Kunst / Expo binnenland

Omzien in schaamte

recensie: Roofkunst - 10 verhalen, in Mauritshuis Den Haag

Er is al een tijdje veel te doen over roofkunst. Schatten die in het verleden zonder blikken of blozen werden ingepikt, worden nu vaak met uitvoerige excuses teruggegeven aan de rechtmatige eigenaars. Het Mauritshuis maakt deze historische realiteit virtueel toegankelijk.

‘Geschiedenis wordt geschreven door de overwinnaars’, schreef George Orwell op 4 februari 1944 in The Tribune. In zijn tijd overwon gelukkig de goede, humane kant. Maar de overwinnaars zijn ook maar al te vaak schurken geweest, veroveraars, moordenaars, verkrachters, plunderaars. Geschiedenis is vaak geschreven door de rovers, daar kun je niet omheen, zeker niet in musea.

De expositie over roofkunst in het Mauritshuis is bescheiden van omvang, maar de tien verhalen die er verteld worden, belichten veel facetten van dit actuele thema. Van De trofee die Napoleon meenam uit Berlijn tot De echo’s van een Britse ‘strafexpeditie’ in Benin. Van De overblijfselen van nazimisdaden tot De toekomst van het kanon van Kandy, in Ceylon buitgemaakt door Nederlandse VOC-troepen. De verhalen geven je samen een caleidoscopisch beeld van West-Europese roofzucht en de huidige dialoog over eigendomsrechten. De tentoonstelling is georganiseerd in samenwerking met drie Berlijnse musea en de Stiftung Humboldt Forum im Berliner Schloss.

Beleving met behulp van VR

VR (in headset) – Quadriga op de Brandenburger Tor, beeld Jongsma + O’Neill

Alle verhalen zijn opgebouwd rond gestolen kunstvoorwerpen. Het meest tot de verbeelding spreken de drie waarbij je een VR-bril krijgt opgezet en zelf in een historisch decor wordt opgenomen. Daar sta je opeens, bovenop de Brandenburger Tor. Links naast je de fameuze koperen strijdwagen, onder je het plein waar de Franse cavalerie zich verzamelt achter de bekende generaal met zijn tweekantige steek en witte paard. Zo mooi dat je bijna vergeet wat het heikele onderwerp van deze tentoonstelling ook alweer is. Het verhaal draait om het paardenvierspan dat in 1806 door de Fransen als trofee wordt meegenomen. Het beeld keert overigens in 1814 weer terug naar Berlijn.

Of neem het laatste VR-verhaal. In een klein tempelcomplex op Bali beleef je de gevolgen van een Nederlandse ‘expeditie’ die daar in 1849 wordt ondernomen. Op de grond voor je een paar roerloze lichamen van Balinezen; verderop het geluid en geflits van geweervuur; vanuit het niets opeens een vlucht opgeschrokken vleermuizen … En tenslotte de stilte. De kris van een plaatselijke strijder belandt via een verzamelaar in een Duits museum.

Het is duidelijk dat VR ongekende mogelijkheden biedt, ook voor geschiedenisfans. De expositie in het Mauritshuis speelt hier kundig op in. Dankzij de video-installaties en digitale technieken van kunstenaarsduo Jongsma + O’Neill sta je letterlijk oog in oog met het verleden. Dat is wel een wow-ervaring.

Betrokkenheid van het museum

Het Mauritshuis is op verschillende manieren zelf betrokken bij het onderwerp roofkunst. Een paar van de getoonde voorwerpen zijn of waren eigen bezit en maken deel uit van het grote verhaal. Daarnaast is de geschiedenis van het museum nauw verweven met onderwerpen als slavernij en kolonialisme, zo valt te lezen. De bouwer van het oorspronkelijke Mauritshuis – dat in 1704 vrijwel geheel door brand werd verwoest – was Johan Maurits van Nassau-Siegen, gouverneur van de kolonie Nederlands-Brazilië in de jaren 1636-1644. Niet alleen handelde hij persoonlijk in tot slaaf gemaakten, maar bovendien nam hij bij zijn terugkeer talloze kunstvoorwerpen mee naar Den Haag.

In de collectie van het huidige museum bevinden zich ook veel stukken die geroofd zijn geweest door Franse revolutionairen of nazi’s. Een zelfportret van Rembrandt, door Hitler opgeborgen in een Oostenrijkse zoutmijn en bedoeld voor het megalomane Führermuseum dat hij ooit wilde realiseren, kon gelukkig na de oorlog worden teruggegeven aan de familie Rathenau. In 1947 verkochten zij het aan het Mauritshuis, waar het nu een prominent (VR-)onderdeel van de expositie is.

De gedachtevorming over roofkunst is zeker nog niet helemaal uitgekristalliseerd, er zijn vaak nog complexe vragen te beantwoorden. Wie zijn precies de rechtmatige eigenaars of hun erfgenamen? Zijn die nog wel te traceren? Moet alle geroofde kunst worden teruggevraagd en teruggegeven? Of zijn er soms ook redenen om dat niet te doen? Het Mauritshuis pikt die vragen op en mengt zich met een kleine, maar vaak verrassende tentoonstelling in de discussie.

 

Het Mauritshuis organiseert op 16 en 17 november een internationaal symposium over roofkunst. Tijdens dit symposium staan de drie periodes die behandeld worden in de tentoonstelling centraal: koloniale roofkunst, napoleontische roofkunst en naziroofkunst.

Film / Documentaire

Een gesprek tussen licht en donker

recensie: Anselm - Das Rauschen der Zeit

De ondertitel die de Duitse filmregisseur Wim Wenders aan zijn documentaire over het werk van zijn vriend en beeldend kunstenaar Anselm Kiefer meegeeft, is raak: Das Rauschen der Zeit, het ruisen van de tijd.

