Tag Archief van: 8WEEKLY

Muziek / Concert

Queen en Adam Lambert zijn niet te stoppen!

recensie: Queen + Adam Lambert – The Rhapsody Tour

Dat Queen na jaren nog steeds ongekend populair is bewijst de grote wachtrij buiten het Sportpaleis in Antwerpen. Al ruim voor 18:00u wanneer de deuren open gaan voegen fans zich toe aan deze rij, in afwachting van het langverwachte concert dat door COVID-19 al meerdere keren uitgesteld is.

Een overweldigend welkom

Bij binnenkomst werd het publiek meteen al geconfronteerd met een uitbundig versierd podium waarop een groot goudkleurig wandstuk klaarstond. Na twee uur wachten gingen de lichten in de zaal uit en klonken de instrumentale klanken van “Innuendo” door de boxen. Het hele publiek viel gauw stil en keek vol verwachting naar het podium waar het wandstuk langzaam omhoog werd gehesen en een nog uitgebreider decor onthulde. Het Sportpaleis leek omgetoverd te zijn tot een klassieke operazaal, maar tijd om dit uitgebreid te bewonderen was er niet want in het midden verscheen een projectie van zanger Adam Lambert terwijl het nummer “Now I’m Here” in werd gezet. Telkens als er ‘and now I am here’ of ‘and now I am there’ werd gezongen verscheen de projectie van de zanger op een andere plek. Het barstte helemaal los zodra de volledige band zich bij het nummer voegde en ook de originele Queen-leden Brian May en Roger Taylor tevoorschijn kwamen. Veel tijd om bij te komen van deze hevige start was er niet, want de band zette gauw voort met het energieke nummer “Hammer To Fall”.

Vervolgens was het tijd voor iets meer rust en voor mijn persoonlijke favoriet, het nummer “Somebody To Love”. Het decor werd iets rustiger en Adam Lambert liet goed horen wat voor vocaal geweld hij in huis heeft. Na een prachtige uithaal wees Adam demonstratief naar het drumstel en werd het vervolgstuk van het nummer ingezet waar het publiek gezamenlijk mee zong met de repeterende tekst ‘find him somebody to love’, een waar kippenvelmoment.

Het Sportpaleis werd getrakteerd op een ware greatest hits concert van de band, wat duidelijk gewaardeerd werd door meerdere generaties Queen-fans. Mensen van alle leeftijden waren aanwezig, allemaal om te kijken naar hun grote muzikale helden. Adam Lambert is zich hier goed bewust van en vertelt in een speech na het nummer “Killer Queen” hoe vereert hij is dat hij al jaren met Brian May en Roger Taylor op tour mag om de nalatenschap van deze grote rock ’n roll helden te eren. De extravagant geklede zanger doet dit op geheel eigen wijze, het is een waar eerbetoon aan wijlen Freddie Mercury zonder dat hij deze zanger te veel na probeert te doen.

Gouden setlist

Na het energieke “Don’t Stop Me Now” verdwijnt Adam van het podium en wordt de set vervolgd met het door drummer Roger Taylor gezongen “I’m In Love With My Car”. Al gauw wordt duidelijk waarom Adam van het podium was verdwenen, als hij via een ondergrondse lift in een nieuwe glitterende outfit op een glanzende motor op het podium verschijnt tijdens het nummer “Bicycle Race”. Dit was de aankondiging van het duidelijk dansbare deel van de setlist als het nummer wordt gevolgd door hits als “Fat Bottomed Girls” en “Another One Bites The Dust”.

Vervolgens verdwijnt Adam weer van het podium en wordt Brian May naar voren geschoven. Met enkel een spotlight op hem en een akoestische gitaar in zijn hand begint hij met het nummer “Love Of My Life” aan een eerbetoon voor Freddy Mercury. Het publiek steekt allemaal lichten de lucht in en zwaait mee tijdens het gehele nummer, zeker toen Brian aangaf dat hij fan is van al die lichten in de zaal. Dit emotionele moment leidde voor menig concertganger tot daadwerkelijke tranen toen bewegende beelden van Freddy in zijn welbekende gele jas op de schermen werden geprojecteerd. Na het eerbetoon bleef de spotlight op Brian staan toen hij vervolgde met het nummer “39”. Aan het einde van het nummer werd het drumstel van Roger Taylor naar voren geschoven en deelden de twee rockiconen samen die schijnwerper tijdens het door Roger gezongen nummer “These Are The Days of Our Lives”.

Met weer een outfitwissel van Adam en een decorwissel was het weer tijd voor nummers met een hoger tempo zoals “Crazy Little Thing Called Love”, “Under Pressure” en “A Kind Of Magic”, waar weer enthousiast op werd gedanst en op mee werd gezongen door het volledige publiek van het Sportpaleis. Goed getimed kwam er aansluitend aan “I Want It All”, dat begeleid werd met een indrukwekkende lasershow, weer een rustmoment voor zowel de band als het publiek toen Brian May zijn status als gitaarvirtuoos weer bewees tijdens een minutenlange solo.

Na de verkorte versies van “Tie Your Mother Down” en “Radio Gaga” werd de setlist afgesloten met Top2000-favoriet “Bohemian Rhapsody”. Het decor werd weer omgetoverd naar het operadecor van het begin en de volle band pakte hun moment om nog eens flink te knallen. Maar zo’n concert is natuurlijk niet echt compleet zonder een encore, wat ingeluid werd door verscheidene projecties van Freddy Mercury terwijl zijn welbekende ay-oh’s door de speakers klonken en werden nagezongen door het publiek. Vervolgens verscheen de volledige band weer op het podium voor “We Will Rock You” en voor “We Are The Champions”, waar Adam’s over-de-top outfit weer werd afgemaakt door een grootse kroon.

Voor jong en oud

Een avond Queen staat gelijk aan een spektakel voor alle zintuigen. De beroemde hits worden (nog steeds) uitmuntend uitgevoerd en worden vergezeld door goed doordachte decorstukken en lichtshows. Voor de kenners zijn er herkenbare visuals van de verschillende albums te herkennen tijdens de nummers. Zo werden de vrolijkgekleurde illustraties van de albumhoes van A Kind Of Magic tijdens het titelnummer geprojecteerd op de schermen boven het podium en sloot het stenen standbeeld van de albumhoes van News Of The World symbolisch de gordijnen van het podium na het nummer “We Are The Champions”.

Of je nu al jaren fan bent van Queen of aangestoken bent door de hype rondom de film Bohemian Rhapsody (2018), Queen + Adam Lambert live in concert zien is een must voor iedereen!

Muziek / Concert

Queen en Adam Lambert zijn niet te stoppen!

recensie: Queen + Adam Lambert – The Rhapsody Tour

Dat Queen na jaren nog steeds ongekend populair is bewijst de grote wachtrij buiten het Sportpaleis in Antwerpen. Al ruim voor 18:00u wanneer de deuren open gaan voegen fans zich toe aan deze rij, in afwachting van het langverwachte concert dat door COVID-19 al meerdere keren uitgesteld is.

Een overweldigend welkom

Bij binnenkomst werd het publiek meteen al geconfronteerd met een uitbundig versierd podium waarop een groot goudkleurig wandstuk klaarstond. Na twee uur wachten gingen de lichten in de zaal uit en klonken de instrumentale klanken van “Innuendo” door de boxen. Het hele publiek viel gauw stil en keek vol verwachting naar het podium waar het wandstuk langzaam omhoog werd gehesen en een nog uitgebreider decor onthulde. Het Sportpaleis leek omgetoverd te zijn tot een klassieke operazaal, maar tijd om dit uitgebreid te bewonderen was er niet want in het midden verscheen een projectie van zanger Adam Lambert terwijl het nummer “Now I’m Here” in werd gezet. Telkens als er ‘and now I am here’ of ‘and now I am there’ werd gezongen verscheen de projectie van de zanger op een andere plek. Het barstte helemaal los zodra de volledige band zich bij het nummer voegde en ook de originele Queen-leden Brian May en Roger Taylor tevoorschijn kwamen. Veel tijd om bij te komen van deze hevige start was er niet, want de band zette gauw voort met het energieke nummer “Hammer To Fall”.

