om je te redden in de dreigende dagelijkse realiteit dat alles van het een op het andere moment afgelopen kan zijn.

 

Vergane Glorie

GÉZA – Reyndert Guiljam

Er staan veel films op de IFFR-programmering. Vergeet daarom vooral niet ook wat shorts te kijken! Reyndert Guiljam, de maker van Géza, is er één om in de gaten te houden. ‘Alles wat de dag me brengt dat is goed’, zegt Géza Szegedi, subject van de korte documentaire. Hij was ooit Neerlands grootste strafrechtadvocaat. We zien beelden van hem in de rechtszaal. We horen hoe hij op zijn knieën over de vloer van de zaal kroop om ‘het recht te zoeken’. Deze markante en extreem succesvolle advocaat maakte een duikvlucht naar beneden toen vanaf de jaren tachtig het een en ander veranderde in de regelgeving omtrent advocatuur in Nederland. Hij verloor zijn bezittingen en is zelfs dakloos geweest. De vraag die door de documentaire heen blijft zinderen is: is Szegedi geniaal of gek? En zou het kloppen dat hij, zoals zijn zoon stelt, een motor zonder standaard is? Een motor die op volle kracht door moet blijven rijden om niet om te vallen? Géza is een slim gemonteerd, onderhoudend verhaal. We spreken de geliefde van Géza, een oud seksbaron, een zoon, een vriendin. Het wordt nergens te sentimenteel en blijft afwisselen tussen lichtvoetigheid en tragiek, zoals Géza zelf bloedserieus en clownesk door het leven wandelt. Al dan niet met een enorme bontmuts op zijn hoofd.

GÉZA Film

Géza | IFFR 

Dromenland

Please Baby Please – Amanda Kramer

Gezien maker Amanda Kramer de IFFR Focus van 2022 is, kun je de openingsfilm Please Baby Please eigenlijk niet missen. Maar wat valt erover te zeggen? Kijk hem niet als je brak bent. Of kijk hem juist als je brak bent. Want dit is geen logische film. Zet hem aan en word meegevoerd in deze hypergestileerde draaikolk over seksuele voorkeuren, mannelijkheid en de aantrekkingskracht van gevaar. Maak een val van de realiteit naar een spookachtig droombeeld. Mijmer over de functie van ‘stoer zijn’ en word verliefd op Karl Glusman die in zijn doorkijktanktop zwoele blikken in de camera werpt. Maar verwacht geen pakkende verhaallijn of een enorme spanningsboog. Wel is de film de moeite van het kijken waard. Het is een interessante afwisseling op conventionelere cinema, vanwege zijn extravagante karakters, droomachtige sfeer en het sporadische musicallied.

International Film Festival Rotterdam is te zien tot en met 6 februari 2022.

 

Please Baby Please Film

 

Kunst / Expo binnenland

Een esthetische speeltuin met maatschappijkritiek

recensie: Recensie: I´m Your Mirror ǀ Joana Vasconcelos

Een kakofonie aan geluid, licht en beweging, felle kleuren en immense kunstwerken. Als je op zoek bent naar de rust en sereniteit kun je tot 17 november 2019 beter rechtsomkeert maken op de tweede verdieping van de Kunsthal. Daar vind je tot die tijd het retrospectief I’m Your Mirror van de Portugese kunstenares Joana Vasconcelos.

Call Center, 2014–2016, Photo credit: © FMGB Guggenheim Bilbao Museoa, 2018. Photo: Erika Ede © Joana Vasconcelos

Meer dan Popsterren

De titel van de tentoonstelling is een eerbetoon aan de Duitse zangeres Nico. Toch refereert de tentoonstelling aan veel meer dan aan popsterren uit de vorige eeuw. I’m Your Mirror snijdt hedendaagse thema’s aan, heeft een feministische invalshoek, becommentarieert verschillende kunststromingen en verwijst naar Portugese volkscultuur. Verspreid door de ruimte staan grote werken die vaak maatschappijkritiek in zich dragen. Door het slimme gebruik van tussenwanden krijgt elk werk voldoende ruimte in de Kunsthal.

Onsubtiele kritiek

De kritiek in Vasconcelos’ kunst is vaker niet dan wel subtiel. Zo zijn in het werk Call Center (2014-2016), zwarte telefoons in de vorm van een klassiek pistool geplaatst. Snel is de associatie met communicatie als bedreiging gemaakt. Ook twee pumps volledig opgebouwd uit pannen (Marilyn, 2011) is makkelijk te verbinden met de positie van de vrouw in de patriarchale samenleving. Misschien wel iets te makkelijk. Want juist in een tijd waarin de traditionele rol van de vrouw zo sterk onder vuur ligt en er voortdurend kanttekeningen worden geplaatst bij moderne communicatiemiddelen valt van de kunst een gelaagder, origineler en misschien zelfs genuanceerder perspectief te verwachten.

