We kunnen vragen om cookies op uw apparaat te plaatsen. We gebruiken cookies om ons te laten weten wanneer u onze websites bezoekt, hoe u met ons omgaat, om uw gebruikerservaring te verrijken en om uw relatie met onze website aan te passen.
Klik op de verschillende rubrieken voor meer informatie. U kunt ook enkele van uw voorkeuren wijzigen. Houd er rekening mee dat het blokkeren van sommige soorten cookies van invloed kan zijn op uw ervaring op onze websites en de services die we kunnen bieden.
Deze cookies zijn strikt noodzakelijk om u diensten aan te bieden die beschikbaar zijn via onze website en om sommige functies ervan te gebruiken.
Omdat deze cookies strikt noodzakelijk zijn om de website te leveren, heeft het weigeren ervan invloed op het functioneren van onze site. U kunt cookies altijd blokkeren of verwijderen door uw browserinstellingen te wijzigen en alle cookies op deze website geforceerd te blokkeren. Maar dit zal u altijd vragen om cookies te accepteren/weigeren wanneer u onze site opnieuw bezoekt.
We respecteren volledig als u cookies wilt weigeren, maar om te voorkomen dat we u telkens opnieuw vragen vriendelijk toe te staan om een cookie daarvoor op te slaan. U bent altijd vrij om u af te melden of voor andere cookies om een betere ervaring te krijgen. Als u cookies weigert, zullen we alle ingestelde cookies in ons domein verwijderen.
We bieden u een lijst met opgeslagen cookies op uw computer in ons domein, zodat u kunt controleren wat we hebben opgeslagen. Om veiligheidsredenen kunnen we geen cookies van andere domeinen tonen of wijzigen. U kunt deze controleren in de beveiligingsinstellingen van uw browser.
Deze cookies verzamelen informatie die in geaggregeerde vorm wordt gebruikt om ons te helpen begrijpen hoe onze website wordt gebruikt of hoe effectief onze marketingcampagnes zijn, of om ons te helpen onze website en applicatie voor u aan te passen om uw ervaring te verbeteren.
Als u niet wilt dat wij uw bezoek aan onze site volgen, kunt u dit in uw browser hier uitschakelen:
We gebruiken ook verschillende externe services zoals Google Webfonts, Google Maps en externe videoproviders. Aangezien deze providers persoonlijke gegevens zoals uw IP-adres kunnen verzamelen, kunt u ze hier blokkeren. Houd er rekening mee dat dit de functionaliteit en het uiterlijk van onze site aanzienlijk kan verminderen. Wijzigingen zijn pas effectief zodra u de pagina herlaadt
Google Webfont Instellingen:
Google Maps Instellingen:
Google reCaptcha instellingen:
Vimeo en Youtube video's insluiten:
De volgende cookies zijn ook nodig - U kunt kiezen of u ze wilt toestaan:
U kunt meer lezen over onze cookies en privacy-instellingen op onze Privacybeleid-pagina.
Disclaimer en privacybeleid
EEN WERVELWIND VAN EEN OPERAVOORSTELLING
De voorstelling van de opera A Midsummer Night’s Dream van Benjamin Britten (1960) door Opera Zuid begon eigenlijk al op de statige trappen van Internationaal Theater Amsterdam (ITA). Terwijl je tussen bloemetjes op de treden rustig naar boven liep, kwam je gaandeweg toneelspelers tegen die telkens een citaat uit het gelijknamige toneelstuk van Shakespeare voor je opzegden. Zoiets als: ‘Puck zegt: “Hebben wij schimmen u niet bevallen, denk dan: “Ik was in slaap gevallen.” Wat u in die slaap verscheen, vluchtte als een droombeeld heen’.
Zo heb je gaandeweg al heel wat poëtische teksten te horen gekregen, maar als je dacht dat het daarbij bleef, dan had je het als bezoeker mis. De opvoering begon met een vragenvuur dat vanaf het podium op de zaal werd losgelaten. ‘Gaat u staan als u het eens bent met …’. En dat waren vaak geen gemakkelijke vragen, zoals: ‘Heeft u uw grote liefde wel eens bedrogen?’ Citaten, en nu vragen die allemaal voortkwamen uit het stuk van Shakespeare en aan de accenten van regisseur Ola Mafaalani, die hiermee haar debuut maakte bij Opera Zuid.
Accenten
Accenten die varieerden van het benadrukken van het verschil tussen droom en werkelijkheid, liefde en haat, donker en licht. En dat alles te midden van de komedie die A Midsummer Night’s Dream is. Het waren vragen die de komedie te boven gaan.
De hiervoor genoemde Puck, de dienaar van Oberon, de koning der schaduwen en elven, leek wel als een soort tussenpersoon te fungeren. De rol werd uitgevoerd door actrice, regisseur en aerialist (luchtacrobaat) Dreya Weber. De meeste tijd draaide ze rond in stukken stof, aangekondigd door snelle trompetloopjes en tromroffeltjes uit de orkestbak, waarin het op de toppen van hun kunnen spelende philharmonie zuidnederland zat, het orkest van Noord-Brabant, Limburg en Zeeland dat stond onder leiding van de Belgische dirigent Karel Deseure.
De opvoering
Componist Benjamin Britten (1913-1976) vraagt veel van de uitvoerenden. Zowel van het orkest als van de vocale solisten en het kinderkoor (de elfjes, gezongen door de Limburgse koorschool). Onderwijl zijn zij doende om samen met chefkok André Amaro in de keuken van Theseus chocola te smelten. Dit vervangt het magische bloemensap uit het stuk van Shakespeare. Ze zijn er al mee bezig als het publiek de zaal inkomt, net zoals zes werklieden reeds aan het timmeren zijn voor het stuk echt begonnen is. Later voeren zij het stuk Pyramus en Thisbe op ter gelegenheid van het huwelijk van Theseus en Hippolyta. Opvallend is, dat Theseus en Hippolyta in het libretto van Britten en zijn partner tenor Peter Pears pas heel laat in de opera op het toneel verschijnen. Maar dan heb je ook wat: bas-bariton Quirijn de Lang zong zijn rol koninklijk en het timbre van de alt-mezzo Eva Kroon is prachtig.
