8WEEKLY

Dag Nieuwsblad!

Artikel:

Nog even en dan is het zover. Geen Nieuwsblad van het Noorden meer, maar Dagblad van het Noorden. Na de fusie met de Drentse Courant en het Groninger Dagblad is voor die naam gekozen om de lezers en medewerkers van beide bladen tevreden te houden.

~

Welk blad? Dagblad…

Of deze naamswijziging slim is valt nog te bezien. Het Nieuwsblad is een instituut op zich, en de naam heeft landelijke bekendheid. Met alle respect voor het Groninger Dagblad en haar lezers, maar qua status mag het Dagblad nog niet in de schaduw van het Nieuwsblad staan. Ook al is de kwaliteit en verhouding lokaal/nationaal nieuws hetzelfde, het Nieuwsblad heeft gewoon een naam waar een geschiedenis aan kleeft, en het is daarom eeuwig zonde dat die naam verdwijnt.

Reclame terwijl u wacht

En dan is er het nieuwe logo. Ontworpen door dezelfde “creatieve” lichten die verantwoordelijk waren voor het nieuwe politielogo en het bekende NS-logo. Zelden heb ik zo’n fantasieloos broddelwerkje mogen aanschouwen. Het ziet eruit alsof de designer het ’s ochtends voor de presentatie in 15 seconden door zijn zevenjarige dochter in Illustrator heeft laten maken. Als reclamebureaus hier hun geld mee verdienen, dan is er nog hoop voor me in die business.

Secondes tikken weg…

Op www.dagbladvanhetnoorden.nl is nu te zien hoe de seconden wegtikken. De nieuwe naam is natuurlijk niet tegen te houden, en het zal wat dat betreft ook allemaal wel loslopen. Alleen dat logo. Er is nog tijd. Kom mensen, bedenk gewoon nog even wat beters! Zo moeilijk is het toch niet? En als het Nieuwsblad het reclamebureau geen extra geld meer wil geven, laat dan iemand op de redactie even aan de slag gaan.

8WEEKLY

Deadly Dozen

Artikel: Deadly Dozen

In deze tijd, de tijd van het goede Return to Castle Wolfenstein en het fenomenale Medal of Honor: Allied Assault komt nFusion met Deadly Dozen en hoopt zo mee te varen op het succes van ID Software en Electronic Arts. nFusion heeft in elk geval getracht iets toe te voegen aan het genre – tevergeefs.

~

Karig

Na een karig ogend openingsmenuutje kies je “New Game” en dan mag je een team uitzoeken. Je hebt de keuze uit twaalf mannen met verschillende skills. Je kunt elke soldaat voorzien van twee wapens en vijf items – toch anders dan de twee geduchte concurrenten van Deadly Dozen dus so far so good.

De eerste irritaties

Wanneer je begint en je in het optie-menu niks aan de camera hebt veranderd begin je in een third-person-stijl. Je hebt vier mannen tot je beschikking en kunt op elk moment van soldaat wisselen. Dit doet heel erg denken aan het buggy, maar leuke Hidden & Dangerous. Als je er achter komt dat je instellingen niet helemaal naar wens zijn (en eerlijk is eerlijk; dat gebeurt nogal vaak met een PC), dan kan je die niet in-game wijzigen, je zult eerst het spel moeten stoppen, aanpassen wat je wilde aanpassen, weer beginnen en hopen dat nu alles goed is.

Mission One… or: Mission Impossible

~

En dan is het spelen geblazen. De graphics zijn niet verkeerd en de textures zien er heel behoorlijk uit, maar er is wel heel erg gretig gebruikt gemaakt van fogging. Het verschrikkelijk irritante aan deze mist is dat de tegenstander er soms geen last van lijkt te hebben en is het dus meer dan eens het geval dat je beschoten wordt door vijanden die voor de speler (nog) niet zichtbaar zijn. Het is bovendien onmogelijk om überhaupt ook maar iets te doen zodra je geraakt wordt en zal je dus moeten wachten tot de tegenstander moet herladen. Als je dan de damage op “realistic” hebt staan en je dus met een paar schoten een bezoekje moet gaan brengen aan Onze Lieve Heer stapelen de frustraties zich toch wel erg hoog op. Als een Duitse herder je aanvalt is het nog erger; die hoeven niet te reloaden. Je bent dan afhankelijk van je teamgenoten, wier AI soms wel erg te wensen overlaat.

