Tag Archief van: Theater

HET JAAR VAN DE KREEFT_©_Sanne Peper_01
Theater / Voorstelling

Sterk en ontroerend

recensie: Het Jaar van de Kreeft - ITA
HET JAAR VAN DE KREEFT_©_Sanne Peper_01

Langzaam trekt ze hem mee in haar kreeftengang. Achterwaarts. Hij is op zijn hoede: ‘Het is een koude oorlog. Ik heb niets met haar te maken’, houdt hij zich voor. Maar hij is aan haar verslaafd. Zij zijn elkaars grote liefde. Maar hun contact is grillig en kent korte heftige momenten. Toch blijft hij proberen tot het doek valt en hij voorgoed de benen neemt.

Het jaar van de Kreeft bij het Internationaal Theater is terug van weggeweest. En terecht, want met deze twee topacteurs, Maria Kraakman als Toni en Gijs Scholten van Aschat als Pierre krijg je toptoneel. Reken daarbij op een indrukwekkende choreografie (Ted Stoffer) en scenografie (Katrin Brack) onder leiding van regisseur Luk Perceval. Gegarandeerd zit jouw publiek 110 minuten ademloos te kijken. Van 4 tot en met 14 januari te zien in het ITA.

Plot

Toni, een 32-jarige revuekapster, werkt voor Daan, een revueartiest. Toni heeft een relatie met de oudere Karel. Ze hebben een kind, Muisje. Ondanks het feit dat Karel vreemdgaat, houdt ze van hem en wil ze niet bij hem weg. Hij heeft haar op seksueel vlak veel voldoening gegeven, bovendien is hij de vader van Muisje. Maar dan ontmoet ze Pierre… Pierre is van middelbare leeftijd en is de financieel adviseur van Daan. Ook al ziet hij fysieke minpunten, hij voelt zich aangetrokken tot Toni. Het zijn de verschillen in karakter alsook haar ‘fysieke tekortkomingen’ die hem boeien. Ze hebben een knipperlichtrelatie met diepe dalen en matige hoogtes. Ze kunnen niet met elkaar en ze kunnen niet zónder elkaar. Soms financieert hij haar en bemoeit zich met haar huisvesting. Hun relatie duurt een jaar, tot 14 januari. Twee jaar nadat ze de relatie hebben beëindigd, krijgt Pierre bezoek van Karel: Toni blijkt ernstig ziek en heeft niet meer lang te leven. Ze sterft. Tijdens de crematie treft Pierre Muisje. Hij trekt haar naar zich toe, kijkt haar diep in de ogen en vlucht.

Boek

Het jaar van de Kreeft is een roman van Hugo Claus uit 1972. Het boek is deels gebaseerd op de verhouding tussen de schrijver en de actrice Kitty Courbois. In 1975 werd het boek verfilmd. In 2016 werd het tot een theaterstuk bewerkt door Peter Van Kraaij voor Toneelgroep Amsterdam.

Luk Perceval bewerkte voor ITA Het jaar van de Kreeft als een van zijn lievelingsromans. Voor Perceval een meedogenloos boek omdat het de liefde toont in haar vergankelijkheid. Herkenbaarheid in zijn toneelstukken is voor Perceval van groot belang. ‘In het beste geval ontstaat er bij het publiek een identificatie met wat er op het podium gebeurt.’ Dit alles komt volmaakt tot zijn recht van de eerste tot de laatste minuut. En met het intense pianospel van componist en pianist Jeroen van Veen wordt alles nog eens aangedikt, het is harmonieus en soms wrang in hele en gebroken akkoorden. Het resultaat is een sterk toneelstuk dat ontroert.

HET JAAR VAN DE KREEFT_©_Sanne Peper_01
Theater / Voorstelling

Sterk en ontroerend

recensie: Het Jaar van de Kreeft - ITA
HET JAAR VAN DE KREEFT_©_Sanne Peper_01

Langzaam trekt ze hem mee in haar kreeftengang. Achterwaarts. Hij is op zijn hoede: ‘Het is een koude oorlog. Ik heb niets met haar te maken’, houdt hij zich voor. Maar hij is aan haar verslaafd. Zij zijn elkaars grote liefde. Maar hun contact is grillig en kent korte heftige momenten. Toch blijft hij proberen tot het doek valt en hij voorgoed de benen neemt.

Het jaar van de Kreeft bij het Internationaal Theater is terug van weggeweest. En terecht, want met deze twee topacteurs, Maria Kraakman als Toni en Gijs Scholten van Aschat als Pierre krijg je toptoneel. Reken daarbij op een indrukwekkende choreografie (Ted Stoffer) en scenografie (Katrin Brack) onder leiding van regisseur Luk Perceval. Gegarandeerd zit jouw publiek 110 minuten ademloos te kijken. Van 4 tot en met 14 januari te zien in het ITA.

Plot

Toni, een 32-jarige revuekapster, werkt voor Daan, een revueartiest. Toni heeft een relatie met de oudere Karel. Ze hebben een kind, Muisje. Ondanks het feit dat Karel vreemdgaat, houdt ze van hem en wil ze niet bij hem weg. Hij heeft haar op seksueel vlak veel voldoening gegeven, bovendien is hij de vader van Muisje. Maar dan ontmoet ze Pierre… Pierre is van middelbare leeftijd en is de financieel adviseur van Daan. Ook al ziet hij fysieke minpunten, hij voelt zich aangetrokken tot Toni. Het zijn de verschillen in karakter alsook haar ‘fysieke tekortkomingen’ die hem boeien. Ze hebben een knipperlichtrelatie met diepe dalen en matige hoogtes. Ze kunnen niet met elkaar en ze kunnen niet zónder elkaar. Soms financieert hij haar en bemoeit zich met haar huisvesting. Hun relatie duurt een jaar, tot 14 januari. Twee jaar nadat ze de relatie hebben beëindigd, krijgt Pierre bezoek van Karel: Toni blijkt ernstig ziek en heeft niet meer lang te leven. Ze sterft. Tijdens de crematie treft Pierre Muisje. Hij trekt haar naar zich toe, kijkt haar diep in de ogen en vlucht.