Eigenlijk is het geen doen om alle solisten bij naam en toenaam te noemen; daarvoor verschijnen er teveel op het podium. En zijn ze stuk voor stuk goed gecast en voor hun rol toegerust.
Opvallend is de teddybeer (!) waarmee Bottom (bas-bariton Marc Pantus) rond zeult. Puck heeft zijn hoofd niet omgetoverd in dat van een ezel, zoals in het origineel, maar in het lijf van een teddybeer; wellicht een toespeling naar de beren die tijdens de pandemie massaal voor de ramen stonden. Een pandemie die twee jaar geleden roet gooide in de toen al geplande première in Eindhoven.
Alles is in de geest van Britten eigenlijk, want ook de componist doet aan (stijl)citaten. Soms denk je het begin van de ouverture uit A Midsummer Night’s Dream van Mendelssohn-Bartholdy te horen, dan weer een barokaria door een countertenor (Oberon, gezongen door Jan Wouters, begeleid door klavecimbel en harp) om slechts twee dwarsstraten te noemen.
Kortom: een avond om met volle teugen van te genieten. Het kan nog tot en met 21 juni (!). Mafalaani heeft weer een prachtige Shakespeareregie op haar conto geschreven. Dit keer van een opera.
A Midsummer Night’s Dream - Opera Zuid
Regie: Benjamin BrittenArtiest: Opera Zuid
Gezien op donderdag 26 mei 2022 in Internationaal Theater Amsterdam (ITA), Amsterdam
Nog te zien tot dinsdag 21 juni 2022
Misschien ook iets voor u
Tussentijds Jaaroverzicht van 2022
/ door: Malin Hollaar0 SterrenDe eerste helft van 2022 is voorbijgevlogen en in al die snelheid zouden we bijna vergeten om stil te staan bij al het moois dat dit jaar ons al heeft gebracht. Tot nu toe is het al een goedlopend muziekjaar, vele artiesten hebben mooie singles en albums uitgebracht. Dat onder ander Stromae en Harry Styles met een nieuw album kwamen, was uitgebreid in het nieuws, maar zij waren lang niet de enige artiesten. Zo maakten bands als My Chemical Romance en Paolo Nutini na jaren een comeback en besloten Sting en Shaggy weer met elkaar samen te werken. De muziekredactie van 8WEEKLY heeft hun favorieten uit 2022 (tot nu toe) voor jullie op een rijtje gezet in de nieuwste playlist. In de lijst zijn onder andere Shaggy, Nielson en Blanks te vinden, over wie we hieronder graag wat meer vertellen!
Sting en Shaggy: een vervolg op een onverwachte samenwerking
In 2018 werd de wereld verrast door de onverwachte samenwerking tussen Sting en mr. Boombastic Shaggy, die elkaar dat jaar via hun manager Martin Kierszenbaum hadden leren kennen. Het duo creëerde samen het album 44/876 dat een Grammy award won voor het beste reggae album van 2019. Ze gingen samen op tour voor dit album. Tijdens een uitje in Noorwegen waar Sting ging zwemmen bij een fjord, terwijl Shaggy barbecuede, ontstond het idee voor een nieuwe samenwerking. Shaggy zong al barbecueënd mee met het oeuvre van Frank Sinatra en Sting was zo onder de indruk dat hij hier wat mee wilde doen. Zo gezegd, zo gedaan en afgelopen maand is het resultaat in de vorm van het album Com Fly Wid Mi uitgebracht. Een album waarin Shaggy in zijn eigen stijl de grote hits van Sinatra covert. In een interview gaf Sting aan dat het album gemaakt is door Shaggy ‘in his own ecosystem of reggae’. Hoe dat klinkt valt te beluisteren in het nummer ‘You Make Me Feel So Young’.
Het jubileumfeest van Nielson
Dit jaar is het alweer 10 jaar geleden dat singer-songwriter Nielson zijn grote doorbraak met ‘Beauty and the Brains’ beleefde in het tv-programma De Beste Singer-songwriter van Nederland. Daarop volgden nog vele hits, interessante samenwerkingen en twee Edisons. Hoewel Nielson in het tv-programma verknocht leek aan zijn gitaar, had hij deze op zijn vorige album Diamant omgeruild voor een meer elektronisch geluid. De gitaar is op zijn nieuwste single ‘Aan Zee’ echter terug van weggeweest. Het uitbrengen van het vrolijke zomerse lied luidt een Nielsons drukke jubileumjaar in, zo viert hij het jubileum dit najaar met een theatertour en is hij dan ook te zien in het nieuwste seizoen van het tv-programma Beste Zangers van Nederland.
Terug naar de jaren ´80 met Blanks
Een zanger die we ook terug gaan zien in het 15e seizoen van Beste Zangers van Nederland is de enthousiaste muzikant en YouTuber Blanks. Simon de Wit begon onder deze naam op YouTube met het coveren van verschillende hits. Op zijn kanaal zijn concepten te vinden als StyleSwap waarin hij een bestaand lied in een nieuw jasje steekt. Hij is daarnaast ook eigen muziek gaan maken en zijn nummers zijn duidelijk doordrenkt met zijn voorliefde voor de jaren ´80. In 2021 verblijdde hij zijn fans al met het album Nothing Lasts Forever And That´s OK, wat gauw gevolgd werd met het goede nieuws dat hij in januari 2022 een Music Moves Europe Award heeft gewonnen. Verder heeft hij ook niet stilgezeten en zo kwam hij dit jaar met de aanstekelijke single ´Lost In The Moment´. Nu kunnen we genieten van deze hit in de playlist, dit najaar zullen we hem naast Nielson kunnen bewonderen in Beste Zangers!
