Hilarische misverstanden in truttige seventies setting
Slippers is een doldwaas en humoristisch theaterstuk dat is gebaseerd op Alan Aykbourns Relatively Speaking (1965), een komedie waarin vier stereotypetjes worden uitvergroot. Welke acteurs kunnen beter een rol ridiculiseren en uit haar voegen laten barsten dan Plien van Bennekom, Bianca Krijgsman, Peter van de Witte en Bas Hoeflaak? Juist: niemand. Hoewel de spelers schitteren in hun rollen, is de voorstelling soms traag en de thematiek te achterhaald.
Met al die modernisering om ons heen, is het soms heerlijk om terug te gaan in de tijd. Bijvoorbeeld naar het flowerpowertijdperk, waarin vrije liefde en bloemetjesgordijnen hét gezicht van de tijd vormden. De keuze van regisseur Gijs de Lange om het tijdsgebonden karakter van Relatively Speaking te behouden, resulteert erin dat menig toeschouwer door al dat Brabantia Oranje wordt meegezogen in de tijd. Bovenal een tijd met andere normen en waarden. Gregory (Peter van de Witte), een lanterfant eerste klas, wil zijn vriendin Ginny (Plien van Bennekom) ten huwelijk vragen. De truttige Ginny heeft echter één klein probleempje: haar 30 jaar oudere ex-lover blijft haar voortdurend bestoken met telefoontjes. Ginny besluit deze ex-geliefde voor eens en voor altijd te dumpen en gaat bij hem op bezoek. Ondertussen is Gregory na een snuffeltocht op een briefje met een adres erop gestuit en hij denkt – door een leugen van Ginny – dat dat het adres is van Ginny’s ouders. Vol goede moed gaat de flierefluitende Gregory naar het adres toe, waar Sheila (Bianca Krijgsman) en haar man Philip (Bas Hoeflaak) net een ‘gespannen’ ontbijt achter de kiezen hebben in hun rozentuin. Als Philip met verhit gezicht gaat zoeken naar zijn spoorloze tuinslang, stapt Gregory de vredige tuin binnen. De oprechte verbazing van Sheila vindt hij niet vreemd: hij is immers een onbekend gezicht voor ‘Ginny’s moeder’… Vanaf dan rollen we als publiek van het ene misverstand in het andere misverstand. Het vreemd hoge stemmetje van Sheila en de gekke lachjes van Sheila en Ginny – het duo Plien & Bianca – zorgt ervoor dat de situatie enkel komischer wordt.
Oppertutten
De voorstelling klinkt vermakelijk en dat stempel verdient dit toneelstuk zeker. Het is dan ook vreemd dat de kiem waaruit deze voorstelling bloeit, zó ongemakkelijk is. In de beginscène vallen er veel stiltes, te veel stiltes. Het gesprek dat Ginny en Gregory voeren kan niet echt boeien – op enkele flauwe grapjes hier en daar gelaten – en dat komt deels doordat er te veel heen en weer wordt gewandeld. De nonchalance van Ginny mag hier dan wel goed tot uitdrukking komen, het is jammer dat deze eerste scène zo weinig body heeft. In de tweede scène is het juist meteen raak: de rijke stinkerd Philip – zijn weinige haren strak over zijn bolle hoofd gekamd – vreet zichzelf op in de aanwezigheid van zijn vrouw Sheila, de Oppertuttebel. Wanneer zij liefkozend vraagt ‘En, ga je nog naar het golfveld vandaag?’, brult Philip door de zaal ‘GolfBAAN! Het is golfbaan, tennisveld, voetbalveld…’. Het kneuterige beeld van Philip, een rood aangelopen gezicht, een strik om de nek en voeten gestoken in mosgroene laarzen, maken van hem het stereotype ‘zeurend oud heertje’. De ontmoeting tussen de personages onderling – eerst Gregory en Sheila, vervolgens Gregory en Philip en dan Ginny en Philip – bouwt voort op misverstanden die zo eenvoudig ontstaan doordat de namen van de personages niet expliciet worden genoemd. Als publiek smul je mee van het drama dat zich langzaam voltrekt en er gaat steeds een alarm af in je hoofd (‘Ojee, ojee’). Het naderende onheil komt uiteindelijk niet tot als een bom tot ontlading, integendeel, met de nodige zelfspot weten de typetjes hun eigen hachje te redden.
Het spel is geloofwaardig, boeiend en bovenal een aanslag op de lachspieren. Deze voorstelling bewijst maar eens dat er geen honderden decorwisselingen, tientallen acteurs en live-orkesten nodig zijn om een aantrekkelijk toneelstuk neer te zetten. Het tamelijk simpele concept werkt en dat is voornamelijk de verdienste van de acteurs, die stuk voor stuk een geweldige mimiek hebben. De acteurs staan stevig in hun ‘slippers’.