Conclusie

Ondanks een ietwat negatieve recensie is Deadly Dozen echt niet een slecht spel. Het mag echter nog niet in de schaduw staan van RtCW en MoH:AA. Voor de multiplayer hoef je het ook niet te doen, want die is er niet. De enige echt goede reden om dit spel te kopen is het zachte prijsje, hoewel even doorsparen voor één van de twee eerder genoemde spellen misschien verstandiger is.

Systeemeisen:

OS: Win 95 / 98
PC: PII-300Mhz
RAM: 64 MB
500MB Hard Drive Space

Film / Films

Obsession

recensie: Obsession

Dat Brian De Palma een groot filmliefhebber is, is zwak uitgedrukt. Hij wordt door critici neergesabeld om zijn soms wel erg letterlijke “hommages” en zijn grootste inspiratiebron – Alfred Hitchcock – is in zijn meeste films zelfs nog door een blinde te herkennen. In Obsession, een van zijn vroege films, neemt De Palma het concept van Hitchcocks Vertigo en geeft er een eigen draai aan.

Michael Courtland is een rijke zakenman die al tien jaar getrouwd is met dezelfde (mooie) vrouw, met een lief dochtertje en een compagnon met wie hij bakken geld verdient. Kortom: wat wil je nog meer?
Dit denken ook de louche kidnappers die Courtlands vrouw en kind ontvoeren. De transactie van het losgeld gaat vreselijk fout, waardoor de beide dames om het leven komen.

Sixth Sense

~

Vijftien jaar later. Courtland, nog rijker nu, ontmoet tijdens een zakenreisje in Florence de mooie Sandra, die wel erg veel lijkt op zijn gestorven vrouw. Maar die was toch…? Juist – en Court weet dan ook niet wat hem overkomt. Hij raakt geïntrigeerd door Sandra (zie ook de titel van de film), vraagt haar een paar keer mee uit en sleept haar mee terug naar Amerika. Daar beginnen werkelijkheid en herinnering in elkaar over te lopen. De Sixth Sense-achtige ontknoping zorgt ervoor dat de film ook de tweede keer leuk blijft.

Bijzonder mooi

De hand van meesterregisseur De Palma is in Obsession nog wat onvast, maar al zeer duidelijk te zien in mooie camerabewegingen, spannende shots en zorgvuldig opgebouwde suspense. Er staat een aantal grote namen op de titelrol, die allen bijdragen aan het stijlvolle uiterlijk van de film. Cameraman Vilmos Zsigmond (Close Encounters of the Third Kind) maakte bijzonder mooie en sfeervolle beelden bij een – zeker voor 1976 – controversieel thema, componist Bernard Herrmann (bekend van zijn muziek bij de films van Hitchcock) schreef voor Obsession één van zijn laatste – en mooiste – soundtracks en Paul Schrader (Taxi Driver), die samen met De Palma het verhaal bedacht, leverde een overdadig en mysterieus scenario af.
Obsession was voor De Palma zijn laatste “kleine” film voor hij in hetzelfde jaar zijn grote doorbraak maakte met Carrie, naar het boek van Stephen King.

Verrassing!

~

De grootste verrassing op de DVD van Obsession is de 35 minuten durende documentaire van beroemd documentairemaker en groot Brian De Palma-fan Laurent Bouzereau. De film geeft een prima kijk op het maken van Obsession en bevat recente interviews met de belangrijkste personen achter de film. De documentaire is zo’n verrassing omdat er nergens op de hoes melding van wordt gemaakt!
Verdere extra’s zijn onder anderen een fascinerende trailer en filmografieën van Brian De Palma en de drie hoofdrolspelers.

Obsession is een prima film die gepresenteerd is op een prima DVD.

8WEEKLY

Paris à Vélo

Artikel:

“Zou je dat wel doen, met de fiets door Parijs?” Niet iedereen zag ons plan zitten. Immers, negen van de tien toeristen in Parijs is wel eens uitgefoeterd door een onverstaanbare taxichauffeur en iedereen heeft de heksenketel op de Champs Elysées wel eens aanschouwd. Niet iets om je zonder doodsverachting tussendoor te laveren.

