Film / Achtergrond
special: Christopher Nolan

De wereld van Christopher Nolan: een blik op de filmstijl

De misschien wel bekendste regisseur van deze eeuw bracht recent zijn, volgens velen, magnum opus uit: Oppenheimer. De films van de Britse regisseur Christopher Nolan zijn razend populair bij zowel het grote publiek als de critici en worden gezien als meesterwerken. Maar wat maakt zijn films dan zo bijzonder?

Met zijn liefde voor complexe non-lineaire narratieven en open eindes maakt Nolan het de kijker niet altijd gemakkelijk om zijn films te volgen en te begrijpen. Zo bestaat The Prestige uit een complexe gelaagdheid van de subjectieve standpunten van twee concurrerende goochelaars, waarin Nolan continu heen en weer springt in de tijdlijn van het verhaal. In Inception gaat hij zelfs nog een stap verder met de narratieve gelaagdheid. De droom-in-een-droom-sequentie blijft nieuwe werelden creëren met als gevolg dat de kijker gaat twijfelen of de vermeende realiteit wel echt de realiteit is.

Ondanks deze complexiteit zijn veel van Nolans films door de krachtige filmtaal een ervaring die het medium ‘film’ lijken te overstijgen. Deze kracht is een bijzondere eigenschap die Nolan tot een authentieke regisseur maakt. Binnen zijn oeuvre zijn er een aantal kenmerkende cinematografische aspecten die hieraan bijdragen.

IMAX 70mm analoge film

Opmerkelijk aan veel van Nolans films zoals The Dark Knight, Dunkirk, maar ook Oppenheimer is dat ze niet digitaal gefilmd zijn zoals tegenwoordig gebruikelijk is, maar juist analoog. Het beeld wordt dus niet omgezet naar enen en nullen maar wordt vastgelegd op fysiek materiaal, namelijk een filmstrip. Het gevolg is niet alleen een hogere resolutie en dus betere beeldkwaliteit, bezoekers die een analoge filmvoorstelling bijwonen zullen ook merken dat de film veel intiemer aanvoelt juist doordat ze naar een filmstrip aan het kijken zijn en niet naar een digitaal beeld. De kleuren bevatten bovendien meer nuance. Het analoge beeld bevat een bepaalde grain (‘korrel’) en zal door de projectie een lichte flikkering in de lichtere beelden geven. Dit klinkt wellicht gek, maar de beelden ‘kijken’ hierdoor zachter en prettiger dan de digitale variant (vergelijk het lezen van een fysiek boek versus lezen vanaf een computerscherm of een afgedrukte foto versus de digitale foto’s van tegenwoordig, een heel andere ervaring). Het is zoals veel muziekliefhebbers de ouderwetse plaat ongeëvenaard vinden ten opzichte van de cd of stream. Wanneer je vraagt wat er dan anders is krijg je een antwoord dat lijkt op ‘het geluid voelt warmer’. Dit geldt dus ook voor een analoge filmvoorstelling.

Een realistische wereld

Een ander opvallend kenmerk is Nolans extreem gevoel voor authenticiteit en geloofwaardigheid. De regisseur maakt in zijn filmstijl een aantal bewuste keuzes om dit realisme te bereiken. Zo bouwt Nolan complete filmwerelden, letterlijk. Hij filmt vrijwel altijd op locatie en gebruikt weinig tot geen CGI in (bijna) al zijn films. De spectaculaire effecten worden gerealiseerd met oeroude filmtechnieken zoals miniaturen en in-camera trucjes. In Oppenheimer heeft hij bijvoorbeeld de explosie van een echte bom gefilmd om de indrukwekkende beelden te verkrijgen.

Ook in Nolans eerdere werk Dunkirk is die drang naar realisme sterk aanwezig. Wederom volledig opgenomen op locatie, we zien geen personages van wie het haar altijd perfect zit en waar geen vuiltje zichtbaar is op de kleding ongeacht de avonturen die ze doormaken. Nee, we zien bezwete soldaten in vieze natte kleding, hun haren vol zand. Ze vertonen rauwe emoties: ze hebben het koud, ze zijn bang en wantrouwen de andere soldaten. Dit is iets totaal anders dan menig heldhaftig hoofdpersonage uit andere blockbuster films dat zelfs tijdens de confrontatie met de meest angstaanjagende vijanden geen spier vertrekt, zoals Harrison Ford als Indiana Jones of Tom Cruise in de Mission Impossible.

Nolan trekt de geloofwaardigheid van zijn filmwereld bovendien door in het lichtgebruik. Zo zie je in zijn films veel licht waarvan de bron te herleiden is, zoals de zon, een lamp of natuurlijk licht dat bijvoorbeeld door een raam valt. Dit lijkt vanzelfsprekend maar is het allerminst: lichtmanipulatie is binnen de fotografie en film namelijk belangrijk voor de compositie van het beeld en het neerzetten van personages. Ook Nolan manipuleert licht, maar zijn uitgangspunt blijft een beeld dat strookt met de werkelijkheid.

Een laatste aspect van een realistische filmwereld is het gebruik van geluid, en met name het gebruik van een sterke dynamiek. In Dunkirk zijn de vliegtuigen van de Luftwaffe die overvliegen oorverdovend terwijl het gefluister van de soldaten die vastzitten in de boot nauwelijks hoorbaar is. Geluid bevat bovendien de kracht om de climax op te bouwen, waardoor je als kijker op het puntje van je stoel zit om vervolgens volledig weggeblazen te worden. Nolan doet dit in bepaalde scenes bewust zonder geluid, zoals in Interstellar wanneer Dr. Mann The Endurance opblaast. Het geluid dat hierop volgt komt hierdoor harder binnen.

De close-up

De close-up is een krachtig middel in de filmtaal. Het geeft de toeschouwer de mogelijkheid om dichter tot het personage te komen en daardoor het gezicht en de emoties beter te kunnen lezen. Daarnaast biedt het ook de kans figuurlijk dichter tot het personage te komen. De kijker gaat intenser beleven wat het personage doormaakt. In Oppenheimer zijn er bijvoorbeeld veel momenten waarin we door de close-up haast samen met de hoofdpersonage in een ruimte lijken te zijn. Zeker de scenes waarin Oppenheimer (fantastisch neergezet door Cillian Murphy) met een verontruste blik voor zich uit staart, hebben door de close-up extra impact.