Ruisen en tijd. Het eerste komt in de film op verschillende momenten en manieren terug. In het ritselen van de bomen met hun jonge, groene blaadjes aan het begin van de film en in de ijle mobile met glaspegels die zachtjes tinkelen op de circulatie van de lucht. Het is iets dat je niet snel met Kiefer in verband brengt. Ten onrechte, zal blijken. Het tweede, de tijd, vooral die van de Tweede Wereldoorlog, speelt een hoofdrol in het werk van de kunstenaar. Hij staat vooral bekend om zijn monumentale werk waarop de lagen verf met een spatel dik zijn opgebracht.

Licht, zwaar en zwart

Mensen die zijn tere waterverftekeningen in het boek Zomer van de Noorse schrijver Karl Ove Knausgård kennen (uitg. De Geus, 2017) hebben weet van deze zachte kant van de kunstenaar. Maar pas op: er zijn ook tekeningen in het boek opgenomen van houtskool en gips op karton. Een draagt de titel böse Blumen. Licht, zwaar en zwart.
Dat is misschien wat Wenders ons in het werk van Kiefer wil laten zien, en wat de componist Leonard Küssner ons in zijn filmmuziek wil laten horen. Licht, zwaar en zwart gaan een gesprek met elkaar aan, zoals de twee sopranen met orkest in het aan Mahler herinnerende openingsnummer van de film: An die Sonne.

Je zou zelfs kunnen zeggen dat die dialoog de as is waarom de hele documentaire van Wenders draait. Geschoten met behulp van geavanceerde 3D-camera’s en in 6K. Zo trekt hij de toeschouwer het beeld in. Je kunt geen buitenstaander blijven in het werk waarin de herinneringen aan de Tweede Wereldoorlog zo nadrukkelijk aanwezig is. Daar is 3D bij uitstek de aangewezen techniek voor die Wenders op z’n best inzet en die soms adembenemend uitwerkt.

In gesprek met het verleden

Maar de dialoog in de film gaat verder dan alleen tussen schoonheid en vernietiging, licht en donker, zon en duisternis. Of – in de visie van Kiefer – tussen vernietiging en schoonheid, donker en licht. In die volgorde, want het begint allemaal in Donaueschingen, waar hij in maart 1945 wordt geboren en als jongetje speelt op de recente puinhopen van de stad na een bombardement. Een rol die wordt gespeeld door Anton Wenders, een neefje van de regisseur. Als jongen bezoekt Kiefer in Frankrijk de streek waar Van Gogh woonde en werkte.
Vanaf dat moment komen zonnebloemen in zijn werk voor. Uitgebloeide, geknakte zonnebloemen. Die jongen wordt weer gespeeld door Daniel Kiefer, zoon van Anselm.

De oudere Kiefer is de kunstenaar zelf, die op sloffen en al fluitend door zijn enorme atelier, een loods, bij Parijs fietst. Afgezien van Daniel, laat Wenders niets van het privéleven van Anselm Kiefer zien. Dat kan ook haast niet, want de kunstenaar schermt dat zorgvuldig af.

Verschillende vormen van kunst

Kiefer bewondert niet alleen Van Gogh. Het zijn ook dichters als Ingeborg Bachmann en Paul Celan. We zien ze wanneer zij eigen gedichten voorlezen. Wat lichter van toon dan je uit de teksten op zou kunnen maken. Zo is er op die manier ook een dialoog gaande tussen verschillende vormen van kunst: beeld en taal.

Niet alleen op de mobile met glaspegels zien we tekst, ook op ander werk van Kiefer is dat nadrukkelijk aanwezig. We zien Kiefer op een hoogwerker de titel van een gedicht van Celan wijzigen. Is het een verbetering, of wil hij de (opzettelijk?) foute titel nog onder de doorstreping laten staan?
We zien de kunstenaar veel aan het werk in zijn atelier en daarbuiten in de ruimte eromheen, die overigens beide toegankelijk zijn voor publiek. Hij is in de weer met een brander op de verf, stro en gips van een nieuw kunstwerk, zodat het zwartgeblakerd wordt. Er zijn twee assistenten met een blusser paraat. Wij staan haast naast ze, met onze 3D-brilletjes op. De film valt tussen twee haakjes ook in 2D te zien.

Allemaal samen is het een aanmoediging om de tentoonstelling Bilderstreit in Museum Voorlinden te gaan bekijken (t/m 25 februari 2024), waar in een zaal Kiefer in gesprek gaat met schrijvers en denkers uit de romantiek. Overigens is het niet ver gezocht om de documentaire van Wenders ook als een kunstwerk op zich te zien. Zoals Wenders al in zijn film Paris, Texas het filmische oprekte, door de techniek van binnenuit te lijf te gaan, zo doet hij dat nu weer en gaat daarbij nog een stap verder, al valt de hoge resolutie 6K in onze bioscopen nog niet te ervaren.

 

Theater / Voorstelling

Muziek die van alle markten thuis is

recensie: Een lied voor de maan
Kim Krijnen

‘Hé, kijk’, roept een helder kinderstemmetje wanneer iets onder het dekbed beweegt, daar in een hutje op het podium, verlicht door de maan. ‘Kijk! Hij beweegt weer.’ Het blijkt de mol, een glansrol van Vera Fiselier, in de kinderopera Een lied voor de maan van Mathilde Wantenaar (1993).

Wantenaar maakte zelf met Willem Bruls het libretto naar het gelijknamige boek van Toon Tellegen. Mol hoopt dat de maan gaat dansen, maar de maan wordt niet vrolijk van het lied. Dat kan ook haast niet anders, want het is een somber lied. De mol en de andere dieren komen tot de ontdekking, dat er geen mol maar een kruis aan de kantlijn van het lied moet staan; dat vrolijkt de boel op. Het oorspronkelijke lied wordt door kikker (Jan-Willem Schaafsma) verscheurd. Met zijn dikke buik en nadrukkelijke aanwezigheid is hij een echte macho, waarbij mol klein wordt. ‘Wat jammer voor de mol’, zegt een meisje achter mij invoelend.