Boek

Het jaar van de Kreeft is een roman van Hugo Claus uit 1972. Het boek is deels gebaseerd op de verhouding tussen de schrijver en de actrice Kitty Courbois. In 1975 werd het boek verfilmd. In 2016 werd het tot een theaterstuk bewerkt door Peter Van Kraaij voor Toneelgroep Amsterdam.

Luk Perceval bewerkte voor ITA Het jaar van de Kreeft als een van zijn lievelingsromans. Voor Perceval een meedogenloos boek omdat het de liefde toont in haar vergankelijkheid. Herkenbaarheid in zijn toneelstukken is voor Perceval van groot belang. ‘In het beste geval ontstaat er bij het publiek een identificatie met wat er op het podium gebeurt.’ Dit alles komt volmaakt tot zijn recht van de eerste tot de laatste minuut. En met het intense pianospel van componist en pianist Jeroen van Veen wordt alles nog eens aangedikt, het is harmonieus en soms wrang in hele en gebroken akkoorden. Het resultaat is een sterk toneelstuk dat ontroert.

Theater / Voorstelling

Absurd sketchcabaret op hoog niveau

recensie: Todesangstschrei - Rundfunk

Na meerdere malen uitstel om bekende redenen, is het eindelijk zo ver: Rundfunk vervolgt hun tour van de voorstelling Todesangstschrei. Het sinistere thema ‘de dood’ speelt de hoofdrol in dit sketchcabaret, maar toch valt er meer dan genoeg te lachen om de absurde karakters en situaties.

Het duo Rundfunk, bestaande uit Yannick van de Velde en Tom van Kalmthout, verwierf in 2015 in razendsnel tempo grote bekendheid door hun gelijknamige komedieserie. De woorden “Jullie hebben allemaal een onvoldoende!… Behalve jij!” die Pierre Bokma als de illustere leraar Duits uitsprak, hebben onder twintigers een cultstatus verworven. Yannick en Tom hebben sindsdien niet stilgezeten. In 2017 trokken zij de theaters in met hun debuutprogramma Wachstumsschmerzen (groeipijn) bekroond met de cabaretprijs Neerlands Hoop in 2018. Todesangstschrei (doodsangstkreet) is volgens de heren van Rundfunk de logische opvolger op hun eerste voorstelling. Nadat je groeipijnen zijn overwonnen en je eindelijk op eigen benen staat, kijkt immers je leven lang de onvermijdbare dood over je schouder mee. Is Todesangstschrei net zo goed als hun debuut?

Sketchcabaret in hoog tempo

Kalmthout en van de Velde beheersen hun kenmerkende stijl, het absurdistische sketchcabaret waar ze in Wachstumsschmerzen mee debuteerden, tot in de puntjes. Gekleed in matching truien en strakke maillots nemen de twee mannen een scala van verschillende personages aan. Het decor is sober, passend bij het donkere thema. Een zwart paneel met alleen een grijze deur zorgt ervoor dat alle aandacht uitgaat naar het duo.

De sketches volgen elkaar in krankzinnig hoog tempo op, van elkaar gescheiden door flikkerende lichten en bombastische operamuziek. Het kan niet anders dan dat het publiek, voornamelijk Millennials en Gen-Z’ers, zich na afloop uitgeput heeft afgevraagd waar het zojuist naar heeft gekeken. De scènes verschillen sterk van elkaar, maar zijn enigszins verbonden door hun gemeenschappelijke thema ‘de dood’. Hierdoor voelt de voorstelling toch als één geheel.

Vieze grappen op niveau

De humor van Rundfunk is gevat, soms flauw, en draait vaak om seks en geweld. Dit alles wordt kundig gemixt met een vleugje maatschappijkritiek. Een voorbeeld hiervan is het terugkerende personage van een vader die na de dood van zijn vrouw zijn puberdochter probeert op te voeden. Tijdens haar eerste menstruatie projecteert hij direct het ‘ongestelde vrouwen zijn boos en onredelijk’-cliché op haar en praat haar, wanneer hij haar betrapt op masturberen, op bizarre wijze een soort elektracomplex aan.

De mannen shockeren het publiek graag van tijd tot tijd, zoals de dans- en circusact in het midden van de voorstelling bewijst. De scène van twee pedofielen die op hun afspraakje wachten in een donker steegje en om de tijd te doden wat keuvelen over het weer, zorgt voor een gevoel van zowel hilariteit als ongemak.

Toch missen sommige sketches de x-factor. Het enige muzikale intermezzo, een rap waarin de karakters reageren op de haat van anderen, mist een goede clou. Vooral als deze rap wordt vergeleken met de briljante gangsterrap van de zevenjarige Rens uit Wachstumsschmerzen. Een ander voorbeeld van een minder geslaagde sketch is de sitcomscène, waarin de lachband stopt met meewerken. Het stuk is origineel wat betreft idee, maar duurt net wat te lang.

Verbazing voor jong en oud

Rundfunk staat garant voor topentertainment, mits de bezoeker harde en soms vulgaire grappen kan waarderen en het moordende tempo kan bijhouden. De korte sketches zijn uitermate geschikt voor het socialmediatijdperk en wellicht daarom zo populair bij de jongere generatie. Toch is Rundfunk ook echt een aanrader voor de wat oudere cabaretliefhebber, vooral voor degenen die het absurdisme, van bijvoorbeeld Jiskefet kunnen waarderen.

Todesangstschrei is een waardige opvolger van Wachstumsschermzen: dezelfde formule, hetzelfde tempo, maar een ander thema. De mannen zorgen voor verwardheid, verbazing en hilariteit bij het publiek door hun voorstelling met een hoge grapdichtheid en absurdisme. Zelfs na afloop van het slotapplaus blijft die verbazing voortduren. Kleine tip: trek oude kleren aan als je op de voorste rij zit!