Een persoonlijke cinema

Het is deze keuze voor het nabootsen van de werkelijkheid in onder andere de besproken cinematografische elementen die de kijker volledig meetrekt in de door Nolan gecreëerde wereld en de gevaren die daar schuilen. De film wordt hierdoor een indringende ervaring die de kijker pas weer loslaat wanneer de lampen in de bioscoop aangaan. De doordachte aanpak tilt Nolans films tot een hoger niveau dan dat van de blockbuster.

Hier geldt echter wel een kleine kanttekening. Zoals de atoombom in Nolans nieuwste werk niet door één persoon is uitgevonden, wordt ook in de filmwereld geen enkele film door één regisseur bedacht en gemaakt. De naam Hoyte van Hoytema is wellicht bij het grote publiek minder bekend, maar dit is de man die veel heeft bijgedragen aan de stijl en uniciteit van Nolans meest succesvolle films. Van Hoytema is de Director of Photography, de persoon die in samenspraak met de regisseur verantwoordelijk is voor hoe de film eruit komt te zien. De twee werkten samen aan onder andere Interstellar, Dunkirk, en TeneT. Veel van van Hoytema’s persoonlijke filmstijl komt terug in het cinematische oeuvre van Christopher Nolan en het is daardoor onmogelijk om van Hoytema en Nolan los van elkaar te zien. Het visuele resultaat van de succesvolle chemie tussen de twee is duidelijk waar te nemen in hun nieuwste werk en misschien wel het grootste succes van 2023: Oppenheimer.

Muziek / Concert

Kleine bewegingen in groots werk

recensie: Morton Feldman: The Last One
Muziekgebouw aan 't IJ - zijaanzicht avond (foto Erik van Gurp) 3 + nieuw logo_kleinErik van Gurp

Het leek wel of het eerste concert dit seizoen in de serie NAPzak in het Muziekgebouw in Amsterdam een ‘voorprogramma’ had zoals bij een popconcert. Bezoekers werden geïnspireerd door wat op de website en in het programmablad te lezen was over de muziek van de Amerikaanse componist Morton Feldman (1926-1987), van wie Piano, Violin, Viola, Cello (1987) zou worden uitgevoerd, een aanzet om dat ‘voorprogramma’ te volgen.

Er was op de site namelijk sprake van ‘vaak zachte muziek’, ‘gefascineerd luisteren’ naar iets ‘waar je niets (…) van wilt missen’. Het publiek in de goed gevulde, ongeplaceerde Grote Zaal was onrustig. Er werd vaak, soms meermaals van plaats gewisseld als er per ongeluk een lang persoon voor je ging zitten (‘Ja, sorry hoor, ik ben nu eenmaal een lange Nederlander’). Er werden opmerkingen gemaakt over het toen nog wat mistige podiumlicht (‘Wat mysterieus, hoort zeker bij de muziek’). Hoestende mensen werden bij voorbaat al kwaad aangekeken (‘Dit gaan we straks toch ook niet krijgen?’).

Piano, Violin, Viola, Cello

En dan te weten dat bij de première van Feldmans laatste compositie tijdens het Festival Nieuwe Muziek in 1987 in de Kloveniersdoelen in Middelburg, een af en toe keihard hoestende mijnheer in de zaal zat, die ongegeneerd dwars door de fragiele klanken heen blafte: de componist zelf. Hij was er een graag geziene gast. Zijn muziek werd door directeur Ad van ’t Veer veel geprogrammeerd en hij gaf er masterclasses. Piano, Violin, Viola, Cello is in diens opdracht geschreven voor het Xenakis Ensemble en aan Van ‘t Veer opgedragen.

In Amsterdam vond de uitvoering plaats door Nieuw Amsterdams Peil (NAP): Emma Breedveld (viool), Heleen Hulst (altviool), Mick Stirling (cello) en Gerad Bouwhuis (piano). En hoe: ruim een uur aaneengesloten muziek, zonder pauze. Heel intens gespeeld, zonder ook maar even te verslappen.

De piano fungeerde als een soort keu, die de strijkers als een biljartbal in beweging zette. Fragiel, in kleine bewegingen, zachte tikjes van de bal. Soms aaiden ze elkaar, soms zaten ze elkaar dicht op de hielen. Tonen die dicht bij elkaar bleven, akkoorden die niet oplosten. Een enkele keer een klein loopje of een vlug ornamentje. De strijkers streken meestal, een enkele keer speelden ze pizzicato (‘getokkeld’). Altijd in een traag tempo. Als bezoeker raakte je de tijd haast kwijt en vroeg je je af hoe de componist dit ging afronden. Het slot was verrassend: een motiefje van vier tonen.

Toen was het voorbij en klapte het publiek dankbaar. Terecht, want hier werd weer eens de unieke kans geboden dit in al zijn kleine bewegingen grootse stuk te horen. In een uitvoering die er mocht zijn. Dat belooft wat voor de rest van de serie!

Muziek / Concert

Spoedcursus ‘Fokko’ in Kampen

recensie: Première theatershow Mijn Hond Is Dood – Fokko

Al bijna drie decennia schrijft Fokko Mellema liedjes. Wat in 1997 op 11-jarige leeftijd startte met een liedje over zijn (niet-bestaande) hond die dood is, bleek het begin van een lange muzikale carrière. Dat lied dat hij toen schreef, heeft hij dit jaar afgemaakt en uitgebracht. Inclusief videoclip die gelijk de eerste AI-videoclip van Nederland is. Een full circle moment voor de singer-songwriter, dus was het tijd voor een theatershow met zijn band om hierbij stil te staan. Zaterdag 23 september was de première in de Stadsgehoorzaal te Kampen, en Malin was er namens 8WEEKLY bij.

