Film / Films

Captain Corelli’s Mandolin

recensie: Captain Corelli's Mandolin

.

Wat Tom Cruise en Hollywood met Penelope Cruz hebben is mij dus echt een raadsel. In diverse bladen wordt ze als het nieuwe sekssymbool afgeschilderd, maar na het zien van Blow en Captain Corelli’s Mandolin kom ik tot de conclusie dat het hier weer eens om veel geblaat en weinig wol gaat. Haar acteerprestaties zijn nu niet bepaald bovensteplankwerk, en de haar toegedichte schoonheid valt ook eigenlijk wel reuze mee. [Noot: de rest van de SCREEN-redactie vindt Penelope wél erg lekker.]

Captain Corelli’s Mandolin is een romantisch niemendalletje over een Griekse vrouw en de ontsluierende liefde voor een Italiaanse soldaat (Nicolas Cage). Dit alles vindt plaats tegen de achtergrond van de Tweede Wereldoorlog. Het lijkt wel alsof de meest stereotiepe romantiek altijd maar weer moet plaats vinden in deze afschuwelijke oorlog. Het verhaal loopt zonder de kijker ook maar één keer te verrassen naar het overduidelijke einde, dus daar zullen we u maar niet mee lastig vallen. Het enige wat ik erover kwijt wil is dat het previewpubliek af en toe in lachen

~

uitbarstte als er weer iets zoetsappigs of voorspelbaars gebeurde. Dit soort romantiek is vergelijkbaar met bijvoorbeeld Pearl Harbor. Je moet wel een ongelofelijke Hitkrant-lezeres zijn, of gewoon supermarktlectuurlezer om hier in te trappen. In deze productie word verder Engels met een Grieks/Italiaans accent gesproken, en dat werkt ook af en toe behoorlijk op de lachspieren. Bovendien houden sommige acteurs (Cruz en Cage voorop) dat niet altijd vol, voor je het weet spreken ze weer ‘gewoon’ Engels.

Gewoon weer een romantisch filmpje tegen de achtergrond van die ‘o zo wrede, maar ook o zo romantische’ Tweede Wereldoorlog. Vooral de stukjes waarin de wrede aspecten van een oorlog naar voren komen, zien er erg plichtmatig uit. De enige functie hiervan is om aan te geven hoe moeilijk romantiek in die tijd geweest moet zijn.
Maar is er dan werkelijk niets positiefs over deze film te melden? Zoals iemand naast me in de zaal zei: “In elk geval zien we maar weer eens dat Griekenland een prachtig land is.” En inderdaad, aan de prachtige beelden heeft het niet gelegen.

Film / Films

Bringing Out the Dead

recensie: Bringing Out the Dead

Na Las Vegas (Casino) en Tibet (Kundun) is Scorsese weer terug op z’n vaste stek, New York City. Dit keer volgt hij drie nachten lang de belevenissen van ambulancearts Frank Pierce (Nicholas Cage) en zijn maten.

Pierce heeft eens een meisje dood laten gaan tijdens zijn werk, en sindsdien wordt hij gekweld door demonen: hij ziet haar overal, terwijl ze hem beschuldigt: “Frank, why did you let me die?” Ondertussen voelt hij wel iets voor Patricia Arquette, de dochter van een hartstilstand, die een ex-junkie blijkt te zijn. In deze voorgaande zinnen wordt al duidelijk dat Bringing Out The Dead geen vrolijke film is. Het nachtleven van het ambulancepersoneel speelt zich af in oude ziekenhuizen, vervallen appartementen en natte straten, terwijl de zwarte kringen onder de ogen van de verschillende hoofdrolspelers steeds groter worden.

Bringing Out The Dead is zeker niet Scorsese’s beste film. De film is niet overtuigend genoeg om echt te boeien en vooral Nicholas Cage’s personage weet weinig sympathie op te roepen, waardoor het nut van de film niet echt duidelijk is. Technisch gezien is de film echter een stuk geslaagder: vooral de drugstrip ergens aan het eind is een briljant gefilmd en vormgegeven stukje cinema. Daarnaast maakt Scorsese in Bringing Out The Dead veelvuldig gebruik van versnelde tijd; waar Hollywood onder de invloed van John Woo en andere Hong Kongse meesters de slow motion te pas en te onpas gebruikt, keert Scorsese de zaken om, hiermee uitdrukking gevend aan de manische stemmingen van vooral Frank Pierce.

