Film / Films

Zoete tranen op een schoon dekbed

recensie: Confessions Of A Teenage Drama Queen

.

~

Maria Cep, een rol van de 17-jarige Lindsay Lohan, leeft gelukkig met haar moeder en twee zusjes in New York. Ze heeft alleen maar dromen en nog geen teleurstellingen meegemaakt. Ze wil actrice worden, koningin van het drama. Moeder besluit echter dat het voor de kinderen beter is, om te verhuizen naar het plaatsje Dellwood, New Jersey. Mary, die zich al snel Lola laat noemen, ziet haar wereld in duigen vallen. Ze gaat in het preutse stadje plat op haar bek, keihard op haar pronte billetjes en valt met haar perfect gepoederde neusje in de stront. Ze zal geen actrice kunnen worden en het leven zal alleen maar saai en vervelend zijn. Haar grote idool is Stu Wolff, de charismatische zanger van de popgroep Sidarthur. Deze woont en speelt in New York en de verhuizing levert alleen maar meer afstand op tussen fan en afgod.

Rampspoed

~

Lola gaat naar de universiteit en stuit daar op veel vijandschap. Haar zang- en acteertalenten worden onderkend, maar ze komt daarmee op voet van oorlog te staan met de vorige prima donna van de toneeluitvoering en schoolmusicals. Daar bovenop komt het verschrikkelijke nieuws dat Sidarthur uit elkaar zal gaan. De groep zal een laatste concert geven in New York en Maria en haar enige vriendin Ella hebben geen kaartjes. Veel rampspoed en daarbij wensen die onvervulbaar lijken voor Lola.

Zoete tranen

De verwachtingen die ik had bij het zien van de poster blijken na het zien van de film te kloppen. Confessions Of A Teenage Drama Queen is zo’n film waar de acteurs en actrices elke scène andere merkkleding aan hebben, elke geplengde traan zoet smaakt en de scènes zo vaak zijn gerepeteerd, dat elk spoor van spontaniteit ontbreekt.

Fast forward

Ben je echt nieuwsgierig of Lola nog kaartjes krijgt voor het concert van haar idool? Of de ontmoeting met zanger Stu Wolf zal leiden tot romantische ontwikkelingen? Of Lola de hoofdrol in de schoolmusical naar behoren op de planken zal brengen? Of er een eind komt aan de overvloed aan merkkleding? Dan verwijs ik je graag naar de film. Mocht je niet naar de bioscoop gaan, maar wilt wachten op de dvd of de video is er een klein advies: houd de knop ‘fast-forward’ stevig ingedrukt.

Hapje

Confessions Of A Teenage Drama Queen is een voor tieners bedoelde komedie. Het is onbegrijpelijk dat regisseuse Sara Sugarman, scriptschrijvers en producenten kunnen denken dat deze film toeschouwers zal trekken. De makers hebben bij de première naar dit volkomen mislukte vehikel moeten kijken en onder het genot van een hapje en een drankje elkaar na afloop moeten feliciteren. Zij hebben weinig drama in veel te veel tijd moeten zien. Terecht!

Muziek / Album

Jaag ze eens op de kast

recensie: Guttermouth - Eat Your Face

.

Punk is in deze tijd “in” en “hip” en Guttermouth ziet het als hun taak om duidelijk te maken dat de punkrock van vroeger niet draaide om hippe kledingstijl en alternatief doen, maar juist ontstond door bands die probeerden om zoveel mogelijk mensen op de kast te krijgen. Frontman Mark Adkins is bang dat die kant van de punk steeds meer ondergesneeuwd wordt door marketingmensen en door de veel te brave jongeren van nu, die tijdens concerten niet drinken, zich perfect gedragen en op tijd door hun ouders worden opgehaald.

Voor de punkrockers van Guttermouth is dit een nachtmerrie, want ondanks het feit dat ze zelf ook niet meer de jongste zijn, maken ze nog steeds cd’s alsof ze de rebellerende punkertjes van voorheen zijn. Het leuke is dat ze er nog mee weg komen ook! Bij andere bands zou je misschien “Grow up” denken, maar Guttermouth heeft die heerlijk ideale combinatie van humor en scherpheid in zich, die je tegelijkertijd doet glimlachen en rocken.

~

Als je terugverlangt naar de tijd dat punkers niet alleen maar zongen over gebroken harten en politiek correcte overtuigingen, maar over seks, feesten en bier zuipen, met hier en daar een lekkere belediging of scheldpartij tussendoor, dan is Eat Your Face iets voor jou. De door bier en feesten geïnspireerde nummers zijn NRAAA., Wasted Lives en Second DUI waar skatepunk, bier, metalcore en sterke drank elkaar ontmoeten.  

Verder is er weer genoeg ruimte voor Adkins’ humoristische aanvallen op wie dan ook. In The Next Faux Moheekon zijn dat trendy punks, terwijl Party Of 2 de politiek correcte punks aanvalt die eigenlijk de ballen verstand hebben van politiek. Maar niet alleen punks, ook baby’s moeten het ontgelden. Zo wordt in My Neighbours Baby het plan opgevat om diezelfde baby, die de hele buurt wakker krijst, van kant te maken. Klinkt misschien erg drastisch en hard, maar stiekem is het allemaal erg grappig, net als sommige gesproken zinnetjes tussen de nummers door.