Catchy melodieën en humorvolle teksten

Fokko Mellema is songwriter en frontman van de nederrockband Fokko. Voorheen was hij onderdeel van collegerockband Want Want en daarvoor nog gitarist en songwriter bij The Jeremys. Een constante  van deze bands is de tomeloze energie die Fokko uitstraalt, de pakkende melodieën en de humoristische teksten. Die kan je duidelijk herkennen in Want Want’s culthit ‘Kip, Paard, Koe’ en in Fokko’s coronahit ‘Karin Heeft Geen Corona’. Echter, wie nog niet bekend is met Fokko wordt gedurende deze voorstelling meegenomen langs allerlei ins en outs uit het (muzikale) leven van de frontman.

Taartdiagrammen en staafgrafieken

Dat is het doel van de theatershow: terugkijken op bijna drie decennia songwriter-schap. En wat heb je anno 2023 nodig om stil te staan bij het leven? Waar anderen misschien hulp zoeken bij een life coach, zocht Fokko zijn heil in staafgrafieken en taartdiagrammen. Na de avond afgetrapt te hebben met het nummer ‘life coach’, was het dan ook tijd om de diepte in te duiken. Geen enkel onderwerp bleef onbehandeld: welke thema’s werden het vaakst bezongen? Hoe vaak komen er meisjesnamen in zijn liedjes voor? En mannen, worden die niet achtergesteld in zijn muziek? Het zijn maar een paar van de vragen die vernuftig aan de hand van een PowerPoint en de nodige creatieve grafieken worden gepresenteerd.

Diepere analyses worden echter niet geschuwd. Zo werd nog bekeken of bepaalde onderwerpen te koppelen waren aan specifieke levensfases. De daaruit volgende grafiek liet zien dat er drie belangrijke fases zijn in de liedjes van Fokko, door hemzelf betiteld als: 1) stomme meisjes pijn; 2) huilen in de huiskamer; en 3) dertiger dilemma’s. De rest van de theatershow gaat deze fases in chronologische volgorde af, bijbehorende anekdotes en liedjes braaf gecategoriseerd volgens deze driedeling. Van het succes van Want Want, de break-up van de band en belangrijke relaties, tot het hervonden enthousiasme in Fokko en de succesvolle coronahit ‘Karin Heeft Geen Corona’. Onderwerpen als voortplanting, de aanschaf van een ukelele, maar ook rouw worden niet geschuwd. De onafgemaakte liedjes medley, waarin de band enkele nummers die de final cut niet hebben gehaald aan elkaar heeft geregen, én het zelfgemaakte AI nummer van Want Want, waar ze de meest voorkomende akkoorden uit Want Want liedjes hebben gecombineerd met de vijf meest voorkomende woorden, vormen samen de opmerkelijkste hoogtepunten van de show.

Een herkenbare doelgroep

Aan het einde legt Fokko uit dat bands via Spotify hun demografie kunnen onderzoeken. Uit hun eigen analyse bleek de gemiddelde Fokko-luisteraar eigenlijk exact te zijn zoals de bandleden zelf: Nederlandse mannen van 30 à 40. Makkelijk, dacht de band, want ze snappen en begrijpen dan ook echt voor wie ze schrijven. Een snelle blik in de indrukwekkende theaterzaal in Kampen leert echter dat hun publiek een stuk gemengder is. Jongvolwassenen, gezinnen met jonge kinderen, pensionado’s, maar inderdaad ook mannen tussen de 30 en 40 waren op komen dagen om de band te supporten bij hun première. Het is niet verwonderlijk dat de theatershow een breed publiek trekt. De show mengt een flinke portie humor en creativiteit met heerlijke anekdotes en een lijst aan aanstekelijke nummers, en slaagt erin iedereen in de zaal enthousiast te maken. Niet alleen de hardere nummers als ‘stadaarnietzodoeiets’ en ‘ktll’ passeren de revue, maar ook lievere, kleinere nummers als ‘Sanne’ en ‘Liefde’.

De theatershow Mijn Hond Is Dood is leuk voor fans van het eerste uur (oftewel, vanuit het ‘stomme meisjes pijn’ tijdperk) maar ook voor muziekliefhebbers met interesse in humorvolle Nederlandstalige poprock en die nog kennis moeten maken met de band Fokko. Immers, bewapend met zijn band, PowerPoint en bijbehorende analyses geeft Fokko je wel een spoedcursus ‘Fokko’.

Boeken / Fictie

Een op het nippertje gelukt schrijversleven

recensie: Omtrekkende bewegingen – Sergej Dovlatov

De Russische schrijver Sergej Dovlatov (1941-1990) deed alle hilarische moeite om zijn spottend ongepaste proza ongecensureerd uitgegeven te krijgen. Vergeefs natuurlijk. Hij verdiende zijn geld als dienstplichtig kampbewaker in de Goelag, als weerspannig journalist bij Estse kranten en als gids voor het Poesjkin-openluchtmuseum. Zijn wederwaardigheden zijn chronologisch te lezen in romans als Het Kamp, Het reservaat (eerder door Robbert-Jan Henkes vertaald als Domein) en Compromissen.

Die laatste roman (‘… En had ik geen baan meer. Misschien, denk ik, moet ik voor kleermaker leren? Ik had gemerkt: kleermakers hebben altijd een goed humeur…’) is in Henkes’ veel betere vertaling opgenomen in zijn Omtrekkende bewegingen. Daarin ook Die van ons (Dovlatovs familiegeschiedenis: ‘Ik hoop dat hij alledaags genoeg is.’ Niet dus.), Ambacht en ten slotte Filiaal (‘Volgens mama ben ik ooit wakker geworden met een glimlach op mijn aanschijn. Dat was, moet ik erbij zeggen, in ’43. Denk je in: aan alle kanten oorlog, bommenwerpers, evacuatie, en ik lig te glimlachen…’).

Nar

Het Nederlands lijkt soepel met de specifieke toetsen van het Russisch te kunnen wedijveren. Uit de vertaling van de vier romans is af te leiden dat het verrukkelijke tragikomische taaleigen van Dovlatov niet anders dan onnavolgbaar moet zijn, zoiets als een literaire spreektaal fris van de lever. Als een soort nar probeerde hij politiek getrouwe autoriteiten goedgemutst te weerstaan, die overigens niet altijd konden nalaten zijn schrijverschap stilistisch te prijzen… en tegelijk volledig moesten verwerpen. Hij kon veel over zijn kant laten gaan, maar niet dat publiceren hem onmogelijk werd gemaakt. Met alcohol en sigaretten probeerde hij de frustratie steeds even kwijt te raken, tot zijn hartstilstand in 1990. Toen had hij net met goed geluk (een toevallig contact dat behulpzaam was) gedebuteerd in The New Yorker met verhalen, waarna ook een paar romans volgden.