Scorsese’s volgende project is Gangs Of New York, een 100 miljoen dollar kostende film over opkomende bendes in het New York van de vorige eeuw, waarin Leonardo DiCaprio en Cameron Diaz de hoofdrollen zullen gaan vertolken.

Film / Films

Bridget Jones’s Diary

recensie: Bridget Jones's Diary

.

Hugh Grant zegt fuck. Hugh Grant, die stijve, onberispelijke, irritant innemende Brit zegt fuck. En vaak ook. En zo onberispelijk is hij helemaal niet, want hij is er met de verloofde van iemand anders vandoor gegaan. Wie had dat gedacht!

In romantische komedies is de man vaak de stuntelaar, maar Bridget Jones draait de rollen om. Zij is degene die geen speeches kan houden, die zichzelf voor aap zet met karaoke en die haar gasten een diner met blauwe soep voorschotelt. Ze is al in de dertig, maar nog altijd vrijgezel. En dat terwijl zowel Hugh Grant als Colin Firth in haar onmiddelijke nabijheid navigeren. Dat vrijgezellenbestaan duurt niet lang meer.

Renée Zellweger speelt Bridget Jones, ruim 60 kilo, rokend, drinkend en dringend op zoek naar een partner. Bridget stelt zich aan de kijker voor middels een prachtige scène in pyjama op de bank, waar ze hartstochtelijk All by myself van Celine Dion playbackt. De toon van de film is gezet. In vlot tempo ontmoeten we Bridgets vrienden en leren we de twee potentiële partners kennen. De ene is Daniel, een geile uitgever, de andere is Mark, een nurkse advocaat. Raad eens wie Bridget uiteindelijk vast mag houden? Een heerlijk voorspelbaar einde, een echte vrijgezelle-dertigersfilm, maar bij vlagen zichzelf parodiërend en daardoor alleen maar sterker.

Colin Firth speelt in Bridget Jones’s Diary dezelfde Mark Darcy als in Jane Austens Pride and Prejudice, waar de film losjes op is gebaseerd. Renée Zellweger glimlacht lief als altijd, maar haar dikke kont en knappe Britse accent zijn een aangename variatie op haar rollen in Nurse Betty en Jerry Maguire. Zelfs Salman Rushdie speelt een een rol, die van eloquent schrijver. En Hugh Grant? Die zegt fuck!

Film / Films

Blow

recensie: Blow

.

De grootste fout die de meeste drugsdealers maken is dat ze te veel ambities koesteren terwijl ze daarvoor niet de benodigde talenten bezitten. Het lijkt allemaal zo mooi en spannend en vooral makkelijk. Zij die gezegend zijn met een roekeloze onverschilligheid, oneerlijkheid, grenzeloze onverantwoordelijkheid en zich niet om de tuin laten leiden door vrouwen, vriendschappen en zogenaamd vertrouwen maken kans het ver te schoppen in de door debielen geregeerd wereldje van de drugs.

George Jung werkte zich in de jaren ’70 op tot een van de grootste drugshandelaars van Amerika, om vervolgens zijn hele bestaan ineen te zien storten. Hij begon wat zakgeld te verdienen met de import en distributie van marihuana. Een op het eerste gezicht charmante manier om in je onderhoud te voorzien. Wanneer Jungs handel begint te groeien, stijgen de risico’s exponentieel. Jung wordt opgepakt met driehonderd kilo weed en mag vervolgens bijleren in de

~

gevangenis. In de gevangenis leert hij alles over het smokkelen en distribueren van cocaïne. Gezegd moet worden dat de logistieke wereld van de cocaïne niet zo complex lijkt, en grotendeels afhangt van goede timing en brave handlangers. Jung komt in contact met Escobar en dan begint het grote geld binnen te stromen, zelfs zoveel dat er op een gegeven moment geen plaats meer in huis is om de dozen met geld kwijt te kunnen. Maar hoogmoed komt voor de val. Vermeende partners zien zelf de ongebreidelde mogelijkheden van de zuivere Colombiaanse cocaïne en werken zich ten koste van Jung op. Zoals Jung opklom in de wereld, zo mag hij tot 2014 uitrusten van zijn teloorgegane dromen en kan hij blijven treuren om het verloren contact met zijn dochter.