Eat Your Face is de perfecte combinatie van punk en comedy. Guttermouth neemt zichzelf absoluut niet serieus en dat is iets wat sommige andere punkbands ook eens zouden moeten overwegen. De zelfrelativering van Guttermouth maakt Eat Your Face tot een strak, grappig en eigenwijs punk-rockalbum dat als voorbeeld zou moeten dienen voor de wat jongere punkbands die veel te druk bezig zijn met hun politieke meningen in plaats van eens lekker een paar mensen op de kast te jagen!

Film / Films

Kolderieke tweeling

recensie: New York Minute

De zusjes Mary-Kate en Ashley Olsen zijn in Amerika een begrip. De twee tieners zouden goed zijn voor een bankrekening van ruim $700.000.000,- en hebben net hun eerste bioscoopfilm geproduceerd. De zusjes Olson spelen ook de hoofdrollen in New York Minute. Deze actie komedie kostte $50.000.000,- en bracht in Amerika nog niet de helft op. Geen echte flop, maar niet het succes waar de zusjes op gehoopt hadden.

~

In New York Minute volgen we een dag uit het leven van de zusjes Jane en Roxanne Ryan. Ze lijken als twee druppels op elkaar, maar zijn qua karakter elkaars tegenpool. Roxy is de rebel. Het is een zootje op haar kamer, ze spijbelt en is alleen maar geïnteresseerd in de punkgroep A Simple Plan. Ze wordt op de hielen gezeten door een overijverige spijbelambtenaar, maar is hem steeds te slim af. Jane is punctueel, studeert, wil een beurs halen voor een gerenommeerde universiteit en kan niet leven zonder haar agenda en de netjes genoteerde afspraken. Vader van de tweeling is een wat vage figuur, die het verlies van zijn vrouw aan het verwerken is. Natuurlijk is Jane zijn steun en toeverlaat. Roxy verschuilt haar verdriet achter een punkkapsel en harde muziek. De tweeling gaat op weg naar New York. Roxy wil naar de opnames van een videoclip van haar favoriete groepje en Jane moet een speech houden om haar beurs binnen te halen.

Kolder

~

En dan gaat werkelijk alles mis. De reis naar de trein levert al veel problemen op. Jane verliest haar rokje, Roxy heeft de spijbelambtenaar op haar hielen en natuurlijk missen ze de trein. De lift die de meisjes krijgen levert alleen maar meer problemen op en de film is vanaf dat moment een wat kolderieke opeenvolging van incidenten, ongelukjes en vreemde ontmoetingen.

Basisschool

Een film als New York Minute is natuurlijk al vele keren eerder gemaakt. Tieners, komische situaties, lastige volwassenen en wat avonturen. Een actiekomedie kan daarom alleen maar leuk zijn als het script goed is. Het verhaal van New York Minute is echter nogal voorspelbaar. De zusjes spelen de typetjes met enthousiasme, maar overtuigen niet echt. Ze beleven avonturen die tieners zouden kunnen beleven, maar die avonturen lijken vertaald naar een voorleesboek van de basisschool.

Opbrengst

Het zal niemand verbazen dat de zusjes elkaar uiteindelijk nodig blijken te hebben. Punker Roxy blijkt in staat om haar zusje bij haar studie te ondersteunen, studente Jane krijgt zowaar wat begrip voor het losbollige leventje van haar zusje. De zusjes Olsen hebben de film geproduceerd en willen het in de film gestoken geld terug verdienen. Het lijkt me dat de opbrengst in Nederland minimaal zal zijn.

Kunst / Expo binnenland

Een Europese tendens

recensie: Pioniers van het Vlaams expressionisme

Het expressionisme wordt in Europa tegenwoordig toch vooral beschouwd als het levensgevoel van een jonge generatie kunstenaars die het onderling in feite slechts eens was over de afwijzing van de heersende maatschappelijke en politieke structuren.
Rond 1905 kreeg deze ontwikkeling als eerste gestalte in diverse Duitse centra, waaronder Dresden. De Duitse expressionisten van Die Brücke (oa. Ernst Ludwig Kirchner, Erich Heckel, Karl Schmidt-Rottluff, Emil Nolde en de academische geschoolde Max Pechstein) vonden hun voorbeelden vooral in de werken van Vincent Van Gogh, Paul Gauguin, Edvard Munch, James Ensor en Henri Matisse. Dat Van Gogh en Ensor geen voortzetting vonden in eigen land en wel bij de Duitse Expressionisten getuigt van een open kunstmarkt.

In tegenstelling tot de Impressionisten streefden de Expressionisten in navolging van de Post-Impressionisten toch vooral naar een psycholisering van de beleefde indruk. Het ‘voelen’ was voor hen belangrijker dan het ‘zien’, de persoonlijke beleving belangrijker dan het objectieve beeld. Een lucht hoefde niet per definitie blauw te zijn, gras niet automatisch groen. De belangrijkste thema’s waren het Berlijnse nachtleven, de vrouw, het circus, het cabaret en het stedelijk landschap.

Ernst Ludwig Kirchner,
Straat in Dresden, 1908

Het gebruik van sprekende, krachtige kleuren zorgde voor een dynamisch geheel. De belangrijkste schilder van Die Brücke was zonder twijfel Ernst Ludwig Kirchner, waarvan in de aanloop naar het Ploegpaviljoen twee werken zijn te zien. Het uitgangspunt om Kirchner te gebruiken als introductie naar het Vlaams Expressionisme is zeer zeker interessant. De getoonde werken behoren helaas alleen niet tot zijn beste en hangen er een beetje verloren bij.