In New York was hij redacteur bij een Russischtalig blad voor emigranten. Daarin werd de Sovjet-Unie consequent aan de schandpaal genageld. Ondertussen zaten zijn collega’s en die van een concurrerend blad elkaar vijandig dwars, ongeveer zoals zij in hun thuisland van hogerhand zelf genadeloos werden dwarsgezeten. De beoogde samenwerking had daar in het vrije Amerika danig onder te lijden. Het liep zo hoog op dat Dovlatov in een lange brief zijn collega’s licht geïrriteerd tot de orde probeerde te roepen. Uit de compositie en taal van die brief spreekt de menselijke goedgezindheid die de schrijver in al zijn verhalen typeert.

‘Het mag lijken of je omringd bent door wolkenkrabbers. Maar je bent omringd door je verleden. Dat wil zeggen door ons. Waanzinnige dichters en schilders, alcoholisten en docenten, soldaten en kampgevangenen.’

Na zijn dood

In de tijd van perestrojka, snel na zijn dood, kreeg zijn werk ook in Rusland steeds meer verspreiding. Hij werd verwelkomd als een moderne Tsjechov. In diens tijd mankeerde er ook heel wat in Rusland, maar hem was de vileine spotzucht van Dovlatov geheel vreemd. Toen waren de ‘zegeningen’ van de revolutie natuurlijk ook nog niet bekend. Dovlatov heeft zijn leven lang tegen alle tegenwerking in geschreven om uiteindelijk de roem in zijn moederland niet meer mee te kunnen maken. Hopelijk ligt cq. komt er geen verbod van Poetin op de verkoop van zijn boeken.

Film / Films

Genieten en griezelen

recensie: A Haunting in Venice
A haunting in Venice_officiële posterFilmdepot

Er zijn mensen die na de eerste twee verfilmingen van detectives van Agatha Christie door regisseur Kenneth Branagh, David Suchet nog steeds missen. De laatste werd bekend door de televisieserie van Christies Poirot. Is dat na Branaghs derde film op rij nog steeds zo?

Branagh begon in 2017 met Murder on the Orient Express en vervolgde in 2022 met Death on the Nile. Nu koos hij voor het minder bekende Hallowe’en Party (Nederlandstalige titel De versierde bezemsteel) dat Michael Green helemaal naar zijn hand zette.

In het origineel draait het om een tienerfeestje in een Engels dorpje, waar een meisje wordt vermoord. Een meisje dat waarschijnlijk getuige was van een moord. Iets dat niemand gelooft. Poirot wordt opgetrommeld om alles uit te zoeken. In de film van Green/Branagh is het verhaal verplaatst naar het Venetië van 1947, waar Poirot na zijn pensioen is neergestreken. In een oud palazzo woont hij een seance bij door de bekende Joyce Reynolds (Michelle Yeoh). De aanwezigen willen graag in contact komen met Alice Drake (Rowan Robinson), de overleden dochter van operazangeres Rowena Drake (Kelly Reilly).

Suchet en Branagh

Suchet is een beetje een Chaplinachtige Poirot met zijn aparte loopje en wandelstok. Branagh heeft zich net zo goed een Franstalig accent aangemeten, maar is op een andere manier innemend. Bijvoorbeeld op momenten waarop de camera op zijn gezichtsuitdrukking inzoomt. Een gezicht dat minder guitig, maar meer nadenkend overkomt.

De camerabeelden zijn overigens over de hele linie opvallend. Soms scheef gedraaid, en soms van bovenaf een overzicht gevend van een zonovergoten Venetië. Dit in contrast met de steeds heftiger wordende regenbuien, onweer en storm in het verhaal. Weersomstandigheden die het onheilspellende verhaal over (zelf)moord in het sombere palazzo ondersteunen, net als de telkens van sfeer verschietende muziek van Hildur Guđnadóttir.

Diepere lagen

Onder het verhaal gaan letterlijk diepere lagen schuil en deze torenen er uiteindelijk bovenuit. In het verhaal wordt eerst gemeend dat het palazzo geen kelder heeft. Maar dat blijkt wel degelijk het geval, net zoals er een zolder is. Poirot moet leren om te gaan met de geestverschijning van de vermoorde Alice, met de spoken die opduiken. Waar moet hij nu aan twijfelen: aan die verschijningen of juist aan zijn verstand?

Het verhaal zit, met die symbolisch uitgewerkte verschillende lagen – kelder, zolder, ratio en gevoel – ingenieus in elkaar. Telkens terugkerende elementen, zoals appels, maken dat er een eenheid in ontstaat. Om dat te bewerkstelligen, is er ook een rol weggelegd voor het vroegwijze, bebrilde jongetje Jude Hill (Leopold Ferrier) dat overal commentaar op geeft.

Verschillende genres

De verschillende genres waaruit de film bestaat volgen elkaar op: detective en thriller, horror en gothic. De diverse registers lijken ook telkens een andere publieksgroep aan te spreken, net zoals Branagh een andere invulling aan Poirot geeft dan Suchet. Of Branagh een gelijkwaardige prestatie weet neer te zetten, is twijfelachtig. De psychologische lading die Christie aanbrengt, blijft een beetje aan de oppervlakte, omdat de personages niet helemaal zijn uitgewerkt. En de plot is in een vloek en een zucht voorbij. Dat is allebei jammer, maar er blijft nog genoeg over om van te genieten en te griezelen.