Twee liederen: donker en licht

Het verscheuren van het lied is een van de afwijkingen ten opzichte van het boek, waar het originele lied juist blijft (be)staan. In dat boek (Querido, 2012) staan namelijk twee liederen van Corrie van Binsbergen afgedrukt: een met inderdaad een mol aan de kantlijn en een met een kruis. Het accent in de voorstelling komt op deze manier vooral te liggen op de vrolijke noot van het verhaal en daarmee wordt Tellegen niet helemaal recht gedaan. Immers: de mol wil ook zo graag eens, onder het genot van een kopje zwarte thee, met de maan over nacht en duisternis praten. Maar de maan is wel blij met het lied (‘Dankjewel, mol’). De kinderen in de zaal vinden het prachtig wat er op het toneel gebeurt, terwijl de volwassenen mee genieten. Ook van de diepere lagen qua thematiek (identiteit, want mol blijft uiteindelijk toch mol en wordt geen kruis), en qua muziek. Zo zingt de veldmuis (Ginette Puylaert) een stukje van de beroemdste aria van de Koningin van de Nacht (!) uit Mozarts Zauberflöte en imiteert kikker een Italiaanse opera-aria.

Dit is kenmerkend voor de eclectische stijl van Wantenaar, wier orkestwerk Meander bijvoorbeeld soms aan La mer van Debussy of De Moldau van Smetana doet denken. Terwijl een ander orkestwerk van haar, Prélude à une nuit américaine, soms al even jazzy en Amerikaans klinkt als het kleine begeleidende ensemble in deze opera. En soms met eenzelfde groots en romantisch gebaar zoals in de rol van kikker.
De begeleiding bij deze opera is in handen van leden van het Nationaal Jeugdorkest. Instrumentalisten die niet alleen allemaal verkleed zijn als dieren (met bijvoorbeeld op de muziek heen-en-weer bewegende voelsprieten op het hoofd aan toe) maar op zijn tijd ook nog eens moeten acteren. Iets wat ze in alle opzichten geweldig doen en een lust voor het oog vormt.

Putten uit de traditie

In 2024 zal Wantenaar tijdens de maarteditie van het Haagse Festival Dag in de Branding (15 en 16 maart) centraal staan, zoals Lera Auerbach afgelopen oktober. Dat brengt tot slot een interessante vergelijking met zich mee, omdat ook Auerbach put uit de traditie.
De Vijfde symfonie van Auerbach, die in Den Haag de Nederlandse première beleefde, deed soms denken aan het werk van Peter Ruzicka, die zijn techniek Übermalung noemt (bij hem met name van het werk van Liszt). Dat kun je ook van Auerbach zeggen (in de Vijfde met name van Purcell) en – zoals we zagen – evengoed van Wantenaar (Mozart, Italiaanse opera, romantiek, impressionisme, jazz). Maar er is een groot verschil: Auerbachs toon is donker met enkele lichtpunten, die van Wantenaar (in ieder geval in deze opera) vooral licht. Misschien wel eens een beetje te, want – als dat tenminste de overweging was – waarom zouden kinderen een beetje donkerte niet aankunnen? Hun (groot)ouders zijn er voor het ‘ouderlijke toezicht’ immers bij.

Libretto:  Mathilde Wantenaar en Willem Bruls, naar het boek van Toon Tellegen
Decor en kostuums: Nele Ellegiers
Video: Coen Bouman
Licht: Cor van den Brink
Dramaturgie: Willem Bruls
Muzikale coach: Leonard Evers
Solisten en leden Nationaal Jeugdorkest
Compositie-opdracht en coproductie van De Nationale Opera, La Monnaie / De Munt (Brussel), Festival d’Aix-en-Provence, Escuela Superior de Música Reina Sofía (Madrid), Opera Zuid (Maastricht)

Muziek / Concert

Altijd verliefd gebleven op Morgan

recensie: Ane Brun in TivoliVredenburg

Van een schuchtere zangeres die melancholische folkliedjes op akoestische gitaar speelde, is Ane Brun in twintig jaar veranderd in een zelfbewuste frontvrouw met een stevige band aan haar zijde. Innemend is ze altijd gebleven, zo blijkt ook vanavond in TivoliVredenburg.

Onlangs verscheen alweer het twaalfde album van de Noorse zangeres, getiteld Nærmere. Na jarenlang de wereld rondgereisd te hebben voor optredens, zingt ze op dit album voor het eerst in haar moedertaal. In 2003 kwam haar debuut uit, Spending time with Morgan. Vanavond in de Ronda viert Ane Brun dat ze twintig jaar in het vak zit. Al klinkt dat wellicht een beetje raar, bijna geringschattend, voor een muzikant: ‘in het vak zitten’.

Innemend

Aan het begin van het optreden refereert ze aan haar optreden in het oude Tivoli, nog aan de Oudegracht in Utrecht, van twintig jaar geleden. Ze trad toen solo op, alleen met haar akoestische gitaar Morgan (‘Daar was, en ben ik nog steeds verliefd op’) en moest nog een drempel over om haar persoonlijke liedjes en plein public ten gehore te brengen. Vanavond blijkt dat Ane Brun in al die jaren is veranderd in een zelfbewuste frontvrouw. Nog steeds innemend, dat wel, en wars van kapsones.

Ze speelt een mooie doorsnede uit haar repertoire. Prachtige liedjes uit de beginperiode, zoals ‘Humming one of your songs’ en ‘Balloon Ranger’ (het openingslied) worden afgewisseld met later werk, dat steviger van aard is en regelmatig door synths wordt voortgestuwd, zoals ‘Hand in the fire’, ‘Don’t run and hide’ en het hypnotiserende ‘Take hold of me’. Pittige percussie van de dubbele drums is te horen in ‘Do you remember’, ‘Directions en ‘Crumbs’.

Dynamiek

foto: Machiel Coehorst

Er staan niet alleen twee drumstellen op het podium, maar ook twee toetsenisten, een basgitarist, een fluitist, een cellist en een violist. Het geluid in vergelijking met de breekbare liedjes van haar debuutalbum is danig veranderd. Wel is de melodie altijd centraal blijven staan. Soms is het contrast tussen de ingetogen luisterliedjes en de meer beatgerichte songs vanavond wel wat groot, maar het geeft ook dynamiek aan de show.