De Vlaamse variant

In de jaren twintig kunnen we een grondige Franse invloed constateren die in de Belgische kunstmilieus voor een identiteitscrisis zorgde. Tegen die achtergrond schilderden Constant Permeke, Gustave de Smet en Frits van den Berghe hun mooiste werken, aldus Robert Hozee in de tentoonstellingscatalogus.
De drie Belgische kunstenaars waarvan werk is te zien in de tentoonstelling Pioniers van het Vlaams Expressionisme worden samen met Albert Servaes en Leon (broer van Gustave) gerekend tot de tweede generatie van de zogenaamde Latemse School (1905-1910), hoewel van een door een programma gebonden school geen sprake was.
Het was deze groep kunstenaars die de grondslag legde voor het Vlaams expressionisme. Kenmerkend voor de Latemse School was de bewondering voor de natuur en een anti-academisch klimaat. In de jaren twintig was men in België bijzonder alert voor wat in het buitenland gebeurde. Invloeden van het Kubisme en het Fauvisme kwamen er samen met de voorliefde voor primitieve culturen.

Frits van den Berghe,
De idioot bij de vijver, 1926

In tegenstelling tot Die Brücke is het Vlaams Expressionisme qua kleurgebruik vooral gericht op aardetinten. Het mist zowel plastisch als inhoudelijk de bezieling die kenmerkend was voor de Duitse Expressionisten. Na verloop van tijd gingen alledrie de kunstenaars hun eigen weg. De Smet oriënteerde zich op de Franse schilderkunst, Van den Berghe ging zich voornamelijk richtten op het Surrealisme en Permeke bestudeerde de typische karakteristieken van boeren en vissers.

Verwante exposities

Tot en met 22 augustus is de tentoonstelling Pioniers van het Vlaams Expressionisme nog te zien in het Ploegpaviljoen van het Groninger Museum. Een dikke week later, op 4 september start een grote overzichtstentoonstelling van Permeke in het Gemeentemuseum in Den Haag en vanaf 9 oktober toont datzelfde Gemeentemuseum tekeningen, prenten en aquarellen van het Duits Expressionisme.
De vraag rijst waarom er bij al die tentoonstellingen niet één grote overzichtstentoonstelling zit. Is het niet veel interessanter om te zien hoe de onderling nauw verwante stromingen zich tot elkaar verhouden? In welke zin verschilt het Vlaams Expressionisme van zijn Duitse voorloper? Wat is de relatie tussen het Nederlandse De Ploeg en Die Brücke? Waarom wordt er in de catalogus van Pioniers van het Vlaams expressionisme wel verwezen naar Belgische voorlopers als James Ensor, Albert Servaes en George Minne maar zien we dat nergens terug in de tentoonstelling?

James Ensor,
The masks and Death, 1897

Waarom wordt er bij een vroeg portret van Gustave de Smet zoals Jonge vrouw in roze uit 1917 niet verwezen naar de portretten zoals Ernst Ludwig Kirchner en Karl Schmidt Rottluff ze zeven jaar eerder schilderden? De tentoonstelling roept meer vragen op dan ze beantwoordt.
Bovendien moet het Expressionisme vooral niet worden beschouwd als een lokale aangelegenheid. Het is daarom frappant om te zien dat twee Nederlandse musea onafhankelijk van elkaar op hetzelfde moment bezig zijn met één specifieke kunststroming. Daarnaast bezit het Groninger Museum een geweldig interessante collectie Nederlandse Expressionisten (De Ploeg) en heeft het dus de mogelijkheid om juist die bredere context te belichten. Waarom dat niet is gebeurd blijft gissen.

Muziek / Album

Lars Fredriksen: puberaal, sell out en goede punk

recensie: Lars Fredriksen and the Bastards - Viking

Hedendaagse punkbands verkopen zichzelf compleet aan de commercie. Het is niet meer de eind-jaren-zeventig Do It Yourself (DIY)-mentaliteit die de boventoon voert; geld, drugs en lekkere wijven zijn de sleutelwoorden van tegenwoordig. Althans, als je ‘oldschool punkers’ mag geloven – jongeren van halverwege twintig die beweren dat het vroeger allemaal veel beter was. Op het forum van Epitaph, de platenmaatschappij van veel moderne punk, is de kritiek niet van de lucht.

Ook Lars Frederiksen en zijn tweede soloplaat moeten het op dat forum ontgelden. Frederiksen is gitarist en tweede zanger van Rancid, een band die sowieso bij een deel van het publiek uit de gratie is, omdat hun laatste album door Warner is gedistribueerd. Samenwerking met de klassevijand, heette dat vroeger. En tegenwoordig ben je een sell-out. Een forumbezoeker met de intrigerende naam gluesniffer76 verwoordt het als volgt: “This CD sucks! Rancid you sold out! And all these posers who likes this $hit should listen to their old stuff, that is the real them. And FUCK MTV!!!

Naakte vrouwen

Frederiksen moet het vooral ontberen omdat het boekwerk bij zijn nieuwste plaat nogal wat naakte vrouwen laat zien. ninjitsu_nick, en andere deelnemer aan de discussie: “rancid is selling it like a pop-punk-blink182-goodcharollte-\”in it for the money\”-type deal, what the phukk is that about. Just watch the hynea video from their 1993 release, theres so much passion in their music back then. NOW its about naked ckicks (lars and bastards), making money (transplants), and going mainstream (good charollte + rancid = shit).