Muziek / Concert

De koningin van de slidegitaar op volle sterkte

recensie: Erja Lyytinen @ Heyhoef Backstage te Tilburg
Erja LyytinenJoost Festen

Erja Lyytinen heeft inmiddels veel albums op haar naam staan. Toch is haar bekendheid in Nederland nog maar net aan het opklimmen. Lyytinen wordt de koningin van de slidegitaar genoemd bij de introductie voor het concert. Zij is nu met haar powertrio op tournee. Haar concert in Tilburg wordt bezocht door echte liefhebbers. Lyytinen speelt bijna anderhalf uur op volle sterkte en begeeft zich met plankgas naar het slot. Eén bonk adrenaline spat van het podium!

Samen met drummer Olli Huttunen en bassist/zanger Heikki Saarenkunnas weet Erja Lyytinen het aanwezige publiek aan haar te plakken. De kleine zaal van Heyhoef Backstage is warm, zo warm dat Lyytinen vraagt om wat handdoeken, die haar ook prompt worden aangeboden. Die warmte betreft overigens niet alleen de fysieke temperatuur, maar al snel ook de enorme energie die deze dame het publiek in weet te stuwen.

Voorafje naar hoofdschotel

Het voorafje Leaving Spirit is een jonge blues-/rockformatie uit Duitsland die nog meters moet maken op het podium. Deze jonge band weet op het podium beter uit de verf te komen dan op de albums die we via streaming kunnen beluisteren. Toch is de show niet overtuigend en is de performance niet vrij van schoonheidsfoutjes. De zangeres is nog jong en weet zich nog geen houding te geven, dat geeft een schoolse indruk. Haar zang is niet altijd even zuiver en doet afbreuk aan de gedegen begeleiding. Toch weet de band de gemoederen op te drijven richting de hoofdschotel van de avond.

Terwijl het podium grondig wordt verbouwd, wordt de zaal opgeluisterd met luide muziek, die het praten onmogelijk maakt. De opstelling wordt door de crew tot in detail meermalen gecontroleerd om te zorgen dat er niets aan het toeval wordt overgelaten om Erja Lyytinen en band volledig tot hun recht te laten komen. De hoofdtechnicus heeft het laatste woord of alles er tip-top bij staat en er ruimte gemaakt kan worden voor de band.

Drummer en bassist komen als eerste op en nadat Lyytinen het podium bestijgt weet ze alle aandacht op zich te vestigen.

Anderhalf uur plankgas!

Lyytinen laat er geen gras over groeien, ze laat het publiek direct horen dat zij het middelpunt van de belangstelling is en dat ze ons gaat bedienen van opperste vakmanschap. De koningin van de slidegitaar, zoals ze wordt aangekondigd, laat haar instrumenten én haar talent alle hoeken van de zaal zien. Haar vingervlugheid is uit de kunst in soms hele lange stukken die meermaals zeven minuten of langer weten te klokken.

Lyttinen heeft een stemgeluid dat prima past bij de blues, funky blues en bluesrock die ze ons voorschotelt, maar zou ook aansluiten bij bands als Within Temptation. Dus als ze daar om wat voor reden dan ook een invalster nodig hebben, dan zou het zomaar kunnen werken.

Hetzelfde theatrale dat daar past, weet Lyytinen als een volleerde performer ook het publiek in Heyhoef Backstage voor te schotelen. Het is geen seconde saai om de blik op het podium gericht te houden. Het is ook geen seconde saai in de oren. De band speelt een strakke en bijna perfecte set aan composities die allen een hoog tempo kennen. De energie van Lyytinen lijkt geen moment in te zakken, als het dat wel doet is dat voor luttele seconden om vervolgens weer onvermoeid verder te excelleren.

Onrust versus perfectie

Tijdens een van de songs lijkt Lyytinen even de controle te verliezen omdat er in haar ogen/oren iets hapert aan haar pedalen. Het is heel even aan haar gezicht af te lezen dat ze voelt dat ze de perfectie die ze nastreeft niet zal kunnen halen. Ze oogt even onrustig, zoekend naar de oorzaak en een oplossing voor haar probleem. Binnen een paar minuten, terwijl ze ‘Black Ocean’ gewoon doorspeelt, heeft ze alles weer onder controle en klaart haar blik helemaal op en weet ze het zinderende spel te hervatten.

Alle composities komen van haar keur aan albums en, wat later zal blijken, van haar nieuwe livealbum. Een kort moment speelt ze naar eigen zeggen een ‘Lullaby’ die al vrij snel overgaat in de bekende zinderende harde en snelle klanken. Heel af en toe weeft Lyytinen elementen van bekende liedjes in haar songs. Zo horen we een deel van de melodie weerklinken van ‘La Vie En Rose’.

Helaas laat Lyytinen nergens de ruimte om wat van haar ballads of semi-ballads te laten horen zoals we die o.a. van haar jongste studioalbum Waiting For The Daylight kennen. Dat wordt wel als een minpuntje van de show ervaren. Het had alles wat verfijnder gemaakt dan alleen maar plankgas naar het slot spelen. Zeker voor wie haar albums al wat langer kent, weet dat deze dame nog meer in haar mars heeft, dat kwam nu niet uit de verf.

Voor wie van bijvoorbeeld Ana Popovic houdt en Lyytinen nog niet kent, is er een wereld te ontdekken. Het op 6 oktober 2023 te verschijnen live album Diamonds On The Road (Live 2023) is wellicht een mooi startpunt met daarop wel een semi-ballad in de vorm van ‘Never Really Had You’. Vergeet bij die kennismaking het eerder genoemde studioalbum uit 2022 niet.

Theater / Interview
special: Presentatie hoofdcast musical De 3 Biggetjes
De 3 BiggetjesLisa Wibier

Nostalgie in een nieuw jasje

‘Welkom, Welkom, bij de drie biggetjes!’. K3-fans van het eerste uur kunnen deze hit zonder twijfel meezingen. Het nummer is onlosmakelijk verbonden met de musical De 3 Biggetjes. In 2024 keert de musical terug met de huidige K’tjes Hanne, Marthe en Julia. Op 13 september 2023 werd de volledige hoofdcast bekendgemaakt in het hoofdkantoor van Studio 100 in Schelle. De grote vraag was: wie spelen de wolven en de sluwe vos?