De stem van Ane Brun is onverminderd prachtig. Met gemak gaat ze de hoogte in, of zet ze een tandje bij qua volume. Haar timbre blijft de hele avond loepzuiver. Dat is vooral goed te horen in een akoestisch liedje als ‘Hanging.’

Er is even paniek als ‘Are they saying goodbye’ door de zangeres abrupt wordt onderbroken omdat iemand in het publiek, vlak voor haar neus, onwel is geworden. Ane Brun lijkt even ontdaan, maar na een paar minuten zet ze het engelachtige, tweestemmige lied opnieuw in. ‘Let myself go’ krijgt, met voorprogramma-act Shadi G als medezangeres, (onnodig) een veel snellere uitvoering dan het ingetogen origineel. Het klinkt nu bijna als disco.

Een hipper jasje

De Noorse zangeres heeft ook aardig wat covers op haar repertoire. Ze vulde er zelfs een album mee. Schitterend zijn haar versies van Beyonce’s ‘Halo’ en het akoestische ‘All my tears (be washed away)’ van Julie Miller. Het hele optreden blijft ze contact zoeken met de zaal. Ze danst van links naar rechts over het podium en maant het publiek regelmatig tot handgeklap. ‘Oh love’ wordt luidkeels meegezongen.

De liedjes van Ane Brun hebben in de loop van de jaren meer cachet gekregen, qua opbouw en variatie. Het mooist blijven toch die songs uit haar begintijd, zonder veel opsmuk. Fijn dus dat ze de avond afsluit met ‘This Voice’ van Spending Time with Morgan. In een iets hipper jasje, dat dan weer wel …

Film / Serie

Stoppen op het hoogtepunt

recensie: Sex Education seizoen 4

Begin 2019 maakte de Britse schrijver en regisseur Laurie Nunn furore met de serie Sex Education. Het werd meteen een grote hit, wat goed uitpakte voor Netflix. De streamingdienst kon namelijk wel wat exclusieve titels gebruiken, zeker gezien het beperkte aanbod van films en series in combinatie met de zwakker wordende grip op de markt van de streamingdiensten.

Netflix moet inmiddels flink opboksen tegen de andere streamingdiensten die terrein winnen met ofwel hoogstaande producties (HBO MAX met The Last of Us, Succession, en House of the Dragon) ofwel de significante uitbreiding van de catalogus waaruit men films kan kiezen om te huren of kopen (Amazon Prime en AppleTV+). Helaas voor zowel Netflix als de fans is het pas uitgekomen seizoen ook meteen het laatste. Krijgen de hartverwarmende scholieren een gepast afscheid? Je leest het hier.

Het begon allemaal bij…

Sex Education gaat over de scholieren van Moordale Secondary School, waar de hormonen door menig lijf gieren en ieders seksualiteit vrijelijk ontdekt wordt. Behalve bij Otis. Hij voelt zich ver verwijderd van de begeerten van al zijn leeftijdsgenoten. Daardoor heeft Otis wel iets wat anderen niet hebben: hij kan, net als zijn moeder, erg goed therapie geven voor problemen rond seks en intimiteit. Samen met de rebelse Maeve en zijn beste vriend Eric beginnen ze een kliniek. Grappig, ontroerend, en met een verrassend volwassen kijk op seksualiteit.

Het probleem van de sitcom

Sex Education is een hartverwarmende coming of age komedie, begeleid door popmuziek uit de jaren 80. De afleveringen duren bijna een uur, maar het kijkt weg als een sitcom. En dat is precies waar deze serie zich weet te onderscheiden van de rest. Series als New Girl, Friends, en How I Met Your Mother kijken ontzettend makkelijk weg, maar missen een sterk uitgedachte verhaallijn. De sterkste seizoenen zijn doorgaans de eerste, waarna de personages karikaturen van zichzelf worden en dezelfde problemen (‘We were on a break!’) telkens weer terug komen zonder opgelost te worden. En dat terwijl er ook gebeurtenissen plaatsvinden die invloed hebben op de rest van de serie, met name betreffende relaties. Daarnaast geven sommige afleveringen de illusie van karakterontwikkeling, die dan bij het begin van de volgende aflevering uit het raam gegooid wordt.

Zo werkt het niet bij Sex Education. Alle karakters, hoe klein hun rol aanvankelijk ook lijkt, hebben een duidelijk, op voorhand bedachte karakterontwikkeling. Het begin is de eerste aflevering van seizoen 1 en het einde is de laatste aflevering van seizoen 4 (om en nabij, niet iedereen komt in elke aflevering voor). De beproevingen zijn exact hetzelfde als bij elke andere sitcom. Ze hadden voorkomen kunnen worden als mensen gewoon eens goed met elkaar zouden communiceren. Maar het is ook voor dit drama dat we terugkomen. Daarnaast is Sex Education, in tegenstelling tot series als Friends of How I Met Your Mother, of met name Two and a Half Men, verassend informatief en genuanceerd op het gebied van seks. Hoe belabberd de personages ook communiceren, de problemen omtrent intimiteit blijven reëel en worden op een volwassen manier opgelost.

Tranentrekkend afscheid

Seizoen 4 vindt het wiel niet volledig opnieuw uit. Gelukkig hoeft dat ook niet. De gebeurtenissen uit seizoen 3 hebben voor genoeg vers materiaal gezorgd, inclusief de introductie van een aantal nieuwe personages. Geen zorgen, verdere details over het verhaal zullen hier niet behandeld worden. Wat wel opvalt aan dit seizoen is de verhouding tussen drama en komedie, waarbij het eerste de overhand neemt. Dit is niet per se frustrerend, eerder melancholisch en ontroerend. Veel gaat natuurlijk over dingen die eindigen, dingen die iets hadden kunnen worden, dingen die pijnlijk maar noodzakelijk zijn. Het laatste hoofdstuk van Sex Education heeft een bitterzoete smaak gekregen, waarbij er genoeg tranentrekkende ontwikkelingen plaatsvinden. Ieder personage krijgt een klassiek, zij het ietwat voorspelbaar, coming of age einde. Alle verhaallijnen worden netjes afgerond. Wat dat betreft is het een gedurfde en eervolle zet om na vier seizoen een punt achter een serie te zetten die nog langer had kunnen doorlopen. In plaats daarvan kan Netflix zich nu in de handjes knijpen met vier seizoenen aan kwalitatief, hartverwarmend, maar voornamelijk binge-waardig materiaal.