Naast de nummers van Shaggy, Blanks en Nielson wachten er nog vele andere, verse nummers uit de eerste helft van 2022 op je in de nieuwste playlist van 8WEEKLY!
Misschien ook iets voor u
Voor u geselecteerd door de auteur:
Het dagelijks leven kleur geven
Ze hangen naast elkaar: een doek Zonder titel van Etel Adnan (1925-2021) uit 1983 en het bekende Veld met irissen bij Arles uit 1888 van Vincent van Gogh (1853-1890). De curator van de tentoonstelling Kleur als Taal, Sara Tas, wil ons zo wijzen op de kleurvlakken die beide schilders neerzetten en de manier waarop ze diagonalen gebruikten. Naast overeenkomsten zijn er echter ook duidelijke verschillen.
Vergeet om te beginnen niet dat Van Gogh in zijn late werk, zoals Veld met irissen bij Arles, veel geel gebruikte. Op een manier die volgens de Vlaamse oogarts Frank Joseph Goes in zijn boek The Eye in History (2013) zou kunnen wijzen op de aanwezigheid van glaucoom, een oogziekte. Het geel is, ook na restauratie, veel minder uitgesproken dan dat op Adnans Zonder titel dat ernaast hangt en bijna een eeuw later werd gemaakt. Het is de eerste vergelijking die je als bezoeker van de tentoonstelling tegenkomt. Het is een vergelijking die een beetje voor verwarring kan zorgen en je op het verkeerde been dreigt te zetten. Is dat erg? Nee – het is net zoiets als de opmerking ‘Ik kijk even of je wel oplet’. Het zet je op scherp, omdat je als bezoeker vermoedt dat hier iets bijzonders staat te gebeuren.
Etel Adnan, 2016. Courtesy Galerie Lelong. Foto: Fabrice Gibert
Etal Adnan
Etal Adnan werd geboren in Beiroet als dochter van een Grieks-orthodoxe moeder en een Syrisch-Islamitische vader. Ze begon als dichter en schrijver. Vanaf 1949 studeerde ze filosofie aan de Sorbonne in Parijs, waar ze werd gegrepen door het werk van Jean-Paul Sartre. In Parijs zag ze ook voor het eerst schilderijen van Vincent van Gogh. Met name diens zelfportretten maakten grote indruk op haar. Zonder kunstzinnige opleiding begon Adnan toen ze ruim dertig jaar was te schilderen. Ze woonde inmiddels in Californië en was daar tot 1972 docent kunstfilosofie en esthetiek.
Na enkele tussenstops keerde ze in 1980 terug naar Californië. De Mount Tamalpais werd haar belangrijkste thema, op een soortgelijke manier als de Mont Sainte-Victoire dat was voor Paul Cézanne. Pas in 2012 kreeg Adnan ruime erkenning toen Hans-Ulrich Obrist ervoor koos om haar werk tentoon te stellen op de Documenta in Kassel. De tentoonstelling Kleur als Taal is de eerste overzichtstentoonstelling van haar werk in Nederland. Ze heeft weet gehad van het idee, maar de opening niet meer meegemaakt, want ze overleed in 2021.
Etel Adnan, ‘Mount Tamalpais’, 1985, olieverf op doek, 126.5 × 149 cm. © The Estate of Etel Adnan. The Nicolas Ibrahim Sursock Museum, Beirut (schenking van de kunstenaar, 2007)
Etel Adnan, ‘California #9’, 2013, olieverf op doek, 30.5 × 41 cm, © The Estate of Etel Adnan, Museum Voorlinden, Wassenaar
Er zijn maar liefst 78 werken van Adnan te zien, naast 10 van Vincent van Gogh. Naast schilderijen worden er leporello’s (als een accordeon gevouwen boekjes), drie tapijten, aquarellen en literair werk getoond. De schilderijen voeren de boventoon. Zonnige werken zijn het, in tegenstelling tot haar somberder dichtwerk. Al moet gezegd dat ze dit zelf zag als twee zijden van dezelfde medaille. Vaak is een los ‘hangend’ blokje of bolletje te zien, dat de zon moet voorstellen. Hoewel klein zijn ze niet te missen, net zoals op een andere manier de enorme zon op De zaaier van Van Gogh (1888). Soms is de zon zelfs helemaal niet te zien, maar toch qua sfeer overduidelijk aanwezig, zoals op Zonder titel (2000-2005) op een wand pal bij De zaaier: een rozerode lucht nadat de zon is ondergegaan. Het gaat duidelijk om de natuurbeleving van beide kunstenaars.
Van Gogh en Adnan
Misschien ligt hierin wel de overeenkomst tussen Van Gogh en Adnan. Adnan gaat daarin een stap verder dan haar voorbeeld. Haar schilderijen zijn abstract, maar toch herken je in een serie die ze in Californië maakte niet alleen duidelijk die zon, maar ook de contouren van de bergen, een brug en de vlakken van het landschap en het water. In tegenstelling tot Van Gogh ontbreken op Adnans schilderijen mensen en dieren.
Vincent van Gogh, ‘Korenveld’, 1888, olieverf op doek, 54 x 65 cm, Van Gogh Museum, Amsterdam (Vincent van Gogh Stichting)
Etel Adnan, ‘Zonder titel’, 2014, olieverf op doek, 38 x 46 cm. Collection Jean Frémon. © The Estate of Etel Adnan. Courtesy Galerie Lelong & Co., Paris/New York
Grote verrassing
Een grote verrassing volgt in de Sompa Gallery, een verdieping hoger in het museum. In deze kleine zaal hangen over twee wanden verdeeld Adnans kleinere werken. Een rij schilderingen in waterverf op papier op de ene wand en een rij olieverfschilderijen op doek op de wand er tegenover. Adembenemend mooi. En prachtig ingericht, net als de hoofdmoot van de expositie.