Marilyn (Ap), 2011, Photo credit: © FMGB Guggenheim Bilbao Museoa, 2018. Photo: Erika Ede© Joana Vasconcelos

Subtielere kritiek

Zo’n perspectief komt mogelijk duidelijker naar voren uit een overwegend optimistischer werk als A Todo o Vapor (vermelho/verde/amarelo) (2012, 2013, 2014). Drie strijkijzermachines voeren een grappige choreografie uit. Het tekstbordje leest: ‘Als toeschouwer voel je je getuige van de dagdromen van een verveelde huisvrouw.’ En stelt ook: ‘Tegelijkertijd is het ook een herbevestiging van de vrouw als kunstenaar’ die strijkijzers dus niet gebruikt voor het huishouden maar er ingenieuze sculpturen mee maakt.

Burka, 2002, Photo credit: Luís Vasconcelos /Courtesy Unidade Infinita Projectos © Joana Vasconcelos

Ook Burka (2002) zou je kunnen classificeren als een werk met een tegenstelling. Op de grond ligt een soort pop, gesluierd, maar met een hoop kleurige rokken zichtbaar. Haar hoofd is aan een hijskraan bevestigd en langzaam wordt ze opgetakeld. Nadat je haar spookachtige vorm even kan bestuderen, valt ze met een harde klap op de grond. Het werk schijnt een commentaar op de vrouw in boerka, gevangen in een beknellend systeem, gedwongen om als een spook door het leven te gaan. Toch kun je in de vrolijke rokken ook een kleurig individu herkennen. Niet het systeem, maar de mens daarin staat dan centraal.

Speeltuin en ontmoetingsplek

Omdat je bij een werk als Burka meer moeite doet om een betekenis te ontrafelen, en je er langer mee bezig bent, versterkt dit de indruk die zo’n werk achterlaat. Maar ook als je de werken niet probeert te begrijpen, heb je een plezierige tijd in deze zaal. I’m Your Mirror is een esthetische speeltuin en ontmoetingsplek. Vooral Ponto de Encontro (2000), eigenlijk gewoon een speeltoestel verhuld als kunst, trekt veel bezoekers, waaronder een hoop kinderen. Deze tentoonstelling is sowieso geschikt voor kinderen en rennende kleuters voegen toe aan de levendigheid. Naar I’m Your Mirror ga je dan ook niet voor je rust.

Theater / Voorstelling

De Tuin van Eden als cyberjungle

recensie: Boogaerdt/Vanderschoot & Touki Delphine - Botanical Wasteland

Zelden zag de Tuin van Eden er zo apocalyptisch uit als in Botanical Wasteland, een nieuwe performance van Boogaerdt/Vanderschoot en Touki Delphine. Moeder Natuur is gezwicht voor een plastic cyberjungle, waarin mechanische planten en computerschermen naadloos in elkaar overvloeien.

Wij toeschouwers zijn observanten van een grimmige biotoop. We zitten rondom een transparante kubus, waar we geleidelijk de regels van deze dystopie leren kennen. Er leven mensen in, zo blijkt als een man met rode broek en ontbloot bovenlijf de kubus betreedt. Op zijn rug is een fluoriderend lichtgroene boom geschilderd. Hij beschildert zijn lijf verder, zet een kabuki-achtig masker op, en vermengt met zijn omgeving.

Cyberorganisme

Foto: Wikke van Houwelingen

Die omgeving is een eigen cyberorganisme, dat het geheugen van een voorbije wereld nog in zich lijkt te hebben. Vanuit oude computers en plaatspelers horen we fragmenten van bekende composities. LED-schermen spelen passages van het Oude Testament af die, hoe kan het ook anders, verwijzen naar Genesis. Grotere schermen dalen naar beneden, verhullen de tuin en laten een computersimulatie van groene ballen zien. Er was ooit een organische tuin, vertelt de stem van Elsa May Averill ons, waar een engel in neerdaalde en de mensen waarschuwde voor een aankomende catastrofe. Iedereen zwoor om mee te helpen, maar dat lijkt niet helemaal gelukt. Een wrange verwijzing naar de staat van de wereld in 2019, waarin de voornemens om het klimaat te verbeteren groter zijn dan de daadwerkelijke uitvoering.