Vervolgens was het tijd voor iets meer rust en voor mijn persoonlijke favoriet, het nummer “Somebody To Love”. Het decor werd iets rustiger en Adam Lambert liet goed horen wat voor vocaal geweld hij in huis heeft. Na een prachtige uithaal wees Adam demonstratief naar het drumstel en werd het vervolgstuk van het nummer ingezet waar het publiek gezamenlijk mee zong met de repeterende tekst ‘find him somebody to love’, een waar kippenvelmoment.

Het Sportpaleis werd getrakteerd op een ware greatest hits concert van de band, wat duidelijk gewaardeerd werd door meerdere generaties Queen-fans. Mensen van alle leeftijden waren aanwezig, allemaal om te kijken naar hun grote muzikale helden. Adam Lambert is zich hier goed bewust van en vertelt in een speech na het nummer “Killer Queen” hoe vereert hij is dat hij al jaren met Brian May en Roger Taylor op tour mag om de nalatenschap van deze grote rock ’n roll helden te eren. De extravagant geklede zanger doet dit op geheel eigen wijze, het is een waar eerbetoon aan wijlen Freddie Mercury zonder dat hij deze zanger te veel na probeert te doen.

Gouden setlist

Na het energieke “Don’t Stop Me Now” verdwijnt Adam van het podium en wordt de set vervolgd met het door drummer Roger Taylor gezongen “I’m In Love With My Car”. Al gauw wordt duidelijk waarom Adam van het podium was verdwenen, als hij via een ondergrondse lift in een nieuwe glitterende outfit op een glanzende motor op het podium verschijnt tijdens het nummer “Bicycle Race”. Dit was de aankondiging van het duidelijk dansbare deel van de setlist als het nummer wordt gevolgd door hits als “Fat Bottomed Girls” en “Another One Bites The Dust”.

Vervolgens verdwijnt Adam weer van het podium en wordt Brian May naar voren geschoven. Met enkel een spotlight op hem en een akoestische gitaar in zijn hand begint hij met het nummer “Love Of My Life” aan een eerbetoon voor Freddy Mercury. Het publiek steekt allemaal lichten de lucht in en zwaait mee tijdens het gehele nummer, zeker toen Brian aangaf dat hij fan is van al die lichten in de zaal. Dit emotionele moment leidde voor menig concertganger tot daadwerkelijke tranen toen bewegende beelden van Freddy in zijn welbekende gele jas op de schermen werden geprojecteerd. Na het eerbetoon bleef de spotlight op Brian staan toen hij vervolgde met het nummer “39”. Aan het einde van het nummer werd het drumstel van Roger Taylor naar voren geschoven en deelden de twee rockiconen samen die schijnwerper tijdens het door Roger gezongen nummer “These Are The Days of Our Lives”.

Met weer een outfitwissel van Adam en een decorwissel was het weer tijd voor nummers met een hoger tempo zoals “Crazy Little Thing Called Love”, “Under Pressure” en “A Kind Of Magic”, waar weer enthousiast op werd gedanst en op mee werd gezongen door het volledige publiek van het Sportpaleis. Goed getimed kwam er aansluitend aan “I Want It All”, dat begeleid werd met een indrukwekkende lasershow, weer een rustmoment voor zowel de band als het publiek toen Brian May zijn status als gitaarvirtuoos weer bewees tijdens een minutenlange solo.

Na de verkorte versies van “Tie Your Mother Down” en “Radio Gaga” werd de setlist afgesloten met Top2000-favoriet “Bohemian Rhapsody”. Het decor werd weer omgetoverd naar het operadecor van het begin en de volle band pakte hun moment om nog eens flink te knallen. Maar zo’n concert is natuurlijk niet echt compleet zonder een encore, wat ingeluid werd door verscheidene projecties van Freddy Mercury terwijl zijn welbekende ay-oh’s door de speakers klonken en werden nagezongen door het publiek. Vervolgens verscheen de volledige band weer op het podium voor “We Will Rock You” en voor “We Are The Champions”, waar Adam’s over-de-top outfit weer werd afgemaakt door een grootse kroon.

Voor jong en oud

Een avond Queen staat gelijk aan een spektakel voor alle zintuigen. De beroemde hits worden (nog steeds) uitmuntend uitgevoerd en worden vergezeld door goed doordachte decorstukken en lichtshows. Voor de kenners zijn er herkenbare visuals van de verschillende albums te herkennen tijdens de nummers. Zo werden de vrolijkgekleurde illustraties van de albumhoes van A Kind Of Magic tijdens het titelnummer geprojecteerd op de schermen boven het podium en sloot het stenen standbeeld van de albumhoes van News Of The World symbolisch de gordijnen van het podium na het nummer “We Are The Champions”.

Of je nu al jaren fan bent van Queen of aangestoken bent door de hype rondom de film Bohemian Rhapsody (2018), Queen + Adam Lambert live in concert zien is een must voor iedereen!

Kunst / Expo binnenland

Serieus mens, serieus spel

recensie: Henk Helmantel: Meester in Realisme
Art Revisited

Wie de schilderijen van Henk Helmantel wil bewonderen, kan een groot deel van het jaar terecht in zijn eigen museum in het Groningse Westeremden. Het mooie dorpje is helaas wel eens in het nieuws als epicentrum van een aardbeving. Elders in het land worden ook regelmatig exposities van zijn werk georganiseerd. Zoals nu in Museum Veenendaal. 

Rechts glijdt een strook Groninger boerenland voorbij. De tijd dat ‘olle kerels’ hier op een brommer langs ’s Heeren wegen tuften, ligt toch gauw een halve eeuw achter ons. Maar het valt niet te ontkennen, we zitten met de camera even achterop bij een stevig ingepakte Henk Helmantel. Wanneer hij vanaf de zijkant wordt gefilmd, kunnen we meer details onderscheiden. GTS 50 staat er op de benzinetank, een Zündapp dus. Kom daar nog maar eens om tegenwoordig. 

Compositorisch vernuft 

De scene maakt deel uit van een kort filmpje dat je kunt bezichtigen in Museum Veenendaal. Daar loopt tot 3 september een expositie gewijd aan Helmantel (geboren 1945). In totaal zijn er circa 25 werken van hem tentoongesteld; een indrukwekkende greep uit zijn vermaarde stillevens en kerkinterieurs, plus in een paar vitrines enkele gebruiksvoorwerpen die hij in de schilderijen heeft verwerkt. De inrichting van de expositie is niet vlekkeloos. Er is één mooie, rijkbehangen hoofdzaal,  maar een aantal werken moet het helaas doen met een wandje in een open ruimte gewijd aan de plaatselijke geschiedenis. Qua compositie niet helemaal des Helmantels. 

Helmantel is in 2008 gekozen tot kunstenaar van het jaar, boven mededingers als Anton Corbijn, Armando en Erwin Olaf. Daarvóór werd hij een tijdlang als weinig vernieuwend beschouwd, een traditionele ‘fijnschilder’ die voortborduurt op de stillevens van de Gouden Eeuw. Maar in het juryrapport van 2008 worden enkele onmiskenbare kwaliteiten van zijn werk geroemd. Eén daarvan is een groot compositorisch vernuft. Zelf wijst Helmantel vaak op de moderne, ‘abstracte’ toets van zijn werk, het spelen met lijnen, vlakken en kleuren dat weinig met de barok van doen heeft. In de hoofdzaal van het museum in Veenendaal zie je precies wat hij bedoelt. Zowel de stillevens als de interieurs die hij schildert, zijn prachtig opgebouwd, met een mathematische blik en de hand van een architect. In dit verband wordt Helmantel wel gelinkt aan schilders als Pieter Saenredam. 