Het levensverhaal van een drugshandelaar is bij nadere inspectie niet echt bijzonder te noemen. Het werk is niet boeiend, interessant of spannend te noemen, het leven eromheen is slecht een schim van wat geluk mag heten. Oppervlakkig zoveel mogelijk geld uitgeven, niet als status, noodzaak of plezier, maar slechts als de kleinst mogelijke rechtvaardiging van het bestaan.

Uit het bovenstaande zou opgemaakt kunnen worden dat Blow een zeer matige film is, maar dit is niet het geval. Blow is ten eerste een zeer goed geschreven film. Nick Cassavetes en David McKenna hebben een uiterst coherent scenario geschreven naar het gelijknamige boek van Bruce Porter. De acteerprestaties zijn uitmuntend te noemen. Ray Liotta, die de hardwerkende vader van George speelt is prachtig als toonbeeld van onvoorwaardelijke liefde voor zijn zoon. Penélope Cruz is uiteraard zoals gewoonlijk beeldschoon. Zij is de vrouw van George en erg sterk in het tonen van uiterste emoties. En natuurlijk Johnny Depp die gedurende de film zovele gedaantes van een enkele man weet aan te nemen dat een simpel compliment niet voldoende lijkt te zijn.

Blow is een goedgemaakte, goedgeacteerde en bovenal goedgeschreven film over een helaas niet echt bijzondere man. Dat drugsdealers geen grote en boeiende persoonlijkheden zijn wisten we al, en Blow heeft dit voor ons nogmaals bevestigd.

Film / Films

Billy Elliot

recensie: Billy Elliot

.

Op het eerste gezicht lijkt Billy Elliot geen film voor een groot publiek; een jongetje dat graag wil balletdansen maar van zijn vader moet boksen. Dan ook nog gezet in een klein mijnwerkers dorpje in Engeland in het midden van de jaren tachtig. We zouden kunnen denken dat we te maken hebben met een staaltje gay-cinema met een sociaal-economische inkleuring. Maar met Billy Elliot hebben we te maken met een hele andere film.

Waar kerels in de mijnen werken, bier drinken en zich verlekkeren aan de buurvrouw kan ik me voorstellen dat er weinig plaats is voor een eigengereide natuur. Als je dan ook nog wilt balletdansen dan ben je zeker homoseksueel. Billy kampt met dit probleem. Hij zit op boksen maar vindt er geen zak aan. Hij is gefascineerd door ballet en neemt stiekem les. Als blijkt dat Billy talent heeft en audities mag doen voor de balletacademie in Londen is het hek van de dam. Hoe moet Billy het zijn vader vertellen en hoe krijgt hij zijn medewerking?

Billy zit op een leeftijd waar kinderen hun seksualiteit ontdekken. Hij wordt geconfronteerd met zowel jongens als meisjes. Billy heeft daar eigenlijk nooit over nagedacht; hij wil dansen en niets anders. Voor Billy heeft dat niets te maken met homoseksuele perikelen. Hij stelt dan ook terecht dat er genoeg “gewone” jongens op ballet zitten.

Billy Elliot is eigenlijk een zeer eenvoudige film met een simpel en voorspellend plot. Maar wat maakt Billy Elliot tot de fantastische film die hij is?
Ten eerste is dat Billy zelf. Billy wordt gespeeld door Jamie Bell. Hij acteert schitterend in zijn debuutrol en kan op de koop toe nog dansen ook.
Ten tweede is er een prachtig evenwicht gevonden tussen emotionaliteit en humor. Waar pathetiek en kleverigheid op de loer liggen, straalt Billy Elliot oprechtheid uit. Vertedering en goed getimede grappen wisselen elkaar in cadans af. Billy Elliot blijft op deze manier boeien tot de laatste minuut.
Als laatste is het de muziek van T Rex die de avonturen van Billy ondersteunt. Het klinkt lekker Brits en zorgt voor een ontspannen sfeer. Het thema van de film wordt op deze wijze op een zeer heldere en frivole manier uiteengezet. Het verlangen van Billy is uiteindelijk geen privé-aangelegenheid meer; de verlangens en dromen van een arbeidersjongetje zijn universeel geworden.

Film / Films

Being John Malkovich

recensie: Being John Malkovich

.

De korte versie van deze recensie zou uit vijf woorden bestaan: “Being John Malkovich is geniaal.” Punt.