Je komt vrolijk en verrijkt uit het museum, en dat was ook Adnans bedoeling met haar werk. Zoals haar partner Simone Fattal het eens verwoordde: ‘They help you live your everyday life’.
Kleur als Taal
Gezien in: Van Gogh Museum, AmsterdamNog te zien tot: zondag 04 september 2022
Misschien ook iets voor u
Chris Reinecke en haar eindeloze zoektocht naar een plek in de (kunst)wereld
Vuurmuis, een klein overzicht van het werk van Chris Reinecke (86 lentes jong) in het Museum van Hedendaagse Kunst Antwerpen, is een weerbarstige tentoonstelling met werk dat zich niet op het eerste gezicht laat kennen. Wie de tijd neemt om te kijken (en vooral te lezen), ziet een bij wijlen grappige Reinecke en wordt getuige van haar niet-aflatende zoektocht naar een plek in de (kunst)wereld. Toch geeft een bezoek aan Vuurmuis niet de verhoopte voldoening.
De expositie opent met een zeer lange inleidingstekst. Het eerste werk, Himmel (1968), is een klein rechthoekig stuk karton achter glas. Op het karton wordt zonder beeld en met slechts een handvol woorden een tafereel geschetst. Diagonaal heeft Reinecke in het groot het woord ‘Himmel’ geschreven. Links en rechts daarvan kleeft een stickertje met ‘Fenster’ en bovenaan passeert zelfs een ‘Flugzeug’. Het is in deze expo een zeldzaam werk dat meteen iets oproept bij de bezoeker: door een transcendente hemel te omkaderen met alledaagse woorden roept ze zowel ontroering als vragen op.
Het geschreven woord
Na dat eerste werk wordt de expo moeilijker doordringbaar. Er is weinig werk dat meteen aanspreekt door zijn herkenbaarheid of onmiddellijk emotioneel of esthetisch beklijft. Reinecke’s teken- en schrijfstijl doet wat denken aan de slordige stijl van een Instagramgeneratie cartoontekenaars die je steeds doen twijfelen of de beperkte esthetische waarde van hun werk nu voortkomt uit een gebrek aan kunde of uit een gebrek aan tijd en zin om hun ideeën tot visuele perfectie te brengen.
Het woord staat in Reinecke’s oeuvre op dezelfde hoogte als het beeld. Niet voor niets gaf ze zelf steeds aan dat wie haar werk wilde leren kennen niet bang mocht zijn voor een beetje leeswerk. Ondanks de waarschuwing schrikt het werk af, precies door de grote hoeveelheid niet altijd goed leesbare -want in het Duits en in het handschrift van de kunstenaar- tekst.
Buffalo’s
Hoewel Vuurmuis een expositie van beperkte omvang is, krijg je als bezoeker wel een beeld van de zoektocht die Reinecke heeft afgelegd. We zien Reinecke’s verschillende pogingen om het systeem te infiltreren of omver te werpen. Zo roept ze onder meer het rondborstige personage Minna Beuff in het leven. Beuff is een undercover activiste, een hypervrouwelijke ideoloog, een bekoorlijke (en dus onverdachte) vrouw die op haar Buffaloschoenen onderdrukkende systemen omver moet gaan stampen.
Over die schoenen heeft Reinecke overigens goed nagedacht. In één tekening analyseert ze alle soorten schoeisel dat haar personage niét moet dragen, wegens te onpraktisch of te broos. Een stevige stapper met een dikke zool zal Minna Beuff toestaan zich in een snel tempo over de wereld te begeven. Zeker als er wieltjes onder de schoen worden bevestigd.
Die analyse van de efficiëntie van schoenen is herkenbaar voor eenieder die zichzelf een activistische houding probeert aan te meten: hoe kan ik zoveel mogelijk goed doen op zo weinig tijd? Hoe kan ik mijn activisme optimaliseren? Het is een vraag waar Reinecke zelf vermoedelijk ook mee worstelde.
Activisme en artistieke incrowd
Een andere vraag die in deze expo centraal staat is een nogal existentiële: hoe te leven in een tijd waarin het onrecht zo welig tiert? Om tegemoet te komen aan die immer schurende vraag vult Reinecke haar kunstpraktijk vaak activistisch in. Ze sloot zich aan bij de Mietersolidarität. Geruggesteund door cijfers en onderzoek informeert Mietersolidarität de Duitse burger over de wantoestanden op de huurmarkt. Binnen datzelfde thema maakt Reinecke tekeningen die het volk oproepen tot solidariteit en het eisen van inspraak in de machtsstructuren. Daarnaast richtte ze samen met collega-kunstenaars de actiegroep LIDL op. Het doel van LIDL was sociale verandering teweeg te brengen door middel van artistieke vernieuwing.
Nihilisme
In Reinecke’s zoektocht naar leven in een tijd van onrecht, valt niet te spreken van een specifiek resultaat. Op bepaalde momenten lijkt Reinecke’s activisme plots om te slaan in een bijna nihilistische houding, zoals wanneer LIDL in de zomer van 1969 een voetbalmatch en een wielerwedstrijd organiseert. Op foto’s is te zien hoe een kleine groep belangrijke kunstenaars zich verzamelt aan een veld, maar het is niet duidelijk waar dit werk over gaat. Samen met een aantal volstrekt onbegrijpelijke werken zijn dit de momenten waarop Reinecke irriteert. De ondoordringbaarheid van zowel het conceptuele werk als de artistieke incrowd wekt een frustratie op die waarschijnlijk versterkt wordt door het activisme dat eveneens onderdeel van haar werk is. De soms obscure kunstwerken lijken namelijk niet verenigbaar met de noodzaak zich tot het volk te richten en sociale verandering teweeg te brengen.