Post-humane wereld

De teloorgang van mens en natuur heeft in deze biotoop een post-humane wereld tot stand gebracht. Eén waarin mensen nog wel bestaan, maar op gelijke voet staan met het oerwoud aan semi-intelligente machines en plastic fauna. Bovendien zijn de mensen die we zien ook niet geheel menselijk meer. Ze zijn gemaskerd en emotieloos. Een van hen, alleen zichtbaar als projectie, lijkt bijna uit een Iron Man film ontsnapt. Machines lijken meer op intelligente wezens, terwijl de intelligente wezens meer machine-achtig worden.

Psychedelische beeldenstorm

Foto: Wikke van Houwelingen

In een groot gedeelte van Botanical Wasteland ligt de focus überhaupt niet op de fysieke ruimte van de biotoop, maar op de cyberruimte van het scherm. We zien een psychedelische beeldenstorm met felgroene en donkerblauwe tinten, waarin de menselijke figuren digitaal verschijnen en in elkaar overvloeien. Het doet denken aan 2001: Space Odyssey. Niet alleen qua vorm (knap animatiewerk van Rodrik Biersteker) maar ook in de ontworteling. De biotoop is nog een nabootsing van een fysieke tuin met een mens in het midden; in deze virtuele trip vliegt alles door elkaar heen en gaat elke houvast verloren.

Alternatieve toekomst

In Botanical Wasteland wordt een theaterruimte ingezet om een alternatieve toekomst te laten zien. Een toekomst waar de mens niet meer centraal staat in de wereld en op het toneel, maar de wereld deelt met kunstmatige intelligentie. Het staat in een langere lijn van Rotterdamse makers – Suzan Boogaerdt en Bianca van der Schoot, maar ook URLAND, Davy Pieters en Wunderbaum – die ieder op hun manier onderzochten hoe theater een andere toekomst kan verbeelden of werelden kan laten zien waarin de mens klein of geheel afwezig is. Van Boogaerdt/VanderSchoot kunnen we meer alternatieve wereldordes verwachten: Botanical Wasteland is aangekondigd als een eerste deel in een serie. Dat belooft wat voor de Rotterdamse Operadagen in 2020.

Theater / Reportage
special: Circusstad Rotterdam

Circusstad laat zien hoe vernuftig circus kan zijn

Voor spannend circus moet je deze maand in Rotterdam zijn. Op de inmiddels zevende editie van Circusstad Rotterdam staat (inter)nationaal talent in de Rotterdamse theaters en op het Schouwburgplein. 8WEEKLY bezocht het festival en zag vier voorstellingen. Vier voorstellingen, die fascineren door de eigen discipline – diabolo, jongleerkunst, aerial straps een acrobatiek – als uitgangspunt voor dramaturgie te gebruiken.

David Eisele – Cycle

David Eisele mag zich met recht een aanstormend talent noemen: de net afgestudeerde diabolo-artiest haalde afgelopen oktober de BNG-Bank Circusprijs binnen, en staat nu met zijn nieuwe voorstelling Cycle op het programma van Circusstad. Eisele liet zich inspireren door cirkelbeweging. Eigenlijk is die overal aanwezig, zo horen wij tijdens de inleiding. Zelfs als we stilzitten, leven we immers nog op een eeuwig ronddraaiende wereldbol. Op het podium zien we een cirkelbeweging die continu ronddraait: de cirkel van het loopstation, waarmee Eisele zijn gitaarspel laat herhalen. Maar verder moet hij zelf aan de bak om de ringen en diabolo’s om hem heen draaiend te houden. Dat vormt de centrale spanning in de voorstelling: het vermogen van de performer om zijn objecten in perfecte cirkels te laten bewegen.

We zien hoe Eisele zijn in tweeën gedeelde diabolo zo laat draaien, dat ze uiteindelijk precies naast elkaar en in het midden van een grote cirkel belanden. De performer wordt hier dienend aan de objecten die hij manipuleert. De nadruk ligt op de ‘choreografie’ van de ringen en diabolo’s op de vloer en niet zozeer op de artiest die het mogelijk maakt. Dat is interessant, maar toch wordt het spannender als die performer zichzelf prominenter maakt. Eisele begint een samenspel tussen de ring die hij om zich heen laat bewegen en de diabolo die hij bespeelt. De diabolo en de ring bewegen door elkaars banen heen, zonder elkaar te raken. Het is technisch indrukwekkend, maar levert bovenal een intrigerend toneelbeeld op.