~

De Fransen hebben hun Parijs-Nice, hun Tour de France en hun duizenden wielrenners, maar fietsen in de stad doet men niet. Wie het per sé wil krijgt een kaart met daarop de speciale fietspaden en een karrevracht aan aanwijzingen: reflectoren op zo’n beetje elk fietsonderdeel behalve de bel zijn verplicht en fluorescerende kleding, een helm en zo’n kindervlaggetje worden je dringend aangeraden. Het beste kun je ook een fluorescerend stokje dwars op je bagagedrager monteren, zodat de automobilist weet hoeveel afstand hij van zijn aartsvijand, de medeweggebruiker moet houden.

Brokkenpiloten

Op de achterkant van de kaart staat eveneens een diagram waarin de ongelukken met fietsers worden weergegeven. Bij 47 procent van de ongelukken is de fietser zelf de verantwoordelijke: in tien procent van de gevallen knalt een cycliste Parisien tegen de achterkant van een auto. De overige 53 procent gebeurt buiten de schuld van de fietser om: automobilisten openen deuren zonder te kijken (13 procent) en honden steken over zonder uit te kijken (1 procent).

Met deze wetenschap in het achterhoofd zetten we toch door. We hebben een stralend zonnige zondag uitgezocht om te gaan fietsen, en niets kan ons nog tegenhouden. Wij zijn tenslotte Nederlanders, na China het dichtstbevolkte land qua fietsen. En als je alle verdronken exemplaren in de Amsterdamse grachten meetelt, komen we misschien nog wel boven China uit.

Zielig dunne kabeltjes

~

Een fietsenmaker is echter niet zo snel gevonden in Parijs, en als we er eindelijk een hebben verhuurt hij niet eens fietsen. Hij weet echter wel een dame die de stalen rossen uitleent en zij bevindt zich aan de andere kant van de stad. Deze dame is zuinig op haar vélos en vraagt €300 borg plus €18 per dag per fiets. Willen we ook een helm op? Nee hoor. Ze geeft ons twee zielig dunne kabeltjes die de naam kettingslot niet waardig zijn en weg zijn we.

Stoffige metro

Een beetje bangig van alle verhalen over brute automobilisten zetten we koers naar de Eiffeltoren. Een route uitstippelen is onmogelijk. Er zijn er veel te veel straatjes en bovendien is het veel leuker om zomaar wat te fietsen. Zo kom je nog eens wat tegen. De zon schijnt, het zondagsverkeer doet de naam eer aan en al gauw zien we in de verte het ijzeren gevaarte. Nu niet recht erop af fietsen, maar kringelen door kleine straatjes. Dat is veel leuker en bovendien is de verrassing ook veel groter als je ineens een straatje infietst dat uitkijkt op de Eiffeltoren. Dit is nog eens wat anders dan die stoffig donkere metro waar het zo zoet en bedompt ruikt. Dit is het Parijs waar de Parijzenaars wonen.

Lesauto’s

~

Op zondag schijnen bepaalde avenues en boulevards afgesloten te zijn voor autoverkeer, speciaal voor fietsers en skaters. Dat is echter meer voor de gemoedsrust van de automobilist dan ter bescherming van de tweewieler. Auto’s in Parijs zijn zo bang voor je dat ze een spookrit riskeren om maar veilig om je heen te kunnen. Minstens anderhalve meter zit er tussen het stuur van je fiets en het portier van de auto. Zoiets zie je in Nederland alleen bij lesauto’s.

Nu we hebben ontdekt dat Parisiens banger zijn voor ons dan wij van hen kunnen we eindelijk op de pedalen. Dit gaat lekker. Binnen een mum van tijd zitten we buiten de gemeentegrenzen van Parijs (!) en fietsen we door het ontluikende Bois de Boulogne. Daar treffen we een hoop Franse zondagsfietsers aan, stuk voor stuk met mountainbike en helm. Ze zien er stoerder uit dan ze fietsen.