Theater / Voorstelling

Interactief dilemma met grote consequenties

recensie: Schuld of Onschuld: De Strafmoord

Een lastig dilemma met grote consequenties: moet meneer De Ruiter de gevangenis in voor de moord op Siegert van der Zijl? In het online theaterstuk Schuld of Onschuld: De Strafmoord moet het publiek onderzoek doen en deze vraag beantwoorden.

Een ijzersterk motief

Deze rechtszaak draait om de schuldvraag rondom de moord op Siegert van der Zijl (Waldemar Torenstra). Zijn levenloze lichaam werd aangetroffen in zijn Amsterdamse bovenwoning. Het grote aantal klappen dat Van der Zijl heeft opgevangen met zijn hoofd is hem fataal geworden. Hoofdverdachte Wim de Ruiter, gespeeld door Mark Rietman, heeft een ijzersterk motief: zijn dochter lijkt slachtoffer te zijn in een zedenzaak waar Van der Zijl bij betrokken is. Hij is hiervoor echter vrijgesproken.

Voor de detectiveliefhebbers en true crime lovers

Voor wie graag tv-programma’s als Baantjer en Wie Is De Mol? kijkt of het spel Cluedo speelt, is dit online theaterspel een ideaal tijdverdrijf om de koude wintertijd door te komen. Deelnemers krijgen toegang tot een speciale website, waar van 27 t/m 31 december elke dag meerdere video’s en dossierstukken worden geüpload. De bevlogen betogen van het OM en de advocaat van de beklaagde, maar ook getuigenverklaringen en opnames van gesprekken met 112 moeten kritisch bekeken worden. Op basis hiervan moet het publiek namelijk de volgende vraag beantwoorden: is meneer De Ruiter schuldig of onschuldig? Na het vonnis komt op 2 januari de laatste video online, waar te zien is wat er écht met het slachtoffer is gebeurd. Zo ontdek je als publieksjury of je zojuist een onschuldige de gevangenis in hebt gestuurd of misschien wel de moordenaar te pakken hebt.

Later aansluiten in het spel is gelukkig geen probleem, de video’s zullen t/m 31 januari 2023 online blijven staan. Het enige element dat wegvalt na 2 januari is je mogelijkheid om mee te stemmen op het eindvonnis.

Een grote verzameling BN’ers

Eerdere edities van Schuld of Onschuld, zoals De Kerstmoord en De Droommoord, leken hun sterrencast mede te danken te hebben aan de lockdowns. Door corona waren een groot aantal topacteurs beschikbaar. Voor deze nieuwste editie wisten Stichting TOF en Korthals Stuurman Theaterproducties echter ook een flinke sterrencast te strikken. Zo vertolken Isa Hoes en Roos van Erkel op overtuigende wijze de lastige rollen van echtgenote en dochter van de beklaagde en zien we Jeroen Spitzenberger stralen als de excentrieke buurman. De herkenbaarheid van de deelnemende acteurs is groot en dat verhoogt het speelplezier.

Voor herhaling vatbaar

Louise Korthals en Jan Kooijman nemen voor de vierde keer de rollen van de zakelijke officier van justitie Vera de Rie en charismatische advocaat Jelle Groot Kamerlink voor hun rekening. Tussen de twee is een ware strijd gaande, die door de eerdere edities alleen maar aangewakkerd is. Ze willen allebei graag hun gelijk krijgen en de publieksjury voor zich winnen. Geen van beide acteurs weet van tevoren hoe de vork écht in de steel steekt, de ontknoping op 2 januari zal voor de twee acteurs net zo spannend zijn als voor de deelnemers.

Hierdoor is het goed te begrijpen dat Korthals in een interview aangeeft dat ze zelf graag meeleest op het forum. Deelnemers kunnen namelijk theorieën met elkaar delen en maken goed gebruik van deze mogelijkheid. Wie zich een weg weet te banen door de wirwar aan berichten van anderen, komt tot nieuwe ideeën en inzichten. Details die jou eerder niet opvielen, kunnen door een ander ineens erg belangrijk lijken. Waarom begint buurman Abe Jongeneel (Jeroen Spitzenberger) tijdens zijn getuigenverklaring ineens over het nummer ‘Take Five’ en (waarom) is dit relevant? Daarnaast is er een knipperend fietslichtje wat veroorzaakt zou worden door een kapotte batterij, maar zou het lichtje in kwestie dan niet uit zijn?

De actieve schrijvers op het forum bewijzen telkens weer dat er altijd fanatieke speurders bezig zijn met deze moordzaak en jij niet alleen bent. Dit nieuwe interactieve moordmysterie, Schuld of Onschuld: De Strafmoord bewijst dat dit concept ook zonder lockdown de moeite waard is.

 

Meedoen? Tickets zijn verkrijgbaar via: https://www.schuldofonschuld.nl/

Film / Kunst / Muziek / Theater / Film / Kunst / Muziek
special:

8WEEKLY podcast – Seizoen 2 aflevering 1

De gevarieerde redactie van online cultuurmagazine 8WEEKLY.nl bespreekt het recente cultuurnieuws, nieuwe releases, evenementen en festivals. Wij bespreken scherpe culturele stellingen en geven cultuurtips over boeken, films, muziek, podiumkunsten, beeldende kunst en meer!

De 8weekly podcast is terug met een nieuw! Seizoen 2, veel van hetzelfde maar in een nieuw jasje. Jorien, Vick en Sanne nemen het laatste nieuws op gebied van cultuur met je door. Voor dit nieuwe seizoen doen zij dat ook aan de hand van een aantal nieuwe rubriekjes. Zo vindt er een heuse battle plaats tijdens de ‘One Minute of Fame’, vertelt Vick zijn ‘Rant’ haarfijn wat hij van soepgooiende klimaatactivisten vindt. De ‘Spotlight’ staat dit keer op de Top2000. Bespreekt Jorien de ‘Remake’ The Prom en vindt Sanne dat de film Amsterdam een ‘Opsteker’ verdient.