Cie Defracto – Dystonie

Foto: Pierre Morel

Dystonie is een neurologische aandoening die zich kenmerkt door herhaalde bewegingen, onnatuurlijke lichaamshoudingen of aanhoudende samentrekkingen van spieren. Een interessant gegeven voor een jongleerperformance, waar juist een optimale lichamelijke controle nodig is. De jongleurs van het Franse gezelschap Defracto spelen met dit contrast. We zien hoe Joseph Viatte uiterst langzaam over het podium loopt. Hij neuriet, en zijn uitgestrekte handen dragen een LP naar een platenspeler. Tegenover hem staan Guillaume Martinet en Andre Hidalgo, twee energieke jongleurs die behendig ballen naar elkaar gooien.
De ballen zeggen hier iets over communicatie. Omdat Martinet en Hidalgo met elkaar kunnen jongleren, spreken ze elkaars taal. Viatte wordt gepositioneerd als de buitenstaander: degene die trager beweegt en de ballen die naar hem gegooid worden, niet kan opvangen.

Als dat verschil vastgesteld is, proberen Hidalgo en vooral Martinet toenadering te zoeken tot Viatte. Hidalgo gooit ballen naar hem, die hij niet opvangt. Martinet omhelst hem en imiteert zijn lichaamsbewegingen. Uiteindelijk vinden de drie mannen elkaar, en ontstaat er een hybride van de meer vloeiende bewegingstaal van Hidalgo en Marinet, en de meer staccato bewegingstaal van Viatte. Dystonie laat jongleerkunst zien waar je vrolijk van wordt, maar die ook bijzonder slim in elkaar zit.

Panama Pictures – Stripped

Foto: Jostijn Ligtvoet

Ook in Stripped, een samenwerking van choreograaf Pia Meuthen en aerial strap artiest Tarek Rammo, krijgt het instrument van de performer betekenis. In dit geval zijn dat de riemen waar Rammo mee door de lucht zweeft, maar ook in vast lijkt te zitten. Bij binnenkomst zien we hem in zichzelf mompelen. Hij loopt richting publiek, maar wordt tegengehouden door zijn riemen. Dan loopt hij een andere kant op, nog steeds in zichzelf gekeerd, en wordt opnieuw verhinderd. Hij stijgt de lucht in, maar ook hier lijkt er geen verlossing te zijn. De bewegingen staan nog steeds in het teken van worsteling.

Zo krijgen de riemen een associatie met traumaverwerking, of met een verhaal waar de performer niet van los kan komen: als hij weer is geland, zitten de riemen niet meer om zijn schouders, maar in zijn handen. Hij kan ervoor kiezen om los te laten, maar doet het niet.

Bevrijding is een voor de hand liggend thema bij aerial straps: het is immers vrij letterlijk een bevrijding van de zwaartekracht. Interessant om te zien dat Meuthen en Rammo juist het tegenovergestelde opzoeken. Er is even een gevoel van bevrijding, wanneer Rammo in de lucht beweegt achter het raam van de Erkerfoyer in Rotterdam, -mooi beeld overigens- maar tegelijkertijd blijft hij verstrengeld.

Circa – Humans

Foto: Pedro Greig

Humans van het Australische gezelschap Circa is een van de grote knallers van het festival. En terecht. De acrobatiek die hier te zien is, is van een werkelijk fenomenaal niveau.

In vergelijking met de drie eerder besproken performances gaat Humans minder over een uitgewerkt concept, en veel meer over het vertoon van virtuositeit. Tijdens de inloop betreden de performers, soms vanuit de zaal, het podium en kleden zich kalm om. In verschillende muzikaal ondersteunde episodes laten ze vervolgens zien wat ze in huis hebben. We zien strak gechoreografeerde partneracrobatiek, menselijke piramides en trapeze-acts.  In een minder intelligente circusproductie kan dat al snel omslaan naar een showcase van techniek, maar dat gebeurt hier niet. Regisseur Yaron Lifschitz gebruikt elke episode om een nieuwe atmosfeer op te roepen.

De manische energie van de openingsact dwingt het publiek om alert te blijven. In patronen komen de performers op en af, verrichten moeiteloos acrobatische stunts en leveren zo hun visitekaartje af. Vervolgens is er een contrasterende act, die juist in het teken van vertraging staat. Er komt lucht in de performance tijdens een komisch-romantische partneracrobatiek, waarin twee acrobaten uiteindelijk letterlijk in elkaar verstrengeld raken. Wanneer alle tien performers tevergeefs hun elleboog proberen te likken, met Frank Sinatra’s The Impossible Dream in de achtergrond, wordt humoristisch duidelijk dat zelfs deze acrobaten hun grenzen hebben.