Theater / Voorstelling

Jongleren met identiteiten in een absurdistische vertelling

recensie: Freaky Friday Face Off – De Warme Winkel

Je identiteit is niet alleen bepalend voor hoe jij je voelt, maar ook voor je maatschappelijke mogelijkheden, en je kansen gelukkig te worden. Over de vraag wat identiteit eigenlijk is, en of die voorgoed vastligt, gaat Freaky Friday Face Off van De Warme Winkel.

Een ‘body swap’, zegt Tessa Jonge Poerink in haar introductie tegen het publiek op de voorstelling, is vooral iets voor B-films en aanverwante zwakke verhalen. Vertellingen waarin een jong personage oud wordt – of andersom. Een man een vrouw – of andersom. Een homo hetero – enzovoort.

De ‘body swap’, het ruilen van lichaam, gedaante, gender, identiteit; de verwarring tussen het personage dat je bent en het personage dat je ook prima zou kunnen spelen, is het onderwerp dan Freaky Friday face Off. Dit is het derde deel in een serie bevreemdende, maar niettemin trefzekere voorstellingen over actuele maatschappelijke thema’s. Eerdere delen waren De Warme Winkel speelt De Warme Winkel en Een oprechte ode aan de Ironie.
Freaky Friday Face Off is een even persoonlijke, als grappige, als verwarrende vertelling over twee vrouwen en twee mannen, ‘gevangen in hun eigen lichaam… maar voor hoe lang?’ aldus Jonge Poerink.

De schijn tegen

Er ontrolt zich een verhaal waarin vier personages elk op hun eigen manier ongelukkig zijn. Ryan (Florian Myjer), een eenzame homo vol zelfhaat. Tegen de zeventig, maar nog nooit verliefd geweest. Ryan heeft de uiterlijke schijn tegen, want hij gaat goed gekleed en woont in een appartement vol kunst en design. De Marokkaan Harry (Yassine Chigri) houdt het midden tussen lief en agressief. Hij blowt en snuift, en hij trekt zich op aan de gewelddadige personages uit de films Scarface en Taxidriver.

Tessa Jonge Poerink en Wine Dierickx spelen dochter Linsey en moeder Jaimie. Jonge Poerink, volwassen acteur die door een aandoening niet volgroeid is, speelt een personage dat… eh…. door een aandoening niet volgroeid is. Een puber die probeert onder haar dwingende moeder uit te komen. Moeder Jaimie wrijft haar hardhandig in dat het voor een moeder heel vervelend is een kind te hebben dat niet voldoet aan de norm.

Regisseur Ward Weemhoff daagt zijn acteurs niet uit totaal iets anders te spelen dan ze van nature te bieden hebben. Voor deze vertelling werkt die strategie goed.

Ambities

In de loop van de voorstelling wordt elke acteur geïntroduceerd door een van de andere acteurs. De naam van de acteur wordt gezegd, wat diens theatrale ambities ooit waren, en wat daarvan is terechtgekomen. Dierickx ‘speelt graag de rol van de moeder’, Jonge Poerinks ambitie was het om musicalster te worden.

De personages worden in hun leven en ambities geremd door de hokjes waarin ze worden gestopt. Identiteiten beginnen te verglijden vanaf het moment dat allen aanschuiven bij een clichématige afhaalchinees. Moeder en dochter flippen er op de gelukskoekjes die ze eten; de weduwe zoent de bejaarde homo, waardoor beiden hun honger naar intimiteit stillen.

foto: Sofie Knijff

Geniaal is de monoloog van Florian Myjer tegen Yassine Chigri waarin hij trefzeker en emotioneel verwoordt waarom het hokje van ‘jonge Marokkaan’ een mens bij voorbaat kansloos maakt. Het is een opzettelijk politiek incorrect betoog over de manier waarop de Nederlandse samenleving mensen wegzet die niet automatisch binnen de norm vallen.

Jongleren met identiteiten

Het jongleren met identiteiten wordt steeds buitenissiger, absurdistischer en ongeloofwaardiger. De teksten waarmee dat gepaard gaat, zijn hier en daar ronduit onzinnig, zoals die van de moeder die een hoogst merkwaardig verhaal ophangt over het moederschap.
De voorstelling is nou net niet leuk op de momenten dat de tekst erop is gericht het publiek aan het lachen te maken.

Het prachtige en ingenieuze decor (ontwerp: Theun Mosk/Ruimtetijd) doet in eerste aanleg denken aan een poppenhuis, met verschillende kamers in verschillende sferen. Het is opzettelijk realistisch, met lichtknopjes en stopcontacten in de muren, met een kattenluikje in de deur, en een verjaardagskalender op de wc. Het decor kan draaien en de ruimte die daarbij naar de zaal toe wordt gedraaid, staat symbool voor een personage, een sfeer, een emotie. Dat is zeer effectief, want het verglijden van personages wordt er inzichtelijk door, en het draaien prikkelt de nieuwsgierigheid naar wat voor ruimte in het ‘poppenhuis’ nu weer te zien zal zijn.

Lompe grappen

Eigenlijk is Freaky Friday Face Off vooral een screwball comedy, een satirisch verhaal, een battle of the sexes, met lompe grappen en grollen, smijten met politiek incorrecte stereotypes, afgewisseld door trefzekere, vlijmscherpe scènes waarin het stuk de toeschouwer een spiegel voorhoudt.

De Warme Winkel staat bekend om hun voorstellingen waarin ze de maatschappelijke werkelijkheid bekritiseren en uitvergroten door er nog een hardhandig schepje bovenop te doen. Freaky Friday Face Off is in die traditie absurdistisch, opzettelijk politiek incorrect en zeer geestig.