‘De schoonheid van eenvoudige dingen’ 

Uienstilleven 2015

Henk Helmantel, Uienstilleven, 2015 (Art Revisited)

Bovenaan een wand met stillevens prijkt een citaat van Helmantel dat hem ook typeert: ‘Ik wijs mensen op de schoonheid van eenvoudige dingen’. Geboren en getogen op de Groninger kleigrond waar zijn vader groente en fruit kweekte, schroomt hij niet om in zijn werk simpele streekproducten af te beelden. Je moet onwillekeurig even denken aan Andy Warhol en zijn transformatie van het alledaagse tot kunst. Geen soepblikken, maar hun ingrediënten. Uien, een paar bolletjes knoflook, een versgebakken brood … Helmantel schildert ze hyperrealistisch en met een ongekend talent voor stofuitdrukking en belichting. Een feestje voor het oog is het gewoon, zo’n rij schilderijen.   

Zoals de schilder zelf benadrukt, haalt hij zijn inspiratie voor een belangrijk deel uit zijn christelijk geloof. Bij de schoonheid van eenvoudige dingen denkt hij vooral aan de schoonheid van de schepping. Maakt dat iets uit voor de kijker? Dat ligt natuurlijk nogal persoonlijk, maar er is niets dat per se tot een religieuze interpretatie noopt. Je kunt in de stillevens evengoed een loflied op de pracht van de evolutie zien, of in de fascinerende weerspiegelingen in glaswerk een haarscherpe ontleding van de verstrooiing van zonlicht.  

Spelen met tradities? 

Het ligt niet erg voor de hand om in Helmantel een schilder te zien die speelt met tradities. Zo gauw hij zich van zijn helm ontdoet op de Zündapp, komt de ernstige plattelander tevoorschijn, zware baard, ernstig in stem en voorkomen. Op een brommer rijden is geen grapje. Voor lichtvoetigheid hoef je bij hem niet aan te kloppen. Een toeschouwer die vanuit een eigen perspectief naar zijn werk en filmpje kijkt, kan dat toch net iets anders ervaren. Spelen kan ook heel serieus zijn. 

 

Afbeelding boven: Henk Helmantel, Stilleven in rode kast, 1978 (Art Revisited)

Kunst / Expo binnenland

De Arnhemse mode biënnale houdt publiek een leerzame spiegel voor

recensie: State of Fashion mode biënnale in Arnhem
Fashion encounters - fashion biennale Arnhem 2022, foto Priya WannetPriya Wannet

In Arnhem vindt momenteel de State of Fashion mode biënnale plaats. Vijf weken lang wordt de stad omgetoverd tot een podium voor makers, ontwerpers en kunstenaars wereldwijd. Samen met het publiek gaan zij op zoek naar mogelijkheden om de mode-industrie duurzamer en zorgzamer te maken. Ook in de tentoonstelling Fashion as Encounters, gecureerd door NOT ___ ENOUGH Collective, wordt er binnen het centrale thema Ways of Caring gezocht naar een nieuwe betekenis van mode. Priya Wannet trok de stoute schoenen aan en nam er een kijkje.

Wat een prachtig gezicht! De Arnhemse Eusebiuskerk is volledig omgedoopt tot een serene modetempel met een verscheidenheid aan ontwerpen, foto’s en patronen. Bij de balie word je opgewacht door drie vrolijke dames die je volproppen met informatie en allerlei boekjes en flyers in je handen drukken. Je kunt merken dat zij hart hebben voor de zaak en het belangrijk vinden om je zo goed mogelijk voor te lichten. Achter hen bevindt zich de immense ruimte met hoge plafonds en authentieke bouwelementen. Overal waar je kijkt zie je kleur, of toch niet?

Het onzichtbare zichtbaar maken

Bodies that make, bodies that consume, Fashion encounters, biënnale 2022, foto Priya Wannet

Bodies that make, bodies that consume, State of Fashion biënnale 2022

Waar je door het werk van kunstcollectief Cholita Chic volledig omvergeblazen wordt door de mooiste kleurencombinaties, roepen de saaie kledingstukken van Santiago Útima, Siviwer James, Widi Asari en Riyadhus Shalihin alleen maar vragen op. De drie lange rekken met kleding van deze makers staan sterk in contrast met het werk van de andere deelnemende ontwerpers. Zodra je de kledingstukken beter gaat bekijken, ontdek je bijvoorbeeld dat er zweetplekken in de stof zitten. Voor modeliefhebbers wellicht even slikken. Je vraagt je meteen af wat de reden hiervan zou kunnen zijn en begint automatisch de informatie op de bordjes te lezen. De kledingstukken blijken deel uit te maken van de installatie bodies that make, bodies that consume waarmee de makers de kloof tussen ‘de handen die maken’ en de ‘lichamen die gebruiken’ hopen te overbruggen. In het label van de kleding delen ze hun eigen ervaringen met de kledingindustrie en dat is bepaald niet mis. Zo vertelt Santiago Útima over de opofferingen van zijn moeder, een naaister uit Colombia en legt de Congolese Siviwe James uit hoe het is om te moeten werken in een CMT (Cut Make Trim, een term voor een productieruimte).

Ode aan de inheemse vrouw

Cholita Chic, Fashion Encounters, State of fashion biënnale 2022, foto Priya Wannet

Cholita Chic, State of Fashion biënnale 2022

Nog even terug naar het kleurrijke werk van Cholita Chic, want dat is ook zeker het bespreken waard. Deze creatieve zussen werken en wonen in het grensgebied tussen Chili, Bolivia en Peru. Hier bestuderen zij niet alleen de onderlinge relatie tussen die landen, maar ook het thema gender en de kaders die daarbij worden opgelegd door de steeds verdergaande globalisering. In hun werk tonen ze de authentieke schoonheid van de Boliviaanse Aymara- vrouw, waarmee ze de lokale inheemse cultuur weer tot leven wekken. Het resultaat is een heuse blikvanger vol neonkleuren. Naast de felle kleuren is er ook gedacht voor andere klassieke elementen, zoals het geronde vrouwenhoedje en de verschillende laagjes in de kleding. Het is mooi om te zien hoe gepassioneerd deze vrouwen zijn als het gaat om het behoud van hun eigen cultuur. Wij als Westerlingen kunnen daar nog wat van leren. Zo leven de Aymara-indianen niet alleen samen met elkaar maar met de hele omgeving.  Ze zijn van de natuur afhankelijk voor hun welvaart en hebben daarom een unieke relatie met het natuurlijk systeem waarin we leven. Door gebruik te maken van hun kennis zijn we misschien in staat om de wereld ten goede te veranderen.

Authentieke Mexicaanse gezichten

Waar de zusjes van het collectief Cholita Chic elkaar al hun hele leven kenden, begonnen de fotograaf Dorian Ulises López Marcías (1980) en In The Park Productions hun samenwerking pas zes jaar geleden. Wat startte als een speels experiment werd al gauw een poging om te laten zien wat de (industriële) modewereld niet wil dat mensen zien: authentieke Mexicaanse gezichten. De selectie van foto’s laat zien hoe Dorian en In The Park zich niet schikken naar eurocentrische schoonheidsnormen, maar in plaats daarvan besluiten de échte Mexicaanse schoonheden vast te leggen. Door hun werk verleggen ze de grenzen en esthetische normen van mode, waarbij ze belang hechten aan de ware weergave van identiteit, lichaam en gender. Zo zie je een prachtige foto van twee jonge Mexicaanse vrouwen die (half)naakt in het water staan en onverschrokken de cameralens inkijken. Dit beeld kan de jongere generatie in Mexico inspireren om tot actie over te gaan. Weg met het taboe rondom naaktheid en seksualiteit.