De eerste versie van deze musical stamt uit 2003, met de eerste K3-leden Karen, Kristel en Kathleen in de hoofdrollen. Het bleek een groot succes en de musical werd in 2007 opnieuw op de planken gebracht. Liedjes als ‘Vandaag is het de dag’, ‘Amor’ en ‘Wij zijn gibbertjes’ zijn in het geheugen van een grote groep twintigers gegrift, zo ook in het geheugen van 8WEEKLY-redacteur Lisa. Zij was dus ook zeer benieuwd om te zien welke acteurs de huidige generatie K3-fans zullen meenemen in dit vrolijke liefdesverhaal.

Het verhaal na het sprookje

De 3 Biggetjes speelt zich af na het welbekende sprookje. Wolf Baltimoor heeft na jarenlang blazen het stenen huisje van big Ganda en haar zusjes niet omver gekregen. Verbitterd en gefrustreerd geeft hij jaren later zijn drie zonen de opdracht om de drie biggendochters van Ganda te vangen voor een feestmaal. Helaas voor Baltimoor verloopt de queeste toch anders: de wolven worden verliefd op de drie biggetjes…

Van generatie op generatie

In juni 2023 werd bekend gemaakt dat de succesvolle familiemusical zal terugkeren in 2024. Hanne, Marthe en Julia vertolken uiteraard de biggen Knirri, Knarri en Knorri. Marie Verhulst (dochter van Studio 100-baas Gert Verhulst) speelt konijn Pluisje, die de biggen waarschuwt voor naderend wolvengevaar, en Nurlaila Karim speelt mama big Ganda. Tijdens deze presentatie werd bekend gemaakt dat Michiel de Meyer, Gio Kemper en Louis Thyssen respectievelijk Willie (de stoere wolf), Waldo (de slimme wolf) en Wuppert (de domme wolf) zullen vertolken. Bijzonder detail is dat Louis zijn vader Peter als Wuppert opvolgt. Peter speelde de domme wolf in 2003 en 2007, maar schuift een generatie op en staat nu als vader Baltimoor op het podium. Walter Baele, oftwel ‘van Leemhuyzen’ uit Samson en Gert, speelt vos Loewie.

Feest der herkenning

De castpresentatie was een feestje, waarbij K3 de aftrap verzorgde met De 3 Biggetjes. Hanne, Marthe en Julia zongen vervolgens samen met de drie wolven het vrolijke nummer ‘Verliefd’ gepaard met passende choreografie. De CEO van Studio 100 Anja van Mensel maakte bekend dat er al 90.000 kaarten zijn verkocht en dat er extra avondshows zijn aangekondigd, speciaal gericht op twintigers en dertigers. Daarnaast werd aangekondigd dat er een gloednieuw decor wordt ontworpen en dat de arrangementen en script iets zijn aangepast om het geheel meer van deze tijd te maken. De kostuums en make-up zijn echter nagenoeg gelijk aan de eerdere versies en de liedteksten zijn onaangeroerd, waardoor het geheel ongetwijfeld een trip down memory lane zal zijn voor vele oud-fans. Voor de nieuwe generatie belooft deze musical natuurlijk ook een geweldige ervaring te worden door de kleurrijke kostuums en de vrolijke liedjes. Het verhaal heeft voor iedereen wat wils: van zoete liefdesverklaringen en een carnavalviering tot een heldhaftige reddingsscène.

Interview met de wolvenDe 3 Biggetjes en 8WEEKLY

8WEEKLY heeft na afloop van de presentatie kort gesproken met Michiel De Meyer, Gio Kemper en Louis Thyssen over hun nieuwe rollen. Lisa bekende hierbij ook dat ze als 7-jarige verliefd was op wolf Waldo, waar de acteurs smakelijk om konden gniffelen.

Louis Thyssen heeft veel zin om zijn vader op te volgen als wolf Wuppert. Op de vraag of hij ook open staat voor andere musicalrollen van zijn vader, zoals slechterik Prins Maurice in Doornroosje of Guust Langoust in de Kleine Zeemeermin, antwoordde hij enthousiast: ‘Als ze me bellen sta ik klaar!’.

Michiel de Meyer liet vol overgave enkele moves van wolf Willie zien, die niet onderdoen voor die van voorganger Jan Schepens.

Gio Kemper gaf eerlijk toe dat de rol van slimme wolf Waldo hem niet per se op het lijf geschreven is, de exacte vakken waren niet zijn sterkste punt op school. Desalniettemin heeft hij veel zin om gestalte te geven aan Waldo.

Alle ‘wolven’ vinden het best spannend om voor een gemixt publiek van jonge kinderen en nostalgische twintigers en dertigers te staan. De verwachtingen zijn hooggespannen, maar de acteurs hebben zin om met het vernieuwde script aan de gang te gaan. Het gesprek werd afgesloten met een foto op verzoek van redacteur Lisa, waarbij ze uiteraard naast haar vroegere crush Waldo mocht staan.

Tijd voor repetities

De repetities voor De 3 Biggetjes zullen binnenkort van start gaan. De première staat gepland op 10 februari 2024 in Gent en zal daarna te zien zijn in verschillende grote theaters in Nederland en België.

Scenario: Gert Verhulst, Hans Bourlon, Danny Verbiest, Tijl Dauwe

Muziek: Johan Vanden Eede

Choreografie: Martin Michel

Decor: Carla Janssen Höfelelt

Make up: Wouter Somer, Harold Mertens

Film / Serie

Marvels gemiste kans op een volwassen verhaal

recensie: Secret Invasion (miniserie)

De catalogus van Marvel is inmiddels bijzonder groot en van wisselende kwaliteit, met veel teleurstellingen sinds de apotheose die Avengers: Endgame was. De miniserie Secret Invasion trapte af met de potentie om de meest volwassen productie van Marvel te zijn. Is dat gelukt? Je leest het hier.

Even ter introductie: de films en series van Marvel zitten in een lastige fase. De eerste drie reeksen aan films en series, begonnen in 2008 met Iron Man, hadden een duidelijk overkoepelend thema. Elke reeks of fase eindigde met een Avengers film. Daarnaast werd de komst van de titaan Thanos sporadisch maar consistent gesuggereerd. In 2019 kwamen alle verhaallijnen bij elkaar voor de eindstrijd in Avengers: Endgame. Waar de meningen verschillen over de beste Marvel film, kwamen vriend en vijand samen in hun lof over Endgame. Na dit grootse succes waren de verwachtingen hoog. Helaas bleek het vervolg van steeds mindere kwaliteit.