Het werk van Reinecke beweegt heen en weer tussen idee en praktijk, activisme en dadaïstische spielerei, volkspropaganda en intellectualisme. Die beweging wordt iets té individueel ingevuld en biedt soms weinig aanknopingspunten voor de toeschouwer. Hoewel Reinecke’s zoektocht op zich erg boeiend is en vermoedelijk meer concrete verandering in de wereld brengt dan pakweg het met diamanten bekleden van doodshoofden, levert ze dus niet de meest interessante kunst op.
Expositie Chris Reinecke in het Museum van Hedendaagse Kunst Antwerpen beklijft niet
Misschien ook iets voor u
Misleiding in Leiden
Kunst heeft vaak tot doel om te verleiden, maar soms wil ze ook misleiden. In de wetenschap zijn namaak en bedrog evenmin onbekende verschijnselen. De Lakenhal in Leiden brengt ruim twintig objecten uit plaatselijke musea bijeen die bezoekers eeuwenlang op het verkeerde been hebben gezet. Het is een wat willekeurig allegaartje, maar de ‘fakes’ zijn een bezoekje waard.
Leiden kent veel musea en onder hun schatten bevinden zich ook de nodige die het label ‘nep’ verdienen. De Lakenhal heeft uit diverse plaatselijke collecties een kleine expositie van originele fakes opgesteld. Het is geen tentoonstelling met een diepere ‘filosofische’ vraagstelling over de betekenis van misleiding in kunst en wetenschap. Aan de hand van gedetailleerd kritisch onderzoek krijg je wel inzicht in de vaak vermakelijke ontstaansgeschiedenis van bijzondere historische objecten.
Japanse zeemeermin
Een opmerkelijk voorwerp is bijvoorbeeld een Japanse meermin, in elkaar geknutseld met uiteenlopende materialen als vissenhuid, metalen draad, een menselijke schedel en de kaak van een hond. In Japan werden zulke objecten in de 18e eeuw volop geproduceerd en tentoongesteld als goddelijke tempelwezens. De verklaring daarvoor moet worden gezocht in eeuwenoude Japanse mythen over meerminnen. Die zouden over bijzondere (natuur)krachten beschikken en als onderdeel van de maaltijd zelfs onsterfelijkheid kunnen garanderen.
Het in stand houden of versterken van mythen is wel vaker het doel van fakes. Zo is op de expositie ook een ‘Romeinse’ nepbaksteen met inscriptie te bewonderen die de glorieuze broederschap van het Bataafse volk moest uitdragen. In zijn poging het nationale verleden wat aan te dikken, toonde de zestiende-eeuwse maker zich al een serieuze kandidaat voor Heel Holland Bakt.
Prozaïsche motieven
Niet zelden blijkt er een vrij prozaïsch motief te schuilen achter het maken of etaleren van fakes. De apotheker die met een draakje op sterk water indruk wil maken op zijn klanten; de steenhouwer die munt wil slaan uit een vervalst Egyptisch reliëf; de schrijver die zijn avontuurlijke jeugd op een half verzonnen eiland bij elkaar fantaseert …
Maar nieuwsgierig maakt het altijd weer, we laten ons nog steeds wel graag een beetje bedriegen toch?
Ook online te zien
Bijzonder is dat je de hele expositie ook online kunt bezoeken, op de website van De Lakenhal. Niemand hoeft het te missen dus.
Misleiden – Fakes uit kunst en wetenschap
Gezien in: Museum De Lakenhal, LeidenNog te zien tot: zondag 12 juni 2022
Misschien ook iets voor u
Een nieuw perspectief voor de jonge kijker
Op 3 mei was de première van de voorstelling De brieven van Mia in Koninklijk Theater Carré. De voorstelling is gebaseerd op het gelijknamige boek door historicus, schrijver, onderzoeker en presentatrice Astrid Sy. Net als het boek, wil de voorstelling verhalen over de Tweede Wereldoorlog begrijpelijk maken voor een jong publiek. Vooral voor de jonge kijker is het een innemend en leerzaam stuk.
Het verhaal
De voorstelling vertelt het verhaal van een meisje Laila die gevlucht is uit Syrië. Tot haar grote verdriet moet haar vader in Syrië achterblijven. Nu woont ze in een asielzoekerscentrum met haar moeder. Laila zit op de middelbare school en moet als deel van een schoolopdracht helpen in het huis van de oude meneer Cohen. Omdat het in het begin niet zo klikt, laat meneer Cohen haar wat opruimklusjes doen. Tijdens het uitvoeren van een van de klusjes, vindt Laila een kist met brieven. De brieven van de Mia. Zij was de jeugdliefde van meneer Cohen. Tijdens de voorstelling zien we wat er in de brieven van de Joodse Mia stond en wat haar overkwam tijdens de Tweede Wereldoorlog. Net als Laila moest Mia vluchten. Mia vluchtte voor de nazi’s omdat ze Joods was en vanwege haar betrokkenheid bij het verzet. De twee verhalen van Mia en Laila worden aan elkaar gerelateerd, de overeenkomsten zijn onmiskenbaar. We kunnen leren van de geschiedenis, dat is de boodschap die wordt herhaald. Aan de ene kant was het verhaal mooi, kwetsbaar en belangrijk. Toch miste er ook een stukje diepgang. Er ontbrak een artistieke laag in het script waardoor er voor de volwassen kijker weinig te ontdekken viel. De oudere kijker zal wellicht opmerken dat een aantal bijrollen wel erg kinderlijk werden vertolkt. De karakters van de bijrollen waren soms niet goed uitgewerkt en gekunsteld humoristisch. Dat schuurde met de kwetsbare toon van de rest van het verhaal.
Het decor
Vanwege het gemakkelijk te volgen verhaal, had het publiek uitgebreid de tijd om te kijken naar het schitterende decor. Dat was een hoogtepunt van de avond! Vooral de scene waarbij er oranje bloemachtige blaadjes uit de lucht kwamen vallen was spectaculair. Vanwege de verlichting deden de snippers denken aan brandend as. De referentie naar de werkkampen was schitterend, beeldend en ontroerend.