 

Freaky Friday Face Off – De Warme Winkel; coproductie Wunderbaum, Internationaal Theater Amsterdam

Tekst: Florian Myjer, Marieke Zwaan
Regie: Ward Weemhoff
Medemakers: Yassine Chigri, Wine Dierickx, Tessa Jonge Poerink
Spel: Abatutu, Yassine Chigri, Wine Dierickx, Tessa Jonge Poerink, Florian Myjer
Decorontwerp: Theun Mosk/Ruimtetijd
Kostuumontwerp: Valérie Pos
Lichtontwerp: Scott Robin Jun
Compositie en geluidsontwerp: Marijn Brussaard
Fotografie: Sofie Knijff

Muziek / Album

Een nieuwe koers voor Pip Blom

recensie: Pip Blom – Bobbie

Pip kiest voor pop! Het roer omgooien is een spannende beslissing voor een band, en niet altijd even succesvol. Het Amsterdamse indie trio Pip Blom liet zich op eerdere albums Boat en Welcome Break inspireren door indie, rock en punk. Maar voor het nieuwste album Bobbie nemen ze een nieuwe route. Gitaargeluiden worden vervangen door strakke synthesizers en een drumcomputer. Maken ze hiermee een goede keuze?

Doei gitaar, hallo synthesizers!

De Nederlandse indie band, passend vernoemd naar hun frontvrouw, doet het al een tijd goed bij onze buren in Engeland. Voor hun eerste album Boat uit 2019 werkten ze al samen met de Britse singer-songwriter en producer Dave McCracken en die samenwerking is voor Bobbie (oktober 2023) hervat. Samen slaan ze behendig de nieuwe koers in. De toon van het nieuwste album is vrolijk, zorgeloos en hier en daar euforisch. Het geluid van Bobbie wordt gekenmerkt door sterke baslijnen zoals in het nummer ‘Fantasies’ en veelvuldig terugkerende synthesizers in nummers als ‘7 Weeks’ en ‘Tigers’. Als het aan de melodieën zou liggen en aan teksten van nummers als ‘I Can Be Your Man’ en ‘Where’d You Get My Number’ zal je als luisteraar haast denken dat Bobbie een luchtig album is om te luisteren. Toch zijn daar nummers als ‘Again’ die met een iets duisterder toon niet alleen maar de optimistische kant van de liefde bezingen. Bobbie is met recht een (indie)popalbum te noemen, maar écht zorgeloos is het niet.

Indrukwekkende samenwerkingen

Op het album zijn ook twee geslaagde samenwerkingen te vinden. De eerste is die met Franz Ferdinand’s leadzanger Alex Kapranos. Het nummer ‘Is This Love?’ werd eerder al als single uitgebracht en straalt rijkelijk van de hitpotentie. Bij de start van het lied word je als luisteraar gegrepen door de indringende zangstem van Pip, terwijl de melodie langzaam maar zeker aanzwelt. Het nummer bevat een duidelijk opbouw en zodra de herkenbare stem van Alex Kapranos zich eraan toevoegt, is duidelijk waar het naartoe werkt. Het nummer is al goed, maar met zijn stem als toevoeging kan het niet meer misgaan. Met een sterke melodie, indringende tekst en twee dijken van stemmen is dit duidelijk het prijsnummer van het album.

Op het zwoelere ‘Kiss Me By The Candlelight’ is de stem van Willem Smit, zanger van de band Personal Trainer en tevens Pips partner, te horen. Hoe romantisch de titel ook mag klinken, de inhoud van het nummer mag een kleine leeftijdswaarschuwing met zich meedragen. De stijlen van de bands mixen mooi in dit nummer, maar écht memorabel wordt het niet. Daarvoor is de lat te hoog gelegd door de heer Kapranos.

Nieuwe koers: even wennen

Het album Bobbie staat als een huis, dat is duidelijk. Alleen de straat waar dit huis staat, die is anders dan we van Pip Blom gewend zijn. Pip Blom en rammelende gitaren, die gingen immers hand in hand samen. Fans die ooit vielen voor de indie rock kant van de band kunnen daar tijdens het luisteren naar al die electropop heimwee naar krijgen. Zeker bij nummers als ‘7 Weeks’ waar Pips prachtige stem wordt bedolven onder autotune, zal het gemis alleen maar groeien. Maar dat maakt het album nog niet vervelend om naar te luisteren. Immers, de ogenschijnlijk zorgeloze electropop met lekkere uptempo nummers kan een nieuw publiek aanspreken.

Pip goes pop, een slimme en geslaagde zet. Eerdere fans zullen even moeten wennen, maar het nieuwste Pip Blom album heeft de potentie om een nieuwe schare fans aan te boren voor de band. Als iets het succes in het Verenigd Koninkrijk kan doen overwaaien naar Nederland, dan is het Bobbie wel.

Kunst / Expo binnenland

Een moment met Ai Weiwei

recensie: Ai Weiwei - In Search of Humanity

Kalm komt hij de zaal binnenlopen. De fotografen staan klaar met hun camera’s voor de pers preview. Hij wacht even, poseert, en loopt vervolgens naar de talkshowachtige setting op het podium.

De mensen in de zaal worden steeds enthousiaster naarmate ze beseffen dat de wereldberoemde kunstenaar nu echt voor hun neus zit. Naast de professionele camera’s komen nu ook de mobieltjes tevoorschijn. Iedereen neemt foto’s. Als antwoord hierop begint Ai Weiwei met foto’s maken van het publiek. Ook op zijn telefoon. De aanwezigen lachen. Het interview geleid door de directeur van de Kunsthal, Marianne Splint, begint.

Het gesprek is als een wals. Waarbij nauwkeurig voorbereide onderwerpen bruut maar zorgzaam afgekapt worden met de sterke meningen van Weiwei. Zo waarschuwt hij ons voor ‘mainstream thinking’ in de media en benadrukt hij dat we allemaal zowel ‘goed’ als ‘slecht’ kunnen zijn. Oftewel, de keuze is aan ons. Ook het levensverhaal van Ai Weiwei komt aan bod, en zijn luchtig aandoende humor krijgt vrij spel. Splint geeft met haar vragen secuur vorm aan de gevatte ironie die het zware levensverhaal van Ai Weiwei omvat. Hierdoor ontvouwt zich, net als in de expositie, een mensenleven.