De playlist van Lifschitz is een geheim wapen in deze voorstelling. Van Sinatra tot James Brown tot aanstekelijke Braziliaanse muziek: ze geven ieder een apart karakter aan de acts. Maar zoals de titel doet vermoeden, schuilt de ware kracht van Humans in de tien mensen op het podium. Het technisch niveau dat we hier zien is bijna van supermenselijk niveau.

Theater / Voorstelling

De ongrijpbare moleculen van de liefde

recensie: Theater Rotterdam - Heisenberg

Met een regisseur als Johan Simons en acteurs als Hans Croiset en Elsie de Brauw zou je van Heisenberg een topvoorstelling verwachten. De voorstelling mag weliswaar gebaseerd zijn op natuurkundige wetten, de chemie tussen de personages ontbreekt.

Wie bij het stuk getiteld Heisenberg verwacht dat het om de serie Breaking Bad zal gaan en Hans Croiset een soort Walter White wordt, zal wellicht bedrogen thuiskomen. De voorstelling van Theater Rotterdam is namelijk licht gebaseerd op die andere beroemde Heisenberg: de natuurkundige en grondlegger van de kwantummechanica. Met die onzekerheidstheorie heeft Heisenberg laten zien dat er twee aspecten van de werkelijkheid zijn die niet tegelijkertijd waargenomen kunnen worden. Volgens hem kon je bij een elementair deeltje maar twee vragen stellen: ‘Wat is de locatie?’ óf ‘Wat is de beweging?’

Liefde in een tijd van moleculen

Toch wordt de voorstelling geen theatercollege over de natuurkunde. In Heisenberg (geschreven door de Britse toneelschrijver Simon Stephens) wordt de onzekerheidstheorie aan de liefde tussen een oude man en jonge vrouw gekoppeld. Al in de openingsscène brengt regisseur Johan Simons die natuurkundige symboliek naar voren. De 75-jarige Alex luistert op een bankje naar muziek. Hij zit weliswaar stil, maar is al luisterend op zoek naar beweging. Of zoals hij het later zelf zegt: Hij wil ‘verrast worden door de ruimte tussen de noten’.

Nou, verrast wordt hij zeker. Uit het niets kust de 42-jarige Georgie (Elsie de Brauw) hem in zijn nek. Ze verontschuldigt zich meteen, dringt zich lichtelijk aan hem op door over haar overleden man te beginnen, hun huwelijksreis, haar baan als serveerster, om vervolgens op te biechten dat ze het allemaal heeft verzonnen.

Hiermee is de toon gezet. De dialogen hebben een hoog absurdistisch, impulsief gehalte. Zo maakt Georgie een manische, ongrijpbare indruk door Alex op het ene moment te liefkozen en het andere moment– vanuit het niets – te beledigen en af te stoten. Ze springt soms van de hak op de tak,  bijvoorbeeld wanneer zij Alex in een restaurant vertelt dat ze haar zoon al jaren  niet heeft gezien. Eerst zegt ze hoeveel ze van hem houdt, daarna dat ze hem wel op zijn bek zou willen slaan en ze sluit af met: ‘Het brood is lekker’.

Ongrijpbaar is ze niet alleen in haar taal, maar ook fysiek. Waar Alex  (in termen van Heisenberg) een molecuul in rustpositie is, is Georgie een molecuul dat continu beweegt. Ze gaat over het podium van hot naar her, met als gevolg dat noch Alex noch het publiek haar mimiek kan zien.  En daarmee ook niet kan zien hoe ze bij een bepaalde uitspraak kijkt. Hiermee wordt haar ongrijpbaarheid alleen maar groter. Het is misschien juist Georgies ongrijpbaarheid waar Alex naar op zoek is. En vice versa. Stukje bij beetje blijkt dat Georgie stiekem op zoek is naar rust en vastigheid.

Aantrekken en afstoten

Net als in eerder werk als Songs from far away, behandelt Simon Stephens in Heisenberg de onmacht om toenadering tot de ander te kunnen vinden. Waar in Songs from far away de hoofdpersoon met behulp van dagboekfragmenten toenadering zoekt tot zijn overleden broer (in Heisenberg speelt het dagboek ook een interessante rol), is de relatie tussen Alex en Georgie een spel van aantrekken en afstoten. Telkens wanneer de een toenadering tot de ander zoekt en er een moment van rust lijkt te ontstaan, geeft de ander weer een absurdistische draai aan het gesprek om weer beweging te veroorzaken. En waarom? Het heeft vast met Heisenbergs onzekerheidstheorie te maken, maar erg effectief is het niet. De eerste paar minuten is dat grappig en prikkelend, maar als het na een half uur nog steeds zo absurdistisch blijft, wordt het verhaal even relatief als de natuurkundige theorie. In combinatie met het kale decor (Marc Warning) doet het nogal klinisch aan. Op den duur hoop je dat het stuk toch wat meer gewicht en lading krijgt.