Ondertussen is wel bekend dat alle nieuwe verhaallijnen bij elkaar gaan komen in het afsluitende tweeluik Avengers: The Kang Dynasty en Avengers: Secret Wars. De dalende kwaliteit sinds Endgame heeft de nodige scepsis over de producties van Marvel teweeg gebracht, zo ook over de nieuwe miniserie Secret Invasion. Hoe verhoudt deze zich tot de rest van het MCU (i.e. het Marvel Cinematic Universe)?

Volwassen insteek?

Secret Invasion gaat over Nick Fury die terugkeert op aarde na jarenlang op een ruimteschip te hebben gezeten. Een buitenaards, van gedaante verwisselend ras bekend als de Skrulls leeft, vermomd als mensen, op aarde. Onder leiding van Gravik is het hun doel om de aarde langzamerhand over te nemen, opdat ze zich uiteindelijk niet meer hoeven te verschuilen achter de gedaante van mensen. In de eerste twee afleveringen leek het erop dat Marvel voor de verandering een volwassen invalshoek zou gaan kiezen. Geen felle kleuren, weinig superhelden, en een missie die vrij diplomatiek van aard was. De belangrijkste vraag was namelijk: hoe zorgen we ervoor dat mensen en Skrulls samen op één planeet kunnen wonen? Het eindresultaat stelt enorm teleur. De interessante dialogen en politieke machtsspelletjes worden al gauw ingeruild voor voorspelbaar spektakel.

Waar de serie eerst nieuwsgierigheid opwekte, eindigt zij als deel van de eenheidsworst waar veel van Marvels huidige producties in uitmonden. Het enige wat Secret Invasion nog enigszins lijkt te redden, is het acteerwerk van Olivia Colman en Ben Mendelsohn, die allebei ook nog eens veel te weinig tijd krijgen om hun podium te pakken.

Onbeantwoorde vragen

Het grootste gemis is het gebrek aan impact. Interessante en scherpe vragen en uitdagingen worden voorgelegd, maar niet uitgewerkt. Kan Gravik zijn brute methodes nog wel verantwoorden voor zijn aanhangers? Hoe moeten Skrulls en mensen met elkaar omgaan? Hoe zorgen we ervoor dat Skrulls niet opeens de identiteit aannemen van mensen in machtsposities? Al deze vragen zijn onwijs interessant en kunnen ook bijzonder goed televisiemateriaal opleveren zonder afhankelijk te zijn van special effects of spektakel, maar dat is met Secret Invasion niet gebeurd. Het roer is omgegooid om het publiek toch weer iets te geven van wat het al jaren voorgeschoteld krijgt: makkelijk vermaak. En ook hier wordt veelvuldig gewezen op wat er nog allemaal gaat komen, alsof het meest boeiende nog in de pijpleiding zit.

Met de dalende kwaliteit van de films en series van Marvel daalt ook het vertrouwen van de kijker. Secret Invasion is daar geen uitzondering op. De voorproefjes van de toekomstige producties zijn inmiddels niets meer dan loze beloftes. Het is nog maar de vraag hoeveel fans de studio het voordeel van de twijfel durven te geven.

 

 

 

 

 

Kunst / Expo binnenland

Jan Schoonhoven in een ander licht

recensie: Lothar Wolleh ziet Jan Schoonhoven - Museum Prinsenhof Delft

‘Het is wel mooi ofzo’, zegt een bezoeker tegen haar vriendin terwijl ze door de tentoonstelling Lothar Wolleh ziet Jan Schoonhoven slenteren. In dat ‘ofzo’ schuilt een licht ongenoegen. De kunst van Schoonhoven poogt emotieloos te zijn, maar is in het juiste licht zeker niet ‘expressieloos’. Het biedt uitkomst om door een andere lens te kijken naar zijn kunst. De fotograaf Lothar Wolleh krijgt dit voor elkaar.

Ontmoeting

De expositie begint met een aantal portretten gemaakt door Lothar Wolleh. Gelijk sta je oog in oog met een zelfverzekerde Jan Schoonhoven. Een horloge gemaakt door de twee heren springt als een van de weinige gebruiksvoorwerpen in de tentoonstelling in het oog. Achter glas, bevroren in de tijd, lijkt het de kiem te symboliseren van waaruit een artistiek avontuur aan het ontspruiten is. De strakke uitvoering vol rechthoekjes verwijst naar hun gezamenlijke fascinatie voor een specifieke kunststroming: de Zero-beweging. Sinds hun ontmoeting wandelen de twee mannen geregeld door Delft. Het ritme van de stad is dan ook terug te zien in de reliëfs van Schoonhoven die je in de tweede zaal tegemoet treden. De vroege reliëfs lijken onmiskenbaar op de dakjes van Delftse huisjes. De foto’s van Wolleh laten een andere kant zien van de stad. We zien de band die Schoonhoven heeft met Delft. In verstilde houdingen zien we hem lopen door steegjes en over pleinen. Er straalt een solitaire en vertrouwde sfeer uit de beelden.

De tijd nemen

Het valt op dat de foto’s van Wolleh een specifieke lichtinval hebben. Hij speelt met zwarte vlakken terwijl er een stille, haast poëtische sfeer heerst bij de gefotografeerde. De grote reliëfs van Schoonhoven lijken iets waar je in eerste instantie de tijd voor moet nemen. Pas na een aantal minuten kijken, raak je ontvankelijk voor de genuanceerde vormendans. De portretten van Schoonhoven die tussen de witte werken hangen maken je bewust van het feit dat deze reliëfs wel degelijk door een kunstenaar zijn gemaakt en niet uit een fabriek afkomstig zijn.