Scheuren over de Champs Elysées

~

Terug de stad in, we hebben een missie. We willen de Champs Elysées af. Bang voor drukte of auto’s zijn we allang niet meer. We laten de Arc de Triomphe links liggen (hebben we al ooit gezien) en beginnen onze afdaling. De Champs Elysées gaat hard naar beneden. Heerlijk! Verbaasde automobilisten trappen op de rem, voetgangers houden de pas in en wij scheuren tussen alles en iedereen door. Paris à vélo, dat is zo gek nog niet.

Raspende adem

Omhoog nu weer, naar de Moulin Rouge en Montmartre. Lage versnelling, want dit is klimmen. Door smalle straatjes met toeterende auto’s en kletsende wandelaars. De bovenbenen branden en de adem raspt in de keel. Goed dan, de metro heeft één voordeel.
Het uitzicht bovenaan, bij de Sacre Coeur, is echter schitterend, vooral als je bedenkt dat je er helemaal zelf naartoe gefietst bent.

Net op tijd leveren we onze fietsen weer in bij de madame van de verhuur. Als we vertellen waar we allemaal geweest zijn bekijkt ze ons eens goed. Erik Dekker en Leontien van Moorsel? We geven haar het voordeel van de twijfel.

Informatie

Fietsen huren kun je op verschillende plekken in Parijs. Je kunt wielrenfietsen, mountainbikes en citybikes huren, en aan deze laatste heb je het meeste. Paris Vélo is een goed adres: Rue du Fer-à-Moulin 2, 5e arrondissement. Met de metro: uitstappen Censier-Daubenton. De €300 hoef je niet in cash mee te nemen. De madame maakt een afdruk van je pasje als borg, die ze weer vernietigt wanneer je de fiets in één geheel terugbrengt.

Theater / Achtergrond
special:

Belgische variant Franse Revolutie in Nederland

Op dinsdag 19 maart 2002 gaat Cirque Danton van het Belgische Het Toneelhuis in Nederland in première, in de Stadsschouwburg te Groningen. Regisseur Jan Decorte bewerkte Dantons Dood van Georg Büchner en is zelf ook in de voorstelling te zien. Cirque Danton ging op donderdag 7 maart in Antwerpen in première. In Nederland is de voorstelling alleen in Groningen en in Kerkrade (2 april) te zien.

~

Vijf jaar na het begin van de Franse Revolutie gelooft Danton dat het ideaal van de revolutie bereikt is, en pleit hij voor consolidering. Tot ergernis van Robespierre, die hem contrarevolutionaire en dus volksvijandige ideeën verwijt. Robespierre gaat met zijn voormalige compagnon het woordenduel aan, en isoleert hem van zijn vrolijke levenswandel. Danton waant zich in de gunst van het volk, maar zijn ingebeelde onkwetsbaarheid valt weg wanneer hij door Robespierre wordt gearresteerd. Temidden van de chaos van de revolutie verdedigt Danton zich voor het tribunaal met pleidooien voor de afschaffing van het individu, wat zich tragisch tegen hemzelf keert.
Jan Decorte gaat graag aan de slag met grote klassieke teksten. Met Cirque Danton confronteert hij een groep jonge spelers met de politieke lading van Büchner en de manier waarop die nu op het toneel vorm krijgt, herschreven en herdacht door ex-politicus Jan Decorte.

Georg Büchner is één van de merkwaardigste figuren in de Duitse theatergeschiedenis. De inzet van zijn fragmentarisch en pas in de vroege twintigste eeuw herontdekte werk, bevat o.a. de stukken Woyzeck, Leonce en Lena, Dantons dood en Lenz. Inzet van Büchners geschriften is de spanning tussen individu en maatschappij – zo ook in Dantons dood (1835).

Film / Films

The Hole

recensie: The Hole

Tiener-slasher-films zijn er in alle soorten en maten. Meestal komt het neer op een stelletje anatomisch correcte mensen die in plaats van mee te doen aan een modeshow even geslashed worden door een sukkel met een overwerkt trauma. Sommige regisseurs willen nu eens wat anders. Met een kleine aanpassing aan de formule denken ze dit vaak te kunnen bereiken.