Wat vind jij, de luisteraar van onze podcast? Heb je tips? Laat het ons weten via de 8WEEKLY socials –> Instagram, Twitter en Facebook.

Luister nu hier naar de podcast!

Theater / Voorstelling

Het schip van de macht koerst af op de kademuur

recensie: Momentum

Disbalans. Langzaam stort de wereld van de minister-president in. Hij haalt uit naar partijleden en journalisten, zijn populariteit daalt. Iedereen wendt zich van hem af; zelfs zijn vrouw is hem beu. Onevenwichtig is Momentum van Korthals Stuurman überhaupt nogal, ondanks het feit dat er een paar uitstekende acteurs aan het werk zijn.

Minister-president Miro Hoffman is al vijf jaar de hoogste baas in het land. Maar hij zit er doorheen, eigenlijk kan hij het niet meer opbrengen te strijden voor de idealen die hem in het zadel hielpen. Hij strompelt van incident naar incident, en de vraag is of hij er niet beter aan zou doen gewoon af te treden. Zijn bevlogen en ambitieuze vrouw Ebba en zijn adviseur Dieter moeten alle zeilen bijzetten om hem heelhuids naar de volgende verkiezingen te loodsen.

Een presidentieel koningsdrama

De veelgeprezen toneelauteur Lot Vekemans (haar Gif gooide hoge ogen) schreef met Momentum in feite een koningsdrama. Met een vertwijfelde minister-president, type Macbeth, die ondanks tegenslagen de macht niet uit handen wil geven. En met een ‘first lady’ Ebba, een Lady Macbeth die door ruiten gaat om haar man op zijn troon te houden. Zoals in Macbeth, zo hebben ook in Momentum de hoofdpersonen hun eigen ontembare demonen die rondspoken.

De verwijzing naar Mark Rutte is overduidelijk, ook al heeft die geen echtgenote. De macht van de minister-president is tanende, zelfs al klampt hij zich daar nog zo aan vast, onder het mom het nog niet ‘klaar’ zijn met alles wat nog zou moeten gebeuren. Verder komt John F. Kennedy langs, met al zijn ziektes en kwalen. En wie hen erin wil herkennen, ziet ook Bill en Hillary Clinton in dit koningskoppel.

Deze verwijzingen komen tot de toeschouwer die in staat is door de oogharen te kijken; want de teksten van Vekemans zijn vaak wel erg abstract, of zelfs vergezocht-filosofisch. En de regie van Maaike van Langen biedt de acteurs weinig houvast. Van Langen kiest voor veel heen en weer lopen en veelal voor lange lijnen, waardoor acteurs tijdens dialogen vaak vele meters uit elkaar staan. Communicatie wordt daardoor lastig. Dat is natuurlijk precies de boodschap, maar het beeld wordt keer op keer herhaald en verliest daardoor aan kracht.

Onevenwichtig decor als hindernisbaan

Het decor (ontwerp: Ascon de Nijs) zit ook in de weg. Elf verticale stalen zuilen, plus een aantal dwarsbomen met ballen eraan vormen een spel van evenwicht en onevenwichtigheid. Ze kunnen bewegen en worden door het imaginaire kind van de first lady uit balans gebracht. De spelers moeten er omheen manoeuvreren, of ze kunnen elkaar gewoon niet goed zien. Terwijl Van Langen haar spelers naturel laat acteren, is alles van tekst tot decor abstract.

Hoofdrollen stelen de show

De moeite waard is Momentum vooral vanwege de drie belangrijkste acteurs. Waldemar Torenstra pingpongt moeiteloos met de rol van minister-president Miro. Hij zit ondanks de vaak ongemakkelijke tekst goed in zijn vel, timet goed en is geloofwaardig als de gelikte leider. Door zich simpelweg na elke inzinking opnieuw fysiek op te richten, stáát de premier er telkens weer. Astrid van Eck als Ebba mag heen en weer bewegen van innemend naar cynisch naar hysterisch. Vincent Croiset is spindoctor Dieter die het schip van de macht op volle kracht op de kademuur af ziet koersen. Handenwringend, met opgetrokken schouders en ingehouden adem zet Croiset de onmacht neer van de politiek adviseur die alles doorziet, maar feitelijk niet kan ingrijpen.

Ingewikkeld is het idee Ebba te laten stalken door een imaginair kind (Maas Muhren). En dan is er nog een dichter die geen woord op papier krijgt (Marijn Claes) die mogelijk het erbij bungelende, ondergeschoven kind ‘cultuur’ in de politiek vertegenwoordigt, maar dat personage komt niet uit de verf.

Auteur Lot Vekemans levert met Momentum een tekst af waarin ze (te) veel wil zeggen, maar die lang niet zo helder, scherp of empathisch is al haar hartverscheurende Gif. Dat de acteurs daarbinnen overeind blijven, is louter hun verdienste.

 

Theater / Voorstelling

Feest om jezelf te zijn

recensie: Queer Planet - HNTjong

Op Queer Planet is queer-zijn de norm. De voorstelling zit vol sketches, nummers en scènes die veel herkenbare momenten en worstelingen van lbhti+-ers weergeven. Grappig, maar ook indringend, leerzaam en zeker feestelijk.

Rick Paul van Munnigen en de andere castleden van HNTjong, ‘een all queer cast’, heten het publiek welkom bij en op Queer Planet. Een show bestaande uit verschillende herkenbare en minder herkenbare scenes over queer-zijn, zoals coming out-verhalen, eerste dates en meer spannende avonturen.

Herkenbaar, vol ironie en kritiek

Met humor als wapen gaat de voorstelling de strijd aan tegen heteronormativiteit. Denk bijvoorbeeld aan de vergadering van The Gay Agenda, een genootschap dat iedereen queer wil maken. Door het zo letterlijk neer te zetten, wordt de angst van homofobe personen voor ‘the gay agenda’ ineens heel absurdistisch. Of denk aan de scene waarin een non-binair persoon naar de wc wil, maar door de bureaucratie wordt tegengehouden.