~

En inderdaad: Frederiksen lijkt, zeker op het eerste gezicht, zich volledig aan de commercie gericht op tieners te hebben overgegeven. In het boekje bij zijn cd staan op bijkans iedere pagina naakte vrouwen. Stoer en schokkend? Niet bepaald: de ‘gevoelige delen’ gaan netjes verborgen achter zwarte en witte balkjes. En dit online promofilmpje maakt het nog bonter: Frederiksen gedraagt zich uitermate stoer (duidelijk zichtbaar met een wapen in zijn hand: “ik heb weed, er zijn bitches: ik heb slechtere dagen gehad“), maar de figurerende vrouwen gaan ondertussen schuil achter allesverhullende blokken. Zelfs de tongen van twee innig zoenende vrouwen zijn ‘weggeblokt’: de goegemeente zou er eens aanstoot aan kunnen nemen…

Imago of muziek?

Inderdaad een bijzonder puberaal imago dus dat Frederiksen zichzelf aanmeet. Ook de teksten, vaak geschreven samen met Rancid-voorman Tim Armstrong, gaan bijna allemaal over vrouwen en geweld. En als het even kan gecombineerd: of Frederiksen wil een vrouw vermoorden, of zij hem. Weinig diepgang en geen boze punk-protesten dus.

Maar als we al die beeldvorming achterwege laten en gewoon doodsimpel naar de muziek luisteren, blijkt Frederiksen een punker van het zuiverste water. Hij doet zestien nummers in nog geen veertig minuten en beweegt zich in die tijd soepel door de rijke punkhistorie. Zo klinkt My Life To Live, gezogen samen met Tim Armstrong, als de Dropkick Murphys. Dat zit zowel in de ietwat hortende (samen)zang als in de vrolijke gitaartjes die zo nu en dan boven komen drijven. Twee nummers later doet het ultrakorte (20 seconden) Blind Ambition herinneren aan The Exploited. Een ondoordringbare muur van lawaai en energie wordt uit de stereo geslingerd. Het daar meteen op volgende Gods Of War (55 seconden) gaat in diezelfde traditie voort: het schreeuwt verschrikkelijk, maar klinkt geweldig. Ook tekstueel had het niet misstaan op de opruiende Exploitedplaat Beat the bastards: eindelijk gaat het ergens over bij Frederiksen!

Frederiksen sell out?

Met Viking kun je als punkliefhebber dus alle kanten op: vind je de muziek het belangrijkst, dan zit je met deze tweede soloplaat van Frederiksen gebeiteld, maar geef je vooral om een cool punkimago, dan kun je beter de plaat niet kopen en op basis van deze recensie roepen dat Frederiksen een sell out is. Het is aan jou, maar ik zou het wel weten.

Muziek / Album

Ze besprenkelen het kampvuur met geluiden van de gitaar en zang

recensie: Kings of Convenience - Riot on an Empty Street

Wie na het vroege imploderen van het al even snel opgekomen New Acoustic Movement had gedacht dat het genre eenmalig was, kan nu gerust zijn hart ophalen. Want het lange wachten, en misschien nog sterker, het heftige hopen, wordt beloond. Het tweede album van de Kings of Convenience is een feit. Ondanks de remixes van het debuut Quiet Is The New Loud en de uitstapjes als DJ en Solo-artiest door één King of Convenience, Erlend Øye, lijkt het, uitgaande van de nieuwe plaat Riot on an Empty Street er op dat de twee jonge Noren de afgelopen jaren niet buiten zijn geweest. Want op een enkele details na, klinkt het nieuwe allemaal behoorlijk vertrouwd in de oren.

Het was rondom het debuut van de Kings of Convenience dat nog een aantal akoestisch getinte bandjes een plaat uitbracht. Gemakshalve werden die bandjes destijds allemaal op een hoop, en wel in de bak van de New Acoustic Movement, geworpen. Bands als I Am Kloot, Turin Brakes en Badly Drawn Boy werden vreemd genoeg en op meerdere vlakken niet geheel passend, gezien als afgevaardigden van de beweging. Maar het waren juist de Kings of Convenienve bij wie het jasje van de New Acoustic Movement als gegoten zat.

Reïncarnatie met een eigen gezicht

~

Net als op het debuut Quiet Is The New Loud klinken de Kings of Convenience op de nieuwe plaat Riot on an Empty Street als de reïncarnatie van Simon & Garfunkel en niet als in de ‘oude lullen’-uitvoering van de huidige tour. Nee, de Noren klinken net zo harmonieus, eendrachtig, warm en evenzo spannend als de topplaat Bookends van hun evenbeelden uit de jaren ’60. En wat de Kings of Convenience mooi maakt is de continue verstrengeling van de stemmen van de beide heren. De ene keer neemt Erlend Øye de hoge zangpartijen voor zijn rekening en doet Eirik Glambek Bøe de lagere geluiden, de andere keer is het precies andersom. Nergens wordt het evenwicht verbroken. Daarnaast is er nog de toevoeging van de klagerige, maar prachtige zangstem van de zangeres Feist, die het album laat onderscheiden van het debuut.

Meer schwung dan de voorganger

De plaat begint ongelofelijk sterk met het schitterende Homesick en het krijgt een goed vervolg met het tweede, meer up-tempo-nummer Misread. Daarna wordt het qua euforie ietsje minder, hoewel Cayman Islands, Stay Out of Trouble en Live Long zo op Quiet is the New Loud hadden gekund. Toch heeft de plaat een andere structuur dan zijn voorganger. Het heeft meer schwung, leeft meer en is, bijvoorbeeld bij Love is no Big Truth, zelfs dansbaar. Of dit door de ervaringen van Erlend Øye op het gebied van dance komt, valt te betwijfelen, want het album ademt nog steeds Radio 2 en zit het daarvoor te vast genageld aan het geluid van hun versie van de New Acoustic Movement. Maar wat is dat geluid toch weer enerverend en mooi.