~

Nadat Scream het genre nieuw leven had ingeblazen kon je in de videotheek weer struikelen over de goedkope rip-offs. De meest suffe in dat rijtje zijn voor mij wel de I Know What You Did Last Summer-films. Meisje met grote borsten hoort een geluid. Schaduw vliegt achter in het beeld even langs een muur. Meisje schrikt van… een kat of een voorwerp. Opgelucht haalt meisje adem. Dan komt het onvermijdelijke moment dat de echte moordenaar alsnog door het beeld springt. Poehpoeh! Dat was weer even schrikken geblazen!

Claustrofobisch effect

In The Hole gooien de makers het over een andere boeg. Net als in het geniale Blair Witch Project probeert men een meer claustrofobisch effect te bereiken. Een groepje tieners wil niet mee op een gedwongen schoolkamp. Ze laten zich door een klasgenoot voor drie dagen insluiten in een oude bunker. In eerste instantie lijkt het allemaal een leuk feest te worden, tot de dag komt dat ze weer naar buiten willen. Hun klasgenoot komt niet opdagen, dus kunnen ze de bunker niet uit.

Oorverdovend

~

Het begin van de film hakt er gelijk goed in: Thora Birch loopt bloedend door het verlaten universiteitscomplex, vindt een telefoon en belt 911. Als er opgenomen wordt slaakt ze zo’n oorverdovende schreeuw dat de sfeer er meteen goed inzit. Birch blijkt de enige overlevende van het groepje, maar is psychisch zo in de war dat de politie uit haar gebrabbel niet kan opmaken wat er is gebeurd. Aan de psycholoog de taak om achter de waarheid te komen. Birch lijkt echter niet te willen vertellen wat er echt gebeurt is, en dat levert twee versies van het verhaal op.

Creepy sfeertje

Het eerste uur lijkt vrij standaard te worden afgewerkt, net als in de doorsnee tiener-horror, maar dan neemt het verhaal een aardige wending, en wordt het toch nog een beetje leuk. Het goede idee wordt namelijk plichtmatig afgewerkt, en de personages blijven toch te Cosmopolitan om echt te boeien. Met een beetje meer diepgang had dit een fantastische film kunnen worden. De muziek zorgt voor een aardig creepy sfeertje, en is daarmee het beste wat ik kan melden over deze film. Niet slecht, maar ook niet heel goed.

Boeken / Fictie

Boekenweekgeschenk 2002

recensie: De ijsdragers

Laatst las ik een interview met Anna Enquist. Haar dochter was nog niet zo lang geleden bij een ongeluk om het leven gekomen. Aan de binnenkant van het boekenweekgeschenk, op het schutblad, je leest er haast overheen, staat dan ook: “Ik draag dit boek op aan mijn dochter Margit, die mij met haar literaire kennis en haar grote gevoelsbegaafdheid hielp het te voltooien.” De ijsdragers gaat over een kind dat weg is. Maar vooral over de ouders, die het gemis op hun eigen manier verwerken.

~

De ijsdragers is een echte Enquist. Er is een huwelijk, tussen twee intelligente mensen die allebei een goede baan hebben. Uiterlijk zijn ze volkomen kalm en beheerst, maar binnenin is er vanalles mis. Er kookt vuur, of er klinkt een ontstellende leegte. De twee mensen uit De ijsdragers heten Nico en Loes. Loes doceert klassieke talen, Nico is een succesvol arts in het psychiatrisch ziekenhuis, die op het punt staat directeur van de instelling te worden. Nico eist perfectie. Van zijn personeel, zijn patienten, en ook van zijn dochter Maj.

Kunstmatig paradijsje

Maj kan niet langer tegen al dat gekneed in haar psyche en loopt weg. Gelaten blijven Nico en Loes achter: We doen of ze niet bestaat maar ze is er wel, de hele tijd. Nico stort zich op zijn werk, Loes begraaft zich in de tuin. De zandgrond rond hun huis in de duinen is niet geschikt voor gras, pompoenen of tomaten. Met veel zorg heeft ze een grasveld ter grootte van een postzegel gekweekt. Ze trok haar schoenen en sokken uit en liep op blote voeten over haar kunstmatige paradijsje van gras. Het droogde uit aan de randen, zag ze.