Eigen verantwoordelijkheid

Verspreid over de tentoonstelling vind je ook een aantal groene elementen, zoals een kledingrek met kledinghangers. Bij het begin van de biënnale zijn die nog leeg, maar het is de bedoeling dat ze na verloop van tijd wordt aangevuld door creaties van de bezoekers zelf, die ze maken tijdens de daarvoor speciaal voorziene workshops. Op die manier willen de curatoren de grens vervagen tussen ontwerper en publiek en het publiek letterlijk betrekken bij de tentoonstelling. Ook willen ze de bezoekers bewust maken van hun eigen koopgedrag en hun beeld over mode veranderen. Hoe we winkelen is van invloed op de toekomst van onze planeet. Het is daarom belangrijk dat we anders leren kijken naar het kopen van kleding.

Kortom: een interessante tentoonstelling die verder gaat dan wat grote modehuizen je van buiten laten zien. Als bezoeker maak je kennis met de schaduwkanten van de modewereld en word je gedwongen om kritisch naar je eigen handelen als consument te kijken. Mode is allang niet meer voor de elite: het is onze gezamenlijke verantwoordelijkheid om te verduurzamen. Fashion as Encounters maakt ons bewust van deze uitdagingen en houdt ons allemaal een morele spiegel voor.

 

 

Muziek / Achtergrond
special: Spotify-playlist van onze muziekredactie

8WEEKLY Playlist: Route Du Soleil

Het is alweer juli, de Tour de France is van start gegaan en we hebben (bijna) zomervakantie! Dit betekent dat menigeen zijn auto al heeft ingepakt om de Route du Soleil te gaan trotseren onderweg naar warme temperaturen, verse croissants en bijzondere kazen. Het perfecte moment om stil te staan bij al het moois dat de Frans(talig)e muziek ons heeft gebracht. Van golden oldies als Dalida tot aan relatieve nieuwkomers als Barbara Pravi en MIKA, ze maken allemaal het wachten weer dragelijker als je op Zwarte Zaterdag weer vaststaat op de Périphérique rondom Parijs.

Barbara Pravi: de moderne Piaf

Het grote publiek leerde Barbara Piévic, beter bekend onder haar artiestennaam Barbara Pravi, kennen toen ze tweede werd bij het Eurovisie Songfestival in 2021 met het nummer ‘Voilà’. De Franse zangeres wordt vanwege haar uiterlijk en haar stem regelmatig vergeleken met Edith Piaf, iets wat ze naar eigen zeggen begrijpt en ziet als een groot compliment. Barbara maakt liedjes die zowel binnen het Franse chanson genre thuishoren als binnen de Franse pop, maar ze schuwt niet weg van maatschappelijke thema’s. Zo schreef ze het nummer ‘CHAIR’ over abortus en brengt ze elk jaar op Internationale Vrouwendag een nummer uit ter ere van die dag. In 2021 resulteerde dat zelfs in een hele EP, Les Prières. Niet alleen in haar muziek is Barbara een toegewijde feminist, op haar eigen Instagrampagina plaatst ze graag verhalen over belangrijke vrouwen uit de geschiedenis. Hoe het Franse chanson anno 2022 klinkt kan je ontdekken in de playlist, waar Barbara met de nummers ‘CHAIR’ en ‘Pigalle’ in te vinden is.

De veelzijdigheid van alleskunner MIKA

Dat je niet de Franse nationaliteit nodig hebt om Franstalige muziek te maken bewijst de Libanees-Britse zanger Michael Holbrook Penniman, beter bekend onder de artiestennaam MIKA. In 2007 brak hij door met de single ‘Grace Kelly’, snel gevolgd door de hit ‘Relax, Take It Easy’. Sindsdien heeft hij niet stilgezeten en zo volgden er nog vier albums, die hem elk bescheiden internationale successen hebben opgeleverd. MIKA werd vooral in landen als Italië en Frankrijk enorm populair en verlegde dan ook zijn focus daarheen. Hij werd coach in de Franse versie van The Voice en werd jurylid bij X-Factor Italië. In dat tweede land groeide zijn populariteit enorm, wat resulteerde in een eigen TV-show Stasera Casa MIKA en in het aansluiten bij het presentatieteam van het Eurovisie Songfestival in 2022. De meerderheid van de muziek die MIKA maakt is Engelstalig, maar sinds hij in 2011 voor het eerst een Franstalig nummer (‘Elle Me Dit’) uitbracht volgden er nog enkele opvolgers in diezelfde taal, waaronder het nummer ‘Boum Boum Boum’. Benieuwd hoe MIKA in het Frans klinkt? Beide nummers staan in de playlist!

De indrukwekkende nalatenschap van Dalida

Net als MIKA is een van de bekendste Franse chansonnières, Dalida, origineel niet van Franse afkomst. Dalida, geboren als Iolanda Cristina Gigliotti, was van Italiaanse afkomst en geboren in Egypte. Ze was van 1956 tot haar dood in 1987 actief als zangeres, en actrice, en kan zich met meer dan 170 miljoen verkochte platen rekenen onder een van de meest succesvolle artiesten van Frankrijk. Dalida scoorde hit na hit, werd 55 keer met goud bekroond en kreeg zelfs als eerste artiest ooit een diamanten plaat. Haar nalatenschap in muziek en film heeft Frankrijk niet onberoerd gelaten, de artiest is na haar dood onder andere geëerd met meerdere awards, met een boegbeeld in Monte Martre en met verscheidene televisiespecials. Nederland werd in 2003 weer herinnerd aan haar muziek door Mart Smeets die standaard zijn TV-programma De Avondetappe afsloot met het nummer ‘Buenas Noches Mi Amor’. Recenter hebben Matthijs van Nieuwkerk en Rob Kemps de aflevering ‘Joie de Vivre’ van hun TV-programma Chansons! gewijd aan de indrukwekkende carrière van Dalida, een aanrader voor wie benieuwd is naar het levensverhaal van deze chansonnière.

Naast Barbara Pravi, MIKA en Dalida wachten nog vele andere Frans(talig)e muziek op je in de playlist Route Du Soleil. Veel luisterplezier!

De playlist van juli

  • Aimer à mort – Louane
  • Balance ton quoi – Angèle
  • Beau-papa – Vianney
  • Boum Boum – MIKA
  • Bruxelles je t’aime – Angèle
  • Buenas Noches Mi Amor – Dalida
  • C’est quand le bonheur? – Cali
  • Ceux qui rêvent – Pomme
  • CHAIR – Barabara Pravi
  • Christine – Christine and the Queens
  • Dans les nuages – Zoé
  • Désenchantée – Kate Ryan
  • Donne-moi ton coeur – Louane
  • Elektro – Petite Amie
  • Elle me dit – MIKA
  • Filme moi – Alice et Moi
  • Il jouait du piano debout – France Gall
  • INDÉLÉBILE – Yseult
  • J’arrive – Ben Mazué
  • Je sais pas danser – Pomme
  • Je veux – Zaz
  • J’me tire – GIMS
  • La ballade des gens heureux – Gérard Lenorman
  • La bohème – Charles Aznavour
  • Laisse-moi t’aimer – Laurie Darmon
  • Lap Dance – Ycare
  • Le Dernier Jour du Disco – Juliette Armanet
  • L’escalier – The Pirouettes
  • Les moment où j’aime tout le monde – France Gall
  • L’homme pressé – Noir Désir
  • Manu – Renaud
  • Même si ça fair mal – Anne Sila, Matt Simons
  • Moi… Lolita – Alizée
  • Mourir sur scene – Dalida
  • Nathalie – Gilbert Bécaud
  • Ne me quitte pas – Jacques Brel
  • On ira – Zaz
  • Padam padam – Édith Piaf
  • Papaoutai – Stromae
  • Pigalle – Barbara Pravi
  • Poupée de cire, poupée de son – France Gall
  • Pour un flirt – Michel Delpech
  • Quand je vois cette image – Ben Mazué
  • Respire encore – Clara Luciani
  • Santé – Stromae
  • Sur ma route – Black M
  • Tout ira bien – KIKESA, Soprano
  • Tu es foutu – In-Grid
  • Une belle histoire – Michel Fugain & Le Big Bazar
  • Voilà – Jeanne Cherhal

Deze playlist is mede tot stand gekomen met behulp van Lisa Wibier, waarvoor dank!