8WEEKLY

Festivaloverzicht augustus

Artikel:

Hoewel de zomer langzaam naar het einde kruipt, komt de zon meer en meer tevoorschijn. En naast het weer is ook het festivalaanbod van deze maand uitstekend: augustus lijkt de ideale festivalmaand te worden. Pak dus je agenda er bij en zoek hieronder de leukste festivals uit.

5 t/m 7 augustus: Haldern Pop in Haldern (D)

~

Sinds 1984 vindt in een Duitse plaatsje, net over de grens bij Nijmegen, Haldern Pop plaats. Over de jaren heen heeft de organisatie vele grote namen naar het festival weten te halen. Zo speelden The Tragically Hip, The Jayhawks, dEUS en Belle & Sebastian er al eens. Het festival is klein opgezet; er is één groot podium en de zogenaamde Talent Truck, waar nieuwe talentvolle bands optreden. Dit jaar komt daar een tentpodium bij. Ook dit jaar heeft men een interessante programmering weten te realiseren: onder andere DAAU, Ghinzu, dEUS, Kings Of Leon, Paul Weller, The Divine Comedy en The Soundtrack Of Our Lives zullen er spelen. Het festival kost via de internetwinkel van het festival slechts €44 voor twee dagen. In het idyllische plaatsje Haldern vindt je een bakkerij met lekkere broodjes, een snackbar en een zwembad. Tevens schijnt er in het aanliggende bos een meertje te zijn alwaar vorig jaar zowel Nina Persson als Henriette Sennenvaldt (resp. The Cardigans en Under Byen) zijn gesignaleerd. Naast het terrein is de festivalcamping, dat normaliter dienst doet als koeienwei. Geadviseerd wordt dan ook een schepje mee brengen ter verplaatsing der vlaaien.

Link: http://www.haldern-pop.de/

6 t/m 15 augustus: Theaterfestival Boulevard in ‘s-Hertogenbosch

~

‘s-Hertogenbosch staat tien dagen in het teken van theater, dans, muziek, film, beeldende kunst en nieuwe media. Er zijn ruim zeventig verschillende producties geprogrammeerd, de organisatie heeft een nieuwe opzet bedacht en het stadsbeeld zal tijdens het festival beheerst worden door tien bouwkranen. Wij zijn nu al nieuwsgierig. Het Productiehuis Brabant speelt nog een keer Pass the Butler, maar presenteert ook het theaterproject Waterlanders; een onvervalst coming-of-age-drama over groeipijnen in een groeistad. Verder voert het Volksoperahuis hun voorstelling Innocensius XL na het succes op Over het IJfestival nog een paar keer op. Ook The Lunatics zijn van de partij met hun locatieproject Moerasdraak. En de muziektheatervoorstelling Heart of Darkness van ’t Barre Land beleeft op Boulevard zijn première. Heb je genoeg van de theater- en muziekstukken dan kan je altijd nog op zoek gaan beeldende kunst projecten van studenten van de Kunstacademie ’s Hertogenbosch die ook her en der exposeren.

Link: www.festivalboulevard.nl

14 augustus: Festival de Beschaving in Utrecht

~

Wat hebben Kopna Kopna , Ronald Giphart, Op Sterk Water, Porno & Pardon, Meindert Talma en Spinvis met elkaar gemeen? Ze staan allemaal op het Festival de Beschaving, waar je elf uur kunt genieten van muziek, theater, cabaret, literatuur, (klein)kunst en meer. Om en op het terrein word je onder meer verrast door straattheater en in zes tenten krijg je de meest uiteenlopende optredens voorgeschoteld. Je kan er proeven van Poetry Slam en theatersport, kijken naar een korte film, luisteren naar een eigenzinnige verhalenverteller of uit je dak gaan op muziek dat varieert van samplepop tot stevige rock en funk. Je vindt er vast wel iets dat je aanspreekt!

Link: www.debeschaving.nl

19 t/m 21 augustus: Pukkelpop in Hasselt-Kiewit (B)

~

Het lijkt wel alsof die Belgen meer grote festivals hebben dan wij hier in Nederland. Dour en Rock Werchter hebben we al gehad en nu is het tijd voor Pukkelpop. Veel grote bands die hetzelfde weekeinde in Biddinghuizen op Lowlands aantreden, staan ook hier: dEUS, Chemical Brothers, Faithless en The White Stripes. Lowlands heeft daarentegen ook literatuur en theater, echt aantrekkelijk is de programmering van Pukkelpop dus niet. En ook voor de prijs hoef je niet naar België af te reizen: Pukkelpop is precies €5,- goedkoper dan de Nederlandse concurrent. Blijft de vraag: waarom wel dan? Eigenlijk is daar maar één goede reden voor: de drank is in Belgische supermarkten veel goedkoper! En daarbij geeft België nog altijd meer het buitenlandgevoel dan de polder.