Lang leve de plottwist

Gelukkig gebeurt dat halverwege met een interessante plottwist, waarna de vraag opdoemt hoe oprecht beide personages tegenover elkaar zijn. Vanaf dit moment lijken de acteurs ook iets beter uit de voeten te kunnen met hun personage. Toegegeven, met acteurs als Croiset en De Brauw verwacht je een topcast, maar door al die impulsiviteit en beweeglijkheid is er, voornamelijk voor Croiset, weinig ruimte om echt gestalte aan de problematiek van het personage te geven. Pas na die plottwist zet Croiset een kwetsbare man neer, die op zoek is naar liefde en spanning in zijn verstilde leven. Vanaf dat moment is De Brauw evenmin eenzijdig impulsief, maar toont ze de pijn van een vrouw die niet weet wat ze met haar leven aan moet. De vraag is alleen of het publiek dan nog betrokken genoeg is.

Zo komen de personages, die twee moleculen, op het einde toch tot elkaar. Alhoewel… Net wanneer ze eindelijk toenadering tot elkaar hebben gevonden, gaat het licht uit. Daarmee begint en eindigt de voorstelling met Heisenbergs theorie:  Je kunt nooit het geheel waarnemen, maar enkel de afzonderlijke delen los van elkaar.

oznor - Tito Paris
Muziek / Concert

Net als een warm bad thuis

recensie: Tito Paris @ De Doelen Rotterdam
oznor - Tito Paris

Wie zich net als ik afvraagt waarom Tito Paris zijn enige optreden in Nederland in Rotterdam doet, wordt op het verstrekte programma voorzien van uitleg. Rotterdam wordt beschouwd als het ‘elfde eiland’ van Kaapverdië. Als de zaal zich vult met vele Kaapverdiërs wordt al snel duidelijk waarom.

Het was vijftien jaar wachten op het nieuwe album van Tito Paris. Het wachten wordt uitstekend beloond met het verschijnen van Mim Ê Bŏ vorig jaar. Dit concert in De Doelen is feitelijk de albumpresentatie van het voornoemde album. Wanneer de zaal volgelopen is met een mix van Kaapverdiërs en native Nederlanders, betreedt Paris het podium met zijn band.

Honkvast

Tito Paris neemt plaats op zijn stoel midden op het podium, uiteraard getooid met zijn onafscheidelijke pet. Hij bespeelt een bijzondere gitaar met geheel opengewerkte kast; deze elektrische gitaar klinkt als een akoestische variant. Zijn band bestaat uit Manual Paris op bas, Moïses Ramos op toetsen, Pericles Paris op drums, Stephan Almelda op cavaquinho (een soort gitaar) en een sterrol voor saxofonist José Pereira. De band speelt geolied en staat volledig in dienst van Tito Paris. Alleen saxofonist Pereira komt gedurende het optreden in beweging en toont zijn emotie rond de muziek.  De rest van de band is vooral heel honkvast.

Paris verlaat maar zelden zijn stoel; hij zit relaxed als middelpunt op het podium, terwijl de muziek daar echt geen aanleiding voor geeft. Rust wordt niet bepaald uitgestraald door het warme optreden met prachtige ritmes. Het staat zelfs in schril contrast met de  fraaie tonen die ons bereiken. Het is allemaal even geïnspireerd alsmede perfect gespeeld. Toch kan Paris nauwelijks onbeweeglijk blijven met zijn band, waarmee het publiek gedurende het concert ook langzaam de bewegingen volgen. De muziek klinkt als de Buena Vista Social Club en doet zo het goede gevoel van jaren geleden herleven. Met zijn morna’s en coladeira’s uit Kaapverdië mengt hij Cubaanse invloeden tot een heerlijke muzikale traktatie.