De lange (maar behoorlijk saaie) versie zou een opsomming zijn van alle personen die iets te maken hebben gehad met de productie van deze film, gevolgd door de woorden “is geniaal”. De eerste alinea van deze versie zou er dan zo ongeveer uit hebben gezien: “Spike Jonze is geniaal. Charlie Kaufman is geniaal. John Cusack is geniaal. John Malkovich is geniaal. Zelfs Cameron Diaz–“
You get the point.

Laat ik me dan maar beperken tot een middellange recensie waarin ik probeer uit te leggen waarom Being John Malkovich geniaal is.
Allereerst is daar het waanzinnige en volstrekt originele script van Charlie Kaufman. Het verhaal op zich is al te absurd voor woorden: het gaat over een poppenspeler die een deur ontdekt waarmee hij vijftien minuten in het hoofd van de acteur John Malkovich kan kijken. Dit gegeven wordt door regisseur Spike Jonze gelukkig niet op slapstick-achtige wijze uitgewerkt, maar wordt door de verbluffend goed spelende acteurs gebracht alsof het de gewoonste zaak van de wereld betreft, wat de surrealistische sfeer van de film alleen maar versterkt.

Multi-talent Jonze regisseerde eerder videoclips van de Beastie Boys (o.a. Sabotage!) en Fatboy Slim en speelde samen met George Clooney in Three Kings.

John Malkovich moet absoluut geroemd worden voor de moed die hij toonde door in deze film mee te spelen. Veel andere acteurs hadden de rol ongetwijfeld geweigerd, bang om hun imago te beschadigen of te verliezen, maar Malkovich speelt zichzelf met een grote dosis zelfspot, wat hilarisch is om te zien (bijvoorbeeld als we hem via de telefoon over de kleur van badhanddoeken zien leuteren). Ook de andere acteurs zijn fantastisch: John Cusack ziet eruit als een landloper, met vettig lang haar, een groezelig baardje en een klein brilletje, Cameron Diaz heeft eenzelfde behandeling ondergaan en ziet er hier uit als Miss Ragebol met Leger Des Heils-kleren aan, terwijl Catherine Keeler de mega-bitch Maxine speelt.

Daarnaast zien we een stel hele bekende acteurs in superkleine rolletjes, zoals Charlie Sheen, Brad Pitt en Sean Penn, evenals Jonze’s vriend en collega David Fincher (regisseur van onder anderen Se7en en Fight Club, met wie hij samen het productiebedrijf Propaganda Films heeft opgericht).

O, en had ik de chimpansee-flashback al genoemd?

BJM is een film is die zich moeilijk in een recensie laat vatten. Duidelijk is dat dit een van de meest originele films is die je ooit zult zien, dus mis ‘m vooral niet.

Film / Films

Bedazzled

recensie: Bedazzled

.

Nog nooit zag de duivel er zo lekker uit als in Harold Ramis’ nieuwste comedy Bedazzled.
Het was aan Elizabeth Hurley de eer om deze smaakvolle duivel neer te zetten. Zij besluit het zieltje te winnen van Elliot Richards (Brendan Fraser), uiteraard in ruil voor zeven wensen.
Elliot is een sukkel. Zijn collega’s willen niet met hem omgaan en proberen hem buiten te sluiten. Elliot is goed van zin en blijft maar proberen contact te maken met zijn omgeving, maar dit alles tevergeefs. Wanneer zijn collega’s ook nog eens geconfronteerd worden met Elliots gevoelens voor hun mooie collega Allison valt hoongelach hem ten deel.

De duivel gaat het leven van Elliot op een ‘satanische’ manier verzachten. Wanneer Elliot rijk, machtig én getrouwd met Allison wil zijn, verandert de duivel hem in een Colombiaanse drugsdealer. De duivel heeft zo nog meer verrassingen in petto: een supergevoelige roodharige loser die al moet janken bij een zonsondergang, een kleinpiemelige topbasketbalspeler en een homoseksuele alwetende schrijver. Elliot komt er stap voor stap achter dat zijn droomleven

~

niet te verwerkelijken valt met één simpele wens. Rijkdom, macht en alwetendheid brengen toch meer met zich mee dan louter succes en geluk. Het geluk vindt Elliot dan ook dichter bij huis dan hij ooit had durven dromen.

Alle typetjes die Fraser neerzet zijn buitengewoon geestig en een lust voor het oog. De diversiteit van voorkomen is zo goed uitgebuit, dat je soms even heel goed moet kijken dat het Brendan Fraser wel is.