Queer Planet snijdt grote actuele queer thema’s aan, waardoor het herkenbaar zal zijn voor veel mensen uit de queer community en heel leerzaam voor de gemiddelde cis hetero. Zo zijn er verschillende coming out-scenes, variërend van verdrietig tot weinig spectaculair tot die van een niet zo excentrieke homo die zich niet thuis voelt in de flamboyante lbhti+-gemeenschap.

De acteurs laten heel mooi de genderfluïditeit zien. Met wat kleine veranderingen in bewegen is iemand zo wat mannelijker of vrouwelijker en dat staat nog weer los van kostuums en personages. Het laat de vrijheid van de voorstelling zien, er zijn geen grenzen. Toch zit ook in deze voorstelling soms het aloude lachen om mannen in vrouwenkostuums: een paar keer op momenten als Rick Paul een vrouw speelt. Zonde, want de voorstelling ging nou juist tegen alle hokjes en normen in.

Mooie planeet

De planeet bestaat uit de jurk van één van de personages. De stof is gedrapeerd over het podium en bevat hier en daar beeldschermen waar gedurende de voorstelling van alles op te zien is. Ook de verschillende kostuums van de personages zijn zeer feestelijk. Hoe uitbundig de Queer Planet ook is, er is ook ruimte voor de niet zo extraverte queerpersoon, al staan vooral de verhalen van de extraverte diva’s centraal.

De voorstelling is gemaakt door een ‘all queer cast’, maar wat dit precies inhoudt, wordt niet duidelijk. De verhalen die verteld worden lijken redelijk universeel voor verschillende mensen uit de lhbti+-gemeenschap, nergens lijken ze écht persoonlijk te worden. Alleen Rick Paul van Mulligen heeft een korte monoloog waarin hij enigszins persoonlijk wordt en dat raakt dan ook meteen.

Queer Planet is een voorstelling van HNTjong en is vanaf 15 jaar, voor jongeren is het zeker een aanrader, maar ook voor volwassenen. Je hoeft echt niet queer te zijn om de voorstelling te begrijpen, want deze is juist heel leerzaam. Vrijwel alle letters van lhbti+ komen voorbij en dat is ook een feestje in inclusiviteit.

 

Theater / Voorstelling

Hebzucht maakt alles stuk

recensie: Lehman Trilogy - ITA-Ensemble

Eens in de zoveel jaar staat bij de firma Lehman de pot met gele verf weer op de stoep: dan moet de naam worden veranderd omdat er een broer bij komt in de zaak, of omdat hun handel verandert. Anderhalve eeuw lang stond de naam ‘Lehman’ in de Verenigde Staten voor succesvol ondernemen. Regisseur Guy Cassiers maakte van dat familie-epos met het ITA-Ensemble de wervelende, fascinerende Lehman Trilogy.

Telkens als een van de Lehmans ‘een licht briesje langs het oor’ voelt, valt hem iets in, heeft hij een creatief inzicht. Zonder die invallen geen Lehman Brothers: elk nieuw inzicht betekent een lucratieve koerswijziging in het familiebedrijf. En nieuw product, een andere aanpak. Geen wonder dat de Lehmans zo langdurig de dienst uitmaakten, zo puissant rijk werden.

Hier te landen kennen we de naam ‘Lehman Brothers’ vooral van het begin van de jongste economische crisis. Die begon in september 2008. Toen ging de New Yorkse zakenbank van die naam failliet, al overleed de laatste echte Lehman al in 1969.

Hayum Lehmann

Een boeiend gegeven om in te duiken: wie zijn die Lehmans eigenlijk, welk verhaal zit er achter, en wat gaat er mis?
De Lehmans zijn van oorsprong Duitse Joden, afkomstig uit Beieren. De oudste, Hayum Lehmann, veramerikaanst tot ‘Henry Lehman’, zet in 1844 voet aan wal in Amerika. Later gevolgd door zijn broers Emanuel en Mayer. Ze bekwamen zich in Alabama in de katoenhandel, die drijft op arbeid door tot slaaf gemaakten. Wanneer de handel in Alabama vanwege de Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1865) teloor gaat, verkast de familie naar New York. Daar gaan ze aanvankelijk op de beurs handelen, om vervolgens bankiers te worden die tot diep in de twintigste eeuw succesvol zijn.

De Italiaanse schrijver Stefano Massini bewerkte het familieverhaal tot gehistoriseerde fictie, waarin hij alle betrokkenen een stem geeft, woorden in de mond legt. Regisseur Cassiers gebruikt dat boek als basis voor een voorstelling die uiteenvalt in drie delen die elk een uur duren: Lehman Trilogy.

Trefzeker

Zes acteurs, drie mannen en drie vrouwen, spelen alle rollen, alles bij elkaar zo’n twee dozijn. Allen spelen zowel mannen- als vrouwenrollen. Chris Nietvelt bijt het spits af als Henry Lehman die verwachtingsvol maar op van de zenuwen in Amerika landt: ‘stijf als een lantaarnpaal’.

Cassiers laat zijn acteurs heen en weer springen van de ‘ik’-vorm tijdens monologen en dialogen, naar de ‘hij/zij’-vorm, waarin de acteurs vertellen wat het personage dat ze spelen denkt, doet en overkomt. Cassiers grijpt zijn publiek vanaf die eerste opkomst van Nietvelt bij de strot en laat het drie delen lang niet meer los in een voorstelling die voortdendert, spannend is, geestig, cynisch – en van tijd tot tijd meelijwekkend.