Nul-groep

Schoonhoven haalt vanaf eind jaren 50 steeds meer inspiratie uit de Zero-beweging. In Nederland richt hij daarom de Nul-groep op. Het huis waar hij met zijn vrouw Anita woont wordt het artistieke hart hiervan. Wolleh fotografeert de bijeenkomsten van de kunstenaars in het huis van het echtpaar. Het werk van Schoonhoven en de Nul-groep  streeft naar objectieve kunst. Dat betekent dat ze een tegenhanger willen zijn voor meer emotionele kunststromingen. Schoonhovens reliëfs en installaties worden groter en lijken ook steeds leger. Wollehs foto’s laten echter een rijk, emotioneel en intiem leven zien waaruit dit werk voortkomt. Er is een veelheid te zien aan mensen in het huis en de doorleefde uitdrukkingen van de Schoonhovens verklappen een artistiek nest rijk aan emotie. Al dit lijkt onderdeel te zijn geweest van het proces van de Nul-groep.

Steeds een ander licht

De band tussen de twee mannen lijkt in deze expositie meer op de voorgrond te treden dan de boodschap van het werk van Schoonhoven. Door de lens van Wolleh wordt de emotionele menselijke kant zichtbaar van Schoonhoven. De kant van initiator, kunstenaar, getrouwde man en vriend. Wolleh zet Schoonhoven letterlijk in een ander licht.

 

 

 

 

Kunst / Expo binnenland

Liefde voor wetenschap

recensie: Heropening van het Universiteitsmuseum Utrecht (UMU)

Na een periode van grondig verbouwen, restaureren en testen viert het Universiteitsmuseum Utrecht (UMU) deze week haar lang verwachte heropening. Het museumgebouw is vergroot en nog beter ingericht om inspirerende verhalen te kunnen vertellen over de wetenschap. Het resultaat: een ‘museum voor nieuwsgierige mensen’ dat families met jonge kinderen en scholen graag ziet komen. Deze academische speeltuin is echter ook interessant voor andere museumbezoekers.

Wegens succes verbouwd

Het UMU onderging de afgelopen drie jaar een flinke verbouwing omdat het oorspronkelijke gebouw te klein werd voor het groeiend aantal bezoekers. Er kwamen een grotere entreehal met museumwinkel en vijf nieuwe tentoonstellingszalen die werden ingericht met collecties die nu nog completer zijn. Videoschermen met verhalen van hoogleraren, interactieve proeven en grote, kleurrijke speelkussens sporen bezoekers van alle leeftijden aan om zelf met onderzoek aan de slag te gaan. Zo kun je een hart-long machine in elkaar zetten, het gedrag van apen en mensen bestuderen en experimenteren met de stromen bezoekers in de altijd drukke Domstad.

Het verhaal van de wetenschap

Beroemde Utrechtse wetenschappers van vroeger en nu leverden een bijdrage aan de collectie die meer dan 200.000 objecten omvat. De alfawetenschappen zijn helaas wat minder present dan de bèta- en gammastudies. Voor de waardevolle Atlas maior van Blaeu en het wereldberoemde Utrechts Psalter moet je nog altijd de verderop in de stad gelegen Universiteitsbibliotheek bezoeken. Het universiteitsmuseum wil bezoekers vooral laten zien hoe je wetenschap bedrijft en doet dat gelukkig heel divers aan de hand van onder andere natuurwetenschappelijke instrumenten, naturalia, waxmodellen, testen met zintuigen en bodemproeven.

Academisch erfgoed

Een van de topstukken is de microscoop van Antoni van Leeuwenhoek, pionier van de microbiologie. De zelfgemaakte lens waarmee tijdgenoot Christiaan Huygens in 1655 de maan van Saturnus ontdekte, krijgt eveneens een eigen vitrine. In de rand van de lens een mooi citaat van Ovidius: ‘Admovere oculis distantia sidera nostris’ (‘Ze brachten de verre sterren naar onze ogen’). De liefde voor de wetenschap is voelbaar in het Bleulandkabinet van Jan Bleuland. Van 1780 tot 1838 verzamelde deze professor in de geneeskunde anatomische preparaten van mens en dier, een rijke bron van informatie in die tijd en nog altijd is zijn kabinet een plek voor verwondering. Naast tekeningen en reproducties zie je ook skeletten en opgezette dieren. Leuk is het draakje gemaakt van stekelrog, een van de fantasiedieren die door zeelieden werden verkocht.

De Blaschka’s

Een Blaschka hydroid poliep, foto Guido Mocafico

Heel bijzonder is de persoonlijke donatie van de Nederlandse professor dr. A.A.W. Hubrecht (1853 – 1915). Hij stond zijn lichaam af aan de wetenschap en zijn schedel is nu in het Bleulandkabinet opgenomen. Het toont prachtig aan hoe bevlogen wetenschappers soms kunnen zijn. Als hoogleraar zoölogie kreeg Hubrecht in 1882 van de universiteit de middelen om 86 glasmodellen te bestellen bij vader en zoon Leopold en Rudolf Blaschka. Hij wilde deze levensechte modellen van ongewervelde zeedieren, waaronder kwallen, zeeanemonen en slakken, inzetten als studieobject tijdens colleges en practica. Waarschijnlijk zijn ze vanwege hun kwetsbaarheid niet vaak gebruikt. De verzameling is uniek in Nederland en nu prachtig uitgelicht in het museum.

Reflectie

Ook de Oude Hortus met haar historische kassen kreeg een opknapbeurt en in het achttiende-eeuwse Zaadhuis is een nieuw museumcafé geopend. De ultieme plek om alle indrukken van je museumbezoek even op je in te laten werken. Je kunt in de tuinen vele plant- en boomsoorten ontdekken, zoals de 250 jaar oude Ginkgo Biloba boom, die je in het wild niet meer tegenkomt. Kijk bij het verlaten van het UMU nog even naar het kunstwerk met draaibare spiegels van Jonathan Straatman dat hoog in de hal hangt. Met deze installatie slaat het museum een brug tussen de wereld van de kunst en wetenschap. De Utrechtse kunstenaar biedt een moment van reflectie. Door te kijken naar jezelf, begrijp je jezelf beter. Net als dat wetenschap een manier is om de wereld te begrijpen.

Het UMU en de Oude Hortus zijn vanaf woensdag 6 september weer open voor publiek: https://umu.nl/