Film / Films

Millie, Max en Mozart

recensie: Falling for Figaro

De Australisch/Engelse film Falling for Figaro van regisseur Ben Lewin scheert luchtig langs allerlei grote thema’s als macht, identiteit en het najagen van dromen zonder ze echt uit te werken. Dit levert uiteindelijk een onderhoudende, romantische komedie op. Niet meer en niet minder.

Millie (Danielle Macdonald) is voorgedragen voor een hoge post in de financiële wereld in Londen, bij een instelling waar haar verloofde Charlie (Shazad Latif) CEO is. Ze slaat deze baan echter af en verdwijnt, blijkbaar zonder al teveel nadenken, voor een jaar in haar dure auto richting Schotland. In de ban van haar grote wens om operazangeres te worden, wil ze daar les nemen bij zangpedagoge Meghan Geoffrey-Bishop, die haar nadrukkelijk is aanbevolen. Is zingen wél haar cup of teaZe neemt haar intrek in The Filthy Pig, het enige logement in het dorpje, geleid door uitbater Ramsay Macfadyen. Gary Lewis poetste voor die rol zijn Schots accent nog eens extra op.

Millie, Max en Meghan

Meghan Geoffrey-Bishop neemt naast Millie nog een leerling onder haar hoede om klaar te stomen voor de competitie ‘Singer of Renown’. Meghan wordt gespeeld door Joanna Lumley en is van het genre Elisabeth Schwarzkopf, een zangpedagoge die haar machtspositie uitbuit, maar dan nog een slagje erger. Zo ziet ze er bijvoorbeeld heil in de tong van Millie  uit te rekken en haar andere leerling, Max (Hugh Skinner), ook in te schakelen voor allerlei kleinerende klusjes in en om haar huis. Millie is in staat de diva die Max en haar les geeft goed (over) te betalen en oefent voor de Schotse hooglanders, die haar luid van commentaar voorzien.

Max ziet Millie als rivale en begint uitgerekend op het moment dat ze auditie doet aan een loodgietersklusje waarvan het geluid overal in huis doordringt. Toch heeft hij het hart op de goede plaats, want na het ‘tongincident’ adviseert hij haar zout water te gorgelen om erger te voorkomen. Hij komt ook met allerlei leerzame boeken aandragen waar ze wel eens baat bij zou kunnen hebben.

Kwistig met muziek

Het vervolg laat zich raden en wordt symbolisch verbeeld door de rode schoudertas waar Millie mee rond zeult. Ook de diva helpt een handje mee, door beide leerlingen een duet te laten zingen. Maar wie mocht denken, of hopen, dat het verhaal van Le nozze di Figaro (de opera van Mozart) leidend is voor het filmscript, komt bedrogen uit; Millie slaat Max’ huwelijksaanzoek af.

Qua muziek wordt er in de film ook kwistig gestrooid met aria’s uit andere opera’s, zoals uit La Bohème van Puccini en andere opera’s van Mozart als Die Zauberflöte en Don Giovanni (het duet ‘La ci darem la mano’). Dat laatste duet wordt uiteraard gezongen door Max en Millie. In die volgorde, want Max heeft (spoiler alert!) de competitie gewonnen en Millie erkent terecht dat één jaar voorbereiding wel heel erg mager is. Eind goed al goed, want na drie jaar wordt ze gevraagd in te vallen bij een productie waarin Max optreedt. Meghan Geoffrey-Bishop kan glimlachen, en dat doet ze in het laatste shot dan ook.

Muziek

Een geslaagd muziekproject van het Mauritshuis

recensie: Bekijk het Mauritshuis  met je oren
Mauritshuispixabay

Wist je dat het Mauritshuis een eigen platenlabel heeft? Bekende artiesten zoals Merol en Willie Wartaal laten zich voor een nieuw nummer inspireren door een schilderij naar keuze in het Mauritshuis. Het muzieklabel is onderdeel van het project Bekijk het Mauritshuis met je oren. Priya Wannet is razend benieuwd hoe deze verfstreken klinken en duikt meteen in de Mauritshuis-playlist op Spotify.

Spinvis – Parel

Spinvis, de eenmansband van Erik de Jong (1961), verschijnt als eerste bovenaan de lijst. Zijn versie van het Meisje met de Parel (c. 1665) van Johannes Vermeer grijpt direct aan door het bijzondere intro. We horen verkeersgeluiden. Een auto die voorbijrijdt en zachtjes afremt. Vlak voordat De Jong begint met zingen hoor je in de verte de kerkklokken luiden. Het is bijna alsof je zelf onderdeel van het verhaal bent geworden en het meisje elk moment tegen kunt komen. Luisterend naar dit nummer vraag je je af: wie was toch deze mysterieuze jongedame die de Hollandse grootmeester zo intrigeerde? Spinvis zelf omschrijft haar als een vogel: ongrijpbaar en vrij. Het Nederlands Kamerkoor is een mooie toevoeging aan het geheel en geeft het nummer een ietwat plechtige, museale sfeer. Voor fans van Spinvis wederom de bevestiging dat Erik de Jong de koning van unieke en originele liedjes is. We weten misschien niet wie ze is geweest, maar door te luisteren naar dit nummer lijkt het net alsof je haar kent. Kortom een pareltje en absoluut het luisteren waard!

Merol – Slippertje

Het kunstwerk Mars en Venus betrapt door Vulcanus (1601) van Joachim Wtewael valt meteen in de smaak bij Merel Baldé (1991), beter bekend onder haar artiestennaam Merol. Het is sexy en een tikkeltje ondeugend; precies hoe we Merol kennen. Op het schilderij is de Griekse godin Venus te zien die ongegeneerd ligt te vrijen met Mars. Ze lijkt precies te weten wat ze doet en maakt zich niet druk om haar man Vulcanus met wie ze ondertussen getrouwd is. Merol raakt meteen geïnspireerd na het zien van de slippers van Venus die achteloos zijn neergegooid naast het bed. Dit doet haar vermoeden dat Venus moedwillig met Mars het bed is ingedoken. Als een echte woordkunstenaar rijgt ze de woorden aan elkaar en is ze niet bang om direct en expliciet te zijn. Daarmee houdt ze de maatschappij een spiegel voor. Als luisteraar kun je jezelf afvragen of monogame relaties eigenlijk nog wel van deze tijd zijn. Zijn open relaties niet veel interessanter? We leven immers in een maatschappij waarin alles draait om zelfontplooiing. Merol laat met dit nummer horen dat zij buiten geijkte kaders kan en durft te denken. Dit hoor je ook terug in de sound van het nummer. Het refrein is catchy en blijft gegarandeerd de rest van de dag in je hoofd hangen.