Link: www.pukkelpop.be

19 t/m 29 augustus: Theater & crossover festival Noorderzon in Groningen

~

Al veertien jaar lang verwordt het Groninger Noorderplantsoen tijdens de laatste weken van augustus tot een gezellige plek waar jong en oud naar bandjes kijkt, biertjes of rosé drinkt en incidenteel een theatervoorstelling bezoekt. Dat laatste komt vooral doordat veel van de muziek gratis is, terwijl voor de voorstellingen een aardige duit moet worden neergeteld. Maar toegegeven: daarvoor krijg je over het algemeen niet de eerste de beste voorstellingen te zien. Want naast het in Groningen altijd veilige Noord Nederlands Toneel en De Noorderlingen is er ook weer dit jaar een keur aan spannende buitenlandse groepen naar het Noorderplantsoen gelokt. Wij verheugen ons vooral op Le vertige du paplillon van het Belgische Feria Musica en de Ierse Mac-Beth van het Pan Pan Theatre. De eerste is de Nederlandse première van een voorstelling waarin dans, circus en muziek en theater aan bod komen, Mac-Beth belooft een bijzondere kruising van opera en toneel te worden.

Link: www.noorderzon.nl

20 t/m 22 augustus: A Campingflight to Lowlands Paradise in Biddinghuizen

~

Eind augustus is het weer tijd voor de drie dagen muziek, film, theater, literatuur, dans en comedy op de drooggelegde klei van Biddinghuizen. Voor de twaalfde keer worden de grootste artiesten van het moment naar de tijdelijke stad gelokt om de naam die Lowlands in de jaren heeft opgebouwd opnieuw waar te kunnen maken. Vorig jaar viel, ondanks de beste programmering in jaren, de kaartverkoop voor het eerst in de geschiedenis van Lowlands tegen, maar nu de president van de Amerikaanse Bank zijn vertrouwen in de economie heeft hervonden, hoeft niets een uitverkocht festival meer in de in de weg staan. Aan de programmering hoeft het in ieder geval niet te liggen. Want toppers als The White Stripes, N*E*R*D en dEUS zullen de liefhebbers sowieso op de been krijgen. Maar naast de grote trekkers zijn het ook dit keer weer de ‘kleine’ namen die zorgen dat de soep zal smaken: Snow Patrol, Mintzkov Luna, the Zutons en the Dillinger Escape Plan zijn de smaakmakers van dit jaar.

De theatertenten zullen dit jaar vollopen voor het Scapino Ballet, Dogtroep en Boom Chicago. Verder heb je de mogelijkheid om Dolf Jansen en Bart Chabot er uit te lullen, kun je Oost-Europees uit je dak gaan bij het Berlijnse Russendisko, valt er te lachen bij Late Night of Comedy en kun je blowen met Simon Vinkenoog. Daarnaast is er altijd de mogelijkheid om de nieuwste en de gemiste films te bekijken in een van de bioscopen van het festival.

Link: www.lowlands.nl

27 t/m 29 augustus: De Uitmarkt in Amsterdam

Het belangrijkste festival van het jaar heeft traditiegetrouw in het laatste weekeinde van augustus plaats. De Uitmarkt is ook dit jaar weer de officiële aftrap van het komende cultuurseizoen. Na dit culturele festijn in de Amsterdamse binnenstad programmeren de poppodia weer normaal en wordt toneel eindelijk weer in de theaters en niet in tenten opgevoerd. Vrijdagavond 27 augustus opent de Uitmarkt met een concert van honderd blazers, onder aanvoering van de jonge componist Merlijn Twaalfhoven. Daarna kan de bezoeker – als het weer meezit althans – zich in Rio wanen: op het Museumplein barst dan een Latin dans- en muziekfeest los. Helaas is de rest van het programma nog niet bekend (17 augustus is de lanceerdatum), maar er zal ongetwijfeld weer veel literairs, muzikaals en theatraals te genieten zijn. En daarna gaan we weer met zijn allen de veilige theaters en podia in.

Link: www.uitmarkt.nl

Boeken / Strip

Rastalent met mooie toekomst

recensie: Toen ik nog Baas van de Wereld was

Sinds jaar en dag was het in Vlaanderen een goede gewoonte onder critici om steen en been te klagen over het gebrek aan publicatiekansen voor jonge stripauteurs. Uitgeverij Oogachtend nam de handschoen op en brengt al geruime tijd mooie debuutboeken op de markt. Toen ik nog Baas van de Wereld was van Conz is hun jongste worp.

Conz (voluit Constantijn Van Cauwenberghe) debuteerde in het eerste nummer van het betreurde tijdschrift Ink. Aanvankelijk lieten zijn verhalen zich opvallen als parodie op het wel en wee bij een stripblad: de grote en kleine kantjes van auteurs en redacteurs werden treffend weergegeven. Conz maakte echter al snel de overgang naar nostalgische jeugdverhalen die door hun hoge herkenbaarheidsfactor snel bij de autobiografische strips werden ingedeeld. Met Toen ik nog Baas van de Wereld was worden deze korte verhalen nu gebundeld. Vier daarvan verschenen zoals gezegd eerder in Ink, terwijl de auteur voor dit boek een vijfde volledig nieuw verhaal tekende.

Trefzeker

Al snel wordt duidelijk dat de verschillende verhalen een mooi geheel vormen. Los van elkaar zijn het sfeervolle beschrijvingen van een onbezorgde kindertijd, samen overstijgen ze het puur anekdotische en wordt duidelijk dat Conz op een trefzekere manier personages en verhaallijnen beheerst. Meer dan Paradijs op Aarde van generatiegenoot Stijn Gisquière valt Conz’ debuut op door een sterke eenheid: spannende verkenningen in grote gebouwen, dromerige veroveringen van landen vol ridders en draken, alles kan in de wereld van de kleine Constantijn.