Het is niet terecht, zoals sommige critici beweren, dat Fraser geen goede comedyrollen neer zou kunnen zetten. Fraser is weliswaar geen comedypersoonlijkheid zoals Jim Carrey of Eddie Murphy, maar de verscheidenheid aan geestige rollen die Fraser gehad heeft in de loop van de tijd hebben bewezen dat hij wel degelijk een goede comedy-acteur is. Als duivel is Elizabeth Hurley allerminst angstaanjagend. Tja… misschien angstaanjagend lekker!
Haar streken duiden eerder op een goed gevoel voor humor dan van een satanisch karakter.

Wat jammer is aan Bedazzled is de rechtlijnigheid van het verhaal; Elliot doet een wens, deze komt uit en gaat vervolgens fout. Dit procédé wordt bij elke wens opnieuw gebruikt en dat had niet gehoeven. Met meer kwinkslagen en verrassingen was Bedazzled wel in de buurt gekomen van films als Groundhog Day en Analyse This.

Film / Films

The Beach

recensie: The Beach

Het uiterst hippe trio Danny Boyle, John Hodge en Andrew MacDonald (resp. regie, script en productie) heeft met The Beach alweer een uiterst hippe film afgeleverd, na Shallow Grave, Trainspotting en A Life Less Ordinary. In het verhaal, dat gebaseerd is op het gelijknamige cultboek van Alex Garland, staat de jonge Amerikaan Richard (Leo DiCaprio) centraal.

Richard is een soort neo-hippie, die net als veel van zijn generatiegenoten het “gewone leven” voor een tijdje achter zich laat om avontuur en verlichting te zoeken in Thailand. Hij vindt allebei in overvloed nadat hij een kaart van de behoorlijk gestoorde “Daffy” krijgt. Op die kaart is de lokatie van een paradijselijk eiland aangegeven, met daarop een perfect strand.

Samen met zijn hotelgenoten Etienne en Francoise (de onwaarschijnlijk mooie Virginie Ledoyen) gaat hij naar het eiland op zoek. Als ze het vinden, lijkt het een paradijs te zijn. Maar na verloop van tijd gaan er bepaalde dingen goed mis.

Richard is geen aardige jongen en hij liegt tegen de aardigste mensen. Hierdoor identificeren we ons vrijwel niet met hem, maar blijven we observerende buitenstaanders, met als grootste effect dat we zijn motivaties en beweegredenen niet altijd goed begrijpen.

Dit is een bekend effect bij onsympathieke filmpersonages, en de regisseur moet dit in zo’n geval met andere middelen proberen te compenseren. Boyle heeft dat op visueel terrein gedaan. De film ziet er fantastisch uit: de Thaise lokaties zijn ten volle benut en het schitterende camerawerk van Darius Kondhji (vooral bekend van zijn stijlvolle werk in Se7en) bevat een paar hele mooie visuele vondsten.

Tel hierbij op een paar gruwelijk realistische make-upeffecten, één enorm schrikeffect (je weet waar ik het over heb als je het ziet) en een erg goeie soundtrack van vaste David Lynch-kracht Angelo Badalamenti, aangevuld met de Grote Vier van de Britse dancescene (Leftfield, Orbital, Underworld en de Chemical Brothers), en je hebt met The Beach een topper in handen.

Film / Films

Memorabel deplorabel

recensie: Battlefield Earth

~

John Travolta is bekend geworden door films als Grease, Saturday Night Fever en natuurlijk Pulp Fiction (voor de 2 laatst genoemde films ontving hij zelfs een Oscarnominatie). Hij heeft sindsdien een aantal goeie films gemaakt (denk aan Face Off, Get Shorty en A Civil Action) en een aantal zeer middelmatige (herinner de zich eeuwig herhalende tv-film Look who’s talking).

In 2000 is er dan Battlefield Earth, een film over een superieur buitenaards ras dat in het jaar 3000 het heelal probeert over te nemen. De aarde gebruiken zij eigenlijk alleen nog maar om goud te winnen. Mensen worden als slaven behandeld, en ons ras is aan het uitsterven. Totdat één man (Barry Pepper, Saving Private Ryan) bedenkt dat nog niet alles verloren is en besluit op te staan tegen de Psyclo’s, het buitenaardse ras.

Dit is het verhaal in een notendop, verder hoef je er eigenlijk ook niets over te weten. Alles in de film is al eens gedaan (met dank aan Star Wars en The Matrix), maar Battlefield Earth weet het zo slecht over te doen dat het bijna memorabel te noemen is.