Dio – Hoger ft. Gerson Main

Dio, artiestennaam van Diorno Dylyano Braaf (1988), schiet voor de sterren, want het kan hem niet hoog genoeg. De jonge en ambitieuze rapper koos voor twee enorme plafondschilderingen van Ger Lataster als inspiratiebron voor zijn nummer Hoger ft. Gerson Main (2021). De ene plafondschildering is gebaseerd op Icarus die met zijn zelfgemaakte vleugels de zon probeert te bereiken, maar uiteindelijk te hoog vliegt en in zee stort. Hier komt het spreekwoordelijke “Hoogmoed komt voor de val” vandaan. Op de andere plafondschildering komt het thema hoogmoed ook terug. Toen Lataster in 1987 dit plafond schilderde, benauwde het hem dat hij zich omringd wist door grootmeesters als Rembrandt, Vermeer en Rubens. Hoogmoed zou op de loer kunnen liggen. Lataster zag maar één manier om zijn eigen val te voorkomen: hard werken. Met veel felle kleuren en expressie schilderde hij een blauwe werkbroek, werkschoenen en een schep, refererend aan de werkende man. Dio maakt met zijn nummer duidelijk dat hoogmoed, oftewel overdreven zelfvertrouwen, niet altijd iets negatiefs hoeft te zijn. Hij rapt hierover: “Want ik wil niet als ik oud ben moeten denken had ik maar.” Het resultaat is een dromerig, zwevend maar krachtig liedje dat zowel qua sound als qua boodschap prachtig contrasteert met de felle en heldere kleurencompositie van het kunstwerk zelf. Hoogmoed is een bekend thema in de huidige maatschappij en dit nummer zou zeker de jongere generaties kunnen bereiken.

Goldband – Psycho

Met de Haagse groep Goldband reizen we af naar de 90’s, gabbertijd. Op hoge snelheid dendert hun nieuwste festivaltrack Psycho (2022) door je speakers heen. De track begint nog vrij rustig, maar je hoort al snel dat er een woeste storm gaat uitbreken. Richting het refrein barst de ravemelodie los en moet je wel meezingen met de tekst: “Ik ben een psycho, ik word helemaal gek.” Voor deze track lieten de mannen zich inspireren door het schilderij Christus in het voorgeborchte (1597) van Jan Brueghel de Oude en Hans Rottenhammer. Het is een schilderij waarmee ze alle kanten op kunnen. Chaos, licht en donker. Christus in het voorgeborchte heeft het allemaal en dat hoor je terug in de onstuimige beat. Het voorgeborchte of Limbo (Latijn: aan de rand) was in de Rooms-Katholieke Kerk een aanduiding van het verblijf van de zielen die na het sterven niet toegelaten worden tot de hemel en ook niet naar de hel of het vagevuur gezonden worden. Zij wonen aan de rand van de hemel of de hel. Op het schilderij is te zien hoe Jezus Christus afdaalt naar het voorgeborchte om daar Adam en Eva op te halen en naar de hemel te brengen. Het gevoel dat je krijgt bij het schilderij matcht met het gevoel dat het nummer oproept als je het hoort. Goldband is erin geslaagd om het perfecte nummer voor dit schilderij te maken.

Eefje de Visser – Cybele

Van keiharde gabberhouse schakelen we over naar de zoete, dromerige klanken van Cybele (2021). Ook dit lied is gebaseerd op een werk van Jan Brueghel de Oude. Samen met Hendrik van Balen schilderde hij Krans van vruchten rond een voorstelling met Cybele die geschenken ontvangt van personificaties van de vier jaargetijden tussen 1620 en 1622. Cybele was in de mythologie de godin van de vruchtbaarheid, aarde en natuur. Voor haar nummer kruipt Eefje de Visser (1986) in de huid van de 17e-eeuwse gelovige mens en zingt zij Cybele toe om haar te bedanken en om te vragen de aarde vruchtbaar te houden. De verering en weelderige details uit het schilderij komen terug in de welbekende elementen als zwevende vocalen, fonkelende synthesizer sounds en diepe bassen. De sfeer die het schilderij oproept is gelijk aan haar sound en valt hoogstwaarschijnlijk in de smaak bij mensen die op zoek zijn naar een zacht nummer die feminiene kracht uitstraalt.

 

Nog niet genoeg gezien en gehoord? Andere nummers van Bekijk het Mauritshuis met je oren (Harrie Jekkers met Gezicht op Delft, Willie Wartaal met Mootje, The Kik met De ware Jakob en Jett Rebel met Heaven’s Got A Place For You) zijn te beluisteren via de website van het Mauritshuis. Ook zijn alle nummers te vinden op Spotify en YouTube.

 

 

Kunst / Expo binnenland

Hoopvolle maatschappij kritiek

recensie: Mous Lamrabat - Blessings from Mousganistan

De expositie Blessings from Mousganistan, in het fotografiemuseum FOAM,  heeft ondanks de vrolijke kleuren en frivoliteit een kritische ondertoon. De perfect georkestreerde foto’s blinken uit in theatraliteit en vervreemding, er zit een flinke dosis humor in en ze hebben qua techniek soms de kracht en kwaliteit die je ook in modefotografie ziet. Maar er schuilt meer achter deze opgesmukte façade dan wat er aan de oppervlakte zichtbaar is.

Meteen bij binnenkomst krijg je de mededeling dat het tapijt van de entreezaal niet met schoenen betreden mag worden. De zaal is bedekt met vloerbedekking waar een van de werken van Mous Lamrabat (1983) in een patroon te zien is. De focus ligt hiermee meteen op religie: in de moskee mag je wegens respect voor de Almachtige ook alleen zonder schoeisel naar binnen. Op de manshoge foto’s zie je vrome kleding zoals hoofddoekjes, boerka’s en nikab’s. Ook zijn er veel verwijzingen naar de Arabische cultuur en zijn er flink wat modellen van Arabische afkomst. Maar dan word je aan het wankelen gebracht. Het immense houten McDonald’s logo, dat op de grond ligt, en de shirts en logo’s van grote Amerikaanse bedrijven en van Amerikaanse basketbalteams tonen aan dat er meer aan de hand is dan op het eerste gezicht lijkt.

 

Modefotografie

In de volgende zaal staan in het midden drie poppen die nikab’s dragen. De kleding is bedrukt met foto’s van Lamrabat. De bedoeling van de kunstenaar sijpelt in deze zaal langzaam naar binnen. Op de plek waar de uitsparing voor de ogen is, heeft hij LED-schermpjes geplaatst die doen denken aan een reclame-uiting in een etalage van een telefoonwinkel. ‘Free Palestine’ is erin te lezen. Blijkbaar moet je zijn beelden zien als maatschappijkritiek. In deze zaal komt het McDonald’s logo ook weer terug, evenals dat van Nike, en nogmaals zijn er Amerikaanse basketbalshirts te zien. Dit allemaal naast fotowerken met veelal religieuze kledij en vrolijk afgebeelde Afrikanen.

Aangezien Lamrabat een voorliefde heeft voor modefotografie, zijn er gelijkenissen te maken met de Franse modefotograaf Guy Bourdin die indertijd ook de randjes van zijn vakgebied opzocht. Er sluimert kritiek op het Westerse kapitalisme en de schoonheidsidealen die er in die maatschappij aanwezig zijn. In veel van zijn werken flirt Lamrabat met iconografie uit de Amerikaanse popcultuur: we zien smileys, Star Wars, Wu-Tang Clan, Ronald McDonald en comic-personages als de Hulk, Superman, Sponge Bob en Mickey Mouse.

 

Voorbij het platte vlak

Een interessant aspect in het werk van Lambarat is dat hij de grenzen van de fotografie oprekt: hij gaat verder dan het platte vlak en kiest ook voor driedimensionaliteit. Fotografen als Anouk Kruithof en Marleen Sleeuwits gingen hem hierin voor. Vacuümgetrokken portretten rond logo’s van bedrijven, nikab’s, tapijten, gebedsvlaggen en een lenticulaire techniek (zoals de ansichtkaart die verandert naar een 3D object als je de kaart beweegt) tonen aan dat je je als fotograaf niet hoeft te houden aan fotopapier alleen. Het is echter wel de vraag of het nodig is om een vacuümgetrokken foto met een McDonald’s logo te presenteren òp datzelfde McDonald’s logo. Zeker omdat het beeld ergens anders nog een keer terugkomt. Maar bij een foto van een vrouw in een nikab en een Chicago Bulls T-shirt dat vacuümgetrokken is rond basketbalsneakers, werkt het wel weer.