Hij houdt zijn acteurs strak aan de teugels: trefzeker en doelbewust. Wanneer een acteur een volgend personage moet neerzetten, veranderen er kleine dingen aan kleding, aan stemgebruik, aan lichaamstaal. Hij laat de acteurs zich bedienen van een mengelmoes van acteerstijlen, van volkomen naturel tot slapstick tot dansend spelen. Grote gebaren mijdt hij, de acteurs bedienen zich veelal van een soort betekenisdragende bewegingen, zonder dat het nadrukkelijk wordt.

Geloofwaardig

Op een of twee (te) snelle wisselingen na, is altijd duidelijk welk personage Cassiers nu weer naar voren schuift en met welke intentie. Acteurs dragen verknipte overjassen waarmee ze steile mannen verbeelden, bloesjes met pofmouwen waarmee ze schattige meisjes tot uitdrukking brengen. In de loop van de voorstelling veranderen de kleren van negentiende-eeuws zwart naar steeds uitbundiger, kleurrijk 21e-eeuws (kostuums: Devastator).

Chris Nietvelt is zes personages lang helder, snel, grappig, geloofwaardig; zo nodig onuitstaanbaar en beklagenswaardig. Gijs Scholten van Aschat is met pofmouwtjes om de bescheiden over elkaar geslagen armen, plus een enkel hoofdgebaar een huwbaar meisje. Met grote stappen en kleine, trefzekere gebaren zet Scholten van Aschat de gehaaide twintigste-eeuwse Philip neer: de personificatie van de nieuwe hebzucht. Maria Kraakman speelt de betweterige broer Emanuel bokkig als een onuitstaanbare ruziezoeker. En ze is de lompe patjepeeër Pete Peterson, de laatste bankier die de bank nog gauw alle mogelijke poten uitdraait voor de ondergang in 2008.

Geestig

Jesse Mensah is als jongste broer Mayer de eerlijke, naïeve loser die over zich heen laat lopen, maar die zijn kibbelende broers ook uit elkaar houdt. Aus Greidanus jr. speelt een palet van – voornamelijk – onhandige figuren; geestig, wereldvreemd. Vooral Robert Lehman, de laatste telg, die eigenlijk meer heeft met kunst en paarden dan met bankieren, zet Greidanus prettig onhandig, dandyachtig, verbluft neer. Hélène Devos speelt in die kluwen van graaiers een verontwaardigde neef Herbert, een democratische politicus en de enige die meer op heeft met burgers dan met bankiers.

Meer dan een handvol meubels hebben de acteurs niet tot hun beschikking. (Scenografie: Guy Cassiers en Bram Delafoneyne). Aan een lange glazen tafel legt Philip (Scholten van Aschat) aan zijn wereldvreemde zoon Robert (Greidanus) in een Poetin-achtige manipulatieve scène uit hoe je zo veel mogelijk mensen financieel onder druk kunt zetten.

De achterwand wordt ingenomen door vijf projectieschermen, symbolische wolkenkrabbers, waarop van alles wordt geprojecteerd van serene katoenvelden tot felgekleurde, ronddraaiende beurskoersen (video-ontwerp: Bram Delafonteyne). De langste twee beeldschermen staan voor de Twin Towers, ten onder gegaan op 11 september 2001, de dag waarop het geopolitieke speelveld voor altijd veranderde. Op een lichtkrant onderaan de speelvloer passeren jaartallen en historische gebeurtenissen, van 1844 tot 2008. Zij geven een tijdsbeeld van de periode waarin de levens van de Lehmans plaatsvinden. Het geluidsdecor beslaat muziek van klezmer en jazz tot Jimi Hendrix.

Failliet

Lehman Trilogy is geen vrijblijvend betoog. Er zit een volgende economische crisis in de lucht, met voorspelbare armoede als gevolg. Cassiers vertelt het verhaal over de opkomst en het failliet van het kapitalisme. Kritiseert hebzucht, de behoefte alles te willen hebben, ten koste van alles en iedereen. Als symbool voor het nemen van onverantwoorde risico’s door geldwolven voert hij een New Yorkse koorddanser op: er komt een moment waarop we, koorddansers, zullen wankelen en voor onze onbezonnenheid moeten boeten. Hebzucht drijft mensen uit elkaar en maakt alles stuk, is de boodschap van deze indrukwekkende en tegelijkertijd geestige voorstelling.

Theater / Voorstelling

De ware identiteit van de kinderen blijft geheim. Een verhaal over Iran.

recensie: Songs for no one
songs-for-no-one-scenefotos-©Julian-Maiwald-10-2048x1365Julian Maiwald

Op 21 oktober 2022 speelde de voorstelling Songs for no one van Nastaran Razawi Khorasani in Amsterdam bij Podium Mozaïek. Een heel leuk theater met goede atmosfeer voor diepgaande voor/nagesprekken over de voorstelling.

Makende speler Nastaran Razawi Khorasani biedt tijdens de voorstelling een podium aan twee kinderen uit Iran. Een jongen en een meisje van respectievelijk 13 en 11 jaar. Wegens de aard van de gesprekken moeten hun ware identiteiten geheim blijven. Door middel van telefonische interviews vraagt Nastaran hen hoe het is om jong te zijn in een Islamitische dictatuur. Zo vertellen de kinderen het publiek hoe zij hun leven in Iran ervaren. Wat ze vertellen is soms diepzinnig, soms aandoenlijk door de kinderlijke oprechtheid. Het 13-jarige jongetje zingt een Amerikaans nummer waarbij hij zichzelf censureert door alle alcohol, drugs en seks gerelateerde woorden niet uit te spreken. Toen Nastaran hem vroeg waarom hij dat deed, vertelt hij dat hij niet wist of in Nederland dergelijke woorden in het theater gezegd mochten worden. Nastaran stelt hem gerust, hij hoeft zich daar niet druk over te maken. De gedachte is mooi dat in Nederland niemand zichzelf op die manier hoeft te censureren. En dat is nogal wat, alles mogen zeggen en doen. Nastaran viert die vrijheid door in haar onderbroek zichzelf te verven terwijl ze een maatschappijkritisch nummer zingt. Nastaran verhuisde met haar ouders naar Nederland toen ze 6 was. Daarom spreekt ze vloeiend Farsi en spreekt ze dat tijdens de gehele voorstelling. Op een ontzettende mooie, creatieve manier wordt de voorstelling ondertiteld in het Nederlands. De nummers klonken krachtig door de Perzische klanken. Niet alleen een genot om naar te luisteren, maar ook visueel was de voorstelling aantrekkelijk. Simpel maar effectief om de boodschap kracht bij te zetten.  Met vlagen voelde het alsof je een live videoclip bekeek.