Het script klopt van geen kant en de schrijvers hadden totaal geen idee wat ze aan het doen waren. Hopelijk besluit regisseur Roger Christian om nooit van zijn leven meer een film te regisseren, hij dient het maar bij Art Direction te houden. Hier won hij immers ooit een Oscar voor (voor zijn werk in Star Wars).

Travolta dan. Ik ben niet degene die Travolta compleet zal afzeiken (en afschrijven) door zijn rol in deze film. Je ziet onder het belachelijke personage dat hij speelt (Hoofd beveiliging van de Psyclo’s) , toch een degelijke acteur die veel meer kan dan in zo’n B-film spelen.

Niets blijft Battlefield Earth bespaard. Ook critici in Hollywood stampten de film de grond in, en het was dan ook niet verrassend dat deze film alle “Razzies” in de wacht sleepte (de tegenhanger van de Oscars, voor de slechtste films van het jaar): slechtste film, slechtste regisseur, slechtste acteur (Travolta), slechtste script, slechtste bijrol (Pepper). En zo kan ik nog wel even doorgaan.

Ongelooflijk dat een film met zo’n enorm budget (73 miljoen) zo enorm kan falen op alle mogelijke vlakken (script, acteren, regie, plot).

Diep triest, snel weer vergeten en nooit meer over praten.

Film / Films

Baise-moi

recensie: Baise-moi

.

Baise-moi is de eerste film in twintig jaar die in Frankrijk verboden werd. Daarmee werd Baise-moi bestempeld als pornografie. Maar ondanks de expliciete seksscènes heeft de film meer te bieden dan rauw seksueel vermaak.

Nadine (Karen Bach) pleegt in een impulsieve daad een moord. Zij vlucht en ontmoet toevallig Manu (Raffaëlla Anderson), en ook zij heeft het een en ander meegemaakt. Beide vrouwen gaan op reis door het Franse land. Ze laten alle normen en waarden varen en proberen met behulp van muziek, seks en geweld te ontkomen aan het alledaagse leven.

Met dit idee in het achterhoofd heb je al meteen een hele andere film voor je neus. Niet de geile en gewelddadige pornofilm waar je stiekem op hoopte, maar juist een grauwe vorm van realisme waar alles juist expliciet wordt benadrukt. Karen en Manu vinden geen genot in hun seksuele daden. Baise-moi, ofwel in het Nederlands ‘neuk me’, wordt het motto van de twee vrouwen. Ze neuken eerder omdat ze het goor vinden, net zo goor als hun eigen leven. Ze maken gebruik van de mannen die ze tegenkomen. De man is het zwakkere en dommere geslacht. Ze neuken ze en maken ze vervolgens af.

~

De droom van elke hardcore feministe? Nee: Baise-moi is allerminst een feministische film. Het gaat er niet om dat de vrouw sterker is, of dat er een statement gemaakt wordt voor de eigen wil van de vrouw. Het tegendeel is eerder het geval. De twee vrouwen zijn ernstig teleurgesteld door het leven. Ze hebben “besloten” op hun eigen harde manier het leven te bevechten. Dat dit een reis richting hel wordt geeft de film een somber en verloren gevoel. De existentiële angsten worden overwonnen door daden die bij nadere inspectie eigenlijk zo ontzettend banaal zijn dat er niets anders overblijft dan vechten. Waarvoor, dat weten Karen en Manu eigenlijk zelf ook niet meer.

Het is dan ook niet eerlijk deze film als pornografisch te bestempelen. Natuurlijk zijn de seksscènes gewoon pornografisch, maar deze vervullen een andere rol dan andere pornografische beelden. De expliciete beelden benadrukken de morele vervallenheid van de twee vrouwen. Op dit gegeven is veel commentaar geweest, het zou te makkelijk zijn om de kijker in een bepaalde hoek te duwen. Mij lijkt dat dit niet het geval is, nogmaals benadruk ik dat je deze film niet met een pornoblik moet aanschouwen. Baise-moi is gefilmd met een digitale camera. Deze geeft een rauw beeld dat uitstekend bij de film past.

Baise-moi is een eerlijke film met een hard standpunt. Maar hoe eerlijker je bent des te meer je wordt afgewezen. De film zelf is hier jammer genoeg het zoveelste voorbeeld van.