 

Eigen wereld

Lamrabat heeft zijn eigen wereld gecreëerd en heeft het Mousganistan genoemd. Het is een mix van de Arabische- en de Westerse cultuur. Niet zo gek: hij is in Marokko geboren en in België opgegroeid. In zijn stijlvorm lijkt hij vaak als eerste naar het masker of de gezichtsbedekking te grijpen. Ondanks dit uitgummen van identiteiten is er toch een drang naar erkenning voelbaar: ‘Wij doen er ook toe, wij zijn ook mensen.’

In zijn persbericht zegt Lamrabat dat hij hoopt een wereld geschapen te hebben waar iedereen vredig naast elkaar leeft, ongeacht hun afkomst of ambities. Toch valt het op dat er bijna geen andere volkeren dan Afrikanen geportretteerd zijn, los van een wit dikkig kind dat een soort duivelse hoorns op zijn hoofd heeft gebonden. Is het hoopvolle samenleven dan verzandt in het bekritiseren van de ene cultuur om de andere te verheerlijken? Nee, zo ver gaat het niet. Lamrabat is een geëngageerd kunstenaar, dat staat buiten kijf. De humor en de maatschappijkritiek zorgen ervoor dat het een expositie is waarbij je wegloopt met een bitterzoet gevoel. Iets positiefs, want net als alle goede maatschappijkritische kunst geeft het je stof tot nadenken.

 

De tentoonstelling Blessings from Mousganistan is nog te zien tot 16 oktober 2022 in het Foam fotografiemuseum Amsterdam

Kunst / Expo binnenland

Frankenstein in Japan

recensie: Tree and Soil - Robert Knoth en Antoinette de Jong
Tree and Soil ©Antoinette de Jong and Robert Knoth©Antoinette de Jong and Robert Knoth

Op 11 maart 2011 werd de regio Fukushima in Japan getroffen door een kernramp, veroorzaakt door een tsunami. Fotograaf Robert Knoth (1963) en journalist Antoinette de Jong (1964) bezochten Fukushima daarna meerdere keren. Ze maakten er foto’s, film- en geluidsopnames waarin de ingewikkelde relatie tussen mens en natuur centraal staat. In 2020 publiceerden ze het boek Tree and Soil. Nu is er een multimediale tentoonstelling rond hun project in Fotomuseum Den Haag.

Als blikvanger voor de expositie is een intrigerende foto gekozen. Een kleurrijke kiosk waar je ooit verfrissende drankjes uit de automaat kon halen, ligt er verlaten bij. De associatie met een schilderij van Edward Hopper dringt zich al snel op. Hopper schilderde in vergelijkbare tinten een tankstation in the middle of nowhere (Gas, 1940). De moderne spanning tussen menselijke beschaving en natuur is en blijft een boeiend thema. Extra ingewikkeld wordt het wanneer wij zelf de natuur ondermijnen. ‘In onze pogingen los te komen van de bedreigende natuur heeft de mens oncontroleerbare krachten gecreëerd, die even verwoestend kunnen zijn als de natuur zelf. De technologie komt als een boemerang bij de mens terug’, aldus een toelichting van Knoth en De Jong bij de expositie. Wat in Fukushima begon als natuurramp eindigde in een wetenschappelijke catastrofe. Het ontketende monster van dokter Frankenstein.

Multimediale ervaring

Het is jammer en ook wel een beetje vreemd dat de foto van de verlaten kiosk niet te zien is op de expositie. Maar goed, de tentoonstelling mikt op een ander soort ervaring. Het eerste dat er opvalt is een tweetal grote schermen waarop korte films met geluid worden geprojecteerd. Vanuit vaste camerahoeken worden opnamen van afwisselende landschappen getoond. Een bos vol vogelgeluiden, besneeuwde takken die langzaam bewegen in de regen, een aarden helling met stammen erboven, wisselende seizoenen …

Onderdeel van de expositie zijn ook vier vitrines, met daarin opengeslagen exemplaren van het boek Tree and Soil, en een opgehangen beschrijving van relevante Japanse karakters. Samen vertellen ze ons meer over de films. Goed om te weten is dat de karakters voor boom en aarde (‘tree and soil’) samen het Japanse woord Mori vormen, dat ‘bos’ betekent. Bomen symboliseren in het Shintoïsme het eeuwige proces van vernieuwing, de natuurlijke kringloop van afstervend groen dat weer de voedingsbodem voor nieuw leven vormt. De films verwijzen duidelijk naar deze traditionele natuurbeleving, de impressie van een trage levenscyclus is nooit ver weg. Maar tegelijk heb je als kijker steeds de recente kernramp in je hoofd. Wat betekent die ramp voor deze omgeving? Is alles wel wat het lijkt? Hoe zit het met die scheve paal met dat richtingbord daar? Komen hier nog mensen langs, op weg naar ‘Minamisoma City’?

Stof tot nadenken

Dat de natuur zelf ook slachtoffers maakt, wordt niet vergeten. Ze kan heel idyllisch zijn, maar ook angstaanjagend. Op de tentoonstelling hangen enkele reproducties van oude illustraties met halfdemonische wezens. De overweldigende en soms vernietigende kracht van de natuur maakt in Japan deel uit van het collectieve bewustzijn. Rampen als een tsunami, aardbeving, vulkaanuitbarsting of orkaan zijn er maar al te bekend.

Het mooie aan de multimediale tentoonstelling is dat de onderdelen elkaar versterken en samen veel stof tot nadenken opleveren. Op zichzelf ogen ze niet erg spectaculair, je kunt er snel aan voorbij lopen. Maar wie de tijd neemt, ontdekt dat ze fundamentele vragen oproepen over onze historische verhouding met de natuur.

 

Kunst / Expo binnenland

Heropening: een nieuw museum om trots op te zijn

recensie: Museum Arnhem

Heel Arnhem viert feest, want na een intense verbouwing van bijna vijf jaar opent Museum Arnhem nu eindelijk haar vernieuwde deuren voor publiek. Arnhems meisje en kunstredacteur Priya Wannet greep haar Museumkaart en nam meteen een kijkje. Welke kunstwerken mag je volgens haar écht niet missen?

Dat is nog eens anders binnenkomen. Waar je voorheen bij de entree van Museum Arnhem in een krappe receptie een kaartje moest kopen, sta je nu vrijwel meteen in de open ronde zaal in het hart van de oudbouw. Hier werd vroeger kunst getoond, nu is er het café en de museumwinkel waar je als bezoeker lekker kunt rondneuzen. Het museum heropent met drie nieuwe tentoonstellingen: Tenminste Houdbaar Tot, Van Links Naar Rechts en de educatieve presentatie Met Open Ogen.

 

Tenminste Houdbaar Tot

Serge Attukwei Clottey: Gbor Tsui (2019)

We volgen de menigte kunstliefhebbers en komen terecht bij de tentoonstelling Tenminste Houdbaar Tot. Deze tentoonstelling gaat over klimaatverandering en de relatie van mensen met hun omgeving. Centraal staat de vraag of kunst mensen kan veranderen om anders met de aarde om te gaan. Vooral het werk van de Ghanese kunstenaar Serge Attukwei Clottey (1985) herbergt een belangrijke boodschap. Zijn uit 2019 afkomstige GBOR TSUI (Visitor’s Heart) is een kamervullend ‘reuzengordijn’ dat midden in de zaal hangt. Het drukt de bezoeker met de neus op de feiten rondom de rol van kolonialisme in hedendaagse milieuproblemen. Het goudgele gordijn, dat bij elkaar gehouden wordt door kleine stukjes plastic, verwijst naar het ernstige plasticprobleem in Ghana. Ook andere kunstenaars tonen hoe de klimaat- en milieuproblemen deels het gevolg zijn geweest van koloniale uitbuiting. De Beaded Slave Chain (2021) van Luisa Kuschel verwijst naar de handel in tot slaaf gemaakte mensen en Avantia Damberg laat zien wat de Shellfabriek op Curaçao heeft betekend voor het eiland.