~

Conz tekent in een sobere maar efficiënte stijl die bij momenten doet denken aan Amerikaanse underground-iconen als Chester Brown en Joe Matt. Anderzijds sluit Conz ook aan bij de traditionele Vlaamse stripverhalen door een hoge mate van leesbaarheid. U leest het goed, ondergetekende is behoorlijk onder de indruk van dit debuutalbum. Door zowel pers als publiek wordt Conz erkend als een rastalent dat een mooie toekomst wacht, te beginnen met een liefdesverhaal van minstens 150 pagina’s.

Het tijdschrift Ink mag dan de boeken sluiten, wanneer uitgeverij Oogachtend verder kan gaan met het uitbrengen van sterke stripverhalen als Paradijs op Aarde (Stijn Gisquière), Steenstof (Gerolf Van de Perre), en nu ook dit debuut van Conz, dan zetten zij hun nobele taak doeltreffend verder : het aanbieden van een podium voor jonge vertellers die voor het vertellen van hun verhalen het stripverhaal als medium hebben gekozen.

Film / Films

Geestverruimende grappen en grollen

recensie: La Beuze

In bijna heel Europa mocht ’t al, maar Nederland liep nu eindelijk weer eens ouderwets achter op de rest. Tot vorige week. En nu zijn de grenzen weer open, en mag de Groene Fee door de controle, net als alle Europese burgers. Nu komt de Groene Fee iets brengen, en daarin verschilt zij wel van de gemiddelde grensbezoeker. Zij verschilt hierin misschien wel heel veel van de bezoekers in de leeftijd van 15 tot en met 25. Die reizigers hebben wel affiniteit met groen, maar niet met absint in het bijzonder.

~

Drugstoerisme, lezer, drugtoerisme, daar heb ik het over. Dat die mensen de grens oversteken, komt doordat wiet in de rest van Europa nog steeds niet gelegaliseerd is. De Fransman rijdt in karavaan naar de Brabantse of Limburgse grenzen om daar zijn zakgeld te verbrassen aan iets dat voor de Hollanders eigenlijk alle rebelse glans verloren heeft.

Grootverbruikers

~

Ook Alphonse Brown en Scotch, de protagonisten in de Franse komedie La Beuze, waren vroeger grootverbruikers van marihuana en hasj. Tegenwoordig blowt Scotch in eenzaamheid, want Alphonse is net uit de gevangenis en wordt in de gaten gehouden door de politie. Daarbij moet Alphonse zuinig zijn op zijn stembanden. Want als buitenechtelijk kind van James Brown wil Alphonse in vaders voetstappen verder, als zanger in een zelfbedacht genre: de Frunkp, een mengeling van funk en rapmuziek.

Hyperwiet

Maar als je het wilt maken moet je naar de grote stad. Daar zitten immers de platenmaatschappijen. Dus rijden de heren naar Parijs. En hard ook, want ze worden achterna gezeten door Shaft, een onsympathieke onderwereldfiguur wiens vriendinnetje Alphonse op klungelachtige wijze trachtte te versieren. Onderweg vinden Brown en Scotch een slordige honderd kilo hyperwiet uit de Tweede Wereldoorlog en krijgen bezoek van een Argentijnse Duitser met sadistische trekjes.

Blaxploitation

Het verhaal, in grote lijnen uiteengezet, doet wellicht wat puberaal aan, en je moet van goeden huize komen wil je daar dan iets van maken. Maar voor de schrijvers was het blijkbaar voldoende materiaal om van La Beuze een grappige, spannende en vooral energieke film te maken. La Beuze is wonderwel geslaagd: de personages zijn innemend en trekken koppen waar Jim Carrey een puntje aan kan zuigen, en de cinematografie en het lichtgebruik zijn fris en geïnspireerd. La Beuze memoreert aan Wayne’s World, Scarface en Pulp Fiction, drijft in een blaxploitation-sausje en heeft een stampende, enthousiasmerende soundtrack. Erevermelding moet er dan nog zijn voor de geniale wijze waarop de makers het effect van de magnifieke teeltmarihuana op de personages hebben uitgebeeld. Uw recensent wil niet alles verklappen, maar die verwijfde Groene Fee kan wel inpakken.

Tour de France

Net als 18 ans après en RRRrrrr!!! (die nogal deprimerende kritieken kregen) is La Beuze een film uit de Tour de France van distributeur A-Film. Maar er zijn ook verschillen: La Beuze en RRRrrrr!!! zijn daadwerkelijk grappig (al is La Beuze grappiger, of eigenlijk toegankelijker dan RRRrrrr!!!), en origineel in opzet. Aantrekkelijke mensen, extatische hilariteit en goede muziek: wat wil een bioscoopbezoeker nog meer? Denk goed na of die kaskraker waar u naartoe wilt volgende week niet ook nog te zien is, want La Beuze draait niet zo lang. U bent gewaarschuwd.

Muziek / Album

Wijven schrijven!

recensie: Amy Beach, Clara Schumann, Fanny Mendelssohn en Lili Boulanger

Toen Gustav Mahler rond 1900 trouwde met zijn geliefde Alma, zo wil het verhaal, verbood hij haar nog langer te componeren uit angst dat hij de concurrentie niet aankon. Hoewel dat laatste de vraag is (te oordelen naar wat er van haar is nagelaten zat Alma niet bij benadering in dezelfde league als Gustav) is het typerend voor die tijd dat Alma, toch allesbehalve een gedweëe huissloof, zich dat liet aanleunen. Op die manier zijn toch heel wat carrières gestrand of nooit begonnen.