Een jongetje
Wat ook ontroerde had niet direct te maken met de voorstelling, maar met het publiek. In het publiek zat een jongetje van een jaar of negen. Zijn moeder had hem meegenomen naar de voorstelling. Tijdens de voorstelling stelde hij geëngageerd vragen en lachte vaak. De jongen viel in de beoogde leeftijdsgroep. Kortom, de voorstelling leek vooral voor een jong publiek intrigerend.
De brieven van Mia - Koninklijk Theater Carré
Regie: Eran Ben-MichaëlArtiest: Britte Lagcher, David Lucieer, Liza Macedo dos Santos, Peter van Heeringen, Gonca Karasu, Milan Sekeris
Gezien op dinsdag 03 mei 2022 in Koninklijk Theater Carré, Amsterdam
Nog te zien tot donderdag 30 juni 2022
Misschien ook iets voor u
Vergezocht, maar toch de moeite waard
Keith Haring. De gemiddelde cadeauwinkel verkoopt minstens een mok, kussen of ansichtkaart met daarop een extreem herkenbaar icoon van de in de jaren tachtig bekend geworden graffitikunstenaar uit New York. Maar wie zijn Muna Tseng en Tseng Kwong Chi (1950-1990)? En wat hebben ze te maken met Keith Haring (1958-1990), afgezien van het feit dat ze alle drie actief waren in New York in de jaren tachtig? Redacteur Rose Heliczer zocht het voor je uit.
Het is lastig om je bij het zien van het boek Keith Haring, Muna Tseng & Tseng Kwong Chi: Boundless Minds & Moving Bodies in 80’s New York, een beeld te vormen van wat je precies in handen hebt. Je zou zomaar kunnen denken aan een diepgravende excursie in de driehoeksverhouding tussen een bekende kunstenaar, een fotograaf en een danser. In werkelijkheid is het boek een enigszins bij elkaar geraapte bundeling van de samenwerkingen van Muna Tseng en Tseng Kwong Chi met Keith Haring. Hoewel in het openingsinterview door de Amerikaanse cultuurcriticus en curator Carlo McCormick beloofd wordt dat we vooral met het wat ondergesneeuwde werk van Muna Tseng (die de artistieke nalatenschap van haar broer beheert sinds zijn overlijden in 1990) gaan kennismaken, is dat niet helemaal waar. Keith Haring krijgt buitenproportioneel veel aandacht, waardoor de kneiterbekende kunstenaar op de voorgrond blijft staan. Zonde, want het werk van zowel Muna, als Kwong Chi is interessant genoeg om op zichzelf te behandelen. Het maakt dat hun samenwerking met Keith Haring enigszins als excuus aanvoelt. Het boek is mooi vormgegeven (de kleuren van de bladzijden!) maar mist de nodige context, waardoor lang niet al het besprokene goed uit de verf komt.
Herinneringen van oude kennissen
Boundless Minds opent met een uitgebreid vraaggesprek tussen Carlo McCormick en danseres en choreografe Muna Tseng, die de interdisciplinaire dansvoorstelling Epochal Songs met Keith Haring maakte. Muna Tseng en McCormick waren beiden actief in de jaren tachtig in New York. In hun gesprek halen ze herinneringen aan deze tijd op. Doordat belangrijke politieke en maatschappelijke thema’s benoemd maar niet geduid worden, voel je je als lezer een buitenstaander. Het was prettig geweest als McCormick zijn stem als interviewer had gebruikt om context te bieden aan de lezer. De positie van Muna Tseng en de Amerikaans-Aziatische gemeenschap in de New Yorkse kunstscene toentertijd wordt wel enigszins belicht.
Harings persoonlijke fotograaf
Na het interview start het boek niet met Muna Tseng, maar met de samenwerking tussen Tseng Kwong Chi en Keith Haring. Auteur Barry Blinderman wijdt hier een alinea aan de serie East meets West, de zelfportretten waarin Tseng Kwong Chi met de zelfontspanner in zijn hand poseert naast toeristische trekpleisters en beroemde mensen. Hij is gekleed in een tweedehands pak uit het regime van Mao, een van de meest gewelddadige dictators van de 20e eeuw. Een gewaagde en interessante fotoserie dus. Toch leest het essay van Blinderman overwegend als een ode aan Keith Haring.
Keith Haring in Subway, 1983, Tseng Kwong Chi, © Muna Tseng Dance Projects, Inc.
Door het hele boek is er meer aandacht voor Tsengs fotografie van Harings streetart in de New Yorkse metrostations. Kwong Chi heeft kunst vastgelegd die anders verloren zou zijn gegaan aan het tijdelijke karakter van graffitikunst. Haring belde Tseng om te vertellen met welke metrolijn hij gereden had. Vervolgens reisde Tseng hem achterna om foto’s te maken van de graffiti die Haring op de stations achterliet. Boundless Minds & Moving Bodies in 80’s New York bevat veel van deze foto’s. Die zijn interessant, maar ook hier mist het boek de nodige context. De foto’s lopen namelijk flink achter op de kwaliteit van onze hedendaagse beeldcultuur, waarin haast iedereen een hoge kwaliteitscamera in zijn broekzak heeft. Tseng Kwong Chi fotografeerde analoog. Hij moest snel zijn, want het was niet toegestaan om zonder vergunning foto’s te maken. Met de techniek van toen was het een stuk lastiger om onder tijdsdruk mooie foto’s te maken zonder daglicht. Zonder duiding van het maakproces van de foto, en de iconische betekenis van Harings werk (de blaffende hond, baby, berg mensen) op de affiches in de metro, blijven er matige, weinig zeggende foto’s over.