 

Van Links Naar Rechts

Zodra je de zaal van Van Links Naar Rechts binnenkomt word je overweldigd door de hoeveelheid werken. Alle schilderijen zijn met zeer grote precisie geschilderd: het lijken net foto’s. Zo proef je de sfeer van het interbellum uit de vorige eeuw, en word je meegezogen in de recessie van de jaren dertig in Nederland. We zien hardwerkende mensen op het land en in de huizen, versleten textiel en een sobere lichtinval. Maar dat is niet alles wat het publiek te zien krijgt. Ook kunstenaars als Iris Kensmil (1970) krijgen een podium. Kensmil houdt zich vooral bezig met zwarte emancipatie. In haar kunstwerk Protester #1-24 portretteert ze vierentwintig antiracisme-demonstranten. Hun dichtgeplakte monden verwijzen naar de slogan I can’t breathe van de Black Lives Matter-beweging.

Museum Arnhem heeft met Van Links Naar Rechts een prachtige collectie samengesteld waar een aantal vooruitstrevende kunstenaars in de welverdiende spotlights staan.

 

Met Open Ogen

Margriet van Breevoort, The Tourist (2016)

Bij Met Open Ogen word je blik direct gevangen door de mensachtige sculptuur van Margriet van Breevoort: The Tourist (2016). Met grote uitpuilende ogen kijkt het je verwonderd aan. Hoe zou het zijn als we overal waar we komen om ons heen kijken als een toerist? Dat vraagt Van Breevoort (1990) zich met dit werk af. De jonge toerist ziet er op het eerste gezicht heel realistisch uit, als een backpacker die je zomaar op straat tegen zou kunnen komen. Maar als je beter kijkt dan zie je hoe fantasie en werkelijkheid met elkaar versmelten. Zo steken er twee kleine hoorntjes uit het hoofd en klopt de verhouding van de ogen niet. Met de tentoonstelling Met Open Ogen geeft Museum Arnhem een nieuwe impuls aan de educatieve traditie, die door oud-museumdirecteur Pierre Janssen (1926-2007) is gestart. Het gaat niet om de kunst maar eerder om het leren kijken naar bijzondere dingen. De op beleving gerichte presentatie biedt bezoekers een verdiepende kijkervaring en nodigt hen uit om werken op verschillende manieren te ervaren en ervaringen actief met elkaar te delen.

 

Benieuwd naar de rest van het museum? Museum Arnhem is het hele jaar door te bezoeken voor wisselende tentoonstellingen en een vaste moderne kunstcollectie. Stap binnen in de grote glazen koepel en laat je verleiden door al het moois dat het museum je te bieden heeft. Ook de beeldentuin is zeer de moeite waard om een kijkje te nemen en gratis toegankelijk voor iedereen. Met bijzondere sculpturen van Maria Roosen, Louie Cordero, Monika Dahlberg, Henry Moore en nog vele anderen. Museum Arnhem mag zich met recht het nieuwe visitekaartje van de stad noemen.

Theater / Voorstelling

EEN WERVELWIND VAN EEN OPERAVOORSTELLING

recensie: A Midsummer Night’s Dream - Opera Zuid

De voorstelling van de opera A Midsummer Night’s Dream van Benjamin Britten (1960) door Opera Zuid begon eigenlijk al op de statige trappen van Internationaal Theater Amsterdam (ITA). Terwijl je tussen bloemetjes op de treden rustig naar boven liep, kwam je gaandeweg toneelspelers tegen die telkens een citaat uit het gelijknamige toneelstuk van Shakespeare voor je opzegden. Zoiets als: ‘Puck zegt: “Hebben wij schimmen u niet bevallen, denk dan: “Ik was in slaap gevallen.” Wat u in die slaap verscheen, vluchtte als een droombeeld heen’.

Zo heb je gaandeweg al heel wat poëtische teksten te horen gekregen, maar als je dacht dat het daarbij bleef, dan had je het als bezoeker mis. De opvoering begon met een vragenvuur dat vanaf het podium op de zaal werd losgelaten. ‘Gaat u staan als u het eens bent met …’. En dat waren vaak geen gemakkelijke vragen, zoals: ‘Heeft u uw grote liefde wel eens bedrogen?’ Citaten, en nu vragen die allemaal voortkwamen uit het stuk van Shakespeare en aan de accenten van regisseur Ola Mafaalani, die hiermee haar debuut maakte bij Opera Zuid.

Accenten

Accenten die varieerden van het benadrukken van het verschil tussen droom en werkelijkheid, liefde en haat, donker en licht. En dat alles te midden van de komedie die A Midsummer Night’s Dream is. Het waren vragen die de komedie te boven gaan.

De hiervoor genoemde Puck, de dienaar van Oberon, de koning der schaduwen en elven, leek wel als een soort tussenpersoon te fungeren. De rol werd uitgevoerd door actrice, regisseur en aerialist (luchtacrobaat) Dreya Weber. De meeste tijd draaide ze rond in stukken stof, aangekondigd door snelle trompetloopjes en tromroffeltjes uit de orkestbak, waarin het op de toppen van hun kunnen spelende philharmonie zuidnederland zat, het orkest van Noord-Brabant, Limburg en Zeeland dat stond onder leiding van de Belgische dirigent Karel Deseure.

De opvoering

Componist Benjamin Britten (1913-1976) vraagt veel van de uitvoerenden. Zowel van het orkest als van de vocale solisten en het kinderkoor (de elfjes, gezongen door de Limburgse koorschool). Onderwijl zijn zij doende om samen met chefkok André Amaro in de keuken van Theseus chocola te smelten. Dit vervangt het magische bloemensap uit het stuk van Shakespeare. Ze zijn er al mee bezig als het publiek de zaal inkomt, net zoals zes werklieden reeds aan het timmeren zijn voor het stuk echt begonnen is. Later voeren zij het stuk Pyramus en Thisbe op ter gelegenheid van het huwelijk van Theseus en Hippolyta. Opvallend is, dat Theseus en Hippolyta in het libretto van Britten en zijn partner tenor Peter Pears pas heel laat in de opera op het toneel verschijnen. Maar dan heb je ook wat: bas-bariton Quirijn de Lang zong zijn rol koninklijk en het timbre van de alt-mezzo Eva Kroon is prachtig.

Eigenlijk is het geen doen om alle solisten bij naam en toenaam te noemen; daarvoor verschijnen er teveel op het podium. En zijn ze stuk voor stuk goed gecast en voor hun rol toegerust.
Opvallend is de teddybeer (!) waarmee Bottom (bas-bariton Marc Pantus) rond zeult. Puck heeft zijn hoofd niet omgetoverd in dat van een ezel, zoals in het origineel, maar in het lijf van een teddybeer; wellicht een toespeling naar de beren die tijdens de pandemie massaal voor de ramen stonden. Een pandemie die twee jaar geleden roet gooide in de toen al geplande première in Eindhoven.

Alles is in de geest van Britten eigenlijk, want ook de componist doet aan (stijl)citaten. Soms denk je het begin van de ouverture uit A Midsummer Night’s Dream van Mendelssohn-Bartholdy te horen, dan weer een barokaria door een countertenor (Oberon, gezongen door Jan Wouters, begeleid door klavecimbel en harp) om slechts twee dwarsstraten te noemen.
Kortom: een avond om met volle teugen van te genieten. Het kan nog tot en met 21 juni (!). Mafalaani heeft weer een prachtige Shakespeareregie op haar conto geschreven. Dit keer van een opera.