Amy Beach: Pianoconcert & ‘Gaelic’ Symphony. Alan Feinberg, piano; Nashville Symphony Orchestra o.l.v. Kenneth Schermerhorn. Naxos 8.559139. Ong. € 7,-

Clara Schumann & Fanny Mendelssohn: Pianotrio’s. The Darlington Piano Trio. Helios CDH55078. Ong. €12,-

Lili Boulanger: Clairières dans le ciel, etc. Martyn Hill, Andrew Ball, New London Chamber Choir o.l.v. James Wood. Ong. € 12,-

Elke keer dat iemand zich verbaast over het geringe aandeel van vrouwen bij het componeren van klassieke muziek wordt er gewezen op een paar uitzonderingen die de regel zouden ontkrachten. Maar ook die kunnen nauwelijks verhullen dat er echt heel weinig vrouwen zijn die zich ooit met compositie hebben beziggehouden en die ook nog steeds worden gespeeld. En ondanks de vooral in de negentiende eeuw ondergeschoven rol van vrouwen is dat vreemd: in literatuur, beeldende kunst en het theater niet bij benadering zo ondervertegenwoordigd als in de muziek.

~

Brave meid

Die uitzonderingen zijn overigens meestal Clara Schumann (mevrouw Schumann) en Fanny Mendelssohn (zusje Mendelssohn). Slechte voorbeelden, als je het mij vraagt. Om twee redenen: ten eerste schreven ze tenenkrommend brave muziek – Fanny Mendelssohn slaagde erin nog minder aanstootgevend te zijn dan haar broer Felix, en dat was geen geringe prestatie. Het tweede is dat Clara en Fanny ook vooral in ‘kleine’ vormen schreven: kamermuziek, liederen en solostukken. Nergens is een sappige symfonie of een leuk concert te ontwaren.

Doven

Deze trio’s zijn ook niet slecht – ze zijn eerder tamelijk middelmatig en dat is misschien nog wel erger. Want als dit de toorts van de vrouwelijke compositiekunst moet dragen dan is die tot uitdoven gedoemd, vrees ik. Het kabbelt allemaal vrolijk en onschuldig verder; hoewel de mensen van het Darlinton Trio hun best doen kunnen ze het toch niet veel spannender maken.

Het Grote Werk

En dat terwijl er toch best waren die het grote werk wèl aandurfden. Al rond 1830 gooide Louise Farrenc de ene na de andere symfonie eruit. Of Amy Beach. Deze CD met twee werken van Beach laat horen dat ze zeker geen modderfiguur sloeg als componist. Het pianoconcert, geschreven in de tijd dat ook mensen als Scharwenka en Paderewski hun concerten afleverden, is bepaald niet bescheiden in zijn proporties of zijn gebruik van het Grote Gebaar. Luister bijvoorbeeld eens naar de dramatische introductie van de pianist in het eerste deel.

Ierse melodieën

~

Maar temidden van alle kracht zijn er ook prachtige lyrische momenten, vooral in de op Ierse volksmelodieën gebaseerde symfonie (vandaar Gaelic). Avontuurlijk is het bij tijden ook: ik heb althans nog nooit eerder een pianoconcert gehoord met een wals erin (hier zijn er zelfs twee). Vooral pianist Alan Feinberg en dirigent Schermerhorn verdienen een compliment voor de manier waarop ze deze stukken aanvallen – maar dat gaat helaas niet helemaal op voor de Naxos-technici. De opname klinkt af en toe erg onevenwichtig; waarbij vooral in het pianoconcert het solo-instument wel heel ver ‘naar voren’ staat.

Voorhoede

Maar als avontuurlijkheid je ding is kun je misschien nog beter terecht bij Lili Boulanger. Boulanger, kennis en tijdgenote van mensen als Ravel, Debussy, Satie en natuurlijk zus Nadia, was bepaald niet wars van experimenteerdrift – anders dan Beach bevond ze zich echt in de artistieke voorhoede van de muziek. Ze won als eerste vrouw de prestigieuze Prix de Rome en ze deed dat met het soort werk dat we ook op deze CD terugvinden: stukken met de menselijke stem als uitgangspunt.

Krijsend

~

Boulangers werk heeft wel iets weg van dat van tijd- en landgenoot Francis Poulenc, maar waar Poulencs somberheid nog wel eens ontmoedigend wil zijn, bewaart Boulanger een joie de vivre die je niet vaak tegenkomt, ondanks de zwaarmoedige stof van haar stukken. Want geloof me, Clairières dans le ciel is van oorsprong geen licht stuk. Het is geen geringe prestatie van zowel Boulanger als de uitvoerders op deze CD dat het toch sprankelend blijft klinken, zonder ooit geforceerd aan te doen. Boulangers muziek is afwisselend, ijl, krijsend, robuust en teer – maar ze is altijd verrassend. De muzikale taal zal niet iedereen gegeven zijn, maar mij krijgt ze zonder problemen over de streep.

Nu weet ik nog steeds niet waarom componerende vrouwen zo zeldzaam zijn, maar ik hoop, in ernst, dat de dames Mendelssohn en Schumann als rolmodel terzijde zullen worden geschoven voor Boulanger, Beach en bijvoorbeeld Louise Farrenc.