Memorabel

Het optreden opent met ‘Morna PVV’. Pas bij het derde nummer gaat Paris naar het titelnummer van zijn nieuwe album en speelt ‘Mim Ê Bŏ’. Hij betrekt het publiek bij zijn spel door hen gebaren te laten maken ter ondersteuning van het prachtige liedje en volgt het op met het openingsnummer van het album. Tegen het einde van de show betreedt een wat oudere dame het podium om rond Paris heen te dansen. Er wordt tot driemaal toe getracht haar met zachte hand door beveiligers en bandondersteuners van het podium te halen. Wanneer Paris na ‘Danca Ma Criola’ het podium verlaat gaan de zaallichten heel even aan om vervolgens weer snel te doven. Met een gloedvolle vertolking van ‘Sodade’, het overbekende nummer van de Kaapverdische Eilanden, sluit Tito Paris een warm, memorabel en vooral krachtig optreden af. Misschien duurt het wel weer 15 jaar voor we hem terugzien op Nederlandse bodem.

Boeken / Reportage
special: Murakami Festival – 13 & 14 januari 2018

Een heel weekend in het teken van de Japanse meester

Op de verrassende locatie SS Rotterdam waan je je in de wereld van de meest populaire Japanse schrijver van dit moment. Op het Murakami-festival is er voor ieder wat wils: dankzij de vele lezingen, workshops, muziek en films hoef je je geen moment te vervelen.

Naar aanleiding van het langverwachte verschijnen van Murakami’s nieuwste roman, De Moord op Commendatore, waarvan het eerste deel in december 2017 verscheen en het tweede deel de dag voor aanvang van dit festival, wordt een ode gebracht aan de wereldwijd populaire Japanner. Twee dagen lang staat het enorme cruiseschip SS (“en het is een schip hè dames en heren, geen boot”, aldus The Kik-frontman Dave von Raven) volledig in het teken van Murakami.

Deze reportage gaat over de zaterdag, dat op zichzelf al zo’n vol programma heeft dat het makkelijk over twee dagen verspreid had kunnen worden: in de grotere zalen worden lezingen gegeven door en met bekende en minder bekende Nederlanders, er worden interviews gehouden met Nederlandse schrijvers en journalisten die met kinderlijk enthousiasme uitweiden over hun liefde voor het omvangrijke oeuvre van de kleine Japanner. Voor de creatievelingen zijn er workshops portretschilderen en Japanse tekens schrijven, en wie even stoom wil afblazen kan zich tegoed doen aan de muziek en films die in een apart zaaltje worden gedraaid.

Peter Buwalda over zijn Murakami-fascinatie

Winfried Baijens (bekend van het NOS Journaal) trapt de dag af met schrijver Peter Buwalda, met wie hij een gesprek voert over de muzikale referenties in Murakami’s werk. Bescheiden wimpelt Buwalda de vragen over zijn eigen nieuwste werk, waarvan hij in de ‘schrappen en schaven-fase’ zit, na een paar minuten af en zegt dat hij is gekomen om over het werk van Murakami te praten, niet over hemzelf. Bewogen en met een tikkeltje sarcasme waar Murakami zelf vast om moet hebben gegniffeld, vertelt hij over zijn fascinatie voor zijn Japanse collega. Hij begint met een compliment door te stellen dat bijna alle boeken van Murakami tot nu toe goed zijn ontvangen, iets wat niet iedere schrijver kan zeggen. Bovendien zit er veel diversiteit in zijn boeken zodat het heel veel mensen aantrekt. “Net als Picasso weet Murakami esthetisch te boeien en tegelijkertijd te behagen. Dat is zijn grote geheim: hij maakt associaties die nergens op slaan, hij gooit alle logica overhoop, ‘but we buy it’.”

Lezing op het Murakami-festival. Foto: Cyriel Jacobs

Duke Ellington versus Thelonious Monk

Naar de muzikale verwijzingen in Murakami’s werk refereert Buwalda door aan de hand van twee jazzmusici de verschillende soorten boeken aan te duiden: “Aan de ene kant heb je de wat traditionelere, licht sentimentele romans die te vergelijken zijn met het werk van Duke Ellington, waarin soms iets aparts gebeurt maar die toch gewoon van A tot Z op een kabbelend tempo verteld worden, zoals South of the border, Spoetnikliefde en Norwegian Wood. En aan de andere kant heb je die gekke, Thelonious Monk-achtige romans, zoals Hardboiled Wonderland, Kafka op het strand en De opwindvogelkronieken.” De twee lijken volgens Buwalda op elkaar in hun totaal eigen stijl van muziek en literatuur maken. “Monk is eigenlijk de Murakami van de jazz: je kunt er alleen maar bewonderend naar kijken, maar het gaan nadoen is zo moeilijk omdat hij zo’n eigen stijl heeft. Een bladzijde Murakami en je weet met wie je te maken hebt. Twee maten Monk en je weet dat het Monk is. Murakami’s werkwijze is als die van een jazzmusicus: improvisatie staat hoog bovenaan. Hij staat op en weet niet waar hij eindigt. Hij heeft de gave van een jazzmusicus dat hij het interessant weet te houden. Het kenmerk van jazz is dat er geen structuur in zit. De uitdaging is om in die chaos orde te scheppen, en daar slaagt Murakami over het algemeen wonderwel in.”