Grootste overzichtstentoonstelling tot nu toe

De Kunsthal heeft geen eigen collectie, maar vertelt verhalen. Dit keer het verhaal van Ai Weiwei. In Search of Humanity is de grootste overzichtstentoonstelling van de kunstenaar tot nu toe. Enkele bekende werken zoals de Sunflower Seeds en de Study of Perspective serie springen er bij binnenkomst meteen uit. Een grote slang gemaakt van kinderrugtasjes introduceert de volgende ruimte. Het indrukwekkende werk genaamd Snake Ceiling vertelt over de angstaanjagende aardbeving van 2008 in Sichuan waarbij duizenden kinderen om het leven kwamen. Een ander ontzagwekkend werk is de installatie Crystal Ball. De grote bal lijkt vol te zitten met zeewater. De zwemvesten gaan letterlijk gebukt onder het gevaarte. De wanhoop en de fysieke zwaarte die de mensen moeten doorstaan om te vluchten wordt voor een moment invoelbaar. De tentoonstelling heeft ook een persoonlijke kant. De tijd die Ai Weiwei in China in gevangenschap doorbracht heeft hij namelijk tastbaar gemaakt door zijn cel op ware grootte te repliceren.

Op zoek naar zichzelf

Het oeuvre van Ai Weiwei is binnen de muren van de Kunsthal overzichtelijk, maar verliest daarbij niks van haar grootsheid. Zijn persoonlijke zoektocht is duidelijk in zijn werk. Zo bediscussieert hij op een beeldende manier het lot van China’s culturele erfgoed, komt zijn worsteling met de politieke structuren van zowel China als van de westerse wereld naar voren en klinkt zijn drang naar gerechtigheid door om hen die geen stem hebben een stem te geven. Toch noemt Ai Weiwei zichzelf geen activist. Hij is vooral bezig met wat hij denkt en voelt dat hij moet doen in het moment. ‘Freedom of expression is an essential quality of life’, aldus de kunstenaar. En zo wordt in de visie van Ai Weiwei de kritische houding er een die ons allemaal zou moeten treffen als essentieel aspect van ons leven. Persoonlijke vrijheid en subjectieve expressie zijn volgens Ai Weiwei belangrijk bij de zoektocht naar jezelf in de wereld. Een uitspraak die lijkt te materialiseren in het moment dat hij ook van de pers foto’s maakt. Met een flinke scheut ironie, die een scherpheid van waarneming verklapt, en door de simpele act van het foto maken, gooit Ai Weiwei het gemaakte uit de sociale interactie weg, waardoor hij deelneemt aan het gesprek als mens van vlees en bloed.

Eerlijke kunst vraagt om eerlijke kijkers

Ai Weiwei’s kunst is naast een persoonlijke zoektocht, een uiting van betrokkenheid bij mensen en gebeurtenissen in de wereld. Dit blijkt niet alleen uit zijn werk, maar ook uit zijn aanwezigheid. Met deze betrokkenheid sluit hij ook het interview. We hebben allemaal een verantwoordelijkheid naar elkaar. ‘Use you personal judgement rather than propaganda’, vertelt Ai. Deze woorden zijn ook treffend voor de tentoonstelling. Het werk nodigt uit om door een eerlijke lens bekeken te worden. Eerlijk in de zin van erkennen vanuit welke ‘echte’ problematiek het werk is voortgekomen ondanks dat de boodschap verpakt is in een ‘show’. De expositie is niet bedoeld voor bezoekers die louter komen om foto’s voor socials te maken. Nee, Weiwei’s kunst verlangt óók naar persoonlijke verantwoordelijkheid. Het vraagt om onafhankelijk nadenken zodat wij streven naar het menselijke in onszelf.

 

Film / Films

Een aangrijpende verfilming van een huiveringwekkende realiteit

recensie: Women Talking - Sarah Polley
Filmposter Women Talking© 2022 Orion Releasing LLC. All Rights Reserved/Pathé Thuis

Als adaptatie van het gelijknamige boek is Women Talking (Sarah Polley, 2022) gebaseerd op de gruwelijke gebeurtenissen die nog geen vijftien jaar geleden boven water kwamen over een mennonietengemeenschap in Bolivia. De film onthult een onderdrukte waarheid die schuilging achter stilgehouden misdaden, door velen in de gemeenschap afgedaan als het werk van de duivel.

Wanneer de keuze is om te blijven en niks doen, te vechten of te vluchten, blijkt al gauw dat niks doen geen optie meer is voor een groep mennonitische vrouwen. Bestaande uit een bijzondere cast, met onder meer Rooney Mara, Claire Foy, Jessie Buckley en Judith Ivey, besluit de groep vrouwen het heft in handen te nemen om de – op zijn zachtst uitgedrukt – misselijkmakende gebeurtenissen binnen hun gemeenschap onder de aandacht te brengen. De vrouwen zijn vastbesloten om verandering teweeg te brengen en delen afgezonderd van anderen uit hun gemeenschap hun ervaringen met en trauma’s veroorzaakt door seksueel misbruik en mishandeling met elkaar. Samen willen zij deze geweldplegingen tegengaan en de vooruitzichten voor de mennonietengemeenschap verbeteren. Met confronterende cinematografie geeft Polley de ongehoorde vrouwen een stem en openbaart een verhaal dat vaak wordt toegedekt.

Licht in de duisternis

Doordrenkt van symboliek en emotionele intensiteit heeft Women Talking een diepgaande impact op de kijker. Veelal gevuld met close-ups van de verschillende sprekers, accentueert de cinematografie een benauwende omgeving waarin de vrouwen zich bevinden. Een haast somber, troosteloos kleurenpalet creëert een sfeer die er niet enkel naar streeft om de sobere leefstijl van mennonieten te reflecteren, maar die tevens de onderdrukking van de vrouwen accentueert.