Muna Tseng en Keith Haring: Epochal Songs
Danseres en choreografe Muna Tseng maakte in 1982 samen met Keith Haring de interdisciplinaire dansvoorstelling Epochal Songs. De dansvoorstelling, waarvoor Keith Haring de tekeningen maakte, wordt gelukkig wel van toelichting voorzien. De inspiratie voor de voorstelling kwam voort uit gedeelde bezorgdheid over het beleid van Ronald Reagan en de nucleaire wapenwedloop. Tseng danste, Haring observeerde haar en kwam, volledig in lijn met zijn bekende werkmethode, een middagje langs om in één ruk veertig tekeningen te maken. Het werk schetst diverse ontwikkelingen in de evolutie van de mensheid. Van het eerste gebruik van vuur, naar auto’s en televisies, naar de atoombom. Het is het duidelijkste en meest volledige stuk van het boek, dat over het algemeen vooral vraagt om een overkoepelende stem die opheldering geeft over de specifieke beeldtaal en de context waarin het werk is gemaakt. Hierdoor voelt Boundless Minds & Moving Bodies in 80’s New York enigszins aan alsof het vooral voor kenners bedoeld is. Toch is het de moeite waard. Het is een prachtig vormgegeven boek, dat plezierig is om door te kijken op de zaterdagochtend. Het laat je bovendien kennis maken met twee kunstenaars die je anders misschien wel nooit was tegengekomen.
Keith Haring, Muna Tseng & Tseng Kwong Chi: Boundless Minds & Moving Bodies in 80’s New York
Schrijver: Muna Tseng, Fabian de Kloe, Cynthia JordensUitgever: nai010, SCHUNK
Prijs: 34,95
Bladzijden: 172
ISBN: 978-94-6208-696-8
Link: nai010 uitgevers
Misschien ook iets voor u
Voor u geselecteerd door de auteur:
Kleine en grote cirkels
In de kostelijke serie boekjes Van Oorschot Terloops verschenen twee nieuwe deeltjes: De beloning van Stine Jensen, en Met moeder mee van Joyce Roodnat. De ondertitel luidt in deze, en overigens alle gevallen van de Terloops-serie: ‘Een wandeling’. Soms kun je ze door wat moeite te doen zó nalopen. Of in gedachten nalopen, als je de buurt kent. En je kunt de boekjes door hun formaat in je zak of tas meenemen en nalezen.
De ene keer wordt door de provincie gewandeld, zoals Marjoleine de Vos dat deed door Noord-Groningen (Je keek te ver) of Marijke Schermer door Zuid-Nederland (Gods wegen), een andere keer door Amsterdam, met Thomas Rosenboom (De grote ronde) of Maartje Wortel (De groef). Zelfs het buitenland wordt een enkele keer aangedaan: de Dolomieten (Bregje van Bregje Hofstede), de Eifel (De drie bestaat niet van Gerbrand Bakker) en Ierland (Wat er werkelijk is van Nelleke Noordervliet). Het boekje van Stine Jensen voert naar Texel, dat van Joyce Roodnat naar de Watergraafsmeer in Amsterdam.
Stine Jensen: De beloning
Eerst het boekje van Stine Jensen. Zij wordt vanaf 1 juni 2022 bijzonder hoogleraar Publieksfilosofie aan de Erasmus School of Philosophy in Rotterdam. Samen met haar tweelingzus Lotte, hoogleraar Nederlandse literatuur en cultuurgeschiedenis aan de Radboud Universiteit Nijmegen gaat ze al zo’n vijftien jaar twee, soms drie keer per jaar gedurende verschillende seizoenen naar het Waddeneiland. Ze lopen meestal hetzelfde rondje, de zogeheten blauwe ronde. Aan het eind wacht de beloning: koffie met appelgebak. Stine Jensen beschrijft het ritme van de seizoenen, maar op een andere manier zit er ook ritme in de beschrijving van hun wandelingen: stond dit bankje er nu altijd al, is het beeld van P.C. Thijsse nu opeens weg?
De een heeft meer zin in een rondleiding door een zeebioloog en maakt driftig aantekeningen (Stine), de ander kijkt wat zuinig als de bioloog over vogels wil gaan uitweiden (Lotte). ‘Door andermans ogen zien we verborgen bomen, geschoren takken, drie soorten bos en krom hout op sterven na dood’. Ze zien het niet alleen, ze praten – en soms kibbelen – erover. Stine Jensen schreef alles op zoals we dat van haar kennen: pretentieloos en geestig. Bijvoorbeeld in de manier waarop ze zichzelf vergelijkt met haar zus:
Ze trekt weleens een wat ruimere cirkel, en komt dan bijvoorbeeld uit bij een citaat uit een boek dat haar heeft getroffen, zonder er verder al te diep op in te gaan.
Joyce Roodnat: Met moeder mee
Dan het boekje van Joyce Roodnat, werkzaam bij het NRC zoals de krant ‘geamputeerd’ van het (Algemeen) Handelsblad inmiddels door het leven gaat. Roodnat verkent hoe de buurt van haar jeugd, de Watergraafsmeer in Amsterdam, er nu uitziet. Ze loopt de wandelroute die haar moeder, broer en zij elke week liepen: naar school aan de andere kant van de Middenweg, of naar de bibliotheek in Betondorp, dat zichzelf is gebleven, zoals ze constateert.
Ze trekt ruimere cirkels om haar herinneringen dan Stine Jensen, zoals je van een journaliste misschien ook kunt verwachten. Dat wil zeggen: ze gaat dieper op een citaat in. Soms misschien wel een beetje te diep; haar boekje is dan ook iets dikker dan een gemiddeld deeltje in de serie.
Elk boekje heeft een eigen toon en insteek, en dat is de mede charme ervan. Het wachten is op de volgende deeltjes, zoals Lentehonger van Sander Kollaard (1 juni 2022) over de Zweedse lente.