Tijdens de voorstelling wordt het 11-jarige meisje gevraagd over haar hoofddoek. Het meisje vertelt over hoe ze denkt over de hoofddoek in verhouding tot haar vrijheid. Ze vertelt dat haar hoofddoek warm is op haar hoofd en dat ze soms tijdens het spelen op school haar hoofdoek even af laat glijden. Expres, maakt ze duidelijk. Een kleine daad van verzet, zo omschrijft Narastan het. Een krachtige boodschap. Vooral dat deel van de voorstelling geeft krantenkoppen zoals “Iran schoolgirls remove hijabs in protests against government” (4 oktober 2022, BBC) kracht en context. Het maakt Songs for no one relevanter dan ooit.

Theater / Voorstelling

Oorlog, gezien door vrouwenogen

recensie: Women in Troy, as told by our mothers – Dood Paard

Oorlog is een mannenzaak, die leidt tot een mannenverhaal. Vrouwen komen daarin op de tweede plaats. Zij zijn vooral slachtoffer, achterblijver, vluchteling. Tegen de achtergrond van de oorlog in Oekraïne maakt Dood Paard Women in Troy, as told by our mothers: als je de vrouwen aan het woord laat, welk verhaal over de oorlog hoor je dan? Een interessant gedachtenexperiment. Helaas overtuigt het resultaat niet helemaal.

Oorlog is een mannenhobby. Vrouwen realiseren zich bij het begrip ‘oorlog’ vooral dat hun mannen en zoons het leven kunnen laten; zijzelf en hun dochters verkracht kunnen worden; dat er aan alles gebrek zal zijn. Het archetype voor alle oorlogen is de -al dan niet fictieve- tien jaar durende Trojaanse oorlog in het klassieke Griekenland. In het licht van de oorlog in Oekraïne is het een origineel idee vrouwen eens op de voorgrond te laten treden.

Slachtoffer

De Portugese schrijver en acteur Tiago Rodrigues nam als uitgangspunt de klassieke teksten over de Trojaanse oorlog. Die kennen we vooral als het verhaal van mannen zoals Achilles, Agamemnon, Hektor. De belangrijkste vrouw die langskomt is de verleidelijke Helena, om wie de oorlog zou zijn begonnen; terwijl je Helena volgens Rodrigues ook kunt zien als slachtoffer, als slaaf, als misbruikte vrouw, die opgesloten zit in dat vermaledijde Troje.

Zo zijn alle vrouwen die een rol spelen in de Trojaanse oorlog het slachtoffer. Ze zijn geen zelfstandig individu, maar de echtgenote, de dochter, de moeder van een man. Kassandra, Hecuba, Briseïs. Ze worden niet geloofd, er wordt over hen heen gewalst, ze worden doorgegeven van man naar man.

Omslachtig

De vier personages in Women in Troy, as told by our mothers verplaatsen zich in de Griekse vrouwen. Daarnaast proberen de acteurs hun eigen -niet aanwezige- moeders te laten vertellen over de Trojaanse oorlog, terwijl de portretten van die moeders worden geprojecteerd op de schermen die dienen als achterwand bij de voorstelling. Dit alles werkt niet helemaal: de associaties schieten alle kanten op.

Deze manier van vertellen is nogal omslachtig. De geschiedenis van de Trojaanse oorlog wordt bekend verondersteld; anders zijn de verwijzingen lastig te volgen. Misschien is het voor toeschouwers het verstandigste die Trojaanse oorlog meer te zien als kapstok voor het gesprek, dan als onderwerp van de voorstelling.
De tekst is Engelstalig, er is een Nederlandse boventiteling. Die keuze is te billijken: acteur Alesya Andrushevska is samen met haar moeder gevlucht uit Oekraïne, en spreekt geen Nederlands. Dat gegeven maakt deze voorstelling actueler en urgenter. De oorlog in Troje mag lang geleden zijn, in feite is oorlog natuurlijk nooit ver weg.

Beddensprei

Het toneelbeeld is minder gelukkig gekozen. Hoe zet je vier mensen neer die een gesprek voeren over vrouwen? Je laat ze met zijn allen haken aan dezelfde reuzensprei. De vier acteurs zitten elk op een krukje, hebben elk een haaknaald en haken al vertellend verder aan het beddengoed. Dood Paard geeft zijn voorstelling over vrouwen in oorlogstijd op deze manier vorm met behulp van een bijna pijnlijk clichébeeld. Het beste wat je hiervan kunt maken is dat een bed symbool staat voor huiselijkheid, rust en intimiteit.

Het achterliggende idee is volgens het gezelschap dat diverse textielkunstenaars dit materiaal gebruiken als vorm van protest; maar die betekenis haalt de nietsvermoedende toeschouwer er niet uit. Het gezamenlijk haken maakt van deze personages huisvrouwen. Een vreemde keuze voor een voorstelling die juist gaat over de feministische kijk op oorlog. Bovendien zitten de acteurs ongeveer aan die sprei vastgeknoopt, waardoor ze worden beperkt in hun spel en het geheel nogal statisch oogt. Je kunt deze voorstelling zien als een vorm van storytelling, maar dan nog gebeurt er wel erg weinig.