Nico wil van het psychiatrisch ziekenhuis een efficiënte instelling maken. Hij hakt in begrotingen, voert reorganisaties door en eist een mentaliteitsverandering van zijn personeel. Dat stuit op tegenstand:

Vlak na zijn aantreden als directeur had hij er een middag voor uitgetrokken om zijn plannen toe te lichten. Zijn geestdrift was vastgelopen in hun kneuterig-kniezende aanmerkingen. Met stugge gezichten hadden ze zitten luisteren; het crisiscentrum ga ik niet weer optuigen, had hij gezegd, en zij hadden allemaal tegelijk een aantekening gemaakt op hun blocnote. De therapeutische gemeenschap ga ik opheffen. Kras, kras.

Ontevreden met het onbegrip van zijn collega’s banjert hij door de gangen. Hij weet het beter. De enige bij wie hij terecht kan is Eva, een stagiaire die naar hem luistert. Ze zegt in ieder geval niets terug.

Molshopen

~

Rond dezelfde tijd ontmoet Loes een vriend van haar dochter, Wessel. hij komt haar helpen met de tuin. Ze verzet haar gedachten als ze samen met hem het zand wegschept en er vette klei voor in de plaats stort. Zij doet hetzelfde met de tuin als Nico probeerde met Maj: naar je hand zetten. Het is dan ook logisch dat er binnen de kortste keren een mol onder het grasveld zit.
Ook Nico verliest grip, maar dat zal hij niet toegeven. De bom barst wanneer een paar patiënten van de opgeheven therapeutische gemeenschap zijn kantoortje bezetten. Beheerst wandelt hij weg, beheerst brengt hij een verdwaalde patiënt terug naar de instelling en dan stapt hij samen met Eva in de auto.

Zo sterk als Nico en Loes hun wil proberen op te leggen aan respectievelijk de instelling en de tuin, zo sterk legt Enquist de woorden haar eigen wil op. Ze slaagt daarin beter dan haar personages. Haar zinnen zijn van een afgemeten koelte, een klinische analyse van hoe het ging. Van een afstand registreert ze de uitbarstingen die als molshopen in het gras omhoogkomen: op een ochtend zijn ze er. Dat Enquist het zo afstandelijk opschrijft, wil echter niet zeggen dat het niet op de lezer overkomt. Met een welgemikt tussenzinnetje, een opmerking, een constatering legt Enquist het verhaal op je bord. Op de sofa eigenlijk: gaat u daar maar liggen dan fileren we u even.

De ijsdragers is een mooi en klein verhaal. In negentig bladzijden weet Enquist een wereld te creëren waarin alles op zijn plaats is en alle stukjes in de puzzel passen. Uiterlijk. Want binnenin de personages rommelt het. De letters staan echter als een huis. Daar is helemaal niets op aan te merken. Enquist is sterk, sterker dan Loes en Nico samen. De ijsdragers verdient meer eer dan de titel ‘boekenweekgeschenk’. Het is gratis, maar ik vind het beter dan het boek dat ik gekocht heb.

8WEEKLY

Star Academy stopt ermee

Artikel:

.

~

De programmadirectie van Yorin heeft gisteravond besloten het programma Star Academy met ingang van maandag 18 maart stop te zetten. Na ruim een maand van uitzenden is gebleken dat het programma niet voldoende aansluit bij de wensen van de Yorin-kijkers. Met andere woorden: de kijkcijfers vallen tegen: gemiddeld kijken er 190.000 mensen naar de belevenissen van jongeren op weg naar de top.

Een woordvoerster van Yorin geeft toe dat zelfs Big Brother 2 en 3 beter scoorden dan Star Academy. Programmadirecteur Kees Gerritsen: “Onze kijkers hebben ons duidelijk laten merken dat Star Academy niet het programma is dat ze verwachtten na het succesvolle Starmaker. Wij hebben de indruk dat het programma niet in de smaak valt bij ons publiek omdat in de uitvoering het accent teveel op kleinkunst is terechtgekomen.”

Kunstzinnig

Het lijkt erop dat het programma te kunstzinnig is voor de Yorin-kijker(!). Gedurende de loop van het programma heeft de directie dan ook aangegeven dat de formule moest worden aangepast, maar dit heeft niet het gewenste resultaat opgeleverd. “Daarom hebben we nu besloten per maandag aanstaande te stoppen. Hoewel de studenten het risico van een vroegtijdig vertrek uit de opleiding kennen, zorgen wij voor een alternatief, en wel in de vorm van een theaterworkshop in het buitenland of een vergelijkbare opleiding,” zegt Gerritsen.