De beloning; Met moeder mee (Een wandeling), uit de reeks Van Oorschot Terloops
Schrijver: Stine Jensen; Joyce RoodnatUitgever: Van Oorschot, 2022
Prijs: €12,50 per boek
ISBN: 9 78902 221161; 9 789028 221178
Misschien ook iets voor u
Tussen hilariteit en ontroering
In de Kleine Komedie in Amsterdam trad op 9 mei Johan Goossens op met zijn voorstelling Kleine pijntjes. Tijdens deze voorstelling neemt Goossens zijn publiek mee in zijn leven van het afgelopen jaar. Een jaar lang maakte hij niets mee. Hij zat voornamelijk op de bank, waar volgens hem nu een ingesleten kuil zichtbaar is. Als je je brood verdient met het delen van geestige anekdotes is niets meemaken natuurlijk funest. Toch weet Johan een voorstelling neer te zetten die geen moment verveelt. De voorstelling was kwetsbaar, herkenbaar en uiteraard humoristisch.
Muzikale begeleiding
“Les online, les online, ja wat is dat fijn.” Zo klinkt een van de nummers die Johan op de piano speelt. Klinkend als een jolige meezinger omschrijft het lied de nadelen van het onlineonderwijs. Herkenbaar voor de docenten die een groot onderdeel uitmaken van Johans vaste publiek. Naast docenten was er ook een schoolklas aanwezig uit Antwerpen. Op humoristische wijze werden de scholieren af en toe tot stilte gemaand door Johan die toegaf met gemak weer terug te schieten in zijn rol als docent. Hiermee bewijst hij ook te kunnen improviseren.
Is dit echt gebeurd?
Tijdens de voorstelling worden er verhalen gedeeld van een grandeur, dat het bijna wel verzonnen moet zijn. Is dit echt gebeurd?! Dat vraag ik me tijdens de voorstelling meermaals af. Smullend van taboes op het podium vertelt Johan in geur en kleur over het verwezenlijken van zijn droom om met een beroemde pornoacteur naar bed te gaan. Ook belangrijk om te noemen is dat Johan vanaf heden liever geen homo genoemd wil worden, maar iets leuks zoals “Doorpenisgepenetreerde”! Kortom, genoeg anekdotes en lichtelijk grove humor. Van het saaie Coronajaar valt qua materiaal niks te merken.
Verlies van zijn vader
Tijdens de voorstelling wordt er in de zaal regelmatig hard gelachen. Humor maar ook kwetsbaarheid kwamen in de voorstelling aan bod. Vooral in de op piano begeleidde nummers liet Johan die kwetsbaarheid zien. Tijdens een nummer waar de zaal heel stil van werd, deelde Johan het proces van overlijden van zijn vader. Treffend zingt hij over het proces, dat begon met zijn vader die een beetje hulp nodig had met het dichtritsen van zijn jas en eindigde in volledige zorgafhankelijkheid. Het thema van het verlies van een ouder paste schitterend in het thema van de voorstelling.
Kortom
U kunt natuurlijk een avondje thuis op de bank blijven hangen. Maar wat u ook kunt doen, is naar het theater gaan en een avondje hard lachen en een beetje huilen met Johan Goossens. Gegarandeerd een avond waar u met een lichter hart en een glimlach vandaan komt.
Johan Goossens: kleine pijntjes
Artiest: Johan GoossensGezien op maandag 09 mei 2022 in De Kleine Komedie , Amsterdam
Misschien ook iets voor u
Criticus Arjan Peters – nu als dichter
Na zijn controversiële non-actief als boekenrecensent bij de Volkskrant kreeg Arjan Peters een zee van tijd om iets anders dan recensies te schrijven: gedichten.
Zijn bundel Belvedère begint met de afdeling ‘Met het einde voor ogen’. Die heeft een journalistieke inslag: met biografische en literaire toespelingen wordt afscheid genomen van recent overleden schrijvers en dichters, Hella S. Haasse en Harry Mulisch o.a., met wie Peters persoonlijk contact heeft gehad of lijkt te hebben gehad.
Wat er blijft
Hun persoon en werk worden eerder van buitenaf dan door mee- of inleving gekarakteriseerd, en dat in een poging na te gaan wat er blijft als iemand verdwenen is. Over dichter Cor Jellema: ‘Door het venster zag je akkers met voren / als strakke regels die je overtrok in geploegde / sonnetten’. Een ongewone vorm van gelegenheidspoëzie.
In afdeling ‘Eindelijk voltooid’ passeren gewaardeerde dichters die al langer dood zijn. Hun werk, vaak op rijm, is voltooid en bijgezet. Peters neemt de vrijheid een gedicht deels te citeren en deels vetgedrukt zijnerzijds aan te vullen. Oogmerk zal zijn het ingebroken gedicht toch tot een geheel te maken, soms met een kwinkslag. Door de typografie blijf je verdacht op het al te gewaagde van zo’n coproductie. De verbindingen verlopen door het cerebrale uitgangspunt nogal eens cryptisch en stroef.
Kweek
De laatste afdeling is het meest persoonlijk, maar biedt niet veel persoonlijk houvast. Veel wordt speels en enigszins gezocht met iets anders vergeleken. De vergankelijke tijd loopt in richtingen uiteen, ook ‘Het leven in’, het leven dat (in het laatste gedicht) stilaan vol stroomt met ‘…durende ongemerktheden’ à la K. Schippers (een vergeten dode in de eerste afdeling).
De bedachte opzet van de bundel geeft niet de indruk van een noodzaak voor een poëtisch vervolg. Peters weet als de beste waaraan een goed gedicht moet voldoen. Belvedère, eerste oefening, kan toepassing van die kennis ten dele waarmaken. Wie weet laat hij zijn talent in de kweek staan.
Belvedère gedichten
Schrijver: Arjan PetersUitgever: Uitgeverij Oevers
Prijs: €20,00
Bladzijden: 96
ISBN: 9789492068583
Misschien ook iets voor u