Urgentie

Zoals de vier vertelde verhalen nogal van elkaar verschillen, zo verschillen ook de acteeropvattingen. Sterk is vooral Manja Topper. Ze schakelt overtuigend tussen rustig vertellen, schreeuwen, verdrietig of juist sarcastisch zijn. Kuno Bakker zet een woedende Hecuba neer, schreeuwend, hatend. De Oekraïense Alesya Andrushevska is vooral dienstbaar vanwege het besef dat juist zij doorvoelt hoe ingrijpend en verwoestend oorlog is. Tomer Pawlicki krijgt het minst interessante gegeven mee van auteur Rodrigues: zijn personage leest samen met zijn moeder Homerus’ Ilias, wat een nogal gekunstelde vorm is om het te hebben over oorlog. Mooi is Pawlicki wel als hij de Trojaanse koningin Hecuba wraakzuchtig laat zijn over alle dierbaren die ze tijdens de oorlog verloor.

Women in Troy, as told by our mothers is zo een tamelijk onevenwichtige voorstelling, maar wel een met een actuele urgentie.

Theater / Voorstelling

‘ZOMERSNEEUW EN WINTERMEI’

recensie: Königskinder – De Nationale Opera

De componist Engelbert Humperdinck (1854-1921) heeft na de dood van Richard Wagner veel moeite gedaan om uit diens schaduw te stappen. Wij moeten hem daar niet proberen weer in te duwen, maar de sprookjesopera Königskinder (1910) op zijn eigen merites beoordelen.

Als je als toeschouwer daarbij geen slagen om de arm houdt, zou je ten onrechte publiek kunnen trekken dat van Wagners opera’s houdt of juist mensen kunnen afstoten die niets met diens muziek hebben. Het beste is je over te geven aan een opera die voor het eerst na meer dan een eeuw weer op de Nederlandse Bühne werd gebracht. Door De Nationale Opera in Amsterdam. En je vervolgens gewonnen geven en hopen dat een herneming niet weer zo lang op zich laat wachten.

Gewonnen geven bij de eerste fluweelzachte, vloeiende tonen die het Nederlands Philharmonisch Orkest speelde onder leiding van oud-chefdirigent Marc Albrecht en bij de eerste aanblik van het haast minimalistische decor van Johannes Leiacker: een hut met een bankje ervoor, een tafeltje met twee stoelen en een grote, oude lindeboom. Het zette de toon van een subtiele, haast kamermuziekachtige opvoering van Humperdincks opera die door een ringetje te halen was.

Geen vrolijke kost, met wel een vleugje hoop

Het is geen vrolijke kost, het gegeven van wat je een kunstsprookje zou kunnen noemen. Het libretto is geschreven door Ernst Rosmer, pseudoniem van Elsa Bernstein-Porges (1866-1949). Een pseudoniem naar een personage van Ibsen. Het verhaal kort, heel kort en zonder de dieperliggende symboliek eronder: het draait om twee Königskinder. Dat wil zeggen een ganzenhoedster (de heldere stem van de Oekraïense sopraan Olga Kulchynska), geadopteerd door een heks (de beroemde Duitse mezzosopraan Doris Soffel) en een jongeman die zich uitgeeft voor bedelaar (de Duitse tenor Daniel Behle) die zich tot elkaar aangetrokken voelen. De burgers van Hellastadt (de naam voor de godin uit de onderwereld uit de Noordse mythologie) zoeken naar een koning(in). De vraag is wie van de twee Königskinder het eerst om klokslag twaalf uur door de poort binnenkomt. Het is de ganzenhoedster, samen met een speelman (de Oostenrijkse bariton Josef Wagner). Zij gelooft in de goedheid van de mens, maar beiden worden als vreemdelingen de stad uitgejaagd en sterven uiteindelijk. Alleen de kinderen van Hellastadt en de raadsoudste (de Nederlandse bariton Henk Poort) zien in dat de twee echte koningskinderen waren. Aan hen vraagt de speelman om liederen van hoop te blijven zingen. En te blijven dansen. In het wit.

Slagen om de arm

En dan die slagen om de arm. In die derde akte wordt gezongen over ‘zomersneeuw en wintermei’ – dat zegt eigenlijk al genoeg. Ook aan de heks kleeft niet de negatieve betekenis die vaak aan het woord wordt gehecht. Zij komt eerst niet bepaald sympathiek over, maar gaandeweg het verhaal kantelt dit beeld. Wat ze doet, is de waarheid vertellen en dat is iets dat niet iedereen kan waarderen. Het is allemaal niet zwart-wit. Ook niet in het overwegend witte toneel; de waard (de Nederlandse bariton Roger Smeets) heeft een zwart accent (zijn beurs!), enkele bijfiguren zijn in een gewoon pak gekleed. Het gevaar zit erin dat het geld en het volk de macht krijgen; hoe actueel wil je het hebben!

Dan wat de invloed van Wagner betreft. Natuurlijk, die is er, in de Leitmotive die een personage kenschetsen. Neem bijvoorbeeld de jongeman, die wordt begeleid door ‘koninklijk’ koper. Er is echter meer dat juist van Wagner afwijkt. Zoals in de eerste plaats de kamermuzikale orkestratie met schitterende soli van blazers en viool. Die viool wordt op de bühne gespeeld, door Camille Joubert, gekleed in zwart broekpak. In de tweede plaats zijn er eenvoudige, volksmuziekachtige melodieën of flarden van een melodie die aan de liederen van Schubert doen denken.

In het rijke programmaboekje staat een essay van dramaturg Klaus Bertisch waarin woorden worden gebruikt die deze nuancering aangeven. De blik van librettist Elsa Bernstein-Porges wordt ‘haast vooruitziend’ genoemd; zij is een overlevende van de gruwelen van de Tweede Wereldoorlog, maar of ze die echt helemaal heeft voorzien is nog maar de vraag. Bij de dood van de koningskinderen staat vervolgens in de tekst dat die ‘in de sneeuw weinig ruimte liet voor hoop op een goede, nieuwe tijd’. Weinig – maar niet: geen.

Die nuanceringen heeft Bertisch ‘in het echt’ ook aangebracht. En hij was daarin niet de enige. Bravo! Brava!