Ondanks de sombere omstandigheden worden de vrouwen niet tot slachtoffers gereduceerd. Ze zijn luchthartig en goedlachs, maar tegelijkertijd vastberaden om weerstand te bieden en in staat kritische vragen te stellen die op hun beurt de toeschouwer stof tot nadenken geven. In het bijzonder zetten de woorden van Ona (Rooney Mara) de kijker aan het denken: ‘Why does love – the absence of love, the end of love, the need for love – result in so much violence?’ vraagt zij zich af. ‘Surely, there must be something worth living for in this life, not only in the next’, voegt ze later toe. Deze woorden tonen dan ook dat veilige omstandigheden cruciaal zijn. Terwijl Salome (Claire Foy) onwrikbare hoop betoont in haar uitspraak: ‘Jesus was able to return to life, live for thousands of years, and then drop down to Earth from Heaven to scoop up his supporters. Surely he’d also be able to locate a few women who left the colony’. De variatie aan perspectieven en stemmen van de vrouwen geeft de vertelling diepgang en legitimiteit en stimuleert tevens tot nadenken.

Ongehoorde stemmen

Waar August (Ben Whishaw) – de enige mannelijke aanwezigheid in het vrouwelijk gezelschap – in de novelle het verhaal doet, wordt deze rol in de verfilming overgenomen door Autje (Kate Hallett). Hoewel de vrouwen ongeletterd zijn – waardoor zij moeten vertrouwen op August om hun bevindingen te noteren – wordt het woord van de vrouw des te meer benadrukt door de voice-over in handen van een jong meisje te leggen. Terwijl Autje worstelt met haar eigen trauma’s en angsten voor repercussies van haar familie en de leiders van de gemeenschap, vindt zij troost en solidariteit bij andere vrouwen met gelijke ervaringen. Het belang van saamhorigheid en verbinding is een boodschap die zij in haar vertelling wenst over te dragen aan de volgende generaties mennonieten.

Women Talking is niet zomaar een film, maar een krachtig pleidooi voor bewustwording en verandering. Een werk dat een schokkende realiteit aan de kaak stelt en je aanzet tot nadenken via kritische uitspraken, humor en dubieuze praktijken. Het is een werk dat ons eraan herinnert dat stilte de grootste bondgenoot is van misbruik en dat het doorbreken van deze stilte de eerste stap naar gerechtigheid is. Met overtuigende cinematografie en indringende vertellers brengt Sarah Polley een belangrijk verhaal tot leven, dat een boekje open doet over helaas nog vaak verzwegen ellende.

 

Gezien op Pathé Thuis

Film / Films

In a galaxy not so far away

recensie: The Creator
THE CREATORFilmdepot

The Creator is een science fiction film geregisseerd door Gareth Edwards, bekend van Godzilla (2014) en Rogue One: A Star Wars Story (2016). De film gaat over de vooruitgang van AI, een bekend thema binnen het genre en nu relevanter dan ooit. Wat voor toekomst schetst de film? En is deze geloofwaardig? Je leest het hier.

Wetenschap en vooruitgang

In de niet al te verre toekomst is AI dusdanig geëvolueerd dat robots en simulants (robots die bijna niet te onderscheiden zijn van mensen) deel uitmaken van de maatschappij. Na een rampzalige gebeurtenis met miljoenen doden tot gevolg zegt de Amerikaanse regering het vertrouwen in de AI op. Robots en simulants mogen niet meer ontwikkeld worden. Overheidsinstanties in Azië weigeren daar gehoor aan te geven en gaan rustig door met de productie. En dat betekent oorlog.

Science (non-)fiction

De vooruitgang die wordt geboekt op het gebied van AI is ongekend. Met name in het afgelopen jaar heeft de toepasbaarheid van kunstmatige intelligentie veel terrein gewonnen. Zo kan het schrijven van teksten of het animeren van mensen nu volledig aan AI worden overgelaten, wat mede heeft geleid tot de stakingen onder schrijvers en acteurs in Hollywood.

Het concept van AI is de bakermat van het genre science fiction. Inmiddels zijn er genoeg klassiekers binnen het genre die ook dit thema behandelen. Of The Creator in de boeken komt te staan als een van de klassiekers valt nog te bezien (misschien pas jaren later met terugwerkende kracht, net als Blade Runner), maar de visuele pracht en indrukwekkende wereldbouw staan in ieder geval als een huis.

Verbluffend design

De wereld van The Creator is prachtig vormgegeven. Ten eerste speelt het verhaal zich voornamelijk af in Azië, waar de AI nog geproduceerd mogen worden. Dit klinkt logisch, maar de setting van menig science fiction film beperkt zich tot Amerika. Dat maakt dat The Creator meteen origineel oogt. De rijstvelden worden bewerkt door simulants en in kleine dorpjes leven robots en mensen met elkaar in harmonie. De integratie van mens en AI is naadloos in de wereld verwerkt. Er zijn religieuze bouwwerken ter ere van AI helden, begrafenissen voor robots, en kinderen en simulants die met elkaar spelen en lachen. De wereld druipt van de inspiratie en is schitterend in beeld gebracht. Met name de CGI ziet er levensecht uit. Dit is vrij ironisch, aangezien het de film, net als veel door AI en computers gemaakte creaties, ontbreekt aan inhoud en bezieling.

Vorm boven inhoud

Het minpunt is namelijk dat er weinig met de interessant vormgegeven wereld wordt gedaan. Het verhaal heeft geen verrassingen in petto en weet qua karakters weinig empathie op te brengen. Daar komt nog bij dat de zielloze dialoog alleen maar daar is om het plot vooruit te duwen. Grote namen als John David Washington (Tenet, BlacKkKlansman), Ken Watanabe (The Last Samurai, Inception), en Alison Janney (I, TonyaThe Help) doen een vergeefse poging het script tot leven te brengen.

Bioscoopfilm

Al met al is The Creator vanwege de originele uitstraling en schitterende beelden een echte bioscoopfilm. Het verhaal laat te wensen over, maar de visuele pracht en prikkelende wereldbouw zullen ongetwijfeld bijblijven en hopelijk meer van dit soort films teweegbrengen.