Een trouwe kijker van het programma verwoordde de teleurstelling als volgt: “O, jammer.”

Vanaf 17 februari was het programma Star Academy dagelijks te volgen. Vanaf maandag 18 maart is op de plek van de dagelijkse uitzending het programma “Chat Choice” te zien. De avondprogrammering op woensdag wordt opgevuld door de serie “Largo Winch” en op zaterdagavond vervalt “Star Academy Highlights” en wordt de programmering een half uur naar voren geschoven. De herhalingen “s avonds laat van maandag tot en met vrijdag worden opgevuld door de late night actieserie een half uur te vervroegen.

Film / Films

The Royal Tenenbaums

recensie: The Royal Tenenbaums

De ellende van jong zijn is al niet te overzien, laat staan de jeugd van een wonderkind. De drie kinderen van Royal Tenenbaum waren stuk voor stuk uitschieters in alle uithoeken van het leven. Waar de een een groot financieel wonderkind werd, blonk de ander uit in sport en om alles nog mooier te maken was er ook nog een succesvol (geadopteerd) toneelschrijfstertje bij. Het leek allemaal niet op te kunnen. Maar kinderen hebben meer nodig dan succes. Ouders bijvoorbeeld. Royal (Gene Hackman) was niet bepaald een goede en zorgzame vader. Hij was meer een eersteklas klootzak. De kinderen waren beter af geweest zonder hem. Maar ja, je vader kies je niet uit.

~

Jaren later is er niets van de kinderen terechtgekomen. Allemaal depressief en neurotisch als de pest. Chas (Ben Stiller), het voormalig zakenmannetje, heeft zijn vrouw verloren in een vliegtuigongeluk Samen met zijn twee zoontjes waren zij enige overlevenden. Zijn zoontjes mogen niets en worden getraind tot nieuwe zakelijke monsters. Richie (Luke Wilson) kreeg een zenuwinzinking op de tennisbaan en vaart sindsdien met zijn schip de wereld rond. In zijn Björn Borg-uitrusting kijkt hij gelaten voor zich uit, niet wetende hoe te leven.

Oliver Sacks-kloon

Na eenmalig vijftigduizend dollar ontvangen te hebben voor haar eerste toneelstuk is er van de beloftes als toneelschrijfster weinig terechtgekomen voor Margot (Gwyneth Paltrow). Ze is getrouwd met een Oliver Sacks-kloon. Margot kan alleen nog maar tv kijken in bad en stiekem haar sigaretten roken. Dit is dan wat er overblijft van een leven waar zulke hoge verwachtingen van waren.

Smeerlap

~

Wanneer Royal na twintig jaar uit zijn hotel wordt gezet, besluit hij zijn gezin weer op te zoeken. Ten eerste voor gratis onderdak en hopelijk om het verleden weer wat recht te kunnen zetten. Met de boodschap dat hij ongeneeslijk ziek is meldt hij zich bij zijn vrouw Ethel (Anjelica Huston). Al gauw weet Royal zich weer een plaatsje in het huis te bemachtigen. Zoals altijd roeit hij op zijn eigen wijze tegen de stroom in, maar langzamerhand wordt hij geconfronteerd met de schade die hij al die jaren heeft aangericht. Zich schuldig voelend, probeert hij het verleden ongedaan te maken. Dat dit een onbegonnen zaak lijkt voor een man die van nature een smeerlap is moge duidelijk zijn. Toch zet hij alle zeilen bij om er nog iets van te maken.

Kolderiek

The Royal Tenenbaums is de derde film van Wes Anderson. Na Bottle Rocket en het onvolprezen Rushmore lijkt Anderson op weg te zijn een van de grote regisseurs van de toekomst te worden. De sfeer die hij in zijn films weet op te roepen in combinatie met de inhoud is uniek. De combinatie tussen tragiek en komedie, surrealisme en werkelijkheid zorgt steeds voor kijkverschuivingen. Waar we in het begin een stel kolderieke excentriekelingen aan het werk zien, worden deze personen aan het eind van de film uitgekristalliseerd tot verlengstukken van onze eigen persoonlijkheden. Anderson weet feilloos tussen deze twee uitersten te laveren.