Optreden van The Kik. Foto: Cyriel Jacobs

Murakami verpersoonlijkt de globalisatie

Op de vraag waarom de schrijver ook bij ons zo populair is, terwijl de Japanse normen en waarden zo anders zijn dan de onze, zegt Buwalda: “Murakami verpersoonlijkt de globalisatie. Iedereen vindt het even mooi, en dat komt volgens mij omdat hij juist die mix handhaaft tussen dat typische uit zijn eigen land, het zijn altijd Japanners met Japanse namen, maar ze sluiten aan bij The Beatles, bij Beethoven, bij Duke Ellington. Murakami maakt op een fabuleuze manier gebruik van het collectieve bewustzijn.”

Het jaarlijks terugkerende gezeik over de Nobelprijs

Journalisten Auke Hulst (NRC) en Arjan Peters (de Volkskrant) schuiven vervolgens aan om te vertellen over hun ervaringen met het interviewen van the master himself. Ze hebben het onder andere over hoe Murakami ongeschreven literaire regels overtreedt: “Hij tergt zijn lezers door niet te vertellen hoe iets afloopt. Volgens Murakami is dat geen open einde, maar zijn einde, dus het is klaar. Ik beëindig hier het verhaal en dan mag u zelf verder denken hoe het dan gaat. Dat is natuurlijk verschrikkelijk, maar ook leuk.”
Ook hebben ze het over het publieke optreden van de Japanner: “Interviews geeft ‘ie zelden, hij wil zijn boeken niet uitleggen.” Auke Hulst heeft hem geïnterviewd op Hawaï eind 2013, waar Murakami gastschrijver was op de universiteit van Honolulu. “Murakami komt uit een linkse studentenhoek en is behoorlijk geëngageerd. Het huidige klimaat in Japan is behoorlijk verrechtst, dus hij mocht het niet over politiek hebben, terwijl dit wel invloed heeft op zijn werk. Het werd echt een gesprek, hij was heel relaxed. We hadden het over jazz en over zijn droom om ooit weer een jazzcafé te openen. En het jaarlijks terugkerende gezeik over de Nobelprijs.” (Murakami is al meerdere keren getipt voor de Nobelprijs voor de Literatuur, red.)

SS Rotterdam. Foto: Cyriel Jacobs

Ankerloze mensen

Ook Hulst en Peters hebben het over de mondiale aantrekkingskracht van Murakami’s werk: “Het zijn personages die geen grote emoties doormaken. Vaak ankerloze mannen. Die personages zijn eigenlijk heel on-Japans doordat ze ankerloos zijn, doordat ze zoekende zijn, niet functioneren in het bedrijfsleven. Dus voor Japanse lezers zijn de personages veel minder gewoon dan voor ons. Juist omdat ze nergens toe behoren. Hij schrijft steeds over hetzelfde type mensen. Japan heeft een lange economische crisis doorgemaakt sinds de jaren negentig, waardoor de oude sociale structuren van Japan zijn gaan verbrokkelen, en het soort mensen waar Murakami al over schrijft sinds de jaren zeventig, komt nu steeds vaker voor in Japan. In die zin is hij een soort van sociale visionair en ik denk dat de aantrekkingskracht voor zijn werk daar ook een beetje in schuilt, in de herkenning van het nieuwe Japan. Niets is per definitie waar, mensen zijn zonder anker, er is geen levensdoel.”

Waar Buwalda en de journalisten diepgang brengen op de ochtend, kan de bezoeker ’s middags weer even ademhalen met de presentaties van gelegenheidsduo en goede vrienden Matthijs van Nieuwkerk & Wilfried de Jong, cabaretier Wim Helsen, een Murakami-quiz en voorleessessies van onder anderen Pepijn Lanen, Carolien Borgers en Ellen Deckwitz. Als de avond invalt wordt het tijd voor een passend hapje en drankje (lees: sushi, noedels en een heuse cocktailbar) onder het genot van live muziek, dat met Rotterdams eigen band The Kik wordt ingeluid. En het bleef nog lang onrustig op de boot, pardon, het schip.