Eigenzinnig

De cast is voor een film van 21 miljoen dollar uniek te noemen. Volgens Anderson was het slechts een kwestie van goed onderhandelen. Zoveel bescheidenheid is niet nodig: het is een aanduiding dat grote acteurs graag met het talent Anderson willen samenwerken. En dit is dan ook volkomen terecht. The Royal Tenenbaums is de commerciële doorbraak geworden voor Wes Anderson. Hij heeft hiermee niet alleen een van de beste films gemaakt van het jaar, maar heeft ook bewezen dat je met talent en doorzettingsvermogen een groot publiek kunt bereiken met een eigenzinnige film.

Film / Films

Grensoverschrijdende liefde op Iraanse bouwplaats

recensie: Baran

Stel je een bouwplaats voor: zonlicht schittert op tonnen vol cement en water, arbeiders zijn druk in de weer met stenen, kruiwagens en schoppen. Dompel jezelf onder in de prachtige op celluloid geschoten wereld van de Iraanse regisseur Majid Majidi die in Baran vakkundig de liefdesgeschiedenis tussen een Iraanse Turk en een Afghaanse portretteert.

~

Lateef, een Turkse Iraniër van 17 die de hoofdrol vertolkt, verzorgt de catering tussen de cementdampen van de bouwplaats. Zijn baantje wordt even later echter overgenomen door Rahmat, een illegale Afghaan van 14, die het zwaardere til- en schepwerk niet aankan. Lateef kan dit niet verkroppen. Maar wanneer hij toevallig ontdekt dat Rahmat een meisje is, verandert zijn haat in liefde. Rahmat, die eigenlijk Baran heet, laat indirect haar liefde blijken: ze zet onder meer speciaal voor hem een kopje thee met suiker apart. Lateef redt haar uit de armen van de arbeidsinspectie waarna er geen Afghanen meer werken op de bouwplaats. Lateef moet haar weer zien: hij neemt een paar dagen vrij en offert alles op om maar bij haar te kunnen komen.
De film gaat dus over affectie, altruïsme, opoffering en liefde. Regisseur Majidi heeft expres het liefdesthema gekozen als plot. Liefde, zo stelt hij, overstijgt nationale grenzen. Het is bovendien een universeel thema dat de film ook grijpbaar maakt voor niet-Iranese toeschouwers.

Achtergrond

~

De harde werkelijkheid van de circa 1,4 miljoen Afghaanse vluchtelingen – volgens de statistieken van het Rode Kruis – die Iran momenteel herbergt komt in de film terloops aan de orde door de liefde tussen Lateef en Baran. Sinds de Russen Afghanistan hebben verlaten in 1990 zorgen de nog steeds voortdurende interne conflicten voor een enorme vluchtelingenstroom, met name richting buurland Iran. In Iran hebben ze een relatief veel beter leven. In Afghanistan is men elke dag bezig met overleven. Echter ook in Iran zijn de werkomstandigheden slecht, zeker voor de illegale Afghanen in Iran die zonder Iraans identiteitsbewijs alleen de slechtst betaalde en gevaarlijkste baantjes kunnen krijgen. De actrice die de Afghaanse Baran speelt, Zahara Bahrami, stelt zelfs dat het leven in Iran “is like living in paradise” vergeleken met het leven in Afghanistan.

New wave

Majidi is een exponent van de derde generatie filmers van na de Revolutie in Iran (1979). Sinds de Revolutie worden er relatief veel Iraanse films buiten Iran vertoond. Deze nieuwe golf Iraanse films wordt gekenmerkt door een hoge cinematografische kwaliteit, een sterk sociaal bewustzijn en creatieve scripts vol symboliek die de strenge censuur weten te doorstaan. Baran is een mooi voorbeeld van de Iraanse kwaliteitsfilm, al is de symboliek dit keer wat aan de magere kant. Maar dat doet niet af aan de mooie sfeer op de bouwplaats die je levendig bijblijft.

Links

Kijk voor meer achtergrondinformatie over het werk van Majidi op de Engelstalige site http://www.yazda11.com/majidi/baran.php